De nood
den tuinbouw
PER VLIEGMACHINE DE WERELD ROND
w
w^Aaal wui den daa
Het aardsche in de religieuze kunst
Ml
REDE VAN JOS. MULS
in
DE REGEERINGSSTEUN
NEII
LYNDON
ONTSNAPT
De keuze
Alleabonné’s
Bijeenkomst te Utrecht
Hitlergroet en post
en
Romeinsche dooden-
stad
van
POLITIE-STOPTEEKENS
4
Verhooging nood
zakelijk
Het St. Bernulphus-gilde viert
zijn dertiende lustrum
DOOR
VICTOR
BRIDGES
DE VLEESCH- EN ZUIVEL-
POSITIE
DONDERDAG 15 NOVEMBER 1934
Deze moet voor alle bedrijven
voor alle streken gelden
Bestuursverkiezing
„De aardsche inspiratie
de gewijde kunst”
AANGIFTE MOET, OP STRAFFE VAN VERLIES VAN ALLE RECHTEN, GESCHIEDEN UITERLIJK DRIE MAAL VIER EN TWINTIG UUR NA HET ONGEVAL
voor-
onder
deze
echter
„Javan San Francisco en van Ferry Ho
rnet
kloppend
een gezocht eau-
ge-
HOOFDSTUK XVI
Tegenover den Indringer
39
was
zei
mee. Nell,”
«Wordt vervolgd)
i-
aa^ja
Spoedig waren we opgestegen en weldra cir
kelden we over de nederzetting der roodhuiden,
welke we gezien hadden. Nadat we den omtrek
terdege verkend hadden, daalden we veilig op
het terrein, dat werkelijk in goede conditie ver
keerde.
De hoofdman kwam ons verwelkomen. Tot
zijn groote verbazing wees Oom Sydney het
gas: maal, dat de hoofdman ons aanbood, van
de hand, voorgevende dat hij vermoeid was. Hij
sloot zich op in zün wigwam, die ons toegewezen
werd, waarna American Pete en ik allerlei hocus
pocus uitvoerden voor den ingang, zeer tot ver
bazing der Indianen, die hiervan niets begrepen.
seum voor nieuwe religieuze kunst,
volgde, sloot de Deken de vergadering.
Van binnen in de wigwam klonk telkens een
klagend geschreeuw, dat door Oom Sydney vol
gens afspraak geuit werd. Dan vingen wij weer
aan met allerlei grimassen. Ook de hoofdman,
die naar den naam van Shingebis lulsterdet, be
vond zich onder de toeschouwers die verbaasd
naar dit gebeuren keken.
i bij de steunverleening
juden met de bijzondere
„Ik weet niet,
zijn hier te I
Hij
zeil
71
Voor verkeer, dat
den agent van
voren en achteren
nadert.
Voor verkeer,
dat den agent
van achteren
nadert.
Voor verkeer,
dat den agent
van voren
nadert.
Wegens aftreden van Pastoor C. N. J. Mey-
sing en Prof. Dr. O. Brom was een bestuurs
verkiezing noodig, die tot resultaat had. dat
gekozen werden Pastoor van Noort uit Heem
stede en de heer Joan Collette uit Nijmegen.
De Deken leidde hierna met een hartelijk
woord den spreker van deze vergadering in. Dr.
Jos. Muls, conservator van het Koninklijk Mu
seum van schoone kunsten te Antwerpen, die
een rede hield over;
bij verlies van *n
anderen vinger
terwijl ik ze in
jas dichtknoopte
Te Ostia is dezer dagen de restauratie van
dc antieke Necropolis voltooid, een doodenstad,
waarvan de aanleg dateert uit den tjjd van
Trajanus. Deze Necropolis gelegen op het
zgn. Heilige Eiland omvut een groot aantal
graven, door eenvoudige steenen en sobere ur
nen aangeduid, alsmede tallooze graPombcn
van welvarende burgers. Deze zijn doorgaans
van fraaie marmeren of travertijnen monu
menten voorzien. Op de grafsteenen en in de
grafkapellen vindt men veelal uitvoerig beeld
houwwerk, scènes uit het dagelijksch leven, al
legorische voorstellingen van handel, scheep
vaart. kunst, terwijl zich in vele tomben voor
werpen bevinden, welke men bij de begrafenis
plechtigheid en den eeredienst placht te ge
bruiken. Zoo is de Necropolis te Ostia dan ook
te beschouwen als bü uitstek belangrijk, docu
mentair materiaal, betreffende de studie van
kunst, zetjen en gewoonten van het Romein
sche Keizerrijk.
Tersluiks opzij kijkend ontdekten we dat de
medicijnmannen van den stam nijdig op het
opperhoofd toestapten en hem wf)t zeiden, waar
bij ze op ons wezen. Blijkbaar waren ze be
vreesd voor concurrentie.
,.We dachten, dat je wel wat zou lusten
voordat je er vandoor gaat.” zei Tommy. „Je
kunt beter met een volle maag op onderzoe
king uitgaan."
„Je behoeft heusch geen excuses te maken,
om me te laten eten,'' antwoordde ik vroclijk.
„Ik heb veel in te halen wat eten betreft.”
Het was een gezellige maaltijd in de kleine
roef. De morgen zeilen had gezorgd ”cor een
uitstekenden eetlust en niettegenstaande den
iet of wat twijfelachtigen toestand van onze
zaken waren we toch alle drie in het beste
humeur. Ik geloof, dat de ongekende gevaren,
die ons omringden, juist prikkelend op onzen
lust tot pret te maken werkten. AIS je boven
een ontplofbare mijn zit is het beste cm elk
plezierig oegenblik zooveel mogelijk te beuut-
Jaren schier alle bedrijven heeft beroofd van de
reserves, waarover nog beschikt kon worden.
Er is bovendien nog een omstandigheid, die
het noodig maakt ook steun te verieenen voor
producten (althans in bepaalde streken) waarop
zelfs de richtprijs van vorige jaren voor het
product is gemaakt. Tegenover den geringeren
oogst op den kouden grond wegens droogte of
andere oorzaken, is niet een compensatie van
hooge prijzen bereikt, zooals dit in normale ja
ren het geval was; met als gevolg, dat aan op
brengst, ondanks behoorlijke prijzen vaak
nog minder is verkregen als vorige jaren met
den steun Inbegrepen.
Zonder het karakter van bedrijfssteun aan ta
tasten, behooren in deze streken o.l. de richt
prijzen hoover gesteld te worden dan vorige ja
ren. Gebeurt dit niet, dan zal daar steun uit
blijven, met volkomen ineenstorting van bedrij
ven en gezinnen als gevolg.
Dat in vorige jaren
geen rekening is geh®i
toestanden in verschillende streken, heeft nooit
onze instemming gehad. Indien het systeem
blijft, voor tuinbouwproducten een gemiddelden
richtprijs en gemiddelden opbrengstprijs in Ne
derland vast te stellen, zal dit leiden tot ineen
storting van den tuinbouw in de oude centra
en verplaatsing naar andere gebieden. Wil men
den tuinbouw in stand houden, dan zal hiermede
rekening dienen te worden gehouden.
Voor zoover (reeds nu is dit een vrijwel uit
gemaakte zaak) het voor den tuinbouw uitge
trokken steunbedrag ontoereikend is. om een
steunverleening als boven geschetst te doen
plaats hebben, is het Hoofdbestuur ten volle
bereid bjj de Regeering met kracht op verhoo
ging van dit bedrag aan te dringen. Dit naar
aaanleiding van de daarop betrekking hebbende
voorstellen van tal van afdeelingen.
De ontdekking kwam zeker erg onverwachts,
maar ik begon nu zoo ongeveer aan dergeljjke
verrassingen te wennen, ik verdween snel
achter den dijk en hield me daar een noosje
schuil, terwijl ik er over nadacht, wat me te
doen stond. Na wat ik ontdekt had, leek het
zeer onwaarschijnlijk, dat Latimer daar was in
de kwaliteit van McMurtrie’s oppasser, maar als
dat niet zoo was, hoe ter wereld had hij dan
de plaats gevonden en wat voerde hij daar-
Aan het prae-advies op de afdeelingsvoorstel-
len betreffende den steun aan den tuinbouw,
welke voor de a.s. vergadering van den L. T. B.
z;jn ingediend, is het volgende ontleend:
De Kring West-Friesland en anderen drin
gen er op aan, dat ook het volle-grondsbedrijf
en niet alleen de glascultuur wordt gesteund.
Vrij algemeen wordt op een spoedige sftunuit-
keering aangedrengen en heerscht groote ont
stemming, dat lot heden op slechts enkele pro
ducten en gebonden aan bepaalde datums, een
yoorloopige uitkeerlng is bedaan.
Het bestuur, erkennende de debacle in het
intensieve bedrijf, heeft steeds het standpunt
ingenomen, en neemt dat nog in, dat de steun
algemeen moet zijn, dus dat alle bedrijven ge
steund moeten wordéh.
Er is thans geen reden meer om aan te ne
men. dat de toestand in een bepaalde streek
gunstig zou afsteken bij andere. Het bestuur is
daarom van meening, dat de steun voor 1934
zooveel als maar eenlgszins mogelUk is. de ver
liezen in dit jaar dient te dekken. Dit is temeer
redelijk, omdat de onvoldoende steun in vorige
„Daar ben ik niet zoo zeker van.” zei ik.
„HU schijnt een denkbeeld te hebben, waar hjj
niet voor uit wil komen. Ik zal hem er later
toch nog eens over polsen.’’
Daar de wind goed bleef en we bet tij mee
hadden, kliefde de ..Betty” er met zoon vaart
door, dat we ongeveer om half een Gravesend
Reach al In het zicht hadden Er bestaat geen
stukje van de rivier, dat er zoo verlaten uit
ziet als de streek, die vooraf gaat aan die druk
bevaren geul. Het is omgeven door lage zee
weringen, waarachter een sobere uitgestrekt
heid moeras en grasland Hier en daar wordt
de eentonigheid verbroken door een <*nzame hut
of een afgedankte visscherspink maar behalve
het verkeer en troepen zeemeeuwen, die daar
voortdurend krijschend rondvliegen, is er geen
teeken van leven te bespeuren.
„U ziet daar die twee of drie stokken boven
water uitsteken?” merkte Gow plotseling op.
terwijl hjj wees naar den rechter oever.
Ik knikte.
„Wel, als u ze nu in een UJn houdt met dat
In Hotel „Kasteel van Antwerpen” te Utrecht
vergaderde Woensdagmiddag het Sint Bernul
phus-gilde.
De Deken Prof. J. J. Henneman uit Warmond
wees erop, dat deze vergadering tevens de her
denking van het dertiende lustrum is. Slechts
weinig vereenigingen beleven een 65-Jarlg be
staan en het gilde heeft alle reden om dank
baar te zün. Groote erkentelijkheid is het be
stuur verschuldigd aan Pastoor Rientjes. die als
Deken getoond heeft den profetenmantel van
den stichter Mgr. van Heukelom waardig te
zijn. Ook aan secretaris en penningmeester
dient dank gebracht te worden voor de juiste
vervulling van hun functies.
Helaas liep het ledental terug en er zal ern
stig gezocht moeten worden naar een reducee-
rlng der uitgaven. Met nadruk wees spreker
erop, dat het Gilde recht heeft op een plaats
in de rjj van cultureele katholieke instellingen.
Hier vinden geestelUken en kunstenaars elkaar
en zü vullen elkaar aan. Spr. zette ook uiteen,
hoe het best de taak van het .Gilde vervuld
kan worden en noemde als uitstekende midde
len werkvergaderingen en excursies.
In het tweeledig doel, een verdieping van de
kennis van het verleden en de verwerving van
een eigen hedendaagsche kerke lijke kunst, zien
we een waarborg voor een goede harmonie.
Bestuur en leden zullen trachten hierin een
drachtig en prettig samen te werken.
De secretaris, kapelaan Ad. Welters, uit Maas
tricht. bracht het jaarverslag uit.
Acht en dertig leden bedankten. terwUl 36
nieuwe leden toetraden. In de laatste 5 jaar
mochten 260 nieuwe leden geboekt worden.
Door den dood ontvielen eenlge vooraan
staande leden aan het Gilde, onder wie archi
varis Boogmans en architect Jan Stuyt.
De Duitsche beambten en jimbtenaren van
de RUkspost hebben officieel order gekregen in
het vervolg den Hitlergroet te brengen met uit-
gestrekten rechterarm en duidelijk de woorden
„Heil Hitler” uit te spreken. Indien zU door
liet draeen van lasten den rechterarm niet kun
nen gebruiken, moeten zü den groet brengen
met den linkerarm.
twijfelen san het religieuze gevoel van dezen
I kunstenaar. Dezelfde kunst zien we in de vijf
tiende en zestiende eeuw in Vlaanderen en
spreker denkt aan van de Weyden, Memüng en
van Eyck. De Geboorte in de Gentsche kamer
van van Eyck is geheel naar de werkelökheid
voorgesteld, doch het heilige treedt uit het aard
sche te voorschUn.
In de zeventiende eeuw vooral zien we in de
uitdrukking van het religieuze door het aard
sche werkelUk excessen.
Als voorbeelden, dienen de groote doeken van
Tintoretto en Veronese, waar al het voorname
is verdwenen en de figuren rondom Christus als
acteurs zijn voorgesteld. Spreker vergeleek
voorts den onstulmigen Rubens, die met geweld
den hemel wilde veroveren, met den rustiwn
Rembrandt, die in het stille van zlin kamer en
het half-duister van zUn kelder bezig was den
hemel zachtkens naar zich toe te trekken.
Rubens kunnen we in zUn exaltaties niet vol
gen en hjj is een hefdensch schilder gebleven
In Rembrandt zien we echter weer, hoe het
religieuze door het aardsche kan worden voor
gesteld, als dit maar op een zuivere manier ge
beurt.
In de negentiende eeuw moet de religieuze
kunst zeer laag worden genoemd. Van de Neo-
Gothiek zijn we gelukkig verlost en er waren
anderen, die meenden, dat men Christus in de
locale kleur moest plaatsen, doch ook hier is
geen religieuze kunst voortgebracht. Deze kunst
is geboeid geweest aan de bekommernis om de
locale kleur uit te drukken. Sedert dien treed:
in alle landen een kentering in de religieuze
kunst op en het schoonste van Europa wordt
voortgebracht in Vlaanderen en Nederland.
In Nederland is ze meer grootscheepse!) en
keerde men terug naar de architectuur. Het is
op den muur van de kerk dat de schilders hier
hun kunst tot uitdrukking willen brengen en
het land, dat kunstenaars bezit als Joep Ni
colas. Mathieu Wiegman, Asperslagh, Colletie
Ninaber van fcyben en vele andere, mag zich
gelukkig noemen.
Zij wenden zich niet tot overleveringen, maar
verdiepen zich in het geval.
Zoo is het ook in Vlaanderen en Albert Ser-
vaes heeft Maria weer aangevoeld, zooals Giotto
Haar zag.
Door de aardsche voorstelling, die hij van
Maria geeft, spreekt uit Haar het intens hei
lige Spreker geeft tenslotte zjjn auditorium in
overweging de gedachte, dat onze godsdienst
een geestelük begrip is. maar onze menschelük-
held de geestelijke begrippen aan beelden wil
vastbinden.
Bij de Joden heeft zich deze noodwendigheid
van den mensch gewroken, omdat daar zelfs
beelden gemaakt werden, waar een verbod was.
De schoone harmonie is gelegen in de ver-
eeniging van den zuiveren geest en den schoo-
nen vorm.
Een warm applaus volgde op deze boeiende
en in stille aandacht beluisterde voordracht.
De heer Joan Colletté, pas gekozen als voor
zitter van de Algemeene R K Kunstenaarsver-
eeniging, sprak hierna namens deze vereeniging
woorden van gelukwensen tot het St. Bernul-
phus-gilde met zijn dertiende lustrum Spreker
verzekerde den Deken, dat bU de Algemeene
R. K. Kunstenaarsvereeniging de wensch leeft
om steeds een innig contact met het Gilde te
bewaren. Daarom stelt spreker er bUzondere
prijs op een plaats in het bestuur van het Gilde
te mogen innemen.
De Deken deelde nog mede, dat in de laatste
Aan het prae-advies op de voorstellen van de
as. vergadering van den L. T. B. te Haarlem
op Maandag 26 November ontleenen wU de vol
gende conclusies van het hoofdbestuur voor wat
betreft de vleesch- en zuivelpositie.
1. De boter, welke tegen behoorlUke prijzen
met naar het buitenland geëxporteerd kan wor
den. wordt als goedkoope boter ter beschikking
gesteld aan de minst kapitaalkrachtige deelen
onzer bevolking.
2. De productie aan margarine, oliën en vet
ten, voor binnenlandse!) gebruik, wordt sterk
gecontlngenteerd. om daardoor de vetvoorzie-
ning niet te overvoeren, als gevolg van de ver
strekking van goedkoope boter.
3. Het systeem van heffingen op boter, mar
garine, oliën en vetten zal nader herzien moe
ten worden.
4 Het mengverbod zal moeten verdwijnen, om
daardoor de concurrentie tusschen natuurboter
en gemengde margarine, te voorkomen.
Hei Hoofdbestuur is echter van oordeel, dat
bij de doorvoering van deze nieuwe gedachten
geen groote economische voordeelen zullen
worden afgeworpen voor de boerenstand. Daar
tegenover echter staan groote' sociale voordee
len, welke men in deze moeilijke tijden niet
mag ondersohatten. Het is beter, dat alle belan-
gen-groepen gezamenlijk de armoede dragen,
dan. wanneer de eene groep moet lüden. door
de overheerschlng van een ander. Allen zullen
offers hebben te brengen.
Met de „Eet Meer Melk-Brood Actie” kan
het hoofdbestuur zich vereenigen.
Uit bovenstaande volgt, dat
Met zekeren schroom heeft spreker dit onder
werp aan den secretaris opgegeven, daar hier
vele geleerde theologen zitten en hü alleen
kunstkenner is. doch vooral kunstminnaar.
Wanneer we den oorsprong van de gewUde
kunst nagaan, zien we, dat deze de eerste vüf-
honderd jaar voornamelijk symbolisch is ge
weest. Men kende slechts teekens, om bepaalde
gces.elUke waarheden uit te drukken, maar van
een kennen van de natuur is in den eersten
Christentijd geen sprake. Eerst in de zesde
eeuw zien we, dat iets, wat we thans nog als
zeer schoon kennen, wordt voortgebracht. Door
de praal van haar kleur boeide deze kunst,
maar toch deelde zü ons nog niets mee over de
innerlijkheid van den kunstenaar en gaf nog
niets aan het verlangend hart van den
loovige.
Stilaan veropenbaart zich dan een drang om
het leven in de kunst te brengen en net is
vooral de groo.e figuur van St. Franciscus, die
deze actie in de hand heeft gewerkt. HU heeft
ons teruggebracht tot de natuur en God nader
tot de menschen. Van hem kennen we dat
zonne-cantlek, waarin ook een toon van wee
moed klinkt om het lange ontbeeren van het
aardsche schoon. De kunst wordt dan op geheel
nieuwe banen geschoven en het is Giotto, 'die
tegenover de byzartiynsche formule de schoon
heid van den mensch en de aarde heeft ge
steld. Alles wordt rechtstreeks en zuiver
menschelUk uitgedrukt. In Giotto had zich het
geloof van de Middeleeuwen samengetroKken en
hU riep alle hulpmiddelen van de aarde te za-
men om het leven van Maria te verbeelden.
Daarom is in deze voorstelling niets formeels
te vinden.
Het is niet het religieuze inzicht, dat Giotto
heeft willen geven, maar hü heeft het men-
schelUke zoo gezien, dat hjj het heilige daaruit
te voorschUn bracht. Wel wordt deze kunst
honderd jaar later minder religieus, zooals bij
Botticelli, die de heilige figuren voorstelt te
midden van de leden van de familie de Medici.
Het is tegen de excessen van deze kun er. dat
het verontwaardigd woord van Savanorola
klinkt. BU Leonardo da Vinei zien we een te
ruggaan van het religieuze, zü het in een an
dere richting. De kunstuitdrukkingen van Leo
nardo da Vinei en Michel Angelo zUn de uitin
gen van een enkel bevoorrecht mensch. De
massa is verslapt en de uitdrukking van den
enkeling zien we het sterkst uitgedrukt bU Mi
chel Angelo. ZUn werk in de Slx.ünsche kapel
is een credo van vormen en gestalten en men
zal, wanneer men zich volledig aan de beschou
wing hiervan overgeeft, niet langer kunnen
ward en al de rest!"
„Dus....?" fluisterde Tom
hart.
„We kunnen in Alaska ook trouwen, Tom,*
i armen
bleef liggen wachtte hü
van Leny en Perry Howard,
niets.
Op den dag van het vertrek kwam
Leny Burland zelf aan boord.
,.Je komt om afscheid te nemen?” vroeg Tom.
aan boord, daarbU vergeleken?
te bemerken"
dat Leny het ge-
zelschap van Per- i
ry meer op prUs
stelde. Hield zü j
van een man die
zich goed kon be_
wegen? Een man die kon schertsen en lachen
en daarmee zyn leven wilde vullen?
„Wil Je weer terug naar Circle City?” had
op dit blad zijn iftgevolge de verzekerlngsvoorwaarden tegen f Oflflf] b(j levenslange geheele ongeschiktheid t jt werken door f 7C/) blJ een ongeval met f bU verlies van een hand C van een f50 Uk J™ f40--
ongevallen verzekerd voor een der volgende ultkeenr.gen 1 uUUUt* verlies van belde armen, oeide beenen of belde oogen T doodeiyken afloop f Mvl/e een voet of een oog f z^axe duim of wijsvinger f czlZe been of arms trtz»
loopen. We landden aan de uiterste punt, en
uit de boot in de modder springend, zocht
ik voorzichtig mün weg om den hoek en nam
de lange verlaten strook aanslibbing voor mU
eens op. Het getü was nog steeds wassend
en hoewel het loopen hier nu juist niet ge
schikt was voor gewone schoenen, was het
toch wel mogelUk voor iemand, die niet al te
onvoorzichtig was.
Ik keerde me om en gaf Tommy te jennen
dat het kon; daarna begon ;k mUn tocht
zooveel mogelUk onder beschutting van den
dUk blUvend. Het loopen ging langzaam en
telkens moest ik heen eindje naar koven om
een al te zacht stuk modder te ontwuken.
Een van deze gelegenheden, toen ik zoo on
geveer driekwart mUl geloopen had. gebruikte
ik om voorzichtig over den dUk heen te kijken.
Een klein eindje boven mU. precies in het
midden van een grasland zag ik iets, dat
ik me verbeeldde mün doel te zUn. Het was
een klein steenen gebouwtje, waar een lange
houten loods naast was, welke laatste er veel
nieuwer en meer solide uitzag dan de hut
Ik bekeek het eens met de natuurlUke in
teresse, die iemand in zUn toekomstig buiten-
verblUf heeft, toen plotseling de oeur van
de hut open ging. Het volgend oogenblik
kwam een man naar bulten en keek vlug rond
om zeker te zUn dat niemand hem bespiedde.
Hoewel er een afstand van ongeveer driehonderd
meter tusschen ons was, herkende ik hem
dadelUk.
Het was mün vriend van het restaurant:
mynheer Bruce Latimer
bestuursvergadering het plan tot het maken
van een niet te dure Gilde-rels in den ko
menden zomer is besproken. Gedacht is aan
de streek Maastricht en Tongeren of een reis
naar Xanten en Calcar.
In de voorjaarsvergadering zullen belde
stellen nader besproken worden.
Na een hartelUk dankwoord aan Jos. Muls
voor zün schoone voordracht en bU voorbaat
voor zUn leiding bü het bezoek aan het Mu-
dat nu
hachelijke omstandigheden, het voor de Regee
ring buitengewoon moeilük is. om een bepaalden
prijs voor de melk te garandeeren.
In veehouderskringen zelf begint men thank
meer en meer in te zien, dat er een bepeiVlng
van de melkproductie dient te komen.
Het hoofdbestuur stelt zich op het stand
punt, dat zoowel de veehouders, als de mar-
gailnefabrikanten en andere vetleveranciers
een offer zullen moeten brengen. In dit ver
band dus ook de veehouders. En dit offer
moei in eerste instantie gebracht worden door
middel van het minder produceeren van
melk.
Over de manier, waarop, dit mindere kwan
tum verkregen kan worden wil het Hoofdbe
stuur nog geen uitsluitsel geven. Daarvoor is
deze zaak nog te onvoorbereid,
Beziet men de samenstelling van den hul
digen veestapel, dan blUkt, dat het aantal
stuks dragend vee en het aantal stuks melk
vee te groot is. Té groot nl. voor een ren
dabel afzet van melk en zuivel.
Het is derhalve noodzakelijk, dat het aan
tal stuks melkvee en dragend vee verminderd
wordt. Daal' deze vermindering moet leiden
tot kapitaalsvernietiging, kan men het middel
van afslchting middels "vrUwllllge inlevering
van dit soort vee gebruiken om dit verlies af
te schrven. De Regeering is bereid, het ver
lies voor haar rekening te nemen.
Om in de toekomst te voorkomen, dat het
aantal stuks melkvee en dragend vee weer te
groot wordt, is het noodzakelijk, dat er dus
een aanfokregeling voor het jongvee in het
leven wordt geroepen.
Deze afslachting brengt weer gevolgen mee
voor de vleeschmarkten.
mezelf uiterst voorzichtig op
keek ik iics, eens over bet grasveld,
had de hut verlaten en stond nu
Zijn aandacht
een goed idee,” gaf Tommy toe
eens: ik bracht dit voor je mee. k
niet, dat je het noodig zult hebben,
maar het is toch altüd een nuttig Ging om oU
je te hebben bU je onderzoekingen.”
HU haalde een kleine zakrevolver te vocr-
schUn, in beide kamers geladen en gaf die
aan mU-
Ik nam ze twUfelachtig aan.
„Dank Je wel. Tommy. Maar ik geloof, dat
ik heel wat meer uitvoer met myn vuisten.”
„Toe, alsjeblieft, neem ze
Joyce.
„Best,” antwoordde ik en
mün zjjzak stopte en mUn
zei ik tegen Tommy:
„Nu Tommy, als Je me aan wal zet, kan ik
aan het werk gaan.
Het was ongeveer honderd meter van den
mond van de kreek en met een sterken stroom
tegen was het een harde trek. Tommy echter
bleef volhouden, dat hU mü den geheelen weg
wilde roeien, juist om te zien of er kans was
langs den buitenkant gan den dUk te kunnen
ten. Je kunt nooit weten wanneer zoo iets nog
eens voor zal komen.
Elndelbk besloot ik, dat het tUd werd om op
te stappen.
„Ik zal je eens vertellen, wat ik vaji plan
ben te doen. Tommy.” zei ik. „Ik zal kUken
of er gelegenheid is om langs den buitenkant
van den dUk te loopen. Ik zou dan tot aan
de plaats van bestemming kunnen loopen
zonder gezien te worden, wanneer daar bü toe
val iemand is.”
„Dat is
„En kUk
geiccf
wal zet, kan ik binnen een uur terug zUn.”
,Je hebt gelUk,” zei ik. „Ik zal het dadelUk
doen.”
We gingen beiden in het roeibootje en met
een paar slagen bracht ik hem op de modder-
plaat, waar hU uitstapte. Daarna richtte hü
zich op en tikte aan zyn pet.
„Ik heb u nog steeds niet bedankt, mijn
heer, voor wat u gedaan hebt,” merkte hU op.
„U hebt mUn leven gered en Luke Gow is er
niet de man naar oei zoo iets te vergeten."
Ik zette de boot weer af.
„Wel, als JU onze boot beschermt tegen
de heeren uit Tilbury staan we gelUk.” ant
woordde ik.
Toen ik aan boord terugkwam vond ik
Joyce en Tommy bezig met de lunch klaar te
maken.
,.We
Er werd niet over de keuze gesproken. Ook
niet toen zU gevieren op de boot zaten, die hen
naar Frisco terugbracht. Maar met leede oogen
zag Tom dat Leny slechts met Perry omging
terwUl hU zelf hU voelde het uit den toon
viel. Het was hem onmogelük aan het voor
zijn gevoel doellooze gezelschapsleven aan boord
mee te doen. HU was in het afgeloopen jaar
vierkanter geworden, niet slechts gespierder,
maar ook hoekiger vdn karakter. HU kreeg heim
wee naar de zuivere Alasky-lucht, naar zijn
honden, naar de ongerepte wouden. Wat was
een flirt aan boord, daarbU vergeleken? Het
deed hem pUnlUk
aan t
glimlachte het meisje, terwUl zU zün
reeds om zich heen voelde. „En vertel me nu
iets over Je honden, over het Noorden....”
Hetgeen Tom Astor echter nog niet dadelUk»
deed!
groepje boomen daar achter zult u de .treek
net mooi binnen komen.”
en Tommy gingen naar voren om het
te strUken, terwijl ik, zün aanwüzingen
volgend, de „Betty” naar de plaats van be
stemming bracht; Toen ik den Kant naderde
zag ik, dat de Ingang van de kreek een smalle
geul was tusschen twee modderbanken in,
welke belde waarschün"jk onder zouden loo
pen met hoog water. Ik riep aan Joyce, dat
ze het klelzwaard zoo hoog mogelük moest
ophalen en zocht voorzichtig sturende mün weg
langs de modderplaten, terwUl Gow naar Hjzü
leunde üverig peilende.
„Water genoeg," riep hü bemoedigend un,
„houdt haar gaande, mijnheer. Houdt haar
gaande. Binnen dat baken langs, nog een beetje
verder. Goed zoo!"
t Hü liet het lood schieten en ging gauw
naar het anker. Ik deed het schip draaien
met den kop tegen den wind. Tommy liet het
groote zeil neer en het volgend oogenblik lagen
we stil.
We waren nu precies in het midden van de
kleine modderige kreek, die ontgeven was met
hooge wallen. Er was geen andere boot te
zien; inderdaad zou het moeielük zün zich een
meer verlaten plek voor stellen, hoewel we
toch niet meer dan drie mülen van Tilbury ver-
wüderd waren.
Gow hielp ons de «ellen te bergen en alles op
orde te brengen en daarna kwam hü naar
achter en richtte zich tot mü-
,t, hoelang de heeren van plan
blijven, maar als u mü aan
plaats gevondi
binnen uit?”
TerwUl ik
richtte
Latimer
voor de deur van de loods.
klaarblükelük geheel geconcentreerd op
het slot. Ik was er tamelijk ver van verwü-
derd, maar zoover ik zien kon. scheen hü
te trachten den grendel weg te schuiven met
behulp van een stuk üaerdraad.
Ik geloof, dat dat mü mUn besluit deed
nemen. Hoe gevaarlük het ook mocht zijn
mü te vertoonen, het leek me nog veel ge
waagder om er iemand in te laten om mün
toekomstige werkplaats te laten inspecteeien.
terwUl ik van diens motieven daaromtrent
heelèmaal niets wist. Nog büna voordat ik
besefte wat ik deed, klom ik over den dük en
stak het grasveld over.
y-|-^om Astor stond achter op de hondenslee,
I die door het getrainde wolfshondenspan
met flinke vaart door het besneeuwde
woud werd getrokken. Het was de laatste dag
van zün reis. Achter hem lagen de barre toppen
van het Alaska-gebergte, de passen, waarlangs
hü de slede geleid had, de wouden en de onaf
zienbare sneeuwvelden, beschenen door een
bleeke winterzon Wonder warmte. En nu de
laatste etappe vóór hem lag voelde hü zich
wonderlük opgewekt. De bodem daalde in
breede en lange hellingen af naar de kust van
den Stillen Oceaan en het platgetreden spoor
zou hem feilloos in het kuststadje Alaganik
brengen.
TerwUl hü onvermoeid de honden aanspoorde,
zwierven zün gedachten ver weg uit deze koude
Poolstreken naar het zonnige Zuiden, naar San
Francisco met zün onvergetelüke gouden poort,
naar den oorsprong van het zonderlinge, doch
romantische avontuur dat hem naar het Noor
den had gebracht.
Het was nu een jaar geleden. En het was
begonnen toen Perry Howard en hü tot de
ontdekking kwamen, dat zü op hetzelfde meisje
verliefd wrc». H°t van
was Leny Burland, de dochter van James Bur
land. een mün-eigenaar die zich sedert korten
tyd in Frisco gevestigd had.
Enkele maanden lang gaf Leny aan geen harer
twee aanbidders den voorrang, hoewel zü met
beiden vriendschappelük omging. Maar ieder
voelde dat er een oplossing moest komen, een
daad, een keuze. Toen hakte Leny Burland den
knoop door. „Ik kan nu nog niet beslissen,” had
ze gezegd. „Wat weet ik eigenlijk van jullie
beiden? Maar over een Jaar zal de keus gemak-
kelüker zün. Je behoeft in dien tüd niets anders
te doen dan naar het Noorden te gaan. Mün
vader wil jullie beiden in dienst nemen. Ga
naar Alaska en over een jaar zal ik kiezen.”
Het voorstel had de jongemannen overvallen.
Het klonk nun vreemd in de ooren. maar weldra
waren zü tot een besluit gekomen. Niet lang
daarna waren zü naar Alaganik vertrokken om
hun proeftüd te beginnen. Ging het tenslotte
niet om een hoogen inzet?
Tom Astor glimlachte voor zich heen. Maar
in zün hart heerschte een knagende onrust.
Hoe eigenaardig was dit jaar verloopen! De
barre openheid van het noordelüke landschap
had hem geheel veranderd. De oude Tom Astor
uit Frisco bestond niet meer. Zün gelaat had een
strakke uitdrukking gekregen, hü was kordater,
maar ook ruwer geworden in zün optreden, hü
had dicht bü de aarde geleefd en al zün eigen
schappen waren dooreen geschud totdat er
andere bleven bovendrüven dan destüds in San
Francisco.
En dat maakte hem ongerust. Hoe zou hü er
ooit in slagen weer de oude Tom Astor té
worden, die zjch met rustige zekerheid in salons
bewoog, gracieus danste en een gezocht cau
seur was?
DaarbU wist hü dat Perry Howard niets van
zün eigenschappen van vroeger had verloren.
Zün mededinger was uiterlük en voor een groot
deel ook innerlük dezelfde gebleven. En geen
wonder, want hü had niets in zün levenswüs
veranderd.
Was hij vroeger gewoon zich goed te kleeden
en zich luchtig in gezelschap te bewegen, ook
in het afgeloopen jaar had hü daaraan kunnen
toegeven. In Circle City was de society welis
waar kleiner, maar toch even afgesloten als in
San Francisco. Perry was er de gevierde man
geweest. Als hü terugkeerde in het Zuiden zou
hü zonder slag of stoot het oude leven kunnen
hervatten, iets dat Tom Astor tlyns tegen de
borst stuitte.
„Allo Black! Sa, sa! Mortimer!” vuurde Tom
zün vertrouwde honden aan. In de verte onder
scheidde hü de nederzetting en met een ruk had
hü alle gedachten aan andere dingen uit zün
brein gebannen.
De honden kenden zün kreten en renden in
suizelende vaart langs de helling. Onophoudelük
bleef Tom hen aanvuren, totdat tegen den
middag de kust bereikt was.
In Alaganik wachtte de groote verrassing. Hij
trof er niet slechts Perry Howard en James
Burland, maar eveneensLeny Burland,
stralend van gezondheid en levenslust.
Tom voelde zün hart heftiger kloppen.
Leny aan Perry Howard gevraagd.
Ncc.” had l;ji geantwoord Tenminste niet
graag!"
„Waarom niet?”
„Het is er zoo bekrompen! De menschen zün
er bü hun tüd ten achter. Dat wil zeggen: de
menschen die ik er ken. Met het ruwe volk
heb ik me natuurlük nooit kunnen bemoeien.
Dat begrüp je."
„Je had daar honden ook, hè? Hoe heetten
ze?”
Perry lachte luid, .Dat kon alleen een roman
tisch meisje vragen! Want wie bemoeide zich
nu met zün honden! Hoogsten een Indiaan
deed het.
Toen de boot in Frisco aankwam bleef Tom
achter. Hü had passage genomen voor de terug
reis. In San Francisco, bü Leny Burland, had
hü geen kans. Waarom zou hü niet naar het
grimmige, maar open Noorden terugkeeren?
Gedurende de week, dat dg boot in de .haven
J °P de verlovingskaart
--maar er kwam