Uit de Septembermaand 1917 PER VLIEGMACHINE DE WERELD ROND Gelouterd l u&fiaal van den day ID ID" Dr. MICHAËLIS Het bewijs Alle abonné ZATERDAG 8 SEPTEMBER 1934 K f De Belgische kwestie I Gevoelige thermometer Daad van een waan zinnige Groot meer ontdekt in woestijn Historisch document Laffe daad SPAANSCH HET NAAR xvn Byzantijnsche munten te Venetië gevonden De vredespoging van den Paus moest naar zyn meening dilatorisch worden be handeld GROOTE MOGELIJKHEDEN fa Oude nederzetting ont dekt 1 (Nadruk verboden) I AANGIFTE MOET, OP STRAFFE VAN VERLIES VAN ALLE RECHTEN, GESCHIEDEN UITERLIJK DRIE MAAL VIER EN TWINTIG UUR NA HET ONGEVAL ft- illllllllllllllllllllllHllllllllllllllllllllllllllIlllllllliiliiiiiiiiiiiiuiiiiitDIli; 2 43 Februari .(Wordt vervolgd) OOTZ Baslleus, beeldenaar eensklaps een schip. Dat beteekende redding, Indien we opgemerkt zouden worden. Ijlings zochten we een flinke massa hout bij elkaar, staken het in brand en hadden weldra een flink vuur, waar we door toevoeging van nat hout groote rookwolken aan onttrokken. Zou men ons bemerken? We konden echter niet ontdekken of ons signaal aan boord van het schip bemerkt was. Daar lag het te ver voor uit de kust. Toen be sloten we om boven op het plateau seinen te geven, maar toen we daar na een moelijken klimtocht aankwamen, bleek dat het schip al weer verdwenen was. Dat was een teleurstelling. vrouw, portret ■v wat en wat gebeurt, maar ik geloof, oogenbllk. Vanavond heb worden U geboden door advertentie-reclame in de rubriek „Omroepers". Laat die U niet ont glippen. De prijs kan geen bezwaar zijn, want voor slechts 50 cent per regel komt Uw Zaken- Omroeper onder de aandacht van 75.000 ge- ydnrw»n kringen erg gezien is. gezelschappen te ver- LENINGRAD, 5 Sept. Het Instituut voor toe gepaste Natuurkunde heeft een electrische huid- thermometer vervaardigd, waarmede men de temperatuur op iedere gewenschte plaats aan de oppervlakte van de huid kan vaststellen, en waardoor het ontstaan van rheumatlsche aan doeningen kan worden geconstateerd, alvorens symptomen van deze ziekte merkbaar zijn. Deze thermometer kenmerkt zich door bui tengewone gevoeligheid; temperaturen kunnen ermede tot op 0.03 graad gemeten worden. Het met de hand geschreven ontwerp van het Belgische antwoord op het Duitsche ultimatum van Augustus 1914, dat den geheelen oorlog in een Antwerpschen tuin heeft gelegen, is aa.i de Belgische regeering overhandigd, om in de landsarchleven te worden bewaard. De opstelling van het antwoord was opgedra gen aan den toenmallgen minister van Justitie. Carton de wiart en de ministers van Staat Van den Heuvel en Hymans, nadat koning Albert op 3 Augustus een Kroonraad had bijeengeroepen. Het handschrift van Carton de Wiart ver toont talrijke correcties. Toen de Belgische re geering haar zetel naar Antwerpen had ver plaatst en besloten was, dat Carton de Wiart aan het hoofd van een delegatie naar de Ver- eenigde Staten zou vertrekken, vertrouwde de minister het ontwerp toe aan een rechter in Antwerpen, die het uit veiligheid in zün tuin begroef. Tijdens de gevechten zijn er granaten vlak bij de plek neerkekomen. maar na den oorlog is het historisch document ongeschonden terug gevonden. Met Souza?.... Niets, natuurlijk. Souza is geen pretendent. Neen? Neen. Nu, kind, dat zou dan niemand zeggen. Hij loopt je achterna als een bezetene. Heb je dan niet gemerkt, dat we hem overal ont moeten? Neen, dat leek me heel natuurlijk, ant woordde Ik, heelemaal in de war gebracht. Dat is het ook, dat ter zijde gelaten. Het is heel natuurlijk, dat Souza smaak vindt in een knap en braaf en heelemaal niet ijdel meisje, als Jij. Ach, neen, Isabel, Ik heb tot nog toe nog nooit gedacht, dat Souza me met opzet zocht. Maar dan zul je toch met me eens zijn, dat het heel toevallig is, dat je hem tot zelfs In Je soep aantreft. Hij heeft oogen voor nie mand anders dan voor jou. En dan die gesprek ken, Relna. ,dle ellenlange gesprekken! WU je wel gelooven, dat er In al die ge sprekken niet zóóveel is, wat ook maar In de verte iets met genegenheid heeft te maken? Geen woord, geen gebaar, geen blik zelfs. De verhouding, die tusschen ons beiden ontstaan is, is niets anders dan een vriendschappelijke verhouding. HU zegt, dat hij graag met me spreekt, omdat ik erg serieus ben. en omdat Ik hem, door mijn manier van doen, heel veel aan een andere vrouw doe denken, waarvan hij wel gehouden heeft, en Ik heb er een enorm genoegen in, om hem van zijn reizen en veld tochten te hoeren vertellen, méér, dan om te Twee knapen, die aan den oever van een der Venetiaansche kanalen aan het spelen waren, hebben daar eenige gouden en zilveren mun ten gevonden. Na het onderzoek bij bevoegde instanties bleken de geldstukken van Byzan- tljnschen oorsprong te zijn. Eenige der munten dateeren uit de regeerings- periode van Theophllos Baslleus, <839 843), andere vertoonen den beeldenaar van Michael III en Theodora <842-856). Voorts had den de jongens een herinneringsmedaille uit het jaar 1830 gevonden. Daar men aanneemt, dat zich ter plaatse nog meerdere geldstukken zullen bevinden, zal het betreffende gebied thans systematisch worden onderzocht. De Zweedsche archaeoloog prof O. Janse heeft aan de Valdemar Baai, op de Oostkust van Zweden, een 4000 jaar oude nederzetting ontdekt. Er is hier blijkbaar sprake van een verzameling hutten van jagers en visseners uit het Bteenentjjdperk. De ontdekker heeft op deze plaats resten van viachgraten en dierenbeen deren gevonden. Hij gelooft in dit district, dat een van de oudste cultuurcentra van Zweden is, meer nederzettingen te zullen ontdekken. Bij Birka, de oude hoofdstad van Zweden, die 1000 jaar geleden een bloeiend handelscen- trum voor het geheele Noorden was, heeft men een 1000-jaar oude versterking voor de stad- wacht gevonden. Tijdens een circus-voorstelllng in het dorp Tornalja aan de grens van Tsjecho-Slowakije zijn vier acrobaten uit de nok van de tent om laag gestort. Drie hunner waren bulten bewust zijn; de vierde stierf tijdens vervoer naar het ziekenhuis. Het politle-onderzoek wees uit, dat iemand de paal had losgemaakt, waaraan de touwen 'oor de acrobaten bevestigd waren. Men vermoedt dat het hier een misdadige aanslag van vijanden der acrobaten betreft. Een (root aantal toeschouwers moest zich onder medische behandeling stellen, daar na het on geluk In de tent een paniek was ontstaan. Toen een vrome Hindoe. Pendit R. Upadya. die tijdens een pelgrimstocht naar de heilige stad Benares door cholera was besmet, naar zijn geboorteplaats Ahi, in de Vereenigde Pro vincies, terugkeerde, vond hij niemand bereid, hem te drinken te geven. Waanzinnig van dorst sprong hij in den dorpsput en deed zich te goed aan het water. Men haalde hem uit den put, doch spoedig daarop stierf hij. Binnen 48 uur waren vele der dorpelingen, die uit den put gedronken hadden, lijdende aan cholera, met net gevolg, dat 25 hunner stierven. ,Jïm,” mompelde Pat, „hij had er dus op ge rekend dat hij zwemmend het schip moest ver laten.” Nu kwam hjj tot de ontdekking, dat hij met het stoffelijk overschot van een zekeren Reg Blatchford te doen had. Deze naam kwam hem zeer bekend voor. Hij wist dat er in New-York groote confectiefabriek bestond, die ook e secretaris van den toenmallgen Beier- I 1 schen nuntius te München, Mgr. Pa- cell!, had de plannen van Z. H Paus Benedictus XV, om tot een algemeenen vrede te komen, uitvoerig mondeling medegedeeld aan den Botschaftrat Von Hindenburg, die door Buitenlandsche Zaken was aangewezen, om 's Pausen boodschap in ontvangst te nemen. Rijkskanselier was in dien tijd Dr. Michaelis, die na den val van Bethmann Hollweg de can- didaat was geweest van het opperste legerbe stuur. van Hindenburg en Ludendorff, maar die na honderd dagen reeds moest aftreden, om dat hij de meest ongeschikte man in absoluten zin van het woord was voor het ambt van kan selier in dien tijd. Deze man was van meening, dat men de aanvrage van den Paus naar Dultschland’s houdingdilatorisch moest behandelen, om tijd te winnen, terwijl van Pauselijke zijde juist met allen nadruk er op werd gewezen, dat alles zoo snel mogelijk in zijn werk moest gaan, wilde de actie kans van slagen hebben, wat blijkt uit het verdere ver loop der geschiedenis. Na het mondelinge onderhoud met den Bot- schaftsrht Von Hindenburg zond de secretaris van Pacelll en vertegenwoordiger van den Paus („ein ausserst rühriger Vertreter”) een te Ber- Ujn in 1917 aangekomen brief aan den Rijks kanselier, waarin een afschrift was van een telegram van den Engelschen gezant, bij wiens verklaringen zich de Fransche regeering aan sloot. Ten opzichte van het standpunt der curie schrijft Monsignore: „De Kardlnaal-staatssecretaris is vol verlan gen. om de pogingen voor het tot stand komen van een rechtvaardigen en durenden vrede voort te zetten. Hij verheugt zich over het te gemoetkomen der keizerlijke regeering. Daar om heeft Zijne Eminentie mij de opdracht ge geven, om de aandacht van Uwe Excellentie vooral te vestigen op België en te bereiken. Ie. een duidelijke verklaring over de plannen van Duitschland ten opzichte der volledige onaf hankelijkheid van België en der te geven schadevergoeding aan dit land; 2e een even eens duidelijke verklaring over de waarborgen voor politieke, economische en militaire onaf hankelijkheid, die Duitschland verlangt. Als deze verklaring bevredigend is, meent Z. Em., dat de weg tot een gewichtlgen stap tot verdere ondêrhandellng is gebaand. De Engel- sche gezant heeft zijn regeering er reeds van op de hoogte gebracht, dat de H. Stoel antwoor den zal op de mededeellngen van zijn telegram, zoo spoedig als de H. Stoel in het bezit zal zijn van het antwoord der keizerlijke regeering.” Deze brief eindigt daarmede, dat Monsignore M. als zijn overtuiging uitspreekt, dat de kan selier Michaelis onsterfelijke verdiensten zich zal verwerven, als hij door een verzoenend ant woord het goede verloop der onderhandellngen lichter zal maken. Den 6en September 1917 bericht de Passelijke vertegenwoordiger streng vertrouwelijk aan den gezant van Bergen in Berlijn: .Ik acht het nuttig, u mede te deelen, dat de Kardlnaal-staatssecretaris in een aan mij gezichten brief vooral aandringt op ’n gun stig antwoord omtrent België. De Engrische gezant zelde mij heden, dat dit voor Engeland het gewichtigste punt was”. (Dit schrijven uitvoerig Is ook te vinden in het boek van Erzberger: Erlebnlsse lm Weltkrieg p. 277 11) en is van de hand van Monseigneur Pacelll, nuntius te München. Zooals bekend is was het antwoord der Duitsche regeering allertreurigst. Het be helsde niets anders dan vage termen, ging, niet tegenstaande er uitdrukkelijk voor was ge waarschuwd, op de schuldkwestie in en bevatte niets tastbaars over België, ofschoon de Regee ring aan de Rjjksdag-commissie het tegendeel had beloofd. De Duitsche regeering was vol slagen blind. Zij stond in deze kwestie geheel onder Invloed van den reeds snel klndsch wor denden grijsaard Hertllng, toen nog minister president van Beleren, die met ouwe-manne- Richt de mode, gansch natuurlijk, Naar dit jaargetij haar schreden. Wat nog gister werd gedragen Is dus morgen uit de mode.... En geen vrouw zal zich onttrekken Aan ‘t gebod van die geboden. Want al stónd een hoedje prachtig, En al sprak men van een snoesje, En al dwèèpte men geweldig f Met een streepje of een moesje Deze meening is veranderd Vlug, op slag, haast zienderoogen. Geen verstand of kort-bij-cassa f Kan hiertegen iets betoogen! Dus de dames zie je neuzen x Langs de mode-magazijnen Naar modellen, kleuren, nieuwtjes En de keur van nieuwe lijnen. En zij passen, kijken, kiezen, f Wikken, wegen, praten, meten.... g Zij besteden daar méér tijd aan Dan bijvoorbeeld aan het eten! En zij koopen knippatronen, Spelden, naaien, stikken, strijken, En zij staan zich halve dagen f In den spiegel te bekijken! Nergens tijd voor, slechts voor mode, De vervulling harer droomen En de man.... hij heeft te buigen Om een scène te voorkomep! MARTIN BERDEN 3. H. Couradie, de administrateur van de Kaap-provincle, heeft een beschrijving gegeven van een groot meer, dat zich gevormd heeft in de Kalahari-woestün en dat hij aangetroffen heeft toen hij op de terugreis was van een grooten toer, welke hij in ’t Noord-Westen van Zuid-Afrika gemaakt heeft. Hij zeide dat het meer gevormd werd door twee rivieren, die samenkwamen in een ge weldige vallei, waar het water als t ware tus schen duinen vastgehouden werd. Men veron derstelt, dat het water daar zal blijven liggen en dat het langzamerhand In den grond zal dringen en verdampen, maar dat dat wel zes Jaar zal uren. Er is zelfs al graan gezaaid aan de oevers van het meer, dat zich over een 30 mijl in het vierkant uitstrekt en op sommige plaatsen een diepte van zes meter heeft. Het water, dat steeds dieper in den grond zal doordringen, zal de bronnen en wellen in de Kalahari en het land ten Zuiden daarvan ver sterken en ondergrondsche reservoirs vormen voor wel 30 jaar. Men zal dan ook niet meer zoo diep naar water behoeven te graven. Altijd houden nog de menschen Van een beetje variatie, Maar vooral toch raakt een mode, Al heel spoedig uit de gratie! Niet te lang luidt hier de leuze Hoeden, mantels en japonnen! Dus bij ieder jaargetijde Moet iets anders weer verzonnen! Nu de zomer dan voorbij is En de herfst komt aangetreden, dat plannetje om ons te scheiden, tot niets ge diend zou hebben. En wat de vermoedens van Souza betrof, daar moest ze om lachen. Dat moet je niet gelooven.... Waarom niet? Het is al een heelen tijd, dat ze fluiste ren, zooals ze over dat soort dingen fluiste ren kunnen, dat een jonge man met een heel goede positie, en van aanzienlijken komaf, met zekere gevoelens voor haar rondliep. Een ver onderstelling maar, zooals zoovele andere. De menschen kijken overal naar, en maken overal gevolgtrekkingen uit, en zoo hebben ze ook op gemerkt, dat Je tante, hoewel ze een huls heeft in Madrid, en in alle dikwijls vermeed om in schijnen en zich in Aledo opsloot. En wat zou dat? Dat was heel natuurlijk, In haar positie.... Ja, maar de kwestie is. dat die plotse linge verdwijningen van Marllena Tallares al tijd plachten samen te vallen met de verschij ning in Madrid van den Jongeman, waarover ik het straks had. Bovendien, hoe ridderlijk en hoe discreet een man ook mag wezen, gene genheid kan men dikwijls raden uit duizend kleinigheden, en de genegenheid van dien jon geman werd dan ook door den een of ander „geroken”. En zij moet bepaald niet voldoende vertrouwen in zichzelf gehad hebben, en haar toevlucht genomen hebben tot een er-tusschen- ult-trekken. Een heel verstandig middel. Maar in heel Madrid wordt gezegd, dat Marllena Tallares weer heel gauw gaat trouwen, en niet bepaald met Lorenzo Carvajal.... ik aan tante Marllena ge schreven. Én in mijn brief heb ik haar ook over Souka gesproken. Ze wil graag altijd alles van me weten. een groote confectiefabriek bestond, die ook dien naam voerde. Uit de papieren bleek dan Reg Blatchford er de eigenaar van was. „rtefeullle bevatte verder n chêqueboek wat 1 portret van i Het bewijs knappe vrouw, Op het portret stond het volgen- de opschrift te lezen: „Voor mijn man van zijn vrouw. Hilda Blatchford-Russell” Uit de correspondentie die de portefeuille be vatte, bleek, dat de verhouding tusschen man en vrouw, althans in den laatsten tijd, niet al te best scheen te zijn. Pat leidde dit vooral af uit den laatsten brief van mevrouw Blatchford, die luidde: „Reg, stuur direct bericht. Waarom' ging je weg, zonder me iets te zeggen? Ik hoop dat je gauw terug komt en me niet langer voor spot laat staan tegenover onze kennissen. Je ontstemde vrouw, Hilda.” Eenigen tijd bleef Pat aandachtig staren op het gelaat van den doode, en hoe langer hij keek, hoe meer hij de gelijkenis opmerkte. Daarna richtte hij zich op en sprak vastberaden tot zich zelf: ,Dat doe ik! Niemand weet dat hij hier dood Is gevonden. We lijken in alles op elkaar. Ik trek z’n kleeren aan, begraaf hem op het eiland en ga terug als Reg Blatchford. Natuurlijk neem ik bezit van z'n eigendommen en treed in z'n rechten. De groote moeilijkheid is s*n vrouw; maar enfin, we zullen zien. Laat ik nu zien of hij geen bijzondere kenteekenen aan zich heeft, zoodat ik die desnoods ook bij mij kan canbrengen.” Nauwkeurig bestudeerde hij daarna het lijk en kwam al gauw tot de ontdekking, dat daar van het bovenste lid van den pink aan de rech terhand ontbrak. „Drommel, peinsde hij, „daar zit niets an ders op dan dat ik zelf m’n pink ga verminken. Wat een geluk dat ik de bijl meegenomen heb, die Lou Duffy me achterna wierp.” Een half uur later liep Pat Macy rond in de kleeren vgn Reg Bladchford.’Z'n pink zat ineen bloedig verband, dat hij gemaakt had van z'n eigen hemd, z’n eigen kleeren had hij Bladch- ford aangedaan en natuurlijk ook z'n papieren in z'n zakken laten zitten. Van nu af had Pat Macy opgehouden te be staan en was hij Reg Bladchford geworcen. Een half Jaar later betrok Pat Macy alias Reg Blatchford. een keurig gemeubelde suite in een der eerste hótels van New-York. Hjj was in 't bezit van een groot bedrag aan geld, alsmede van eenige kostbare parels, die hij nog niet te gelde gemaakt had. In gedachten zag hij zich reeds als den koning der confectie- industrie. 's Avonds na het diner trok h(j zich In z'n appartementen terug, om onder het genot van een geurige havana z’n verdere houding te be palen. Hjj werd door een geklop op de deur uit z'n mijmering opgeschrikt en vóór hü nog iets had kunnen zeggen, traden twee heeren binnen. „Mijnheer Reg Blatchford?” vroeg een hun ner sneL „Om u te dienen.” antwoordde Pat Macy, terwijl hij met z'n mismaakten pink de asch van s*n sigaar tikte. De beide heeren wezen elkaar gelijktijdig op den korten pink aan de rechterhand en vóór Pat op iets bedacht was, voelde hij eensklaps een koud metaal aan z'n pols, hoorde een klik en., was volgens alle regelen der kunst geboeid. „Wat beteekent dat?” stoof hij verontwaar digd op. „Dat beteekent dat u gevangen genomen bent wegens moord op uw vrouw, gepleegd in Januari J.I.,” klonk het kort. In de stilte, die na deze woorden volgde, kwamen Pat Macy verschillende dingen voor den geest, maar duidelijk zag hij z’n mismaak ten pink, waardoor hij z'n eigen doodvonnis had geteekend. smullen van een lekker soepje, dat vooral om dat het warm was, uitstekend smaakte. Op het strand lag heel wat aangespoeld hout zoodat we voldoende brandstof en ook mate riaal voor het versterken van onze verblijf plaats hadden. Toen wij den volgenden dag over de zee stonden te turen ontdekten we Bij de hut aangekomen, bleek dat oom ver schillende berekeningen en metingen had ver richt en dat we hoogstwaarschijnlijk op een onbewoond eiland waren terechtgekomen. Dat zag er bedenkelijk uit. Maar kom, we moesten maar niet den moed verliezen. Inmiddels be reidde ik het eten, en weldra zaten we te aniiiiiiiiiiiininiiiiii DE MODE ■imHiHiimitminc aanhoudende pogingen om haar gezelschap te zoeken, en van de groote vertrouwelijkheid, die de geregelde omgang tusschen hen belden had doen ontstaan, vervulde Marilena met’ n onbe- stemden angst en bezorgdheid. Om haar ge moedsrust totaal te verstoren, vond zjj Reina's naam ook in de brieven van Souza. De warme lofprijzingen van haar aanstaande ten opzichte van haar nichtje maakten haar niet weinig ongerust. Wie ongelukkig is, is geneigd tot argwaan en vertrouwt zijn geluk niet, en zoo kwam Marilena nooit op de gedachte, dat Souza Reina’s gezelschap zocht, ómdat hij aangetrok ken werd door de moreele gelijkenis tusschen de beide vrouwen, die heel opmerkelijk was, en die in werkelijkheid ook de éénlge reden was, die den jongeman tot het meisje voerde. HU zag in Reina niet dit meisje zelf, doch Ma rilena. Barones Tallares wist daar niets van. ZU werd gekweld door het vermoeden, dat Pa blo zich had laten verblinden door de heerlUke jeugd en de gezonde opvattingen van het meis je, dat hem een ongerept hart kon aanbieden, en niet een wrak, dat moe was van lUden en liefhebben, zooals haar hart. ZU voelde zich verbitterd en ongelukkiger dan ooit, onder dien last van twUfel. Den eenen keer verwierp zU dien krachtig, doch een andermaal werd zU weer bevangen door een afschuwelUken angst, en maakte zU aanstalten, om zich terug te trekken in de liefde voor haar kind, teneinde haar hakt tegen mogelUke teleurstellingen te beveiligen. Met wien dan, Isabel? Nu, kUk eens kind, dat weet ik niet. Dat zUn van die geschiedenissen, die wU meisjes de oudere menschen maar half hooren vertel len. en waar wU dan voor de rest maar naar moeten raden. Hoeveel heb ik er zoo al niet gehoord, goede genade? En daar het me toen niet bijzonder Interesseerde, heb ik geen moei te gedaan om het te weten te komen. Maar het zal wel bekend warden, heb daar maar geen zorg over. Maar dat het Lorenzo zou zUn o neen. Daar moet Je niet eens over droomen. Mocht het niet zoo wezen, dan zien we wel weer. Wil je me dan misschien vertellen, waar om ze met uit Aledo weggetroond hebben? Wel kind, om Je de wereld te laten zien. Lijkt Je dat zoo mln? Ik geloof, dat de rede nen van je grootvader eerlük zUn. HU wil, dat Je een ruimeren kUk op de dingen krUgt. dat de menschen kennis met Je maken, en dat JU de menschen leert kennen.... Goed, goed.... En nu ik er aan denk.... boe sta je met Mendizabal? Praat me niet over dien vent! Het is een idioot, nummer zooveel van het stelletje suf ferds, dat me het hof maakt. Dat wil zeggen: niet mU, maar mUn geld. Vanavond heb Ik hem definitief den bons gegeven. En Souza? Wat denk Je met Souza te doen? Isabel is mUn beste vriendin, en ongetwUfeld omdat ze veel van me houdt, klonk er zooveel ongerustheid uit baar vraag. dansen met een van die kwasten, die me het hof maken. Geloof je werkehjk niet dat Souza num mer zooveel is op de lUst? HU zou het kunnen wezen later mis schien. maar dan zou de aard van onze tegen woordige betrekkingen heel wat moeten ver anderen. Op het oogenblik: beslist niet. Meer nog: ik geloof niet, dat hU aan iets dergelUks gedacht heeft. Wie zou dat beter kunnen be- oordeelen dan ik? En ik, op mUn woord van eer, ben ook niet op de gedachte gekomen Best, dan zullen we wel zien wat het wordt, besloot Isabel Lugue. Maar als je hem in het vizier krUgt, laat hem dan niet ont snappen, want hU is de beste die er te krij gen is: een goede jongen, knap, ontwikkeld. rUk.... En den dag dat dat ongeluk van een tante van hem het hoekje omgaat, wordt hU hertog Ordague. Goed, ik zal je wel waarschuwen als er dat voor het Inderdaad, Marllena ontving den brief van Relna, maar was er niet blU mee, zooals bet meisje verondersteld had. Integendeel, de geestdrift, waarmee ze haar over Pablo Souza sprak, en het relaas, dat ze haar gaf van zjjn Marilena schrijft me. En haar brief is alleen maar in staat, om mUn gedachten nog meer in de war te sturen. Ze zegt, dat de Kerstdagen buitengewoon treurig waren in Aledo; dat grootvader in alle toonaarden over mUn afwe zigheid klaagt; dat Francisquln lang ÏUike mooie verhaaltjes niet kan vinden, als die ik hem vertelde; en dat Lorenzo zich mUn afwe zigheid erg moet hebben .aangetrokken, daar hu ernstiger, en in zich zelf geleerder is, dan ooit. Bovendien heb ik gisteren een onderhoud ge had met Isabel Lugue, dat me eenvoudig per plex deed staan. Ik vertelde haar „alles” wat er tusschen Lorenzo en mU geweest was. ge durende mjjn verblijf in Aledo. Dat .alles” was in werkelijkheid niets, maar Isabel vond, jat het „veel” had kunnen-zijn, als Lorenzo tot n verklaring had kunnen komen. Voor haar be teekent het feit niets, dat mijn grootvader me naar Madrid gestuurd heeft. Zij gelooft (en mei recht) dat, gjg Lorenzo bad durven spreken, ook, dat 1 De portefeuille p een vreemde manier had Pat Macy het I I eiland Entrance verlaten. Niet alleen dat hU z’n patroon Lou Duffy bestolen had. maar vooral het> feit, dat hij Duffy’s vrouw bad belasterd, was de oorzaak van z’n over- haast vertrek geweest Lou Duffy had zich toen in een aanval van woede met een bijl op Macy geworpen. Pat weerde echter den slag af en had de vlucht genomen, achterna gezeten door den verbolgen echtgenoot. Als in een wed- ten liepen de beide mannen naar het strand en toen Duffy z’n kans schoon zag, wierp hij de bijl met kracht naar het achterhoofd van z'n vijand. Een kreet, gevolgd door een plons a in t water, was alles wat Duffy nog hoorde en toen hij dichterbij was gekomen, aanschouwde hij slechts een gladde oppervlakte. Zoo verliet Pat Macy het eiland Entrance. In werkelijkheid echter was Pat niet dood, zelfs niet eens gewond. Begunstigd door de duisternis, was hij snel weggezwommen van de kust met in zijn hand de bjjl. die vlak naast hem in het water was terecht gekomen. Toen hij een paar minuten gezwommen had, ontdekte hij een roeiboot. Vlug maakte hij zich daar meester van, totdat hij na uren roeien op een ander eiland belandde. Hij trok de boot op het aroge en nadat hij eenlgszlns de omgeving had opgenomen, strekte hij zich vermoeid in de f boot uit en viel weldra in een vasten slaap. Toen hij ontwaakte, kon hij niet zeggen hoe laat het was. De zon stond echter reeds hoog, x Om zich heen bespeurde hij een weelderigen x plantengroei, die aan een paradijs deed denken, f H(j zegende z’n gelukkig gesternte en begon x welgemoed aan z'n maaltijd van vruchten en x water. Daarna ging hij op onderzoek uit. Aan den oostkant ontdekte hij een grooten water- E plas, zóó helder, dat hij tot op den bodem kon x kijken. Enkele minuten stond hij in 't water te staren naar alles wat er in t water viel waar te nemen, toen eensklaps z’n aandacht op een punt gevestigd bleef, terwijl hij voor zich heen mompelde: „oesters!” Direct kleedde hij zich uit en dook naar den bodem. Toen Pat Macy zich dien avond op een be schut plekje ter ruste legde, bevond zich in z’n vestzak een groote parel en naast hem een aan tal oesters, waarin hij nog meerdere kostbare parels hoopte aan te treffen. „Wat een geluk!” lachte hij. Na drie dagen op het eiland vertoefd te heb ben. werd Pat op een morgen gewekt door het geluid van een voorbijvarende boot. Duidelijk kon hij den naam .Albatros" op den voorsteven zien. Deze naam kwam hem bekend voor, daar die boot altijd de partijen copra van z’n vroe- geren patroon innam Al de herinneringen aan den laatsten dag. dien hij op het eiland Entrance had mee gemaakt, kwamen weer voor zijn geest, en met een grijns van voldoening sprak hü in zich zelf: „Ik zou ’t gezicht van Lou Duffy wel eens wil len zien, als hjj wist dat z'n doodgewaande vijand zoo dicht in z’n buurt was en dan nog wel als rijk geworden parelbezltter.” Na deze alleenspraak haalde hij de parels te voorschijn, die hij in die paar dagen in de oes terschelpen gevonden had en bekeek Ze met welgevallen. Inderdaad, de fortuin was Pat Macy wel gunstig; er waren verscheidene pracht-exemplaren bjj. Toen Pat dien morgen een wandeling op het strand maakte, zag hij eensklaps op een zand bank het lichaam van een man. die daar met z’n gezicht op den grond lag uitgestrekt. Na derbij gekomen, keerde hü het lichaam om en zag direct dat de man nog niet lang geleden gestorven kon zün. Vanwaar en hoe kwam die man op 't eiland? Pat kon geen andere oplossing van het raad sel vinden dan dat die man geweten moest hebben dat het eiland een perclbank bezat en dat hü in de vroege morgenuren de „Albatros” had verlaten en naar het strand was gezwom men. Door uitputting was hü daar waarschün- lük gestorven. Hü streek het haar van den doode van het voorhoofd weg. Plotseling hield hü verbaasd op.... Het gelaat van den onbe kende leek als twee droppelen water op dat van hem zelf. „Hü zou m’n tweelingbroeder kunnen zün.” mompelde Pat Macy verbaasd. Hü begon nu de zakken van den dooden vreemdeling te onder zoeken. Al gauw kwam hem een gummizak in handen, waarin de portefeuille van den onbe- kende bleek te zitten. 9 op dit blad zün ingevolge de verzekerlngevoorwaarden tegen f bü levenslange geheele ongeschiktheid t at werken door f '7Efl bij een ongeval met f bij verlies van een hand f 1 fiC oü verlies van een f Cfi bü een breuk van f Afi bü verlies van "n S ongevallen verzekerd voor een der volgende ultkeerlngen verlies van belde armen, beide beenen of belde oogen t doodelyken afloop een voet of een oog f s&t/»-duim of wysvlnger been of arm crC/e** anderen vinger tjes-stüfkopplgheld aan het vuistpand België vasthield en over de Pauselüke vredesactie aan Erzberger schreef: „Der Nuntius bringt uns nicht viel Brauchbares” De man, die dit schreef, werd kort daarop Rükskanselier als opvolger van Michaelis en voerde dapper het Rük mee naar den afgrond. Scheidemann publiceert een telegram, uit- drukkelük „Ohne Namensnennung” van 30 September uit München, dat laat zien.' welk een verlammenden indruk het antwoord van Berlün heeft gemaakt: .....vertegenwoordiger Paus buitengewoon teleurgesteld en gedepri meerd. Hü las mü telegram van Kardlnaal- Staatssecretaris voor, dat nóg pregnanter dan in brief voorspelt mislukken vredesactie, als het bü den huldigen modus procedendi blüft aan Entente-züde zoo weinig goede wil. dat „Unbestimmtheit unserer Konzesslon” tot abso lute verwerping leidt. Hü smeekte, of wijziging niet mogelük De H. Vader gaf zün nobele pogingen nog niet op. Den 21sten September volgt nog een laat ste poging. Dit blükt uit volgend telegram: „In belang van vrede zal H. Stoel antwoord van Duitschland niet publiceeren, tot Berlün laat ste woord heeft gesproken”. Berlün sprak dit laatste woord, dat het Duit sche volk voor onnoemelük leed zou hebben bewaard, niet. Integendeel. Berlün zette zich op het hooge paard. Kühlmann telegrafeerde aan den Prui- slschen gezant in München: ,Ut hoor, dat de vertegenwoordiger van den Paus heeft gezegd, dat wü aan de voorstellen van den Paus vooral moesten tegemoetkomen, omdat wü den vrede hebben gewenscht. Laat vertegenwoordiger van den Paus geen twüfel daarover, dat uit onze bereidwilligheid tot vrede niet de conclusie mag worden getrokken, dat de vrede voor ons nood zakelijk is.” De vroegere Rükskanselier, Scheidemann, de uitgever der documenten, zegt terecht: .Het is niet noodlg, om bü deze documenten veel- te zeg gen. Sie sprechen eine erschüttemde Sprache.” Ook wü voegen hier niets aan toe. Inderdaad, de „Sprache” dier documenten is ook nu nog „erschütternd”.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Noord-Hollandsch Dagblad : ons blad | 1934 | | pagina 10