PER VLIEGMACHINE DE WERELD ROND I s venaal wui den iaq SwiEiaAt ^Zj^n staERen sfcMsfitSds. Krijgsgevangenen in Duitschland (f2.8 O HERINNERINGEN AAN DEN WERELDOORLOG I Het kind VERZET T I NEIL LYNDON ONTSNAPT Ft 'aangifte moet, op straffe van verlies van alle rechten, geschieden uit erlijk drie maal vier en twintig uur na het ongeval Alle ahonné’s Si'AÏÏ? ZATERDAG 6 OCTOBER 1934 De dronken ijsbeer Churchill werkt voor een film Opgravingen in Albanië ■II Langzaam rolde een eindelooze trein het station te Keulen binnen Naar een onbekende bestemming k R DOOR VICTOR BRIDGES V 1 1PED EL* 9 mannenwerk'" «ei «e vaak tot moet aan de was namelijk dat niiiiiiiHiiiiiiiiiitHHHi vriend mijnheer 7 HOOFDSTUK IV De kleine, maar nauwelijks merkbare ECHO'S VAN EEN BEROEMD GEVAL S5A. B het ’n i KnkeL. r toen drong bet met een schok tot mü door. Lamoor. l'aumftne, la prière, Ce Bont IA noe armee de guerre. (Uefde, aalmoes en gebed zijn daar onze oorlogswapenen (Wordt vervolgd) NHi aóo naar wavde Nu wij in October leven Wordt de wintertijd weer wet. Dut de klokken moeten heden Weer een uur terug gezet. Ieder mensch wU graag behouden Wat hij heeft, tot zelfs den tijd! Want een mensch, dut ia het mensch'Hfk It niet graag een voordeel kwijt. Langer dag is lang genieten, Meerder licht valt altijd mee. Bovendien is dit een voordeel Voor de huishoudportmonnee! Korter dag ie vroeger donker, Vroeger donker koet ons geld. En het spreekt: ook op verliezen Ie geen enkel mensch gesteld! Maar u kunt zich niet verzetten. Want u weet wel dat het moet. Slechte de klok moogt gij verzetten En ’t ie noodig. dat ge 't doet! Dut verzetten mag nu toch wel, Mits verzetten naar de wet. Koel uw woede aan de klok dus. Verder baat u gièn verzet! ’nYIP VAN BOOTZ UI Zoo belamdde ik in het duikeroompartl ment waar een tweetal «ware duikerpakken «tonden voor diepoee-ondersoek De dulkeruitrusungen waren zeer solide gemaakt om een «waren druk te kunnen weerstaan Opeens schoot mij een gedachte in. IJlings snelde Ik naar den com mandant, den heer Wood. MARTIN BERDEN (Nadruk verboden) Het vervelende was, dat de boegspriet in het ijs beklemd «at. zoodat we moeilijk met de boot konden manoeuvreeren, op gevaar van afbre ken van den boegspriet. Terwijl men stond te beraadslagen, ging ik in mijn eentje een ver kenningstocht in de duikboot ondernemen. eeeseeeeeeeeeeeeMeeeeeeeeeeeeeeeeeeeeeeeeeeeeeeeeeeee allengs met Marletje's opvoeding begon te be moeien. „Dat is geen Fr an*. ..De opvoeding van kinderen vrouw worden overgelaten.” Frans Kan ter glimlachte en Iljkertljd oat hü in mevrouw mededingster had gevonden. Belden hielden zij dolveel van Het klonk vreemd dat Franach uit den mond van dien Dultschen veldgeestelljke, maar het was waar, wat deze woorden behelsden, waar voor ben. die achtergebleven waren In het vaderland. „De versregels stammen uit "TO. Niet van nu," zei de priester mU Ik begreep Toen ging leder «Uns weegs. •J’-'X e pers der geheele wereld gaat door her- II inneringen op te halen uit de bewogen eerste maanden van den wereldoorlog, nu twintig jaren geleden. Hier volge een aangrij pende herinnering uit die dagen. De schrijver beleefde de gebeurtenis persoonlijk en is hier aan bet woord: Op het station in Keulen. Ik loop over het kille perron. De Dom slaat twee uur. Het is midden in den nacht. Spaarzaam branden liohten. In de stad Is alle electrisch licht ge doofd. Men vreest voor bommen-gooiende Fransche vliegers. Als Iets reusachtigs, boven- menscbelijka streven de majestueuze domtorens ten hemel. Tusschen beide züvert het zachte licht van een omfloerste maan. In die torens hangen de groote keizerklokken en die zijn ge goten van ijzer en brons van Fransche kanon nen. in 1870 veroverd. Uit de spits der toren» steken de monden van machinegeweren, daar gesteld tegen een mogeljjken aanval uit de luch ten, tegen een aanval, die schermend sou storen het geweldige monument van Duitsch geloof en Dultache grootheid. Ook op het nieuwe Hansa- hotel met zjjn platte dak. tegenover den dom. doemen de mitrailleuses in den nacht. Allee is rtü, alles slaapt. Aan bet andere eind van bet perron verschijnt het groene lampje van een stationschef. Het pinkelt in de duisternis Seinen worden gegeven. En dan rolt een geweldige trein door het station met honderden kanonnen, munitiewagens, peardenwagons. Moede handen van soldaten beantwoorden uit de opengescho ven wagondeuren moede mijn groet Ben ver standige paardekop kijkt nieuwsgierig met ge spitste ooren uit den wagen. Dreunend rolt de trein voorbij. Ut denk aan Da Costa's vers: „Zie langs dien tweelingslljn dien feilen salamander." Nu is bet waar, dat woord! Wat vreemd, wat bese stelde Ik met mijn plan In kennis. Ik vroeg hem of het niet mogelijk was om met een der dulkpakken aan door een der torpedo- lanceerbuizen naar bulten te kruipen en dan met een electrisch smeltapparaat, waarvan er verscheidene aan boord waren, te trachten den boegspriet uit het ijs los te maken. De dokter ging nasu* het raam en schoot het open. „Savaroff!” riep hij. Een mannenstem gaf een antwoord dat ik niet kon verstaan. .,Kom hier," ging McMurtrie voort. „Laat den wagen maar staan.” Hij wendde «ich weer tot mij: „Drink dit op,” aei hij, nog wat brandewijn Inschenkend. Ik dronk gretig en leunde weer achterover in mijn stoel; mijn geheele lichaam tintelde van pjjn. HU voelde een oogenbllk mün pols. suit u wel ellendig voelen," aei hü „maar we sullen dadelijk uw natte kleeren uitdoen en u naar bed brengen Morgenochtend suit u een ander mensch «Un.” „Dat aal mij hoogst aangenaam zijn." ant woordde ik. Buiten klonk een geluld van voetstappen; de kruk van de deur werd omgedraaid en een man een reus van een man in een lange astrakan jas kwam met «waren stap de kamer binnen, gevolgd door een meisje, wier geslcht voor het grootste gedeelte door oen half teruggealagen autooluier verborgen was Toen «U mü gewaar werden, bleven beiden plotseling staan. „Wie ie dat?" vroeg de man. Dt McMurtrie maakte oen sierlijk gebaar naar mij. ,Bta mij toe u aan elkander voor te stallen.” set hij „Monsieur on «oadamoteeUa Havarotx voelde tege- Rentburg een De commandant opperde nog verschillende bedenkingen, ik gaf echter niet op en bood aan «elf het experiment te wagen, door met een duikerpak aan naar buiten te krulpen. Elnde- >Uk gaf de commandant toe. De soldaten, die hen bjj him miwUrttg en «c.han- delfjk bedrijf betrapt hebben, reizen in den trein als getuigen mede. De zie met angst en vreeae naar die geketenden. God «tl hun ge nadig. Dultache mannen zetten zwijgend hun een kroes met drinken aan den mond. Kleine stukken brood worden In hun mond geduwd.... Dan «waalt het groene licht van den stations chef De trein «et zich in beweging. Met de Dultschers verlaat Ik, diep ontroerd en ontdaan, het station. Over den Rijn glanst de morgen. Als een monument van geweldige kracht en macht streeft de nieuwe Hohenzollernbrug over den machtigen stroom. Op de Ingangspoorten van de brug, geflsmkeerd door de «ware romaan- sebe torentjes staan de standbeelden, de ruiter standbeelden van Wilhelm I en Wilhelm n, fier, machtig. neo-Dul|#che heerlijkheid. Maar voor mjj rijst de Dom. de hooge Kathedrale Om torens en transen en pinakels Jubelt en divert bet morgenlicht. Witte duiven klap wieken tegen het grauwe gesteente En naar de breede portalen, over de ontzaglijke treden, spoeden menschen het Godshuis binnen. De aalmoezenier In «Un uniform met het zilveren kruis op de borst en ik treden binnen. Door de gebrandschilderde vensters dringt mat licht in het schemerige donker. Voor een zij-altaar buigt «Ich een priester diep terneder. HU bidt het Confiteor, de belijdenis van de schuld der menschen. Kaarsen flaEkeren tegen het eeuwen oude altaar. De geloovigen knielen In wijden boog rondom.diepe stilte.... vrede. vrede. Toen we weer op den Domplatz stonden In het ijle, bot reeds guldens, roodgouden licht van den dag, zelde de geestelUke mU. met een blik naar het station, waar we sooeven de gevangenen hadden gelaafd en naar den Dom, waar gebeden werd voor den vrede: Geleidelijk aan ia de geschiedenis van Frans Kanter en zijn pleegdochter romantisch ge worden, maar het lot bepaalde dat zij een pro zaïsch einde zou hebben. Eenlge maanden la ter kreeg de burgemeester bericht uit Austra lië, dat Mar.etje's vader, dien men dood waan de. nog in leven was en spoedig in het vader land zou terugkeeren. In de ambtelUke ge meentelokalen. tusschen folianten en registers, beslisten dc ambtenaren met de wet in de hand, dat de vader nog alle recht op zUr doch ter had Aan Kanter s voogdU werd een einde gemaakt. Marietje verbet het groote, gezellige huis. En aan Kanter en zjjn vrouw bleef alleen <V- herinnering aan de romantische wijze waar op hun huweluk was tot stand gekomen dat hu dien dag van de sweepstake getrokken had en er nu genoeg van had sommetjes op te lossen. Als schadevergoeding inviteerde hU het publiek op een whisky, waarna hü de tent uit waggelde. Wat ook mUn bedoeling mag zijn geweest en die was stellig nog al giftig toen Ik op sprong de revolver waa werkelijk een onnoo- dlge zorg. Nauwelijks stond ik op mün voeten, of Ik werd soo draaierig als een windmolen en slechte door mij aan den stoel vast te grij pen, voorkwam ik een val. De dokter liet sUn wapen zaken, en herhaalde zün bevel: ..Blijf zitten! Er la hier niemand, die u kwaad «ai doen „Wie is er In de auto vroeg ik, terwijl Ik mij met Inspanning verzette tegen do duizeligheid die mü bevangen hield. .Vrienden van mi). Ze hebben niets met de politie uit staan U guit hen dadetUk zien Ik ging weer ritten, meer gedwongen dan vrijwillig Intugschon boorde ik de auto voor de achterdeur stilhouden. Te Ramsgate (Eng.) waar op het oogenbllk een reizend circus vertoeft, werden de bezoe kers dezer dagen vergast op een niet-alle- daagzeh schouwspel. Eén der hoofdnummers moeet namelijk ge schorst worden wegens bet zich In kennelUken staat van dronkenschap bevinden van den Ijs beer Het nummer, dat getiteld was „*S wereld» Cherpzinmgste üsbeer”, bestond daaruit, dat a de beer met een stuk krut. dat hü in den bek. hield, sommen op het bord schreef, die het pu bliek bU monde van den temmer hem opgaf. De beer, die gewoonlUk zeer gewillig alle op tel- en aftreksommen oploste, was dien avond niet op dreef. Steeds maakte hü fouten. Het publiek begon te fluiten. De temmer probeerde den beer met zachte w>x>rden op d.ens vergis singen attent te maken. Tot groote hilariteit on- ocr hel publiek, begon plotseling de beer te spreken en zei in goed verstaanbaar Engelsch. 5- Frans Kanter had reeds eerder laten dóór schemeren dat hU zUn kven etgenlUk hoe lan ger hoe waardelooaer. leeger sag worden. Wel bad hU alles wat volgens vele domooren van iemand een gelukkig mensch maakt: een vrij leven en geld genoeg om de kleine dagelijksche zorgen op zij te kunnen schuiven. Botend.en was hU gezond en flink. Maar ondanks alles kon hU «ich niet gelukkig noemen. Wat heeft een eenzaam man aan een mooi buiaf .Je moet trouwen, num!" raadden zUn vrien den hem aan. „Zoek een goede vrouw en breng gezelligheid in je leven Trouwen? Het was niet de eerste maal dat Frans Kan ter daarover nadacht, maar na een veertig-jarig vrUgezellenleven voelde hij zich toch angstig en beklemd om dien stap te on dernemen. Over zooiets moest een oude vrij gezel niet te lichtvaardig beslissen. Je zag er vaak de onprettige gevolgen van en Kanter meende zich het best aan die voorbeelden van anderen te spiegelen en waagde den grooten stap niet. Toen de burgemeester met zUn plan voor den dag kwam, was Kanter er dadelijk enthou siast voor en dat werd nog erger toen hU Ma- rlelje had gezien. HU leefde heelemaal op u.t de zwaarmoedigheid die hem den laatsten tUd als een ondraaglUke last drukte Waa dit niet een prachtige oplossing? HU zou gaan zorgen voor het meisje, net als een echte vader HU sou maken dat rij van hem ging houden Kan ei ooit een betere taak gevonden worden om zijn leven inhoud en gezelligheid te geven? HU stemde toe en de burgemeester haastte zich alle ambtelUke hinderpalen te verwUderen, zoodat na eenigen tüd de adoptatie een vol dongen feit was. En het is moeilUk te zeggen wie er gelukkiger was de burgemeester zUn vriend Kanter of Marietje. In korten tijd wa ren deze laatsten zich aan elkaar gaan hech ten. In het groote huls was gezelligheid en vroolUkheid gekomen; bet had alles veranderd. Zelfs op net leven van Kanter had Marletje's komst een grooten Invloed gehad. Kanter be gon zich meer In het gezelschapsleven te be- De kleine, maar nauweUJks merkbare vw- andering in zlln stem gaf een zeer bUrondere beteekenls aan dese laatste opmerking Ik was er plotseling van overtuigd, dat dr. Mc Murtrie om eekere reden. waarsehUnH’k van groot eigenbelang, mU niet wenachte aan ts g%ven.... tenminste op het oogenbllk niet. „Ik aal u mot genoegen alles vertellen, wat weten wilt," set ik. ..Waar houdt de Daily Mail op?" Hü lachte kort, atak zUn andere hand in ■ijn aak en haalde een zilveren sigarettenkoker te voorechUn „Ah ik mU goed herinner.” eet hij. „had u juist van den mist gebruik gemaakt om son^er eenlge reden oen brutalen overval op ecu van de bewakers te doen.” ..Fardon. niet condor eenlge reden, want Hl) bood mij lijn koker aan. „Steekt u liever eerst een clgaret op. Soet iemand een goede tabak eoo n- schatten ala een lange onlhbudlng." Onder leiding van professor Ugohni worden opgravingen gedaan op de plaats, waar vroe ger de stad Butrinto heeft gelegen. Deze stad Is volgens Homerus gesticht na den val van Troje, op een eenigazlns verhoogd terrein temidden der bijna ondoordringbare moerassen in het zuiden van Albanië, nabij Sant! Karanti, tegenover het eiland Korfoe. Reeds is een groot amphitheater blootgelegd, met zitplaatsen voor 2000 personen, en ge bouwd van marmer, in een combinatie van Griekschen en Romelnschen stijl. NabU de monumentele stadspoorten die «es en een halve meter hoog waren, en gebouwd van enorme blokken graniet, vond men vijf standbeelden, elk bijna twee en een halve me ter hoog en uit Griekenland afkomstig. Voorts heeft men een huis uitgegraven dat omstreeks het Jaar 500 v. Chr gebouwd moet zUn, doch vrijwel onbeschadigd Is. Dit sou het oudste huis «Un. dat men tot dus ver gevonden heeft. Marietje. Toch was er geen sprake van naUver op el kaar. Integendeel, de liefde voor het kind bracht de belde menschen steeds d-chter tot elkaar. Totdat.... „Wat een vreeselUke last 1» het toch!” klaag de mevrouw Rentburg op -en keer. „Telkens bis ik Marietje wil zien moet ik hierheen ko men. Mag ik haar met een paar maanden te Icgeeren hebben?" Frans Kantei voelde zich plotseling wonder lijk te moede. „Ik wil je graag ter wille zün.” antwoordde hij. „Maar Marietje laat ik niet van huis gaan. En dan schiet er niets anders over, dan... Mevrouw Rentburg begreep net en bloosde. Korten tUd daarna was mevrouw Rentburg 11’ de gelegenheid zich volledig met Marietje’» opvoeding bezig te houden. Ze was namelUk met Frans Kanter getrouwd' om de kanonnen, de instrumenten van Konlng Dood, die «|jn seis nu wel kan laten roesten. Wat kil «Un die verlepte groene boomtakken, aan lederen wagon gestotoqpDoodsch is weer het station.... uit de straten dringt geen gerucht.maar over den Rijn gloort en bleekt alUiet komende Hcht. Het Is drie uur. Ik ga naar beneden, naar de wachtkamers. Daar zit ten ze, de mannen van het Roode Kruis, de mannen van het vrijwillige statlonsliefdewerk Daar is ook een katholieke aalmoeeenler, die het mU mogeluk gemaakt heeft, het station te betreden. „Zün se al op komst, Herr Doctor?** „Om vier uur.” We wachten daar allen in de wachtkamers op een groot transport van Belgische en Fran sche krijgsgevangenen. Al die mannen «Un ernstig en stil. Geen lach weerklinkt. De hard heid van den tijd staat gegrift op de gezichten dier mannen HndelUk de militaire kommandant meldt ons, dat het transport In aantocht is. Manden en manden met brood en reusachtige kannen met koude koffie en thee worden naar de per rons gesleept. Ieder neemt zijn aangewezen plaats in. Seinen.... fluiten.... bellen.... Daar «ijn m. Daar rolt langzaam een einde- loose trein het station binnen. Uit alle portier raampjes strekken rich handen, rekken «ich hal len. Eerst worden de soldaten der bewaking gelasJd. Dan de gevangenen. Alles gaat stlL Drukkend, haast angstig Is het zwijgen Uit een wagon eerste en tweede klasse zie ik de kepi’s van Fransche officieren. Wat zün die gezichten van dese mannen somber en fatalistisch! Ook nemen de hun aangeboden ververschlngen De Dultschers reiken se hun, ernstig en zwV- gend. Overal stasm thans de deuren der coupé s open. 700 Franschen ritten in het eerste deel" van den trein. Roode broeken, donkere korte jasjea. Men riet het hun aan. dat zU in den slag geweest zün Haveloos en gescheurd zien het venster, waar hü rich omwendde en mU in gedachten aanstaarde Ten laatste scheen hü oen besluit te nemen. „U moeet maar liever naar bed gaan.” zei hü; .wü kunnen boter morgenochtend onze zaken regelen Vanavond bent u nergens meer toe in staat „Dat ben Ik ook niet,” gaf ik ronduit toe, .maar voor ik naar bed ga, sou ik graag sen beetje zekerheid hebben, waar ik morgen oot- waken sal." Bulten werd een «wak geluld verneembaar ik sag hem aün hoofd ophoffen Het was verre, maar onmiskenbare geRone van motor, dat leder oogenblik naderbü kwam, keil seconden lang luisterden wü allebei; ze er uit. Hoe gretig eten ze het grauwe Dult- sche brood! Hoe achleUJk drinken se koffie en thee! Hun gezichten blüven strak Een haastig gedwongen klinkend .merci!” is het eenlge, wat ik naar den kant van hot perron hoor. Stil en fluisterend spreken se met elkaar. Ik vraag aan een soldaat lets over Lagarde, ,4e ne sals rien,” zegt hü norsch. En als Ik hem mededeel, dar hü niet met een Duitscher, mne* met een Hol lander te doen heeft, verandert de uitdrukking van zün gericht niet en even norsch antwoordt hü: ,4e ne veux rien dlre, monsieur!” Ik geef liet op. De aalmoezenier wandelt langs den trein, misschien verlangt iemand hem. Er zün er tn den trein, die ziek zün. ZUn tocht is vergeefsch. Onverschillige gezichten kijken hem na. Mis schien weten ze niet, dat die man daar in uniform met het zilveren kruis op de borst een asdmoezenler is. Eén coupé is streng bewaakt. Vier soldaten met geladen geweer. Er rit daarin een officier, die geweigerd heeft, «Un eerewoord te geven, niet te willen ontvluchten. Dan verderop naar de wagons der Belgen. Drie duizend zün er. Ze rien er beter uit dan de Franschen. Alleen valt het op, dat zeer vele geen militaire broeken, maar fantasiebroeken dragen. Er gaat tusschen hen een gezwete en een geklets als In de Keizerlel In Antwerpen op een feestdag. Ze roepen om bropd en drinken. Ze danken luidruchtig en lachen en praten en roepen. Het zün Walen en Vlamen door elkaar. De taal der laatsten hoort men het meest. Ook bü de Belgen Is één wagon streng be waakt. Het te een goederenwagen. Op den grond liggen zes Belgische soldaten, zwaar aan elkander vast geketend. Zee soldaten met geladen geweer er bü. Het zün münwerkers uit het beruchte bekken om Luik. Ze worden beschuldigd aan Dultache gewonden de oogen uitgestoken te hebben. In hun sakken heeft men zoo gaat het gerucht afgesneden vingers met ringen gevonden. Ze zouden al in Aken gefusilleerd «Un. Maar men heeft ze doorgezonden, omdat men «e voor een rustigen krijgsraad wil brengen. op en het meiaje deed, ep, een step voorwaarth, r terugsloeg. Ik zag, dat een donkere, eenlgazlns Ad. il willen verontschuldigen voor T T 7 ooit gepeinsd heeft over de sonder- Vy llnge wjjae waarop vaak huwelüken tot stand komen op dit ondermaansebe. sal «ich niet verbaren over bet verhaal dat ik thans g* vertellen. Zooals soovele van deze geschiedenissen, be gon ook deee zeer ailedaagach en prozaïsch Het begin speelde namelük op bet bevolkings register van een kleine plaats aan de kust, tus schen stoffige klappers en uitgedroogde amb tenaren. Daar werd namelük op een vroegen voorjaarsdag de overlUdensacte Ingeboekt van Juffrouw Johanna Veen geboren Erfsmid. die enkele dagen tevoren in den ouderdom van zeven en veertig jaar was overleden. Dit feit had natuurlUk voor de ambtenaren van den burgerlUken stand niet meer waarde dan alle andere van dr-t soort en het werd dan ook op de gewone ambtelUke manier behandeld Wie zal het ook den ambtenaren kwalük nemen! Toch was het overlüden van juffrouw Veen een belangrüke gebeurtenis. In de eerste plaats voor haar twaaif-Jarig dochtertje Marietje, dat opeens wees werd. Door medelijdende buur vrouwen werd het meisje onderdak genomen en daarna begon men te onderzoeken wie voor bet kind zou moeten zorgen. Ja. de vader, na tuurlijk, maar deze was enkele jaren na de geboorte van zlln dochter op zee gebleven. ZUn schip was op een rot» gestooten en vergaan, ergens voor de Brazlliaansche kust. Slechts en kele opvarenden hadden er het leven afge bracht, maar van Jacob Veen was nooit een spoor gevonden Erger was dat men nergens een familielid kon ontdekken die het kleine meisje kon ver- zorgen en men volgde toen den gewonen weg door het kind onder te brengen In het stads weeshuis. Voor het echter zoover kwam, hoorde de burgemeester van de zaak en deze meende een gelegenheid te rien om twee menschen geluk kig te maken HU hennnerde rich opeens zün ouden vriend Kanter. een eenzamen vrugeael op jaren, die met Uefde voor het meisje zou «rillen zorgen. Zou hü Kanter vragen Marietje als kind asn te nemen? Op die manier zou hij tegelUkertljd zijn ouden vriend het leven ver aangenamen en het meisje een goede toekomst bezorgen. Leunend op den arm van mün stoel luisterde h|J zwUgend Hü zat zonder eenlge beaegiug of verandering van uitdrukking een stand beeld kon niet minder belangstelling hebben getoond maar al dien tüd bleven zün glin sterende oogen gestadig op mün gelaat ge richt Toen ik geëindigd had. bleef hü verschei dene aeeonden lang In dezelfde houding rit ten Ten slotte lachte hü. een korten lach, aonder vroolUkheid. ,Jtet moet prettig «Un zoo sterk te zün. als u,” ast hU JE sou er lang onder bezweken üjn." Ik haalde mün schouders op en antwoordde: „Wel. ik voel mü ook niet bepaald, abof ik dbbt een bal fa.” Hü stond op en begaf «ich langzaam naar onze beroemde en neer Nell Lyndon." j De lang man schrigi onder een zachten uft: terwül rij haar sluipt I opvallend mooi sombere schoon „U zult mü 1 mün blüven «Rten,” «el ik zwakjea. „Münheer Lyndon,” verklaarde de dokter, „wat vermoeid. Ik stelde hem Juist voor, naar bed te gaan, toen ik de auto boorde.” „Hoe kwam hü hier?" vroeg de lange man. „Door bet venster,” antwoordde do dokter. „HU kwam wat eten van ons leenen. Toevallig zag ik hem in den tuin en daar ik natuurlük meende, diat hü -- eb.... wel.... eb-,., onse andere vriend waa, vraagde ik het hem te storen." Bavaroff lachte even. Het b ongelooflük.” mompelde hü. Het meisje nam mü nieuwsgierig op. „Arme man!” riep sü uit, -hü moet wal uit gehongerd «Un!" Mün beste Sonja,” oei Mc Murtrte ,.Je denkt niet erg boog over mijn gastvrijheid. Münheer Lyndon heeft zich riJkeWk aan melk en brood t* goed gedBBD.** „Maar hü riet er eoo nat en ziek uit.” --orw«ro.^^000e.^^^ dat de auto het buis had bereikt en de laan op reed. Hoe zwak ik ook was, sprong ik op, terwül Ik nauwelUks de pün, die bü deze poging door, mü been echoot, gewaar werd. „Alle duivels! riep ik. buiten müeelf, „u hebt mü verraden HU trok «Un revolver, die hü recht op mün gelaat richtte ,3Ujf ritten, dwaas!” riep hU. „Het is de politie nietl" wegen en herinnerde zich plotseling allerlei liefhebberüen uit vroeger dagen, die hü thans weer druk begon te beoefenen. Inderdaad, de wereld was veranderd voer Frans Kanter. En weldra «ouden er nog in grijpender veranderingen plaats vinden. Een vriendin uit «Un jeugd, een nog jonge weduwe, maakte bü toeval kennis met Kan- ter's pleegdochter en oogenblikkelük had het meisje haar hart gestolen. Het wa» du.* niet te verwonderen, dat me vrouw Rentburg, zooals de weduwe heette de vriend schapsbanden met Frans Ken ter wat nauwer toehaalde, en zoodoende zich De bekende Engelsche staatsman Winston Churchill houdt zich op het oogenbllk in op dracht van de London Film Production Ltd. bezig met he; voorbereiden van de Engelsche ffim ,X>e regeering van Konlng George V”, die het volgend Jaar zal worden opgevoero naar aanleiding van bet feit, dat konlng George dan ?5 jaar aan het hoofd der regeering slaat. Churchill is voor dit werk de geschikte min. daar hü door zijn politieke loopbaan nauw keurig op de hoogte is van de gebeurtenissen der laatste 35 Jaar in Engeland en de Domi nions en koloniën. De film zal in twee of dne honderd exem plaren vervaaldigd worden, opdat zü gelUk- tüdlg in alle deelen van het Britsche RUk kan worden vertoond. Mün hand beefde, toen ik de doos Het openspringen. Het waa drie jaar geleden, dal Ik een eigaret had gerookt. De clgaret, die mü was aangeboden door den inspecteur van politie tn het muffe kamertje achter de bank der beschuldigden, waar Ik mün doodvonnis aXwBchtte. Zelfs wanneer ik honderd Jaar worden mocht, sal Ik nooit het gevoel vergeten, waarmee ik dgn lucifer, dien mün gastheer mü aanoood afstreek en den eersten geurigen trek Inademde. Een oogenbllk bleef ik bewegingloos van loutere verruk king; toen leunde ik met een lichte sucht in mün stoel achterover, terwül ik om tweede rookwolk tot diep in mün longen «oog. De dokter, wachtend, keek mü aan met een cynisch genoegen. „Haast u niet, münheer Lyndon.” sel hij, haast u alstublief niet." Daaraan gaf ik gehoor en enkele minuten zaten wü swügend, terwül langsaam do blauwe rookkrinkels rond ons opstegen Tes. slotte richtte Ik mü op, met oen heeriük gevoel van tevredenheid en begon mün verhaal. Ik vertelde eenvoudig de waarheid, «onder te trachten Iets te verbergen <4 te overdrijven Ik beschreef hem, boe de gedachte om te ontsnappen, plotseling in mü opgeremn was en hoe Ik sonder overdenking of aarsellng daarna had gehandeld. Rustig ging Ik al mün avonturen met hom door van het aoginbllk. dat het was begonnen te misten tot bet oogen- blik, dat ik, half beswümd van honeer en uit putting. aün keuken-venster «as Unnengekk’ia- mea.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Noord-Hollandsch Dagblad : ons blad | 1934 | | pagina 13