<Ketwtfiaal
WUl
I
het geheim van
DE 7 WIJZERPLATEN
I
I
1
I
den dag
I
I
DE ENGELSCHE KAPERS
Waarom Sir John Simon zich trotsch
gelukkig gevoelt
en
I
GEEN SPRAKE VAN!
B
S
BiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiMiiimiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiw
1
VRIJDAG 15 FEBRUARI 1935
De haven van Haifa te
Sir John Simon
klein
'BUS
Nationaliteitloos
Het woord
Kramersvolk
i
DOOR AGATHA CHRISTIE
In Juli de belangrijke
wedstrijd
CAPTAIN VAN EEN
GOLFTEAM
rna*;
„bakvisch
De Tsjechische taal
„beleedigd”
De conferentie met de France he
Ministers was niet anders dan
een toevallig samenloopen-
de omstandigheid
AANGIFTE MOET, OP STRAFFE VAN VERLIES VAN ALLE RECHTEN, GESCHIEDEN UITERLIJK DRIE MAAL VIER EN TWINTIG UUR NA HET ONGEVAL
las;
9
rouw;
heer;
1. 10;
i
-GER8.
e 7394
ver-
op dit blad zijn ingevolge de verzekeringsroorwaarden tegen
44
,Ik
van
ïgen of
M even
ili-
cha-
«eloot:
lo. ooi:
g in
niet
isjes
ren?
dat
igen
icne
aan
nen
irte
svsl
set
over
Een advertentie behoeft zeen .Ikapltaien” te
koeten. Plaats maar eens een Omroeper! Rubrt-
oeertng en geüjkvormure zetwüae. Billijk han
dels tarief.
uli-
dat
suit
er
neu
stalen
n in-
gast
tuiden
»lpcr
et Ik
staat
m en
dat
bref
chre-
vootd
aan-
3?
lo
eren,
roord
taa>d
s to
heer;
lelijk
tee-
llrect
tract
geen
oken
mijn
con-
Een timmerman, die sedert 1925 in Palestina
had gewoond, werd eenlge maanden geleden
door zijn vrouw verlaten. Hu reisde haar in
allerijl achterna op een schip, dat naar Roe
menie voer, doch door de haast had hU ver
geten zjjn pas mede te nemen.
De Roemeensche autoriteiten weigerden hem
het land binnen te laten, zoodat hü gedwongen
was naar Palestina terug te keeren. Hier willen
de autoriteiten hem echter ook niet binnen
laten, zoodat de man reeds eenlge weken lang
als een natlonallteltlooze heeft moeten wonen
op een stoomschip dat te Haifa in de haven
ligt.
Dus had het diner plaats en het slaagde
schitterend; het slaagde bulten verwachting!
Draaf de Ballizac. die statigen edelman, daar te
zien zitten In zjjn onberlspelüken rok. vier rid
derorden op de borst en een azuren comman-
deursplaat In de lenden; hem de aristocratische
hand te alen uitstrekken naar zijn wijnglas
dat was reeds een feest op zich zelf.
Dat had père Gastocq maar handig klaar
gespeeld: deze décoratieve figuur in zijn in
trigue te gaan gebruiken Want Ja. het was niet
geheel uit vrijen wil dat de negentiende graaf
uit het geslacht de Ballizac aan dezen dlsch
uw.
Helena
en de
Weel en
Henne-
Denue-
Heiloo.
tat. Be
lt. H. v.
Waar-
gerbrug.
l. Ris.
lestraat
te Alk-
B. Luc
m.
Menigeen zal zich wel eens hebben afge-
vraagd hoe het woord „bakviach" in de wereld
U gekomen. Zooals men weet kent men deze
uitdrukking eveneens in Dultschland. waar men
van ..Backfisch'' spreekt. In Engeland, wam
men het equivalent flapper heeft, dat ontelbare
hoeveelheden beteekent, heeft men den oor
sprong van het Dultsche ..Backfisch" nagegaan.
Men kwam tot de slotsom, dat de uitdrukking
In verband moest worden gebracht met een
ouden Engelschen visschersterm. De visschers
gebruikten het woord voor al te jonge vlsch,
welke zu niet de moeite waard vonden te be
waren en welke weer in zee terug werd ge
worpen Zij spraken dus van back-flsh Later,
toen de uitdrukking op jonge meisjes betrek
king had. is deze in de Nederlandsche en Dult-
sche talen geslopen.
„Zeker kerel. Kijk zelf maar
Mijnheer Bateman schreed de kamer door,
deed het blscultbUk open en keek in de leegte
„Heel onachtzaam. mompelde hu. „Nu. goe
den nacht."
HU verliet de kamer Jimmy ging een oogen-
blik op zun bed zitten luisteren.
„Dat heelde maar een haar.” mompelde hl)
bü zichzelf ..Wat is dat toch een achterdochtig
iemand die Pongo. HU schUnt nooit te slapen.
Een ellendige gewoonte om met revolvers rond
te sluipen."
HU stond op en opende een van de laden van
de waschtafel. Onder een sorteering dassen lag
een stapel biscuitjes.
„Er is niets aan te doen." zei Jimmy „Ik zal
al die vervloekte dingen op moeten eten. Tien
tegen een, dat Pongo morgenvroeg komt rond
spieden.”
Met een zucht begon hU aan een maaltUd
biscuitjes, waar hu absoluut geen zin in had.
ACHT EN TWINTIGSTE HOOFDSTUK
VERMOEDENS
Juist op den afgesproken tüd om twaalf uur
stapten Bundle en Loraine het park binnen na
de Hispano in een naburige garage achterge
laten te hebben
Lady Cocte groette de twee meisjes verrast
maar met klaarb'tjkelUke vreugde en drong er
onmlddellUk bü hen op aan. dat ze moesten
blUven lunchen.
O. Rourke die achterover geleund Ui 'n reus-
ite en
ntract
sn gl
ossing
1 dan
xslng,
ze verhaalde de bUsondei heden van de
Jimmy luisterde mat belangstellende
•n aan
idellng
eeken?
ter en
uil oen
2 Jaar
veelal
n met
i wor-
1 men
t men
t met
bij verlies van een hann
een voet of een oog
De Bond van Winkelbedienden meent dat
paal en perk gesteld moet worden aan het voort
durend openen van nieuwe magazijnen een
opvatting, welke door bovenstaande cUfers on-
getwüfeld geschraagd wordt, en welke boven
dien gerechtvaardigd wordt door het feit dat
in drie Jaren tUds meer dan 10.000 winkeliers
failliet gegaan zün, met een totaal passief van
bUna t IS.OQO.OOO.
Het spel was even voor eenen uit en Batsman
en Loraine hadden het gewonnen.
„Maar ik denk dat je toegeeft, partner." aei
mynheer O'Rourke, „dat wü kunstiger gespeeld
hebben
HU bleef een beetje achter met Bundle.
..Die arme Pongo is een voorzichtig speler.
hU waagt niets”
„En bU mü ia het erop of eronder. Dat is een
.noot motto voor bet leven, vindt u niet, lady
El leen?”
„Ben je er nooit door in moeilijkheden ge-
Dien zelfden Woensdagavond, één uur voor
middernacht! Père Gastocq en zUn Jeugdige
gast de luitenant Letot hadden een oogen-
blik verpoozing gezocht in den tuin. In afwach
ting van het grootsche moment waarop binnen
de llefelUke Melanie haar muziek bü elkaar
zou hebben gezocht en gesorteerd, om, dan de
woning weer door de geopende „serre-deuren
binnen te treden, teneinde eenlge chansons te
aanhooren. Genoemde verpoozing. genoten aan
de zUde van den beminnelUken pére Gastocq,
werd door Gaston benut voor het doen van
meer intieme mededeellngen over de moellUke
kunst, rond te komen, en dan wel in styi rond
te komen van een zeer bescheiden toelage en
een evenmin glorieus lultenants-tractement.
Deze woorden werden Ingeleld met de voor-
treffelük logische opmerking, dat levende erf
ooms absoluut niet zün gelUk te stellen met
doode soortgenooten en abrupt beëindigd met
het dringend verzoek aan den gastheer, hem.
Gaston Letot, een klein sommetje te leenen;
altUd natuurlük tegen een flinke rente.
Toen deze bede werd geult, lachte père Gas
tocq. ofschoon dat bepaald zUn gewoonte niet
was bü dergelUke gevallen'
HU lachte wus en verheven boven zUn grijzen
baard en voerde den leengragen officier met
plechtlgen tred binnen in het heiligdom van
zijn werkkamer, waar hu dezen tegen een in der
haast uitgeschreven en even haastig ondertee-
kende schuldbekentenis, waarin over geen ren
te werd gerept, een chècque overhandigde voor
20.000 franc.
Nu is het een algemeen bekend feit, dat men
schen. wien na een goed diner en veel ouden
wyn nog eens in het geheim goed wordt ge
daan, hierop reageeren met lyrische ontboe
zemingen. Gaston was geen uitzondering op
dien regel!
„Monsieur." zoo riep hü met pathos uit, „hoe
zullen wü u dat vergelden?”
En toen de weldoende oude heer bu dat „wu"
wat vreemd opkeek: ,Ja wü. want weet u, ik
vroeg dat geld niet voor mü alleen!
Op een klein landhuisje in het Zuiden woont
het meisje, dat ik lief heb.
Ariadne, heet ze. Ariadne Ledone! O. wat
heb ik het noodlot verwenscht dat den staf er
het vorig jaar toe gebracht heeft, me hier te
detacheeren, meer dan 200 KM. van haar ver-
wuderd. Maar nu, nu heb ik weer geld! Nu kan
ik weer naar haar toereizen de weekenden dat
ik vrU van dienst ben en haar verwennen
En Ja,” (hier kreeg de stem van den min
nenden jongeling denzelfden plechtlgen klank,
welke eertUds die der Fransche ridderschap
most hebben bezeten, wanneer zfj voornemens”
door plechtige geloften bo^Ode) „het eerste
wat Ik van dit geld koopen zal monsieur, u
moet me gelooven. is die schitterende platlna-
ring, welke ik
Père Oastocq hoorde de bijzonderheden, ge
noemden ring betreffende, niet meer; zUn geest
hield zich met geheel iets anders bezig.
Melanie's vader en paladUn vroeg zich op dat
moment in ernst af of de jury hem een dood
slag, onder dese omstandigheden begaan, ern
stig zou aanrekenen.
Ofschoon de haven van Haifa pas achttien
maanden geleden officieel voor zeeschepen is
geopend, is deze reeds thans te klein gebleken
voor het scheepvaartverkeer in de PalestUn-
sche wateren.
Slechts vier schepen kunnen tegelUkertljd
aan de kade worden gelost of geladen, en het is
in den laatsten tüd meermalen voorgekomen,
dat vrachtschepen langer dan een week op hun
beurt hebben moeten wachten.
De haven-autoriteiten zUn overwerkt, en een
hoog ambtenaar verklaarde nog onlangs, dat
het personeel niet snel genoeg kon worden op
geleid om gelUken tred te kunnen houden met
de uitbreiding van het scheepvaartverkeer in
de Palestljnsche wateren.
Indien deze uitbreiding voort blUft gaan, zal
het waarschUnlUk niet alleen noodig zün, de
haven van Jaffa grondig te verbeteren, doch
ook de haven van Haifa te vergrooten, die op
het oogenbllk als de op een na grootste haven
aan de OostzUde van de Mlddellandsche Zee
wordt beschouwd.
„Ik wilde je vragen.... heb Jij t ook opge
merkt dat Melanietje Gaston Letot-... nu
Ja....l"
„Zeker heb ik dat, Louise. Nu. *r keus kon
slechter zijn! Vlotte jongen; uitstekend offi
cier; van goede familie! Momenteel niet bij
zonder gefortuneerd, maar eenlge hoogbejaar
de en klnderlooze bloedverwanten, die aardig
wat hebben I”
Twee maal drie maten rust.
„Réné?"
,Ja. liefste I?”
„Ik vind. Réné.... Melanie en Gaston....
och. hoe weinig hebben ze elkander nog ont
moet. Kunnen wij er niet voor zorgen, dat....”
„Daar zullen we ook voor zorgen, Louise 1”
A I I 17 A °p bIad zUn d* verzekenngsvoorwaarden tegen bU levenslange geheele ongeschiktheid tot werken door TT b*J een onKeval met IJ QKfï
zA.1 .1 .F,, AA vx H 1 I-s O ongevallen verzekerd voor een der volgende uitkeeringen r g «Jkza** verlies van belde armen, belde beenen of beide oogen JT ff ÏJv«“ doodelljken afloop A AME/We*"
raakt?” vroeg Bundle lachend
„Zeer zeker, millloen malen. Maar ik leef nog
altijd. Er is vast de strop van den beul voor
noodig om Terence O'Rourke te verslaan."
Juist kwam Jimmy Thesiger den hoek
het huis om
„Wel mijn hemel. Bundle." riep hu uit.
Dien zelfden middag nog ontmoette père
Gastocq. op weg naar sijn wijnhandelaar, den
cavalerie-luitenant Letot op straat.
„Monsieur Gastocq," groette de officier de
hand aan de scharlakenroode kepl.
Père Gastocq
boog en glim- j
lachte minzaam, i
Zn stem was i Gasfon
Met een plotselingen sprong was hi) bu den
*hop van het eléctrlache licht, sn draalde het
ten. De plotselinge lichtgloed deed hem met de
??*en knipperen, masr hij zag duidelijk genoegt
”°g geen tien centimeter van hem af, ’tond
Rupert Bateman.
.Xleve hemel. Pongo," riep Jimmy. „Wat neb
J* mü verschrokken, door zoo in het donker
ron<l te sluipen.”
Jk hoorde leven," legde mijnheer Bateman
gestreng uit. itig dacht dat er inbrekers binnsn-
tekomen waren en Ik ging naar beneden om
kijken." Jimmy keek nadenkend naar de
y*n crèpe-zolen voorziene schoenen van mi)n-
*ter Batsman.
-JU denkt toch overal aan. Pongo," sei hl)
„Zelfs aan oen doodelUk wapen.” Zijn
niette op de dikte in den ander zijn zak.
-Het is het best gewapend te zUn Men weet
““’ll »ie men tegen kan komen.”
.Jk ben bl|j dat je niet geschoten hebt,zei
•unmy „Hrt begint mu een beetje te vervelen
tengbechoten te worden."
n jj, die Sir John Simon, den Minister van
Bultenlandsche Zaken, in het begin dezer
week zagen, werden getroffen door de ge-
gelukkige uitdrukking, welke op zijn gelaat lag.
Sir John is van nature een zeer vriéndelijk
kijkend man. Zün kléine, meestal welwillend
glimlachende mond moet een niet geringe te
leurstelling geweest zijn voor velen die hem voor
het eerst zagen, en verwachtten dat Engelands
beroemdste pleiter de gelaatstrekken van een
donderenden Jupiter zou hebben. Hij heeft die
nu eenmaal niet, maar zjjn bewonderaars troos
ten zich met de gedachte, dat hij het niet ai-
ttjd poeslief meent als men, oordeelend naar
zijn ulterUJk, denken zou. Dezer dagen evenwel
overtrof Sir John zichzelf. Daar lag op zjjn ge
laat niet alleen een uitdrukking van geluk, maar
ook van trots. Wie den minister gadesloeg,
kreeg den indruk van een man. die zich vol
komen ervan bewust is niet vruchteloos geleefd
ie hebben. Wat de toekomst ook voor Sir John
moge hebben weggelegd, den roem van het
beden zou zU hem niet kunnen ontnemen.
Het is waar dat Sir John reeds vele successen
gedurende zjjn lange loopbaan had mogen
boeken. Wie heeft hem als pleiter geëvenaard,
wie ais scherpzinnig jurist? Was hU het niet
wiens geweldige rede in Mei 1926 een algemeene
staking, waaraan vjjf millloen menschen deel
namen. deed ineenstorten als een kaartenhuis?
Verhief hij zich niet tot de hoogste hoogten van
naUpnale belangrijkheid, toen hU eenlge jaren
later naar Indië ging aan het hoofd van de
beroemde, naar hem genaamde commissie, wel
ke rapport moest uitbrengen over het vraag
stuk van grond wets-hervorming? En werd niet
dat ontzagwekkende rapport, het „Simon-
rapport". alom geprezen als het grootste en vol-
maaktzte werk van dien aard, dat ooit tot stand
gebracht was?
Er moet veel gebeuren alvorens een man met
zulk een schitterenden staat van dienst niet
alleen een bijzonder gelukkige, maar bovendien
een bijzonder trotsche uitdrukking op het ge
laat draagt.
Wat was er dan gebeurd? O. gij weet het na
tuurlijk al lang! Het schitterende resultaat der
Engelsch—Fransche besprekingen de Euro-
peesche vrede opnieuw gered het uitbreken
van de oorlogen (die in het geheel niet van
plan waren uit te breken) voorkomen „for
mules”, welke de basis vormen van Ik weet
met wat. gevonden en geformuleerdGU
weet er alles van.
Neen, gij weet er niets van. De meer of min
der gelukkig afgeioopen conferentie met de
Fransche ministers was niets anders dan een
toevallig-samanloopende omstandigheid. Diege
nen. dis hem per radio een uiteenzetting heb
ben hooien geven van het ..Lucht Locarno”,
moten opgemerkt hebben dat er in zijn andere
bezadigde stem een onmisbare „blijde ontroe
ring” trilde Ni tuurliJkt succes. Ja zeker,
t succes! Maar welk succes?
Sir John wist toen reeds, wat wü eerst later
uit de kranten zouden vernemen:
HU was juist benoemd geworden tot captain
van de Senior Golfers' Society voor het jaar
1935.
De onderscheiding komt hem ten volle toe.
want het vorige Jaar won hü de Parlementaire
Handicap.
In Juli zullen de nationale teams van Enge-
Canada en de Vereenlgde Staten elkaar
te Prestwick ontmoeten Men hoopt en ver
wacht dat Sir John het Brltsche team zal aan-
voeren.
Wie weet wat Engeland is. en wie weet wat
is. zal begrüpen dat Sir John zich trotsch
•n gelukkig voelt.
heel geanimeerd met Loraln« te praten, en
luisterde slechts met een half oor naar den tech-
nischen uitleg van Bundle over de mechanische
ziekte, die de Hispano had
„En we zeiden." eindigde Bundle. ..hoe won
derlijk. dat hü juist hier delect raakt, Den
vongen keer gebeurde het op een Zondag in eer.
plaats die Klein Spedlington onder den Heuve.
heet. En het deed zün naam eer aan dat kar
ik je wel vertellen."
.,Dat zou een schitterende naam zün voor een
film," merkte O'Rourke op.
„De geboorteplaats van het eenvoudige land
meisje," stelde Socds voor.
„Ik zou wel eens willen weten zei lady
Coote. „waar münheer Thesiger is.”
denk dat hü in de billardzaal is." ze!
Soeks. „Ik zal hem wel gaan halen."
Ze ging, maar ze was nauwelüks een minuut
weg, toen Rupert Bateman op hel tooneei ver
scheen met zijn gewone afgematte en ernstige
gelaatsuitdrukking
,4a. lady Coote! Thesiger zei, dat u me moest
hebben Hos- maakt u het lady Eileen...."
HU ging niet verder, omdat hü de twee
meisjes moest verwelkomen en Loraine begon
direct den aanval.
„O münheer Bateman. Ik sou u zoo graag
willen spreken U vertelde me toch wat ik doen
moest voor een hond, die voortdurend seere
poolen heeft."
De secretaris schudde het hoofd
,D«t moet iemand anders geweest zün. Juf
frouw Wade, hoewel ik het eigenlijk toevallig
kels in Engeland, of één op elke vier en veertig
inwoners.
In Januari 1922 bedroeg het aantal in de re
gisters der werkloosheidsverzekering ingeschre
ven personen, aangesteld in den kleinhandel.
996 080; elf en een half Jaar later, in Juli 1933
was het aangegroeid tot 1.992.000, en dus ver
dubbeld. Voegt men bü deze bedienden de pa
troons, directeuren en managers van winkels,
dan verdient één op de twaalf Engelschen zün
brood door over de toonbank artikelen te ver-
koopen aan de elf anderen.
In sommige badplaatsen, met een groote vlot
tende bevolking, is het aantal winkels tn ver
houding nog grooter dan In de meeste steden.
Zoo Is er te Brighton een winkel op elke vier en
twintig inwoners.
De omzet van den kleinhandel wordt geschat
op £2361.000.000 per Jaar, <U. 54 per hoofd
der bevolking. Van dezen omzet komt niet min
der dan 9 procent op d^-coöperatleve vereenl-
gingen en 21 procent op de groote combinaties
van warenhuizen en „multiple concerns"-onder-
nemlngen, die uniforme winkels openen in ver
schillende wüken en zelfs in verschillende ste
den. Aldus wordt 30 procent van den kleinhan
del gedreven in slechts 4 procent van bet to
taal aantal winkels; 35 procent van het perso
neel, d.1. 700.000 personen, Is in deze 40 000
zaken werkzaam. Gemiddeld bedraagt dus het
aantal bedienden in de grootere magazijnen 18.
De overige 960.000 winkels werken met
1300.000 personen, dus met gemiddeld 3 be
dienden op 2 winkels.
,.U bent niet tegenwoordig geweest b|j den
lierfstcompetlüewedstrtjd.” sei ORourke.
„Ik was gaan wandelen.” zei Jimmy „Waar
zün die vandaan komen vallen
„Wü kwamen heel eenvoudig te voel.' zei
Bundle. ,XM Hispano heeft ons in den steek
gelaten.”
En
panne.
aandacht.
..Reusenpech.” verwaardigde hij zich te neg
gen. „Als het wat lang duurt zal ik je na de
lunch terugbrengen in mijn wagen
we hun tweeën vragen." sei Bundle
Loraine, münheer ORourke en ik willen met
Jou en münheer Bateman golf spelen
„Doet u het maar münheer Bateman." zei lady
Coote toen de secretarie even aarzelde „Ik weet
zeker dat sir Oswald u niet noodig heeft
Het gezelschap ging naar het grasveld
„Heel slim klaargespeeld hé?" fluisterde
Bundle tegen Loraine ..Gelukgewenscht met
„Wat bent u toch een wonderlük iemand.”
onderbrak hem Loraine. „U weet ovei ral van."
„Men a moet op de hoogte blüven van de
moderne* wetenschap," zei münheer Bateman
ernstig. ..Nu. wal betreft de pooten van uw
hond.
Terence O Rourke mompelde sotto voce tegen
Bundle:
„Menschen van dat type achrüven al 81e stuk
jes In weekbladen „Het is niet algemeen be
kend, dat om een koperen haard mooi blinkend
te houden enz." „De mestkever is een van die
Intere&sante insecten." „De huwvlüksceremonie
by de Fingaleesche Indianen en zoo verder.”
„Algemeene ontwikkeling dus.”
,JCn kun je twee verachrikkelüker woorden
uitdenken," zei münheer O Rourke en hü voegde
er vroom aan toe, „Ik dank den hemel, dat ik
een academisch geVormd man ben en van geen
enkel onderwerp Iets af weet."
„Ik zie, dat we hier ook golf kunnen spelen."
zei Bundle tegen lady Ooote
„Ik zal met u meegaan, lady EUeen.zei
O Rourke.
..Laten
„Dat had ik toch heel licht kunnen doen,"
zei münheer Bateman.
,,Dat zou heelemaal tegen de wet zün ge
weest," zei Jimmy. „Je moet namelük heel zeker
zün dat de kerel inbreekt voor je op hem schiet
Je moet niet zoo voorbarig gevolgtrekkingen
maken. Anders zou je wel eens moeten verklaren,
waarom je een gast, die een absoluut onschul
dige boodschap deed zooals ik, doodschoot.”
^Ja, waar kwam je elgenlük voor?”
„Ik had honger.” rei Jimmy, „en tamelük veel
zin in droge biscuitjes."
,,Er staan wat biscuitjes in een blikje bü je
bed," zei Rupert Bateman.
Hü keek Jimmy door zün hoornen bril heel
doordringend aan
„Zoo. Maar daarin is het personeel wat on
attent geweest, ouwe jongen Er slaat een bilkje
met .Biscuits voor hongerige gastenerop Maar
toen de hongerige gast het opendeed... was er
nlete tn. Dus trippelde ik naar beneden naar
<ie eetkamer." En met een lieven ongekunstel-
den glimlach haalde Jimmy uit den zak van
zün kamerjapon een handjevol biscuits te voor
schijn.
Er was een oogenbllk stilte.
„En nu zal ik terug naar bed trippelen," zet
Jimmy. ,,Wel te rusten. Pongo"
Met een nonchalant air ging hü de trap op
Rupert Bateman volgde hem In de deur
opening stond Jimmy stil, alsof hü nog eens
goeden nacht wilde wenschen.
„Dat Is toch raar van die biscuit sa. zei
mijnheer Bateman. „Vind je goed dat Ik
even.
ien middag kwam Melanie Gastocq op-
j 1 merkelük vroeg terug van het tenms-
park. Dat feil was overigens niet het
eenlge opmerkelijke In haar gedragingen; er
was meer. Het scheen, dat ze er plots naar
dorstte, zooveel mogeluk bewijzen bijeen te za
melen om aan te toonen, dat de wetten, ge
baseerd op de ondoordringbaarheid nog steeds
van kracht zün en een bepaald lichaam nog
aitüd niet zün kan op de plaats, waar een an
der lichaam zich reeds bevindt.
In den lang voorbüen rijd, toen de menschen
nog niet zoo diep doordrongen in de psjjche van
andere menschen, om de drijfveer te ontdek
ken van hun handelingen, zou men op dien
middag van de 19-jarlge Melanie Gastocq een
voudig hebben gezegd: „Ze trapt «n ze gooitI”
En zoo was het dan ook! Ze trapte legen het
tuinhekje; tegen het voetstuk van de gipsen
Niobe, met het perkje Louis-Phllip-tulpen, het
sieraad van père Gastocq’s siertuln. Binnen
gekomen, trapte ze tegen den kapstok, tegen
onderscheidene deuren om haar kleine spitse
schoenpunt tenslotte onzacht te doen belanden
op den kop van Nippy den terrier, die gromde
en zich, vervaarlük met de tanden blikkerend,
opmaakte tot het treffen van represaille-maat-
regelen.
Verder, het werd reeds geconstateerd, gooide
Melanie, en wel met een voorwerp, dat zich
naar om vang, doel en bewerking niet büzonder
tot gooien leent: haar tennis-racket. Het be
landde op een top van den gangpalm, waar
door eenlge onderdeelen dezer plant al naar
den graad hunner buigzaamheid knakten of
pletten.
Genoemde handelingen, blukbaar door de
physica geïnspireerd, werden met verschrikte en
zorgeiüke gezichten bügewoond door père Gas
tocq en Louise, diens vrouw; belden drongen
met klem aan op een verklaring van dit zeer
vreemde gedrag.
„Die ellendige Ronny; die intriguante,” siste
Melanie en keek met opgewonden blikken rond
om iets te vinden, dat het algeheele einde van
den reeds zwaar beproefden palm tot een vol
dongen feit zou kunnen maken.
„Wat is er dan met Ronny? Wat gebeurde er?
Toe. vertel nu eens kalm!"
„Wat maken jullie je druk; er Is niets," beet
de gooi-enthousiaste het ouderpaar toe, maar
deze woorden het volgend moment logenstraf
fend, schoot haar stemmetje met een komisch
hoog huilgeluldje uit: „Nou. hü was er
ook....IH”
Het volgend moment was ze de trappen op
gerend; weg, naar haar kamer.
Pa en Ma bleven waar ze waren, als pala-
dünen aan weerszüden van den gehavenden
gangpalm opgesteld en overdachten de situatie.
„Och. Je begrijpt het wel, Réné; het is na-
tuurlük om Gaston Letot! Hü is zeker van
middag ook op de banen geweest, iemand zal
hem hebben meegebracht!”
Père Gastocq knikte; „En Ronny, die Jon-
gensgek, heeft zich natuurlük aangesteld als
een mallote! Dat ze zoo'n meld.... Ja, meld,
dat Is ze, In die club dulden!"
„Een raadsel gewoon Heeft Gaston natuurlük
Ingepalmd met haar lieve maniertjes!”
„Die flirt!”
„Zeg dat wel, die flirt!”
„En onze Melanie, dat bescheiden kind, heeft
zich natuurlük vreeselük geërgerd I"
„Ja vreeselük natuurlük!”
Drie maten rust.
„Réné!”
„Wat is er lieve?"
Gastocq
en glim-
minzaam.
stem was
die van een op-
getogen rnensch,
toen hü daarop 5
zUn toekomstige
prooi attaqueerde.
„Kük. 't treft, u nu te ontmoeten, monsieur
le sous-capitalne. Ik heb namelük een verzoek
aan u."
„Zal ik. indien mogelük. gaarne inwilligen."
antwoordde Letot hoffelük en wachtte.
„Monsieur Letot.” selde Melanle's vader en
zaakgelastigde, vertrouwelük naar den langen
militair opblikkend, ,Jk wilde u bü dezen, mede
namens mün vrouw, ultnoodigen as. Woens
dag bü ons te dineeren. Kük. we verwachten dan
den graaf de Ballizac. U kent hem. een groot
paardenliefhebber en uitmuntend polo-speltr.
Wanneer u mede aanzit zult u niet alleen ons
een groot genoegen doen, maar ook den graaf
in de gelegenheid te stellen over zün lievellngs-
sport met een Insider te spreken
Want ja. mijn vrouw en ik. menschen op
leeftüd. nietwaar? En wat mün dochter Me
lanie betreft, een ferm sportmeisje, maar polo
heeft nu direct haar interesse niet.
Monsieur Letot, u stemt toe? U zoudt ons
werkelük zéér -verplichten!”
Lelot's gezicht kreeg een begeesterde, ja.
haast engelachtige uitdrukking. Op gastrono
misch gebied had de oude Gastocq een groote
reputatie en niets trekt jonge officieren met
gezonde magen en smalle beurzen meer aan
dan de gastvrijheid van beroemdheden op cu
linair gebied.
„Volgaarne monsieur, volgaarne; zéér
plicht. Woensdag zegt u? Schitterend
MljB complimenten aan uw vrouw en dochter.
Ctaimant meisje, die Melanie van u! Veel-
‘Selovende tennlsquallteiten!"
XT apoleon Ijeeft de Engelschen een volk
IV van kramers, van winkeliers genoemd.
In een tüd waarin winkeliers in de na-
Üonale samenleving niet de eervolle en voorna
me plaats Inramen, welke zü in later jaren
veroverden, kan de keizer van een soldatenvolk
hiermede niets vleiends bedoeld hebben.
Maar in letterlüken zin schünt Napoleon's
omsehrüvlng van zün vUanden toch Juist ge
weest te zün, en zü heeft thans, éèn-en-een-
**art eeuw later, niets van haar juistheid in
geboet.
Volgens een schatting van den Nationalen
Bond van winkelbedienden zün er 1000.000 wln-
I
Een koopman uit Jabnek in Bohemen is tot
een hechtenis van zes dagen veroordeeld wegens
„beleedigtng" van de Tsjechische taal.
Het vorige jaar had hü een briefkaart ge
zonden naar de Nationale Bank van Tsjecho-
Slowaklje. waarin hü deze beleefd veraocht niet
met hem in het Tsjechisch te correspondeeren.
aangezien hü, tot z’n spüt. deze taal niet ken
de. „Mün moedertaalzoo schreef de koopman,
„en de taal, die ik in mün zaak gebruik, is
Duitsch. Indien het echter bezwaarlük is met
mü in deze taal te correspondeeren, dan ver
zoek Ik u mü te willen schrijven in het En
gelsch. Fransch. Italiaanse!) of Spaansch, de
vier andere wereldtalen.
Hoewel het O. M. toegaf, dat de koopman ten
volle gerechtigd was tot het doen van zün ver
zoek. was het echter van oordeel, dat de zin
sneden op de briefkaart, welke betrekking had
den op het Tsjechisch, een beleedlging Inhiel
den voor de Tsjechische taal en een motief
waren voor een veroordeellng.
aanaat, met opgewondenheid over de cham
pions sprak en de Bordeaux hooglük roemde.
Er is een tüd geweest, waarin genoemde edel
man ri uitnoodiglnc van père Gastocq als een
grove aanmatiging zou hebben beschouwd;
sterker nog: als een ongerijmdheid. Maar dat
was toen Russische en Oostenrüksche papieren
nog een waardevol bezit vertegenwoordigden
en de graaf financieel nog niet afhankelük was
van stille geldschieters als den ouden Gastocq.
En dan Gaston Letot! Jong en pralend in de
zwarte dragonderunlform met de gouden loo-
vertjes; een en al teederheid voor Melanietje,
zün tafeldame; een en al bewondering voor
de wüze waarop de spüzen waren toebereid
en vol eerbiedigen schroom voor den ouderdom
der wünen; enthousiast met den graaf spre
kend over het ix>lo-spel en deszelfs spelers en
met père Gastocq vervuld van afwüaende re
serve ten aanzien van de Fransche politiek der
laatste zeven Jaar.
Mevrouw Gastocq schitterde als een giganti
sche robün en MelanieMelanie scheen te
vertoeven in die regionen, welke men met het
verzamelwoord „Zevende hemel” pleegt aan te
duiden.
Alleen het vriendinnetje was stil en afgetrok
ken. maar, nietwaar, vriendinnetjes moeten nu
elndelük maar eens leeren de zon in bet wa
ter te kunnen zien schünen.
Bü toeval rende Hal om een boom heen, waarnaast
kapitein Benson een listig verborgen val had ge
maakt. Plotseling hoorde Hal den Indiaan een wilden
gil uiten en omkükend, zag hü den grüaen Wolf z'n
handen opheffen en In een gat in den grond ver-
dwünen."
De grüze Wolf en z’n stam hadden erg door de
Spanjaarden geleden en voerden voortdurend oorlog
tegen hen. Behoedzaam kroop hü aan wal en volgde
Hal, daar hü hem voor een Spanjaard hield. Toen,
terwül Hal z’n kruiken vulde, schoot de grijze Wolf
een pul op hem af.
Gelukkig keek Hal net op en wierp zich achterover,
zoodat hü den pü> ontweek Toen sprong hü overeind
en snelde de wildernis In met den grüzen Wolf achter
zich aan Ik moet bulten het bereik van z'n speer
blüven,” dacht Hal. ^Daarte^en kan ik niets
uitrichten.”