dcn dag <Kdc&Aaal aan I s DE ENGELSCHE KAPERS Nederland-België Einde der Saar- besprekingen HET GEHEIM VAN DE 7 WIJZERPLATEN INBRAAK IN SA CRISTIE BIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIUIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIM DONDERDAG 7 FEBRUARI 1935 Geen gunstig verloop BEGROOTING VAN KOLONIËN 'AL 1 el- De gezonken Orania Waarom de kapitein terugkwam V DOOR AGATHA CHRISTIE De moordaanslag te Bleriék De mijnen en spoorwegen zonden 1 Maart aan Duitsch land overgaan Het steenkolenvraagstuk nog steeds het struikelblok Tegen O. S.P.-raad slid een maand gevangenisstraf geëischt I Het geluk van Arthur Pendennis I Geen audiëntie Verdeling van de kotten der vloot Regeling van^iet grens verkeer s. seint ons. a Verdachte te Beek aangehouden ver- ?n Hl) zou het twee keer kunnen gewoonlijk uitstekend,’* zei sir als de >7 plaats Het lijkt k bleef hl) in het huta." sn an BAZEL, Febr. Aan het «lot ran de sedert 24 Januari 1935 tuaschen vertegen woordigers van de Dultsche en de Fransche regeering en de regeeringscommlsaie van het Saargebied geroerde onderhandellngen is hedenmiddag een officieel communiqué uit gegeven, dat als volgt luidt: id- ip- De gemeentepolitie te Beek (L.) heeft Woens dag J. O. gearresteerd, die verdacht wordt van het plegen van den moordaanslag in het woon wagenkamp te Blerick. on tegen we heb- en srs it- e- tl. s i t, kn orden van FEU (isten 78) O), or: sen wa ters rofs ties its- 5 igger Cal- Jax- van uit i een leer en elers acht nld- en oei te de ven- i de bij- fier- zjjn gaf. i hij ."2 0<* i de lave igen spel En— sen. :hot OP het te gaan. Z’n boek kon niet verkocht worden. HU ging het warenhuis nu aan de overzij - de voorbij, bang als hU was. dat de eigenaar hem Moeilijkheden bij de handels- besprekingen met Roemenië Ongepaste vraag Op een vraag van de verdedigster geeft getui ge toe, dat Mr. Stokvis direct den Zondag vóór wie uitzetting bezwaar daartegen had gemaakt en op ^t gevaar voor de vier jonge mannen had gewezen. Verdachte merkt op, dat dit van belang is. omdat nu het onware van de mededeellng van ten po- :en pns De ns, eid Vz* sp er en, de 7e- ü- in el ms en n- sn, let In verband met den terugkeer van den gezag voerder van het in de Portugeesche haven Leixoes gezonken mailschip „Orania” deelt de directie van den Koninklijken Hollandschen Uoyd ons mede, dat deze terugkeer op haar verzoek is geschied. Hoewel te Leixoes de moge lijkheid kan zUn besproken, dat men zou trach ten den commandant van het gezonken stoom schip aldaar vast te houden totdat de kwestie van de berging definitief is geregeld, is van een bedreiging in dezen geest van de zijde der Por tugeesche autoriteiten geen sprake geweest. Ook is de terugroeping van den kapitein en de of ficieren door den K. H. L. niet om deze reden geschied. De commandant en de officieren van de „Ora nia”, die te Leixoes verblUf hielden, zijn terug gekomen naar Nederland, omdat de besprekin gen met de haven-autorlteiten en de bergings- maatschappUen geen nieuwe gezichtspunten meer opleverden. Daar de „Orania” door den Koninklijken Hollandschen Lloyd reeds is ge abandonneerd, was de tegenwoordigheid van den kapitein te Leixoes niet langer noodzakelijk. Bovendien bood de terugkeer van de ..Zeelan- dla” naar Amsterdam voorloopig een laatste goede gelegenheid voor een gemakkelUken over tocht naar Amsterdam, zoodat het gewenscht was den kapitein en de officieren van de „Ora nia” met de „Zeelandla” te doen terugkeeren. Wij vernemen verder, dat ook de vertegen woordiger van de Londensche assuradeuren thans naar Engeland is teruggekeerd. De kwestie van de berging van de „Orania” is echter nog niet geregeld. Bij het klooster der Eerw. Zusters Fran ciscanessen te Beek vroeg Woensdagmorgen eer. verdacht uitziend persoon om een aalmoes. Daar zich voor deze aalmoezen, die op zekere tijden worden uitgereikt, meer dan eens personen van slechte reputatie aanmelden, houdt de politie hier meestal een oogje in het zeil. En ditmaal heeft men een goede vangst gedaan door de aanhouding van dezen man, J. G. die naar het politiebureau werd overgebracht. Toen het bleek, dat G die naar schatting 40 Jaar oud is. zonder nationaliteit is van origine is hU vermoedelük een Belg is de man op tran sport ’gesteld naar de kazerne van de militaire politietroepen te Sittard. Daar is met vrl) groote zekerheid komen vast te staan, dat men hier te doen had met den- gene, die Dinsdagmorgen in het woonwagen-* kamp te Blerick een moordaanslag heeft ge pleegd op den woonwagenbewoner G. P„ wiens toestand nog onveranderd ernstig is. Het signalement van den verdachte, dat door den brigadecommandant te Venlo aan Sittard was verstrekt, klopte nauwkeurig met dat van den aangehoudene. Deze heeft nog niet bekend, doch wel heeft hij toegegeven dat zich buiten gewone dingen in het woonwagenkamp hebben voorgedaan. In den middag is de verdachte naar Venlo overgebracht, waar hij is voorgeleid vöor den brigadecorpmandant. Heden zou de confrontatie met den getroffene plaats vinden. Omtrent de oorzaak van den twist in het woonkagenkamp wordt nog gemeld dat J. G. in het kamp ongeoorloofde betrekkingen onder hield. ,,Die gewond was en alles zoo vreeselijk, maar zoo opwindend. Eerst toen mijnheer Bate man me vroeg waar sir Oswald was, herinnerde ik me. dat hjj een half uur te voren uitgegaan was voor een wandeling.” „Zeker last van slapeloosheid, sir Oswald?" „Ik slaap 2. Oswald, „maar ik moet bekennen, dat ik me gisteren ongewoon onrustig gevoelde. Ik dacht dat de nachtlucht me goed zou doen „U kwaamt door de glazen deur naar bulten, is het niet?” Was het verbeelding of aarzelde sir Oswald alvorens te antwoorden? De Officier van Justitie, mr. Wassenbergh requlreerde tegen van P.. na verder getui genverhoor, wegens beleediging van oen bur gemeester, een gevangenisstraf van één maand. i tegen E1 *7^0 b^ levenslange geheele ongeschiktheid tot werken door TT bij een ongeval met E* OEA bij verlies van een hann 'ringen verlies van belde armen, beide beenen of belde oogen F OVzo™ doodelljken afloop uUVs* een voet of een oog MLE RECHTEN, GESCHIEDEN UITERLIJK DRIE MAAL VIER EN TWINTIG UUR NA HET ONGEVAL „Loop naar den drommel met je goed boek!" riep de chauffeur, die z’n motor al had aange- jonge A T T TT A IJ ïT op dlt blad zl^n nigevolge de verzekerlngsvoorwaa(<f Ml sl «F» /ADV/l 1 1 X Lj tJ ongevallen verzekerd voor een der volgende uita AANGIFTE MOET, OP STRAFFE VAN VERLIES VA zet. in de hoop een klant te krijgen. „Nu. mU ook goed,” antwoordde de schrijver. HU ging langs het Disraëll-statlon efi peinsde er over, hoe moeilijk het was, een boek zelfs voor niets kwUt te raken. Dat men het niet kocht, begreep hl) niet. BU een drukkerij stond een man tegen den mum* geleend. blUkbaar te wachten op het ver schijnen van de laatste editie van de krant, want in z’n nabijheid stond een bakfiets. „Zoudt u een boek van mij willen hebben?* vroeg hij vriéndelijk. „Loop rond met je boek, man! Als je het zoo Wederom diende Woensdag voor de A’dam- damsche Rechtbank een strafzaak waarin de Larensche burgemeester als beleedlgde partij voor het getuigenhekje verschijnt. Thans is het een zijner raadsleden, de O. 8. P.-er P. van P„ die in het bankje der beklaag den plaats nam. De aanleiding was gelegen in het over de Duit- sche grens zetten van vier Duitschers, die een conferentie te Laren bezochten en op bevel van burgemeester Van Nispen van Sevenaer werden uitgeleid. Den verdachte is ten laste gelegd, dat hij tal van beleedlgende uitdrukkingen heeft gebezigd tijdens de openbare raadsvergadering, sprekende over de uitzetting van de vier Duitschers, ’’welk onderwerp toen niet aan de orde was”. Verdachte werd verdedigd door mevr. Mr. De RuyterDe Zeeuw Als eerste getuige wordt de beleedlgde burge meester gehoord. Van de raadzitting is een ste nografisch verslag gemaakt. Na de eerste uitla ting van Van P. heeft de burgemeester voorge steld het raadslid Van P. te schorsen, de raad besliste dienovereenkomstig. druk had als ik, zou je ook geen tUd hebben boeken te lezen!” klonk het antwoord. HU gaf het nu op en besloot naar z’n kamer --e»»-, iHiiiiiiiiiliiiiiuiiitiiiiiiiiiuimwnmu misschien met zijn eigen boek in de hand voor bij zou zien gaan. Een vrouw, met een kind op den arm. verliet juist het warenhuis. Hjj had haar zooeven in de boekenafdeellng gezien, waar zij in een boek bladerde met den titel: „Honderd smakelijke recepten voor de huisvrouw.” Die vrouw zag er wel naar uit dat zij een mooi gebonden boek zou accepteeren. Oogenbllkkelijk liep hU haar achterna en vroeg: ..Mevrouw, mag ik u mis schien gratis een boek geven?” De vrouw stond stil en keek den jongeling vragend aan. „Geeft u een boek weg?” vroeg ze verwonderd. „Ja, mevrouw.” „Maar, dat moet u niet doen. Als het een goed boek is, moet u het zelf houden. Boeken zUn er voor om verkocht te worden.” „Ja, sommige boeken ten minste wel," ant woordde Arthur ontstemd. „Maar misschien hebt u dit boek zelf geschre ven?” vroeg ze, terwijl ze het kind even op den grond zette. „JaInderdaad mevrouw, en X Is een heel goed boek, heeft men mij gezegd." „Maar dan moet U het heelemaal niet weg geven. We zullen het meenemen naar den winkel van mijnheer Lancey. Die zal het wel voor u verkoopen." De jonge man lachte spottend. „Het ligt daar al een maand te koop; maar niemand heeft er nog een gekocht.” „O. maar dan zal ik eens wat Op het titelblad schrijven. dan zult u zien, dat de menschen wel koopen. Gaat u maar even mee.” bedoel niet op die manier ónmogelijk, man wilde ontsnappen, aou hjj Een juffrouw, werkzaam op het gemeentehuis, stond tUdens de vergadering op de gang Vlak voor de politie kwam had zU verd. het woord „lafaard” hoeren zeggen. Dit zeu na de schor sing van de vergadering zijn geweest. Opnieuw werd aandacht geschonken wat Nederland betreft, aan het verzoek tot ver- hooglng van het Nederlandse!) kolencontingent? naar België en aan het verzoek van Ierland om meer vee in België te mo*n invoeren. België zou de verhooglng van het contingent kolen uit Nederland aanvaarden, maar stelt als tegen-eisch, dat ook het kwantum kolen en cokes uit België proportioneel zou worden verhoogd. De gewone audiëntie van den Minister van Financiën zal op Maandag 11 Februari as. niet plaats hebben. den burgemeester vaststaat, als zouden de .Duitschers tegen hun uitleiding naar Dultscb- land geen bezwaar hebben gehad”. Verdedigster (tot getuige): Hebt u die uitlei ding der Duitschers doen plaats hebben op eigen initiatief? Getuige: Moet ik daarop antwoorden? Verdedigster: Het is voor de beoordeellng van verdaohte’s daad van groot belang te weten, of verd. den burgemeester terecht voor deze zaak aansprakelijk beeft gesteld. De officier Mr. Wassenbergh acht de vraag niet ter zake dienende en de rechtbank laat de vraag niet toe. pHet resultaat der onderhandellngen is door de Dultsche en Fransche delegatie in overeen? stemming met de delegatie van de regeerings- commlssie van het saargebied en samengevat in een schrijven, dat gericht is aan baron Alois! als voorzitter van de commissie van drie. Aan dit schrijven zijn in ruim 20 bijlagen de in Bazel geparapheerde texten der verschillende overeenkomsten en verklaringen toegevoegd. Het schrijven en de bijlagen moeten de commissie van drie dienen tot basis voor de bepalingen, die zij zal moeten opstellen voor de weder- aansluitlng van het Saargebied bij Duitschland en voor de uitvoering van de op grond van vroegere besluiten door de betrokken regeerln- gen op zich genomen verplichtingen. De onderhandellngen hebben plaats gevonden in tegenwoordigheid van een vertegenwoordiger van de flnancieele commissie van den Volken bond. Verder werden zij van den kant van de com missie van drie gevolgd door een lid van het Volkenbondssecretariaat. Aan een deel van de onderhandellngen namen ook de BIB, de Banque de France en de Rijksbank deel. De leden van de Dultsche en Fransche dele- gatiën hebben zich naar Rome begeven om de commissie mondeling rapport uit te brengen.” Omtrent het resultaat der onderhandellngen over het Saargebied kan nog gemeld worden, dat de muntwijziging uitvoerig Is geregeld en dat een destietreffende verordening inmiddels in het Saargebied gepubliceerd is. Onze Brusselsche correspondent d.d. 6 Februari: In het kabinet van den eersten minister had den Woensdagmorgen nieuwe beraadslagingen plaats van ministers en hooge ambtenaren uit verscheidene departementen. De aanwezige ministers waren de heeren Theunls, Francqul, Hijmans, Gutt en Pierlot. De stand van de economische besprekingen, welke thans met verscheidene landen aan den gang zijn, werd nagegaan. ,in nog wel met je avondschoenen aan. in plaats van wandelschoenen aan te doen. Wat zou je doen als ik er niet was om voor je te zor gen?" Ze schudde droevig het hoofd. „Ik vind Maria, als je er niets hebt, dat je ons alleen moet laten ben nog veel te bespreken.” „Dat weet ik, lieve, ik ga al." Lady Coote verdween, terwijl ze het leege medlcljnglas droeg, alsof het een bokaal was. waaruit zij juist een doodelijk gif had toege diend. „Nu Battle," zei George Lomax. y-. oor het groote warenhuis, waarin bonder- I 1 den bezoekers dagelijks in en uit gingen, liep Arthur Pendennis met een wrevelig gezicht rond. Telkens weer ging hij naar de afdeelïng ..Litteratuur”, en lederen keer kéék hjj naar een boek, dat met z’n licht blauwen omslag in een vitrine prijkte. Met gulden letters stand op den band: „Orkanen” door Arthur Pendennis. Maar ofschoon het reeds eenige maanden geleden was uitgekomen, had nog nie mand er ook maar één gekocht. Toch was het boek goed. Daarvan waren, behalve hij. ook alle critici overtuigd. Maar wat had je aan een goed boek als toch niemand het las? Mijnheer Lancey, de eigenaar van het warenhuis, had hem verteld, dat. tegelijk met zijn roman, er weer een van Deborah Watkins was uitgekomen en dat daarvan binnen kort een tweede druk zou verschijnen. Deze mededeellng had Pendennis ten zeerste geërgerd. Die Deborah Watkins moest iemand zijn, die niet gestudeerd had. Er waren er zelfs, die beweerden, dat ze totaal geen opleiding had genoten. Wat kon zoon mensch nu weten van de problemen der menschheid? En toch slikte het publiek het graag en vond het prachtig. En hij? Jaren van zware studie had hij doorge maakt, alvorens zich te wagen aan het schrij ven van een psychologlschen roman, waarin ni) haarfijn de mannelijke en vrouwelijke ziel bloot legde en op het verschil daarvan wees. En toch bleek zoon ongeletterde vrouw 'n staat hem glansrijk te verslaan. Dat kon hij niet verkroppen; daarom haatte hij haar. Ja. ze had al meerdere boeken geschreven en alle wa ren grif door het lezend publiek gekocht. Ze was zeer populair en stond bekend als een der meest gelezen schrijfsters. Haar naam alleen was reeds voldoende, om haar boeken een groote oplage te verzekeren. Maar begreep dan niemand zoo vroeg Pendennis zich met verbeten woede af dat het toch maar suffe, doodgewone ver halen wapen, zonder pit of inhoud? Diep ontstemd keerde hij zich voor de zoo- veelste maal van den boekenstand af en wilde Juist het gebouw verlaten, toen hem een gedach te te binnen schoot. „Als dan niemand mijn boek koopt, zal ik het zelf koopen”, besloot hij en keerde op z’n schre den terug. De juffrouw die hem hielp, keek hem een beetje vreemd aan toen hij den roman „Orkanen" vroeg, maar weldra was hij in 1 bezit van zijn geesteskind en wandelde er mee naar bulten. „Ik zal het weggeven aan den eerste den beste, dien ik tegen kom", mompelde hjj. „Dan heeft ten minste iemand het gelezen.” Een klein heertje, met grijs haar en een wandelstok met gouden knop, liep voor hein uit. Hij zag er nog al geleerd uit en leek dus voor Arthur de gescHlkte man. Kordaat sprak hij den heer aan: Jjeemt u me niet kwalijk, maar mag ik u misschien een goed boek cadeau doen?” „Wat?” klonk de bitse vraag. „Een goed boek, mijnheer; het kost u niets”. „Ik heb jouw goede boeken niet noodig en als je niet gauw maakt dat je weg komt, roep ik de politie,” luidde het onverwachte antwoord. Met een hoogroode kleur liep Arthur verder. Een eind verderop stond een taxi-chaufeur, die op een vrachtje wachtte. Juist stak hjj een sigaret op. Arthur Pendennis naderde den man en greep het portier van de taxi vast. „Neen, ik wil geen rit maken”, sprak hij, ..maar zou je een goed boek van mij willen hebben?" De Dultsche douanegrens wordt verplaatst naar de Saarlandsch-Fransche grens. Daarmede is de economische en muntpolitleke wederaan- slultlng van het Saarland bl) Duitschland voor het belangrijkste gedeelte voor 1 Maart gereed. Voor het overnemen van het geheele bestuur op 1 Maart zijn de voorbereidingen ter plaatse aan den gang. De Saarmijnen gaan op 1 Maart fp haar geheel aan Duitschland over, X Fran- éohe miJnpersoneel vertrekt per 28 Februari. ■Ret Dultsche Rijk neemt de loopende kolen contracten over. De Saarlandsche verbindlngs- spoorwegen naar Lotharingen worden eveneens in hun geheel per 1 Maart overgedragen. De ambtenaren dezer lijnen gaan in Rjjksdienst over voor zoover zij Duitschers zUn. „Juist mijnheer Hetzelfde soort indruk. Ofschoon u het, tusschen twee haakjes, een goede tien meter verder gooide. Maar u bent dan ook een stevlggebouwde man, nietwaar sir Oswald? Pardon ik geloof dat ik iemand aan de deur hoorde Het gehoor van den hoofdinspecteur moest wel scherper zijn dan van de anderen. Geen van hen had een geluld gehoord, maar Battle bleek gflijk te hebben want lady Coote stond bulten met een rfiedlcijnglas In de hand. ,Je medicijn Oswald,” zei ze de kamer bin nenkomend. ,Je bent vergeten In te nemen na Je ontbijt.” ,Jk heb het heel druk, Maria,” sei sir Oswald. „Ik wil geen medicijn hebben." ,Je zoudt ze nooit innemen, als ik er niet was," zei zijn vrouw kalm, terwijl ze op hem toeging. „Je bent juist een ondeugende kleine jongen. Drink ze nu op.” En gedwee, gehoorzaam, dronk de groote staal- magnaat het drankje. Lady Coote glimlachte droevig en lief tegen de anderen. „Stoor Ik Je. Heb Je het heel druk? O, zie die revolvers eens. Vervelend lawaaimakende moorddadige dingen. En als Ik dan bedenk, dat je vannacht vermoord had kunnen zijn door den Inbreker. „D moet wel bang geweest zijn, toen u hoorde dat men niet wist waar hij was, lady Coote," zei Battle. „Eerst dacht Ik er niet aan,” bekende lady Coote. „Deze arme jongen hier...." Ze wees op Jimmy. Naar ons ter oore komt, hebben de onderhan dellngen betreffende het goederen- en beta lingsverkeer tusschen Nederland en Roemenië, welke naar men weet, de laatste dagen te 's Gravenhage gevoerd worden, een niet zoo gunstig verloop als men aanvankelijk had ge hoopt. De moeilijkheden, welke gerezen zijn, betreffen voornamelijk de clearing. Men hoopt echter, dat deze besprekingen binnen niet te langen tijd tot een bevredigende oplossing zul len lelden. Brutale dief weldra gearresteerd Dinsdag Is ingebroken In de sacristie van de kerk te Mlerlo. De dader heeft zich toegang tot de brandkast verschaft met behulp van sleutels, die hU daar aantrof en heeft de spaar potten van de Misdienaars geleegd. Twee schilders, die in de kerk bezig waren en den man aan het werk zagen, Vermoedden geen kwaad, doch konden des avonds, teen zij van den diefstal hoorden, een vrij duidelijk signalement opgeven. In den loop van den avond is men er nog in geslaagd, den man in een bioscoop te Eind hoven te arresteeren, waarna hij in bewaring gesteld is. Er Is een regeling getroffen voor de plichte sociale verzekering. Ook voor de Fran sche particuliere verzekeringen zijn regelingen getroffen. Voor het opbrengen van de 900 mil- lloen francs van het accoord van Rome van 3 December zijn technische voorbereidingen ter inzameling der franken getroffen. BU de economische onderhandellngen, die op het oogenblik te Berlijn gevoerd worden, zün de Dultsche en Fransche regeeringen overeenge komen de bepalingen van het verdrag van 25 April 1929 over het kleine grensverkeer tus schen de belde landen van toepassing te doen zijn op het geheel van de Dultsch-Fransche grens. Een gemengde commissie zal spoedig bijeen komen om de afzonderlijke problemen te re gelen. mijnheer O’Rourke's deur was van binnen nog op slot toen we bij hem kwamen." „En hoe kwamen jullie bjj hem? Door sir Stsnley’s kamer. Lady Elleen vertelt me dat ze den deurknop van mijnheer O'Rourke's deur zag bewegen. Dat was toen onze vriend er den eersten keer was. Ik vermoed dat de sleutel onder mijnheer O’Rourke's hoofdkussen lag. Maar het is duidelijk genoeg waar hjj den tweeden keer langs verdweendoor de verblndlngsdeur en door sir Stanley’s kamer, die natuurlijk leeg was. Zooals alle anderen rent sir Stanley naar beneden, naar de bibliotheek. Onze man had vrij spel.” ,£n waar ging hij toen heen?" Hoofdinspecteur Battle haalde zijn stevige schouders op en gaf een ontwijkend antwoord „Er stonden hem veel wegen open. Weer een leege kamer, binnen aan de andere zijde van bet buis, weer naar beneden langs het klimop. eruit door een zijdeur.... of, en dat is ook mogelijk, als de zaak van binnen uitging.... bleef hij in het huis." (Wordt vervolgd) Aan de Memorie van Antwoord aan de Eerste Kamer over begroeting van het Departement van Koloniën voor 1935 wordt het volgende ontleend: De opvatting, dat het Moederland in het „imperium” een Beidende plaats Inneemt, vindt in artikel 1 van de Grondwet geen steun. Even min is dit het geval met de hieruit afgeleide stelling, dat Nederland In beginsel voor de kosten van de defensie aansprakelijk zou zijn. Doch niet alleen daarom acht de minister van Koloniën die stelling onjuist; ook overwe gingen verband houdend met den aard der uitgaven, lelden hem tot die slotsom. Met de hier aan het woord zijnde leden is hij van oordeel, dat de defensie een aangelegenheid is, waarbij het Koninkrijk In zijn geheel belang heeft. Uit deze waardeerlng vloeit echter recht streeks voort, dat dan ook het Koninkrijk in zijn geheel in de kosten der verdediging moet bijdragen. De Gouvemeur-Generaal en de Volksraad kunnen omtrent de samenstelling der vloot in Indlë advies uitbrengen, maar de beslissing berust bij de Regeerlng, zoodat de minister van Defensie daarvoor mede de verantwoordelijk heid draagt. Het Is volkomen juist, dat de commandant der Zeemacht niet den minister van Defensie, maar den Gouvemeur-Generaal heeft te advi- seeren over de samenstelling van de vloot in Indlë. „Daar,” zei Battle, „weer naar omhoog langs het klimop.” „Onzin hoofdinspecteur. Wat u veronderstelt Is ónmogelijk." „Heelemaal niet ónmogelijk. Hij heeft het é€n keer gedaan. doen.” „Ik maar nooit naar het huis terug hoUen.” ,,De veiligste plaats voor hem. mijnheer Lomax.” „Maar te wuvnv, «^5 SJULljaA. XJJIkV alles duidelijk %enoeg. Ja volkomen duidelijk. De man vuurt een schot af. dat mijnheer Thesiger buiten gevecht stelt. h|) werpt het i wapen weg. loopt langs het terras en het ?rintpad af.” „Waar mijn mannetjes hem hadden moeten Arthur volgde de vrouw op den voet, meer uit nieuwsgierigheid, wat deze eenvoudige dame wel voor reclame kon bedenken, die zijn boek verkoopbaar zou maken. Toen het tweetal bij de boekenafdeellng kwam, stond mijnheer Lancey juist In de buurt en groette beiden beleefd. De vrouw zette het kind op den grond en vroeg pen en Inkt. ZU opende het boek: „Orkanen”, en schreef op de frontpagina: „Dit is een uitstekend boek en hij die het koopt, heeft een waardevol bezit. Zelden las Ik een boek, dat mij zóó wist te boelen en met zulk een groote kennis van zaken is geschre ven. Men moet dit gelezen hebben." „Zoo," zei ze, terwijl ze den penhouder neer legde. „Prachtig, mevrouw." verzekerde mijnheer Lancey. die den omslag voor haar had vast gehouden. „Dat Is een prachtig getuigenis en de eerste die dit boek koopt, zal ik zelf zijn, want de oplaag zal nu wel gauw uitverkocht wezen. Wtlt U het misschien nog even onderteekenen?” De dame boog zich voorover en onderteeken- de: „Deborah Watkins”. Na vijf weken beleefde Pendennis' boek „Or kanen” reeds z’n tweeden druk. De door hem geminachte schrijfster was zijn geluk geweest. Hjj zweeg voor hij verder ging. ,En dan is er nog de Indruk in den grond Het pistool moet met eenige kracht on den grond terecht zijn gekomen. Dat wijst allemaal erop, dat het gegooid te.” „En waarom niet?” zei sir Oswald. .Als de man bijvoorbeeld links het pad opvluchtte dan zou hl) geen voetafdrukken achterlaten op het pad en dan zou hij het pistool van hem weg gooien In het midden van het grasveld, is 't niet Lomax?” ,,Hij zou Inderdaad geen voetafdrukken op het pad achterlaten,” zei Battle, „maar te oordeelen naar den vorm van den indruk en de wijze waarop het gras werd gehavend geloof ik niet dat het pistool vanuit die richting werd ge gooid. Ik denk dat het hier van het terras werd geworpen." „Heel waarschijnlijk,” zei sir Oswald. „Geeft dat Iets hoofdinspecteur?" „O ja Battle?” onderbrak George. Heeft het.... hm.... er eigenlijk iets mee te maken?" „Misschien niet, mijnheer Lomax. Maar zoo willen we overal achter komen, weet u? Ik zou nu graag weten of een van de heeren dit pistool sou willen nemen om het te gooien. Zoudt u het willen doen, sir Oswald? Heel vriendelfjic van u. Wilt u hier in de deur gaan staan. Gooit u het nu midden in het grasveld." Sir Oswald deed het en liet het pistool door de lucht vliegen met een krachtlgen zwaai van zijn arm. Jimmy Thesiger kwam dichter bij in ademlooze belangstelling. De hoofdinspecteur I liep het achterna als een geoefend apporteur iHij kwam terug met een stralend gezicht. vangen," bracht Battle in het midden. „Uw mannetjes als Ik het zeggen mag. schijnen buitengewoon nalatig geweest te zijn. Ze zag"n juffrouw Wade niet er in komen. Als ze niet zagen, dat zü er in kwam, konden ze ook even goed niet zien dat de dief eruit ging.” Hoofdinspecteur Battle opende den mond om te spreken, maar hj) scheen daarvan af te zien. Jimmy Thesiger keek hem nieuwsgierig aan. HIJ zou er heel wat vo°r hebben willen geven als hij precies geweten had, wat er in Battle's geest omging. „HU moet een kampioen hardlooper geweest zijn,” was alles wat de man van Scotland Yard zich verwaardigde te zeggen. „Wat bedoel Je. Battle?" „Wat Ik zeg mijnheer Lomax. Ik zelf was om den hoek van het terras, nog geen vijftig secon den nadat het schot afgevuurd was. En om dien afstand naar mi) toe en den hoek van het pad om te loopen, vóór Ik om den hoek van het huis verscheen. moet hij zooals ik zeg een kamptoenlooper zUn geweest.” „Ik begrUn Je niet. Battle. Je achUnt een idee te hebben, dat ikhmnog niet begrepen heb. Je zegt dat de man niet over het gras veld ging en nu geef je te kennenwat geef Je eigenlUk precies te kennen? Dat de man het pad niet afliep? Waar ging hj) dan volgens jou opnieuw heen?” Als antwoord wees hoofdinspecteur Battle wel sprekend met zUn duim naar omhoog ,,Hé?” zei George. De hoofdinspecteur wees nog duidelijker. George keek omhoog naar het plafond. „O, het geeft niets, Ik heb die zaak kunnen reconstrueeren. Er waren vier voetafdrukken, weet u, die van achter uit den tuin kwamen en er was een plek waar u klaarblUkelUk stil hebt gestaan en u klaarblijkelijk gebukt heeft en een Indruk In het gras, die veel te denken Beeft. Tusschen twee haakjes, wat was uwe theorie over de aanwezigheid van het pistool op die plaats?” n-r ,Jk veronderstel, dat de man het dasu* in zijn vlucht heeft laten Wallen.” Battle schudde liet hoofd. „Niet laten vallen,:81r Oswald. Daar zijn twee mngen tegen. Om te beginnen te er maar één «el voetafdrukken, dat juist op die plaats ovef “ét «rasveid gaat.U, de uwe.” ”Zoo,” zei sir Oswald nadenkend. ,«un je daar zekër van zUn Battle.” bracht George in het midden. „Beel zeker, mUnhecr. Er te een ander stel Wetafdrukken. dat Tver het geveld gaat, die *^*r^SS~W WBde' maar voel meer Met inspanning van alle krachten trok Hal het meisje naar zich toe. Veilig aan land moest Mary eerst eenige oogenbllkken bekomen van den schrik, alvorens ze op alle vragen van Hal kon antwoorden Stomverbaasd keek Hal naar het meisje, dat uit een donkere grot met haar boomstam door het water werd voortgestuwd. Spoedig was ze vlakbU en tot Hal's groote blUdschap was het werkelUk zUn zusje. OnmiddelIUk waadde Hal tot het middel in het water en hU slaagde erin Mary te grUpen. Het arme kind was uitgeput van vermoeienis en koude en de hulp kwam juist op tijd.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Noord-Hollandsch Dagblad : ons blad | 1935 | | pagina 7