Kerstmis venaal van den dag in Zuid-Afrika 71 PER VLIEGMACHINE DE WERELD ROND II H BOOTZ i "DCCOPD' OUDE GENEVER I NEII LYNDON ONTSNAPT 3.60 II I VAN WOENSDAG 19 DECEMBER 1934 Het corps mariniers left uit zijn geschiedenis Een belasting op feest gangers Krokodil overmeesterd INDISCHE POSTVLUCHTEN Alle abonné’s GE 4 DECEMBER De stemming op het platteland DOOR VICTOR BRIDGES t e Het avontuur v van den woudlooper „Gas-deskundige” aan het woord Het meeste geniet men het Kerst, feest hier, als men ver van alle gewoel en gefeest is I 11 11 I» --PERUTER AANGIFTE MOET, OP STRAFFE VAN VERLIES VAN ALLE RECHTEN, GESCHIEDEN UITERLIJK DRIE MAAL VIER EN TWINTIG UUR NA HET ONGEVAL —I f. hU de zaken wellicht 3 kwam 68. .Wordt vervolgd. L geland. De bandietenleidster beval ons haar te volgen en by het vliegtuig gekomen moesten wjj haar alles uitleggen. ZU verklaarde daarop dat zy graag een tochtje wilde maken. Ik moest het vliegtuig besturen en Pete zou De „Kwartel" is uit Cairo vertrokken en te Athene aangekomen. gyzelaar zou achterbiyven. De vrouw toonde zich zeer weetgierig en had biykbaar schik in den vliegtocht. Na een poos In de lucht te heb ben vertoefd daalden wy weer veilig op het grasveld. moet minstens 9 „AU right! Ga Een inspecteur van de rivier-politie heeft In *n centrum van Calcutta een reusachtigen kro kodil van ruim 5 meter lengte doodgeschoten, die In de rivier tusschen de schepen zwom. Duizenden Hindoes, die in de rivier aan net baden waren, verlieten haastig het water, toen het monster verscheen. Met eenige welgemikte schoten maakte de inspecteur een eind aan het leven van den kro kodil. De „Kwartel" is op de thuisreis in Karachi en de „Havik’ en de „Leeuwerik” zyn op uit reis in Cairo aangekomen. te N Te Skoplje in Joego-Slavië bestaat lasting, welke geheven wordt van L weg te ko lf” Het aanvaarden door de Nederlandsche Re- geering van de uitnoodiglng van Volkenbonds- zyde om een contingent van 250 man beschik baar te stellen ter ondersteuning van de Saar- polltie tydens het plesbiciet, heeft de aandacht gevestigd op het corps mariniers, dat is aange wezen de door den Volkenbond verlangde taak te gaan vervullen. Dit corps dateert reeds van het Jaar 1665 af. Het initiatief tot oprichting was afkomstig van Nederlands grootsten zeeheld, Michael Adri aans®. de Ruyter. Zyn denkbeeld was soldaten te vormen, die bekwaam zouden zyn voor den dienst op de vloot en aan den wal. Tydens den eersten Engelschen oorlog (1652 1654) was gebleken, dat de zeemacht der Ver- eenigde Nederlanden niet tegen de Engelsche was opgewassen. Dit vond voor een groot deel zyn oorzaak in de onvoldoende organisatie, se lectie en tucht der scheepsbemanning: Vooral de uit het leger afkomstige troepen, die totnog toe slechts in oorlogstyd op de vloot dienden, hadden Jammeriyk gefaald. Deze teleurstelling bracht de Staten van Hol land en West-Friesland er toe, alle ..zeesolda ten” af te danken en een „Regiment de Marine” op te richten, met eigen officieren en in vaste compagnieën ingedeeld. 1) Een zeer belangryke rol speelden de mariniers in den tweeden En gelschen oorlog (16651667) en in den oorlog, die in 1672 uitbrak tegen Prankryk. Engeland, Munster en Keulen. Op de vloot, die in April 1672 zee koos, waren 2400 mariniers ingedeeld. Gedurende den Spaanschen Successle-oorlog behaalden de Nederlandsche mariniers onver- gankeiyken roem tydens het beleg van Barce lona (1706), door de hardnekkigheid, waarmee zy ondanks hevige verliezen tegen een overwel digende overmacht stand hielden. In 1763 kwa men de Afrikaansche negerslaven in de West- Indlsche kolonie Berbice in opstand en ver moordden een aantal blanken. Een regiment gelukte het den opstand te onderdrukken. Na zyn terugkeer bleef dit regiment in dienst als „een regiment mariniers tot het doen van expe dition over zee en voorts op de schepen van HIJ stond op, toen wy binnenkwamen en keek ons aan met zyn aangenamen -eestigen glim lach, die my dadeiyk geheel op myn gemak bracht ,,Dlt is Lyndon”, zei Latimer, op my wUzend, „en dit is Morrison.” Lord Lammersfield kwam om de tafel heen en drukte ons beiden hartelyk de hand. „Gaat zitten, heeren,” zei hy: ,,gaat zitten. Als de helft van wat Latimer my vertelde waar is. zult u min of meer vermoeid zyn.” Wy lachten alle drie en Tommy maakte on middeliyk van de gelegenheid gebruik door zich Mild gestemd door de geurige tabak en met een heeriyk gevoel van rust en tevredenheid leunde ik achterover in myn hoek en luisterde naar de aangename, langzame stem van La timer, die my thans beschreef hoe hy dien ochtend zyn slag had geslagen. Vergezeld van Tommy en zyn ondergeschikte. Ellis, was hy met den vroegtreln in Queens- borough aangekomen. Van Londen was reeds naar Sheppey getelegrafeerd, dat de plaatse- lyke politie zich geheel onder zyn orders te stellen had en na een auto te hebben besteld, waren de drie mannen met den polltiesergeant naar de bungalonr op weg gegaan, zy stopten op eenlgen afstand en wachtten daar op Guthrie, Latftner’s anderen helper, die gedurende den nacht de plaats in het oog had gehouden. Hy meldde, dat McMurtrie. Savaroff en Iwa- nowna Juist met de barkas waren vertrokken en dé beide anderen hadden achtergelaten. ,4k vermoedde, dat ze Jou een bezoek waren gaan brengen,” legdev Latimer droogjes uit, „en dat scheen my een mooie gelegenheid, om zelf Wanneer u zoo goed wilt zyn, my te volgen, zal ik u byTiêm brengen.” Wy volgden hem langs de gang en toen een onaanzienlyke trap op; aan de deur, die recht daarop uitkwam, klopte hy aan. „Binnen!” riep een stem en met een lichte buiging draaide onze gids de deur open en liet ons binnen in het vertrek. Het was een plechtig aandoend vertrek, met boekenkasten gemeubeld. In het midden, aan een groote tafel, zaten twee mannen. De een was Latimer; in den and:r herkende ik on middeliyk Lord Lammersfield. Ik had hem vroeger nooit persoonlyk ont moet, maar ik had hem dlkwyls in het park zien wandelen of was hem op de populaire bad plaatsen tegen gekomen. Hy was weinig ver anderd. Zyn haar was misschien wat gryzer, maar overigens was hy nog Juist dezelfde op gewekte, karakteristieke figuur, die de carica- turlsten van de tegenparty graag afbeeldden. gemakkeiyk in een grooten leeren armstoel neer te laten. Ik bleef staan. -/.Om de waarheid te zeggen,” merkte ik op, „is het de meest verfrisschende morgen, dien ik my kan herinneren.” Lord Lammersfield zag my een oogenblik aan. met dienzelfden glimlach om zyn lippen. ,Ja,” zei hy, ,4k geloof, dat er een zekere prikkel bestaat om Engeland te redden voor het ontbyt. Wat my betreft, ik doe dergeiyke dingen meestal in den namiddag.” Met een plotselinge, nauw merkbare veran dering in zyn houding kwam hy een stap naar voren en stak my opnieuw de hand toe. „Mynheer Lyndon.” zei hy, „als lid van de regeering, dus als iemand, die min of meer ver- antwoordeiyk is voor de blunders van de jus titie, schaam ik me byna u aan te zien. Ik hoop maar, dat u edelmoedigheid by uw andere ongewone gaven voegen kunt.” Voor de tweede maal drukten wy elkaar de hand. ,Jn ieder geval heb ik dankbaarheid, Lord Lammersfield,” zei ik, ,Jk weet, dat u getracht hebt my te helpen, terwyi ik in de gevangenis zat. Hy hield zyn andere hand omhoog met een half ironisch gebaar van protest. „Ah!” riep hy uit, ,Jk vrees dat al de nietige pogingen in die richting te danken waren aan den meest dfrecten dwang.” Hy zweeg; toen zei hy glimlachend: (geiyk de laatste was) .brutaal en hersenloos”, dat een gas-oorlog een brengen. Als scheikundige beziet wat eenzydlg; des te meer waarde heeft daar entegen zyn verklaring dat „de vernielende macht der wetenschap in den oorlog belache- lyk oyerschat wordt.” Men zou In den waan gebracht worden, zel- de hy, dat het mogeiyk is een stad te vernie tigen en df menschen by massa’s van de aarde weg te vagen door op een knop te drukken De toepassing der scheikunde op oorlog heeft de zen niet gevaariyker gemaakt, noch voor de soldaten, noch voor de burgers. Daarentegen heeft de scheikundige wetenschap nieuwe mo gelijkheden geschapen voor het bereiden van strategische verrassingen. De vernielingen, door ontplofbare stoffen aan gericht, het lyden. dat er door veroorzaakt en het aantal personen dat er door gedood worot zyn veel grooter dan het geval zou zyn by het gebruik van met gas gevulde granaten en bom men. Dr. Levinstein is volstrekt geen .jnllltairlst” Maar wanneer een oorlog onvermydeiyk mocht zyn, dan meent hy dat deze met gas humaner en doeltreffender gevoerd kan worden dan met eenig ander middel. Het is niet waar dat gelyk nog onlangs generaal Smuts beweerde de wetenschap-oorlog schrikwekkender, en der halve het uitbreken ervan minder waarschyn- lyk maakt. Dr. Levinstein is niet de eerste die ons tegen de dwalingen der staatslieden op dit punt ge waarschuwd heeft. het van een beer te winnen. beurde het eigeniyk?” By deze woorden maakte de woudlooper z’n geweer in orde en hing het over de schouders. „Zoowat een myi hier vandaan, even voor dat ruwe bergpad. Je kunt het gemakkeiyk vin den, want ik ga niet met Je mee,” verzekerde .’oyce. „Voor geen geld van de wereld zou ik dien kanjer nog eens willen ontmoeten. Hy Jjpet groot zyn geweest.” jy je intusschen maar wat opknappen. Daar in die keet zul je alles vin den wat je noodig mocht hebben, om je zelf te verbinden.” Met een eigenaardige uitdrukking op z’n ge zicht liep Teddy-Beer naar den schoorsteen, nam er een foto van af en liet deze aan Joyce zien. „Leek die beer eenlgszins op dezen beer?” vroeg hy. oorlog.” De wapenfeiten van Berbice en Suri name, waar eveneens een opstand werd onder drukt, zyn in het korpsvaandel samengevat in één woord „West-Indlë". Ook in den slag van Doggersbank (1781) ty dens den vierden Engelschen oorlog hebben de mariniers zich onderscheiden. Ten slotte vocht het corps mede in den Atjeh-oorlog. Deze oor log werd gevoerd tegen den Sultan van Atjeh van 1873 af, om paal en perk te stellen aan de talryke zeerooveryen in de wateren van Noord- Sumatra. Hy duurde ruim een kwart eeuw en was vooral berucht door de afmattende mar- schen in de brandende _hltte en door den ver- raderiyksten aller vyaqden: de cholera. Van 1873 tot 1876 vochten de mariniers onafgebroken mee. Later onderscheidden zy zich by verschil lende expedities. In de dagen van binnenland- sche zorgen tydens den wereldoorlog deden zy dienst als uitstekende golitietroepen. Ook thans zullen zy als zoodanig in het Saargebied him opdracht vervullen, welke zy als een groote eer beschouwen. 1) Behalve aan het advies van luitenant- admiraal de. Ruyter was het voomamelyk aan den Raadspensionaris van Holland. Johan de Wit. te danken dat deze maatregel getroffen werd,’ zoodat de benaming van „Jongens van Jan de Wit” begrypeiyk is. werden gedwongen mede te helpen om de goe deren op het schulmersschip over te laden, dat daarna met zyn ryken buit weer naar de schuilplaats terug ging. Toen we daar aankwamen, stond de leidster hebben, maar andere keus liet hy my werkeiyk niet.” „Hy zou anders toch gehangen zyn.’ Tommy troostend. Latimer glimlachte. „Ik bedoelde niet, dat de gedachte er aan my uit den slaap zou houden,” zei hy. „Ik had alleen gehoopt, dat we misschien iets van waar de van hem zouden te weten zyn gekomen.” „Het lykt, dat dat wel gebeurd is,” zei ik dankbaar. Door de eindelooze voorsteden en nauwe stra ten van Zuid-Oost-Londen stoomden we lang zaam naar bet London-bridge-StaUon. Recht tegenover onzen coupé stond een taxi te wach ten, Latimer riep onmiddeliyk den cauffeur aan en beval, ons .zoo snel mogeiyk” naar Dow- nlngstreet No. 10 te brengen. De man voerde dit bevel byna verontrus tend letteriyk uit, maar de hemel waakte over ons en wy bereikten het ministerie van Bui- tenlandsche Zaken zonder ongelukken. De portier groette vol ontzag voor Latimer, die ons voorging door de hal. wy volgden hem door een korte, smalle gang naar een andere gang, waar hy een deur ont sloot en ons binnenllet in een klein, gemakke iyk gemeubeld kantoor. „Dit is myn verbiyf hier,” zei hy, „niemand zal Je dus storen. Ik zal even kyken. ot Case ment er is; hy zal dan vermoedelijk boven zyn by Lamersfleld. Ik zal Je niet lang laten wachten.” Hy knikte vergenoegd en verliet de kamer, waarvan hy de deur achter zich sloot. Ondanks zyn kalme, byna lethargische manier van doen, droeg hy een atmosfeer van merkwaardige snel heid en beslistheid met zich om. Ik wendde my tot Tommy. „Waar is Joyce?” vroeg ik. „Thuis,” zei hy. „Ze zou daar wachten, tot ze van ons hoorde. Ik zag haar gisteravond; toen ik met Latimer soupeerde, kwam ze met je brief ze was aan zyn kamers geweest.” „Er zyn veel vrouwen,” zei ik zacht, „maar er is maar een Joyce.” Tommy grinnikte. „Zei Latimer ook. Toen ze weg was (ik ben 's nachts by hem gebleven in Jermynstreet, waar we alle drie heen gingen om nog eens over de kwestie te praten) zei-d-ie met zyn grappige, langzame stem: Weet je, Morrison, dat meisje is zelfs aan Lyndon slecht besteed. Ze bloest by den geheimen dienst komen.” ,,Ik ben den geheimen dienst dankbaar ge noeg,” zei ik lachend, „maar er zyn tenslotte grenzen.” Ongeveer drie kwartier bleven wy ongestoord, terwyi Latimer vermoedeiyk zyn rapport aan de autoriteiten uitbracht. De tyd ging snel voorby, want we hadden genoeg te bepraten; eigeniyk was ons eenig bezwaar tegen dat wachten, dat we beiden onhebbeiyk hongerig begonnen te worden en het scheen, dat we voorlooplg nog niet aan eten toe waren. Tenslotte werd er bescheiden geklopt en een oud, clean-shaven man met het uiteriyk van een gepenslonneerd bottelier verscheen geruisch- loos op den drempel. ,„Lord Lammersfield wenscht u te spreken. T”\ ecember en Januari zyn de twee warmste II maanden, het kwik schommelt geregeld zoo om de honderd. Dag in dag uit brandt de zon uit een wolkenloozen blauwen hemel; alleen de nachten brengen ons eenige verkoeling. Het is dan ook niet te verwonderen, dat in een land waar de klimaatsomstandlgheden zoo geheel anders zyn het Kerstfeest ook anders gevierd wordt. Reeds vroeg, zoo midden November be gint de Kerstfeeststemmlng al te ontwaken. Eind November nj. sluit de. laatste Kerstman voor Engeland-en het Continent en van midden tot eind November wordt gewinkeld en worden ca deautjes voor vrienden en bekenden in het oude Vaderland gekocht. Daarom beginnen de winkels reeds vroeg in November met hun Kerstmiséta lages. Na het sluiten der”mall tot 24 December wordt weinig uitgegeven en gewinkeld. Iedereen spaart en bezuinigt, om Kerstmis en vooral „Christmas Eve” 24 December naar harte lust feest te kunnen vieren. Het is de stilte, die den storm voorafgaat! Reeds vroeg in den mor gen van Christmas Eve zyn de straten vol wln- kelende menschen. Kinderen, die een extra pen ning willen verdienen, schreeuwen zoo hard zy kunnen: „plums, tlckey each!” Deze voor 15cent te koop aangeboden plums zyn niets anders dan lange serpentines op een stokje vastgespykerd, waarmede men bekenden en onbekenden uit lou ter baldadigheid in het gezicht en om de ooren slaat. Een echte carnavalsstemming heerscht er onder het publiek, die naarmate de dag voort- achrydt, stijgt. De Kerstmisstemming, die zich hier op zoo luidruchtige wyze uit, heeft het pu bliek te pakken. Op de kantoren, die meeren- deels reeds ’s middags sluiten, wordt geen snars gedaan. Men wenscht elkaar een gelukkig Kerstfeest en voorspoedig Nieuwjaar en sluipt zoo af en toe, omdat toch niemand iets doet, het kantoor uit om den uitgesproken heilwensch met een whiskey, brandy of biertje in den bar, waar het van den vroegen morgen tot den laten avond tjokvol is, te bekrachtigen. De bars, evenals de tearooms, met guirlandes versierd, doen goede zaken, 's Middags, als zoo goed als iedereen vry is, bereikt de feeststemming haar hoogtepunt. Met moeite komt men door de stampvolle straten. In de tearooms is geen tafeltje meer vry, het is een geschreeuw en ge zang van Je welste. Op straat slaat men elkaar met wat nog van de 's morgens vroeg gekochte „plums” over is en velen, zoowel jongens als meisjes, hebben papieren mutsen op en' mom bakkesen voor. 's Avonds biyft niemand thuis. Iedereen gaat stadswaarts, waar de drukte zich rond de hoofd straten en pleinen concentreert. Onze Schotsche vrienden trekken in hun zoo mooie nationale kleederdracht op de doedelzakken spelend door de straten. Christmas Eve, doch vooral Oude jaarsavond Hogmanay zyn voor hen dé feestavonden van het jaar. De pleinen zyn prach tig verlicht, muziek wórdt gemaakt en vuur werk af gestoken. Overal wordt gezongen, gejoeld, gehost en gedanst. Tal van vereenlglngen en de meeste hotels houden op Christmas Eve hunne groote Christmas Eve-dansen. Veel en dikwyis overmatig wordt er dien dag gedronken. De politie heeft strikte orders ont vangen geen dronken personeh, wit of zwart, zoolang ze niet vechtlustig zyn of het anderen lastig maken, te arresteeren. Tegen half twaalf begint de drukte wijt af te zakken. Iedereen trekt huiswaarts. Als het klokje van twaalf slaat eh Kerstdag zyn intrede heeft gedaan, ligt de voor enkele uren zoo drukke en woelige binnenstad eenzaam en verlaten. Slechts hier en daar ziet men een eenzamen feestganger, die moeizaam huiswaarts strompelt. Reeds vroeg in den morgen van Kerstdag heeft de groote uit tocht plaats. Ieder, die een auto ryk is brengt dezen dag in de vrije natuur door. In de stad zelf is niets te doen; ze ligt eenzaam en verlaten. Alles is potdicht. Kerstdag wordt hier op strikte Engelsche wyze ais een Zondag geheiligd, zy, die geen nuto ryk zyn, kunnen dank zy onze gemeentebesturen ook den dag in de vrije na tuur doorbrengen. De gemeentebussen brengen hen voor een bespotteiyk lagen prys naar Ideale plekjes in de omgeving. 's Avonds thuis gekomen eet men óf thuis óf tn een hotel iets wat steeds meer en me;r ingang vindt ^yn Christmasdinner. dat nog altijd met den welbekenden plumpudding be sloten wordt. Tweeden Kerstdag kennen wy nier niet. Deze dag heet Boxing Day en wordt niet als een Zon dag, doch als een publieke vacantledag be schouwd. Bars, hotels, tearooms en tal van win kels zyn open. SpartwedstrUden en races worden op Boxing Day gehouden. Een groot-gedeelte der bevolking gaat weer picknicken, een ander deel neemt aan sport deel, doch de overgroote meer derheid gaat naar de races. Wedrennen op Boxing Day zyn ,Je”. Zoo wordt dien dag jaar in jaar uit de weken en weken van te voren bespro- ken Johannesburg Summer Handicap verreden. De races op Boxing Day dienen tevens als een eens by hen aan te bellen. De netto opbrengst van dat .aanbellen” was de gevangenneming zonder verzet van Hoffmann en den anderen Rus, die Juist in den prozaïschen toestand van hun ontbjjt waren verrast.” Tot zoover door de fortuin begunstigd, had Latimer onmiddeliyk besloten, zooveel mogeiyk zyn voordeel te doen met deze gelegenheid. Het was waarscnyniyk, dat hoe ook de afloop van hun visite by my zou geweest zyn de andere leden van het gezelschap naar de bun galow zouden terugkeeren. De gedachte, zich achter de gordynen te verbergen lag voor de hand. Op deze wyze zou het hem misschien mogeiyk zyn, een of andere waardevolle mede- deeling op te vangen, voor men hem ontdekte, terwyi bet hem m ieder geval het voordeel zou geven, hen absoluut te verrassen. zyn eerste daad was geweest, de gevangenen te boeien en hen met dén auto naar het politie bureau te Queensborough te zenden onder ge lelde van Guthrie en den sergeant. Daarna ruimde hy zorgvuldig alle sporen van het be zoek aan de bungalow uit den weg en zocht twee geschikte plaatsen in den tuin op, waar Tommy en Ellis in hinderlaag konden liggen tot hy hen noodig had. Een revolverschot of het stuk slaan wan een ruit zou het teeken zyn voor hun gezamenlyk optreden. „En de rest van het verhaal ken jy evengoed als ik.” eindigde hy, terwyi hy de asch van zyn sigaar nipte. De zaak had niet beter kunnen verloopen, behalve dat ongeluk met McMurtrie.” Hy zweeg, besloot toen spy tig: ,Jk sou hem waarachtlg liever niet gedood Hy stapte op het ontzielde lichaam van den man af en onderzocht het slachtoffer nauw keurig. Eensklaps viel zyn blik op een der handen en voorzichtig maakte hy de reeds styf geworden vingers los. Tot z’n verbazing zat er een bosje berenhaar tusschen. Hy nam het ge broken geweer op. „Wel, wel,” mompelde hy, het schynt hier heet toegegaan te zyn.” In gedachten verdiept, zette hy zich met z’n rug tegen een boom neer en kon het strydperk geheel overzien. Nauweiyks had hy enkele mi nuten gezeten, of z’n geoefend gehoor had een ireemd geluid opgevangen, net alsof een zwaar lichaam voorzichtig door het struikgewas kroop. „Een beer!” dacht hy en direct greep hy z’n geweer, dat naast hem lag. Onafgebroken keek hy naar de struiken maar zag tot z’n verbazing dat het Joyce was, die behoedzaam naderby sloop. In de eene hand hield hy een revolver, die Tedd Griggs dadeiyk ais de zyne herkende, en die hy in z’n hut had achtergelaten. Joyce, die zich onbespied waan de, greep als het weerlicht naar z’n achterge bleven byi, maar vóór hy het wapen kon gry- pen, werd hem toegeroepen: „Steek de handen op, Joyce!” Woedend richtte Joyce de revolver op Teddy beer. Schoot.... en de kogel kwam op nog geen bandbreedte afstand boven Teddy in den boom. Toen liet deze z’n geweer spreken; een knal en de revolver vloog Joyce uit de hand. „Handen op!” snauwde Griggs. „Wat scheelt je?” vroeg Joyce verwonderd. „Ik schoot op Je, ornaat ik dacht dat het de beer was.” „Wat voor beer?” „Wel, „eenoog” natuuriyk. Welken beer zou ik anders bedoelen dan dengene die myn vriend doodde?” - Ue liegt!” riep de woudlooper, „noch „een oog” noch een andere beer doodde je maat. Je hebt hem zelf vermoord, schurk. Er zat bloed van je slachtoffer aan de byl en daarom wilde je die wegnemen. In de hand van den doode zat berenhaar, dat hy by de worsteling uit je muts getrokken heeft. En nadat je hem gedood hebt, heb Je met de kolf van het geweer z’n nek gebroken, om het te laten voorkomen dat .eenoog” het deed. Steek Je handen op kerel, ik ga je inrekenen, maar een paar dingen zyn me nog niet duldelyk. Waarom doodde je je maat en waarom kwam je terug? Als je me niet binnen tien tellen antwoord geeft, schiet ik een oor van je kop.’ Machteloos en vol haat staarde Joyce naar Teddy Griggs, z’n lippen krulden zich en dat ,<af nog een gemeener uitdrukking aan z’n gelaat. „Om je overhoop te schieten en het te laten voorkomen jilsof m’n maat het gedaan heeft.” „Vertel me nu eens, waarom Je hem doodde; een beetje vlug.” „Dat zal ik je zeggen," zei de andere cy nisch. ,Jïü en ik kregen kwestie over de ver- deeling dér opbrengst éan de 10ÖO dollars, die we voor den beer zouden krygen. Had ik hém niet gedood, dan zou hij het my gedaan heb ben, en dus ben ik hem vóór geweest.” „Gedane zaken nemen geen keer,” zei Griggs, maar ik zal je toch móeten inrekenen, tls jammer dat jullie ruzie maakten over de ver- deellng van de belooning. Toevallig schoot ik „eenoog” drie dagen geleden neer. De foto, die *k je heb laten zien, was van hem. Allen Nash heb ik naar de nederzetting gezonden met z’n huid, om daarvoor de uitgeloofde 1000 dollars in ontvangst te nemen.” Dr. Herbert Levinstein die tydens den we reldoorlog de voornaamste „gas-deskundige” der geallieerden was, heeft in een lezing voor bet Scheikundig Instituut te Bristol oorlogvoering door middel van gas en andere chemische pro ducten verdedigd. Hy verkondigde de volgende stellingen: door aanwending van gas als strydmiddel zouden kracht, materiaal en vooral menschen- levens gespaard worden; het is onjuist dat tengevolge van de ontdek kingen en uitvindingen der wetenschap het uit braken van een oorlog onwaarschyniyker ge worden is; het is niet minder beestachtig, gemeen of wreed tegenstanders door middel van ontplof bare stoffen aan stukken te ryten dan hen met gas aan te vallen. Dr. Levinstein somde de voornaamste „voor- deelen” van gas. geiyk zy in den laatsten oorlog gebleken zfjn, op. Op de eerste plaats is het percentage van diegenen die, na door gas buiten gevecht gesteld te zyn, sterven, zeer gering. Van de 75.000 Amerlkaansche soldaten, die het slachtoffer werden van gasaanvallen, stierven er slechts 1H procent. Gas is dus wat menschenlevens aangaat, veel „economischer” dan andere strydmiddelen. De militaire resultaten, door aanwending van gas bereikt, zyn zeer belangryk geweest, daar een zoo groot aantal personen buiten gevecht gesteld werd. Gas behoeft, vergeleken by andere munitie, slechts in geringe hoeveelheden geproduceerd te worden zoodat veel arbeid bespaard wordt. De eerste gasaanval werd door de Dultschers in 1915 gedaan, gedurende den tweeden slag van Yperen De aanval kwam by verrassing en zou (volgens dr. Levtnstein) den oorlog be slist hebben Indien de Dultschers, alvorens den onverwachten gas-aanval te doen, reserves by- eengetrokken hadden. Dank zy de aanwending van gas ontstond een acht myien breede gaping in de geallieerde linies. Een slependen oorlog, een uitputtlngsoorlog noemt dr. Levinstein Hy meent biykbaar snelle beslissing zal mannen den buit in een boerdery te brengen. Deze boerdery bleek eens aan een ryken Chi nees te hebben toebehoord, die door deze ban dieten uit zyn huis was verjaagd. Het bleek ons spoedig, dat wy met ons vlleg- modeshow en onnoodig te zeggen, dat het’ vrou- weiyk element een groot, zoo niet het grootste percentage der toeschouwers uitmaakt. Véél rustiger en veel meer In overeenstemming met onze Hollandsche wyze van Kerstmis wordt het Kerstfeest op het platteland „die plaas” gevierd. De Zuid-Afrikaansche boer staat !n heel veel opzichten nog zoo heel dicht by ons Hollanders! Omdat men vrywel op zichzelf is aangewezen en myien en myien van de bewoonde stad afzit brengt men deze dagen op vele farms wordt oudergewoonte ook Tweede Kerst dag als een Zondag beschouwd in den familie kring door of gaat naar een nabygeiegen farm, waar dan zwarte koffie en wyn gedronken, duch tig gegeten en op de muziek der gramofoon ge danst wordt. Het meeste geniet men het Kerstfeest hier als men ver van alle gewoel en gefeest afzit, ver in de wildernis, zooals my meerdere malen over- komen is. Als men dan ’s avonds rustig rond het kampvuur zit met zijn kaffers, die vol melan cholie op hun mondfluitje” mondharmonica spelen als de stem der wildernis ontwaakt, de leeuw brult, de jakhals naargeestig huilt, dan dwalen de gedachten naar het oude vaderland terug, waar men rond een knappend houtvuur, terwyi buiten de wind waalt en de sneeuw het land bedekt, het Kerstfeest gezellig in den fa miliekring doorbrengt. Hier in Afrika wordt het Groote Feest in de vrye natuur, in brandenden zonneschyn doorge bracht en men mist daardoor de Intense ge zelligheid, die dit feest in de koude landen met zich brengt. Het is Juist dezen tyd van het jaar, dat wy „from oversea” vol heimwee aan het oude va derland terugdenken! n bet uitgestrekte gebergte van de Fraser- rivier stond „Teddy-Beer" bekend als de beste woudlooper en spoorzoeker. Vooral was hy bekend geworden om z’n succes in het ja gen op beren, van waar z’n bynaam „Teddy- Beer”. Z’n elgeniyke naam was Ted Griggs. In den regel stelt men zich een woudlooper voor als een boom van een kerel met een rimpelig gelaat en een rutgen baard. Griggs was echter juist het tegenovergestelde: hy was tenger en bad een opgewekt jongensachtig gezicht. Wie hem meemaakte in z’n hut, by z’n aardige vrouw en z’n leuken zevenjarigen Jongen, kon zich niet voorstellen in de nabijheid van een der beroemde woudloopers te zyn. Na weken lang op pad te zyn geweest met z’n vriend Allen Nash, was Tedd juist weer in z’n gezin teruggekeerd. Het doel van hun tocht was een gryze beer geweest, die al verschillende slachtoffers, ook onder de menschen, gemaakt had. "Reeds vaak hadden enkele woudloopers een klopjacht georganiseerd, maar steeds zon der resultaat. Daar het dier by een van die achtervolgingen een oog was uitgeschoten, had men het den naam „eenoog” gegeven. Door het districtshoofd was een prys van 1000 dollars uitgeloofd voor dengene die het dier neervelde. Van heinde en verre was men dan ook naar liet gebergte gekomen om te trachten die 1000 dollar te verdienen en daaronder waren er ve len met een alles behalve zuiver geweten. Zoo waren er jjwee, die van deze gelegenheid gebruik maakten, om zich voor jagers uit te geven, daar ze zich dan veilig waanden voor de politie, die hen wegens moord zocht. Ook cp hun hoofden was een prys van 1000 dollar gesteld. Toen Griggs twee dagen na z’n thuiskomst op den rand van z’n bed zyn geweer zat schoon te maken, kwam een dezer twee mannen, Joyce genaamd, met bebloed gelaat en gehavende kleeren de hut binnenvallen. „Wat is er met jou gebeurd?” vroeg de be woner verbaasd. „Het lykt wel of je onder puin bedolven bent geweest.” „Veel erger." grynsde Joyce. „M’n vriend en ik hadden een eland gedood. We hadden ech ter vergeten onze rugzakken mee te nemen en daarom zou ik even naar de keet terug gaan cm ze te halen. Toen ik terugkeerde, lag myn vriend in een plas bloed op den grond en over liem heen stond een groote gryze beer. Als ik je nu vertel dat ik alleen maar m’n byl by de hand had, dan kun je zelf wel begrypen, hoe ik eraan toe was.” „Wil je daarmee zeggen dat je een beer met een byl hebt aangevallen?” vroeg de woudloo per verbaasd. „Natuuriyk, ik wilde m’n vriend- Bony nog trachten te redden.” „Weet je wel zeker dat het een beer was?” vroeg Griggs, die van verbazing heelemaal ver gat den gewonde te helpen. .Absoluut hoor,” zei Joyce met klem. „Het was „eenoog” en dan behoef ik je verder niets meer te zeggen.” Teddy Gnggs staarde den ander met sty- gende verbazing aan. „Hoe ben je er dan in geslaagt men, nadat hy je al geraakt ha< „Wel, ik gaf hem een slag met m’n byi over z’n neus en zette het daarna op een loopen.” „Dan moet Je een geweldige renner zijn, om Maar waar ge- Verbaasd keek Joyee naar de foto van een dooden beer. „Grooter neg! Ofschoon,” kwam het aarze lend: „'tKon haast een broer van hem zyn. Heb Je die foto zelf genomen?” ^Ja. Doe nu maar net of je thuis bent, want myn vrouw en de jongen zyn op reis. Ik zal Intusschen voor dien beer zorgen." Met een korten groet verliet GAp de keet en liep, in gedachten verdiept, de richting van het bergpad op. Dat iemand een grijzen beer aanviel met een byl, was mogeiyk; dat men zoo dlchtby kwam dat men den beer een slag met een bijl op den neus kon geven, was ook nog mogeiyk, maar dat men dan nog in leven was om het na te vertellen, dit was voor Griggs j onmogeiyk. En die Joyce leefde nog, nadat hy met een beer zóó j gevochten hadl, 11 "j” Hy vond het een raadsel. Ongemerkt was hy het bergpad genaderd. Direct had hy met scherpen blik de heele om geving opgenomen. Een doode man lag met bet hoofd op den grond, de armen uit gespreid en de handen tot vuisten gebald, in een pMs bloed. Iets verder lag het lyk van een eland en er naast een gebroken geweer. De struiken waren plat getrapt; het had allen schyn dat er een hevige stryd had plaats gehad. Na een blik op den dooden man geworpen te hebben, wydde Teddy-Beer even z’n aandacht aan het doode dier. Nauwkeurig bekeek hy den grond tn tot z’n verbazing zag hy het spoor van „eenoog". Er viel niet aan te twyfelen daar hy op z’n tocht met Allen Nash het spoor van den grijzen beer had gevolgd en er sinds jaren roo’n kanjer niet in de omgeving van het ge bergte gezien was. Het vreemde van 1 geval was echter, dat het spoor drie dagen oud moest zyn. Van jongs af had Griggs het woud door kruist en was dus geheel op de hoogte van de gewoonten der wilde dieren. op dit blad zijn ingevolge de ventekerinKsvoorwaarden tegen f bij levenslange geheele ongeschiktheid t ?t werken door f een ongeval met f OEfl by verlies van een hand f QC oW verlies van een f Cfb bil een breuk van bil verlies van *n ongevallen verzekerd voor een der volgenae uitkeeringen verlies van beide armen, belde beenen of beide oogen f doodeiyken afloop f AfVlr»0 een voet of een oog f jf duim of wijsvinger f ot armf anderen vinger ~3I 1 1 '.i=—J- -- -i '■■■i i, een be- personen, welke des avonds laat in café’s en andere in richtingen vertoeven, en wel pl.m. ’S cent na 11 uur en 10 cent na twaalf uur. Hoewel de belasting betrekkeiyk gering is, hebben de hotelhouders, bar-keepers, musici en last not least het uitgaande publiek, zich heftig tegen deze belasting verzet. De gemeenteraad besliste echter, dat het geld uit deze belasting ten goede kwam aan de werkloozen en zag daarom geen reden de be lasting in te trekken. der bandieten hier te wa< Het schip werd geheel geplunderd en wy bic BolVfctRU

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Noord-Hollandsch Dagblad : ons blad | 1934 | | pagina 9