Zinnebeeldige beteekenis
van
het Sinterklaasgebak
Hoe de Sint zich vergiste
EEN BLIJDE VERRASSING
GEVOLGEN VANEEN VER
HUIZING
DUIVEKATERS EN TAAI-
TAAI-POPPEN
-
l
De nieuwe schaatsen
I
Vol verlangen staan de kleuters voor de etalages te kijken
De kunst van het koek-
vergulden
Maar Piet herinnerde zich een
extra briefje, dat hjj gekregen
had en maakte da ver
gissing goed
Het ontstaan van speculaas
biesjesdeeg, honingkoeken
en „hylikmakers”
Het besluit van i
f Arthur Horwood
De verschijning van den Sint in. den huiselijken kring is
altijd een neer gewichtig oogenblik
De Spaansche bisschop doet zijn inkoopen en Piet heeft de grootste moeite om de vele
geschenken mee te dragen
en
dat
het vooral rie kloosters, die
kennen
hoofdstad
gedaan
van
maar
men
HU
een
een
Na eenlg heen en weer praten besloten de
beide heeren dan daar maar heen te gaan.
gehjke tUdroovende werkjes, maar ook hat Spe
culaasdeeg leent zich er niet meer goed toe.
Vroeger bakte men het deeg hard, terwijl het
heden ten dage goed boterhoudend moet zUn.
wil het in den smaak vallen. Maar scherpom
lijnde voorstellingen kan men er niet meer mee
vormen. Men had in die oudere tijden speciale
banketbak-
mtsplaatst
Kruidkoek,
voor de kinderen was verder het „nustje mit
aaler" (nestje met eieren)In Eindhoven en om
streken loopen de kinderen op Sinterklaasdag
>-Zwaluwe
.dien dag
Kien in
waarom
dan altijd uit,
Denzelfden avond nog werd de verloving be
kend gemaakt, een verloving, die door een Sint
Nlcolaas verrassing tot stand was gebracht!
Arthur, die juist Alice bjj haar vioolspel ac
compagneerde, keek onaangenaam verrast op,
toen hem medegedeeld werd, dat twee beert»
hem dringend te spreken vroegen.
Jongen, daar heb je Sint Nlcolaas met
zijn knecht al. Heb je wat uitgehaald, soodat
je moe moet? Of komen se je alleen maar een
presentje brengen? vroeg Alice.
Allee, ietwat ongerust geworden, verwonderde
zich over zijn lange ultblijven, nadat de heeren
reeds vertrokken waren, en vreezende, dat hem
misschien een onaangename tijding gebracht
was, ging ze eens zien waar hU bleef.
Een afgrond van geluk opende zich voor zijn
voeten en als een van de belde heeren hem niet
gesteund had, zou hjj gevallen zijn.
Zij vertrokken met de belofte, den volgenden
dag terug te komen, om de zaak geheel af te
handelen, en lieten Arthur alleen achter in de
kamer, aan een hevige ontroering ten prooi.
In gedachten zag hij reeds zich zelf met Alice
verloofd, getrouwd en onbewust van wat er cm
hem heen gebeurde, bleef hij in diep nadenken
verzonken zitten.
Toen kwam vader van Laar terug. Hij droeg
een pakje, dat hij dadelijk aan Kees gaf.
„Wie was het?” vroeg moeder.
Vader glimlachte.
wel
re-
Allce
af-
te houden. En
een ont-
dle
hem
et klaarzetten van brood voor den schim
mel van 8t. Nlcolaas.
maakte later plaats
van brood aan de knechten
al werd dit brood dan
toegiften zoet gemaakt
slotte het speciale feestgebk.
Op den schoorsteen bij Kees van Laar thuis
stond een kkine spaarpot. Het was zoon ge
zellige spaarpot met een ondeugenden jongen
er op, die door een verschrikkelijk dikken agent
werd achterna gezeten. Kees was er nooit ach
ter gekomen, waarom de jongen zoo hard weg
liep; hij begreep alleen, dat hij niet veel goeds
had uitgevoerd. Belletje getrokken misschien?
k Die spaarpot was Iets, waar Kets trotsch op
was. Kn dat was geen wonder. Alles wat hjj
kreeg op zijn verjaardag of bij een onverwacht
bezoek van een oom of een tante van buiten
de stad stopte hij In de smalle gleuf bovenin.
Het was midden November, toen Kees meer
dan anders naar zijn spaarpot toeliep, hij nam
het busje telkens op en woog het op zijn hand.
Af en toe wilde hjj wel dat hij er doorheen
kon zien. Maar dat ging niet: blik Is nu een
maal geen glas. Het eenlge wat Kees kon doen
was eens flink schudden. Dan hoorde je ten
minste den inhoud rammelen .maar veel schoot
Je er toch niet mee op. Aan het gr'wld alleen
kon Je niet hooren hoeveel er in zat.
Waarom stelde Kees vooral zooveel belang
in zijn spaarpot toen het midden November
was?
Als het de laatste, dus de 30ste November
was, dan haalde de vader van Kees een groot
stuk bruin pakpapier te voorschijn, zoo’n stuk
waar anders altijd de schoenen in werden ge
pakt. Ditmaal was het echter niet voor schoe
nen bestemd. Waar dan wél voor?
Wel, voor de spaarpot van Kees.
Daar werd een keurig pakje van gemaakt en
vader schreef er op in mooie rondschrlftletters:
Aan Sint Nlcolaas. Madrid. Spanje.
Zoo ging de spaarpot van Kees de deur uit
en er was een briefje bij Ingesloten, dat Kees
niet te lezen kreeg, hoewel hij wel een beetje
wist, wat zijn vader er in geschreven had.
Kees had ditmaal met nog meer spanning
dan anders den 30sten November afgewacht.
Toen het eindelijk zoover was. mocht hij zelf zijn
spaarpot inpakken, want zijn vader had het te
druk. En ook de moeder van Kees had geen tijd
om te helpen. Dat kwam omdat de familie van
Laar juist twee dagen van te voren verhuisd
was.
Kees had dezen keer een heele groote wensch.
HU wilde dol graag een paar schaatsen, een paar
echte Friesche schaatsen. Die waren niet goed
koop.
En nu zat er wel aardig wat in bet busje en
het woog vrU zwaar, maar het waren toch meest
centen, die er in zaten....
Toch had Kees het er maar op gewaagd en
zijn vader zijn lievellngswenach verteld.
Het was 3 December, toen moeder van Laar
’s morgens wat op bed bleef liggen. Ze had
hoofdpijn. Later op den dag moest de dokter
Spoedig werd het hem duidelijk, wat er aan
t handje was.* De beide heeren waren Duitsche
advocaten, die in opdracht van zUn oom, die
inmiddels overleden was, hem kwamen opzoe
ken, om hem mede te deden, dat hjj tot uni
verseel erfgenaam van al diens bezittingen was
benoemd. Zijn oom was voor tientallen van ja-
ren naar Dultschland vertrokken, en had nooit
meer iets van zich laten hooren. Nu bleek ech
ter, dat deze een zeer groot fortuin had ver
gaard, en dit nu in zijn geheel had nagelaten
aan zUn neef Arthur Horwood.
Het was Arthur of hU duizelde.
..Onze jongen had gelijk", zei hU- ..Sint Ni-
colaas had zich in het adres vergist en er niet
aan gedacht, dat wU verhuisd waren. Maar Piet
den knecht schoot het op het laatste oogenblik
nog te binnen. Piet dacht Ineens aan het extra-
briefje, dat hU gekregen had en toen wist hU
meteen weer ons nieuwe adres."
„Wat was dat voor een extra-briefje?” vroeg
moeder nieuwsgierig en se keek Kees aan.
Maar die hoorde niet dat hem wat gevraagd
werd. Met een hoogroode kleur zat hU te kijken
naar wat hU zoo juist had uitgepakt.
Het waren een paar fonkelnieuwe schaatsen..
Spoedig zag ze hem in de zUkamer zitten, ge
heel verdiept in zijn droomerijen.
Daar hij totaal niet scheen te bemerken, dat
zU naast hem stond, legde zij haar hand op
zijn hoofd en vroeg:
Arthur, wat scheelt er- aan. Heb je soe
pen?
Hij schrok op uit zUn gepeins.
Wat heb je toch? herhaalde se. Als je
moeilijkheden hebt, vertel mU ze dan ;dan kan
ik je misschien helpen.
Moeilijkheden» antwoordde hU- MoeiUjk-
heden had ik, Alice, vele zelfs; maar nu is er
maar één meer, en die zal ook wel uit den weg
geruimd worden
Ze kwam naast hem zitten op den rand van
de crapeau.
Kom, misschien kan ik je daarmede hel
pen, vertel het me maar eens! zei ze.
Even bleef Arthur’s blik over haar dwalen
totdat hij dien opeens richtte diep in de klare
kijkers van het meisje, dat haar oogen niet
neersloeg, maar hem integendeel rustig en toen
teeder verlangend aanzag.
Liefste! er is nog maar één moeilijkheid,
en dat is de vraag, of JU mUn vrouw wilt wor
den, of JU met mU verder wilt gaan, samen met
mU?
Haar antwoord was slechts een UefdevoUe
blik. Toen boog ze zich over hem, en kuste
hem.
komen en toen bleek, dat ze een flinke griep
bad. Het was de schuld geweest van de ver
huizing. die middenin de gure winterdagen had
plaats gehad.
Dat werd een trieste dag in het huis van
den schoenmaker. Kees moest thuisblijven van
school en met zijn vader moest hU al de dingen
doen, die moeder anders deed.
Moeder zelf lag met een bleek gezicht op bed.
Als Kees kwam vragen hoe het ging, dan lachte
ze een beetje ep zei, dat ze den volgenden dag
weer beter was, maar Kees geloofde het maar
half.
Er was den volgenden dag dan ook nog geen
sprake van, dat ze opmocht. Het gewone eten
mocht ze ook niet hebben, alleen maar pap en
melk en een el. En verder vruchten, veel vruch
ten.
„Vader,” zei Kees dien middag, .4k wou, dat
u een nieuw briefje schreef naar Bint Nlcolaas".
„Waarom?” vroeg deze verbaasd.
„Om mijn spaarpot terug te vragen,” zei Kees.
„Voor het geld, dat er In zat, hadden we mooie
druiven voor moeder kunnen koopen. Daar
houdt moeder zoo van en dan sou ze vast weer
gauw beter zUn.”
„En je schaatsen dan, Kees?”
„Die kan ik het volgend jaar wel krijgen.”
antwoordde Kees, „en misschien is er dit jaar
niet eens ijs, dan zou ik er toch niets aan heb
ben.”
Dien zelfden middag nog zag Kees zjjn vader
een briefje schrijven. Dat werd dadelijk wegge
bracht en des avonds al kwam er een mandje
met prachtige druiven, en er kwamen nog pe
ren en perziken ook bjj.
.Aan wie heb ik dat te danken?” vroeg Kees’
moeder bljj en verrast.
„Aan Sint Nlcolaas”, zei Kees en hij knip
oogde eens tefeen zijn vader HU had afgespro
ken dat ze niet tegen moeder zeggen zouden,
dat het van het geld uit Kees’ spaarpot was.
Toen het 5 December was. mocht moeder het
bed uit. Kees en zUn vader hadden' er voor ge
zorgd dat de kachel flink brandde, en daar zat
moeder nu weer met een gelukkig gezicht.
’s Avonds werd er als gewoonlUk dampende
chocolademelk geschonken. Toen het tegen half
acht liep en er nog steeds niet heftig aan de
deur gebeld was. zei moeder:
„Ik begrijp niet waar Sint Nlcolaas blijft",
„Nee," zei vader, terwijl hij zijn zoon aankeek,
,Jk begrUp het ook niet goed.”
Toen schoot Kees plotseling iets te binnen,
een prachtige oplossing.
„Ik weet het”, riep hU uit. .Sint Nlcolaas
weet natuurlijk niet, dat wU verhuisd zijn. Toen
is hU naar het oude huis gegaan en daar wisten
ze niet waar we woonden."
HU had nog niet uitgesproken, toen er gewel
dig hard aan de bel getrokken werd.
„Wat zou dat zUn." vroeg Kees’ vader,
liep naar de voordeur.
Kees en zUn moeder hoorden even later druk
praten in de gang.
ItUs’Caesar liet het jaar met Maart beginnen,
dus in zekeren zin is het marsepein een nieuw-
JaarsspUs.
Een korte opsomming der in die -tUden in de
koekwinkels gebruikelUke gebaksoorten bewijst
wel, dat de naam van zoo menige
kerswinkel „De soete inval” niet
was; men verkocht in dien tijd:
anljskoek. snipperkoek, sucadekoek. gerstekoek,
krentenkoek, rozljnenkoek, mangelkoek, con-
fUtekoek. Hylikmakers. benistekoek. keunings-
koek. stroopkoek, heuningkoek. boterkoek. bU-
gUnenkoek, claeskoek, kerskoek, jaepjeskoek,
fonteinkoek. enz.
Daar Sinterklaas de Hylikmaker was had
hU niet aan drie dochters van een verarmd
edelman een bruidschat geschonken? heetten
ook de koekgeschenken der minnenden „Hylik-
makers”. later verbasterd tot „Heiligmakers",
toen men het oude woord „Hylik" voor „hu-
welik” niet meer begreep. „Sinterrclaes, goed
heylich man”, moet dus eigenlUk luiden: goed
hyükman, goede huwelUksmakelaiar
Wie een meisje gunstig wilde stemmen,
stuurde een hart van marsepein en een vrijer
van Claeskoek. Daarentegen was het schen
ken van een taalman een bespotting, die bU
het sehoone geslacht allesbehalve in den
smaak viel! Zoowel in de NoordelUke provin
ciën Groningen en Friesland, als in Zeeland
en Limburg bakt men bovendien voor de kin
deren nog Sinterklaasgoed van wittebroods-
deeg, of Stóet!
In Friesland was het vroeger de gewoonte,
in den Sinterklaastijd koeken en taarten te
verloten in de bakkerswinkels en de herbergen.
In Groningen ventte het „Stoetwief” met de
„Fleterknuten", verschillende figuren uit zoet
wlttebroodsdeeg gebakken, die de vrouw in de
„Stoetkurf” met zich meedroeg. Ook de „Doem-
varende tUd te ongeduldig geworden voor der- kes’A-kMne koekjes voor de snoepende school-
om dat geld trouwde, stond hem tegen....
En zoo had hU langen rijd geweifeld, tot hU
op een goeden avond, thuis gekomen van een
feestje bU de Warringtons, het besluit nam.
om zUn liefde te overmannen, en Alice niet te
vragen, of zU zijn levensgezellin wilde woe
den. Een besluit, dat hem veel pUn deed.^
Alice’s moeder was in die dagen de eenlge
geweest, die een blik had geslagen op de
oorzaak van zUn verdriet. Maar als verstan
dige moeder had ze er niet van gerept, en
het geheim voor zich zelf bewaard, overtuigd,
dat, als deze twee jonge menseben voor elkaar
bestemd waren, zU elkander toch wel krijgen
zouden, in weenril van alle moeilUkheden.
Arthur zou nu dezen avond ook weer naar
een feestje ten huize van de Warringtons
gaan. Al kon hU Allee niet de zUne noemen,
hU was dan toch In haar nabijheid en kon
met haar praten!
Even later Mep hU met de- handen diep in
zijn zakken door de mistige Decemberkow
naar het huls van de familie Warrington.
Nog slechts weinige oogenblikken was hU uit
zUn woning vertrokken, of een auto hield voor
het huls stil. Twee heeren stapten er uit, en
belden na even zoeken aan de woning van
Arthur aan. De vrouw van den huiseigenaar
deelde hun op hun vraag naar den heer Arthur
Horwood echter mede, dat deze naar een feestje
bU de Warringtons was. <•-
een oud gebruik
voor de uitdeeling
en maagden. Meest-
met honing en andere
en zoo ontstond tén-
- --zooals wU
heden ten dage kennen. In latere tijden waren
het vooral de kloosters, die ..Lebkuchen” be
gonnen te vervaardigen, afgeleid van „Libetum”
(met honing bereide offerkoek). Zoo ontstond
het brood, dat naar verschillende kloosterpa-
troons heiligennamen ontving. We
Agatha, Erhard. TollentUn, Blasius. Sebastiaan
en nog ander brood. De afbeeldingen van
herten. zwUnen, paarden, varkens, katers,
ossen enz. de Sinterklaaskoeken van Berg Am
bacht. die de Spinnende Helda voorstekten
(vandaar de naam SplnwUvenkoek), zij ver
dwenen. om plaats te maken voor nieuwe af
beeldingen, die OudstelUk-rellgieuae voorstel
lingen of afbeeldingen uit het dageUjksch leven
vormden.
Haastig schoot Arthur Horwood zUn smo
king aan, wierp nog een laatsten blik in den
spiegel, om te zien of zUn met veel zorg ge
strikte dasje wel goed zat, koos daarna met
zorg een enkele roode bloem uit het tuiltje,
dat hU een half uur geleden bU den bloemist
gekocht had en bleef eenlge oogenbMkken In
gedachten verzonken voor den spiegel staan.
Over een uur zou hU weer in een gezlllgen
familiekring verkeeren, zou hU voor enkele
uren in een Uchte, vroolUke omgeving zUn, en
zUn sombere huurkamer voor een tUdje kun
nen vergeten, maar bovenal h(j zou bu
Allee zUn, de eenlge dochter van het echtpaar
Warrington.
De oude heer Warrington was een studie
vriend van zUn vader geweest, en had zich
het lot van diens zoon, toen deze zUn werk
kring In de groote stad kwam zoeken, gaarne
aangetrokken. Zoodoende stond het huls van
de Warringtons doorloopend voor den jongen
man open. Zoo was het ook dezen avond.
Het was Sint-Nlcolaas-avond, een feestdag,
die bU de familie Warrington altUd gevierd
werd met een soupertje, waarbU dan enkele
van de meest intieme kennissen uitgenoodigd
werden.
NatuurlUk was onze vriend Arthur daar ook
bU- Pa Warrington mocht hem graag zien, en
boorde hem gaarne praten, maar één ding ver
ontrustte hem een weinig, n.l. Arthur’s ver-
De Steven behoort tot het échte, oude Lim-
burgsche feestbaksel.
Een Stevenman met een kleinen bezem In de
hand gekneld, noemt men In Limburg
„Zlepsjeprengert”. Meestal heeft de pop
aarden pUp in den mond. In Roermond spreekt
men van „Wekkeman”, in Reuver van „Boek
man" of „Bulkman”;
De allervoornaamste soorten van Slnterklaas-
?*bgk. al zUn er ongetwUfeld nog veel meer,
zijn hiermede wel besproken.
yOkOrapronkelUk werd het beeld in het dteeg
II gestoken, of met de hand gemodelleerd,
later kwamen de bakprenten daarvoor in
de plaats, waarmede men het relief erin stem
pelde! De oude koekprenten. vaak meesterwer
ken van snij kunst (zU moesten in negatieven
vorm gesneden worden!) zUn getrouwe afspie
gelingen van het huiselUk en maatschappelUk
leven in vroegere eeuwen. De koekflguren van
den Sinterklaastüd worden vervaardigd van
speculaas, taai-taal of gezoet wlttebroodsdeeg
(stoet). Speculaasdeeg is de meest gebruikte
materie.
Over de beteekenis van het woord „speculaas”
zUn reeds verschillende verklaringen gegeven.
Een daarvan verhaalt, hoe een bakker in de
zeventiende eeuw op het denkbeeld kwam om
koeken van een sterk-gekruld deeg te gaan
bakkén éii déze sf>ectaal in de Sfriterklaafweck
te gaan verkoopen. Daar hU echter vooraf niet
kon berekenen, of zUn klanten deze koeken
naar hun smaak zouden vinden, moest hU deze
maar „op hoop van zegen” gaan bakken en spe
culeerde hU dus op de snoeplust en kooplust
zUner afnemers. Vandaar, dat hij de koeken
kpeculatiegebak" noemde en daarmede binnen
korten tUd zeer veel succes had! Doch deze
verklaring klinkt zeer gezocht en is ook zeker
niet juist!
Anderen zeggen, dat de bakprenten afspiege
lingen van de werkelükheld waren en dat het
woord speculaas derhalve wel verband zal hou
den met het woord „speculum” het LatUnsche
woord jjpor spiegel. AllerwaaxschUnlükst echter
zal het woord Speculaas tn regelrecht verband
staan met t woord speculator" dat „bisschop"
beteekent. Speculaas was dus waarschUnlUk bis-
schop.'koek. daar St. Nlcolaas bisschop van
Myra was. Jammer, dat 1 fraaie werk met bak
prenten zeer zeldzaam is geworden. Waar is
de tUd gebleven, dien Hildebrandt ons zoo sma-
kelUk en gezellig wist te schilderen in zUn
„Familie Kegge" (Camera Obscura), als de ge-
heele vriendenkring van bakker De Groot bezig
is met de sehoone kunst van koekvergulden?
Met behulp van bladgoud en een penseel wer
den de dure stukken, de groote vrijers en vrij-
■ters, de driemastelg én diligences opgesierd tot
pronkstukken der jtoen nog zoo primitieve
bakkers-étalages. Niet alleen is onze voort-
met „hanen op een stok”, in H<
worden, evenals In het Groningerlj
muizen van wlttebroodsdeeg gebal
Veghel .krollen”, in knoopjes- of in S-vorm.
In Limburg behoort tot de stroolschat van
Sinterklaas, behalve de pepernoten, een aan
tal „PeperkQoke Mennekes”, in allerlei vormen:
een boer achtersteboven op een varken. Sinter
klaas zélf, een tUger, een kat, een opgerolde
slang, een papegaai, een zwaan, een druiven
tros, een schip, een trompet, een viool, een eere-
kruis. een wikkelkind. Ook „Stevens” is een ge
wilde koeksoort, met vee! krenten en rozUnen,
In vrUersvorm gebakken. Een Steven munt nu
juist niet uit door bevalligheid van ulterlUk,
maar toch Is dit toonbeeld van plompheid een
zeer gewilde versnapering. Een Steven moet
zegt de traditie altUd bU den kop aangesne
den worden, terwUl men tegelUk zUn vonnis
opzegt:
Steve, wie lang zals te leve?
Honderd jaor en elnen daag,
Kip, kap, de kop aaf!
standhouding tot zUn dochter Allee. HU mocht
Arthur graag, en toen hU bemerkte, dat die
twee meer dan gewone vriendschap voor el
kaar gingen voelen, had hU dit zelfs aan-
gemoedlgd.
Maar maanden verliepen en niets gebeurde.
Het Jonge. 20-jarige meisje, was steeds meer
van Arthur gaan houden, maar deze zelf?....
De oudelul Warrington konden er geen
hoogte van krijgen. De jongen was dol op
haar, dat was zoo duidelUk als wat, maar
stelde hU het beslissende gesprek
en vroeg hUt Allee niet, die
hem zeker met open armen ontvangen zou.
Het scheen hem toe, dat achter dit alles iets
schuilde, dat ze niet ontwarren konden, iets,
dat Arthur niet onthullen wilde, en dat het
geluk van de twee kinderen In den weg stond.
Arthur had
degelUk een
den. om
steeds op een
sand
dat was
hulling, die zUn
vader hem kort
voor zUn vertrek naar de
had.
Steeds was hU in de meenlng, dat zUn
vader, een invloedrUk handelsman, goed gefor
tuneerd was. Eenlge dagen, vóór hU naar zUn
werk vertrok, had zUn vader hem echter in
een particulier onderhoud medegedeeld, dat
zUn- fortuin zoo goed als geheel verspeculeerd
was en dat Arthur met de grootste zuinig
heid moest leven, wilde hU zUn ouders niet
geheel tot den bedelstaf brengen. Toen nu
Arthur Allee ontmoette, en hU bemerkte, dat
hU zich hoe langer hoe meer aan haar begon
te hechten, had hU een zwaren innerlUken
strijd te voeren gehad.
Aan den eenen kant Allee, met haar groote
Uefde, aan den anderen kant de meedoogen-
looze wetenschap, dat hU haar niets aan te
bieden had, dan zUn Uefde en zUn klein in
komen. En dat voor Allee, die, als dochter
van een zakenman. weliswaar geen buiten
sporige weelde gewend was, maar toch niet
opgewassen zou zUn tegen het moellUke leven
met een schraal inkomentje.
HU wilde niet, dat naar figuur gebogen zou
worden onder den aanhoudenden last van
zorgen, dat haar kleine handjes ruw zouden
worden van den arbeid.
Dat Allee misschien eenlg geld mee ten
huwelUk zou brengen, maakte het geval voor
hem nog moeilUker. De schUn, dat hU haar
houtsnUders, die zich vooral bezig hielden met
de bakprenten-fabrikage. Dit geslacht is uitge
storven op den heer K. H. Wennink uit Wes
tendorp na. In 1931 kreeg deze den titel konlnk-
!Uk prentensnUder en hofleverancier. In de meer
dan vUftlg jaren. dat de heer Wennink zUn vak
uitoefent, heeft hU reeds meer dan twee dui
zend figuren ontworpen. ZUn modelboek, waar
mede de al 75-Jarige het land afreist, is een
schetsboek als van een schilder .ZUn eerste werk
had betrekking op den Boerenoorlog. ZUn on
derwerpen van heden staan nog in het teeken
van de folklore en de spent.
RUtuigen, diligences, trekschuiten, bakers met
zuigelingen, kinderen, kwispelstaartende hond jes,
jongens met vliegers, tollen, dieren, appelpluk-
kende jongedames met Jongemannen die den
ladder vasthouden, karnende boerinnen, lan
taarnopstekers, omroepers, kruiers, arresleden.
en niet te vergeten de onsterfelUke Jan Klaas-
sen en KatrUn! De meeste dieren uit de arite
Noachs, Adam en Eva, Konlng David met zUn
harp en beroemde feiten uit de geschiedenis, als
de uitvinding der boekdrukkunst door Laurens
Janszoon Koster te Haarlem. Zoo kan men
oa. den geheelen ontwikkelingsgang onzer voer
tuigen in koekvorm nagaan. De gewone boeren
kar met de kollen ervoor, naast de kunstig be
werkte boerenwagens uit alle provinciën, de
oude postkoets, de omnibus en later de stoom-
booten en eerste stoomlocomotieven.
Taai-taal is een andere vorm van speculaas,
echter zonder suiker gebakken. In sommige
streken van Friesland noemt men de speculaas
„Suikergoed” om aan te geven, dat dit, in tegen
stelling met het taai-taai, met suiker toebereid
Is. Een andere naam voor taai-taai Is „Biesjes
deeg". Dat slaat op den vroegeren vorm van de
taai-taalkoeken, nJ. den vorm van beestje»;
(Biesjes).
Een duidelUken kUk op de brooden van den
Sinterklaastüd geeft het beroemde schllder-U
van Jan Steen ..Bakker Oostwaard”, waar we
os. de bekende „Duivekater" vinden. Honing
koeken en Hylikmakers, Deventerkoeken, sjje-
culaasvrUers en taaitaaipoppen. In de 15e. 18e
en 17de eeuw spreekt men ook van „amandel
brood”, dat wel hetzelfde zal zUn, als ons te
genwoordige marsepein. Marsepein is feitelük
misplaatst in December. Het is afgeleid van
Marei panls. Brood van Mars en behoort dus
feltelUk in de maand Maart thuis. Echter Ju-
jeugd, mochten niet ontbreken. Men sprak dan
in die dagen niet meer van een relletje of
vechtpartU. maar van een „bouldag zonder
doemkes”.
Ook hield men veel Stoetloterijen. waarbU
stoeten van wel een Meter lengte de hoofd-
prUzen waren. Een speciaal Sinterklaasbroodje
- i