Bisschop Egbert van Trier
f565.
PER VLIEGMACHINE DE WERELD ROND
Gelouterd
I
I
I,
u&Aaal van den dag
f82.155.-
V
keerden
uit
I I
LEERLING VAN EGMOND
WIJ SPAREN™»
Alleabonné’s
Wl|
geldende
ZATERDAG 11 AUGUSTUS 1934
•4
P
f565-
Oud kasteel vernield
NAAR
HET
SPAANSCH
f 125.-
f 50-
Beschermer van kunst
en wetenschap
50—
50-
50—
25-
Eugene O’Neill werd
Katholiek
Nieuwe pogingen tot
redding van Byrd
Hij legde den grondslag voor de
later zoo beroemde bibliotheek
der abdy
f 50—
f 40—
HIERMEDE STEEG
WAARMEDE
De autoweg Keulen-
Bonn
f 125—
f
f
f
f
I Gewonnen en toch.. I
verloren I
ingevolge de voor onze abonnes
gratis-ongevallenverzekering aan:
C. P. Vreeburg, Langebuurt 5, Uitgeest
L Verhaar, Waverveen, Nessersluis
W. G. J. Custers, Langenweg 29,
Noordwijkerhout
J. Ceelie, Plantsoenstraat 2, Purmerend
P. J. van den Berg, Hyacinthenlaan 40zw.
Haarlem
R. van Balen, Cr. Houtweg 81, Beverwijk
B B. Pieters, Paus Leostraat 32, Haarlem
Mej Dubois, Lijnderdijk 24, Halfweg
W. A. Res, Ruiterweg 3, Castricum
ONS AANTAL
THANS EEN TOTAAL
aan onze verzekerde abonne s is uitgekeerd.
DIRECTIE VEREEN. KATH. PERS
AANGIFTE MOET, OP STRAFFE VAN VERLIES VAN ALLE RECHTEN, GESCHIEDEN UITERLIJK DRIE MAAL VIER EN TWINTIG UUR NA HET ONGEVAL
UITKEERINGEN TOT 328,
BEDRAG VAN
met
den
t
bovenvermelde
IIINIIIIIIIUIIIIIIIIIIIIIIIIIIHIIIIIIIIIIIIUUIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIII llllllllllllllllllllllll
woorden.
„Kom nu even binnen, Dickl
de
onbewust
krommer loopt,”
hij
nog
was
1.
U
sa be th van Thüringen
verbonden
en verkleed moest
en
groen te
Carvajal
30
VI
(Wordt vervolgd)
hè? Grootvader (egt,
huls
BDOTZ'
QVQNTI
i
i
i
r
s
die in haar werk en in' haar nederig
berustte, met haar goedlgen glimlach,
Hoewel ook de tweede poging om vice-admi-
raal Byrd, die geïsoleerd zit in zijn waarnemings
post 123 m(jl ten Zuiden van Little America, te
redden, Is mislukt, is dr. Thomas Poulter opnieuw
vertrokken naar het kamp van Byrd. De nieuwe
tractor waarmee de reddingspoging wordt ge
daan is voorzien van een speciaal verwarmings
apparaat.
Bovendien is Byrd er in geslaagd de draad-
looze verbinding met Little America, zij het ook
gebrekkig, te herstellen. Eenlge dagen geleden
seinde hij, dat alles In orde was.
bjj verlies van *n
anderen vinger
n
n
ir
3
I
Het bleek thans dat ons overhaast vertrek
de achterdocht der Sovjet autoriteiten had op
gewekt. Wat we redeneerden en pleitten, het
gaf ons niets. In plaats van te gehoorzamen
aan het bevel van den ambtenaar op het vlieg
veld te Lenlnggrad, waren ze kalm opgestegen
en dat vergrijp moest zwaar gestraft worden.
Voert ze weg, beval de opgewonden man.
k.
I
blikken laten kwamen er twee soldaten onz<=
cel binnen die ons gelastten mede te gaan. We
werden in een vertrek gevoerd waar een of
andere hooge ambtenaar zat. Deze begon direct
woedend uit te varen, waarom we niet gehoor
zaamd hadden aan het bevel van den amb
tenaar te Leningrad, om te blijven wachten
toen hij ons op het vliegveld achterna holde.
Het oude kasteel van Alcacer do Bal, asm den
oever van de Sado in Portugal, is tengevolge
van een bergstorting zoo goed als geheel ver
nield. Een der zware muren werd ondermünd
en stortte onder donderend geraas naar beneden.
Verschillende beneden aan de rivier liggende
hulzen werden door het zware gesteente ernstig
beschadigd.
blad droeg waar water en brood op stond
Thans was de man wat spraakzaam en h1]
hoonde en treiterde ons op velerlei wijze, het
geen Oom eindelijk het geduld deed verliezen
en den man een gevoelige opstopper deed ver-
koopen.
Woedend verdwene de man, met de woorden:
..Daar zul je voor boeten, man”. Eenlge oogen-
een
hij
°P
had
Per kee-
rende poet ontving hij het reglement, alsmede
z'n bewijs met de mededeellng, dat ze blij
waren nu eens zaken te doen met den zoon van
een oud vriend.
Ingewijden verzekerden, dat het onmogelijk
was voor Rose Mary om te winnen. Het was een
rennen
w*d door
^Kweerde
iBFaarvan
i klampten
an Dirk I, Graaf van Holland, weten we
weinig meer, dan dat hij in 023 van
Konlng Karei nl goederen in leen mocht
ontvangen en zich heeft beijverd de christelijke
beschaving in zijn gebied te bevorderen door
het gebeente van Sint Adelbert, Apostel van
Kennemerland, te doen opgraven en overbren
gen naar een nonnenklooster, door hem Ooste
lijk van Egmond gebouwd. Meer is ons bekend
van zijn zoon. Dirk II en diens gade Hildegar-
dia dochter van den Burgraaf van Gent. Deze
veranderde het klooster in een abdij voor mon
niken en schonk rijke gaven voor onderhoud
en om de kerkelijke diensten te verzekeren.
Wt dit huwelijk werden twee zoons geboren,
Egbert en Arnoud. De eerste was zeer begaafd
en heeft een zoo buitengewonen Invloed gehad
op het beschavingsleven van zijn tijd, dat het
voorzeker de moeite waard ia, nu de belang
stelling in den lande naar Egmond uitgaat, iets
meer over deze merkwaardige figuur mee te
deelen, te meer, daar zijn invloed zich ook tot
op het graafschap en de voormalige abdij heeft
uitgestrekt.
Voordat hij zijn zegenrijke loopbaan als
Aartsbisschop van Trier begon, vinden we hem
vanaf 5 Juli 978 tot 30 Juli 877 als Kanselier
bü bet Keizerlijk Hof, welke kanselarij onder
de hoofdleiding stond van den H. Willigis. den
tateren Aartsbisschop van Mainz. Zijn uitge
sproken gaven als bestuurder, zijn degelijke
theologische vorming en edele Inborst, deden
het oog op Egbert vallen, toen Theoderlk I.
Aartsbisschop van Trier, m 977 kwam te vallen.
Egbert vond het diocees in meer dan een op
zicht in treurigen toestand, gevolg van de bar-
baaiache strooptochten der Noormannen, die
tot op het eind der negende eeuw zelfs tot hier,
toe waren doorgedrongen. Kerken en kloosters
lagen verwoest, wereldlijke vorsten hadden een
groot deel der Bisschoppelijke goederen weder
rechtelijk In bezit genomen, zoodat de Kerk
vorst zoo goed als uitsluitend moest leven van
de kloostergoederen, die Aartsbisschop Heinrich
na de opheffing van enkele kloostergemeen
schappen tot zich had getrokken.
De gevolgen der barbaarsche invallen waryn
echter veel verder gegaan. De studiën waren in
verval geraakt, de tucht was verslapt, de ziel
zorg verwaarloosd, doordat zich leeken-abten
in de kloosters, die tegelijk vele kerken bedien
den, hadden weten binnen te dringen.
Een degelijke hervorming was derhalve drin
gend noodlg.
Wat Egbert, toen hü in 877 den blsschoppe-
Hjken stoel van Trier innam, te doen stond,
was derhalve de beroofde en vervallen kerken
en kloosters weer op te bouwen, de tucht te
herstellen, de kunsten en wetenschappen te be
vorderen.
Sparen kun je toch alleen maar
Als er ook wat over schiet,
Want van enkel lucht te happen.
Zelfs des zomers, leef je niet!
Sparen is alleen maar moog’lijk
Als je niet van alles koopt
En wanneer je niet geregeld
Al je tijd verbioscoopt!
Sparen doe je, als je nimmer
Roek’loos omspringt met je geld,
Doch wanneer je altijd zuinig
Dubbeltjes en centjes telt!
Sparen duidt niet slechts op welstand,
Doch voornamelijk op dit:
Dat de mensch de vele deugden.
Die versiering zijn, bezit!
En nu zien wij, dat die lofspraak
Op ons, Nederlanders, past,
Daar het cijfer op de Spaarbank,
Ook de laatste jaren, wast!
Ja, zelfs nog in drie en dertig,
Legden wij zoovéél apart.
Dat het Cijfer vérre uitgaat
Boven ‘t halve milliard!
Dus men moge concludeeren
Uit dit meer dan gulden feit.
Dat wij inderdaad nog leven
In een idealen tijd!
wasschen
worden
Het arme kind! zei Reina, zoodra de jon
gen weer uit het gezicht was, na een geduchte
schrobbeering te hebben ontvangen. HU heeft
hier ook heelemaal geen vriendjes. Het is heel
natuurlUk, dat hl) nu en dan in de verleiding
komt, om er eens tusschen uit te trekken.
Meneer de markies had het er laatst over,
om hem op kostschool te doen, maar mevrouw
de barones wilde er niet van hooren. HU is nog
zoo klein! zei de oude Olave, die het heele
tooneeltje had aangezien.
Wat een heerlUke tocht door het begroeide
park met zUn zuivere lucht, bezwangerd met
den geur van wilde rozen I Insecten zoemden
In een gouden waas. Nu en dan kwam een hert
In dolle vaart van tusschen de boomen door
over den weg gerend. Bü het meertje rustten
zU een oogenbük uit. Toen zU ten laatste bü bet
paviljoen van den rentmeester kwamen, kon
digde een foxterrier hun komst al aan, met
luid gekef. Een klein dienstmeisje, het eeni re
personeel, dat markiezin Carvajal er op na hield,
bracht hen door een met bloemen versierde hal
naar een kleinen salon op de eerste verdieping,
die uitzag op de elndelooze uitgestrektheid van
slnaasappelboomen en olUven, en op de rivier in
de verte, met aan den overkant een ander
dorpje met zUn kerktoren en witte nulsjes. De
salon had een prachtige veranda, die op den
muur van het park rustte. Op de betonnen
balustrade bevond zich een menigte hortensia's
In bloei, naast geraniums en sleutelbloemen Er
wm ook een parasol, benevens een paar rieten
De man vertrok zonder een woord te zeggen
en we waren weer alleen. Toen de avond was
gevallen, probeerden we zoo goed en zoo kwaad
als bet ging ons te slapen te leggen, hetgeen
met bet oog op de vele ratten, die er waren
niet bepaald makkelUUk viel,
Den volgenden morgen werd de deur weer
geopend door denzelfden bewaker die weer een
van het
stond.
„1 LUkt wel. of
merkte Will Daily op.
Toen hU dlchterbU was gekomen, riepen
Dick en Will haast gelUktUdig: „Hallo Geof
frey!” en begonnen om den verbaasden man een
rondedans uit te voeren.
„Alles is in orde, Geoffrey; ik kan je hel
pen. Je hebt me eens een ontschatbaren dienst
bewezen en nu kan ik je helpen”, begon Dick.
„Ik kreeg onverwacht 100 pond en heb ze gezet
op .Rose Mary", ’t Paard heeft gewonnen en
nu krUg ik 10.000 pond van Dodson en Fogg uit
Warringfield”.
„Ik wist het al. Dick”, antwoordde de oude
man met een gedwongen lach. „Dodson en Fogg
waren op ’t punt failliet te gaan en JU hebt ze
den genadestoot toegebracht. Ik was van die
firma de voornaamste deelgenoot.”
geluk van m’n vriend zal toevertrouwen.”
„Ik heb ook geen verstand van paarden,’
lachte Daily, .maar hier is het avondblad. La
ten we samen eens kUken.”
Aandachtig keken onze vrienden de kolom
men na tot Daily ineens uitriep:
„Wat zou je hier van zeggen, Dick?”
Met z’n vinger wees hij op het paard „Rosé
Mary”, waarop de bookmakers 100-1 Wilden no-
teeren. ..Als je wint, krUg je 100 X 100, dat is
10.000 pond.”
Top!” riep Pears, verheugd. „Dat doen we!
Stel je voor 10.000 pond!” En hü klopte z’n
vriend op de schouders.
„BU wien geef je ze nu op?" vroeg Daily.
„Dat is in orde. Ik weet toevallig een be
trouwbaar kantoor in Warringfield, Dodson en
Fogg. Daar heb ik m’n vader wel eens over hoo
ren spreken.”
Den volgenden dag schreef Dick Pears aan de
firma Dodson en Fogg en vroeg tevens waar hü
ass«ssssn«*sssesssuMassss)(ss*sse*s(ssasssiisssss9^
MARTIN BERDEN
(Nadruk verboden)
iHiiiiiiiiiiiiiimiiiitHiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiniiiiiiiiiiiiiiinuiiiiiiiiii^
de school van Reichenau zijn beïnvloed, zijn
school, waaruit die van Echtemach is voort
gekomen en welke die van Reichenau overleef
de, heeft een geheel eigen Trierschen aard.
Reichenau en Trier-Echternach zUn de mid
delpunten der Dultsche schilderkunst in den
tUd der Ottonen, waarnaast alle andere, als die
van Keulen. Fulda, Regensburg, van minder be
lang blüken te zün.
Egbert’s bemoeiingen Inzake de kunsten strek
ten zich niet minder uit over de edelsmeed- en
emallle-kunst. Nog altUd is in de schatkamer
van den Dom te Trier de kostbare reüekscbrU-
nen van den H. Andreas en van den heiligen
nagel, waarmee de Heiland aan ‘het Kruis is
gehecht, te bewonderen en in die van Limburg
het kunstvolle omhulsel van den staf van
Petrus. Teneinde deze staf, uit welks bezit moest
blUken, dat de Triersche Kerk van Apos-
tolischen oorsprong was, terug te krügen. heeft
Egbert zich alle mogelüke moeite gegeven.
Egbert legde ook voor de Egmonder abdU den
grondslag van de tater zoo vermaarde biblio
theek. Niet minder dan zestien codies, waar
onder een kostbaar missaal, schonk hjj met
waarlUk vorstelUke edelmoedigheid.
Herinneren we er tenslotte nog aan, dat het
ook Egbert is geweest, die Ruopertus, monnik
van Metttaeh, naar Egmond heeft gezonden,
om aldaar de gegevens te verzamelen voor een
Vita van Sint Adelbertus.
Kort voor zUn dood werd aan de Kerk van
Trier de Sint Servaas van Maastricht, haar
Haar füne vingers zetten handig en vlug een
stukje op een overhemd van streepjesgoed van
twintig cent de meter.
Je moet het erg onderhouden, zei ze..
Het te allemaal ontzettend duur. Het is
vreeselUk!
Hier vooral, knikte Rein*.
In haar eenvoudige crème japonnetje met rood
borduursel vond mevrouw Carvajal naar zóó
knap, en zóó gelükend op haar moeder, lat zU
het meisje over deze begon te spreken, met
liefdevolie uitweiding.
Toen het dienstmeisje de thee binnenbracht,
vielen Francisquin en de hond met ware geest
drift op een stapel koekjes aan. Het was een
leven van waar-ben-je-me. Men zou niet ge
zegd hebben, dat de schaduw van het noqdlot
over dat huis lag, aoo*n vroolUk gelach als er
nu opklonk. Tot slot speelde Reina nog een
vroolUk stukje op de fraaie piano, die alleen
een beetje slecht gestemd was, en met enkele
andere goede meubelstukken uit de schipbreuk
gered scheen.
De zon was zoo juist aan den gezichteinder
verdwenen, en vóór bet avond werd, moesten
Francisquin en Reina op het kasteel zün, daar
grootvader zich anders ongerust zou maken.
Diepe stilte lag over het park uitgespreid. De
vogels waren naar hun nest gegaan. Ginds, op
het station, floot een trein. Van den weg klonk
de hoorn van een automobiel. Ben belletje
duidde op den nabUen stap van «en paar
koelen
Hand In hand liepen Francisquin en Reina
Zondagsmorgens kwam pater "jsteban den
markies nooit bezoeken, daar hij het dan te
druk had. Doch éénmaal zün taak geëindigd
zUnde, wat gewoonlük tegen den avond het
geval was, sloeg de priester den weg tn naar
het kasteel, en kwam daar aan, net op het
□ogenblik, dat de markies zün rondgang door
den tuin maakte, in zün wagentje, dat zün
trouwe kamerdienaar voortduwde. Wanneer hü
den pastoor zag aankomen, wachtte hü hem op.
Dan liet hU zich naar een bekoorlUk plekje
brengen, zond den bediende weg, en diór eleven
ze dan praten, tot de gong het eerste :eeken
voor het diner gaf. en de bediende weer ver
scheen, om zün meester terug te rüden. Fran
cisquin, Lorenzo en de beide dames waren dan
bUna altUd op het terras. Want eiken Zondag
dineerde mevrouw Carvajal met haar zoon op
het kasteel
-g—e Amerfkaansche tooneelsehrüver Eugene
1 O’Neill, die ook in Nederland herhaalde-
lUk gespeeld is, wU herinneren aan „Lief
de onder de Olmen”, geregisseerd door A. van
Dalsum, aan .Anna Christie” onder Verkade,
aan de Utrechtsche Studentenopvoering van
..Kelzer Jones” onder leiding van Ad. Hooy-
kaas, heelt zich bekeerd tot het Katholicisme.
Deze overgang Verbaast eigenlUk niemand, die
met het werk van den bekwamen dramaturg
bekend Is, want onbewust, of zoo gU wilt: on
derbewust. gaf hU aan zUn spelen steeds een
religieuze tendenz, die sterk heen wees in dt
richting van het Katholicisme. Het duldelUkst
blUkt dit uit zUn jongste werk, getiteld Tbc
Day Without End” (De dag zonder einde), dat
in Amerika en Engeland met groot succes wordt
opgevoerd en waarvan de N.V. Amsterdanuch
Tooneel In het as. seizoen de première zal
brengen onder regie van Aug. Defresne. Over
dit spel schreef G. K. Chesterton: „In zUn
Jongste drama beschouwt O'Neill het feit, dat
de christelUke levensbeschouwing steeds een
wereld vol wilde, dwalende, wanhopige, wan
trouwende en ontkennende theorieën overleeft,
terwijl die theorieën niet den moed ontwik
kelen om deze waarheid onder het oog te zien."
Verder zegt hU „van al de vele belangwekkende
dingen, die uit Amerika overkomen naar Euro
pa. vind ik zelfs gedurende deze hevig belang
wekkende periode van Roosevelt’s mannelijk
en avontuurlUk Presidentschap niets zoo be
langwekkend als het nieuws over het Jongste
drama vjy den gemalen schrüver O'Neill”. Noc
niet in Nederland opgevoerd Is het lange, maar
mooie stuk „Strange Interlude” (Vreemd Tus-
schenspel). Laat ons hopen, dat ook dit drama
eens een Nederlandsch gezelschap aantrekt.
op dit blad ZUn ingevolge de venekerlngavoorwaarden tegen Z t>U levenslange gaheala ongeschiktheid >t werken door 7C/) bij een ongeval met Z bij verlies van een hand Z 1 9C ofl verlies van een Cfl bij een breuk van Aft
ongevallen verzekerd voor een der volgenoe nltkeerlngen f verllea van belde armen, belde beenen of belde oogen oU.' doodelUken afloop f een voet of een oog f 4 A*/s-luim of wtjevinger f v(/«**been of arms TrlZ.”
duister hen zou verrassen, vóór zU de seringen-
haag bereikt hadden. Francisquin dacnt aan
het gezellige uurtje, dat hU juist ge no. en had.
Reina aan alles, wat ze gezien had. En ae zei
tot zichzelf met overtuiging, dat alleen een diep
godsdienstig gevoel zulk een echte tevredenheid
met den bestaanden toestand kon teweeg
brengen.
MarUena op gedempten toon, alsof ze die op
merking tot zichzelf richtte.
Bovendien doen ze tegenwoordig zulke won
deren, in de geneeskunde.
Nu, ik laat u het rUk alleen, tante. Slaap
u maar lekker, en zie. dat u morgen weer goed
bent, en aan tafel kunt komen, we missen ul
En Francisquin?
Die gedraagt zich als een man. We gaan
nu juist naar tante Carmen. Ik heb haar gis
teren beloofd, dat ik een kopje thee bU haar
zou komen drinken.
Doe haar de groeten.
Reina boog zich over haar heen, en zocht
in bet donker haar gezicht, om haar te kussen.
Marilena drukte het meisje aan haar hart. ZU
voelde een onmetelUke dankbaarheid uit haar
hart opwellen, dat God het leven van 8ovza
gespaard had. Niet omdat sU ooit iets van dat
leven kon verwachten maar omdat zU wist,
dat, nta de jongen gestorven was haar zclfver-
wUten haar toch altUd weer zouden hebben
gekweld.
Intusschen begaf Reina zich, vroolUk als een
vogeltje, met Francisquin voorbU de seringen-
haag in het park. De Jongen was dien middag
in een allerbest humeur. Gebruik makend van
de koetelUke vergetelheid, waarvan hU den
heelen morgen het voorwerp was geweest,
was hU er al vroeg vandoor gegaan, en tegen den
middag in een ontzettenden staat thuisgekomen
vuil, met een gat in zUn knie, en zonder een
knoop aan sUn goed, aoodat hll heelemaal ga-
z’n 100 pond
moest deponeeren
om In 't bezit te
komen van
bewijs, dat
100 tegen 1
Rose Mary
gezet.
Op menig gebied bewoog zich de veelzijdige
Egbert, üit een brief van Bisschop Gerbert van
Reims, den tateren paus Silvester H, leeren
we hem als een beschermer der schoone
kunsten kennen. Trouwens daarvoor pleiten
verschillende handschriften, die met fraaie
miniaturen zUn opgesierd: De Codex Eg
bert!, waarin hU zelf, in blsschoppelUk or
naat, zittend op een troon, is afgebeeld. welk
handschrift dat te Reichenau werd géschreven
de Evangeliën bevat en in de stadsbibliotheek
te Trier met zorg wordt bewaard. Verder het
Psalterium Egbert!, in 881 geschreven en nu te
vinden in de bibliotheek van Civldale in Italië,
waaraan het werd geschonken door de H. Eli-
(het wordt ook wel
Codex Gertrudlanus geheeten naar de Russi
sche Groothertogin Gertrudta, die er in 1085
de bezitster van werd).
Niet mogen worden vergeten de Codex Epter-
nacends, die eveneens de Evangeliën bevat, en
de verschillende Sacramentaria, copieën van
1 Sacramentarlum van Gregorius den Grooten,
thans te Parijs te vinden. De schepper van dit
Registrum Gregorii was een buitengewoon be
gaafd meester in de boéksierkunst. Mag hU door
driejarig paard, dat nog nooit op de
was uitgekomen en bovendien bereden
een onbekenden jockey. Dick Pears J
echter, dat juist die paarden wonnen'
niemand het verwachtte en vol hoop
«U zich aan deze mogelUkheid vast.
ElndelUk was de groote dag aangebroken.
Pears had van spanning en opwinding haast
niet kunnen werken. NauwelUks had hU het
kantoor verlaten, of hij kocht aan de kiosk een
avondblad, liep vlug de kolommen door en
schreeuwde het eensklaps uit, toen hU met
groote letters zag staan:
„Rose Mary komt als eerste aan. Een span
nende race”.
De menschen keken hem na, toen hU als een
gek door de straten rende met een geopende
krant in z’n hand. Toen Will Daily, die ook nu,
zooals lederen avond aan 't hek van z’n voor
tuintje stond te wachten, totdat Dick voorbU
kwam, om dan een praatje te maken, z’n vriend
zoo zag aankomen, schoot hem te binnen, dat t
de dag van de rennen was en begreep direct wat
er was gebeurd.
„Gewonnen! Gewonnen!” riep Dick hem al
van verre toe.
Ze schudden elkaar de hand en stonden als
kinderen van vreugde in t rond te springen.
stelde. Daily
voor, „dan kunnen we er een glaasje op drin
ken.”
„Neen kerel, ik wilde wachten tot de oude
Geoffrey Durden straks voorbU komt, dan deel
ik hem direct het nieuws mede.”
ElndelUk kwam de oude heer aan,
groote nieuws, dat hem te wachten
_JMarUen< 8*“» opeens recht op ia bod zitten.
Dank zu het feit, dat het donker was in de
“®er, kon het schrandere meisje die onge
wone beweging, heel ongewoon voor een vrouw,
die zóó volleerd was in de kunst van lich te
“fiterscheu als barones Tailarea, niet op
merken.
En.
Nu, dis jongeman, waarvan ze gisteren
avond zelden, dat hU vermist wm>. hebben ze
gevonden. HU ligt heel zwaar gewond in een
hospitaal in Melilla....
MarUena begreep, dat ze wat zeggen moest.
Maar hoe zou ze het brok wegslikken, dat .laar
*n de keel geschoten was, zonder In snikken
“it te barsten?
Nu, ik denk, dat u daar blU om zult zl’n
ne? Grootvader zegt, dat het een heele >este
J“>ren is, en dat hU altijd veel bU ons over
«ewaest Is. Op slot van rekening is
toch beter, dan dat je weet, dat hü dood
of vermist is, hè?
NatuurlUk. Gewonden kunnen beter wor-
maar dooden staan niet op.... yeraekerde
Eenlge maanden geleden is de prachtige
autoweg tusschen Keulen en Bonn ook voor
motorrijders opengesteld, op voorwaarde dat
zU de regels van den weg ln<cht zouden nemen.
De motorrUders hebben echter den weg als
een racebaan gebruikt en zooveel ongelukken
veroorzaakt, dat deze weg thans voor hen ver
boden ta.
stoelen met cretonnen kussens, die tot oen zit je
noodigden echt om eens de oogen half dicht
te doen, en zich aan die zee van
vergasten.
Mevrouw Carvajal liet haar naaimandje
staan, legde haar lorgnet neer, en stond op,
om Reina te begroeten. Onwillekeurig keek het
meisje, toen ze door de kamer naar de veranda
kwam, naar den ouderwetachen divan, met het
versleten kleed, en andere dingen, die aan ver
gane glorie herinnerden. Francisquin en de hond
waren al in dolle pret met elkaar aan het
stoeien. Ze waren allebei Jong, en begrepen
elkaar opperbest.
Je excuseert me toch, dat ik doorga met
mUn werk. Reina? zei mevrouw Carvajal. Dit
is een niéuw overhemd van Lorenzo, dat hU
gisteren gescheurd heeft en ik moet er een
stuk opzetten, als ik niet wil, dat hu straks
thuis komt met het hemd, dat hU nü aan heeft,
aan flarden. Ze zUn boomen aan het omhakken
en hu moet er natuurlUk bU wezen. Het schUnt,
dat hU er veelal in zUn hemdsmouwen bü staat,
en dan kun je zoo ge makkeluk je goed
scheuren.
Dot allee sprak van groote zuinigheid, zU
het dan ook niet direct van armoede, dank zij
de edelmoedigheid van markies Aledo. Wat een
bewonderenswaardige vrouw, die mevrouw Car
vajal, - -■ -
leven
haar voorkomen van echte dame, en dien be
koorlijken eenvoud, die haar ertoe bracht, om
open voor haar bescheiden positie uit te komen,
zonder yataciM schaamte.
wederrechtelUk ontnomen, weer door den keizer
teruggeschonken.
Na een heilzaam en vruchtbaar bestuur van
zestien jaar stierf Egbert den achtsten Decem
ber 883; hij werd met veel statie begraven In
de kapel van den H. Andreas, door hemzelf aan
de domkerk gebouwd.
DOM. A. BEEKMAN
t -w wat zou er toch gebeurd zUn
yy ouden Gsoffrey Durden?”
T „Ik weet het niet, maar Ik heb me het
zelfde al afgevraagd."
,Men beweert, dat hU z’n villa heeft verkocht
en op kamers gaat wonen."
Geoffrey Durden bewoonde een der grootste
villa's van Ladington. was in t bezit geweest van
twee schitterende limousines en had een klei
nen staf van uitstekend personeel tot z’n be
schikking gehad. Na den oorlog had hü zich in
het plaatsje gevestigd. HU was afkomstig uit
Warringfield, waar hü ook z’n zaak had. Twee
driemaal per week ging hü daar naar toe.
Wat hü feitelük precies uitvoerde wist nie
mand. Algemeen stond WJ als zéér rük bekend
HU had veel goed gedaan en daar hU boven
dien voor leder altUd een vriendelUk woord over
had, was hü een populaire figuur in het plaatsje.
De laatste maanden echter .was hü heelemaal
veranderd. Gebogen liep hU door de straten. Z'n
voorhoofd was diep gerimpeld en Iedereen kon
het hem aanzien, dat hü zorgen had. Toen hü
dan ook, zonder erg. langs W1U Daily en Dick
Pears liep,die voor het huls van laatstge
noemden stonden te praten, werden door dit
tweetal de bovenvermelde opmerkingen ge
maakt.
- ,Jk geloof wel, dat hU er beroerd voor staat,”
mompelde Will Dally.
„Ja,” zei Dick medelüdsnd. .naar wat je zoo
hoort, moet je het haast wel aannemen.”
In een kleine plaats is men precies van el
kanders omstandigheden op de hoogte. Men be
merkt *t direct aan kleine dingen als: bler-
drinken in plaats van whisky, geen dure sigaren
meer, maar een gewone PÜP enz. Als daar dan
nog bü komt, dat men z'n auto's en villa ver
koopt, dan geldt het als een uitgemaakte zaak
dat men er slecht voorstiat.
Niemand durfde het echter direct aan Geof
frey Durden te vragen. Aangezien men even
wel in Ladington niet erg füngevoelig was.
waren er echter genoeg indirecte zinspelingen
gemaakt, zooals: ,,De zaken gaan slecht, man
heer Durden; of: „wat een tüd! wat een tüd!
Enfin, u zult het ook wel merken." Men be
reikte er echter niets mee daar hü steeds ten
antwoord gafJa, ja, het is slecht in zaken.”
„Ik kan Je niet zeggen, hoe jammer ik het
vind.” ging Dick Pears voort. „Voor iedereen
was hU een vriend in den nood, en ik heb veel
aan hem te danken. Toen ik in de penarie zat,
was hü het die me niet alleen met
doch ook met daden toonde, hoe hü met mü
en mün gezin te doen had door mü aan een
positie te helpen. Wist ik maar, hoe 1 k hem nu
kon helpen!”
,Ja kerel.” zei Willy Daily, „dat begrüp Ik
best. Laten we intusschen hopen, dat het niet
zoo erg met hem gesteld is.”
Hierop scheidden de vrienden en ging Daily
met haastige schreden naar huls.
Enkele dagen na dit onderhoud, kwam Dlck
Pears 's avonds laat onverwacht bü z'n vriend
Daily opgeloopen. HU gunde zich nauwelijks
den tüd behoorJük te gaan zitten en leek erg
opgewonden.
„Wat scheelt jou?” vroeg Daily verbaasd.
.X>at zal Ik Je gauw vertellen. Je weet dat
we 1 den laatsten keer over den ouden Geof
frey hadden en dat ik hem zoo graag wilde hel
pen.”
,Ja, en
„Nou goed, luister verder Gisteren kreeg Ik
bericht, dat Ik 100 pond geërfd heb van een ver
famlelld. Ik wist niet eens, dat hü bestond. Toen
ik over m’n eerste verbazing heen was. dacht
ik zoo bü me zelf: „Dick, jongen, nu heb je
kans om Geoffrey Durden te helpen en
„Maar met zoo’n klein bedrag zal hU toch
niet te helpen zün,” viel de ander hem In de
rede.
„Laat me uitspreken. Ik dacht zoot is voor
mü een bedrag, waar ik heelemaal niet op ge
rekend had. Nu zag ik toevallig in de krant
staan, dat de groote Derby-rennen weer plaats
hebben en kan men z’n geluk beproeven.”
„Ah zoo! Nu begrüp ik waar je heen wilt.”
„Niet waar? Ik waag nu een kans met die 100
pond, en als ik win, ta alles voor den ouden
Geoffrey. Ik heb heelemaal geen verstand van
paarden en weet niet waar ik op zal zetten. Nu
moet JU me maar zeggen aan welk paard ik het