De financiën van Baldwin eKdvciïkaaL van den dag DE ENGELSCHE KAPERS l fok TC 3 te HET GEHEIM VAN DE 7 WIJZERPLATEN Schrijversjubilé b®. r WOENSDAG 27 FEBRUARI 1935 Stanley Baldwin J Bekroond in België Moppen en anecdoten DOOK AGATHA CHRISTIE Belangeloosheid is zijn familietrek ONBAATZUCHTIG EN VRIJGEVIG MAN „Queen Mary” r I r1 AANGIFTE MOET, OP STRAFFE VAN VERLIES VAN ALLE RECHTEN, GESCHIEDEN UITERLIJK DRIE MAAL VIER EN TWINTIG UUR NA HET ONGEVAL Teekens om sneller te gaan rijden Groofer voorbeeld van stoffelijke offervaardigheid heeft geen minister ooit gegeven j Een L ne- rck ley •n by. ii geld Toussaint van Boelaere vertelt verklaring (Bijzondere Correspondentie uit Brussel) standige Kt >1 c. dan nog l in I f’ Cl’ A4 ‘tl c S. een millionnair 54 VIER EN DERTIGSTE HOOFDSTUK Lord Caterham geeft zün toestemming (Lodt) I In een oogenblik was er veel volk op de been en de drie blanken werden als ware helden vereerd. In dianen vergeten een weldaad nooit en dat zou later blijken. Sn «I h «ids ver mtsr. voor *vwr- Doordat de kinderen te veel op de vreemdelingen letten, keken ze niet uit. en onverwachts kantelde het bootje. Gelukkig gebeurde het ongeval niet ver van den oever, maar toch nog ver genoeg om den alligators, die blikbaar tot de gewone waterbewoners gerekend werden, een kans te geven. 9 O »1 het meuoi- Hct luna te i te het Drie- dollars na- Elch «en van er d. en r* Ln er 5 I. 9 nog che ren 14— ve- ch- 144, ig p. i: n se is at, at, ith ito kg. 170- ooi sn els le- in- Im. r. Je en DO. re: I 00 at er i i De vereeniglng De Jonge Tooneelllefhebbers van Brussel had ter gelegenheid van haar 75- Jarlg bestaan een prjjsvzflhg uitgeschreven voor een tooneelstuk. De Jury neefj de volgende prij zen toegekend: eersten prijs, 1200 francs en verguld zilveren medaille, geschonken door den Koning van België, aan mevr. M. G. J. Noppen te Brussel, Nederlandsche’ van geboorte, voor het tooneelspel Haar twee kinderen; tweeden prijs H. Heymans voor Oogen Open; derden Prijs A. Vandenbak voor Als de liefde breekt. Op 19 Maart zal Haar twee kinderen in den Kon. Vlaamschen Schouwburg te Brussel wpr- den vertoond, bij welke gelegenheid Herman Telrllnck de medaille zal uitreiken. .Je hebt nooit geweten, wat voor een zaken genie Je vrouw was. hè? Nu. eerlijk gezegd, wist Ik het vóór vandaag ook niet. Maar toch is het zoo. Je weet, dat ik dolblij was met dat collier, dat Je me gisteren gaf, hè? Nu. t was ook wer- Mijnheer Eversleigh was natuurlijk verschrik kelijk geschrokken toen hij u zag. maar hij vond het t beste zijn rol te blijven spelen. HU wist dat onze menschen t huls bespiedden en dacht dat u geen onmtddellUk gevaar dreigde. HU kon ten allqp tUde weer ..levend” worden. Toen mUnheer Thesiger zUn revolver op tafel poolde en het huis verliet leek het veiliger dan ooit. En wat het volgende gedeelte betreft....” HU zweeg en keek BUI aan. ..Misschien zoudt u dat willen vertellen, mUnheer." „Ik lag nog op die döndersche sofa en trachtte er bewusteloos uit te zien en werd hoe langer hoe zenuwachtiger. Toen hoorde Ik Iemand de trap afkomen en Loraine stond op en ging naar de deur. Ik hoorde Thesiger’s stem maar niet wat hU zei. Ik hoorde zeggen: „In orde; het gaat schitterend.” Toen zei hU: „Help me hem naar boven dragen. Het zal nogal een karweitje zün, maar ik wil ze samen hebben. Een aardige verrassing voor No. 7. Ik begreep niet heele- maal, waar ze het over hadden, maar ze sleept ten me op de een of andere manier <ie trap op. Het was een karwei voor hen. Ik hield me zelf goed zwaar en zü sleepten me hier binnen en toen hoorde ik Loraine zeggen: „Weet Je zeker dat het in orde is sir ze niet bijkomen?" on Jimmy, dl everduivelde ploert zei „Daar is geen kans op.” Ik raakte bulten me zelven. Ze gingen weg en deden de deur op slot en toen deed Ik de oogen op en zag Jou. MUn God. Bundle, Ik zal me nooit meer zoo absoluut ellendig voelen. Ik dacht dat Je dood was.” „Ik denk, dat mijn hoed mün redding was,” zei Bundle. ,4ialf," sel hoofdinspecteur Battle. .Maar het kwam oek half door mUnheer Thesiger s ge wonden arm. HU besefte het zelf niet, maar Rechter (streng) „Ben je daar nu al weer? Heb ik met gezegd, vorigen keer, dat ik Je hier niet meer wenschte te zien?” Beklaagde: ..Jawel, Edelachtbare. Maar de agent wilde mU niet gelooven." -- A OP dit blad zlJn ingevolge de verzekerlngsvoorwaarden tegen T7 bU levenslange geheele ongeschiktheid tot werken door TT bU een ongeval met ÜJ* OKfï bU verlies van eén ham v 1 w Is tO ongevallen verzekerd voor een der volgende ultkeerlngen 4 verlies van belde armen, belde beenen of belde oogen X doodelljken afloop A een voet of een oo* Met klappende kaken schoten eenlge monsters toe en ze zouden steUig hun doel bereikt hebben, als kapi tein Benson en Hal niet met levensgevaar te hulp gekomen waren. Een van de brutaalste dieren kreeg nog een fllnken slag met een roeispaan. „Ik sterf van honger, hoofdinspecteur Battle En bovendien moet Ik al mUn collega's leeren kennen.” ,Dt Zeven Wijzerplaten,” zei Bill. „HoeraI We moeten wat chample hebben. Hebben ze dat daar. Battle?” „U zult nergens over behoeven te klagen mUnheer. Laat u dat maar aan mü over.” „Hoofdinspecteur Battle,” zei Bundle, „u bent een wonderlUk Iemand. Het spüt me dat u al getrouwd bent. Nu zal Ik me wel met BUI tevreden moeten stellen.” „Doe niet zoo dwaas.” zei Bundle, „u weet toch wel, dat u geen energie genoeg hebt om mémoires te schrUven.” „Ik zou ze zelf ook niet schrUven. Ik geloof dat dat nooit gebeurt. Maar ik heb onlangs ken nis gemaakt met een dame wier „pedaal baantje dat is. ZU verzamelt het materiaal en schrUft het In werkelUkheld.” „En wat moet u dan doen?" „O. haar lederen dag een half uurtje de feiten mededeelen. Niets meer dan dat.” Hu dacht even na en ging reeds weg, maar draalde zich toen opeens om en sel luchtigweg over zUn schouder: „Tusschen twee haakjes Bundle, met Wien trouw Je nu?" „Ik was al nleuwgslerlg.” zei Bundle. ,jot u me dat vragen zou. Ik ga met BUI Eversleigh trouwen.” De egoist dacht er over na. Toen knikte hU volkomen tevreden. ..Uitstekend” zei h|| „HU speelt onder ge- lUke voorwaarden, nietwaar? HU en ik kunnen samen In de foursomes spelen in de herfst- compe title." „Veder,” zei Bundle, „Ik moet u voorzichtig een nieuwtje mededeelen. U gaat me verlie zen.” „Onzin,” zei lord Caterham. „Vertel me maar niet dat Je lüdt aan vliegende tering of eet. zwak hart of iets dergelUks. omdat Ik bet ge woonweg niet geloof.” „Het is geen overlUden.” zei Bundle. „Het is een huweUJk.” Boelaere ook de journalistiek, n.l. als correspon dent uit België voor het .Algemeen Handete- blad" van Amsterdam. Ook nu nog schrUft hü kunstnotlties uit Brussel. Hoe hü. als functio naris van het departement van Justitie, In de journalistiek kwam? Door Telrllnck kukm ik In het journallsme terecht, zegt Toussaint. Ook Karei van de WoestUne. waarvan Ik allicht de oudste vriend was, is Jaren lang correspondent geweest van de „Nieuwe Rotterdamsche Courant". Waar is de goede tUd dat wU samen op reportage trok ken? Het moest toen nog niet allemaal per te legraaf en telefoon gaanVeel en vinnig is hier, vooral bü de katholieke jongeren, de laat ste Jaren gediscussieerd omtrent de Individua listische strekkingen van de Vlaamsche „Van Nu en Straksers”, uitloopers eenerzUds van de Nieuwe Glds-actle In Nederland, anderzijds van de ..Jeune Belgique"-beweglng. Wanneer Toussaint over de beweging van „Van Nu en Straks" spreekt, houdt hü er nog altUd van te zeggen dat deze ontplooiing meer beteekende dan de individueele verdienste van leder schrijver afzonderlijk. „Ik meen wel mogen zeggen.” verklaarde hU. „dat wU literaire leven naar binnen en naar buL naar de diepte en naar de breedte, hebben viM’ rulmd en dat wU een basis hebben gelejfr waarop de Jongeren konden voortbouwen. hebben er ons altUd op toegelegd om. met klem vasthoudend aan ons Vlamlngenschap, Euro- peeérs te zUn." Ook In zijn dankwoord op de toespraken sprak Toussaint van Boelaere nog, zü het ook met eenlge schuchterheid, van zün geloof en vreugde In „Van Nu en Straks" ,,dat uitbloeit maar niet versaagt”. De Waalsche minister van Openbaar Onder- 'WUs. Hlernaux, heeft Toussaint In een Neder landsche rede den goudsmid van de Vlaamsche letteren geheeten en stelde vast hoe In België een duurzame vrede Is geteekénd tusschen kunst en openbaar gezag, Arthur van Schendel prees zün glimlachende philosophic, Jozef Muls noemde hem het sieraad der Academie, en Louis Plèrard. die voorzitter is van de Fransche Penclub te Brussel sprak ook In het Neder landse h. Tusschen de Vlaamsche en de Fransch-Bel gische Penclub neeft nooit betere verstandhou ding bestaan dan sinds zü van mekaar scheid den. zei Plèrard. En het is niet waar dat de Vlaamsche kunst slechts oppervlakkig en la waaierig is, getuigde hU. Neen, het is niet waar dat de Vlaamsche kunst lawaaierig Is. het zün slechts de Vlaam sche kunstenaars die lawaaierig worden na het officieel gedeelte van zulk een viering van een voornaam en koelstll auteur, wanneer het vrien dengedeelte begint en voor de zooveelste maal de souvenirs worden opgehaald van den tUd, f dogp Hermaa -THitlnck -4wv zUa toespraak fe- noemd den tüd dat zij den droom bouwden der dutoend toren», levend in den glans Her rUzen- de gestalten, met een fün licht dat uit de gou den ramen valt. Zulke herinneringen worden schooner naarmate zü ouder zün, zeide Telr llnck. imon Bergson hield van systemen. Dat was voor een groot deel de oorzaak van zün succes in het scnaakspelen. En ik twüfel er niet aan of Bergson zou de eerst; absoluut eerlüke politicus van de V'ereenigde S-aten zün geworden, zoo hü maar wat meer voor politiek en alles wat daarbü hoort gevoeld had. Thans bepaalde hü zün systemen tot twee. In de eerste plaats voerde hü consequent een systeem door om zün brood te verdienen en volgens het tweede systeem hield hü zün vrouw daarvan geheel onwetend. Wat t laatste betreft, had hü het goed getrof fen. want mevrouw Bergson had een zeer volg zame natuur en trad weinig op den voorgrond. ZU zorgde voor het huisgezin en kweekte cac- teeën. Zü vergenoegde zich met de wetenschap, dat Simon hard werkte en verder ging baar nieuwsgierigheid niet. Misschien zou dat anders zün geweest, indien mevrouw Bergson zich voo” vrouwenbonden had geïnteresseerd, maar aan dergelüke Instellingen had zü een groeten hekel. Enkele Jaren geleden woonden de Bergsons zeer bescheiden in een drukke volkswük van New York. lederen dag ging Simon naar de city en 's avonds kwam hü opgewekt thuis. Zü genoten van de amusementen, die voor eiken New Yor ker bereikbaar zün. de bioscoop en hel luna park, en wat mevrouw Bergson betrof, zü was er volkomen mee tevreden. Langzamerhand namen echter de inkomsten van Simon Bergson toe en men was genood zaakt om „op stand” te gaan wonen. Een beier huis werd gevonden en betrokken, lalr werd vernieuwd en aangevuld, park werd van het Zaterdagsche uttgaanspro- gramma geschrapt en In plaats daarvan be zochten de Bergsons de opera. Nog altüd bleef mevrouw Bergson tevreden. Zelfs het feit, dat ze hoegenaamd greu vrien dinnen en kennissen bezat, veranderde daaraan niets. Zü hield van haar man. zorgde voor het huishouden en dat was haar genoeg. De laatste weken had Simon Bergson moel- lUkheden in zaken gehad, 's Avonds was hü stU en weinig opgewekt, en mevrouw Bergson had hem vertroeteld als een klein kind Zü wist wel. Alt ze zün zorgen niet mocht dragen, maar niets belette haar om haar man door moeilijke dagen te helpen door hem extra te verwennen. Opeens veranderde echter Simon's stemming. kwam op een avond opgewekt uit de city iar huls en zün vrouw zuchtte van verllch- werd ook een uitgave bezorgd, getiteld „Metterzonnewende”. Het eerste boekje bevat te sonnetten van H. Telrllnck, Jeanne Nyhuls. V. de Meyere. F. Toussaint en van een zekeren Jan van Overeyde. Toussaint verhaalt hoe die naam bedacht w*rd door Telrllnck en UemzeU om sonnetten te groepeeren waarvan zü zelf niet meer wisten wie van belden ze geschreven had. Het boekje was versierd met stafletters en figuren geteekend, aldus het titelblad, door Jaeobyne Nyhofdie weer niemand ander* was dan Telrllnck. De verdere editie van „Met terzonnewende" werd stopgezet, om de eenvou dige reden dat zü geen Ingang vond. Gezellige herinneringen zün Toussaint bügebleven aan den tüd toen Van Dishoeck het tüdschrift „Vlaanderen" uitgaf. Wat hebben die onbezorgde en nog niet aan de keurige HoUandsche stiptheid gewende Vlaamsche schrijvers dien goeden Van Dishoeck toch dlkwüls tot wanhoop gebracht als zü met hun copie weer over tüd waren én de accurate uitgever vreesde dat de nieuwe aflevering 'te la* zou veraehünen. En hoe vaak Is het niet voorgekomen dat bü Herman Telrllnck, die des- tüds redactiesecretaris was. alle manuscripten zoek raakten en alles in het honderd dreigde te loopen Naast zün bellettrie beoefende Toussaint van Snwl heids ver tn—r- dering voor ver- dering keer, dat «Ten agent keer, dat den agent van links nadert, van rechts nadert Toussaint heeft verwerpelüke opvattingen ge had ter zake van de volgens hem noodzakelükc verwüdering tusschen kunst en moraal, maar inkomen tot iemand zestig Ja* <*d wordt; ksggen oek dè katholieken, die den 'auteur van het „Ge sprek in Tractorla” wel eens fel bevochten, één dag bet scherp rapier neer en erkennen wat Toussaint heeft gedaan „voor de vermooiing van ons Vlaamsch geestesleven” zooals een ka tholiek blad dat heeft geheeten. Hü I nas tlng. „Ben je er doorheen, Simon?” vroeg ze blü- „Heelemaal," was het tevreden antwoord. „Ik eb weer geluk gehad. De zaken gaan vooruit. En Ik ben van plan om er nu eens een klein beetje van te gaan genieten." HIJ haalde een klein blauw doosje uit zün zak en overhandigde het haar. „KUk, dat heb Ik voor jou meegebrecht. Een klein geschenk voor je goede zorgen.” Het doosje bleek een coUler te bevatten van granaatsteenen. Mevrouw Bergson's oogen schitterden. „Maar denk er om." voegde Simon er aan toe, ..ze zün niet echt hoor! Je begrijpt wel, dat Ik daarvoor geen geld genoeg heb. Maar in leder geval Is het een uitstekende imitatie. Een echt granaatsteenen collier zou wel een paar duizend dollars kosten, terwül ik deze voor veertig dol lars heb gekocht." „Maer t is even goed heerlük. Simon." zei mevrouw Bergson, „wat een prachtig collier I” ,Je hebt het verdiend." was al wat Simon antwoordde. Den volgenden avond was mevrouw Bergson m den zevenden hemel. Simon bemerkte het. zoodra hü binnenkwam, en hü was benieuwd Baar de oo-taak hiervan. „O. Simon.” begon ze enthousiast, ,Jk heb toch zoon buitenkansje gehad!” „Nou. nou!" lachte hü goedmoedig. ,J&, Ik heb zaken gedaan!” Het klonk fier. En zü was er dan ook wer- kelük trotsch op. kelük schitterend. En vanmiddag kan ik de ver leiding niet weerstaan om het eens te laten keuren." Ze sprak opgetogen verder en lette niet bü- zonder veel op hem. „Ik ging naar Werther en Co., die bekende Juwellersfirma en liet het aan den bediende zien. Ik vroeg hem, wat hü voor dit collier wU- de geven Ingeval ik het wilde verkoopen. En wat denk je, dat hü antwoordde? Hü *1: mevrouw, ik kan u er drie honderd dollars voor bieden! Denk je eens even in honderd voor hü had ma* de helft van zün gewone kracht. Toch la dat geen eer voor de afdeellng. We hebben niet zoo goed voor u gezorgd als dat behoorde lady Eileen.... en het Is een smet op de heele zaak.” „Ik ben heel taal,” zei Bundle, „eh ook tune- lük gelukkig. Ik kan er echter niet bü. dat Loraine er In gemengd is. Het was zoon lief ding.” .Ah,” zei de hoofdlnspecteur, „dat was die moordenares uit Pentonvllle, die vüf kinderen vermoordde ook. Daar kan je niet op aan. Het zit in het bloed. Haar vader had meer dan eens in de gevangenis behooren t« komen.” „Hebt u haar ook geairesteerd?” Hoofdinspecteur Battle knikte. „Ik denk niet dat ze haar zullen ophangen Jury's zün teerhartig.... maar de jonge Thesiger zal zeker en vast hangenen maar goed ookik heb nog nooit een meer door en door verdorven en verhard misdadiger ontmoet. En nu.” voegde hü er aan toe. .Als uw hoofd u niet te veel pün doet, lady Elleen. hoe denkbu over een kleine feestviering? Om den hoek Is een aardig klein restaurant.” Bundle stemde gretig In. „Büna even erg.” zei lord Caterham. „IJFTlenk dat Ik op de bruiloft zal moeten komen heele maal In strakke lastige kleeren gestoken en dat Ik Je aan den bruidegom zal moeten overdragen. En Lomax zal het wel noodlg vinden me in de sacristie te kussen. „Goeie hemel! U denkt toch niet dat Ik George Lomax ga trouwen, wel?" riep Bundle „Och, iets dergelüks scheen in de lucht te hangen, toen Ik Je den laatsten keer sprak,” zei haar vader. „Gisterenmorgen weet Je?” „Ik ga iemand trouwen, die honderd keer zoo asu-dlg Is als George,” zei Bundle. „Ik hoop dat Inderdaad." zei lord Caterham „Maar men kan nooit weten. Ik weet niet of je werkelük een goeden kük op karakters hebt. Je zei. dat Thesiger een blümoedige nietsnutte r was en uit alles wat Ik nu hoor, blükt. dat hü een van de succesvolste misdadigers van den dag is. Het ergste ia. dat ik nooit kennis met hem heb gemaakt. Ik heb er over gedacht weldra mün mémoires te schrUven met een speciaal hoofdstuk over moordenaars die ik ge kend heb.... en door een eenvoudige techni sche vergissing heb Ik nooit kennis gemaakt met dezen jongen man?' Toussaint van Boelaere heeft te dezer gele genheid aan Journalisten, en daarna onder de feestlampen van Taverne Royale, een aantal leuke en gezellige souvenirs verteld uit het op komend literair Vlaamsch leven in de Belgische hoofdstad. Als drie Vlamingen büeenkomen stichten zü een maatschappü en koopen een vlag. Als Jonge studenten, die aan Vlaamsche literatuur doen elkaar vinden, maken zü zich, zooals de Rood huiden, een tent, waar zü klch kunnen terug trekken. die tapt is dan een staminee, zooals men te Brussel zegt. Een passend uithangbord Is noodlg; Brussel heeft zalige uithangborden, die Vlaamsch zün gebleven. Toussaint en zün tüdgenooten kropen aldus onder de tent In het toenmalig literair café „In de Roode Poort” achter de 8t. Kathelünekerk. waar Isldoor Telrllnck, de groote folklorist, de vader van Herman den huldigen raadsheer des Konlngs Emmanuel Hiel, Nestor de Tlère de mannen van de Natte Tafel geuze-lamblek proefden Ofwel gingen zü. Vermeylen, TelrUnck, Hegen- scheidt en Toussaint, de vergaderingen büwo nen van den letterkundigen kring „De Distel” in de taveerne „In den ouden Jan", op den hoek van de Anspachlaan en het de Brouckérepleln Het waren er plezierige vergaderingen, waar de Jongeren, wat ongezeglük en moellük, schrap stonden tegen de ouderen: Toussaint vertelde van den dikken Tsjoen; den goeden ouden Jan- Mathys Brants, die periodiek een roman beloof de, maar er nooit mee is voor den dag gekomen; een poëet-haarkapper van de Gravin van Vlaanderen aan welke doorluchtige vrouwe hü overigens zün fabeltjes opdroeg; L. Buyst. bü- genaamd Anachreoon, omdat hü op eerbled- waardlgen leeftüd nog vurige mlnnegedlchten schreef; een politle-agent, die oden dichtte en de hemel weet om welke reden, een medaille voor de bescherming van dieren had ontvangen, terwül hü 's nachts altüd zün sabel trok om honden en katten op te Jagen. Met Herman Telrllnck en den dichter Willem Güssels den perfecsten bohémien der Vlaam sche letteren heeft Toussaint later in dien- zelfden Ouden Jan een poesjenellentheater op gericht: ,J)e Gezellen van den Poppenspele”. ZU fabriceerden zelf de poppen uit klei. Hun zusters maakten de kleederen. Zij werkten ook met Chlneesche schimmen. Telrllnck en Tous saint schreven de stukken. Voor die Gezellen waren bestemd „Heroondas' Mlmlamben” die Toussaint uit het Grieksch heeft vertaald en onlangs heeft uitgegeven. Paul Gilson, de groot ste der levende Vlaamsche componisten. August de Boek, de andere Vlaamsche componist, of.... Herman Telrllnck componeerden toen de mu ziek op de teksten hunner balladen. Uit dien tüd moet de „Ballade van een Engelschman” dagteekenen, gedicht en getoondicht door Telr llnck. Er ondagavond werd te Brussel in Taverne j Royale het schrüversjublleum gevierd van Fernand Toussaint van Boelaere, den hul digen directeur van de Konlnklüke Vlaamsche Academie en den voorzitter van de Vlaamsche Pen-Club te Brussel (Brussel heeft een self- Vlaamsche en Fransche Pen-Club), hem van wien Urbaln van de Voorde ééns zeer ten rechte heeft getuigd dat zün werk In den van felle kleuren schitterenden toon van het Vlaamsche proza prijkt als een zachte en kost bare orchidee tusschen een overdadigheid van vlammender, levenskrachtiger, doch minder voorname bloemen. De .meest aristocratische figuur der Vlaamsche letteren”, werd op zün zestigsten verjaardag gehuldigd door den heer Hlernaux, minister van Openbaar Onderwüs door Jozef Muls, door Louis Plèrard, den voor zitter van de Fransche Pen-Club te Brussel, door Arthur van Schendel, August Vermeylen, Herman Telrllnck en Gerard Walschap. Als er een voornaam letterkundige in Vlaanderen zes tig Jaren oud wordt, dan maken zün vrienden. Zün tegenstrevers en vereerders, bet eenheids front der sympathie. Klaessen„Ik wou. dat Ik was!” Jansen: „En Ik wou. dat Ik een typhuslüder was.” Klaessen: ..Hè? Waarom?" Jansen: „Nou. mlUlonnnalrs moeten in leder geval sterven, allemaal Maar van de typhus- lüders sterven er maar 65 pCt. «k heb geen deposito op de bank, want ik leer I op het geld van de bank. Ik leef op een A „overdraft”Aldus sprak Mg. Stanley Baldwin. Lord President of the Council, Don derdagavond op een politieke vergadering te Cheltenham. En men vraagt zich af wat hü bedoelde. Maakte hü gekheid? In politieke kringen ver moedt men het; in flnancieele kringen is men er haast zeker van. Zelfs Mr. Baldwin kan. wanneer hü geen deposito heeft, en ook geen zekerheid weet te bieden, geen geld aan de bank opnemen. Sprak hü in flguurtüken zin? Beoogde hü de beteekenls welke het door de socialisten steeds zoo heftig aangevallen bankwezen voor het hee le volk heeft, tot haar recht te doen komen? Wilde hü zeggen dat feltelük ieder burger dus ook hü leeft „op het geld van de bank”? Het is mogelük. ofschoon deze van zün woorden niet geheel bevredigend en overtuigend Is. Men heeft er des te meer aandacht aan ge schonken. omdat Mr. Baldwin reeds vroeger eens In het openbaar zijn eigen financieele po sitie ter sprake gebracht heeft. Dit was in 1928. gedurende zUn Eerste Ministerschap. HU zei de toen: „Voor iedere shilling, die Ik bezat toen ik het mlnisterambt aanvaardde, heb ik thans iets minder dan een penny.” Mr. Baldwin, die behoort tot een befaamde familie van Industrieelen, is een hoogst-on- baatzuchtlg man. Ofschoon hü met Mr. Mac Donald de voornaamste man tn het Kabinet Is, trekt hü als Lord President slechte het voor Engelsche verhoudingen zeer geringe salaris van 2.000 per jaar. Het Eerste Ministerschap en elk der staats secretariaten brengt twee-en-een-half maal zooveel in. Ondergeschikte ministers, die zelfs niet in het Kabinet zitting hebben, beuren eveneens 2000 per Jaar. Van 19331934 was Mr. Baldwin bovendien Lord Privy Seal, een sinecure, waaraan even eens 2000 verbonden is. Hü weigerde het sa laris evenwel te trekken. Mr. Baldin is niet alleen een hoogst-onbaat- zuchtlg, maar ook een zeer vrügevig man. Eenl ge jaren geleden werd onthuld dat de anonie me schenker, die In 1919 150.000 gegeven had aan den Staat, Mr Stanley Baldwin was. HU zelf heeft dit nooit officieel bevestigd, maar het geheim Is „verradMTen tegenspraak zou niet meer baten. In dien tüd was Mr. Baldwin een vermogend man. Zün aandeelen In Baldwin's Iron and Steel Company vertegenwoordigden een waarde van meer dan 500.000 pond. In 1922 leefde hü van zün kaaMTIn n>5 was z<Jn 1_ éèn rijfde teruftebntefe Tti 1928 sprak hü de hierboven aangehaalde woorden, en in 1931 deelde hü mede dat hü zware financieele ver liezen geleden had door vast te houden aan aandeelen in zün oude zaak, welke terugge- loopen waren van 60 s. op 1 s. 8 d. ZUn zoon Oliver, die tevens als socialist een züner politieke tegenstanders is, schreef om trent hem: ..Hü heeft een groot er voorbeeld van stoffelijke offervaardigheio ten behoeve van zün land gegeven dan welke Eerste Minister van welk land ook sinds het begin der wereld.” Belangeloosheid schünt een karaktertrek der Baldwins te zün. Oliver Baldwin had als soon van een partülelder en Eersten Minister in een „gemaakt bedje" kunnen komen, indien hü nch aan de partü züns vaders gehouden had. Mr. Malcolm MacDonald, de zoon van den Eersten Minister, is steeds met dezen meege gaan, en heeft zün weg door het politieke le ven gebaand gevonden. De zoons van Mr. Henderson, de zoon en de dochter van Mr. Lloyd George zün op jeugdi gen leeftüd in het Parlement gekomen dank zü de partü en het prestige van hun vader. Fa- mllie-protectle beeft in de Engelsche politiek steeds een groote rol gespeeld. Oliver Baldwin, die meende dat het volk zün heil ihoest zoeken bü de Labourpartü. versmaadde alle kansen welke de conservatieve partü hem bood, en koos zün eigen weg ateof hü in 1923. toen hü zich bü de Labourpartü voegde, géén vader had die Eerste Minister was. y—oed nieuws voor dames die niet meer zoo I T slank zün als eenlge jaren geleden toen ze misschienook niet meer zoo slank waren, en die toch nog altüd hopen op wonde ren, zooal niet van de natuur. d»n toch vim de weegmachine! Welk een vreugde, niet waar, wanneer de wij zer een paar streepjes minder aanwüst den vorigen keer. De ..Queen Mary” Is een zeer zware dame. Zü meet 70.000 ton, en haar gewicht is in overeenstemming met haar afmetingen. Dr. A. O. Ranktne. hoogleeraar in de schei kunde aan het RUks-Instituut voor Wetenschap en Technologie, hield onlangs een lezing 'voor het Konlnklük Instituut over zwaarte kracht. HU verkiaafde pnder andean bet gewicht verandert met de getijen, en gaf als voorbeeld hiervan dat de ..Queen Mary", het Cu- nard-Whlte Btar schip dat het vorige Jaar van stapel gelaten werd, 20 Engelsche ponden min der weegt wanneer de maan in het zenith dan wanneer zü aan den horizon staat. Wanneer men haar woog Zou het verschil evenwel liiet tot zün recht komen, want het tegenwicht zou eveneens 20 Engelsche ponden verliezen. Gewicht immers is ook maar iets zeer betrekkelüks. (Zoodat ook de niet-meer-zoo-heel-slanke da me. die zich wegen mocht terwül de maan in het zenith staat, teleurgesteld zou kunnen wokden door den wüzer der machine. Maar zü kan' slcijdan toch troosten met de gedachte dat zü in wêr^elUkheid lichter is dan de machine aanwüst. Dr Ranklne deed nog een paar belangwek kende onthullingen. Hü voerde een aantal proe ven uit waaruit bleek dat gewone lucht para- magnetlsch is. Door middel van een zelf-ver vaardigd toestel mat hü de magnetische eigen schappen van koper, aluminlmum en andere stoffen welke algemeen als nlet-magnetlsch beschouwd worden. Zü. die wel eens een gegarandeerd zilveren horloge gekocht hebben In dat bekende win keltje bü Charing Cross waar niets duurder ts dan zooveel shillings, weten natuurUjk reeds lang dat zilver een van die metalen is, die men algemeen als nlet-magnetlsch beschouwd had. en die toch magnetische eigenschappen blüken te bezitten. een na- maak-coUler. dat f ZllkenVTOUW hoogstens veertig heeft gekost!" ,,’t Is kolossaal!" bekende Simon. „En ver der. ..Nu. ik heb 1 natuurlük dadelük verkocht. En hier is het geld. Tweehonderd zestig doUars zuivere winst! Een goed zaakje, hè?" Een gekreun ontsnapte Simons keel. ,Je hebt t.... verkocht?" steunde Maar Op dit oogenblik ging de bel en even later kwam het dienstmeisje binnen, op den voet ge volgd door twee heeren „Ze wilden niet wachten.” verklaarde bet meisje. ..ze zelden .Je. wü zün van de politie. En u bent Simon Bergson, nietwaar.” Eén van hen had het woord genomen. Simon knikte verwezen. „U kent zeker dit coUler wel, te t niet?” De rechercheur toonde het granaatsteenen coUler. Mevrouw Bergson staarde er n**r in de uiter ste vqybazlng De rechercheur bleef onbewogen. Hü legde zün hand op Simon's schouder: „U bent mün ar restant.” zei hü kalm. „Op het bureel moet u dan maar eens verklaren hoe dit coilier. dat gestolen werd bü senator Black. In handen te gekomen van uw vrouw. Ik vermoed, dat zü Zélf er niet veel van af weet.” Simon knikte verslagen. Het systeem had lan gen tüd goed gewerkt, maar thans had het ge faald. En er was niemand die hü er de schuld van kon geven, want hü had het aUemaal aan zichzelf te wijten.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Noord-Hollandsch Dagblad : ons blad | 1935 | | pagina 3