PER VLIEGMACHINE DE WERELD ROND
I
s
venaal wui den iaq
SwiEiaAt ^Zj^n
staERen
sfcMsfitSds.
Krijgsgevangenen in Duitschland
(f2.8 O
HERINNERINGEN AAN DEN
WERELDOORLOG
I Het kind
VERZET
T I
NEIL
LYNDON
ONTSNAPT
Ft
'aangifte moet, op straffe van verlies van alle rechten, geschieden uit erlijk drie maal vier en twintig uur na het ongeval
Alle ahonné’s Si'AÏÏ?
ZATERDAG 6 OCTOBER 1934
De dronken ijsbeer
Churchill werkt voor
een film
Opgravingen in Albanië
■II
Langzaam rolde een eindelooze
trein het station te
Keulen binnen
Naar een onbekende
bestemming
k
R
DOOR
VICTOR
BRIDGES
V 1
1PED EL*
9
mannenwerk'" «ei «e vaak tot
moet aan de
was namelijk
dat
niiiiiiiHiiiiiiiiiitHHHi
vriend mijnheer
7
HOOFDSTUK IV
De kleine, maar nauwelijks merkbare
ECHO'S VAN EEN BEROEMD GEVAL
S5A. B
het
’n i
KnkeL. r
toen drong bet met een schok tot mü door.
Lamoor. l'aumftne, la prière,
Ce Bont IA noe armee de guerre.
(Uefde, aalmoes en gebed zijn
daar onze oorlogswapenen
(Wordt vervolgd)
NHi
aóo naar wavde
Nu wij in October leven
Wordt de wintertijd weer wet.
Dut de klokken moeten heden
Weer een uur terug gezet.
Ieder mensch wU graag behouden
Wat hij heeft, tot zelfs den tijd!
Want een mensch, dut ia het
mensch'Hfk
It niet graag een voordeel kwijt.
Langer dag is lang genieten,
Meerder licht valt altijd mee.
Bovendien is dit een voordeel
Voor de huishoudportmonnee!
Korter dag ie vroeger donker,
Vroeger donker koet ons geld.
En het spreekt: ook op verliezen
Ie geen enkel mensch gesteld!
Maar u kunt zich niet verzetten.
Want u weet wel dat het moet.
Slechte de klok moogt gij verzetten
En ’t ie noodig. dat ge 't doet!
Dut verzetten mag nu toch wel,
Mits verzetten naar de wet.
Koel uw woede aan de klok dus.
Verder baat u gièn verzet!
’nYIP
VAN
BOOTZ
UI
Zoo belamdde ik in het duikeroompartl ment
waar een tweetal «ware duikerpakken «tonden
voor diepoee-ondersoek De dulkeruitrusungen
waren zeer solide gemaakt om een «waren druk
te kunnen weerstaan Opeens schoot mij een
gedachte in. IJlings snelde Ik naar den com
mandant, den heer Wood.
MARTIN BERDEN
(Nadruk verboden)
Het vervelende was, dat de boegspriet in het
ijs beklemd «at. zoodat we moeilijk met de boot
konden manoeuvreeren, op gevaar van afbre
ken van den boegspriet. Terwijl men stond te
beraadslagen, ging ik in mijn eentje een ver
kenningstocht in de duikboot ondernemen.
eeeseeeeeeeeeeeeMeeeeeeeeeeeeeeeeeeeeeeeeeeeeeeeeeeee
allengs met Marletje's opvoeding begon te be
moeien.
„Dat is geen
Fr an*.
..De opvoeding van kinderen
vrouw worden overgelaten.”
Frans Kan ter glimlachte en
Iljkertljd oat hü in mevrouw
mededingster had gevonden.
Belden hielden zij dolveel van
Het klonk vreemd dat Franach uit den mond
van dien Dultschen veldgeestelljke, maar het
was waar, wat deze woorden behelsden, waar
voor ben. die achtergebleven waren In het
vaderland. „De versregels stammen uit "TO. Niet
van nu," zei de priester mU Ik begreep
Toen ging leder «Uns weegs.
•J’-'X e pers der geheele wereld gaat door her-
II inneringen op te halen uit de bewogen
eerste maanden van den wereldoorlog, nu
twintig jaren geleden. Hier volge een aangrij
pende herinnering uit die dagen. De schrijver
beleefde de gebeurtenis persoonlijk en is hier
aan bet woord:
Op het station in Keulen. Ik loop over het
kille perron. De Dom slaat twee uur. Het is
midden in den nacht. Spaarzaam branden
liohten. In de stad Is alle electrisch licht ge
doofd. Men vreest voor bommen-gooiende
Fransche vliegers. Als Iets reusachtigs, boven-
menscbelijka streven de majestueuze domtorens
ten hemel. Tusschen beide züvert het zachte
licht van een omfloerste maan. In die torens
hangen de groote keizerklokken en die zijn ge
goten van ijzer en brons van Fransche kanon
nen. in 1870 veroverd. Uit de spits der toren»
steken de monden van machinegeweren, daar
gesteld tegen een mogeljjken aanval uit de luch
ten, tegen een aanval, die schermend sou storen
het geweldige monument van Duitsch geloof en
Dultache grootheid. Ook op het nieuwe Hansa-
hotel met zjjn platte dak. tegenover den dom.
doemen de mitrailleuses in den nacht. Allee is
rtü, alles slaapt. Aan bet andere eind van bet
perron verschijnt het groene lampje van een
stationschef. Het pinkelt in de duisternis Seinen
worden gegeven. En dan rolt een geweldige
trein door het station met honderden kanonnen,
munitiewagens, peardenwagons. Moede handen
van soldaten beantwoorden uit de opengescho
ven wagondeuren moede mijn groet Ben ver
standige paardekop kijkt nieuwsgierig met ge
spitste ooren uit den wagen. Dreunend rolt de
trein voorbij. Ut denk aan Da Costa's vers: „Zie
langs dien tweelingslljn dien feilen salamander."
Nu is bet waar, dat woord! Wat vreemd, wat
bese stelde Ik met mijn plan In kennis. Ik
vroeg hem of het niet mogelijk was om met
een der dulkpakken aan door een der torpedo-
lanceerbuizen naar bulten te kruipen en dan
met een electrisch smeltapparaat, waarvan er
verscheidene aan boord waren, te trachten den
boegspriet uit het ijs los te maken.
De dokter ging nasu* het raam en schoot het
open.
„Savaroff!” riep hij.
Een mannenstem gaf een antwoord dat ik
niet kon verstaan.
.,Kom hier," ging McMurtrie voort. „Laat den
wagen maar staan.”
Hij wendde «ich weer tot mij:
„Drink dit op,” aei hij, nog wat brandewijn
Inschenkend.
Ik dronk gretig en leunde weer achterover
in mijn stoel; mijn geheele lichaam tintelde
van pjjn.
HU voelde een oogenbllk mün pols.
suit u wel ellendig voelen," aei hü „maar
we sullen dadelijk uw natte kleeren uitdoen
en u naar bed brengen Morgenochtend suit u
een ander mensch «Un.”
„Dat aal mij hoogst aangenaam zijn." ant
woordde ik.
Buiten klonk een geluld van voetstappen;
de kruk van de deur werd omgedraaid en
een man een reus van een man in een
lange astrakan jas kwam met «waren stap
de kamer binnen, gevolgd door een meisje,
wier geslcht voor het grootste gedeelte door
oen half teruggealagen autooluier verborgen was
Toen «U mü gewaar werden, bleven beiden
plotseling staan.
„Wie ie dat?" vroeg de man.
Dt McMurtrie maakte oen sierlijk gebaar
naar mij.
,Bta mij toe u aan elkander voor te stallen.”
set hij „Monsieur on «oadamoteeUa Havarotx
voelde tege-
Rentburg een
De commandant opperde nog verschillende
bedenkingen, ik gaf echter niet op en bood aan
«elf het experiment te wagen, door met een
duikerpak aan naar buiten te krulpen. Elnde-
>Uk gaf de commandant toe.
De soldaten, die hen bjj him miwUrttg en «c.han-
delfjk bedrijf betrapt hebben, reizen in den
trein als getuigen mede. De zie met angst en
vreeae naar die geketenden. God «tl hun ge
nadig. Dultache mannen zetten zwijgend hun
een kroes met drinken aan den mond. Kleine
stukken brood worden In hun mond geduwd....
Dan «waalt het groene licht van den stations
chef De trein «et zich in beweging.
Met de Dultschers verlaat Ik, diep ontroerd
en ontdaan, het station.
Over den Rijn glanst de morgen. Als een
monument van geweldige kracht en macht
streeft de nieuwe Hohenzollernbrug over den
machtigen stroom. Op de Ingangspoorten van
de brug, geflsmkeerd door de «ware romaan-
sebe torentjes staan de standbeelden, de ruiter
standbeelden van Wilhelm I en Wilhelm n,
fier, machtig. neo-Dul|#che heerlijkheid. Maar
voor mjj rijst de Dom. de hooge Kathedrale
Om torens en transen en pinakels Jubelt en
divert bet morgenlicht. Witte duiven klap
wieken tegen het grauwe gesteente En naar
de breede portalen, over de ontzaglijke treden,
spoeden menschen het Godshuis binnen. De
aalmoezenier In «Un uniform met het zilveren
kruis op de borst en ik treden binnen. Door
de gebrandschilderde vensters dringt mat licht
in het schemerige donker. Voor een zij-altaar
buigt «Ich een priester diep terneder. HU bidt
het Confiteor, de belijdenis van de schuld der
menschen. Kaarsen flaEkeren tegen het eeuwen
oude altaar. De geloovigen knielen In wijden
boog rondom.diepe stilte.... vrede.
vrede.
Toen we weer op den Domplatz stonden In
het ijle, bot reeds guldens, roodgouden licht
van den dag, zelde de geestelUke mU. met een
blik naar het station, waar we sooeven de
gevangenen hadden gelaafd en naar den Dom,
waar gebeden werd voor den vrede:
Geleidelijk aan ia de geschiedenis van Frans
Kanter en zijn pleegdochter romantisch ge
worden, maar het lot bepaalde dat zij een pro
zaïsch einde zou hebben. Eenlge maanden la
ter kreeg de burgemeester bericht uit Austra
lië, dat Mar.etje's vader, dien men dood waan
de. nog in leven was en spoedig in het vader
land zou terugkeeren. In de ambtelUke ge
meentelokalen. tusschen folianten en registers,
beslisten dc ambtenaren met de wet in de
hand, dat de vader nog alle recht op zUr doch
ter had Aan Kanter s voogdU werd een einde
gemaakt.
Marietje verbet het groote, gezellige huis.
En aan Kanter en zjjn vrouw bleef alleen
<V- herinnering aan de romantische wijze waar
op hun huweluk was tot stand gekomen
dat hu dien dag van de sweepstake getrokken
had en er nu genoeg van had sommetjes op te
lossen. Als schadevergoeding inviteerde hU het
publiek op een whisky, waarna hü de tent uit
waggelde.
Wat ook mUn bedoeling mag zijn geweest
en die was stellig nog al giftig toen Ik op
sprong de revolver waa werkelijk een onnoo-
dlge zorg. Nauwelijks stond ik op mün voeten,
of Ik werd soo draaierig als een windmolen
en slechte door mij aan den stoel vast te grij
pen, voorkwam ik een val.
De dokter liet sUn wapen zaken, en herhaalde
zün bevel:
..Blijf zitten! Er la hier niemand, die u kwaad
«ai doen
„Wie is er In de auto vroeg ik, terwijl Ik mij
met Inspanning verzette tegen do duizeligheid
die mü bevangen hield.
.Vrienden van mi). Ze hebben niets met de
politie uit staan U guit hen dadetUk zien
Ik ging weer ritten, meer gedwongen dan
vrijwillig Intugschon boorde ik de auto voor
de achterdeur stilhouden.
Te Ramsgate (Eng.) waar op het oogenbllk
een reizend circus vertoeft, werden de bezoe
kers dezer dagen vergast op een niet-alle-
daagzeh schouwspel.
Eén der hoofdnummers moeet namelijk ge
schorst worden wegens bet zich In kennelUken
staat van dronkenschap bevinden van den Ijs
beer Het nummer, dat getiteld was „*S wereld»
Cherpzinmgste üsbeer”, bestond daaruit, dat a
de beer met een stuk krut. dat hü in den bek.
hield, sommen op het bord schreef, die het pu
bliek bU monde van den temmer hem opgaf.
De beer, die gewoonlUk zeer gewillig alle op
tel- en aftreksommen oploste, was dien avond
niet op dreef. Steeds maakte hü fouten. Het
publiek begon te fluiten. De temmer probeerde
den beer met zachte w>x>rden op d.ens vergis
singen attent te maken. Tot groote hilariteit on-
ocr hel publiek, begon plotseling de beer te
spreken en zei in goed verstaanbaar Engelsch.
5-
Frans Kanter had reeds eerder laten dóór
schemeren dat hU zUn kven etgenlUk hoe lan
ger hoe waardelooaer. leeger sag worden. Wel
bad hU alles wat volgens vele domooren van
iemand een gelukkig mensch maakt: een vrij
leven en geld genoeg om de kleine dagelijksche
zorgen op zij te kunnen schuiven. Botend.en
was hU gezond en flink. Maar ondanks
alles kon hU «ich niet gelukkig noemen.
Wat heeft een eenzaam man aan een mooi
buiaf
.Je moet trouwen, num!" raadden zUn vrien
den hem aan. „Zoek een goede vrouw en breng
gezelligheid in je leven
Trouwen? Het was niet de eerste maal dat
Frans Kan ter daarover nadacht, maar na een
veertig-jarig vrUgezellenleven voelde hij zich
toch angstig en beklemd om dien stap te on
dernemen. Over zooiets moest een oude vrij
gezel niet te lichtvaardig beslissen. Je zag er
vaak de onprettige gevolgen van en Kanter
meende zich het best aan die voorbeelden van
anderen te spiegelen en waagde den grooten
stap niet.
Toen de burgemeester met zUn plan voor
den dag kwam, was Kanter er dadelijk enthou
siast voor en dat werd nog erger toen hU Ma-
rlelje had gezien. HU leefde heelemaal op u.t
de zwaarmoedigheid die hem den laatsten tUd
als een ondraaglUke last drukte Waa dit niet
een prachtige oplossing? HU zou gaan zorgen
voor het meisje, net als een echte vader HU
sou maken dat rij van hem ging houden Kan
ei ooit een betere taak gevonden worden om
zijn leven inhoud en gezelligheid te geven?
HU stemde toe en de burgemeester haastte
zich alle ambtelUke hinderpalen te verwUderen,
zoodat na eenigen tüd de adoptatie een vol
dongen feit was. En het is moeilUk te zeggen
wie er gelukkiger was de burgemeester zUn
vriend Kanter of Marietje. In korten tijd wa
ren deze laatsten zich aan elkaar gaan hech
ten. In het groote huls was gezelligheid en
vroolUkheid gekomen; bet had alles veranderd.
Zelfs op net leven van Kanter had Marletje's
komst een grooten Invloed gehad. Kanter be
gon zich meer In het gezelschapsleven te be-
De kleine, maar nauweUJks merkbare vw-
andering in zlln stem gaf een zeer bUrondere
beteekenls aan dese laatste opmerking Ik
was er plotseling van overtuigd, dat dr. Mc
Murtrie om eekere reden. waarsehUnH’k van
groot eigenbelang, mU niet wenachte aan ts
g%ven.... tenminste op het oogenbllk niet.
„Ik aal u mot genoegen alles vertellen, wat
weten wilt," set ik. ..Waar houdt de Daily
Mail op?"
Hü lachte kort, atak zUn andere hand in
■ijn aak en haalde een zilveren sigarettenkoker
te voorechUn
„Ah ik mU goed herinner.” eet hij. „had u
juist van den mist gebruik gemaakt om son^er
eenlge reden oen brutalen overval op ecu van
de bewakers te doen.”
..Fardon. niet condor eenlge reden, want
Hl) bood mij lijn koker aan.
„Steekt u liever eerst een clgaret op.
Soet iemand een goede tabak eoo n-
schatten ala een lange onlhbudlng."
Onder leiding van professor Ugohni worden
opgravingen gedaan op de plaats, waar vroe
ger de stad Butrinto heeft gelegen.
Deze stad Is volgens Homerus gesticht na
den val van Troje, op een eenigazlns verhoogd
terrein temidden der bijna ondoordringbare
moerassen in het zuiden van Albanië, nabij
Sant! Karanti, tegenover het eiland Korfoe.
Reeds is een groot amphitheater blootgelegd,
met zitplaatsen voor 2000 personen, en ge
bouwd van marmer, in een combinatie van
Griekschen en Romelnschen stijl.
NabU de monumentele stadspoorten die «es
en een halve meter hoog waren, en gebouwd
van enorme blokken graniet, vond men vijf
standbeelden, elk bijna twee en een halve me
ter hoog en uit Griekenland afkomstig.
Voorts heeft men een huis uitgegraven dat
omstreeks het Jaar 500 v. Chr gebouwd moet
zUn, doch vrijwel onbeschadigd Is.
Dit sou het oudste huis «Un. dat men tot dus
ver gevonden heeft.
Marietje.
Toch was er geen sprake van naUver op el
kaar. Integendeel, de liefde voor het kind
bracht de belde menschen steeds d-chter tot
elkaar. Totdat....
„Wat een vreeselUke last 1» het toch!” klaag
de mevrouw Rentburg op -en keer. „Telkens
bis ik Marietje wil zien moet ik hierheen ko
men. Mag ik haar met een paar maanden te
Icgeeren hebben?"
Frans Kantei voelde zich plotseling wonder
lijk te moede.
„Ik wil je graag ter wille zün.” antwoordde
hij. „Maar Marietje laat ik niet van huis gaan.
En dan schiet er niets anders over, dan...
Mevrouw Rentburg begreep net en bloosde.
Korten tUd daarna was mevrouw Rentburg
11’ de gelegenheid zich volledig met Marietje’»
opvoeding bezig te houden. Ze was namelUk
met Frans Kanter getrouwd'
om de kanonnen, de instrumenten van Konlng
Dood, die «|jn seis nu wel kan laten roesten.
Wat kil «Un die verlepte groene boomtakken,
aan lederen wagon gestotoqpDoodsch is
weer het station.... uit de straten dringt geen
gerucht.maar over den Rijn gloort en bleekt
alUiet komende Hcht. Het Is drie uur. Ik ga
naar beneden, naar de wachtkamers. Daar zit
ten ze, de mannen van het Roode Kruis, de
mannen van het vrijwillige statlonsliefdewerk
Daar is ook een katholieke aalmoeeenler, die
het mU mogeluk gemaakt heeft, het station te
betreden.
„Zün se al op komst, Herr Doctor?**
„Om vier uur.”
We wachten daar allen in de wachtkamers
op een groot transport van Belgische en Fran
sche krijgsgevangenen. Al die mannen «Un
ernstig en stil. Geen lach weerklinkt. De hard
heid van den tijd staat gegrift op de gezichten
dier mannen
HndelUk de militaire kommandant meldt
ons, dat het transport In aantocht is. Manden
en manden met brood en reusachtige kannen
met koude koffie en thee worden naar de per
rons gesleept. Ieder neemt zijn aangewezen
plaats in.
Seinen.... fluiten.... bellen....
Daar «ijn m. Daar rolt langzaam een einde-
loose trein het station binnen. Uit alle portier
raampjes strekken rich handen, rekken «ich hal
len. Eerst worden de soldaten der bewaking
gelasJd. Dan de gevangenen. Alles gaat stlL
Drukkend, haast angstig Is het zwijgen Uit een
wagon eerste en tweede klasse zie ik de kepi’s
van Fransche officieren. Wat zün die gezichten
van dese mannen somber en fatalistisch! Ook
nemen de hun aangeboden ververschlngen
De Dultschers reiken se hun, ernstig en zwV-
gend. Overal stasm thans de deuren der coupé s
open. 700 Franschen ritten in het eerste deel"
van den trein. Roode broeken, donkere korte
jasjea. Men riet het hun aan. dat zU in den
slag geweest zün Haveloos en gescheurd zien
het venster, waar hü rich omwendde en mU
in gedachten aanstaarde Ten laatste scheen
hü oen besluit te nemen.
„U moeet maar liever naar bed gaan.” zei
hü; .wü kunnen boter morgenochtend onze
zaken regelen Vanavond bent u nergens meer
toe in staat
„Dat ben Ik ook niet,” gaf ik ronduit toe,
.maar voor ik naar bed ga, sou ik graag sen
beetje zekerheid hebben, waar ik morgen oot-
waken sal."
Bulten werd een «wak geluld verneembaar
ik sag hem aün hoofd ophoffen Het was
verre, maar onmiskenbare geRone van
motor, dat leder oogenblik naderbü kwam,
keil seconden lang luisterden wü allebei;
ze er uit. Hoe gretig eten ze het grauwe Dult-
sche brood! Hoe achleUJk drinken se koffie en
thee! Hun gezichten blüven strak Een haastig
gedwongen klinkend .merci!” is het eenlge, wat
ik naar den kant van hot perron hoor. Stil en
fluisterend spreken se met elkaar. Ik vraag aan
een soldaat lets over Lagarde, ,4e ne sals rien,”
zegt hü norsch. En als Ik hem mededeel, dar
hü niet met een Duitscher, mne* met een Hol
lander te doen heeft, verandert de uitdrukking
van zün gericht niet en even norsch antwoordt
hü: ,4e ne veux rien dlre, monsieur!” Ik geef
liet op. De aalmoezenier wandelt langs den trein,
misschien verlangt iemand hem. Er zün er tn
den trein, die ziek zün. ZUn tocht is vergeefsch.
Onverschillige gezichten kijken hem na. Mis
schien weten ze niet, dat die man daar in
uniform met het zilveren kruis op de borst een
asdmoezenler is.
Eén coupé is streng bewaakt. Vier soldaten
met geladen geweer. Er rit daarin een officier,
die geweigerd heeft, «Un eerewoord te geven,
niet te willen ontvluchten.
Dan verderop naar de wagons der Belgen.
Drie duizend zün er. Ze rien er beter uit dan
de Franschen. Alleen valt het op, dat zeer vele
geen militaire broeken, maar fantasiebroeken
dragen. Er gaat tusschen hen een gezwete en
een geklets als In de Keizerlel In Antwerpen
op een feestdag. Ze roepen om bropd en drinken.
Ze danken luidruchtig en lachen en praten en
roepen. Het zün Walen en Vlamen door elkaar.
De taal der laatsten hoort men het meest.
Ook bü de Belgen Is één wagon streng be
waakt. Het te een goederenwagen. Op den grond
liggen zes Belgische soldaten, zwaar aan elkander
vast geketend. Zee soldaten met geladen geweer
er bü. Het zün münwerkers uit het beruchte
bekken om Luik. Ze worden beschuldigd aan
Dultache gewonden de oogen uitgestoken te
hebben. In hun sakken heeft men zoo gaat
het gerucht afgesneden vingers met ringen
gevonden. Ze zouden al in Aken gefusilleerd
«Un. Maar men heeft ze doorgezonden, omdat
men «e voor een rustigen krijgsraad wil brengen.
op en het meiaje deed,
ep, een step voorwaarth,
r terugsloeg. Ik zag, dat
een donkere, eenlgazlns
Ad.
il willen verontschuldigen voor
T T 7 ooit gepeinsd heeft over de sonder-
Vy llnge wjjae waarop vaak huwelüken tot
stand komen op dit ondermaansebe. sal
«ich niet verbaren over bet verhaal dat ik thans
g* vertellen.
Zooals soovele van deze geschiedenissen, be
gon ook deee zeer ailedaagach en prozaïsch
Het begin speelde namelük op bet bevolkings
register van een kleine plaats aan de kust, tus
schen stoffige klappers en uitgedroogde amb
tenaren. Daar werd namelük op een vroegen
voorjaarsdag de overlUdensacte Ingeboekt van
Juffrouw Johanna Veen geboren Erfsmid. die
enkele dagen tevoren in den ouderdom van
zeven en veertig jaar was overleden. Dit feit
had natuurlUk voor de ambtenaren van den
burgerlUken stand niet meer waarde dan alle
andere van dr-t soort en het werd dan ook op
de gewone ambtelUke manier behandeld Wie
zal het ook den ambtenaren kwalük nemen!
Toch was het overlüden van juffrouw Veen
een belangrüke gebeurtenis. In de eerste plaats
voor haar twaaif-Jarig dochtertje Marietje, dat
opeens wees werd. Door medelijdende buur
vrouwen werd het meisje onderdak genomen
en daarna begon men te onderzoeken wie voor
bet kind zou moeten zorgen. Ja. de vader, na
tuurlijk, maar deze was enkele jaren na de
geboorte van zlln dochter op zee gebleven. ZUn
schip was op een rot» gestooten en vergaan,
ergens voor de Brazlliaansche kust. Slechts en
kele opvarenden hadden er het leven afge
bracht, maar van Jacob Veen was nooit een
spoor gevonden
Erger was dat men nergens een familielid
kon ontdekken die het kleine meisje kon ver-
zorgen en men volgde toen den gewonen weg
door het kind onder te brengen In het stads
weeshuis.
Voor het echter zoover kwam, hoorde de
burgemeester van de zaak en deze meende een
gelegenheid te rien om twee menschen geluk
kig te maken HU hennnerde rich opeens zün
ouden vriend Kanter. een eenzamen vrugeael
op jaren, die met Uefde voor het meisje zou
«rillen zorgen. Zou hü Kanter vragen Marietje
als kind asn te nemen? Op die manier zou hij
tegelUkertljd zijn ouden vriend het leven ver
aangenamen en het meisje een goede toekomst
bezorgen.
Leunend op den arm van mün stoel luisterde
h|J zwUgend Hü zat zonder eenlge beaegiug
of verandering van uitdrukking een stand
beeld kon niet minder belangstelling hebben
getoond maar al dien tüd bleven zün glin
sterende oogen gestadig op mün gelaat ge
richt
Toen ik geëindigd had. bleef hü verschei
dene aeeonden lang In dezelfde houding rit
ten Ten slotte lachte hü. een korten lach,
aonder vroolUkheid.
,Jtet moet prettig «Un zoo sterk te zün. als
u,” ast hU JE sou er lang onder bezweken
üjn."
Ik haalde mün schouders op en antwoordde:
„Wel. ik voel mü ook niet bepaald, abof ik
dbbt een bal fa.”
Hü stond op en begaf «ich langzaam naar
onze beroemde en neer
Nell Lyndon." j
De lang man schrigi
onder een zachten uft:
terwül rij haar sluipt I
opvallend mooi
sombere schoon
„U zult mü 1
mün blüven «Rten,” «el ik zwakjea.
„Münheer Lyndon,” verklaarde de dokter,
„wat vermoeid. Ik stelde hem Juist voor, naar
bed te gaan, toen ik de auto boorde.”
„Hoe kwam hü hier?" vroeg de lange man.
„Door bet venster,” antwoordde do dokter.
„HU kwam wat eten van ons leenen. Toevallig
zag ik hem in den tuin en daar ik natuurlük
meende, diat hü -- eb.... wel.... eb-,., onse
andere vriend waa, vraagde ik het hem te
storen."
Bavaroff lachte even.
Het b ongelooflük.” mompelde hü.
Het meisje nam mü nieuwsgierig op.
„Arme man!” riep sü uit, -hü moet wal uit
gehongerd «Un!"
Mün beste Sonja,” oei Mc Murtrte ,.Je denkt
niet erg boog over mijn gastvrijheid. Münheer
Lyndon heeft zich riJkeWk aan melk en brood
t* goed gedBBD.**
„Maar hü riet er eoo nat en ziek uit.”
--orw«ro.^^000e.^^^
dat de auto het buis had bereikt en de laan
op reed.
Hoe zwak ik ook was, sprong ik op, terwül
Ik nauwelUks de pün, die bü deze poging door,
mü been echoot, gewaar werd.
„Alle duivels! riep ik. buiten müeelf, „u
hebt mü verraden
HU trok «Un revolver, die hü recht op mün
gelaat richtte
,3Ujf ritten, dwaas!” riep hU. „Het is de
politie nietl"
wegen en herinnerde zich plotseling allerlei
liefhebberüen uit vroeger dagen, die hü thans
weer druk begon te beoefenen.
Inderdaad, de wereld was veranderd voer
Frans Kanter. En weldra «ouden er nog in
grijpender veranderingen plaats vinden.
Een vriendin uit «Un jeugd, een nog jonge
weduwe, maakte bü toeval kennis met Kan-
ter's pleegdochter en oogenblikkelük had het
meisje haar hart gestolen.
Het wa» du.* niet te verwonderen, dat me
vrouw Rentburg,
zooals de weduwe
heette de vriend
schapsbanden
met Frans Ken
ter wat nauwer
toehaalde, en
zoodoende zich
De bekende Engelsche staatsman Winston
Churchill houdt zich op het oogenbllk in op
dracht van de London Film Production Ltd.
bezig met he; voorbereiden van de Engelsche
ffim ,X>e regeering van Konlng George V”, die
het volgend Jaar zal worden opgevoero naar
aanleiding van bet feit, dat konlng George dan
?5 jaar aan het hoofd der regeering slaat.
Churchill is voor dit werk de geschikte min.
daar hü door zijn politieke loopbaan nauw
keurig op de hoogte is van de gebeurtenissen
der laatste 35 Jaar in Engeland en de Domi
nions en koloniën.
De film zal in twee of dne honderd exem
plaren vervaaldigd worden, opdat zü gelUk-
tüdlg in alle deelen van het Britsche RUk kan
worden vertoond.
Mün hand beefde, toen ik de doos Het
openspringen. Het waa drie jaar geleden, dal
Ik een eigaret had gerookt. De clgaret, die
mü was aangeboden door den inspecteur van
politie tn het muffe kamertje achter de bank
der beschuldigden, waar Ik mün doodvonnis
aXwBchtte.
Zelfs wanneer ik honderd Jaar worden mocht,
sal Ik nooit het gevoel vergeten, waarmee ik
dgn lucifer, dien mün gastheer mü aanoood
afstreek en den eersten geurigen trek Inademde.
Een oogenbllk bleef ik bewegingloos van loutere
verruk king; toen leunde ik met een lichte
sucht in mün stoel achterover, terwül ik om
tweede rookwolk tot diep in mün longen «oog.
De dokter, wachtend, keek mü aan met een
cynisch genoegen.
„Haast u niet, münheer Lyndon.” sel hij,
haast u alstublief niet."
Daaraan gaf ik gehoor en enkele minuten
zaten wü swügend, terwül langsaam do blauwe
rookkrinkels rond ons opstegen Tes. slotte
richtte Ik mü op, met oen heeriük gevoel van
tevredenheid en begon mün verhaal.
Ik vertelde eenvoudig de waarheid, «onder
te trachten Iets te verbergen <4 te overdrijven
Ik beschreef hem, boe de gedachte om te
ontsnappen, plotseling in mü opgeremn was
en hoe Ik sonder overdenking of aarsellng
daarna had gehandeld. Rustig ging Ik al mün
avonturen met hom door van het aoginbllk.
dat het was begonnen te misten tot bet oogen-
blik, dat ik, half beswümd van honeer en uit
putting. aün keuken-venster «as Unnengekk’ia-
mea.