Indrukken uit Noord-China
Zoekt gij betrouwbaar
Personeel?
1
I
bladen geschreven hadden,
Plaats dan een „Omroeper”
gezinnen
GEEN HANDEL MEER IN
PEIPING
i i
7#
Japansche invasie
steeds verder
Een interessante historische optocht trok Woensdagmiddag bij gelegenheid der 3 October-
feesten door Leiden. Duizenden sloegen den stoet gade
CURACAO-TENTOON-
STELLING
Een genoegelijk tête a tête bij den historischen optocht, die Woensdagmiddag
tijdens de 3 Octoberfeesten dóór Leiden trok
DONDERDAG 4 OCTOBER 1934
-
S I
■te
sis
Het katholieke aandeel
Zuid-
en
Luchtverkeer met Zwitserland
I
„De Japanner» treden op in de
straten van Tientsin, alsof zy
er heer en meester xyn"
he
Di
d
3
I
SJ
t
1
s
<i
t
1
1
1
I
1
1
1
I
I
▼i
d<
b!
VI
ec
bc
Vï
de
dl
in
de
m
P<
vl
ki
oi
cl
Ja*
In on-
naire,
waar
Ad<
var
Jaa
kru
I
bas
Je
Jan
Use
bie
me
tus
wa
len
me
Uëi
Kt
bei
ad<
th<
da
Ed
vei
De
Be
Be
ree
als
dei
eei
de;
op
dit
me
Ov
wa
rei
coi
vb
1
zo
bU
mi
1
«cl
na
de
gr
Dt
Japansche troepen in de omgeving van het nog „onafhankelijke" Tientsin verkennen
het terrein
Da opening van het ntouwe rechterlijk jeer In Engeland ging met het gebruikelijk ceremonieel gepaard. De
rechten verlaten de Westminster kerk na de openingsplechtigheid te hebben bijgewoond
Oefening van Japansche troepen bij
Tientsin. Hierboven ziet men „gehoor-
toestellen", die de nadering van .vlieg
tuigen reeds op verren afstand
waarnemen
Het Ministerie van Bultenlandsche Zaken
maakt bekend, dat, blijkens een mededeellng
van den Zwitaerschen tfjdeiyk saakgelastigde,
het op 18 Mei 1025 te Bern gesloten voorlooplg
verdrag tot regeling van het luchtverkeer tus-
schen Nederland en Zwitserland door den Zwit
aerschen Bondsraad, op grond van artikel 16
tweede lid van dat verdrag, met Ingang van
1 October 1934 Is opgezegd in verband met de
toetreding van Zwitserland tot het internatio
naal verdrag tot regeling van de luchtvaait van
13 October 1919 met de daarbij behoorende wjj-
1 zlglngsprotocollen.
n Tientsin bracht ik nog even een bezoek
aan een plaats buiten de stad, nabij de
Nankal-universitelt gelegen, aangezien de
dat de Japanners
wen hemel glinsteren. Hier regeerden de kei
zers van de Ming en Ching-dynastie. Dit was
vroeger de Verboden Stad, na de revolutie
opengesteld vóór het publiek. Men betreedt de
Verboden Stad over bruggen met manneren
leuningen en door hooge massieve poorten met
paviljoens er boven. Hier krijgt men een indruk
van de geweldige macht van de vroegere Chi
neesche dynasties en van de eeuwenoude Chi
neesche cultuur, ouder dan alle andere bescha
vingen, die nog bestaan of reeds te gronde ge
gaan zijn. Ook thans is de Chineesche cultuur
nog niet gestorven. Doch was is er overgebleven
van de vroegere macht en grootheid?
Curacao, vullen de Ufatste hoeken der groote
zaal.
Voor men echter de tusschenzaal betreedt,
passeert men de fllmkamer, alwaar doorloopend
van 35 uur films omtrent de betrokken eilan
den worden vertoond.
Den niet zeer overzichteiyken catalogus behoeft
men in deze tuepchenzaal maar zelden te raad
plegen.
Op zeer duidelijke wijze is daar een historisch
overzicht samengesteld van de ontwikkeling van
Curacao, sedert Columbus het op zjjn tweede
reis, in 1492, ontdekte. Prenten, foto’s en be
scheiden van allerlei vorm en aard, scheeps
journalen en tijdschriftartikelen geven in chro
nologische volgorde een beeld van de geschie
denis van dit grootste der eilanden van deze
groep. Men krijgt er een uitstekende voorstel
ling van typische bijzonderheden in de 16e, 17e en
18e eeuw op koloniaal gebied voorkomende.
Lichtelijk beschamend zijn de nog maar juist
70 jaar oud geworden Manumlssie documenten,
oftewel Vrljlatingsbrleven van de landsslavin
Maria Maddela en den landsslaaf Ellasen
de menigte requesten en protesten in dien tijd
door de slavenhouders op de regeerlng afge
zonden!
In deze zaal treft men ook de vitrines aan
met de uitgebrelde postzegelcollectie van Cu
racao, voornamelijk afkomstig uit het Neder
landsen Postmuseum en een Avondmaal-stel
van de Geref. Kerk van 8t. Eustatlus, bij het
te niet gaan van deze gemeente overgebleven.
Het zjjn 2 bekers en 3 sthalen, door dg AJg.
Synode der N. H. Kerj^JtMH^rTflnFarchlef
ondprgebracht.
In den corridor naar de Achterzaal heeft een
lichtkaart van de Kath. Missie een plaats ge
vonden, benevens een aanschouwelijke voor
stelling van den groei van het Mlssle-onderwUs
en den stand van het aantal geestelijken, reli
gieuzen en geloovlgen, welk aantal thans be
draagt: 394 rel. en priesters en 61000 katbo-
Het doer H Meet te Rotterdam geschilderd
portret van prof v d Broek die hedea
sljn silver es jubileum viert als boogleeraar
te Utrecht
(Bijzondere correspondentie)
W1 -r ie na een langdurig verblijf in
\A/ China een reis door het Noorden maakt,
valt het op, dat Noord China minder
vooruitgang heeft geboekt dan het Zuiden, niet
alleen op technisch doch ook op sociaal gebied.
De vooruitgang Is in het Noorden vertraagd
door de onzekere toestanden, geschapen door ’t
conflict met Japan en de voortdurende Japan
sche inmenging in Chineesche zaken, waar het
Zuiden veel minder last van heeft gehad.
De communlcatle-mlddelen laten in *t Noor
den over het algemeen te wenschen over, uit
gezonderd dan de spoorwegen. In tegenstelling
met het Zuiden is daardoor het platteland in
vele gevallen van de buitenwereld afgesloten en
op zichzelf aangewezen. Peiping (Peking) als de
oude hoofdstad, steekt natuurlijk gunstig af bij
haar omgeving. Alle hoofdstraten zjjn er geas
falteerd. Er loopen electrische trams en er zijn
busverbindingen met vele omliggende dorpen en
steden, ox. met Tientsin, vroeger ook met Dzje-
hol, doch al die wegen reiken niet verder dan
de provincie Hopel en zijn bovetzdien niet
overal in goeden staat. De hulzen'in Peiping
zijn bjjna alle, uitgezonderd de groote hotels
en eenige grootere winkels, van het oude Chi
neesche type, zonder verdiepingen. Peiping
heeft als stad "n geheel ander aspect dan Can-
'„1^, t J wa-
en handelszaken. Handel is
ton, Shanghai en Honkong met hun groote
renhuizen, hotels
er «eer weinig te Peiping. Bijna alle handel
heeft zich geconcentreerd tn Tientsin, de bin
nenhaven voor Noord-China. Een politiek cen
trum is Peiping ook niet meer, afgezien dan
van het feit, dat de politieke en militaire raad
voor Noord-China er zetelt. De provinciale
hoofdstad van Hopei is Tientsin. Niettemin gaat
er van Peiping een groote bekoring uit door de
vele oude gebouwen en historische plaatsen.
De geweldige en fraaie bolwerken met hun
grootsche wachttorens boven de poorten, die
stad en stadsdeelen afsluiten, zijn architecto
nische kunstwerken. In het buitenland is vooral
de groote Chineesche Muur bekend. In China
spreekt men niet van den Grooten Muur, doch
van den 10.000 11 langen muur, 10.000 11 hier niet
letterlijk als een lengtemaat op te vatten,
doch als een aanduiding voor oneindig lang.
Midden in Peiping ligt een stad op zichzelf, om
geven door wallen en daar omheen een breede
gracht, gevuld met rose lotusbloemen en groe
ne ronde bladeren. Over de muren ziet men de
gele daken der paleizen onder den strak blau-
T .VJF'
een stad of haven zonder bultenlandsche
f -j. troepen of oorlogsschepenCanton, Shang-
hal, Honkong, Nanking, Tientsin, Peiping,
Hankow, Changsha. Wuchow, Foochow, Amoy,
Swatow We,hawei, Chingtao, al deze steden zjjn
gedeeltelijk en sommige zelfs geheel bezet door
bultenlandsche troepen, of worden geregeld be-
ze door bultenlandsche oorlogsschepen, niet
alleen Japansche, doch bijna evenzeer Fran-
sche, Engelsche en Amerikaansche oorlogsbo-
denms. Talrijke bultenlandsche rlvierbooten be-
concurreeren bovendien de Chineesche schepen
in de Chineesche binnenwateren, elfs in Chang
sha, in de provincie Hunan, dus ver in het Chi
neesche binnenland, trof ik een Amerikaansche
kanonneerboot aan.
Tientsin heeft een groot garnizoen van
pansche. Engelsche en Fransche soldaten.
Japanners bezitten in Tientsin een
Ja-
De
concessie,
Waarin geweldige kazernes gelegen zijn. ZU blij
ven niet op eigen terrein, doch houden geregeld
manoeuvres op Chineesch grondgebied en zelfs
tanks ontbreken daar niet bij. De Japansche
cavaleristen galoppeeren door de straten van
Volop te genieten is er voor dengene, die,,
daar even tijd voor wil nemen, van de bezich
tiging der zoogenaamde „Curacao-tentoonstel-
ling” in de Gothische zaal te 's-Gravenhage,
welke echter nog wel iets meer omvat, dan al
leen hetgeen genoemd eiland er toe bjjdroeg.
Van de beide andere der „A-B-C" eilanden,
zooals men ze op school leerde onderscheiden,
van Aruba en Bonaire is er evenzeer een heel
belangwekkende serie inzendingen te aanschou
wen. Voor een groot gedeelte beeft men voor
deze tentoonstelling gebruik gemaakt van de
overgebleven stands der Poppententoonstelling,
die eenige maanden geleden in dezelfde zalen
gehouden werd. En al wist men ook nu het be
zwaar van de moeilijk zichtbare nummering der
stands niet te ondervangen, men verkreeg er
tenminste een uitermate voor zijn doel geschikt
expositle-mlddel door.
Met groote vakkundigheid is door de organi
satoren (de wakkere bestuurderen ,van het Alg.
Ned. Verbond en de Kon Vereen. Oost en West)
gestreefd naar een systematische indeehng der
inzendingen.
Het is feitelijk de eerste maal dat een ten
toonstelling, speciaal op de Nederlandsche An
tillen betrekking hebbende, werd ingericht en
men kon dan ook met volkomen vrijheid van
handelen het meerendeels nieuwe materiaal
rangschikken. Naast het „Algemeen Deel" vinat
men er de afdeelingen Geografische gesteldheid.
Flora en Fauna, Bevolking en Maatschapplj-
beschrljving. De opsomming van zulk een sche
ma is altijd droger dan de vruchtbare studie,
die men bij een bezichtiging er van kan maken.
Zoo trok direct bij het betreden der expositie
ruimte in de groote zaal zelf, een breed tableau
van de Boven- en Benedenwindsche eilanden,
zooals dit drietal eveneens geheeten wordt, onze
aandacht, vanwege de zeer opmerkelijke
ruime weergave, die het van de ligging dezer
verre koloniën biedt. Er vlak naast, in de af-
deellng Kartografie kan men een kaart dezer
gebieden bewonderen, op primitieve wijze, maar
met groote vaardigheid geteekend door Juan
de la Cosa in 1500. ^t is een reproductie van
een wereldkaart, de eerste waarop ook Amerika
is aangegeven en de kust van onze West-Indi-
sche eilanden. Typeerend zijn de trotsche vlag
gen, die deze Spanjaard boven elke veste toe
kende, in welke zijn landgenooten vasten voet
hadden; het waren er in dien tijd dan ook niet
weinige!
Achter in deze zaal staan, door hun omvang
dadelijk de aandacht trekkend, een aantal lijk
en beenderurnen van Indianen, voornamelijk
afkomstig van Aruba. Merkwaardigerwijze is een
dezer urnen aan het licht gekomen door bet
woeden der elementen, gedurende den laatsten
orkaan in die streek. Amuletten en halssnoeren,
steenen bijlen en aardewerkfragmenten leggen
daarnaast getuigenis af van den trap der cul
tuur, waarop zich deze bevolking bevonden
heeft.
Terzijde van deze groote stands vindt men
een aantal vitrines, waarin de flora en fauna,
de gesteenten en kristallen, de schelpen en ko
ralen dezer streken zjjn gerangschikt.
Vooral de collectie van deze laatste, door
dr. W. G. N. van der Sleen te Haarlem ter
bezichtiging afgestaan, is zeer rijk aan zeld
zame exemplaren. Een diorama met oorlogs
schepen op de reede van Willemstad en een dito
van landsefiap en baai aan de Zuidkust van
heken. Tevens is daar een overzicht van de pers
organen opgesteld en 'van missie-uitgaven.
Vervolgens Is dan de Achterzaal met de er
naast liggende Bal-zaal aan de orde. Vooraan
valt dadelijk een stand met Ietwat zonderlinge
muziekinstrumenten op, o.a. een „tom-tom” (in-
landsche trom) van een Hollandsch haring
vaat je gemaakt! Naast de stroohoeden-fabricage
en de houtsnjjwerklndustrie is ook de kunst er
vertegenwoordigd met een karakteristieke plas
tiek, „Negerkop” van den beeldhouwer G. J.
van der Veen.
In de Bal-zaal zjjn voornamelijk reclame-
stands geëxposeerd, zooals een aanschouwelijke
voorstelling van het luchtnet, de petroleum
winning, het havenbedrijf, de posterijen, het
geldwezen, leeszaal en boekerij, scheepsmodellen
en tableaux van plantages en zoutbedrjjven.
In dit gedeelte trekken evenwel het meest
de inzendingen van de Paters Dominicanen het
oog van den bezoeker. Deze bestaan uit ver
schillende voortbrengselen der inlandsche hand
werkskunst lp kalabasacholen, waarvan ver
scheidene exemplaren op waarlijk zeer sierlijke
wijze met snijwerk overdekt zjjn Poppenhoeden,
manden, trommels, kruiken, schalen, matten,
zelfs stukken kristal en gouderts, ja drie groote
rostrums van zaagvlsschen zjjn door de actieve
Paters verzameld in hun missiegebied, om een
beeld van land, volk en terrein te kunnen geven.
Plaquettes van de eilanden Curacao en Bo-
voorzien van vaantjes ter plaatse
mlssie-statlons der Zusters van
esv—Br iWansciscanessen gevestigd zjjn.
maken de katholieke inzending ook in dit op
zicht volledig, al had er zeer zeker voor de
schitterende poppenstand der Fed. van BK.
Vrouwen in Nederland, de missioneerende orden
voorstellende op de groote Poppententoonstel
ling in Mei JL, hier een plaatsje gereserveerd
mogen worden.
Alles te zamen bevat deze koloniale expositie
veel toenaam» en schoons voor den bezoeker,1
daar een vliegveld aan het aanleggen waren.
Het werk was echter voor het oogenbllk ge
staakt als gevolg van herhaalde scherpe Chi
neesche protesten. Er was echter Inderdaad 'n
vliegveld in aanleg. De Japansche lezing is. dat
het een sportterrein meest worden. Natuurlijk
leent zich een vliegveld ook voor sportbeoefe
ning en omgekeerd.
Het is overigens geen geheim, dat de Japan
ners, die In Tientsin reeds over 1000 man troe
pen, geschut, tanks en mitrailleurs beschikken,
ernstige plannen hebben, om in Tientsin ten
slotte toch een vliegtuigbasis in te richten. In
een toekomstigen oorlog met Rusland willen zij
Peiping en Tientsin bezetten en vandaar uit hun
troepen vla de Tlentsln-Peiping en de Pelping-
Kalgan-Spoorweg vervoeren. In Kalgan zullen
zij overgeladen worden op vrachtauto’s, om ver
volgens de Russische troepen in de flank aan te
vallen op het Chlta-Oerga-front. Een zelfde
flankaanval zal geleld worden van uit Dzjehol
via Dolonor. Na de verovering van Dsjehol heb
ben de Japanners Dolonor, dat dicht by de
grenzen van Dzjehol in de provincie Linyuan
gelegen Is, zonder meer bezet gehouden.
Tientsin, alsof ze er heer en meester zjjn. tot
niet geringe ergernis van de Chineesche bevol
king. Dagelijks krijgt men in Tientsin het ge
roffel en geratel der Japansche machinegewe
ren te hooren. In het Chineesche territoir van
Tientsin bevindt zich een groote school met
vele Bijgebouwen. Dat is de Japansch-Chlnee-
sche school, opgericht om Chineesche eh,
pansche jongens samen op te leiden. Er zijl
geveer 300 leerlingen. Het doel is de Chinee
sche jeugd Japansch te maken. Wie die school
afgeloopen heeft, is niet geschikt, om aan Chi
neesche onderwijsinstellingen verder 'te studee-
ren. De jongens staan practisch voor de keus,
om ofwel dadelijk in Japanschen dienst te gaan
ofwel om in Japan door te studeeren. De Ja
panners trachten op deze wijze menschen op te
kweekeq, die Japan loyaal gezind zjjn en te
gelijkertijd de Chineesche taal, zeden en ge
bruiken door en door kennen. Dit menschen-
materiaal wordt gebruikt voor spionnagedien-
sten en Japansche (Pan-Aziatische) proga-
ganda.
In Shanghai is een soortgelijke school, die de
Japansche jongelui in de Chineesche taal en
zeden onderricht. In hun vacantie worden ze
In Chineesche kleeren gestoken en het platte
land op gestuurd met de opdracht, om zooveel
mogelijk materiaal te verzamelen, dat van stra
tegische beteekenls zou kunnen zjjn. Het resul
taat van die onderzoekingen wordt als ’n soort
examen beschouwd.
FOTOREPORTAGE
F
KK ’f