OOft D DE ENGELSCHE KAPERS ra I iJwu&naal f deft dag kok op de U 151 Een barbier als.... DE GRIEP X ril HET GEHEIM VAN DE 7 WIJZERPLATEN V 0* aiiiiiiiiiiiiMiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiw DONDERDAG 14 FEBRUARI 1935 Naar donker Afrika Een curieus geval Plebisciet in Savoye 71 DOOR AGATHA CHRISTIE „Liefde’* bij de brieven bus HAAIENVLEESCH OP HET MENU Z’ I s I Met vacantie naar de Beiersche Alpen „Synthetisch diamant” I Mijn reis naar Bristol 3IIINIIIIIIIIHHHIII nog noo- I dla- verklaren. De aarzelen niet experts te Q. 7, <1 3 A Al <X- 1 T 43 dat ze Ii ZEVEN EN TWINTIGSTE HOOFDSTUK EEN NACBTELIJK AVONTUUR op een sonnigen kwam Jimmy Thesiger ■j Ka- dla- heeft aan De kou is gelukkig Alweer van de baan, Natuur stuurt nu tochtjes Op lenteweer aan! Dat wil nog niet zeggen, Dat wij er al zijn. Want alles loopt hier langs Geleid’lijke lijn! Duseerst de misère Van ’t natte klimaat. Alvorens het voorjaar Op droogtepunt staat! Het zit op de borst en Het zit in de lucht, Er wordt nu gesnoten, Geniesd en gekucht! Wij zijn dus verkouden Of lijden aan griep, M Waarvoor geen geleerde Een middeltje schiep. Wij gaan naar de lente! Hetgeen wij nu doen Met jaeger en kachel. Siroop en citroen! MARTIN BERDEN Dt t I 1 t t v alles wat Ik tot nu toe gedaan had, in 5 minuten ge daan, dus had Ik nóg wel 5 minu ten moeten heb ben, en ik had er opeens nog maar n be vo fe O sk 8® vr lui nx uit gei i 1 1 1 l t 1 e U-151 voert „handelsoorlog". Uit vertrokken op 29 Augustus Het was bekend, dat het bosch vol woeste Indianen was, maar Hal stond erop, water te halen. „Er gebeurt me niets,” lachte hl), toen Mary hem waarschuwde, goed uit te kijken. „De rivier is niet ver weg en bin nen een paar minuten ben ik terug.” Met deze woor den daalde hü de ladder af. en Portugeezen, alles gebracht van de „Johan dat deze imitaties weinig handelswaarde heb- x daar zü zelfs niet voor industrieele doel einden gebruikt kunnen worden. Geen handelaar of expert kan zich in deze imitaties vergis sen. Schepen „zum Auapacken” dig, want aan boord van den onderzeeër komt men van allet te kort „Maar hij kon toch altijd de formule stelen." „Dat kon hjj niet. Hij moet het doen onder omstandigheden, dat hij niet verdacht kan wor den. Maar de terugtocht in het klimop en in zijn eigen bed zou nogal slim uitgedacht zijn. Nu de instructies. Na eenige beleefde futiliteiten tegen lady Coote, moeten jü en Loraine met kunst en vliegwerk Pongo en O'Rourke te pak ken zien te krijgen en ze bezig houden tot de lunch. Begrijp je? Dat is niet moeilijk voor twee zulke knappe meisjes als jullie bent.” „Je gebruikt uitstekende honing, zie ik.” ..Eenvoudig constateeren van de waarheid.”- „Nu, in leder geval is van je instructies goede nota genomen. Wil je nu met Loraine praten?” Bundle gaf den hoorn en verliet tactvol de kamer. Niet dat ik iets van wat hij zegt zou gelooven.” „Is het waar.’’ zei Soeks, „dat George Lomax naar beneden kwam zonder zijn gebit. Dat zou ik graag weten.” „Er waren twee revolvers,” zei lady Coote. „Akelige dingen. Ik heb ze zelf gezien. Het is een wonder dat deze arme jongen niet ver moord is.” „O ik ben voorbestemd om opgehangen te worden," zei Jimmy. „Ik hoor, dat er een Russische gravin was," sei Soeks, ,,van subtiele schoonheid en BUI in haar macht had.” „Sommige dingen, die ze over Buda-Petsh vertelde waren allerverschrikkelijkst,” zei lady Coote. „Ik zal ze nooit vergeten. Oswald we moeten er wat geld heen sturen.” Sir Oswald bromde wat. „Ik zal het noteeren, lady Coote.” zei Rupert Bateman. '«Sr* J Op het oogen blik worden voorbereidingen getroffen voor een Italiaansche expeditie naar donker Afrika onder leiding van Signor Nino de Grande, die onderzoekingen naar de gedra gingen der gorilla's, waarmede hij vier ja«r ge leden in samenwerking met professor Bart van de universiteit van Johannesburg is begonnen, zal voortzetten. De expeditie is uitgerust met speciale zakken, om Jonge gorilla’s levend mede terug te kunnen brengen. De bedoeling is te vens de onbekende wouden van Midden-Afrika binnen te dringen en het leven der Pygmeeën te bestudeeren. Er worden apparaten medegeno men om de taal der pygmeeën en andere weinig bekende volkeren te kunnen vastleggen. De expeditie zal zich via Mombasa en Kenya naar het Tanhanayika-meer begeven, en ver volgens naar de verblijfplaatsen der gorilla's in den Belgischen Congo rond het Kivu-meer om via het noorden dwars door Equatoriaal Afrika terug te keeren. .Alstublieft mijnheer Bateman. Ik voel, dat we iets moeten doen uit dankbaarheid. Ik kan niet begrijpen hoe het komt, dat sir Oswald niet doodgeschoten werdom maar niet over sterven aan longontsteking te spreken.” „Doe niet zoo dwaas,” zei sir Oswald. ,,Ik heb inbrekers altijd afgiüselük gevonden,” zei lady Coote. .JBtel je voor. dat Je den bof had er eentje van aangezicht tot aangezicht te ontmoeten; hoe Interessant,” mompelde Bocks. „Dat moet je niet gelooven.” zei Jimmy. „Het is verduiveld pijnlijk." En hij klopte voorzichtig op zijn linkerarm. Te Carlsbad wandelde onlangs een politie agent langs het postkantoor, toen zijn aandacht werd getrokken door twee jongelui, die in min nende houding tegen de brievenbus leunden. De agent dacht met weemoed aan zijn jonge jaren, glimlachte toegeeflijk en ging verder. Toen hij uit 't gezicht verdwenen was, maak ten de minnenden zich u\t eikaars armen los, droegen de brievenbus weg en laadden haar in een auto, die om den hoek stond te vach'en. De politieman had hen gestoord juist toen zij de bus van den muur hadden losgekregen en om geen argwaan te wekken waren zü tot de bovenbeschreven strategie overgegaan. Zij wer den echter opgespoord en het bleek, dat zij lid waren van een dievenbende, die uit jongelieden van beider kunne bestond. Toen hij den grond bereikt had, dtrong hij het dichte kreupelhout binnen en baande zich een weg in de richting van de rivier, waarvan kapitein Benson z’n watervoorraad haalde. En terwijl hij dit deed sloeg de grijze Wolf, de Indiaansche strijder, die in z’n kano naast den oever zat, hem met woedende oogen gade. ressante details betreffende staal maar hij vqpd niets van wat hij hebben moest, een verwijzing naar Herr Eberhard's uitvinding of iets dat hem een aanwijzing kon geven omtrent de iden titeit van den gehelmzlnnigen No. 7. HU had misschien nauwelijks gehoopt, dat hij dat doen zou. Het was een klein kansje, maar hü bad bet gewaagdhjj had niet veel succes ver wacht. tenzij door een louter toeval. HU pr°" beerde de laden om er zeker van te zijn, dat hü ze weer goed gesloten had. HU kende Rupert Bateman s scherpe opmerkingsgave en hü keek de kamer rond om zich te vergewissen, dat bU geen verraderlijk spoor van zijn aanwezigheid had achtergelaten. „Ziezoo,” mompelde hjj zachtjes in zichzelf- „Daar is niets. Misschien zal ik morgen vroeg meer geluk hebben.... tenminste als de meisjes bet hunne doen.” HU kwam uit de studeerkamer, deed de deur dicht en draalde ze op slot. Eventjes dacht hl) dat hU heel dicht bü hem een geluid hoorde, maar hü besloot, dat hü zich vergist bad- Geruischloos voelde hU waar hU loopen moest door de groote hal. Er kwam juist genoeg licht uit de hooge boogramen om hem tn staat te stellen zün weg te vinden zonder ergens over te struikelen. Weer hoorde hij een zacht geluid.... dezen keer hoorde hü het heel zeker en zonder acn te kunnen vergissen. Hü was niet alleen in hal. Er was daar iemand anders, die juist ais hü wegsloop. Opeens sloeg zün hart heel snel. iWordt vervolgd) De Britsche Kamer van Koophandel deelt het volgende mede: Verschillende berichten in de pers over een ontdekking van z.g. .synthetisch diamant” hebben de aandacht getrokken van de afdeellng diamant en overige edeisteenen van de mer, waarbü de leidende handelaren in mant en de juweliers zUn aangesloten. De Kamer heeft dit z.g. „synthetisch mant” laten onderzoeken door experts van het verbonden laboratorium. Dit onderzoek heeft aangetoond, dat deze „synthetische diamanten” niet samengesteld zün uit diamantmateriaal, daar zü een straalbrekingsindex van 1.725 en een soortgelük gewicht van 3.61 hebben, terwül diamant een straalbrekingsindex van 2.4175 en een soortgelük gewicht van 3.52 heeft. BU het microscopisch onderzoek werden bovendien „glessen” opgemerkt. Deze feiten toonen aan, dat deze z.g. synthetische diamanten onge- twüfeld synthetische „spinels” zün. Zü hebben wat betreft hardheid, physleke eigenschappen en chemische samenstelling niets gemeen met echte diamanten. namiddag op Letherbury aan. en werd hartelük begroet door lady Coote en met koelen weerzin door str Oswald. Daar hü er zich van bewust was dat de huwelükssmedende blik van lady Coote op hem rustte, deed Jimmy moeite büzonder aardig te zün tegen Soeks Daventry. O’Rourke was er en wel in het beste humeur. HU was geneigd om ambtelük en geheimzinnig te doen over de gebeurtenissen op de Abbey, waarover Soeks hem zeer vrijmoedig onder hield. maar zün ambtelüke terughoudendheid nam een nieuwen vorm aandoor namelük zün verhaal van de gebeurtenissen zoo kwistig met details tg versleren, dat niemand bü moge- lükheid meer raden kon wat er elgenlük ge beurd was. ,,Vler gemaskerde mannen met revolvers? dat heusch?" vroeg Soeks streng. „O nu herinner ik me, dat er een half dozün waren om me vast te houden, en het goedje in mün keel te gooien Zeker en ik dacht, dat het vergif was en dat ik er was geweest.” ,,En wat werd er gestolen of wat probeerden ze te stelen?" „Wel, natuurlük de kroonjuweelen van Rus land, die münheer Lomax in het geheim meege bracht had om ze te deponeeren in de Bank van Engeland.” „Wat ben je toch een vervloekte leugenaar,’ zei Soeks zonder de minste ontroering. „Een leugenaar? Ik? En de Juweelen werden in een vliegmachine hter naar toe gebracht, waarin mün beste vriend piloot was. Wat ik je nu vertel is een geheim. Soeks. Vraag het Jimmy Thésiger maar, als je mü niet gelooft. 1 I (Nadruk verboden) aiflMlhiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiimiiiiiiiiiiiiiiiiiitiHiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiö „Johan Mjelde” moet de U-151 naar de Azo- ren sleepen en vindt daar haar zeemansgraf, riadat de schipbreukelingen aan vyttl zün ge bracht. 4 December: Een waarschuwingsschot en de „Claudio" die onder Spaansche vlag vaart, stopt. De kapitein komt in een sloep naar de U-151 om zün papieren te laten zien. Plotseling echter beginnen de machines van de „Claudlo’ weer te draaien en het „neutrale" schip komt tn volle vaart op den onderzeeër af met het kennelüke doel dien te rammen. De kanonnen van de U-151 onthalen de „Claudlo" op een regen van granaten en ten slotte moet de Spanjaard weer stoppen. De kapitein, die van uit zün sloep het korte, doch hevige gevecht heeft aangezien zonder iets te kunnen doen, komt met knikkende knieën aan boord van den onderzeeër. Het blükt echter dat de man vol maakt onschuldig is. Zün stuurman heeft slechts geprobeerd de premie te verdienen welke de Geallieerden voor het vernielen van een Duitsche duikboot betalen.... De U-151 heeft uren werk met het opvlsschen der bemanning welke tüdens de beschieting vrüwel volledig over boord gesprongen is. Zeven man verdrinken. De geredden worden aan boord van den onderzeeër verpleegd het Is koud In de Golf van Blscaje! terwül de Duit- schers aan boord van de „Claudlo" de schade herstellen, welke hun granaten er hebben aan gericht. Het handroer wordt klaar gemaakt, men brengt de ketels onder stoom, dicht de lek ken. en den volgenden morgen zetten de Span jaarden koers naar Bilbao. 24 December: Terug in het vaderland. De Keizer biedt den officieren van de U-151 een vacantie aan van vier weken in de Beiersche Alpen. In een herstellingsoord voor kinderen te Bakoe bevindt zich een jongen van 13 jaar, die een eigenaardige afwüklng vertoont. Het hart en de milt van dezen knaap bevinden zich nl aan de rechterzüde van het lichaam. terwül het grootste gedeelte van zün lever aan de linkerzüde van het lichaam is. Uiterlük is de jongen geheel normaal.' terwül hü een goede gezondheid geniet. .Neen," zei Bocks. „Ik denk dat dat een beetje te subtiel sou zün.” „Toch zou dat iets schitterends zün op een ministerie," merkt münheer O’Rourke op. „Als men ervoor kon zorgen, dat de rechterhand niet weet wat de linker doet." „Kunt u de beide handen gebruiken?” •Neen ik niet. Ik ben de allerrechtste mensch die er ooit bestaan heeft.” „Maar Je geeft bü het kaarten met Je lin kerhand,” zei de oplettende Bateman. „Dat merkte ik een avond op.” Den volgenden morgen ontwaakten Hal en Mary vroeg. Het zonlicht stroomde tn hun kamers en de vogels zongen in de boomen. Na een heerlük ontbüt begon Mary middageten klaar te maken, terwül Hal. beladen met ledige kruiken, er op uitging om water te halen. „Er is geen spoor van Indianen,” zei kapitein Benson. ,,O maar dat is heel wat anders,” zei mün heer O’Rourke bedaard. De sombere slagen van een gong weerklonken en ieder haastte zich naar boven om zich te kleeden voor het diner. Na het diner speelden sir Oswald en lady Coote, münheer Bateman en münheer O’Rourke bridge, en Jimmy bracht al flirtende met Soeks den avond door. Het laatste vrat Jimmy Boorde, toen hü dien avond de trap opging was, dat sir Oswald tegen zün vrouw zei: „Je zult nooit een bridgespeelster worden, Maria.” En haar antwoord: „Dat weet ik, lieve. Dat zeg jü altüd. Je moet münheer O’Rourke nog een pond betalen, Oswald. Zoo is het goed.” Om een uur of twee kroop Jimmy geruisch loos dat hoopte hü tenminste de trap af. Hü bracht een kort bezoek aan de eetkamer en ging dan naar sir Oswald’s studeerkamer. Daar ging hü aan het werk na een minuut of twee scherp geluisterd te hebben. De meeste laden van het bureau waren gesloten maar een eigen aardig gevormd stuk üzerdraad in Jimmy’s hand wist daar wel raad op. Een voor een gaven de laden mee. Lade voor lade onderzocht hü methodisch, er voor zorgend dat hü alles weer juist op dezelfde plaats teruglegde. Een keer of twee hield hij op om te luisteren, daar hü zich verbeeldde in de verte iets te hooren. Maar hü werd niet ge stoord. Hü doorzocht de laatste. Jimmy kende nu of hü had kunnen kennen als hü er aan- dacht a&n geschonken had yerschillende into- de meid nog al eens, maar denk er om, dat je 't weer dicht doet als Je weggaat.” ,M'n schoenen!” riep ik. .Natuurlük, niet gepoetst....” Ze kwamen met een plof op den vloer bul ten oe deur terecht, terwijl ik nog sprak, en achter de schoenen aan kwam de stem 'van ons dienstmeisje: 't Is over zevenen op ge keukenklok: meneer heeft nog maar twee mi nuten!" Het werd me zwart voor de oogen. Ik had twee. M'n horloge had me bedot. Ik begreep nu, dat ik geen schün van kam had om den trein te halen. Maar tóch bleef ik het probeeren. Zoo is de mensch nu eenmaal Onwillekeurig hoop je op een mirakel. Zelfs toen het koffertje niet dicht wou, gaf ik 't niet op. Ik haalde er een paar kleine dingen uit en stak die in m'n zak. Toen rolden we de trap af. m'n koffertje en ik. Het was open toen het beneden kwam. Ik moest het toen nog even dicht doen. Ik rende het huls uit. Vier minuten tüd om acht minuten te loopen. Ik rende, ja, maar naar één kant overhel lend. Er waren geen bussen en ook geen taxi’s; je kon alleen maar loopen. Toen ik zoo een minuut had gerend, merkte ik, dat ik geen hoed op had. Je kunt zonder hoed niet in Bristol komen, en zeker niet als Je er Pearson treffen moet. De holde terug. Toen ik voor de tweede maal onze echtelüke woning verliet, goed en wel behoed, had ik nog maar een en drie kwart minuut den tüd, om acht minuten te loopen. De laatste woorden die ik hoorde, waren: „Denk om je hart!” Ik wist het. Maar de eenige manier, om aan m’n hart te denken, was 't besluit den trein te missen. Ik dacht dus niet om m’n hart. Ik kan me van die wandeling niet veel herinne ren. Alleen weet ik nog maar, dat ik. na steeds kortere tusschenpoozen, het koffertje van de eene hand naar de andere liet verhuizen en dat ik den trein hoorde' fluiten, toen ik nog een minuut bü 't station vandaan was. Dus had mün horloge me niet bedot. Het was de keukenklok die geprobeerd had me te bedotten. Ik spurtte als een krankzinnige. De trein en ik kwamen samen binnen. Ik slingerde me er in. Toen ik bükwam, keek de man tegenover me mü medelijdend aan. ,Net op t nippertje,’’ zei hü laconiek. „De had er wel bü neer kunnen vallen,” hüg- de ik, „maar ik moest den trein van 7.03 naar Bristol halen, al viel ik er bü neer.” Het medelüden van den man tegenover me nam zienderoogen toe. „Dit is de trein van 7.13,” zef hü. „en die gaat naar Bimunghami” De Baarstemmlng heeft de belangstelling voor plebiscieten weder wakker geroepen, en het is in dit verband interessant te vermelden, dat in April as. in Provence de herdenking zal plaats vinden van het plebisciet, dat op 22 April I860 in Savoye is gehouden. Bü die gelegenheid werden 130.533 stemmen ten gunste van Frankrijk uitgebracht, terwül slechts 235 personen tegen stemden. Een paar weken later stemden de stad en het district Nice eveneens voor vereeniging met Frankrük met een meerderheid van 25.773 stemmen. Slechts 160 kiezers stemden voor Italië. De eeregasten bü de komende herdenkings feesten zullen zün zü, die het plebisciet 25 jaar geleden hebbeji meegemaakt, en naar hen wordt de geheele Provence thans afgezocht. Een hunner is vader Roux uit Chambery, die ten tüde van het plebisciet slechts elf jaar oud was, doch zich noch zeer goed het enthousiasme kan herinneren, dat op de bekendmaking van den uitslag volgde. Thans is Savoye even Fransch als Bourgondië of Normandie, doch bepaalde volksgewoonten, de volksliederen en de liefde voor „la petitie patrie” zün blüven bestaan. 1 ,,Hbe is het met dien armen arm.” informeerde lady Coote. „O, nu is hü büna in orde, maar het is ver duiveld lastig geweest, dat ik alles met mün linkerhand moest doen, daar was ik in het ge heel niet handig mee.” „Men moest alle kinderen zoo opvoeden, dat ze ambldextre werden,” zei sir Oswald. „O,” zei Bocks zich eenigszins op vreemd ter rein gevoelend. „Beteekent dat net als zee honden.” „Neen, dat zün amphibieën,” zei münheer Bateman. .Ambldextre beteekent dat men even goed alles met de linker als met de rechterhand kan doen.” „O,” zei Soeks. Ze keek met ontzag naar sir Oswald. „Kunt u dat?" „Zeker ik kan met beide handen schnjven.” „Maar niet met alle twee tegelük?” „Dat zou niet practisch zün,” zei sir Oswald kortaf. uit getild. Gezien! Vluchten! Doch het jacht is er reeds bü. Waterbommen knallen. Het licht gaat uit. De zekeringen der motoren slaan door. ..Alles auf Handbetrieb!” Op vüftig meter diepte is men eindelük in veiligheid Wanneer een kwartier later de periscoop weer boven de golven uitsteekt, is het convooi al zoo ver wieg dat er aan geen aanval meer te denken valt. Een radio-telegrammetje aan de Duitsche onderzeeëers, die eventueel in de om geving van Gibraltar opereeren, is alles wat men nog dï>en kan. 14 November: De Amerlkaansche driemaster ..Margaret Roberts" zal Lissabon, waar hü een lading tarwe heen brengt, nooit te zien krijgen. De U-151 verovert een vat olie, een paar zak ken suiker, een voorraad meel en drinkwater. In de kaar'enkamer staan een aantal leege cog- nacflesschen op tafel, terwül uit het logboek blükt, dat de kapitein zich bü zün laatste be stek maar liefst vüftig zeemuien vergist heeft! Zoo kan het gebeuren, dat men op klaarlichten dag Madeira niet vinden kan en een onderzeeër in zün vaarwater komt! 21 November: De „Johan Mjelde” vaart on- der Noorsche vlag, maar hééft Noorwegen nog nooit gezien, komt splinter-nieuw uit Amerika en heeft een lading stukgoederen aan boord voor het Italiaansche leger. Kortom, de U-151 heeft het schip „zum auspacken” gevohden. dat zü zoekt. Bemanning en sloepen van de „Johan Mjelde” worden gecharterd, de ruimen gaan open, de stoomlleren sissen, en het uitpakken begint. Kisten met wollen ondergoed, kisten met schrijfmachines, ongetelde balen koffie, een aantal vliegtuigmotoren met onderdeelen. alles verhuist naar de U-151. Het spreekwoord gedachtig dat een soldaat en een matroos alles gebruiken kunnen, wordt zelfs een voorraad züden dameskousen aan boord van den onderzeeër gebracht! Fen heele lading Canadeesche zalm In blik wordt in zee geworpen en drüft op eigen gelegenheid naar den vjiand. Tegen den avond komt er een tweede schip in het zicht. De U-151 duikt veiligheidshalve onder en Wordt, wanneer zü weer boven water komt, door de Noorsche en dus neutrale ,,So- bral" beschoten. Het vuurgevecht duurt echter maar kort en dan blükt. dat ook de „Sobral' van Noorwegen niet meer heeft dan den naam. In rustiger tüden vervoerde het schip passa giers op de Amazone. Thans Is het van den Congo onderweg naa- Bordeaux met aardnoten en rubber. Uitpakken! Heel den nacht werkt men aan het overbren gen van twintig ton koper van de „Johan Mjelde" naar de U-151 en dan komt den vol genden morgen de Fransche vlermaster „Tlju- ca” in het zicht. De Franschen verdedigen zien moedig, doch verliezen. Hun schip gaat den kelder in. maar zü hebben nog tijd gehad om S.O.S.-seinen uit te zenden en hun positie op te geven. Voor de U-151 beteekent dit dat er eep tüd van komen is, doch ook een tüd van gaan. De „Sobral” wordt in den grond geboord en wanneer er ten slotte nog een vierde schip in het zicht komt, de Portugeesche driemaster „Trombetas". dan overleeft ook dit de torpedo rfiet waarmee het wordt begroet. Amerikanen en Noren, Franschen wordt aan boord f Mjelde". Het internationale matrozenwereldje is den vüand daar zeer dankbaar voor, want een lange zwerftocht in open booten op de rauwe zee lükt heel weinig aantrekkelük. De Kiel 1917, zwerft de onderzeeër nu al twee maanden in den Atlantischen Oceaan, van de shetland-Eilanden naar de lersche kust, van Gibraltar naar d» Canarische eilanden, van de Kaap-Verdische Eilanden naar Dakar. Men gaat echter nog niet naar huls, nog lange niet, want de U-151 maakt de langste reis die een onderzeeër ooit gemaakt heeft: 104 dagen op zee. 11.400 zee muien afgelegd, 50.000 tons met In totaal 17 stuks geschut in den grond geboord. Nadat men 21 October de Engelsche vracht boot in den grond geschoten heeft, gebeurt er niets meer. De bemanning ligt in de zon, zingt, kaart, leest en zwemt in het bassin dat ont staan is doordat een Amerlkaansche destroyer zoo vriendelük was op de U-151 te pletter te loopen en daarbü de helft van het dek mee te nemen. Ten slotte krügt men ook nog een ma chinedefect. Er wordt een rustig plekje opge zocht ten Zuiden van Dakar, aan den mond van de Gambia, en twee dagen later is het euvel weer hersteld. 27 October: de kok weet een haai aan den haak te slaan. Wanneer het ondier aan boord wordt gehaald, krügt de onfortuinlüke visscher zoo’n slag met den staart dat hü büna de zee in gaat. Doch 's avonds is het menu uitgebreid met haal-„steak”. een lekkemü, welke onder de bemanning van den Duitschen onderzeeër minder geestdrift verwekt, dan haar in het verre China ten deel schünt te vallen. Doch den kok treft geen verwüt, want hü is een pracht van een „schmutje”. Hü is een stevige „Hamborger Jung” die heelemaal niet als kok was meegenomen, doch die op een goeden dag ir. de bocht sprong voor den eigenlüken kok wtens vakkennis in de verste verte niet toe reikend bleek te zün. Pas later zou men ont dekken dat de gevierde en onvolprezen ..Schmutje" nog nooit van zün leven een keu ken gezien had voor hü zijn intrede deed in de kombuis van de U-151. en dat hü in het burgerlüke leven.... barbier was! 2 November: Porto Grande op de Kaap-Ver dische Eilanden. In de duisternis van den nacht is de U-151 de haven binnen geslopen, kort voor zonsopgang duikt zü onder. In de periscoop ziet men vier groote stoombooten, een aantal zeilschepen en vele andere vaartuigen. De lan- ceerbuizen worden ultgeschoven. Twee torpedo's snüden door het water. Een ontploffing davert door de ochtendstilte. De grootste stoomboot is meteen zinkende. Een tweede maakt gevaar- iük slagzü. Doch dan komt achter het zinken de schip plots een Portugeesche torpedojager uit! Dat ziet er heel leelük uit, want de U-151 beeft hoogstens vüf meter water onder haar kiel. Vluchten! Maar Jawel, de ruimte is zoo nauw, dat men. niet eens fataoenlük draaien kan. Minuten gaan er verloren met manoeu- vreeren, want de „Kennemerland” die in den weg ligt, mag niet beschadigd worden, omdat zü neutraal ia Gelukkig wordt bet water steeds dieper en de torpedojager schünt geen water bommen aan boord te hebben. Wanneer men weer in de veilige zee is. duikt de U-151 op. De torpedojager toont niet de minste neiging om uen aanval te beginnen De commandant stuurt dan zün mannen naar de kanonnen, wiaarop het oorlogsschip omkeert en met volle kracht naar Porto Grande vlucht. De Portugee zen moeten er wel vast van overtuigd zün dat „Vorsicht der bessere Teil der Tapferkeit” is! De twee getorpedeerde schepen voeren onder Braziliaansche vlag. Doch voor de Braziliaan- sche regeering ze in beslag nam, waren ze Dultsch en heetten „Hohenstaufen” en „Rhein- fels" en de voldoening over dit bravourstukje is dubbel zoo groot. 8 November: de U-151 houdt de „Suecla” aan, een mooi schip van vier duizend ton, doch „neutraal" en dus onaantastbaar. Men een schip ,,zum auspacken" noodig, want boord van den onderzeeër komt men van alles te kort. Bü deze Zweden valt er echter niets te halen dan een stapel oude kranten. Maar mid den in den oorlog, wanneer men ruim twee maanden lang niets beeft gezien dan water en lucht, dan is een pak oude kranten beter dan niets. 12 November: kort onder Madeira ontmoet de U-151 een convooi van büna twee dozün groote schepen onder het geleide van eet ge wapend jacht. Wanneer men nu eens twintig torpedo's te gehjk kon afzenden! Doch er zün slechts twee lanceerbulzen aan boord en op dertien meter diepte sluipt men voorzichtig naar de argelooee prooi. Doch de Noord-Ooet passaat maakt de zee rumoerig en plots wordt het achterschip van de U-151 boven water y y weet hoe 1 gaat, als je ’s morgens een I J vroegen trein moet halen. Je trein gaat büv. om 7.03 en je wordt met schrik wakker om twee uur. Dan leg je je genoeglük weer neer ur, neg een paar uren te slapen en ontwaakt om tien minuten over twee. En dan ga je weer liggen, en als Je weer wakker wordt, denk je, dat Je maar 10 minuten geslapen hebt en dan is 1 kwart voor zeven. Gaat ’t u zoo niet? ïn eUf geval, mü is t zoo gegaan. En als ik acht minuten rekende, om van huis naar 't station te kegnen, had ik precies 10 minuten om me te scheren, me aan te kleeden en m'n koffertje te pakken. „Je haalt ’t nooit!" riep m’n vrouw, toen ik uit m’n bed naar de waschtafe! sprong. „Ik moet het halen.” antwoordde ik. .Als ik om elf uur niet in Bristol ben, loop ik Pear son mis, en als ik Pearson mis loop, teekent hij niet vóór Woensdag en als hij. niet vóór Woensdag teekent waar is de zeep? O, ik heb ze al dan doet hij t waarschünlük heelemaal niet meer. m’n tandenborstel ligt tegenwoordig nooit op z’n plaats en je weet wat dat zeggen wil." „Ik weet wat 't zeggen wil, als je Je tüd verpraat.” waarschuwde m’n vrouw. „Ik zal je koffertje vast inpakken, terwül je je aan kleedt.” Nauwehjks had ze dit gezegd of ze sprong van haar bed Ir. een ochtend] ipoa en begon Overig allerlei dingen in m’n koffertje te stop pen. „M’n bril!” riep ik. „Op je neus,” antwoordde zü. „Scheermes!” riep ik weer. „In je hand." Maar 't was niet heelemaal mün schuld, ’t Is om tureluursch te worden, als een ander arti kelen in je koffertje stopt. Ze stoppen, neen, ze proppen er de dingen in, die zü noodig zou den hebben, en niet, die jü noodig hebt „Neen, neen, geen sokken!" schreeuwde ik. ,4k blüf maar één nacht over.” ,,’t Kan wel gaan regenen." antwoordde zü, „en je weet, hoe t den vorigen keer gegaan is met die natte voeten van je.” „M’n bruine das!” riep ik. ..met die glim mende spikkels „Wat ’n onzin, die heb je toch niet noodig. Eén das is genoeg." Deze uitspraak van m’n wederhelft hinderde me. Een man heeft misschien geen verstand van dameshoeden, maar een vrouw heeft geen verstand van heerendassen. „Zal je vooral niet vergeten, tante Aaltje op te bellen?” zei m’n vrouw weer. Ik antwoordde niet. Ik wist zeker, dat ik t wél vergeten apu. „O Ja, en dan moet Je vooral bü moeder aangaan, om een pakje te halen,” onderwees m’n vrouw, ,,’t Ligt op mün kamer in de twee de la van de kastje weet wel, aan den raam kant, heelemaal achteraan aan de linkerzüde, Er liggen er twee, een met wit papier en één met bruin papier. X Bruine moet je hebben. Anders kan ik die winterjapon niet afmaken, cn dan zou ik een nieuwe moeten hebben.” M'n vrouw haalde even adem en ging voort: ,,’t Bruine pakje ligt onder *t witte pakje, heelemaal onderaan, maar gooi vooral den boel niet door elkaar. Want die kant, die ik van tante Jans gekregen heb, ligt er ook in en die mag vooral niet kreuken. Dus denk er aan, de twee de la van boven af. En je kon' meteen het raam wel evej| open zetten, want dat vergeet AI I 17 op dlt blad zyn ln8eV018e de veraekermgsvoorwaarden tegen C1 ’TCiA by levenslange geheele ongeschiktheid tot werken door TT *7CA een ongeval met IT OEA &U verlies van een hana I <1 d - rïUwllllLj ongevallen verzekerd voor een der volgende uitkeerlngen 1 «JV»" verlies van belde armen, belde beenen of beide oogen T f O V o doodelijke n afloop JT duQUa* een voet of een oog AANGIFTE MOET, OP STRAFFE VAN VERLIES VAN ALLE RECHTEN, GESCHIEDEN UITERLIJK DRIE MAAL VIER EN TWINTIG UUR NA HET ONGEVAL 1'111 'L'".'. ,L .'-LL»11,.. Bggggg .i.i i. i. i, ■8..I.I i jii i lig—=gg

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Noord-Hollandsch Dagblad : ons blad | 1935 | | pagina 10