V
I
I
Strijd om Egmond
BIJ AL CAPONE OP BEZOEK
I
ELF JAREN VAN STRIJD
Vicks Hoestbonbons
alles, wat u verwacht van een
hoestbonbon - medicinaal toebereid
met bestanddeelen van a
slechts 55c.p.doosj^yrSit^
H
i i
1
MAANDAG 17 DECEMBER 1934
Krasse tegenspraak
Vrede, vrede
Hevige botsing bij Muiden
Inbraak te Gouda
Zware winkelbrand te
Haarlem
Niet op het verkeer gelet
Universitaire examens
Technische Hoogeschool
Als kinderen met vuur spelen
De 1 nd ië-vluchten
iN
Vrijwillige gevangen
schap?
Benauwde oogenblikken
in een cabine
DOOVE MAN DOOR AUTO
GEGREPEN
GROOTE HOOIMIJT GEHEEL
UITGEBRAND
TEELTBEPERKING VAN
PLUIMVEE
°P
rie-
dlt-
ter-
den
on-
zün
po-
MOTOR BOTST TEGEN AUTO
„Mijn omzet is grooter dein die van
vele banken en warenhuizen”
Ongeveer 8000 aan geldswaarde
buitgemaakt
Bewoner gearresteerd
I?
TIENDUIZENDSTE ZEESCHIP
TE ROTTERDAM
V
Een krijgslist
Tben met vereende krachten de tractor weer
te
Dus
yb
1
M. Gemmeke
I
voor
Al
business
hU
In
gepoogd
SS
het
hl)
der
WH
liggen de overblijfselen van het al-
'orstenhuis, dat der abdij zoo gene-
Zouden die geleerde monniken
dezelfde
over de
saamhoorlgheid” gesproken,
Model van den nieuwsten stroomlijn-sneltrein, welke thans in Berlijn wordt
gebouwd
MSSTTERDMA. Voor Fransch M O B Geslaagd
de heer P. C. Helderman te Amsterdam en mej.
S. Nlemantsverdriet te ’s Gravenhage.
De Vereeniglng van Nederlandsche Pluimvee-
Exporteurs heeft zich met een adres gewend
tot den Ministerraad, de Staten-Oeneraal. de
Nederlandsche Kamers van Koophandel en de
Stichting Ned. Centrale voor Eieren en Pluim
vee Inzake de teeltbeperklng van het pluimvee.
Adresante geeft, gezien de in practyk gebleken
resultaten, in overweging:
1. de beperking niet te bestendigen;
2. de opheffing der monopolierechten
dat
die
>rto
E
ke
Ut
er
o
?ao
•ne
tr
igs
an
ri
als
Ier
IH
■dt
de
og
it
er
en
Het blijkt dus, dat de minister eigenlijk
langs dr. Heijermans héén gesproken heeft.
Natuurlijk is het waar, dat in de meeste
gevallen ondervoeding zich eerst na jaren
In haar ernstige gevolgen openbaart en
voorzoover ons bekend, heeft dr. Heüer-
mans ook nooit beweerd wat de minister
suggereert dat de laatste steunverlaging
op zichzelf ondervoeding zou hebben doen
ontstaan in dien zin, dat personen, die vóór
1 Juli volkomen doorvoed en gezond wa
ren, na 1 Juli min of meer plotseling slacht
offer van ondervoeding zouden zijn gewor
den.
Maar zeer zeker kan ondervoeding na
1 Juli ontstaan en bevorderd zijn in reeds
tevoren geleidelijk verzwakte gestellen.
Dat heeft de minister ook niet tegenge
sproken, doch verkeerdelijk is door hem
toch de suggestie gewekt, dat de steunver
laging en de ondervoeding niets met el
kaar te maken hebben.
En *t Is hiertegen, dat dr. Heijermans zijn
krasse tegenspraak richt.
Het ongeval geschiedde, doordat de bestuurder
Van den tractor, welke uit de richting Am
sterdam kwam, op het weggedeelte.dat thans
verbreed wordt, moest uitwijken voor een melk-
auto, welke terzijde van den weg stond, om
melk te laden en den bovengenoemden zeswie-
llgen wagen. In verband met de werkzaamheden
aan den weg was het den bestuurder van den
tractor niet mogelijk naar rechts uit te wijken,
omdat de verharding opgebroken was. Hem
bleef de keuze, den melkwagen aan te rijden,
of In botsing te komen met den wagen, waarop
de heimachine geladen was. Door de enorme
snelheid (gesproken wordt van 80 90 K.M.)
kon de bestuurder van den tractor den wagen
niet meer tijdig genoeg tot stilstand brengen.
De leider der christelijk-historische par
tij vroeg over deze uitlating:
Ongetwijfeld mocht Minister Marchant
dat, en zijn zuivere intentie Is butten kijf.
Maar In het „herstel” en den „inkeer”,
door de heeren Marchant en de Geer ver
langd, zullen alle nationale goedwillenden
elkander ten slotte vinden.
De strijd moge niet zonder belang zijn,
maar hij geeft toch niet den juisten weer
klank aan de beteekenis van het harmoni
sche benedictijnsche leven In het nationale
cultuurleven van Nederland. Een figuur
waarvoor alle partijen in ons land eerbieo
hebben, mr. D. J. v. Lennep, heeft al bijna
een eeuw geleden in het Kon. Nederl. In
stituut ten overstaan van Konlng Willem
II aangedrongen op het zwijgen van het
„onstuimig gewoel op der voorzaten heilig
gebeente.” En hij drong op verzoening yan
de historie aan door allen, die gevoelen voor
de grootheid van Hollands verleden:
Tegen deze kritiek heeft Minister Mar
chant zich JJ. Vrijdag verzet in de Twee
de Kamer. Hij werd daarbij knap gesecun-
deerd door dr. Moller het juiste inzicht
in den strijd tegen Spanje had het niet
beter kunnen treffen die het tegen „de
antl-papisten Lingbeek en Kersten” opnam,
zooals „Het Volk” schrijft:
O, verzoend zij de misdaad, geboet zij
de schuld,
lang door verzuim nog aan 't
groeien.
kan produceeren en dezen tak van bedrijf nog
meer rendabel maken;
3. al het mogelijke te doen den pluimveestapel
te verbeteren;
4. met alle mogelijke middelen den export,
zoowel van plulnvee als ven eieren, te bevor
deren.
italiaansche ouders geboren
J andere plannen met hem. HU zou
een advocaat of een makelaar In effecten heb
ben kunnen zün. In belde beroepen zou
waarschijnlijk carrière hebben gemaakt.
Op jongen leeftUd wijdde de jonge Alphonse
zich reeds aan de misdaad. HU werd nooit
veroordeeld, omdat hü te sluw was en toen
hU ouder werd, begon hU de aandacht te trek
ken van leidende gangsters. Ten slotte was t
John Torrio, de „Prins” der gangsters, die hem
aanbeval bU Joe Collslmo, die het eerst boot-
olgens de „Handelingen” heeft mi
nister Slotemaker de Bruine, spre
kende over het gevaar van onder
voeding in verband met lage en verlaagde
steunbedragen, in j de Kamer letterlijk
gezegd:
Zaterdagavond tegen middernacht Is de 21-
jarige motorrijder T. Oldenhuis uit Amsterdam
op den Rijksweg tusschen de Hakkelaarsbrug en
Muiden tegen een vrachtauto gereden, die ge
repareerd werd. Het slachtoffer is met zware
hoofdwonden naar het Burgerziekenhuis te Am
sterdam vervoerd. De motor werd geheel ver-
nield.
strijd tegen Spanje te ontzenuwen en het
godsdienstig karakter van dezen strijd voor
hun propaganda te redden.
De Katholieke afgevaardigde toonde met
gevatte argumenten aan, dat Willem van
Oranje de eenheid der Nederlanden en de
vrijheid van godsdienst voorstond, dat de
oorlog geheel tegen zijn gevoelens in pas
later tot een godsdienststrijd ontaard is en
dat trouwens tijdens den oorlog tegen
Spanje slechts 4 pCt. van het Nederland-
sche volk niet tot den Katholieken gods
dienst behoorde.
Ook Minister Marchant argumenteerde
dat de tachtigjarige oorlog niet op de eer
ste plaats een godsdienstoorlog was. Het
was een onafhankelijkheidsstrijd tegen
Spanje, waaraan de Katholieken evenzeer
hebben meegedaan. En zijn critiek op de
verwoesting van de abdij van Egmond had
dan ook slechts „den heer Sonoy” alleen
wewoiden. omdat deze in uitdrukkeliJken
Op den Rijksweg tusschen de nieuwe Mer-
wedebrug en Muiden heeft een botsing plaats
gehad tusschen een tractor en een zeswieligen
vrachtauto, 'Waarop een heimachine vervoerd
werd, waarbU de portierdeur van de cabine van
laatstgenoemd voertuig werd afgerukt en de
belde inzittenden, wonderlUk genoeg, ongedeerd
zijn gebleven.
Zaterdagavond wilde de 45-jarige heer M.
te Hillegersberg, die zeer doof is, de Dorps
straat voor zUn woning oversteken. HU lette
daarbU niet op het verkeer en werd gegrepen
door den auto van den heer K. uit BleiswUk.
Het slachtoffer werd zeer ernstig gewond en
liep zware inwendige kneuzingen op. ZUn toe
stand is zorgelUk.
De auto van den heer K. werd in beslag ge
nomen doch later weer vrU gegeven aangezien
hU in orde bleek te zUn. Den chauffeur treft
geen schuld.
En de voor ons nationaal leven gevoelige
liberale journalist Ch. Boissevaln nam de
gedachte van mr. Van Lennep over, hij
schreef in het „Alg. Handelsblad”, dat de
politieke twisterijen om Egmond eindelijk
zouden dooven voor den vrede:
„Zouden de Benedictijnen, die geen paro-
chleele bediening uitoefenen, doch zich al
leen bezighouden met kunsten en weten
schap, niet als aangewezen zijn, om hun
koninklijke abdij te herstellen? Zij zijn als
vanzelve de bewaarders der grafstede
„Wie één waren als Christenen, hadden
niet, om verschil van meening, opgelaaid
tot haat, moeten gaan dooden en branden
en vernietigen. Zij hadden het hoogste doel
door allen in samenwerking te dienen, niet
uit het oog moeten verliezen. „Hadden
moeten” zijn vreeselijke woorden. Maar het
besluit, waartoe zij dwingen, is inkeer en
herstel."
DELFT. Geslaagd voor het candldaatsexamen
van werktuigkundig ingenieur R. L. van Elber-
gen Santhagens, geb. te Amersfoort.
Over deze uitlating van den minister
heeft „Het Volk” met dr. Heijermans ge
sproken. Deze toonde zich zeer verstoord
over de uitlegging, die de minister aan zijn
open brief, welke aan duidelijkheid niets te
wenschen overiiet, gegeven heeft. Hij ver
klaarde aan de redactie:
eerder .Moran, Capone’s grootste vüanden. Verschillen
de malen heeft hü getracht hen uit te roeien,
maar Moran is er steeds in geslaagd den groo-
ten bendeleider te ontloopen. De lift voerde ons
verscheidene verdiepingen de hoogte in. Mün
escorte stapte voor mjj uit.
„Kom mee,” zeide een der mannen en ikstap-
te met hen mede.
WU bleven staan voor een zware eiken deur.
Een der mannen klopte aan. Een geheimzinnig
ruischend geluid deed zich hooren, een der pa-
neelen ging open en een gezicht vertoonde zich.
„Dat is Holmes zeker?” vroeg het gezicht en
maakte de deur vlug open.
Ik bevond me In een nauwe hal. waarin zich
twee wachters ophielden. Een andere deur ging
open en ik aanschouwde het grootste en meest
luxueuse kantoor, dat ik ooit heb gezien. Het
meubilair alleen moet een waarde van honderd
duizend dollar hebben gehad. terwUl de vloer-
kleeden onschatbaar waren. Kleine tafels ston
den hier en daar in de kamer verspreid, terwijl
achterin achter een enorm bureau de groote
man zat. HU begroette mü met een glimlach
en vroeg mü binnen te komen, maar de handen
der vier wachters in de hoeken van de kamer
kwamen niet uit hun zak. Capone, dik, een
beetje zalvend, in het fUnste costuum. dat ik
ooit gezien heb. was beleefd en hoogst inne
mend. WU spraken over algertieene onderwer
pen. Ik droeg er zorg voor zUn „zaken” niet in
het gesprek te betrekken. Capone is op dit
punt zeer gevoelig. Hoewel hü omging met de
hoogst geplaatste personen In den lande, ge-
neerde hü zich niet dezen „hun vet te geven” granen, waardoor de producent veel goedkooper
legging in de States op een zakeUJke basis stel
de. als iemand, die het ver zou kunnen brengen.
Collslmo was bereid en Torrio noodlgde Ca
pone uit met hem naar Chicago te gaan. Van
het oogenbllk af dat hU deze stad in oogen-
schouw nam, besloot hü haar te veroveren. HU
heeft het mogen beleven, dat de voornaamste
burgers dezer groote stad zich voor hem in
het stof buigen en zUn naam vereeren.
Collslmo was het eens met Torrio. dat Ca
pone hem uitstekend van dienst kon zUn. Doch
hU maakte een fout. Capone werd aangestoken
door ambitie. HU had genoeg hersens en moed
om zUn wildste droomen in vervulling te doen
gaan. Niemand weet (of liever kan bewUzenl,
wie Big Joe Collslmo gedood heeft, maar het
feit blUft bestaan, dat spoedig na Capone’s
aankomst te Chicago de eerste zakenman-
bootlegger plotseling stierf door loodverglftlging
en Capone, tezamen met Torrio, werd meester
van geheel Chicago. ZUn eerste taak was zich
te ontdoen van machtige mededingers. Dit ge
schiedde met behulp van een twintigtal gun
men. Zelfs de politie zou niet kunnen zeggen
hoeveel menschen zUn „afgemaakt’’ sinds
Capone’s heerschappU in Chicago een aanvang
nam. Nu en dan worden lUken aangetroffen in
de bosschen butten de stad, doch jaarlüks ver-
dwUnen honderden mannen en vrouwen zon
der een spoor na te laten. Een groot aantal
daarvan zUn slachtoffers van den strijd tus
schen de benden. De politie heeft niet de macht
daaraan een einde te maken.
Laat mU u Capone voorstellen zooals Ik hem
zag in zUn grootsch kantoor in een hotel te
Zondagnacht heeft een zware brand gewoed
in percel Koningstraat 49 t eHaarlem, waarin
gevestigd is het slgarenmagazUn van den heer
G. Polak, die boven de winjeel woont. Het ge
heels perceel, dat twe everdieplngen hoog is,
brandde uit.
De winkelier, die alleen thuis was, werd om
streeks twee uur door een dicht rook wakker
en vluchtte in nachtgewaad over het dak naar
de buren. Eenig evoorbUgangers hadden in
middels de brandweer gewaarschuwd, doch toen
deze ter plaatse kwam, bleek, dat het pand niet
meer te behouden was, daar het vuur zich reeds
door het geheele huis l_ad verspreid.
De vlammen sloegen hoog boven het dak uit
en door de geweldige hitte sprongen eenige
spiegelruiten var de winkels aan de overzüde
van de smalle straat.
Met zes stralen op de waterleiding werd het
vuur bestreden. Het duurde enkele uren voor
het gevaar voor uitbreiding was geweken. Het
geheele perceel, dat twee verdiepingen telde, is
geheel uitgebrand. Omstreeks vier uur kon de
brandweer inrukken, doch Zondagmorgen
werd zü opnieuw gewaarschuwd, dat het dak
van het naast het uitgebrande huis gelegen
perceel, waarin een wlnhe: in uurwerken van
den heer Bouraan is gevestigd, in brand stond.
Dit brandje was spoedig gebluscht, doch het dak
verbrandde groetendeels en de winkel kreeg
groote waterschade.
BU het onderzoek naar de oorzaak van den
brand is gebleken dat het vuur ontstaan is in
de kamer achter den sigarenwinkel, waar niet
gestookt werd. Wel brandde er in den winkel
een kacheltje. Huls en Inventaris waren ver-
zr -.erd. De sigarenwinkelier is voorloopig op
het politiebureau vastgehouden.
Wanneer dat juist is en het is natuur-
lük juist dan moet men niet spreken
over huidige verschijnselen van ^ondervoe
ding in verband met de steunregeling van
1 Juli; want een autoriteit als dr. Heijer
mans zegt, dat de gevolgen pas na Jaren
blijken kunnen.”
.Er is ondervoeding als gevolg van
de steunregeling en ik heb dat in mijn
open brief ook verklaard. Ik heb er
tevens in gezegd, dat de gevolgen van
die ondervoeding zich pas na jaren
openbaren.
Maar dan is het te laat om er iets
aan te doen! Wie uit mijn verklaringen
leest, dat er geen ondervoeding is, moet
wel slecht gelezen hebben.”
„Wanneer wij moeite hebben met het feit,
dat naar onze overtuiging eenige menschen
beneden het minimum leven, dan moeten
wij die quaestie behandelen met het oog
op alle menschen, van wie het geldt; dan
moeten wij niet dit onderwerp behandelen
speciaal als wij het hebben over werkloozen
en over de steunregeling van 1 Juli.
Dit brengt mU tot een ander en breeder
onderwerp; het is het onderwerp van de
ondervoeding, waarover enkele van de ge
achte afgevaardigden hebben gesproken en
dat ik in dit verband behandel ook om aan
te wijzen, dat het immers inderdaad niet
gaat over werkloozen als zoodanig.
Voordat ik dit aanwijs, moet ik een woord
voorlezen uit den open brief, dien dr. Heijer
mans in „Het Volk” aan mij heeft gericht
en waarin met betrekking tot de ondervoe
ding deze woorden voorkomen:
„dat men bij een enquête van dit
oogenbllk geen inzicht in de situatie
kan verkrijgen, aangezien pas na Jaren
de gevolgen van ondervoeding zich
manlfesteeren.”
Noem den naam van Al Capone en ieder
een zal u alles over hem vertellen. Capone,
de prins der bootleggers, gangster, is zonder
twUfel de meest bekende man ter wereld. Om
deze wonderlUke figuur werden dozUnen ro
mans, scenario’s en tooneelspelen geweven.
Capone is een held en een schurk; de men
schen vereeren en haten hem. Wie is deze bü-
kans legendarische figuur? In zUn voorkomen
is hü een korte en dikke Italiaan. Als u hem
zag zoudt u hem waarsèhUnlUk houden voor
een goedkoop café-elgenaar, ten spUt van zUn
kleedlng, welke volmaakt van snit is. Doch als
men met hem spreekt, bemerkt men, dat men
te doen heeft met een ongewoon mensch. ZUn
Engelsch is volmaakt met een bUna onmerk
baar Amerikaansch accent. ZUn manieren zün
aangenaam en Indien hü zich had toegelegd
op oplichting door misbruik van vertrouwen in
plaats van bootlegging, zou hü de grootste
„vertrouwens”- man zün geweest, dien de we
reld ooit heeft gekend.
Elf jaren lang hebben Staats- en federale
regeerlngen tegen dezen wonderlUken man ge
streden en elf Jaar lang heeft hU ze schaak
mat gezet. Zelfs, hoewel hU op het oogenbllk
in de gevangenis zit, weet leder, dat hU zich
slechts achter de tralies bevindt, omdat het
hem past daar te blUven. Een hjfwacht kan
men nog omkoopen, maar dit is onmogelük
bU de gevangenisbewaarders van een Ameri-
kaansche federale gevangenis. Dit weet Ca
pone en hü verkiest de veiligheid der op
sluiting boven de onzekerheid van het leven
in vrijheid. Vele verhalen zUn in omloop ge
weest betréffende Capone’s Intrede In het
land der gangsters, doch een feit is. dat hü
van huize, uit geen gangster was. Toen hU uit
nederige Itallaansche ouders geboren werd,
hadden
4
a
op den weg stond, wilde de bestuurder eenvou
dig doorrUden, maar de opzichter van de ver-
breedlngswerken kon zich daarmede niet ver-
eenlgen, omdat hij eerst de politie er in wilde
mengen. De bestuurder van den tractor ver
klaarde echter, naar de carrosseriefabriek te
Muiden te moeten gaan, om daar een oplegger
te halen, welke in reparatie was. HU sou dan
tegelUkertUd de politie aldaar met het gebeurde
in kennis stellen. Inderdaad verwUderde hU
zich dan ook In bedoelde richting.
De opzichter vond het echter wel gewenscht
om zUnerzijds de politie op de hoogte te bren
gen. en daardoor kwam aan het licht, dat de
bestuurder zUn belofte niet was nagekomen, en
zich bU de politie niet had laten zien. Dit was
echter geen bezwaar, daar het wagennummer
bekend was. Ook stelde de rijksveldwacht te
Muiden zich in verbinding met den eigenaar der
carrosseriefabriek. zoodat tegen den bestuurder
van den tractor alsnog proces-verbaal kon wor
den opgemaakt, wegens het rijden met een snel
heid. waardoor de openbare veiligheid in ge
vaar werd gebracht.
De belde personen, die in de cabine van den
uit de richting Muiden komenden vrachtauto
zaten, beleefden toen eenige hoogst benauwde
oogenblikken. ZU zagen toch den tractor op zich
afkomen, zonder dat zU in staat waren de
komende botsing te vermUden. De botsing was
dan ook zoo hevig, dat de portierdeur van de
cabine, waarin de twee mannen zaten, geheel
werd afgerukt, en met een slag op het wegdek
neerkwam. Gelukkig bleven de beide inzitten
den ongedeerd. De tractor schoot, nog steeds
met snelle vaart, langs den vrachtauto heen en
kwam terecht tusschen de sporen der Gootsche
trant.
Zondag is te Rotterdam het Engelache stoom
schip „Don” als tienduizendste zeeschip gedu
rende dit jaar aangekomen.
In 1933 en 1932 zUn geen tienduizend schepen
per jaar in Rotterdam gearriveerd.
In 1931 kwam het tienduizendste zeeschip op
M November.
In zjjn repliek heeft dr. Moller op dezelf
de voortreffelijke wijze zijn parate kennis
der historie in het vuur gebracht tegen de
anti-papisten Lingbeek en Kersten, die in
tweede instantie nog gepoogd hebben
*s ministers betoog over den aard van den
strijd tegen Spanje te ontzenuwen en tet
strijd met een verbod van Willem den Zwij
ger, zich vergrepen had aan dit Benedic-
tijnsch milieu, dat nooit iets anders gedaan
had dan zich wijden aan beschaving en
naastenliefde en dat geheel buiten den
strUd stond, die op dat oogenbllk woedde.
Daar de Handelingen nog niet verschenen
zijn, en wij voor het oogenbllk liefst een
kamerverslag citeeren uit een blad, dat
niet verdacht kan worden een ons bijzon
der welwillend gezinde saamvatting van
dezen passus uit mr. Marchant’s rede te
geven, halen we het verslag van „Het Volk”
aan:
Bij spr.’s rede over de Egmondse abdij
heeft hij gesproken over het vermoorden
en branden door den heer Sonoy. (Vreugde).
Daarop heeft ds. Lingbeek hier gezegd, dat
ook Alva dit gedaan heeft. Dat is blijkbaar
de christelijke leer van de school van Hoe-
demakerf (Algemeen gelach). Men kan op
deze gebeurtenissen een andere historische
visie hebben dan de heren ds. Lingbeek en
De Geer. Ik ben van mening aldus de
minister dat Sonoy zUn schermende
hand geslagen heeft aan Benedictijnen, al
leen, omdat het monniken waren! Willem
de Zwijger had verboden de Benedictijnen
kwaad te doen, maar Sonoy bekommerde
zich daarom niet. Hij ging zijn gang.
Uit een boekje citeert spr„ dat Sonoy
geen Nederlander was. Hij was geboren
BU de KLM U bericht Ingekomen, dat de
.Havik” op de uitreis en de „Kwartel" op de
„Wat zou men zeggen, indien bij de
350ste verjaring van het sterven van Wil
lem van Oranje, als slachtoffer van den
ban van Philips H, iemand had geschre
ven: „Wie één waren als Christenen, had
den niet, om verschil van meening, opge
laaid tot haat, moeten gaan sluipmoorden.
Zij hadden het hoogste doel, door allen in
samenwerking te dienen, niet uit het oog
moeten verliezen."
Hadden moeten zijn vreeselijke woorden
Maar het besluit, waartoe zij dwingen, is in
keer.”
Zou dit niet schreiend onbillijk zijn te
genover de R. K. en hun geestelijke voor
ouders? De protestanten als zoodanig heb
ben geen deel aan den gruwel van de ver
woesting der Abdij en kunnen dus niet
hierin reden vinden tot „inkeer”. Het an
ders te zien, getuigt van gebrek aan histo
rische visie. Ook de aansporing, die de mi
nister van onderwijs in dezelfde rede gaf,
dat wij nu uit het gebeurde „leering” zullen
trekken en als Christenen ons zullen veree-
nigen tegen het aanstormende nieuwe hei
dendom van dezen tijd, gelijk vroeger de
Abdij een schuts was tegen de Noorman
nen, klonk om dezelfde reden prikkelend.
De aansporing was bovendien overbodig.
„Straks zal het niet zijn Roomsch of On-
roomsch, maar over alle muren van kerk
genootschappen k verschil zullen de geloo-
vigen elkaar de hand reiken om te kunnen
bestaan in den grooten strijd tegen elk ge
openbaard geloof.” Zóó schreef reeds 60
jaar geleden prof. Van Oosterzee, theolo
gisch hoogleeraar te Utrecht.
Zondagavond is in de woning van den wasch-
industrieel F. SluUter aan de Bollenkade te
ouda door onbekend gebleven personen inge
broken. Man en vrouw hadden het huis om
streeks half vier verlaten en zich naar Rotter
dam begeven. Toen zU te tien uur thuis kwa
men bleek de woning in de grootste wanorde
te verkeeren. Men had tüdens hun afwezig
heid door de pont van de bleekerU, die naast
het huishet huls gelegen is, zich toegang ver
schaft.
Het eenvoudig slot was gemakkelUk te for-
ceeren geweest. Uit de brandkast, die zich in de
beneden-binnenkamer bevond, had men het
slot uitgesneden. De inhoud aan geldswaarde,
f 1300 aan contanten en 8 i 7000 gulden aan
incourante effecten, was verdwenfen.
Uit het onderzoek van de politie, dat dadelyk
werd Ingesteld, bleek, dat de dieven eerst de
gordUnen had gesloten.
Een juffrouw, die aan de overzUde van de
straat woont, heeft gezien, dat een raam werd
opgeschoven. ZU meende echter dat de bewo
ners dat zelf deden. De dieven moeten uitste
kend op de hoogte der bewoners geweest zUn,
die gewoonlUk eerst later op den Zondag naar
Rotterdam gaan.
Onlangs kondig
den wU reeds vrU
uitvoerig aan de
vertaling van L.
W. Holmes’ boek
„An Englishman
among gangsters”,
die onder den titel
„Corruptie en af-
persjng de ondergang van Amerika?"
van de hand van den Amsterdamschen
politie-lnspecteur, den heer M. J. M.
Gemmeke bU Valkhof! en Co. te Amers
foort verscheen.
In dit werk, dat een schril beeld geeft
van de terreur der mlsdadigersbenden tn
de United States komt het volgende
hoofdstuk voor, gewUd aan den onge-
kroonden konlng der gangsters
Capone.
•w j-ier eeuwen na haar verwoesting is
om de regale abdU van Egmond op
nieuw strUd ontstaan. Ze laat het
geweten van Holland, maar ook de politieke
partUen niet met rust. JJ. Vrijdag is
de Tweede Kamer de arena geworden van
door de BenedictUnen, die Nieuw-Egmond
gaan bevolken, lang vergeven twisten. Ze
eijn opgelaaid tusschen geschiedbeschouwers,
die maar niet tot vrede kunnen komen, en
uit de nawerking van nog niet uitgeleefde
stemmingen in de geuzentraditie.
Reeds de vorige maand had de oud-
minister Jhr. de Geer, een ook in zUn chris-
telUke belijdenis overtuigd en ondanks
de begrijpelUke gevoeligheid voor zUn over
tuiging hoogst verdraagzaam landgenoot,
vrU scherp de rede van Minister Marchant
bU de opening der tentoonstelling van
Egmond gecritiseerd. ZUn protest betrof
noch de genoemde plechtigheid, noch de
tentoonstelling welke zU Inleidde, noch na-
tuurlUk *t herstel van de oude, historische
AbdU- Maar uitsluitend het accent der rede
van den Minister van OnderwUs.
Jhr. mr. RuUs de Beerenbrouck had bU
gelegenheid in keurige woorden
„krachtige uiting van nationale
waarover men
zich ook bU deze tentoonstelling weer kon
verheugen. De Sub-prior der AbdU van
Oosterhout herinnerde aan de plaats, die
de AbdU van Egmond in het cultuurleven
van vroegere eeuwen had Ingenomen, en
den band tusschen haar en de ge
schiedenis van het oude gravenhuis van
Holland. Over de vernieling werd in beide
redevoeringen geen woord gespro
ken. Ook prof. dr. BUvanck, die als voor
zitter van het tentoonstellingscomlté iets
uitvoeriger moest zUn, stipte slechts aan
dat de abdU „in de Jaren 1572 en 1573 is
te gronde gegaan”. De Minister van On
derwUs deed anders, maakte de vernie
ling tot hoofdthema van zUn rede, en be
naderde haar telkens weer van een ande
ren kant.
Dat Katholieken van smaak zich in de
eenstemmige samenwerking om de ten
toonstelling der oude abdU en den bouw
van Nieuw-Egmond de rustplaats der
Graven vari Holland en zooveel Abten en
Edelen onthielden van elke historische
wrUving, was begrUpelUk. Jhr. de Geer had
zich evenwel gekwetst aan deze zinsnede
van Minister Marchant:
Chicago. Het was een heel gewoon en
klein hotel in een fatsoenlUke wUk. Van buiten
zag het er niet anders uit dan honderd an
dere in Chicago, maar als u er een kamer
had willen bestellen ware u een onaangename
verrassing beschoren. Als u de hal binnen treedt
steken een dozUn keurig gekleede mannen
plotseling hun hand in den zak en wandelen
tn uw richting. TerwUl u inlichtingen vraagt,
zullen zü u niet lastig vallen, maar u moet al
een zeer harde huid hebben om niet te zien,
dat u als een muis door een kat wordt beloerd.
De meesten zien er geenszins ongunstig uit. In
hen zoudt u zeker geen moordenaars vermoe
den. die klaar staan u neer te schieten bU de
eerste verdachte beweging.
Vraagt u de telefoniste om een kamer, dan
glimlacht ze vriendelUk en zegt, dat het hotel
vol is. Het spUt haar zeer, maar misschien kunt
u een ander hotel probeeren. een beetje ver
derop. De gunmen veranderen niet van houding,
noch komt hun dreigende hand uit den zak.
Maar u bent volkomen veilig zoolang u geen
verdachte beweging maakt. Want anders, al
bent u ook een onschuldig en eerzaam reiziger,
wordt u zonder dralen neergeschoten en geen
haan die ernaar kraait. Slechts de wet van
Capone gold in Chicago. Voor verraad van
zün beulsknechten kende hU geen pardon. Toen
ik Capone bezocht, was dit niet om zakelUke
redenen. Een dagbladeigenaar te Chicago had
mU een aanbevelingsbrief gegeven en de groote
man had in een onderhoud toegestemd. Dit
was mU medegedeeld in een getypten brief,
waarin ik werd verzocht mU om 3.30 ’s na
middags aan het hotel te vervoegen en den
brief mede te brengen. Deze laatste alinea was
dik onderstreept. Tk was voldoende op de
hoogte met de bootlegglngindustrie om te we
ten. dat het beter was dit niet te vergeten.
„O. K„ Jongen, ik heb een afspraak met Num
mer Een. Ik heb een brief bU me."
HU keek mU aan en glimlachte, maar zün
oogen bleven als staal.
,Ja? Wel. laat eens küken. Pas op; geen
trucs!”
„Geen kans.” antwoordde ik. ,Je gelooft toch
zeker niet dat ik zoo gek ben om te probeeren
hier iets uit te halen?"
En ik moet daaraan toevoegen, dat ik dat
wel degelUk meende. Indien ik gangster was en
tegen Capone, zou Ik er wel voor zorgen mülen
uit de buurt van zün hotel te blüven. MUn
brief werd zeer nauwkeurig onderzocht. De lei-
dw knikte en werd zeer beleefd.
„O. K. Mr. Holmes," glimlachte hU- ,U. weet
wij kunnen hier geen risico loopen. Gaat u
maar in de lift.”
De man knikte naar een lift, welke bediend
werd door een neger. Ik merkte onmlddellük
op dat er geen trappen waren In het hotel. De
eenige verbinding met de bovenverdiepingen
werd gevormd door de lift. Slechts na nauw
keurig door de wacht te zün onderzocht, kon
men deze bereiken. Ik ging door twee mannen
begeleid de lift binnen. Toen wU uitstapten, be
valen ze mü stil te blUven staan. Dit deed ik en
zü voelden of ik wapens bü mü droeg.
„Excuseer.” verontschuldigde zich een
mannen, „maar ieder die hier komt moeten wü
onderzoeken. Je kunt nooit weten wat de
wandluizen in hun schild voeren.”
Ik wist, dat hU een toespeling maakte op de
gevaarlijke bende der Zuldzüde van .Wandluis”
Zondagmiddag brak brand uit in de groote
hooimUt van den landbouwer G. v. d. Berg,
wonende aan de Dorpsstraat te Rosmalen.
De brand is ontstaan, doordat kinderen met
vuur hebben gespeeld. Direct werd de brand
weer gealarmeerd, die spoedig ter plaatse was.
Deze slaagde er in te voorkomen, dat het vuur
naar de omliggende woningen oversloeg. Ge-
durenden den geheelen middag heeft men de
hooimassa nat gehouden, wat echter niet weg
nam. dat de geheele müt is uitgebrand. Dit
beteekent voor den landbouwer een groote
schadepost, aangezien hü niet verzekerd was.
De burgemeester van Rotmalen bevond zich
op het terrein van den brand.
waarin
oude V<
gen was.
niet bereid zün, ter eere van de nagedach-
nls dier vorsten, een gebouw op te richten
zoodat wü, Hollanders, ons niet meer be
hoeven te schamen, dat boven de rust
plaatsen der Graven, Edelen en Abten rus
tig het vee graast? De protestantsche Ne
derlander kan, dunkt mü, in dien wensch
deelen. Wordt er geld gespaard, dan draag
ik mün penninkske bü en ga collecteeren
bü vrienden en vriendinnen.”
De Benedictijnen laten het nationaal
verlangen niet wachten. Dit najaar is in
tegenwoordigheid van den Commissaris van
H. M. de Koningin in N.-Holland de eerste
steen gelegd voor het herstel van Egmond
Het volgend jaar zal de psalm van den
vrede rülschen op de plaats, waar geen
in Kleef (Vreugde; opwinding bü ds. Ling- nationaal misverstand onze geschiedenis
terug heeft kunnen houden van haar op
gang. En in het stilgevallen rumoer van de
dan verzoende historie zullen „over alle
kerkgenootschappelük verschil de geloovi-
gen elkaar de hand reiken,” zooals de
Protestant van Oosterzee wenschte.
Mogen ook onze landgenooten, nog ge
scheiden van den dogmatlschen oorsprong
onzer eenheid, het doel verstaan, dat Willi-
brord, Adelbert en him mede-monniken
naar Egmond dreef.
P a x is het begin en einde van het
benedictünsche leven. Om Egmond geen
.1 hernieuwing van den strUd, vrede,
- vrede.
beek).
Het misverstand is, dat de heren, die op
Sonoy geen critiek willen horen, katholie
ken en Spanjaarden hebben geïdentifi
ceerd. De visie, dat de strUd tegen Spanje
een strüd tegen de katholieke kerk is ge
weest, is volkomen fout.
De heer Lingbeek: Nee, dat is de juiste
visie!
Minister Marchant: Dat is niet waar,
maar men hamert deze voorstelling erin,
blUkbaar om het katholieke volksdeel tegen
het protestantse deel op te zetten. Daarop
heeft spr. in zün gecritiseerde rede gewezen
en daarbü tot de eenheid van de christe
nen opgewekt. Mocht ik dat niet doen?
als zü tegenover hem het chapiter
aanroerden.
Daarentegen sprak hü er soms uit eigen
beweging over en in zekeren zin deed
dit gedurende mün bezoek.
„Ik heb de grootste zaak in Amerika geor
ganiseerd.” zeide hü. „Mün omzet is grooter
dan die van een groot aantal banken en de
groote warenhuizen. Het is zuiver een business.
De menschen verlangen drank en tk geef het
hun. ZU verlangen spel en vrouwen, en deze
verschaf ik hun eveneens.” Hü bood mU een
glas aan en vroeg hoe ik de whisky vond.
Ik antwoordde waarheidsgetrouw, dat
beter was dan alles wat ik in langen tüd had
geproefd.
„Ik zal u een kist sturen,” glimlachte hü- „U
kunt u niet veroorloven deze te koopen. Wij
hebben het speciaal voor ambassadeurs. U
zoudt opzien als u de lüst van mün klanten zag.
Alle menschen zUn hetzelfde. OpenlUk schreeu
wen zü om recht en orde, maar helmehjk drin
ken zü mün whisky.”
Capone zei weinig meer, dat van eenig belang
was en ik voelde, dat het tüd werd om heen
te gaan. In verschillende boeken over Capone
heb Ik gelezen, dat hü Napoleon vereert en dat
zün kantoor en de vertrekken van zün paleis te
Miami vol staan met borstbeelden en schilde
rijen van den kleinen man. Voor zoover ik heb
kunnen waarnemen, was er van iets dergelüks
niets in het hotel te bespeuren. Een van de
gunmen, die mü wegleidde, vertelde mü, dat
het allemaal onzin was.
.Ja. ze schrijven veel onzin over Capone in
de kranten,” zei hü. „maMfnog nooit heeft een
verslaggever een voet li^Fljn kantoor gezet. De
baas zelf vertelt de pers wat hU kwüt wil zUn.
Een beetje overdrijving ia hem niet onwelkom.”