ZEKER EN ONZEKER I Winkelsluitingswet gewijzigd szSEsL-sS 1 bijzondere lyceum uitgetrokken subsidie. Men achtte het, gezien de houding van de Overheid tegenover andere Inrichtingen van bijzonder middelbaar en voorbereidend hooger onderwijs, niet aanvaardbaar, dat gesteund zou women een neutraal lyceum In een stad als Eindhoven, waar een openbaar gemeentelyceum bestaat. Medische kroniek Groote brand te Dreumel I. Verbunt - van Dijk STROOPPOT-AFFAIRE VAN DE BAAN HONIG'S BOUILLONBLOKJES thans 6 voor IOcL ZATERDAG 14 JULI 1934 1DEEÜN JUB1LEERENDE COMMUNITEIT Het debuut van Pasteur Wijlen Mgr. Mutsaers RIJWIELBELASTINGMERKEN Van 23 Juli af verkrijgbaar TWEEDE KAMER Op wmerrech SOCIALE STUDIEWEEK jx M. echudhtino. Een lyceum-kwestie te Eindhoven DE BELANGEN DER URKER VISSCHERS De loonsverlaging in de mijnen Miniet ar contra president Da Regeering acht vijf pCt. mogelijk Drie boerderijen en vier voorraad schuren in de asch gelegd Nog geen overeenstemming Miswijnen, Codslampolie, Kerk, kunst op elk gebied elef. 348,1 Overbrenging van z?n stoffelijk overschot naar Venlo De wijziging van de Landbouw crisiswet c.a. z. h. st. goed gekeurd Wynkoop Dwaze inval van urg, C^uiOir. 64 4 LIBRA. ■toet. waar hun orde 700 jaar gevestigd It De Patere Franciscanen van Maastricht, gehouden o Minister Deckers ml de Eeetata Studieweek <3-8 Augurtua) to Bolduc Mfwonsn, Te Dreemel un de Waal heeft Vrijdagmiddag een «eer zware brand gewoed, waarbij drie beer dertjen een prooi der vlammen werden. De heer Drop bedoelt hiermede voornamelijk de personeelsorganisaties Dat zal me nog een vertraging geven Geen wonder, dat de Pro- teslantsche fracties het amendement steunden! lang touw in de hand neemt, en men be- r 1 neer, gaat bet touw hj) uit, wel beswaar tegen het regeertngsbeleld. maar tegen t beleid van Economische Zaken richtte dit beswaar zich niet soosear. En tegen den veertien dagen aan het bewind Hinden bewindsman van dit departement kon men ón mogelijk nog eenlge grief aanvoeren. Met Ingang van 33 Juli az. sullen op de kan toren der posterijen verkrijgbaar zijn de rUwiel- belastlngmerken voor het belastingjaar 1934 '35 (1 Augustus 1934 tm. 31 Juli 19351, De aandacht van belanghebbenden wondt erop gevestigd, dat bet geval slch kan voordoen, dat op een postkantoor en In het bijzonder op een hulppostkantoor tüdelük geen belastlngmerken voorhanden zijn. Het verdient daarom aanbeve ling het koopen van een merk niet uit te stel len tot het tijdstip waarop men het moet ge bruiken. Veeris wordt ar met nadruk op gi earns, **al ée controle op bet gebruiken van geldige kilns tingmerken reeds dadelijk na den aanvang van het nieuwe belastingjaar aal worden ingveteld. Subsidie Lorentz-lyceum Vrij vaal tüd nog beeft de Es mar bedeed aan de Interpellatie over het Bndhovenacbe Lorentz lyceum. Da Minister nam overigens, toen de ttjde- Ujk prerideerende sociaal-democraat Scha per hem veraocht, tot den voorzitter en niet tot de hem omringende en Interrumpeeren- de leden te spreken, weder een houding aan, welke hü. wil hü de Kamer niet volledig tegen zich krijgen, niet to vaak moer aal moeten herhalen. Nog nooit hebben wij een Minister een woedend gebaar zien maken togen een Kamerpresident, die hem torwille van den ordelijken gang van zaken even met een hamerslag in de rede valt, ons hom een verzoek te doen. Vrijdagmiddag vergaderde te Heerlen de Con tactcommissie voor het mijnbedrijf. Besprekingen werden gevoerd over het bovenvermelde voorstel van den minister van Waterstaat. De directies verklaarden zich accoord met dit voorstel. De vertegenwoordigers der mijnwerkenbonden bleven op bun standpunt staan, dat zü ook dit voorstel niet konden aanvaarden. De vergadering wordt hedenochtend om 11 uur voortgezet. Op het oogenbllk Is nog niet te zeggen, hoe de afloop zal zijn. DEN HAAG, 13 Juli 1934 De Tweede Kamer had, alvorens zich te be geven in een debat over de plotseling opge doken Interpellatie van mevrouw Bakker-Nort over bet Lorentzlyceum te Eindhoven, nog een aantal beslissingen te nemen, die resteerden uit het gevarieerde debat In de middag- en avond vergadering van gisteren. De Tweede Kamer is thane met de beste wen- schen van president Ruye da Beerenbrouck, die er voortdurend een zeer Inspannend tempn in had. op somerrsoss gegaan. Zü heeft in do laatste dagen van haar samenaün nog een mas sa werk te verduwen gegeven aan haar zuster aan den anderss? kant van het Binnenhof. HQ liet nu het Op de vragen van het Kamerlid van Dis be treffende het verleenen van vergunning aan Urker vlsechers, die in het bezit sjjn van vaar- Men heeft zich het volledige recht voorbe houden. om deze kwestie bf) de begroottng voor 1935 weder los van deze ulspraak te bezien Verschillende afgevaardigden, die zich in het debat mengden, spraken zich in daas richting UIL De motte-Wijnkoop motie van wantrouwen in het beleid der Regeering werd bU zitten en ópstaan verworpen. De sociaal-democraat VLIEGEN bewees aan dezen dwaaen inval van den eeuwig grinniken den communist nog de eer van een motlveering van da stem zUnsr IracUs; daas bad, zoo legde Dr. E. W. K Maller stand gekomen De Bnd- hoveneche afgevaar- De wijziging van de Winkelsluitingswet ts met 33 tegen 35 Preieetantoehe) stemmen aanvaard. Tevoren nam de Kamer nog bet amendement van den sociaal-democraat Drop aan. krachtens hetwelk ia de ver schillende gemeenten, alvorens de gemeente raad sich over de argentle van een ver ruiming dor Zondagssiaiting uitepreekL gehoord moeten worden niet de betrokken winkelier*, sooals t ontwerp voorstelde, maar tuigen met motoren boven 30 P.K.. om na 1 Juli 1934 de vlsscherlj op het IJselmeer te blijven uitoefenen, heeft Minister Oud o. m geantwoord, dat het aantal Urker vlsschers- vaartuigen, dat door dezen maatregel zal wor den uitgesloten, vermoedelijk 87 bedraagt. In derdaad is de Noordzeevisschertj voor bet te genwoordige weinig winstgevend, doch het toe laten van deze vaartuigen op het IJselmeer wordt met het oog op den vlschstand onraad zaam geacht, terwijl het bovendien in booge mate strijdig zou zijn met de belangen van hen, die van jongsaf op de Zuiderzee hebben gevlacht en. door den bouw hunner schepen, thans bij uitsluiting zijn aangewezen op de vls- scherij op het IJselmeer. Het Is niet mogelijk den getroffen maatregel ongedaan te maken. Wel wordt overwogen, of het mogelijk is, den betreffenden vlsachers eenlgermate tegemoet te komen krachtens de Zulderzeesteunwek Oek de wijziging van de Landbouw crisiswet werd goedgekeurd. Er was geen hoofdelijke stemming voor neadig. In tegenstelling met dezulken schreef Paulus san de bewoners van Philippi: .er wandelen er velen ik heb het u dikwijls gezegd en Ik herhaal het weenende er wandelen er velen, die vijanden zijn van Christus' Kruis; hun dood zal ellendig zijn, omdat hun buik hun god is; omdat zij In de wijsheid der wereld een glorie stellen, welke vernietigd zal worden." Wie de onzekerheid van den zekeren dood niet wil riskeeren, die slulte met dien dood tijdig een bondgenootschap; die zie hem niet als een vijand, maar als een waarschuwend vriend, welke op het beslissend uur tot de overwinning voert. De Kamer heeft slch door aanvaarding met 45 tegen 35 stemmen van een op ad vies van Dr. Moller gewijzigde motie van Mevrouw Bakker-Nort uitgesproken tn deuen sin, dat de Minister het subsidie voor 1934 aan het Lorentzlyceum kan ultkeeren, doch dat een overeenstemming van de twee Etndbovenache lyceum kampen vóór 13 Aug. door baar gewenscht wordt Minister BTEENBEROHE had alleen nog maar den heer Van Voorst tot Voorst te beloven, dat hü in overweging nemen aal. of ook hout onder de crisisproducten moet worden opgenomen, en een amendement-Goseling over te nemen, dat in verband met een arrest van den Hoogen Raad over strafbaarheid van vervalschlng van var- kensmerken een overbodige zinsnede over die strafbaarheid uit het ontwerp vervallen liet. Ook wilde de Minister gaarne rekening houden met de opmerking van mr Gosellng, dat de bevoegdheid, om overtredingen te straffen, welke thans krachtens art. 30 der Landbouwcnstswet ook den Minister van Economische Zaken toe komt, eigenlijk een overbodige instantie schept naast den gewonen strafrechter, den tuchtrech ter en de arbitrage Met mate sou de Minister van zijn nieuwe bevoegdheid gebruik maken. In verband met de Donderdag conferentie op het departement van Water staat met de voorzitters der münwerkersbon- den. vernemen we nog nader, dat de mW» heeft meegedeeld, dat de loonsverlaging voor de mijnwerkers beperkt kon blijven tot vijf pCt In plaats van de voorgestelde tien pCt welke verlaging dan nog In twee termijnen in gevoerd zou kunnen worden van telkens 3H pOt de eerste op 1 Augustus en de tweede op 1 October. De regeering acht deze verlaging van de mUnwerkersloonen mogelijk. De vertegen woordiger» van de vakorganisaties hebben zich op het standpunt gesteld, dat ook deze ver laging door de mijnwerkers niet kan worden gedragen. Sinds gerulmen tijd werd In de kringen van de Raphaëlmannen het verlangen gekoesterd, •dat ook het stoffelijk overschot van wijlen Mgr A. Mutsaers. de onvergefelijke eerste bonds- advlseur van St. Raphael zou rusten op de stichting te Venlo, welke zijn naam draagt. Deze piëteitvolle wenschen gaat binnen af- zienbaren tijd werkelijkheid worden, voor de verwezenlijking waarvan pastoor W. Mutsaerts uit Tilburg zijn bemiddeling heeft verleend. Zoowel de familie Mutsaers als Z. H. Exc. Mgr. Diepen, blsschop van Den Bosch, hebben op een daartoe strekkend voorstel gunstig be slist, soodat het stoffelijk overschot van den vereerden eersten bondsadviseur. hetwelk thans rust In den grafkelder op het kerkhof te Or- then zal worden overgebracht en bijgezet op het ..Mgr Mutsaersoord" te Venlo, alwaar het zijn laatste rustplaats zal vinden naast dat van zijn vriend en opvolger, wijlen pastoor Donders. Die overbrenging en bijzetting zal In het a.s voorjaar met groote plechtigheid geschieden In tegenwoordigheid van alle leden van ,J8t. Ra phael". Tevens is onder de leden van genoemden bond een actie ingezet om een monument te stichten ter eerbiedige en dankbare nagedach tenis van deze belde groote voortrekkers, me- de-oprichters en eerste bondsadvissurs. welk eere-monument boven beider rustplaats zal verrijzen. In de Strooppot-affaire sagen mr van Dijken en mr. Gosellng met één stem meerderheid hun amendement, om deze zaak nu maar als be ëindigd te beschouwen, verworpen. Maar de adressant, de heer Rjjsdljk. la met de daarop gevolgde aanneming van de conclusie der com missie. welks den Minister alsnog om een onder zoek en een schadevergoeding vraagt, zeer wei nig gebaat. Minister Kalft heeft namelijk al verklaard, dat hl) hierin de Kamer ónmogelijk ter wille zal kunnen zijn De zaak ia. nu zij voor den rechter In drie instanties Is uitgevochten, voor hem definitief uit Minister MARCHANT segde toe. dat hü van deze post geen gebruik sou maken en sou trach ten de beide heftig tegenover elkaar staande onderwijsinstellingen tot een fusie te bewegen Door den onwil van het gemeentelijk lyceum en van den Bndhovenschen gemeenteraad, die de door Minister Marchant geïnspireerde fusle- voorstellen afwees, zat thans de zaak hopeloos vaat. En de bewindsman wenschte thans wei, dat de Kamer hem van zijn belofte ontslaan zou. opdat het Lorentzlyceum, dat een verdien stelijke onderwijsinstelling te. niet ontijdig het loodje leggen sou. HU had blijkbaar zijn partU- genoote. mevrouw Bakker-Nort, bereid gevonoen. door een interpellatie de zaak in de Kamer aan de orde te brengen. De brand ontstond bU den heer Scheepmans en werd ontdekt door een der zoons, die In den boomgaard werkzaam was. ZUn eerste werk was de hulsgenooten, die lagen te rusten, te waarschuwen. Bulten het perceel gekomen waagde een zoon zich nog even In het brandende huls, om een kistje met geld en gouden sieraden eruit te ha len. In zUn verbouwereerdheid beeft hU echter het kistje te dicht bU de brandende woning ge zet. Later te het kistje teruggevonden, doch al het papiergeld was verkoold en de gouden zto- radea waren tot één massa versmolten. Met deze kapitale boerderij en vier groote schuren gingen verloren 50 000 KG. hooi, als ook de geheele landbouw-inventaris, het meu bilair en een honderdtal kippen Inmiddels waren de vlammen overgeslagen naar de 100 M. verder gelegen woning van K Walburg, die weldra eveneens in de asch werd gelegd. Tot overmaat van ramp tastte het vuur ook de boerderU van diens zoon, Chr. Walburg aan. zoodat ook deze spoedig In lichter laaie stond. Van deae boerderij, die alle drie met stroo gedekt waren, bleef niets over. De brandweer van Dreumel greep de vuurzee krachtig aan en wist verdere uitbreiding te voorkomen. Alles was laag verzekerd. digde VAN DER PUTT, die het bestaan van twee neutrale lycea naast elkander minder gewenscht acht, sloot zich bU die suggestie aan. En nog andere sprekers de liberaal WENDE- LAAR. de ChristelUk-Historische afgevaardig de RUTGERS VAN ROZENBURG, de sociaal democraat FABER stonden op het standpunt, dat de gemeenteraad wel een soepeler houding sal gaan aannemen, wanneer hU niet meer de zekerheid heeft, dat t Lorentzlyceum bU gebrek aan middelen tot spoedigen ondergang gedoemd aal zijn. De Christelijk-Historische afgevaardigde TTLANU3 en de antl-revolutlonnalr VAN DIJK evenwel handhaafden de houding, In Decem ber door ben aangenomen, en vonden, mede om de consequenties, welke aan verleenlng van het subsidie verbonden zouden zijn tegenover andere bijzondere lycea, dat het lorentzlyceum nu maar zich schikken moest in bet risico, dat het eenmaal op zich genomen heeft. Zr te dus thans eenlg respijt. En Mlniator Marchant sal zijn volle medewerking geven, opdat de beide partijen tot elkander komen en er een practteche verdseling van taak en ter rein tot stand wordt gbrachL gevoel. Het kent geen goed en geen kwaad. Het mist de gave om zijn Schepper te danken, -heeft dan ook geen belooning, maar ook geen straf te wachten. De mensch kan onmogelijk het wezenlijke verschil tusschen hem en het dier ontkennen. HIJ heeft verstand, overleg, een vrijen wil e^ dus verantwoordelijkheid. ZUn ziel dringt om zich bulten den nauwen cirkel van het oogenbllkkelUke te verheffen; zU smacht naar geluk, ziet in de toekomst, hunkert naar meer, naar rust, naar vrede, naar ongestoord geluk: naar den verren horizont, waarachte de eeuwig heid staat. Dat is de stem van den mensch, geschapen met lichaam en ziel; dat is de drang naar bet onsterfelijke in het sterfeUjke. Men kan deae stem moedwillig pogen te smoren; óf wel een hetllooze omgeving kan dat ziels verlangen afzwakken: in oogenbllken van zui vere vreugde of diepe zielesmart; onder de werking van een grootsch natuurtafereel of in eenzame uren, klinkt die stem van de ziel óp en is onloochenbaar aanwezig. Het UJkt overbodig om voor christenen aan deae waarheden te herinneren. En toch, wan neer de gelegenheid zich daartoe aanbiedt, wan neer het groote probleem van het menschelUk leven, nm de beteekente van den dood, zich door bijzondere omstandigheden feller dan an ders aan ons opdringt, dan lUkt het nuttig op de noodzakeUjkheid te wUzen, dat de dood in ons leven een groote rol dient te spelen. B" is geen grootere zekerheid dan de weten schap, dat leder mensch, zonder uitzondering, sterven moeL Er is ook niemand, die aan neemt, dat hU ook maar de geringste kans heeft om aan den dood te ontsnappen. Naast die absolute zekerheid te er even groote onze kerheid over ons lot aan den anderen kant van het graf. Nooit te er een mensch van gene zijde teruggekeerd om ons over dat hierna maals in te lichten. Die zekerheid moeten wU dus zoeken in een geloof, dat redelijk te. In een leer, die bovennatuurljjk gezag heeft. Beide elementen vinden wU in het geloof, hetwelk leert, dat de mensch bü den dood bet lichaam als vergankelijke stof achterlaat en dat zjjn ziel als onvergankelijk naar haar Schepper terug keert om rekenschap te geven van de wUze. waarop zU in bet stoffelijk omhulsel zich heeft gedragen. *t Is voor den christen, die van zUn jeugd af in deze logischs leer Is opgevoed, niet moeilUk om die ontzagwekkende gedachte verder te werken: de leer van den zondenval, van de verlossing in Christus, van de genade om met een vrijen wil den hemel te verdienen. Over dit alles beslist ulteindelUk die ééne seconde, de laatste ademtocht, de dood. Is het daarom niet dwaas, dien dood als factor in bet leven uit te schakelen, omdat hU ons ongelegen komt, omdat wU hem onaangenaam vinden? Wanneer wU willen, worden wU voortdurend aan hem herinnerd: telkens vallen menschen- levens om ons heen van den levensboom als rijpe vruchten af: t is de dood, die se af- schudL Telkens worden wU door kleine of groote ongemakken in eigen lichaam aan de broosheid van ons bestaan herinnerd; *t zijn schaduwen van den dood! ^Gelukkig wie zich met den dood als met een broeder vertrouwd maakt HU handelt naar het woord van de Schrift: gedenk uw uitersten en in eeuwigheid zult ge niet zondigen. HU han delt als sen wUs man, want hU stelt het kost baarste dat hU te verliezen heeft, zUn ziel, veilig. HU redeneert uit ds groote zekerheid, nm. de wetenschap, dat hU sens sterven moet en houdt al zijn levensdagen den dood, als het brillssend einddoel, voor oogen. Dr MOIJ.ER. die het voor het Lorentzlyceum opnam, omdat hU de bU- sondere school als school, door de ouders voor hun kinderen gewenscht, met ten achter wil zien ge steld. suggereerde Mevr Bakker-Nort. den termijn tot 15 Augustus tn haar motte op to nemsn. om dat hU gegronds rsdsnsn had. om to gelooven. dat binnen dien tUd de over eenstemming aal sljn tot -j-v asteur was scheikundige, en had In de P* scheikunde reeds een grooten naam ge- maakt, toen hij zich nog nooit met de geneeskundige wetenschap had bezig gehouden. 1 Oppervlakkig beschouwende, sou men misschien meenen, dat hU onder zUn scheikundige studiën een streep gezet bad, en tot de geneeskunde was overgegaan. Zoo is het echter In "t geheel niet gebeurd, maar Integendeel, er zit in bet geheele werk van Pasteur een logische lUn. GelUk menweet, vormt zich onder in oude wUnvaten een soort steenlg bezinksel, dat wijnsteen genoemd wordt. In 1770 was deze wijnsteen door een Zweedsch scheikundige onderzocht, en het bleek hem, dat deze een zuur bevatte, dat wijnsteenzuur genoemd werd. Dit scheikundig lichaam werd door verschil lende chemici onderzocht en men kende nauw keurig de samenstelling Nu had In 1830 een zekere Kestner te Thann In den Elzas iets met den ruwen wijnsteen ultgehasüd. hu wist zelf niet wat maar een feit was, dat men daarin naast het gewone wijnsteenzuur nog een ander wUnsteensuur vond, dat eigenlijk precies aan het eerste gelijk was, even swaar was. dezelfde reacties vertoonde, op dezelfde wUze uit dezelfde atomen was opgebouwd, maar dat de zeldzame eigenschap vertoonde, dat het niet in staat was het polarisatievlak te draaien Het zou mU te ver voeren, nauwkeurig uiteen te zetten. wat polarisatie la. doch een enkele verduidelUklng moge volstaan. Wanneer men een I j weegt de hand op en golven. Deze golven gaan van boven naar be neden en bewegen zich dus In een verticaal vlak. Wanneer men de hand echter van links naar rechts beweegt gaan de golven van het touw ook van links naar rechts, bewegen slch dus in een horizontaal vlak. Men kan ook de hand van boven rechte naar onder links be wegen, en ds golven van het touw liggen dan in een schuin vlak. Wanneer men nu een ge wonen bundel lichtstralen sou onderzoeken, dan zou men bemerken, dat sommige van die lichtgolven rechtop staan, andere vlak, andere weer schuin. Nu is bet mogelUk. om er voor te zorgen, dat al die stralen In twee vlakken gaan liggen. De helft golft als touwen van boven naar onder, de andere helft van links naar rechts, maar geen enkele golft er schuin. Dit heet nu polarisatie van het licht. Om dit te bereiken, laat men bet licht vallen door een z.g dubbelbrekend kristal, b.v. van Uslandsch spaath. at kwarts. Dan wordt het licht gepo lariseerd. Wanneer men dit gepolariseerde Msht nu laat vallen door sommige stoften, b.v, door een oplossing van druivensuiker (blanke stroop), dan draaien deae vlakken, waarin het licht golft naar links En dit kan men met een daarvoor gecontrueerd instru ment, den polarimeter, in een oogenbllk vl ieren. Hoe meer suiker er in de oplossing is, des te sterker wordt het polarisatievlak naar links gedraald. Het ie de gemakkelUkste manier om b.v. het wilkergehalte in de urine van diabeteslijder» te bepalen, maar bet instru ment is vrU duur. Welnu die twee wijnsteen zuren zUn In dit opsticht zeer verschillend, en daarop hadden zich de beste scheikundigen van Europa OA Mltacherllch en Blot blind gs- rtaard, zonder de oplossing te kunnen vinden. Pasteur begon met uit »l)n oogen to kijken en toen zag hij tets aan die kristallen, wat niemand voor hem gezien had. HU ontdekte aan het sene kristal sen facet, op een hoek was er een klein vlakje, als van een diamant, zóó dat het kristel niet geheel zymetriach was. vreemde wijnsteenzuur o. weer uKkriMalllseerea, en dan kon hij de vtt- schillende kristallen ultzoeken. Het draaide links, en het anders rechts, en se wared 1 niet symmetrisch. Daar was dus de eerste I groote ontdekking: dst dergeWke asymmetrische stoffen het Polarisatievlak draaien. Dit is bet begin geworden van een geheeien nieuwen tak der scheikunde, de stereo-lnsomerie, d.wx de verschillende rangschikking tn de ruimte. Natuurlijk moeten deze stoffen In hun inwen- dlgen bouw een zekere asymmetrie hebben. bU wUze van spreken, scheef zUn, om de lichtstralen te kunnen draaien. Toen kwamen uit verschillende plaatsen van Duitachland berichten, dat het vreemde wUn- rteenzuur daar ook gevonden was. En Pwstout op reis, om het geheim te vinden; na heel lang soeken bemerkte hQ ten laatste, dat de oorspronkelijke wijnsteen, het ruwe product, belde soorten bevatte. EB tenslotte en dit was het voornaamste. v*l hü ontdekte: de natuur maakt asymhietrtache lichamen en bfjna steeds links draaiende; wanneer men echter in het laboratorium zulke kristallen laat uitkristeülseeren. komen er precies evenveel links als rechts draaiende voor den dag. De groote conclusie van Pasteur was nu het volgende: de scheikundige processen tn de levende natuur verloopen anders dan In hst laboratorium, of liever, de levende natuur kiest een bepaald soort scheikundige processen uit. Nu waren al deze dingen met wijn gebeurt en wUn is een giatingsproduct; en oogenbllkkellJk deed Pasteur een grooten gedachtensprong en besloot: gistingsprocessen zijn dingen van de levende natuur. Pasteur werd hoofd aan een onderwUainrich- ttng in UUe, en daar kwamen de bierbrouwers klagen, dat het met hun brouwerij niet goed ging ZU-waren geen mees»er over de produr- tld, somtUds vlei bet brouwsel geheel verkeerd uit, werd dradentrekkend. en er kwam melk zuur tn Nu was m dien Ujd de vastaande meening der wetenschappelijke wereld, dat de waren. maar tot het gebied der „doods** scheikunde behoorden. Echter gaven de grootste geleerden gaarne toe dat de gisting, waar onder men van slim verstond, een duister en onoplosbaar probleem wee. Pasteur begon met te küken, en hü bemerkte, dat wanneer hst bier goed werd, de giet boetend uit baüeQeK maar wanneer het bier Biecht werd, en zich melkzuur ontwikkelde, er staafjes gezien wer den. Pasteur was zeer voorzichtig en nauw keurig in bet h net ug» urm, maar schrok nooit voor een geheel nieuwe en onverwachte ooo- duste terug. HU vond dus. dat dit gist uit levende wezens bestond, an hU leerde don bier brouwer» hst goeds van bat slechte giet te onderscheiden Onder gisting (fermentatie) verstond men toen ook rotting en bederf. Pasteur meende dat ook drt veroorzaakt Werd door levends wezens, en hü toonde met onkels eser eenvoe- dlge m geniale proevon aan, dat de rotting niet vanzelf optrad, maar door kiemen utt ds lucht werd veroorzaakt. Daarna raakte de zUdewormcuftuur in een groote moeUUkbsid, want de zijdewormen werden stek on stierven, de geheele züde- Industrte in Zuld-Prankrijk word met onder gang bedreigd. Mm stuurde Pasteur ar heen, om de zUdeboeren te helpen; hü had nog nooit een zijdeworm gezien Pasteur begon weer uit ZUn oogen on door het mlcroecoop te kijken; m ook daar ontdekte hU een nieuw organlsuse, dat dm zijdeworm ziek maakte Do genesing was eenvoudig, «nen moest ds cocons ultzoeken sn alleen de goede bewaren an voort laten telen. Zoo kwam hü meer en meer tot de overtuiging, dat tel van riekten door levende wwssne werden veroorzaakt, en ondanks den grooten tegenstand dien hU ontmoette, m waartegen hU met djn rtrtjdiustlg karakter krachtig te koer ging vond sQn kw inc&nff en begonnen de wt)eeren onder do artsen ham raad te vragen. HU vond utt Agi bectertotoMye, de leer de* onvatbaarmaklng of tmimmlmtie. en toen het hom getakte, patiënten, dte door een dotten hond warm gebeten, te geniein, vM de kritiek verward m voralagsn ter neer. n weinige maanden tüds zUn er nu bin nen en onmlddellük aan onze grenzen drie vorstelüke personen ten grave gedragen. Vooral aan deae zijde van de Brabantache grens, waar bet volk niet zoo gemakkelUk uit loopt en niet zoo licht in beweging komt, heb ben wü bü deze gelegenheden een medeleven, een spontaneïteit waargenomen welke verraste Zeker, de massa houdt ondanks alle ni- velleerlng van uiterlüke praal; het men- ■chenhart, zeker dat van de groote menigte, hangt aan romantiek. En dat is gelukkig; met tedere poging om dat gevoel te dooden la men bezig bet volk te verarmen. Dat dus een rouw- een koninklüke begrafenis, veel volk trekt is op zichzelf een zeer gewoon verschijn sel. WU zouden verder kunnen gaan en zeggen, dat een vorstelüke rouwplechtlgheld meer dan eenlg ander ulterlük vertoon de menigte moet trekken. Immers, welk contrast spreekt den mensch meer aan dan een vorst in een Ujk- klst. Wie van konlnklUken bloede is staat ver boven een gewoon sterveling. Op een mlllloe- nenbevolking zUn het slechts weinigen, die den konlng en zUn familie en dan nog met eerbied mogen naderen. Daar komt de dood en toont de gelükheld van alle menschen aan. Men moge dit vorstelüke, stoffelijke overschot met nog zooveel pracht en praal omringen, wan neer het In den lükkelder is bügezet, onder gaat bet *t zelfde lot als het ontzielde lichaam van den armsten bedelaar. Voor allen van hoog tot laag staat geschreven: gedenk o mensch, dat gü stof rijt en tot stof zult wederke^fen! Er is niets, wat zoo sterk tot de menschrfbke verbeelding spreekt als de gelükheld van allen voor Zijne Majesteit de Dood. Wie echter bü de jongste koninklüke begra fenissen der laatste maanden, zoowel hier als in Belgie, zcherp de volksuitingen heeft gade geslagen. heeft nog een andere, zeer gelukkige reactie waargenomen: de uiteraard buitenge wone rouwplechtlgheden onttrekken het sterf geval aan de gewone begrafenlaaleur. Er gaat In de steden geen dag voorbü of men ontmoet een of meer rouwstoeten. En ieder persoonlük maakt in den kring van vrienden en kennissen van tüd tot tüd een sterfgeval mee. De dood is ons allen zóó nabij en doet zjjn werk zóó veel vuldig om. ons heen, dat de ontzaglijke tea, welke ons telkens in zün verschoning gegeven wordt, haar kracht verloren heeft. Zelfs de ■nart om het heengaan van een dierbare trekt gemeenlük de aandacht zóózeer op het persoon lijk verlies, dat de waarschuwing, in dat ver scheiden voor ons zelf gelegen, langs ons heen- gsat Vruchtbaar daarom kan een koninklüke be grafenis zün, zooals wü er nu drie achtereen in onze omgeving gezien, gehoord of gelezen hebben. Door de vorstelüke praal van zulk een rouwplechtlgheld komt de Majesteit van den Dood eerst volkomen tot haar recht; en door de eeuwige waarheden, welke zooals bü de drie laatste christelijke personen van ko nlnklUken bloede het geval was bü het graf werden gesproken, klinkt heel krachtig tot de groote massa de waarschuwing van de Schrift: gedenkt uw uitersten! Heel helder heeft die vermaning In deze da- gen bü den dood van Prins Hendrik der Ne derlanden geklonken Men hoorde, dat hier een man was heengegaan, die waarlijk het leven niet haatte; die vriéndelijk en menschllevend was en een biüden aard had en die toch zich dlkwüls en ernstig met het probleem van den dood bezig hield. Het moest niet noodlg zün. dat het venchel- den van een vorstelijk persoon en de plechtig heden bü diens lijkbaar ons het gewichtigste moment van ons bestaan in herinnering riepen, nm, ons sterfuur. De dood moest een factor van den eersten rang in ons leven zün, en zeer velen achten het niettemin onbehoorlijk om over hem te praten en willen liefst maar geen rekening met hem houden. Bi toch, alle geschapen wezens loopen naar den dood; zü verwijlen eenlgen tüd op de< aardbodem, spelen er een kortere of langere rol, met geen grooter verschil dan enkele tien tallen jaren. En dan is het opeens uit. ZU verdwijnen en maken plaats voor een ander. Is bet elgenlük niet dwaas om met deae aller voornaamste wetenschap geen rekening te hou den; cm vermaak te aoeken, om te werken, ton te zwoegen, om aan alles te denken, alleen biet aan het feit, dat er aan dit stuk leven na vier, ot zes of acht maal tien Jaar een onherroepelük einde komt? Dat de brute vrij geest, die in den mensch •Ueén stof ziet, deze opvatting aanhangt, is logisch: wü zün stof, redeneert hü. en wan neer dit stoffelük lichaam in elkaar valt, biUft er niets over. Maar zulke overtuigde UbertUnen «Un er als ze er zün msar aeer weinig, moet van jongs af aan in een menschen- Bri heel wat verwrongen worden en scheef •roeien, eer die diep in ons levende overtuiging een onsterfeluke riel uit ons is gerukL Vandaar, dat te allen tUde. en tn onae eeuw weer in zeer sterke mate, het geloof in de ziels verhuizing zooveel aanhang vond. Onder aller- lei vormen heeft hst pantheïsme zich tn den loop der eeuwen voorgedaan; maar in de kern 8®en verschil. Zelfs ds meest aantrek- keiüke vorm en juist dese, is de verwvrpelükste hr alls, ds leer, dal de ziel van alle wezens ba dan dood in een anderen vorm voortleeft, opnieuw sterft en weer een andere gedaante ••nneemt, stijgend tn steeds hoogeren graad van Tolmaaktheid en deel uitmakend van de al- ^*t is van God. Ontelbaar zUn degenen, die zich In deze dwaling laten verstrikken. De is aantrekkelijk; zü geeft zulk een aange- ■•«ne oplossing van het groote levensraadsel. ■>aar vooral: zü ontslaat van do peraoonlüke ’•rantwoovdelükheid. in sóóverre is zü ge- MJk aan hst meert bruto materialisme, dat ach tte dan dood geen voortbestaan moer erkent Oodloochenlng toch en zielsverhuizing ma kte! tusschen den mensch on hot dier geen WtoinlUk verschil Het dier gaat kennelük den v®8 van hst blinds noodlot. Het komt op ds vsrold. volgt zün instinct plant rich voort sn ’•"Ab'Unt Het hseft geen ware vreugd sn geen *****Mn« hst mirt alle vssantwooritalUkbsiita' MB <O- 7de <M no en- or-

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Noord-Hollandsch Dagblad : ons blad | 1934 | | pagina 5