De nood den tuinbouw PER VLIEGMACHINE DE WERELD ROND w w^Aaal wui den daa Het aardsche in de religieuze kunst Ml REDE VAN JOS. MULS in DE REGEERINGSSTEUN NEII LYNDON ONTSNAPT De keuze Alleabonné’s Bijeenkomst te Utrecht Hitlergroet en post en Romeinsche dooden- stad van POLITIE-STOPTEEKENS 4 Verhooging nood zakelijk Het St. Bernulphus-gilde viert zijn dertiende lustrum DOOR VICTOR BRIDGES DE VLEESCH- EN ZUIVEL- POSITIE DONDERDAG 15 NOVEMBER 1934 Deze moet voor alle bedrijven voor alle streken gelden Bestuursverkiezing „De aardsche inspiratie de gewijde kunst” AANGIFTE MOET, OP STRAFFE VAN VERLIES VAN ALLE RECHTEN, GESCHIEDEN UITERLIJK DRIE MAAL VIER EN TWINTIG UUR NA HET ONGEVAL voor- onder deze echter „Javan San Francisco en van Ferry Ho rnet kloppend een gezocht eau- ge- HOOFDSTUK XVI Tegenover den Indringer 39 was zei mee. Nell,” «Wordt vervolgd) i- aa^ja Spoedig waren we opgestegen en weldra cir kelden we over de nederzetting der roodhuiden, welke we gezien hadden. Nadat we den omtrek terdege verkend hadden, daalden we veilig op het terrein, dat werkelijk in goede conditie ver keerde. De hoofdman kwam ons verwelkomen. Tot zijn groote verbazing wees Oom Sydney het gas: maal, dat de hoofdman ons aanbood, van de hand, voorgevende dat hij vermoeid was. Hij sloot zich op in zün wigwam, die ons toegewezen werd, waarna American Pete en ik allerlei hocus pocus uitvoerden voor den ingang, zeer tot ver bazing der Indianen, die hiervan niets begrepen. seum voor nieuwe religieuze kunst, volgde, sloot de Deken de vergadering. Van binnen in de wigwam klonk telkens een klagend geschreeuw, dat door Oom Sydney vol gens afspraak geuit werd. Dan vingen wij weer aan met allerlei grimassen. Ook de hoofdman, die naar den naam van Shingebis lulsterdet, be vond zich onder de toeschouwers die verbaasd naar dit gebeuren keken. i bij de steunverleening juden met de bijzondere „Ik weet niet, zijn hier te I Hij zeil 71 Voor verkeer, dat den agent van voren en achteren nadert. Voor verkeer, dat den agent van achteren nadert. Voor verkeer, dat den agent van voren nadert. Wegens aftreden van Pastoor C. N. J. Mey- sing en Prof. Dr. O. Brom was een bestuurs verkiezing noodig, die tot resultaat had. dat gekozen werden Pastoor van Noort uit Heem stede en de heer Joan Collette uit Nijmegen. De Deken leidde hierna met een hartelijk woord den spreker van deze vergadering in. Dr. Jos. Muls, conservator van het Koninklijk Mu seum van schoone kunsten te Antwerpen, die een rede hield over; bij verlies van *n anderen vinger terwijl ik ze in jas dichtknoopte Te Ostia is dezer dagen de restauratie van dc antieke Necropolis voltooid, een doodenstad, waarvan de aanleg dateert uit den tjjd van Trajanus. Deze Necropolis gelegen op het zgn. Heilige Eiland omvut een groot aantal graven, door eenvoudige steenen en sobere ur nen aangeduid, alsmede tallooze graPombcn van welvarende burgers. Deze zijn doorgaans van fraaie marmeren of travertijnen monu menten voorzien. Op de grafsteenen en in de grafkapellen vindt men veelal uitvoerig beeld houwwerk, scènes uit het dagelijksch leven, al legorische voorstellingen van handel, scheep vaart. kunst, terwijl zich in vele tomben voor werpen bevinden, welke men bij de begrafenis plechtigheid en den eeredienst placht te ge bruiken. Zoo is de Necropolis te Ostia dan ook te beschouwen als bü uitstek belangrijk, docu mentair materiaal, betreffende de studie van kunst, zetjen en gewoonten van het Romein sche Keizerrijk. Tersluiks opzij kijkend ontdekten we dat de medicijnmannen van den stam nijdig op het opperhoofd toestapten en hem wf)t zeiden, waar bij ze op ons wezen. Blijkbaar waren ze be vreesd voor concurrentie. ,.We dachten, dat je wel wat zou lusten voordat je er vandoor gaat.” zei Tommy. „Je kunt beter met een volle maag op onderzoe king uitgaan." „Je behoeft heusch geen excuses te maken, om me te laten eten,'' antwoordde ik vroclijk. „Ik heb veel in te halen wat eten betreft.” Het was een gezellige maaltijd in de kleine roef. De morgen zeilen had gezorgd ”cor een uitstekenden eetlust en niettegenstaande den iet of wat twijfelachtigen toestand van onze zaken waren we toch alle drie in het beste humeur. Ik geloof, dat de ongekende gevaren, die ons omringden, juist prikkelend op onzen lust tot pret te maken werkten. AIS je boven een ontplofbare mijn zit is het beste cm elk plezierig oegenblik zooveel mogelijk te beuut- Jaren schier alle bedrijven heeft beroofd van de reserves, waarover nog beschikt kon worden. Er is bovendien nog een omstandigheid, die het noodig maakt ook steun te verieenen voor producten (althans in bepaalde streken) waarop zelfs de richtprijs van vorige jaren voor het product is gemaakt. Tegenover den geringeren oogst op den kouden grond wegens droogte of andere oorzaken, is niet een compensatie van hooge prijzen bereikt, zooals dit in normale ja ren het geval was; met als gevolg, dat aan op brengst, ondanks behoorlijke prijzen vaak nog minder is verkregen als vorige jaren met den steun Inbegrepen. Zonder het karakter van bedrijfssteun aan ta tasten, behooren in deze streken o.l. de richt prijzen hoover gesteld te worden dan vorige ja ren. Gebeurt dit niet, dan zal daar steun uit blijven, met volkomen ineenstorting van bedrij ven en gezinnen als gevolg. Dat in vorige jaren geen rekening is geh®i toestanden in verschillende streken, heeft nooit onze instemming gehad. Indien het systeem blijft, voor tuinbouwproducten een gemiddelden richtprijs en gemiddelden opbrengstprijs in Ne derland vast te stellen, zal dit leiden tot ineen storting van den tuinbouw in de oude centra en verplaatsing naar andere gebieden. Wil men den tuinbouw in stand houden, dan zal hiermede rekening dienen te worden gehouden. Voor zoover (reeds nu is dit een vrijwel uit gemaakte zaak) het voor den tuinbouw uitge trokken steunbedrag ontoereikend is. om een steunverleening als boven geschetst te doen plaats hebben, is het Hoofdbestuur ten volle bereid bjj de Regeering met kracht op verhoo ging van dit bedrag aan te dringen. Dit naar aaanleiding van de daarop betrekking hebbende voorstellen van tal van afdeelingen. De ontdekking kwam zeker erg onverwachts, maar ik begon nu zoo ongeveer aan dergeljjke verrassingen te wennen, ik verdween snel achter den dijk en hield me daar een noosje schuil, terwijl ik er over nadacht, wat me te doen stond. Na wat ik ontdekt had, leek het zeer onwaarschijnlijk, dat Latimer daar was in de kwaliteit van McMurtrie’s oppasser, maar als dat niet zoo was, hoe ter wereld had hij dan de plaats gevonden en wat voerde hij daar- Aan het prae-advies op de afdeelingsvoorstel- len betreffende den steun aan den tuinbouw, welke voor de a.s. vergadering van den L. T. B. z;jn ingediend, is het volgende ontleend: De Kring West-Friesland en anderen drin gen er op aan, dat ook het volle-grondsbedrijf en niet alleen de glascultuur wordt gesteund. Vrij algemeen wordt op een spoedige sftunuit- keering aangedrengen en heerscht groote ont stemming, dat lot heden op slechts enkele pro ducten en gebonden aan bepaalde datums, een yoorloopige uitkeerlng is bedaan. Het bestuur, erkennende de debacle in het intensieve bedrijf, heeft steeds het standpunt ingenomen, en neemt dat nog in, dat de steun algemeen moet zijn, dus dat alle bedrijven ge steund moeten wordéh. Er is thans geen reden meer om aan te ne men. dat de toestand in een bepaalde streek gunstig zou afsteken bij andere. Het bestuur is daarom van meening, dat de steun voor 1934 zooveel als maar eenlgszins mogelUk is. de ver liezen in dit jaar dient te dekken. Dit is temeer redelijk, omdat de onvoldoende steun in vorige „Daar ben ik niet zoo zeker van.” zei ik. „HU schijnt een denkbeeld te hebben, waar hjj niet voor uit wil komen. Ik zal hem er later toch nog eens over polsen.’’ Daar de wind goed bleef en we bet tij mee hadden, kliefde de ..Betty” er met zoon vaart door, dat we ongeveer om half een Gravesend Reach al In het zicht hadden Er bestaat geen stukje van de rivier, dat er zoo verlaten uit ziet als de streek, die vooraf gaat aan die druk bevaren geul. Het is omgeven door lage zee weringen, waarachter een sobere uitgestrekt heid moeras en grasland Hier en daar wordt de eentonigheid verbroken door een <*nzame hut of een afgedankte visscherspink maar behalve het verkeer en troepen zeemeeuwen, die daar voortdurend krijschend rondvliegen, is er geen teeken van leven te bespeuren. „U ziet daar die twee of drie stokken boven water uitsteken?” merkte Gow plotseling op. terwijl hjj wees naar den rechter oever. Ik knikte. „Wel, als u ze nu in een UJn houdt met dat In Hotel „Kasteel van Antwerpen” te Utrecht vergaderde Woensdagmiddag het Sint Bernul phus-gilde. De Deken Prof. J. J. Henneman uit Warmond wees erop, dat deze vergadering tevens de her denking van het dertiende lustrum is. Slechts weinig vereenigingen beleven een 65-Jarlg be staan en het gilde heeft alle reden om dank baar te zün. Groote erkentelijkheid is het be stuur verschuldigd aan Pastoor Rientjes. die als Deken getoond heeft den profetenmantel van den stichter Mgr. van Heukelom waardig te zijn. Ook aan secretaris en penningmeester dient dank gebracht te worden voor de juiste vervulling van hun functies. Helaas liep het ledental terug en er zal ern stig gezocht moeten worden naar een reducee- rlng der uitgaven. Met nadruk wees spreker erop, dat het Gilde recht heeft op een plaats in de rjj van cultureele katholieke instellingen. Hier vinden geestelUken en kunstenaars elkaar en zü vullen elkaar aan. Spr. zette ook uiteen, hoe het best de taak van het .Gilde vervuld kan worden en noemde als uitstekende midde len werkvergaderingen en excursies. In het tweeledig doel, een verdieping van de kennis van het verleden en de verwerving van een eigen hedendaagsche kerke lijke kunst, zien we een waarborg voor een goede harmonie. Bestuur en leden zullen trachten hierin een drachtig en prettig samen te werken. De secretaris, kapelaan Ad. Welters, uit Maas tricht. bracht het jaarverslag uit. Acht en dertig leden bedankten. terwUl 36 nieuwe leden toetraden. In de laatste 5 jaar mochten 260 nieuwe leden geboekt worden. Door den dood ontvielen eenlge vooraan staande leden aan het Gilde, onder wie archi varis Boogmans en architect Jan Stuyt. De Duitsche beambten en jimbtenaren van de RUkspost hebben officieel order gekregen in het vervolg den Hitlergroet te brengen met uit- gestrekten rechterarm en duidelijk de woorden „Heil Hitler” uit te spreken. Indien zU door liet draeen van lasten den rechterarm niet kun nen gebruiken, moeten zü den groet brengen met den linkerarm. twijfelen san het religieuze gevoel van dezen I kunstenaar. Dezelfde kunst zien we in de vijf tiende en zestiende eeuw in Vlaanderen en spreker denkt aan van de Weyden, Memüng en van Eyck. De Geboorte in de Gentsche kamer van van Eyck is geheel naar de werkelökheid voorgesteld, doch het heilige treedt uit het aard sche te voorschUn. In de zeventiende eeuw vooral zien we in de uitdrukking van het religieuze door het aard sche werkelUk excessen. Als voorbeelden, dienen de groote doeken van Tintoretto en Veronese, waar al het voorname is verdwenen en de figuren rondom Christus als acteurs zijn voorgesteld. Spreker vergeleek voorts den onstulmigen Rubens, die met geweld den hemel wilde veroveren, met den rustiwn Rembrandt, die in het stille van zlin kamer en het half-duister van zUn kelder bezig was den hemel zachtkens naar zich toe te trekken. Rubens kunnen we in zUn exaltaties niet vol gen en hjj is een hefdensch schilder gebleven In Rembrandt zien we echter weer, hoe het religieuze door het aardsche kan worden voor gesteld, als dit maar op een zuivere manier ge beurt. In de negentiende eeuw moet de religieuze kunst zeer laag worden genoemd. Van de Neo- Gothiek zijn we gelukkig verlost en er waren anderen, die meenden, dat men Christus in de locale kleur moest plaatsen, doch ook hier is geen religieuze kunst voortgebracht. Deze kunst is geboeid geweest aan de bekommernis om de locale kleur uit te drukken. Sedert dien treed: in alle landen een kentering in de religieuze kunst op en het schoonste van Europa wordt voortgebracht in Vlaanderen en Nederland. In Nederland is ze meer grootscheepse!) en keerde men terug naar de architectuur. Het is op den muur van de kerk dat de schilders hier hun kunst tot uitdrukking willen brengen en het land, dat kunstenaars bezit als Joep Ni colas. Mathieu Wiegman, Asperslagh, Colletie Ninaber van fcyben en vele andere, mag zich gelukkig noemen. Zij wenden zich niet tot overleveringen, maar verdiepen zich in het geval. Zoo is het ook in Vlaanderen en Albert Ser- vaes heeft Maria weer aangevoeld, zooals Giotto Haar zag. Door de aardsche voorstelling, die hij van Maria geeft, spreekt uit Haar het intens hei lige Spreker geeft tenslotte zjjn auditorium in overweging de gedachte, dat onze godsdienst een geestelük begrip is. maar onze menschelük- held de geestelijke begrippen aan beelden wil vastbinden. Bij de Joden heeft zich deze noodwendigheid van den mensch gewroken, omdat daar zelfs beelden gemaakt werden, waar een verbod was. De schoone harmonie is gelegen in de ver- eeniging van den zuiveren geest en den schoo- nen vorm. Een warm applaus volgde op deze boeiende en in stille aandacht beluisterde voordracht. De heer Joan Colletté, pas gekozen als voor zitter van de Algemeene R K Kunstenaarsver- eeniging, sprak hierna namens deze vereeniging woorden van gelukwensen tot het St. Bernul- phus-gilde met zijn dertiende lustrum Spreker verzekerde den Deken, dat bU de Algemeene R. K. Kunstenaarsvereeniging de wensch leeft om steeds een innig contact met het Gilde te bewaren. Daarom stelt spreker er bUzondere prijs op een plaats in het bestuur van het Gilde te mogen innemen. De Deken deelde nog mede, dat in de laatste Aan het prae-advies op de voorstellen van de as. vergadering van den L. T. B. te Haarlem op Maandag 26 November ontleenen wU de vol gende conclusies van het hoofdbestuur voor wat betreft de vleesch- en zuivelpositie. 1. De boter, welke tegen behoorlUke prijzen met naar het buitenland geëxporteerd kan wor den. wordt als goedkoope boter ter beschikking gesteld aan de minst kapitaalkrachtige deelen onzer bevolking. 2. De productie aan margarine, oliën en vet ten, voor binnenlandse!) gebruik, wordt sterk gecontlngenteerd. om daardoor de vetvoorzie- ning niet te overvoeren, als gevolg van de ver strekking van goedkoope boter. 3. Het systeem van heffingen op boter, mar garine, oliën en vetten zal nader herzien moe ten worden. 4 Het mengverbod zal moeten verdwijnen, om daardoor de concurrentie tusschen natuurboter en gemengde margarine, te voorkomen. Hei Hoofdbestuur is echter van oordeel, dat bij de doorvoering van deze nieuwe gedachten geen groote economische voordeelen zullen worden afgeworpen voor de boerenstand. Daar tegenover echter staan groote' sociale voordee len, welke men in deze moeilijke tijden niet mag ondersohatten. Het is beter, dat alle belan- gen-groepen gezamenlijk de armoede dragen, dan. wanneer de eene groep moet lüden. door de overheerschlng van een ander. Allen zullen offers hebben te brengen. Met de „Eet Meer Melk-Brood Actie” kan het hoofdbestuur zich vereenigen. Uit bovenstaande volgt, dat Met zekeren schroom heeft spreker dit onder werp aan den secretaris opgegeven, daar hier vele geleerde theologen zitten en hü alleen kunstkenner is. doch vooral kunstminnaar. Wanneer we den oorsprong van de gewUde kunst nagaan, zien we, dat deze de eerste vüf- honderd jaar voornamelijk symbolisch is ge weest. Men kende slechts teekens, om bepaalde gces.elUke waarheden uit te drukken, maar van een kennen van de natuur is in den eersten Christentijd geen sprake. Eerst in de zesde eeuw zien we, dat iets, wat we thans nog als zeer schoon kennen, wordt voortgebracht. Door de praal van haar kleur boeide deze kunst, maar toch deelde zü ons nog niets mee over de innerlijkheid van den kunstenaar en gaf nog niets aan het verlangend hart van den loovige. Stilaan veropenbaart zich dan een drang om het leven in de kunst te brengen en net is vooral de groo.e figuur van St. Franciscus, die deze actie in de hand heeft gewerkt. HU heeft ons teruggebracht tot de natuur en God nader tot de menschen. Van hem kennen we dat zonne-cantlek, waarin ook een toon van wee moed klinkt om het lange ontbeeren van het aardsche schoon. De kunst wordt dan op geheel nieuwe banen geschoven en het is Giotto, 'die tegenover de byzartiynsche formule de schoon heid van den mensch en de aarde heeft ge steld. Alles wordt rechtstreeks en zuiver menschelUk uitgedrukt. In Giotto had zich het geloof van de Middeleeuwen samengetroKken en hU riep alle hulpmiddelen van de aarde te za- men om het leven van Maria te verbeelden. Daarom is in deze voorstelling niets formeels te vinden. Het is niet het religieuze inzicht, dat Giotto heeft willen geven, maar hü heeft het men- schelUke zoo gezien, dat hjj het heilige daaruit te voorschUn bracht. Wel wordt deze kunst honderd jaar later minder religieus, zooals bij Botticelli, die de heilige figuren voorstelt te midden van de leden van de familie de Medici. Het is tegen de excessen van deze kun er. dat het verontwaardigd woord van Savanorola klinkt. BU Leonardo da Vinei zien we een te ruggaan van het religieuze, zü het in een an dere richting. De kunstuitdrukkingen van Leo nardo da Vinei en Michel Angelo zUn de uitin gen van een enkel bevoorrecht mensch. De massa is verslapt en de uitdrukking van den enkeling zien we het sterkst uitgedrukt bU Mi chel Angelo. ZUn werk in de Slx.ünsche kapel is een credo van vormen en gestalten en men zal, wanneer men zich volledig aan de beschou wing hiervan overgeeft, niet langer kunnen ward en al de rest!" „Dus....?" fluisterde Tom hart. „We kunnen in Alaska ook trouwen, Tom,* i armen bleef liggen wachtte hü van Leny en Perry Howard, niets. Op den dag van het vertrek kwam Leny Burland zelf aan boord. ,.Je komt om afscheid te nemen?” vroeg Tom. aan boord, daarbU vergeleken? te bemerken" dat Leny het ge- zelschap van Per- i ry meer op prUs stelde. Hield zü j van een man die zich goed kon be_ wegen? Een man die kon schertsen en lachen en daarmee zyn leven wilde vullen? „Wil Je weer terug naar Circle City?” had op dit blad zijn iftgevolge de verzekerlngsvoorwaarden tegen f Oflflf] b(j levenslange geheele ongeschiktheid t jt werken door f 7C/) blJ een ongeval met f bU verlies van een hand C van een f50 Uk J™ f40-- ongevallen verzekerd voor een der volgende ultkeenr.gen 1 uUUUt* verlies van belde armen, oeide beenen of belde oogen T doodeiyken afloop f Mvl/e een voet of een oog f z^axe duim of wijsvinger f czlZe been of arms trtz» loopen. We landden aan de uiterste punt, en uit de boot in de modder springend, zocht ik voorzichtig mün weg om den hoek en nam de lange verlaten strook aanslibbing voor mU eens op. Het getü was nog steeds wassend en hoewel het loopen hier nu juist niet ge schikt was voor gewone schoenen, was het toch wel mogelUk voor iemand, die niet al te onvoorzichtig was. Ik keerde me om en gaf Tommy te jennen dat het kon; daarna begon ;k mUn tocht zooveel mogelUk onder beschutting van den dUk blUvend. Het loopen ging langzaam en telkens moest ik heen eindje naar koven om een al te zacht stuk modder te ontwuken. Een van deze gelegenheden, toen ik zoo on geveer driekwart mUl geloopen had. gebruikte ik om voorzichtig over den dUk heen te kijken. Een klein eindje boven mU. precies in het midden van een grasland zag ik iets, dat ik me verbeeldde mün doel te zUn. Het was een klein steenen gebouwtje, waar een lange houten loods naast was, welke laatste er veel nieuwer en meer solide uitzag dan de hut Ik bekeek het eens met de natuurlUke in teresse, die iemand in zUn toekomstig buiten- verblUf heeft, toen plotseling de oeur van de hut open ging. Het volgend oogenblik kwam een man naar bulten en keek vlug rond om zeker te zUn dat niemand hem bespiedde. Hoewel er een afstand van ongeveer driehonderd meter tusschen ons was, herkende ik hem dadelUk. Het was mün vriend van het restaurant: mynheer Bruce Latimer bestuursvergadering het plan tot het maken van een niet te dure Gilde-rels in den ko menden zomer is besproken. Gedacht is aan de streek Maastricht en Tongeren of een reis naar Xanten en Calcar. In de voorjaarsvergadering zullen belde stellen nader besproken worden. Na een hartelUk dankwoord aan Jos. Muls voor zün schoone voordracht en bU voorbaat voor zUn leiding bü het bezoek aan het Mu- dat nu hachelijke omstandigheden, het voor de Regee ring buitengewoon moeilük is. om een bepaalden prijs voor de melk te garandeeren. In veehouderskringen zelf begint men thank meer en meer in te zien, dat er een bepeiVlng van de melkproductie dient te komen. Het hoofdbestuur stelt zich op het stand punt, dat zoowel de veehouders, als de mar- gailnefabrikanten en andere vetleveranciers een offer zullen moeten brengen. In dit ver band dus ook de veehouders. En dit offer moei in eerste instantie gebracht worden door middel van het minder produceeren van melk. Over de manier, waarop, dit mindere kwan tum verkregen kan worden wil het Hoofdbe stuur nog geen uitsluitsel geven. Daarvoor is deze zaak nog te onvoorbereid, Beziet men de samenstelling van den hul digen veestapel, dan blUkt, dat het aantal stuks dragend vee en het aantal stuks melk vee te groot is. Té groot nl. voor een ren dabel afzet van melk en zuivel. Het is derhalve noodzakelijk, dat het aan tal stuks melkvee en dragend vee verminderd wordt. Daal' deze vermindering moet leiden tot kapitaalsvernietiging, kan men het middel van afslchting middels "vrUwllllge inlevering van dit soort vee gebruiken om dit verlies af te schrven. De Regeering is bereid, het ver lies voor haar rekening te nemen. Om in de toekomst te voorkomen, dat het aantal stuks melkvee en dragend vee weer te groot wordt, is het noodzakelijk, dat er dus een aanfokregeling voor het jongvee in het leven wordt geroepen. Deze afslachting brengt weer gevolgen mee voor de vleeschmarkten. mezelf uiterst voorzichtig op keek ik iics, eens over bet grasveld, had de hut verlaten en stond nu Zijn aandacht een goed idee,” gaf Tommy toe eens: ik bracht dit voor je mee. k niet, dat je het noodig zult hebben, maar het is toch altüd een nuttig Ging om oU je te hebben bU je onderzoekingen.” HU haalde een kleine zakrevolver te vocr- schUn, in beide kamers geladen en gaf die aan mU- Ik nam ze twUfelachtig aan. „Dank Je wel. Tommy. Maar ik geloof, dat ik heel wat meer uitvoer met myn vuisten.” „Toe, alsjeblieft, neem ze Joyce. „Best,” antwoordde ik en mün zjjzak stopte en mUn zei ik tegen Tommy: „Nu Tommy, als Je me aan wal zet, kan ik aan het werk gaan. Het was ongeveer honderd meter van den mond van de kreek en met een sterken stroom tegen was het een harde trek. Tommy echter bleef volhouden, dat hU mü den geheelen weg wilde roeien, juist om te zien of er kans was langs den buitenkant gan den dUk te kunnen ten. Je kunt nooit weten wanneer zoo iets nog eens voor zal komen. Elndelbk besloot ik, dat het tUd werd om op te stappen. „Ik zal je eens vertellen, wat ik vaji plan ben te doen. Tommy.” zei ik. „Ik zal kUken of er gelegenheid is om langs den buitenkant van den dUk te loopen. Ik zou dan tot aan de plaats van bestemming kunnen loopen zonder gezien te worden, wanneer daar bü toe val iemand is.” „Dat is „En kUk geiccf wal zet, kan ik binnen een uur terug zUn.” ,Je hebt gelUk,” zei ik. „Ik zal het dadelUk doen.” We gingen beiden in het roeibootje en met een paar slagen bracht ik hem op de modder- plaat, waar hU uitstapte. Daarna richtte hü zich op en tikte aan zyn pet. „Ik heb u nog steeds niet bedankt, mijn heer, voor wat u gedaan hebt,” merkte hU op. „U hebt mUn leven gered en Luke Gow is er niet de man naar oei zoo iets te vergeten." Ik zette de boot weer af. „Wel, als JU onze boot beschermt tegen de heeren uit Tilbury staan we gelUk.” ant woordde ik. Toen ik aan boord terugkwam vond ik Joyce en Tommy bezig met de lunch klaar te maken. ,.We Er werd niet over de keuze gesproken. Ook niet toen zU gevieren op de boot zaten, die hen naar Frisco terugbracht. Maar met leede oogen zag Tom dat Leny slechts met Perry omging terwUl hU zelf hU voelde het uit den toon viel. Het was hem onmogelük aan het voor zijn gevoel doellooze gezelschapsleven aan boord mee te doen. HU was in het afgeloopen jaar vierkanter geworden, niet slechts gespierder, maar ook hoekiger vdn karakter. HU kreeg heim wee naar de zuivere Alasky-lucht, naar zijn honden, naar de ongerepte wouden. Wat was een flirt aan boord, daarbU vergeleken? Het deed hem pUnlUk aan t glimlachte het meisje, terwUl zU zün reeds om zich heen voelde. „En vertel me nu iets over Je honden, over het Noorden....” Hetgeen Tom Astor echter nog niet dadelUk» deed! groepje boomen daar achter zult u de .treek net mooi binnen komen.” en Tommy gingen naar voren om het te strUken, terwijl ik, zün aanwüzingen volgend, de „Betty” naar de plaats van be stemming bracht; Toen ik den Kant naderde zag ik, dat de Ingang van de kreek een smalle geul was tusschen twee modderbanken in, welke belde waarschün"jk onder zouden loo pen met hoog water. Ik riep aan Joyce, dat ze het klelzwaard zoo hoog mogelük moest ophalen en zocht voorzichtig sturende mün weg langs de modderplaten, terwUl Gow naar Hjzü leunde üverig peilende. „Water genoeg," riep hü bemoedigend un, „houdt haar gaande, mijnheer. Houdt haar gaande. Binnen dat baken langs, nog een beetje verder. Goed zoo!" t Hü liet het lood schieten en ging gauw naar het anker. Ik deed het schip draaien met den kop tegen den wind. Tommy liet het groote zeil neer en het volgend oogenblik lagen we stil. We waren nu precies in het midden van de kleine modderige kreek, die ontgeven was met hooge wallen. Er was geen andere boot te zien; inderdaad zou het moeielük zün zich een meer verlaten plek voor stellen, hoewel we toch niet meer dan drie mülen van Tilbury ver- wüderd waren. Gow hielp ons de «ellen te bergen en alles op orde te brengen en daarna kwam hü naar achter en richtte zich tot mü- ,t, hoelang de heeren van plan blijven, maar als u mü aan plaats gevondi binnen uit?” TerwUl ik richtte Latimer voor de deur van de loods. klaarblükelük geheel geconcentreerd op het slot. Ik was er tamelijk ver van verwü- derd, maar zoover ik zien kon. scheen hü te trachten den grendel weg te schuiven met behulp van een stuk üaerdraad. Ik geloof, dat dat mü mUn besluit deed nemen. Hoe gevaarlük het ook mocht zijn mü te vertoonen, het leek me nog veel ge waagder om er iemand in te laten om mün toekomstige werkplaats te laten inspecteeien. terwUl ik van diens motieven daaromtrent heelèmaal niets wist. Nog büna voordat ik besefte wat ik deed, klom ik over den dük en stak het grasveld over. y-|-^om Astor stond achter op de hondenslee, I die door het getrainde wolfshondenspan met flinke vaart door het besneeuwde woud werd getrokken. Het was de laatste dag van zün reis. Achter hem lagen de barre toppen van het Alaska-gebergte, de passen, waarlangs hü de slede geleid had, de wouden en de onaf zienbare sneeuwvelden, beschenen door een bleeke winterzon Wonder warmte. En nu de laatste etappe vóór hem lag voelde hü zich wonderlük opgewekt. De bodem daalde in breede en lange hellingen af naar de kust van den Stillen Oceaan en het platgetreden spoor zou hem feilloos in het kuststadje Alaganik brengen. TerwUl hü onvermoeid de honden aanspoorde, zwierven zün gedachten ver weg uit deze koude Poolstreken naar het zonnige Zuiden, naar San Francisco met zün onvergetelüke gouden poort, naar den oorsprong van het zonderlinge, doch romantische avontuur dat hem naar het Noor den had gebracht. Het was nu een jaar geleden. En het was begonnen toen Perry Howard en hü tot de ontdekking kwamen, dat zü op hetzelfde meisje verliefd wrc». H°t van was Leny Burland, de dochter van James Bur land. een mün-eigenaar die zich sedert korten tyd in Frisco gevestigd had. Enkele maanden lang gaf Leny aan geen harer twee aanbidders den voorrang, hoewel zü met beiden vriendschappelük omging. Maar ieder voelde dat er een oplossing moest komen, een daad, een keuze. Toen hakte Leny Burland den knoop door. „Ik kan nu nog niet beslissen,” had ze gezegd. „Wat weet ik eigenlijk van jullie beiden? Maar over een Jaar zal de keus gemak- kelüker zün. Je behoeft in dien tüd niets anders te doen dan naar het Noorden te gaan. Mün vader wil jullie beiden in dienst nemen. Ga naar Alaska en over een jaar zal ik kiezen.” Het voorstel had de jongemannen overvallen. Het klonk nun vreemd in de ooren. maar weldra waren zü tot een besluit gekomen. Niet lang daarna waren zü naar Alaganik vertrokken om hun proeftüd te beginnen. Ging het tenslotte niet om een hoogen inzet? Tom Astor glimlachte voor zich heen. Maar in zün hart heerschte een knagende onrust. Hoe eigenaardig was dit jaar verloopen! De barre openheid van het noordelüke landschap had hem geheel veranderd. De oude Tom Astor uit Frisco bestond niet meer. Zün gelaat had een strakke uitdrukking gekregen, hü was kordater, maar ook ruwer geworden in zün optreden, hü had dicht bü de aarde geleefd en al zün eigen schappen waren dooreen geschud totdat er andere bleven bovendrüven dan destüds in San Francisco. En dat maakte hem ongerust. Hoe zou hü er ooit in slagen weer de oude Tom Astor té worden, die zjch met rustige zekerheid in salons bewoog, gracieus danste en een gezocht cau seur was? DaarbU wist hü dat Perry Howard niets van zün eigenschappen van vroeger had verloren. Zün mededinger was uiterlük en voor een groot deel ook innerlük dezelfde gebleven. En geen wonder, want hü had niets in zün levenswüs veranderd. Was hij vroeger gewoon zich goed te kleeden en zich luchtig in gezelschap te bewegen, ook in het afgeloopen jaar had hü daaraan kunnen toegeven. In Circle City was de society welis waar kleiner, maar toch even afgesloten als in San Francisco. Perry was er de gevierde man geweest. Als hü terugkeerde in het Zuiden zou hü zonder slag of stoot het oude leven kunnen hervatten, iets dat Tom Astor tlyns tegen de borst stuitte. „Allo Black! Sa, sa! Mortimer!” vuurde Tom zün vertrouwde honden aan. In de verte onder scheidde hü de nederzetting en met een ruk had hü alle gedachten aan andere dingen uit zün brein gebannen. De honden kenden zün kreten en renden in suizelende vaart langs de helling. Onophoudelük bleef Tom hen aanvuren, totdat tegen den middag de kust bereikt was. In Alaganik wachtte de groote verrassing. Hij trof er niet slechts Perry Howard en James Burland, maar eveneensLeny Burland, stralend van gezondheid en levenslust. Tom voelde zün hart heftiger kloppen. Leny aan Perry Howard gevraagd. Ncc.” had l;ji geantwoord Tenminste niet graag!" „Waarom niet?” „Het is er zoo bekrompen! De menschen zün er bü hun tüd ten achter. Dat wil zeggen: de menschen die ik er ken. Met het ruwe volk heb ik me natuurlük nooit kunnen bemoeien. Dat begrüp je." „Je had daar honden ook, hè? Hoe heetten ze?” Perry lachte luid, .Dat kon alleen een roman tisch meisje vragen! Want wie bemoeide zich nu met zün honden! Hoogsten een Indiaan deed het. Toen de boot in Frisco aankwam bleef Tom achter. Hü had passage genomen voor de terug reis. In San Francisco, bü Leny Burland, had hü geen kans. Waarom zou hü niet naar het grimmige, maar open Noorden terugkeeren? Gedurende de week, dat dg boot in de .haven J °P de verlovingskaart --maar er kwam

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Noord-Hollandsch Dagblad : ons blad | 1934 | | pagina 10