PER VLIEGMACHINE DE WERELD ROND OUDE GENEVER Vrouw in Engeland opgehangen BALANS HET GEHEIM VAN DE 7 WIJZERPLATEN FI.3.6OP. LITER 1 ZATERDAG 29 DECEMBER 1934 t Het doceurtje Ziekenhuis voor visschen Koninklijk schrijfster Een nacht in Beieren Beroemde peetooms T ypisten-unif orm Een geduldswerkje in Borneo Alle abonné’s DOOR AGATHA CHRISTIE Hactstochtelijke actie tot redding De rijkste vrouw van haar tijd? OPSCHORTING WERD GEWEIGERD Geen straf werkt zoozeer op de volksverbeelding in als de doodstraf r*- □- an n< te i AANGIFTE MOET, OP STRAFFE VAN VERLIES VAN ALLE RECHTEN, GESCHIEDEN UITERLIJK DRIE MAAL VIER EN TWINTIG UUR NA HET ONGEVAL if 1111111111111111111111 iiiiniiftwiiiiimii onze voor in ze toe, dat ze er ook zoo over „De i zullen Dat wil zeggen hij DERDE HOOFDhI Uk Hü zweeg. DE MISLUKTE GRAP we het hem (Wordt vervolgd) ■rlga Jtto aag Wü besloten hjer een dag uit te rusten. Daar na vertrokken wü weer ofh na etn vlucht van Oemakkeiyk was dit niet. Met onze messen moesten wl) ons door het oerwoud heenworste- len. Niets wees erop, dat hier menschen waren jestueuze pracht uit. Thans moesten wjj ons oriënteeren, en hierbij de grootste voorzichtig heid In acht nemen. Even voor de daZng had den wij een nederzetting meenen te zien en thans begaven wij ons, zwaar gewapend op weg daarheen. Op het Liitzendorferveld ten Noorden van Weimar heeft men kort geleden de grootste begraafplaats gevonden, die dateert uit het late steenen tijdperk van ongeveer vierduizend jaar geleden. Er zou toentertijd daar een bij zondere locale cultuur hebben gebloeid. In een van de graven trof men een In behoor lijken staat verkeerenden ketting aan, bestaande uit 225 doorboorde hondentanden. Verder heeft m^n een breede bulkversiering gevonden, sa mengesteld uit plus minus 1000 bewerkte mos selschelpen. Geleerden hebben aan dit graf bij zondere aandacht besteed. Men vermoedt, dat de schelp van de parel- mossel, die in Goethe’s tijd nog In de Tim voor kwam, niet een sieraad was, maar vooral een betaalmiddel van groote waarde uit dezen tijd. Het is niet onmogelijk, dat men thans in Wei mar het graf van de rijkste dame uit het stee nen tijdperk gevonden heeft. MARTIN BERDEN (Nadruk verboden) tien te bleef Een horlogemaker te St. Imler (Zwitserland) heeft een beweegbaar model van een draaimolen vervaardigd. HU is twintig jaar hiermede bezig geweest. Het model bestaat uit 1900 onderdee- len, hoewel het slechts 35 cM. in doorsnede is. im lei- /an in ten ■ste Jen ran re naar ls af te leeto nber drag umd :ver- 1934 ft. eh.... wat moet kéren, die er teveel van rood- oen- 'ovln- verse Oo- sven: 1340 ■drag onen r be- per- 857 aand 758. loop agen strie >em- Het parlement van TurkUe overweegt de uit vaardiging van een decreet, krachtens hetwelk alle Turksche typistes verplicht worden uni forme kleedlng te dragen. Men vindt namelUk, dat de typistes zich te frivool kleeden.' Hun nieuwe uniform zou zwart van kleur en van een eenvoudige patroon zijn. De typistes pro testveren tegen de invoering van dezen maat regel. dan van zeggen?” „Lieve hemel,” zei BUI. „Ik zou zeggen....** zoo goed mogelUk in te halen. Maar door het plotselinge gebrek aan lucht ontwaakte de heer uit Berlijn. HU kreeg onmiddellUk twee asthma- aanvallen. HUgend trachtte hü lucht te' krUgen. EindelUk strompelde hü naar het raam, kon in het donker de vensterklink niet vinden, en sloeg na enkele wanhopige pogingen, een ruft in. Weliswaar had hU zUn hand bezeerd, maar de frlssche lucht stelde hem althans in staat de slaap te hervatten. Nu was evenwel de Ingolst&dter weer in nood. HU bleef tengevolge van den kouden lucht stroom den heelen verderen nacht hoesten, en daar de ruit stuk was kon hü het raam ook niet meer sluiten. Toen de asthmaticus den volgenden morgen ontwaakte en de „wakkere” Berljjner een blik op de thans door het ochtendlicht verhel derde kamer wierp, ontdekten belden tot hun ontzetting, dat de Biedermayer-splegel, die tus- schen de twee vensters hing, aan gruzels was geslagen. terwUl beide ramen potdicht waren. •a yr Unheer Chabot laat vragen, of u hem yl vanavond bü het sluiten van de boeken XTXen het tellen van de kas wilt asslstee- ren," zei de jongste bediende van het waren huis „Bromley and White”. Willy Morks, de jonge klerk, keek het jochie l'cos aan en antwoordde kortaf: „In orde.” Dat beleefde verzoek van den hoofdboekhou der was niets anders dan een bedekt bevel. Er was geen ontkomen aan. En dat, terwUl hü Juist dezen avond met zün meisje had afge sproken de nieuwe revue te gaan zien. HU spoedde zich naar het privékantoor, om zoo vlug mogelijk klaar te zUn. MUnheer Chabot zat met een dik boek voor zich en Jack Drummond, de jongste bediende, was bezig de verschillende muntsoorten op volgorde te leggen. De boekhouder knikte tevreden en sprak: Morks, als we een beetje geluk hebben, kunnen we om zeven uur weg Zün. De ander knikte en begon aanstonds het geld tellen. Het viel tegen. Er was veel kleln-geld bU en dat hield langer op dan Willy gehoopt bad. Toen hu met tellen gereed was en op de klok keek, was het al’ vUf minuten voor zeven. Welnu? vroeg Chabot, toen hü zag dat B°0T.fn RECOPJ Generaal ven Epp, de Rijksstadhouder voor Beieren, is peet geworden van den negenden zoon in een boerengezfh. President von Hindenburg werd peet van den zevenden zoon in 1?32, Hitler van den acht sten in 1933 en nu generaal Von Epp van den negenden. „Twaalf uur,” zei Soeks wanhopig. De grap als grap was niet erg goed afge- loopen. De wekkers daarentegen hadden hun rol In een herberg te Rosenheim (Beieren) moes ten dezer dagen bü gebrek aan kamers twee heeren in één vertrek slapen. De eene was uit BerlUn, de andere kwam uit Ingolstadt. De heer uit BerlUn zocht het eerst zün bed op en liet daarbU de twee vensters wUd open staan. Na eenlgen tUd verscheen zijn kamer genoot, sloot de belde ramen en wilde gaan slapen. Daarop zei de heer uit BerlUn: „Neem me niet kwalijk, maar ik kan niet met alle ra men dicht slapen. Ik ben asthmalUder.” De heer uit Ingolstadt antwoordde: hoeft zich niet te verontschuldigen, maar ik kan nu Juist met open raam niet slapen, want ik hoest en kan geen tocht verdragen.” Na veel heen en weer gepraat sloot men een compromis: van de twee openslaande vensters zou men één der vleugels op een kier zetten. Toen dit gebeurd was, viel de asthmalUder on middellUk in tevreden slaap. Maar de gevoelige Ingolst&dter bespeurde duldelük den kouden luchtstroom. Ondanks het dikke veerenbed begon hU te hoesten. ZUn buurman in het andere bed Het zich daardoor niet storen. Tenslotte stond de Ingolst&dter op en sloot teneinde raad het venster. HU sluimerde daarna in om de verloren uren vele uren te landen in Sandakan in Britsch- Bomeo, vanwaar wü den volgenden dag koers zetten met bestemming naar Bandje rmasin aan Borneo's Zuidkust. Gebrek aan benzine noodzaakte ons echter om een noodlanding te maken aan de groote Dajakrlvier in de Da jak- landen. We landden in een uitgedroogde bedding van ‘een der vele beken, die naar de rivier leidden. Rondom strekte het oerwoud zich in zün ma- leder praat nu van balansen En van jaarlijksch overzicht. Daar een beetje nabetrachting In den aard der menschen ligt! Dus men ziet uit statistieken Hoe de markt het wilde doen In de thee, de suiker, rubber Koffie, koper en katoen! Orfic de Beurs wordt niet verg et f En men ziet nu een graphiek Hoe de koersen zich bewogen In de lijnen der..... tragiek! En van zelf, de eigen zaken, ’t Zij dan goed of niet gelukt. Moeten in een credit-cijfer Of een debet uitgedrukt! Maar van heel de serie cijfers Wint de nul het bovenal, óf zij tempert onze vreugde óf zij schept een..... groot getal! Doch ten slotte, ook al weet je Hoe het met de zaken staat, Wat voorbij is heet verleden En dus helpt geen raad of daad! Operf dus een nieuwe reek’ning En het beste wat je doet: Plaats daarop dan maar als goodwill Weer een groote dosis moed! Dat veg JU altüd. En ik probeer het toch zoo goed." v „Dat doet ze zeker,” zei Gerald Wade sotto voce. „Ze zoekt geen voorwendsels. Ze zou haar hoofd op je schouder leggen, als ze op geen andere manier kans zag in je kaarten te kUken." „Ik weet, dat je het probeert," zei sir Oswald. „Het komt gewoon, omdat Je geen aanleg voor het kaartspel hebt.” „Dat weet ik, lieve,” zef lady Coote. „Dat zeg JU altijd. En ik krUg nog tien shilling van je Oswald.” „Heusch?” Sir Oswald leek verbaasd. „Ja. Vijfhonderd zestig punten: acht pond tien shilling. Je hebt me maar acht pond ge geven.” „Lieve hemel," zei sir Oswald, „dan heb ik me vergist." Lady Coote lachte hem tragisch toe en nam het bankbiljet van tien shilling op. Ze hield veel van haar man, maar ze was niet voor nemens zich voor tien shilling door hem te kort te laten doen. Sis Oswald ging naar een zütafeltje en be diende zich royaal van whisky en soda. Het was half twaalf toen allen naar bed gingen. gegaan. Na eenige dagen zwaren arbeid, waar bij' wU eetbare vruchten, wat boscHhoenders en ander wild ontdekten, die ons voedsel voldoende verschaften, stond op zekeren dag een gewapen de Dajakker voor ons. De man wierp onmid dellUk zün wapens weg en toonde aldus zün vreedzame bedoeling. HU sprak eenlg Neder- landsch en bood ons aan als gids te dienen op onzen tocht naar de nederzetlng, hetgeen wU gaarne aanvaardden. Te Toronto in Canada bestaat een visschen- kllnlek, waar alle ziskten vanaf een ontsteking aan de Oogen tot tuberculose toe behandeld worden. Iedere ongestelde visch heeft zün eigen ziekbed, dat een aquarium is. Daar boven hangt, geluk bU gewone klinieken het geval is, een kaart, waarop aard en verloop van de ziekte beschreven staan. Het dieet der zieke visschen is van het groot ste belang en varieert, naar gelang van den aard van de ziekte tusschen brood, eieren, kalfs lever en gedroogde garnalen. Röntgenfotografie en kunstmatige hoogtezon worden in deze kli nieken eveneens toegepast, terwUl, indien noo- alg, ook operatief wordt ingegrepen. paten we later nog wel eens over. Over een jaar of tien büvoorbeeld. Sluit de boeken maar al op het bedrag, zonder die tien pond sterling, ole er te veel zün. MUnheer White en ik heb ben die tien pond er eergisteren zelf bügelegd, cm Je zenuwen te sparen. begrUp Je?We heb ben het stilletjes In de brandkast gelegd. Ohhh.... zuchtte de ander met een kleur van opwinding. En.... eh, er met die tien pond gel zijn? Chabot, zei White vrlendelUk, je bent een man, die een beloonlng waard is, en münheer Morks niet minder. Jullie hebt beiden een paar onplezierige uurtjes beleefd en daarvoor komt jullie wel een kleine schadeloosstelling toe. HU nam tien biljetten van een pond sterling van de tafel en legde er vUf voor den boekhouder neer en de andere vUf stopte hü Morks in dc hand. Ziezoo, zei hU lachend, nu zUn die over complete tien pond ook verrekend en nu klopt de zaak, nietwaar? Maar.... stotterden beiden tegelUk. Niets te maren.... viel Bromley hen in de rede. Jullie hebt dat bagatel dubbel en dwars verdiend. Beschouw het dus maar als een Nieuwjaarsfooi. zien en kreeg geen legenheid de erbU Er vervuld. ZU waren afgeloopen met een vurig heid en een élan, die moeilUk overtroffen kon den worden. Ronny Devereux was er door? uit bed gesprongen met een verward idee, dat de laatste oordeelslag daar was. Als dit de uit werking was in de kamer ernaast wat moet het er dan vlakbU wel niet geweest zUn? Ronny snelde de gang op en legde zün oor aan de spleet van de deur. HU „Wacht tot hü naar bed gegaan en Ingeela- pen IS. Ga dan heel stil zUn kamer binnen en zet de wekkers op den vloer.” kleine Pongo heeft weer gelUk,” zei Jimmy. „Als er één gezegd wordt, zetten^-WÉ’ allen de wekkers neer en dan beneden gaan om de verdenking van wenden.” Beneden waren ze nog aan het bridgen met een kleine wUzigfng. Sir Oswald speelde nu met zün vrouw en legde haar gewetensvol de fouten uit die ze had gemaakt in den loop van ieder spelletje. Lady Coote ontving de berispingen zonder een oogenbllk haar buitengewoon goed humeur te verliezen en met een totaal gebrek aan eenige werkelUke belangstelling. ZU herhaalde niet eens, maar vele 'malen: „Juist, lieve, ik begrUp het. Het is aardig van je het me te zeggen." En ze ging door met juist dezelfde feuten te maken. Nu en dan zei Gerald Wade tegen Pongo: „Goed gespeeld, partner, heel goed gespeeld.” Billy Eversleigh zat te rekenen met Ronny Devereux. „Laten we aannemen, dat hU ongeveer twaalf uur naar bed gaat, op hoeveel tüd moeten we dan rekenen, ongeveer een uur?” HU geeuwde. „Vreemd om drie uur 's nachts, zeg tk gewoonUJk „wel te rusten” maar vanavond Juist omdat we een tUdje op moeten blijven, zou tk er alles voor over hebben een moedersjongetje te zün en direct naar kool te gaan.” De verwachting, spoedig onze familieleden weer terug te zien, maakte den tocht zeer aan- trekkelUk, en ook het "weder werkte daartoe mee. Na een tocht van eenige uren zagen wü de hoofdstad der PhillppUnen, Manilla ons opdoemen en weldra stond het toestel weer veilig op den grond. op dit blad rijn ingevolge de verzeketingsvoorwaarden tegen f fjflfbfb t>U levenslange geheele ongeschiktheid t »t werken door f bij een ongeval met f OCfl bU verlies van een hand f 1 OC OU verlies van een f Cfl bU een breuk van f Aft bü verlies van *B ongevallen verzekerd voor een der volgende ultkeerlngen f w verliss van belde armen, belde beenen of belde oogen «z(/«** doodelUken afloop f een voet of een oog luim of wijsvinger «zv«**been df arm J anderen vinger lederen dag trekt de Konlngin-Moeder Maria van Roemenië zich enkele uren in een rustige kamer '■van het Dedinje-Palels te Bel grado terug, om aan 'haar vierde boek te ar beiden. Koningin Maria verbluft Ihier sedert de be grafenis van den vermoorden koning Alexan der, teneinde haar dochter, de Konlngin- Weduwe van Joegoslavië, wier gezondheids toestand verre van goed is, «gezelschap te houden. Het. grootste gedeelte van den dag is de Konlngin-Moeder bU haar dochter, doch enkele uren wUdt zU aan haar litterairen arbeid. Koningin Maria zal in haar boek nog nim mer gepubliceerde bUzonderheden vertellen van de Vredesconferentie te Versailles, waarbU zU ?elf een niet geringe rol heeft gespeeld Te vens zal zU haar eigen levensgeschiedenis bU- werken tot het tUdstlp van den dood van haar gemaal. Koning Ferdinand. Morks een streep onder het lijstje’ zette. I Zevenduizend honderdtwlntlg porie! en tien •■■■hilling, zei de klerk zonder aarzelen. De boekhouder keek hem even aan en con troleerde toen zUn boek. Heb Je wel goed geteld. Morks? Volgens de boeken moet er zevenduizend honderd en tien pond zUn. Er is dus tien pond en tien shilling teveel. Tel het nog maar even over. Even....? zei de teleurgestelde Jongeman sarcastisch. Dat duurt op z’n minst weer een uur. En in zichzelf mompelde hU: Achtf uur begint de revue en Lenl zal woedend zUn als ik niet op tUd ben. Dadehjk begon hij opnieuw net geld te teilen. Het ging nu een beetje vlug ger en precies om half acht was hU voor de tweede maal gereed, met precies dezelfde uit komst. De fout moest dus in de boeken zitten. MUnheer Chabot, die eveneens de boeken nog eens nazag, sloeg eensklaps met de vuist op de tafel, zoodat de geldstukken bU Willy door elkaar rolden. Drommels, riep hU woedend, dat ik zoo dem kan zUn. Ik begin oud te worden, Morks. Weet je dat nu pas? prevelde de ander binnensmonds Zei je wat. Morks? Ik zei dat u er nog erg jong uitziet, mUn heer. Maar heeft u de fout gevonden? Ik heb tien shilling over het hoofd gezien, Morks. sprak Chabot. Het verschil is dus nog tien pond. Tel het nog maar eens over. De jongeman gromde iets, keek even op de k’ok en begon ten derde male te tellen. Als dat zoo doorging, dan zou de heele avond in duigen vallen, dacht hU. en de Jongste bediende keek nem even zwUgend aan. Niets werd gehoord dan het rinkelen van de goud- en zilverstukken en het ritselen van het bankpapier. Wist hu maar iets te bedenken. Plotseling overtoog een kleur zUn gelaat. HU had het gevonden. Het verschil was precies tien pond sterling. Er was tien pond te veel. Wat was eenvoudiger dan ern tlenpondsbiljet te verdonkeremanen en het er morgen weer bU te leggen? Even keek hU naar zUn chef, toen naar den jongste bediende, die het evenmin mocht zien, ris hU een briefje in zUn zak liet glUden. Het tceval kwam hem te hulp. Er vielen enkele muntstukjes op den grond en Drummond bukte z!ch, om het geld op te rapen. Van dit oogen- tllk maakte hU gebruik snel een biljet in zUn zrk te steken en toen hU gereed was met tellen, riep hU opgewekt: lis in orde, mUnheer. We hadden ver keerd geteld. Er is precies zevenduizend hon derd en tien pond en tien shilling. Chabot stampte van woede op den grond. In orde?.... in orde?.... Hoe kom Je erbU? Dat is het toppunt, eerst hebben we tien pond te veel en nu hebben we tien pond te weinig, want ik zie hier juist dat er *n bedrag van tien pond staat °P de rekening van Thomsen, dat Allen ga’ dachten, „Mijn beste Maria." verhief zich de stem van j/ti Oswald lichtelUk geïrriteerd. „Nu heb ik je al zoo dikwUls gezegd, dat je niet moet aarze len, wanneer je niet weet of je moet '.snUden' of niet. De heele tafel kan daaruit opmaken, welke kaarten Je hebt.” Lady Coote zou hem heel goed van antwoord hebben kunnen dienen, dow hem te zeggen, dat, daar sir Oswald de „blinde" was, hU geen recht had op haar spel aanmerking te maken. Maar ze deed het niet. In plaats daarvan glimlachte ze vrlendelUk, boog zich ver over de tafel en keek flinkweg in Gerald Wade's kaarten, die rechts van haar zat. Toen ze die vrouw bemerkte, was ze weer ge rust, ze speelde den boer, nam den slag op en legde haar kaarten neer. „Vier slagen en den robber.” kondigde ze aan ,Jk geloof, dat het een geluk Ik geweest, dat ik vier slagen gehaald heb.” „Geluk,” mompelde Gerald Wade. terwUl hU zUn stoel achteruit schoof en zich bU de anderen aan den haard voegde. ..Dat noemt ze geluk.-Dfe vrouw moet in de gaten gehouden worden.” Lady Coote raapte haar bankbiljet en het zilvergeld op. „Ik weet, dat ik geen goede xaartspeelster ben,” deelde ze op triesten toon, die echter niet geheel vrU was van eenfg plelzier. mede .Maar ik heb^ altUd erg veel geluk in het spel." ,Je zult nooit een echte brtdge-speelster wor den." zef sir Oswald „Neen lieve," zei lady Ooote. „Dat weet ik. De misdaad, door Mrs. Major begaan, was monsterachtig. Desondanks werd er een bUna hartstochte- lUke actie gevoerd om haar van de galg te red den. Niemand zal haar dood gewenscht hebben dit spreekt vanzelf, maar hoe was die paniek te verklaren onder bet volk dat aan den anderen kant toch zeer goed wist, dat zU volgens de Engelsche wet dubbel en dwars den dood ver diend had? De paniek was hierdoor te verklaren dat geen straf zoozeer op de volksverbeelding invferkt als de doodstraf. Zoo vaak een doodvonnis vol trokken wordt, komt het publiek diep onder den indruk van het ontzagwekkende eener strafwet, welker uiterste attribuut de galg is. Zelfs de shilling boete waartoe men wegens et., kleine overtreding eens veroordeeld is ge worden, krUgt een heel andere beteekenls, wan neer men zich ervan bewust wordt dat diezelf de wet ook de doodstraf kent. Vandaar die al gemeens ontroering zoo vaak die wet zich in al haar strengheid doet gelden; vandaar ook dat bUna vreesachtige verlangen naar opschorting of genade voor ter-dood-veroordeelden. Het Home Office heeft opschorting geweigerd ▼an het over Mrs. Major uitgesproken dood vonnis. Deze vrouw* was schuldig bevonden aan moord op haar man. ZU woonde in het gehucht Kirkby-on-Bain, nabU het marktstadje Homcastle, in Lin colnshire. ZU zat in de „condemnedcell” de cel der ter-dood-veroor<jeelden te Huil. De te elfder ure aangewende pogingen om haar van de galg te redden, zUn vruchteloos gebleven. De vrouw is opgehangen. De laatste vrouw voor haar, die dit vreeselUke lot onderging, was Mrs. Calvert, die in 1926 we gens moord op een weduwe te Leeds opgehangen werd in de Strangeways-gevangenis te Man chester. K Gedurende haar laatste dagen was te Horn- castle en in de andere dorpen en gehuchten van *t district druk gewerkt om opschorting van het vonnis te verkrijgen. Tal van inwoners waren met petltlfes van huis tot huis, en van hoeve tot hoeve gegaan. Oók te HuU was een petitie gecir culeerd en geteekend geworden. Men zegt, dat de beide documenten het Home .Office eerst bereikten, nad$t het besluit, geen opschorting te verleenen, genomen was. Ook zou de minis ter onder den Indruk verkeerd hebben dat de openbare meenlng in dit geval geen opschor ting wenschte. Beweerd Wordt dat slechts het rijfde deel van de bewoners van het gehucht Kirkby ertoe te bewegen geweest is een petitie te onderteeke- nen. Van andere zUde daarentegen wordt vcj- gehouden dat zoowel in het gehucht als in het heel district de bevolking vurig hoopte dat het vonnis opgeschort zou worden, en dat in koorts- achtlgen Uver gewerkt is geworden, ten einde dit doel te bereiken. Eén ding schUnt vast te staan: Mrs. Major, die beschuldigd werd van, en ten slotte veroor deeld werd wegens een afschuwelUken moord, vond weinig sympathie en nog minder verdedi gers. Maar naarmate de dag der terechtstelling naderde, kwam er een wUzlging l^de gevoelens. Het volk bleef gelooven in haar schuld; ver zachtende omstandigheden waren er niet. Maar daar was Tom Brown, de oude vader van Mrs. Major, die in zUn klein <boschwachtershulsje te Roughtln (een gehucht in hetzelfde district) dagen van doodsangst doorbracht met zUn 15- jarigen kleinzoon, en met zUn kleindochter Auriol, die zelf een baby heeft. Want de ver oordeelde vrouw was grootmoeder. Men kende de omstandigheden reeds lang. Een leder in het district wist dat Mrs. Brown, wanneer zU ter dood g'bracht werd, een onver zorgde dochter-moeder met haar baby, en een halfwassen jongen moest overlaten aan de zorgen van haar vader, een doodarmen grijs aard. Maar eerst in de laatste dagen drong het teri volle tot de menschen door hoe vreesehjk de toestand was van de veroordeelde en van haar verwanten. Die toestand zou ternauwernood be ter worden Indien het vonnis opgeschort werd, en Mrs. Major dus niet uit de gevangenis zou komen vóór haar kleinkind volwassen was ge worden. Maar hieraan dacht men niet. Nu de uitvoe ring van 't vonnis nog maar 'n kwestie van da gen was, werd *t publiek nog slechts beheerscht dooreen gevoel van ontzetting. Een vrouw zou gehangen worden! Elk doodvonnis brengt onder duizenden menschen geweldige beroe ring te weeg. Maar nu gold hit een vrouw. ZU mocht een misdadigster, een slecht mensch zUn, maar toch.... een vrouw. Ter dood veroordeelde vrouwen krUgen Engeland bUna steeds opschorting, maar aan gezien de wet haar niet van de doodstraf vrij stelt, kan en mag opschorting geen regel wor den. niet in het grootboek te genoteerd. Drommels nog toe, Morks.... overtellen. De jongeman wilde een hatelijkheid zeggen, maar gelukkig bedacht hü zich bijtijds. Er bleet niets anders over dan het biljet er maar weer bü te leggen. Dan klopte de kas tenminste en kon hü weggaan. Maar de eene teleurstelling volgde op de andere. Juist toen Willy het bil jetje sülletje te voorschün wildé halen, werd de deur geopend en de directeur van het waren huis, mUnheer Bromley, kwam binnen. Hü bleef bü het tellen van Morks toe- deze ge- meer pond i doen. dus tien pond te weinig en slotte sprak hü: Ik kan geen andere uitkomst krijgen, mijn heer Zevenduizend honderd en tien pond en tien 'shilling. De directeur wendde zich tot den hoofdboek houder met de vraag: Wat is er aan de hand, Chabot? Kan je c*e kas niet kloppend krUgen? De boekhouder mompelde iets van toovenarij n toen hü aan Bromley verteld had wat er aan de hand was. glimlachte deze en klopte hem op den schouder: Schel er dan voor vandaag maar uit, Cha- tot. Het is oudejaarsavond en je vrouw en kin deren zitten natuurlük met oliebollen op vader te wachten. En Morks zal zeker ook wel naar zün meisje verlangen, is het niet, Morks? De Jongeman wilde zün patroon wel omhel zen en hü beaamde onmiddellUk de woorden van Bromley. Hü legde het geld in de brand kast en terwü! de directeur met Chabot stond te praten, zag hü even kans het tlenpondsbil jet bü, de andere te leggen. Met een verlicht gemoed verliet hü het kantoor een kwartier te laat en juist toen* hü met zün aanstaande den schouwburg betrad, werd het scherm voor het eerst gehaald. Ze waren dus nog niet te laat. Den dag na Nieuwjaar zou het lieve leven opnieuw beginnen, want dan moest alles op nieuw te voorschün gehaald worden. Maar het was in orde, want Willy had het. briefje er weer bü gelegd, dus het klopte natuuriük. Chabot zat ever de boeken gebogen en toen Morks het geld uit de brandkast gehaald had, zei de boek houder: Nu goed tellen. Morks. We hebben tüd genoeg, doe dus maar kalm aan. Na verloop van een half uur keek Chabot op en keek in het verbaasde gelaat van den klerk. Wat is er? vroeg hü. Wat is er?.... stamelde de jongeman ver legen. Ik weet zeker dat ik goed geteld heb en nu is er weer tien pond teveel in kas. Wel allemachies, riep Chabot ongeloovlg, spookt het hier soms? Hoe kan dat nu? Óver- tellen, Morks. Of, wacht eens. Laat mü de kas maar eens tellen en controleer JU de boeken. Na een poosje vroeg hü: Wel.... hoeveel? Zevenduizend honderdtwlntlg pond en tien shilling, antwoordde Willy kalm. Juist.... en ik tel zevenduizend honderd- dertig pond en tien shilling. Hoe kan dat nu? Morks haalde de schouders op. Ik weet het niet, mUnheer. en ironisch voegde hü erbü: Het beste is, dat we nog eens overtellen. MUnheer Chabot keek zün ondergeschikte op lettend aan, of hü die woorden wel meende, r maar hü had geen gelegenheid er verder over.n na te denken, want de deur van het kantoor ging open en beide compagnons kwamen bin nen. Wel, Chabot? vroeg Bromley, hoe staat het ermee? De boekhouder liet zich in zün stoel vallen en legde het hoofd in de handen, toen stotter de hü: Ik zie mü genoodzaakt, mUnheer, mün ontslag aan te vragen. Ik word te oud voor dit werk. Mün oogen worden slecht en ik kan niet meer tellen ook. Nu is er weer tien pond te veel. De beide firmanten keken elkander lachend aan. Qan zou ik verder maar geen moeite doen, Chabot, zei Bromley. En van dat ontslag daar 4 „Ik vraag me af of dat zoo is,” zei Jimmy Thesiger „Wat soo is?” „Of hü wel zoo'n groote ezel is, als wü alle maal denken." Ronny staarde hem verbaasd aan. „Jlmmy," zei hü. „JU hebt hersens." ^Zoo," zel Jimmy. „Ik heb wel eens ged«nt dat, nou ja, dat het niet mogerijk ts. dat iemand zoo'n ezel is als Gerry zich voordoet.” Nu keken ze allen verbaasd en verwonderd naar hem. Er was een ernstige trek op Ronny's gezicht. „Jtaiïny,” zei hü. JU hebt hersens." „Een tweede Pongo," moedigde Bill aan. „Och, het kwam zoo maar in me op," ver dedigde Jlmmy rich. ,Jië, laten we’ nu piet allemaal zoo subtiel zün.” riep Soeks. „Wat moeten we met die wek kers doen?" ,,Her is Pongo al weer. Laten Vragen," stelde Jlmmy voor. Pongo aangespoord om aan deze zaak zün groot verstand te wjjden, gaf zün beslissing. dat hü ons maar wil beetnemen. Natuurrijk is hü wakker geworden. Maar hü wfl zeker over ons triomfeeren door te doen alsof hü niets hoorde." Iedereen keek Soeks aan met eerbied en be wondering. ,Dat is een oplossing,” rei Bril. is subtiel, hoor!” rei Soeks. „Je zult zien, dat hü extra laat aan het ontbüt rel komen vanmorgen alleen maar om ons te plagen En daar de klok nu al eenige minuten over twaalf wees, dacht men algemeen, dat Soeks' idee het juiste was. Slechts Ronny Devereux maakte bezwaren. .Jullie vergeten, dat ik aan de deur stond toen de eerste afliep. Wat Gerry later ook doen wou, de eerste moet hem toch verrast hebben. Hü zou toen wel iets hebben laten merken. Waar heb je hem gezet Pongo?” „Op een tafeltje dicht bü zün oor," zei mUn heer Bateman. „Dat was goed van je bedacht Pongo,” rei Ronny. jZeg me nu eens,” wendde hü rich tot Bill, „als er om zeven uur 's morgens een reuzengroote klok begon te lulden en een paar centimeters afstand van je oor wat zou je daar tge- iten en lam. te sren liet. verwachtte vloeken, verwachtte die met schrandere intuïtie en vol vertrouwen. Maar hij hoorde heelemaal niets. hoorde niets van hetgeen hü verwacht had. De wekkers echter hoorde hü wel. ze tikten op een arrogante, harde tergende manier. En dan liep er weer een af die belde met een scherp, oor- verdoovend geluld, dat zelfs een doove zeer geïrriteerd zou hebben. Er was geen twüfel aan, de wekkers hadden hun aandeel getrouw vervuld. ZU deden alles zelfs meer dan mUnheer Margatroyd van hen beloofd had. Schünbaar echter hadden ze hun man gevonden in Gerald Wade. Het syndicaat vertoode neiging tot vertwüfellng. „Het is onmenschelük zoo’n kerel,” mopperde Jimmy Thesiger. „Hu dacht waarschünlük. dat hü de telefoon hoorde, draalde zfch om sliep weer in.” ver onderstelde Helen (of misschien Nancy). „Het rijkt mü erg eigenaardig,” sei Rupert Bateman ernstig. „Ik vtnd, dat bü er voor naar den dokter moet gaan ..Een ziekte van het trommelvlies," veronder stelde BUI hoopvol. „Nu. als je mü vraagt,” rel Soeks. Jk denk. «haüwHG

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Noord-Hollandsch Dagblad : ons blad | 1934 | | pagina 13