•ril iKctu&Aaal aan DIEFSTAL’! I I I DE ENGELSCHE KAPERS 4 ies in Frankrijk Een volk betreurt een hond GROOT VERSCHIL MET VROEGER iiiiiiiiiiiiiiim^^^ Film *r«n •trfie De knecht tnat „Lach dan Paljazzof’ (aan Gevaarlijk moment 4 4 4 gH|||||||||||||||||l!llllllllllllllllllllllllllllll!IIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIM DOOR J. S. FLETCHER 4 k f i „Voorname openbare plicht** week door loor- ongeschlktheld tot werken door T7 *71XG **n met 17 a, beide beenen of beide oogen JT aJVre™ doodelljken afloop 1. £Uv<" een AANGIFTE MOET, OP STRAFFE VAN VERLIES VAN ALLE RECHTEN, GESCHIEDEN UITERLIJK DRIE MAAL VIER EN TWINTIG UUR NA HET ONGEVAL Tekort aan arbeider» Gewijzigde verhoudingen P» vreemde volksplantingen vor men tegenwoordig eigen kolo nie», met eigen taal, zeden en gebruiken Voordeel der immigratie Gevolg der geboorte beperking Oorzaak van het verval DONDERDAG 25 APRIL 1935 stuur en reden naar hét dorp. Twee of drie man le da. Maar verder komt hij niet. Onder de laatste 511 e~ l 48 aan. Naar Ga We (Slot volgt). In Frobenius? vroeg n man met het 20 B l I k I i van Doch toen werd Wj wrevelig en Door de •ün In Frankrijk de MJ verlies van een bann voet dat dra Voor- ituur- aeggen. dat de „élite-lmmlgrar.- 10.05 1330 20 05 2235; 24 M. ■1136; D.- 1430; 1730; 1830; 20.20; oeda- ender gun- nlet reten ver- gel- ver- nelk. nelk. Prachtig! 1 tweetal Ais die wagen maar halen wij hen in. Ben je ges Paeke, terwijl zü de laan i zouden hen misschien moetez Allebei gewapend! Dasfr Jimmie’s hart sloeg hoorbaar van activiteit. Hi) wendde zich tot mevrouw Wythenshawe. Hebt u bulten een auto staan? riep h|j Ga mee, Scraye ga mee, jullie een beetje loopt, ij^nd? vroeg hb it renden, dwingen! hebben we voor Ben 8-jarig knaapje, Donald Dean, had tij dens een bezoek aan de Niagsua-watervallen kans gezien aan de aandacht van zijn ouders te ontsnappen en was zoo ver langs de rotsen voortgedrongen, dat hij tenslotte op een klein plateautje, ongeveer zestig meter boven het kolkeftde water, terécht kwam en niet meer terug kon. Een aantal polïtle-agenten moest door handreiking tenslotte een keten vor men, waardoor men hem met moeite kon be reiken en den onvoorzlchtlgen knaap in veilig heid kon brengen. Het bericht vermeldt, dat een hond yplgaps de gebruiken van het Buddhlsme met'grobte pracht begraven werd. Zestien priesters waren bij de plechtigheid aanwezig, honderden bloem ruikers waren uit alle deelen van het land ge zonden en het geheele volk treurde om het dier. Hachiko, de hond, behoorde aan een dokter, en was gewoon zijn baas eiken morgen naar het station te begeleiden, vanwaar de arts naar zijn werk vertrok, ’s Avonds wachtte het trouwe dier zijn baas op en liep met hem naar huls terug. Dit is niets bijzonders. Het komt vrij vaak voor dat een hond zulk een gewoonte aan neemt. Elf jaar geleden stierf de dokter en sindsdien ging Hachiko evenals voorheen eiken dag naar het station om zijn meester, die nooit meer aankwam, af te halen. Hij werd in geheel Japan beroemd als een voorbeeld van toewijding. Schoolboekjes vertel den zijn geschiedenis, hij verscheen op de film en het vorige jaar werd een bronzen standbeeld voor bet station geplaatst, waar de hond zoo vele jaren zfjn eenzame wandeling naar richtte. Kort geleden is Hachiko overleden en de weduwe van den dokter heeft het dier naast zijn vroegeren meester laten begraven. In den stroom van de dagelüksche dagblad- berlchten gaat zulk een onbelangrijk feit aan ons voorbij Hoogstens komt een vluchtig oor deel over heldendom, dlerenvereering. primitieve opvattingen bij ons op. In onze dagen toch liggen de verhoudingen geheel anders en blijkt, helaas. Frankrijk niet meer in staat de vreemdelingen te absorbeeren. hen zich te doen assimileeren, zooals het de v Maakt u sich daarover geen zorgen, mijn heer Trickett. Zij zjjn veilig. Daar kunt u op deze wijze is zuiver kunstmatig en heeft het groote nadeel, dat zeer snel de toestand gaat intreden, dat de verhouding van het aantal mannen boven de veertig tot dat der jongeren abnormaal groot wordt om het straks te overtreffen. Een volk, dat in verhouding te wei nig Jongeren bezit, is echter een zwak volk de naties hebben evenals de eenlingen behoefte aan jong bloed, anders worden ze oud en seniel, takelen snel af en kunnen zich niet meer hand haven. en mevrouw Wythenshawe keken onthutst aan. Scraye trappelde van Inderdaad, in het Japansche volk, dat in zulk een snel tempo de technische ontwikkeling van Europa overneemt, leeft nog veel van dit alles. Wil in Europa zjjn gewoon deze achterlijkheid desnoods als een interessante rest van histori sche tradities te waardeeren, de schoonheid van plechtigheden, kleedlngen en decor te bewon deren. maar wij achten het juist, dat dit alles niet meer in onze beschaving bestaat en ons gevoelsleven zich niet meer met zulke kinder lijke, dwaze opvattingen voedt. Toch is het niet de christelijke cultuur op zich zelf, maar veel eer de njet-christelijke rationalistische wending van het Europeesch denken, waardoor de ver houding van mensch en dier zulk een diepe verandering heeft ondergaan. Men kan een een voudige verstandelijke verklaring voor het ge drag van Hachiko geven. Een dier vormt een gewoonte en behoudt deze, als geen tegendres- suur volgt Het dier denkt niet en weet niets omtrent zijn eigen gedrag. Zijn gevoelens zijn vaag en aan het zintuiglijk waarnemen gebon den. Dit alles is zeker juist. De groote christe lijke denkers der middeleeuwen hebben zich reeds in dezen zin uitgesproken. De verandering echter in ons gevoelen tegenover het dier stamt niet uit dien tijd. Men denke aan Pranciscus van Asstalë. die toch ook wist dat het dier geen mensch is en geen onsterfelijke ziel heeft. Zijn toewendlng tot de natuur was er echter minder sterk om, want door de wijsheid van het hart ontdekte hij. dat in alle schepsel en in al hun doen, het groote en edele, dat in menschen wer kelijkheid kan krijgen, zinnebeeldig verschijnt. Een cultuur, die eerbied voor symbolen heeft, moet ook liefde tot plant en dier behouden. a d’e der jt assimi latieproces der immigranten natuurlijk een zeer belangrijke rol. Maar aooals eigenlijk pas in onze dagen blijkt, was het assimilatieproces In laatste instantie toch een kwestie van „bloed" het Fransche bloed was zoo overvloedig en •oo sterk aanwezig, dat een infiltratie van vreemd bloed daar practtach geen Invloed op had. len Dit is het, wat het onbeteekenende berichtje uit Japan ons te leeren heeft; nJ. dat technische vooruitgang mogelijk is zonder verlies van een dfe£ gevoel vóór de Afteren. Daarom behoeft men niét honden door priesters naar het graf te laten begeleiden of voor hondenkerkhoven te pleiten. Sentimentaliteit is onecht gevoel en daarom nooit een levende kracht voor cul- tureele veredeling. TmOtrlfic heeft in het algemeen van deze im migratie niets dan voordeel gehad. Ze droeg zmt zeker bij tot de verhooglng der Fransche welvaart de vreemde handwerkslieden, fabri kanten. kunstenaars, enz. brachten nieuwe ideeën, wsrk opvattin gen, modellen, enz. uit hun land mee en hun arbeid werkte bevruchtend op het Fransche bedrijfsleven. Men zou deze im migratie In zekeren zin een ..éUte-lmmlgratie” kunnen noemen de landverhuizers, die Frankrijk van de 13de tot en met de 18de eeuw binnenkwamen, hebben Frankrijk in het alge meen nimmer zorgen gebaard. Zij zelven kwamen meestal snel tot welvaart en bovendien schie pen zU nieuwe welvaart voor Frankrijk, dat ook op hen ten zeerste stimuleerend werkte - door hun levensmogelijkheden en omstandig heden te bieden, welke zij in het land hunner geboorte nimmer hadden kunnen vinden Ook bet Fransche volk als zoodanig had niets te duchten van deze Immigratie, daar het, jong ea krachtig zijnde, zonder eenig beswaar zelfs nog veel grootere hoeveelheden vreemd bloed had kunnen opnemen dan dat der immlgran- *«n wier getal slechts bjj honderden wa; te rekenen. Frankrijk immers had een bevolking in proportie tot zjjn oppervlakte, de talrijkste ▼s^ het Europa dier dagen en deze nam rtecds toe^dank zij een geboortecijfer, dat eeuwen lang contant bletf. CTt vruchtbare Frankrijk was zoowel door het aantal als door de kwaliteit van zjjn kinderen het eerste rijk der Christen heid. Als volk was het natuurlijk niet -reinra 'slg" de autochtone Galliërs waren Celten, die zich echter reeds in de dagen van Cesar sterk meng den met Latijnen en later ook zeer rterk met Oermanen en Scandinavian, die -over land en over zee na de Ineenstorting van het Romein- •che rijk in massa Frankrijk binnenst room den. Om er echter zoo spoedig mogelük het land hunner herkomst totaal te vergeten. De eeuwen door tot voor kort heeft Frankrijk altijd zijn immigranten zoo snel en zoo volkomen ge absorbeerd, dat de stelling kon ontstaan, dat men Pranschman werd. Fransch ging denken, Fransch ging voelen, enkel en uitsluitend door op Franschen bodem te wonen onverschillig welk Hoed men in de aderen had of waar men geboren werd. Een bloed- en bodem theorie. wel ker onhoudbaarheid beden ten dage wel zeer duidelijk wordt. De groote Invloed, welke er van de Fransche cultuur vrijwel altijd superieur immigranten uitging, speelde bij Ja, dat had je! Maar Ik weet het heusch zoo lang nog niet, antwoordde Scraye. Ik had er nog niet van gehoord vóór dien avond op Holgate Lodge en eigenlijk heb ik het daar ook nog niet gehoord. Het was later, namelijk den volgenden morgen, toen mevrouw Wythen- shawe en mijn stiefmoeder mij uit bed belden. Ik durfde je het niet t« vertellen. Trickett, omdat Paeke en Ik bang waren je bent zoo impulsief dat je Ineens het werk van maan den zou bederven. En je optreden van vanmorgen? vroeg Jlmmie. Spel, Trickett, tooneelspel! Frobenius laten we aannemen, dat het zjjn ware naam is trachtte me, zoodra ik kwam, te hypno- tlaeeren. Ik gehoorzaamde en speelde enfin, zooals je hebt gezien Hoofdzaak was, dat we wachtten op de werklieden, geleld door Paeke. Toen kwam JU en een moment was ik bang, dat die kerel op jou zou schieten. Maar het is voorbij en nu.... frultboosnen staat Jacob.... de boer haalt hem nog eens In: Jacob. blijf hier.... Meer loon kun je ook krijgen. Om den nieuwen akker ben ik altijd zoo spaarzaam geweest. Maar ik hoef hem niet meer te hebben En dan vertelt hjj den knecht waarvan hjj reeds zooveel jaren gedroomd en zich zelf en den anderen dikwijls het noodzakelijkste onthouden heeft. Maar nu zag hjj in. dat bet zoo niet zjjn moet.... De knecht staat een poosje zwtjgenddan schudt hjj het hoofd. Neen, omkeeren wil hij ook nimmer, 't Is immers beter dat de boer binnen enkele Jaren den akker koopen kan. En dan gaat Jacob werkelijk heen. HIJ voelt zich Hij speelde met het leven van zijn gezellen Zeker twaalf keeren op dien rit ontsnapte hij aan een dreigend gevaar. En meermalen hoorde hij kreten van woede achter hem Doch hij zat bijna ademloos achter het stuurrad en keek slechte voor zich uit. Ten slotte sagen zü de vluchtelingen voor hen een race, om er van te gruwelen, volgde. ZIJ kwamen aan ’n laan, op het eind, waarvan men de blauwe zee reeds kon zien. Het duurde eenigen tijd voor de vier mannen konden afdalen om het gevolg van dezen val te kunnen constateeren. De vernielde wagen lag aan den voet der rotsende groote man dien Jlmmie had aangehouden In den tuin, lag er naast; venter op als bet ware weggesme ten in de twee honderd voet-dlepte, lag de andere man. Doctor Frobenius. Toen Jimmle en Scraye zich over het lichaam heen bogen zagen zij, ondanks verf en poeder, het gelaat van «en jongen man. Zil keken elkaar verbaasd aan. Wat moet dat be tee kenen? riep Scraye uit heden op het oogenblik In Frankrijk aanwezig, dat hun uitdrijving In massa een politieke on mogelijkheid Is geworden^ Al deze vreemdelingen, die men evengoed do- ceerend aan de Universiteiten aantreft als In de werkplaatsen en ten plattelande, vormen tegenwoordig In Frankrijk ware volksplantin gen, eigen kolonies. Dat is Juist het groote ver schil met de immigranten van vroeger. Op he den willen de Polen, de Italie.nen. de Spanjaar den, zich vestigend in Frankrijk, Polen, Span jaarden en Italianen blijven de laatsten heb ben straks in het departement Bouches du Rhóne en alreeds In Tunis volkomen de over hand op het Fransche element! Die vreemde volksplantingen in Frankrijk blijven hun eigen taal spreken, leven volgens hun eigen zeden en gebruiken, houden zich aan hun eigen keuken. Onder de Spaansche en Itallaansche elementen zijn vele practiaecrende katholieken dezen getroosten zich belangrijke flnancleele offers om hun eigen priesters te laten komen en In de Fransche parochies waar de doopvont zoo weinig gebruikt wordt! stichten zij hun eigen parochie. De stichting hunner eigen scho len zal automatisch volgen zij bereiden deze reeds voor. Om daar hun kinderen de moeder taal te leeren, welke niet het Fransch zal zijn! Men kan ook niet langer zeggen, dat tegenwoordige Immigranten ten" zijn, die Frankrijk alleen maar beter kun nen maken. Integendeel! Vooral ook onder de ontelbaren, die als politieke vluchtelingen Frankrijk binnen kwamen Russen vluchtend voor de Roode Revolutie, Italianen voor de Fascistische, Dultechers voor de Natlonaal-8o- clallstlsche vindt men heel wat elementen, die de Fransche justitie en politie kopzorgen ba ren alleen de revolutionnalre elementen in Frankrijk zelve recruteeren daar met voorliefde uit. De Fransche dagbladen bevatten telkens weer verstegen van de meest huiveringwekken de misdaden, waartoe vooral ook de vreemde Oosterlingen een. behoorlijk deel bijdragen. Dit alles begint men in Frankrijk langzamer hand terdege te begrijpen. Mannen vyi gezag, leden van de Académie, verheffen waarschu wend hun stem. Maar zij aarzelen toch huu vinger op de wondeplek te leggen door open en eerlijk te zeggen, dat deze toestand alleen ont staan kon, doordat „de oudste dochter der Kerk” weigerde tenger te leven volgens de hu welijkswetten dienselfde Kerk. Scraye elkaar nijd. Weg, riep Paeke. We hadden voor beiden vallen uitgezet. Toen zij niet kwamen, gingen wij hierheen een meisje zei. dat, een man haar gezegd had Frobenius t« waarschuwen. de werklieden hem wilden spreken. Zoo- Frobenlus de kamer uitkwam, liep de ander op hem toe, sprak even met hem en toen liepen zij samen door den tuin weg. 21) zjjn ons ontsnapt! Maar hoe hoe? Een van da meisjes zei, dat zij in het dorp een auto zouden nemen. En dat zullen ze ook wel gedaan hebben. Het verschrikkelijk tekort aan fabrieksarbei ders vulde Frankrijk vap over de grenzen aan en wel in zulk een mate, dat nu deze massa's werkloos worden, men hen niet zonder meer weer over de grenzen kan drijven zooals de Illusie der economen was zonder de ernstig ste Internationale complicaties te scheppen. Po len en Italianen zijn alreeds In zulke hoeveel- De onlangs overleden eigenaar van de „New- York Times”, Adolph Ochs, heeft In zijn testa ment bepaald, dat bet bl*d 1° eigendom over gaat aan zjjn dochter en haar man, Arthur Sulzberger, alsmede aan zijn neef, Julius Adler. Het testament geeft uitdrukking aan de hoop, dat de drie nieuwe eigenaars het blad zullen explolteeren als een „Instituut met een voor namen openbaren plicht”. schreeuwen der vechtenden makkelijk werd ge hoord. Het volgende oogenblik kwam het einde. De vluchtelingen reden met een bedui dende snelheid door het bek. dat den weg afsloot van het ravijn en.Jlmmie remde met zoo groote kracht dat zi)n gezellen bijna uit den wagen vlogen. stonden vóór een herberg, waar Jlmmie zijn flets had neergezet, te pratem Jlmmie stopte. Iets gezien van Doctoi hi). Ik bedoel dien ou< witte haar! Met een anderen man? Wel gezien, was het antwoord. Het kan tien, misschien pas acht minuten geleden zijn. Zij schenen nogal haast te hebben, ja, dat geloof ik. Maar wa®- waar? schreeuwde‘Jlmmie bijna. Een van hen wees met zijn pijp in de richting, die zü volgden. Jlmmie was al weg. Een moment later reden zjj langs een garage, waarvan de deur half open stond Zij reden langzaam en keken naar bin nen! Opeens wees de detective, die naast Paeke zat, op diepe sporen van autobanden. Daar! riep h|j. Een spoorI Dat Is van hen! ZIJ zijn door deae laan gegaan. Southampton. Jlmmie keerde zich om en riep: Als jullie ooit een kans hebt gehad, om je nek te breken, dArr heb je dis nu. stevig zitten! Daar gaan wel «uwen door geweest is. Frankrijk, het .moederland" der opzettelijke ■tboortebeperklng, welke de dood is voor het hormale moederschap, heeft een zoo ontstel lend laag geboortecijfer, dat het nauwelijks zijn bevolkingscijfer van handhaven. En dit alleen Mg dank zjj het feit, dat de moderne medische en hygiënische wetenschap het sterftecijfer be- bngrtjk omlaag heeft weten te drukken en den gemiddelden leeftijd der individuen aanzienlijk wist te verlengen. Het handhaven van het bevolkingscijfer op Op dat moment echter werd de deur van de kamer met geweld opengeworpen en Paeke verscheen In de kamer, gevolgd door een •r y oor eenlge dagen geleden kwam ta het Engelsche dagblad The Morning Post een schijnbaar onbeteekenend berichtje voor, dat echter een licht werpt op het Innerlijk ge voelsleven van een groot volk, nJ. het Japan sche. yandaag beeft de Haldboer zijn knecht ver- karen. Zijn trouwen stillen knecht.... Hoe het is gegaan is spoedig verteld. De boer is zachtjes aan ouder geworden, maar het eenzijdig, armzalig gedoe niet kleiner. Voor Jacob, den knecht is er hoe langer hoe meer werk gekomen. Hij had al soo dikwijls tegen den boer gezegd, dat er een klein knechtje bij noo- dlg was. Maar de Haldboer is een spaarzaam man! Jaren en Jaren beeft hij er al van gedroomd, als hi) van Holzner eens een akker kon koo pen, dan had hij een mooi bezit. De heele om geving van zijn huis behoorde hem dan toe en dan kon hij wbl drie koetjes houden! En toen steunde hij lang met het hoofd in de handen en dacht na, hoeveel jaren hij spa ren moest, eer het zoover was. Dat zou een heelen tijd duren. Maar hij had het rich voor genomen en nu spaart hij reeds 15 jaar. Twee, drie jaar nog en dan Is bet zoover! Maar de ouderdom Is gekomen en daarmee de gebreken. En zoodoende is bet meeste werk voor Jacob’s rekening. In den beginne heeft dme bet nog uitgehouden, hoopte op een beteF” loon.... hij moest Immers ook aan later den ken of dat er nog eens een tweede knecht sou komen. In de buurt rijn echter menschen geweest, die hem uitgelachen hebben, dat hjj altijd nog bjj den ouden schraper bleef. Kom naar ons hebben zjj gezegd. En gisteren Is het dan gebeurd. Jacob heeft het op een twist aangestuurd. De oude boer heeft de oorzaak niet kunnen gissen, maar het liep tenslotte toch zóó hoog, dat de knecht den dienst opzegde. Toen was de oude Haldboer ge schrokken. Het was nog zeer vroeg, toen Jacob zich ge reed maakte om heen te gaan. De boer keek nog dikwijls schuw naar hem om. Had hij hem maar meer loon gegeven en zijn droom opge geven. dan hadden' zij nog lang bij elkaar kun nen blijven. Maar wacht, zijn boerentrots Is er ook nog! „God zegene u. boer,” sei Jacob nog brom merig, terwijl hij hem de band toestak. „God aegene u, Jacob.” De geschiedenis van den clown, die lederen avond opnieuw zijn publiek asm het lachen moet maken, ook ®anneer zijn hart schreit om verdriet, dat moet worden verswegen. Is door alle tilden heen stof geweest voor vele schrij vers. Een dergelijk geval heeft rich nog onlangs afgespeeld In het Circus te Londen, alwaar de beroemde clown Edgar Beynon met zijn echt- genoote optrad. Tijdens de pause In een der avondvoorstel lingen gewerd hem een telegram, waarin te lezen stond- ..Dochter Maviscdoor explosie le vensgevaarlijk gewond. Komst dringend ge- wenacht".... Beynon’s échtgenoote, die het telegram even eens te lezen kreeg, viel in onmacht. Enkele minuten later ging de bel ten teeken dat de pause voorbij was en Beynon trad weer voor het voetlicht. Het publiek vermaakte zich kos telijk met Beynon’s grappen en grollen en een ieder was aan bet einde der voorstelling weer even tevreden over den clownNiet zoodra mocht hl) de manége verlaten, of Beynon snel de naar het hospitaal, waar zijn stervend kind lag. Het kleintje sloeg de oogen op. fluisterde „Daddy” en stierf In de armen van haar va der.... ..Lach dan Paljazzo, al Is je hart ook gebroken." E* levenslange geheele f Z l verlies van belde armen, geboortebeperking op groote schaal v -wonderiykste toestanden T* aegswüze' welke voor richzelve Z*»1"* het platteland gezond bleef, was het aangerichte kwaad nog niet onherstel baar. Toen dit echter eenmaal besmet was. ging “5! verschrtkkf‘Wke snelheid bergaf. Eener- men Uatrte l“r Wkre °"‘voUdng van het platteland te constateeren. ?™Lers^ds een immigratie van vreemde landar- ■”“7® een “haal zooals Frankrijk nog nlm- ,meeg*m>*kt Die van fabrieksarbeiders sou spoedig volgen. _Met t de beminnelijke zorgeloosheid den Franschman eigen en ook dank zjj het gebrek •an ten behoorlijke organisatie en administra tie van den vreemdelingendienst, had noch de gewone burger noch de regeering ook maar eenig Inzicht In de afmetingen, welke de over- strooming van Frankrijk door vreemdelingen had aangenomen. Dultechers. Oostenrijkers en Italianen trokken In massa de Oosteiyke pro vincies binnen. Pas toen men bij het uitbreken van den oorlog de immigranten van Ger- maansch bloed opeens allen tegelijk over de grenzen dreef, bemerkte men welk een ontstel lend groote menigte men had toegelaten. plt ■Jle« echter nog slechts een voorspel. Frankrijk verloor In den wereldoorlog meer dan een mlllioen van zijn meest levenskrachtige mannen en hoewel het na den vrede begrijpe lijkerwijze zijn grenzen gesloten hield voor de Immigranten van Germaansch bloed, moest het honderddulzendtallen van ander bloed toelaten of laten blijven het laatste gold voor dc menigten, welke het tijdens den oorlog zelf in bet land had gehaald, of die er een toevlucht vonden. Niet alleen bestonden deze nieuwe Im migranten uit zeer groote contingenten Slaven vooral Polen, maar ook Tsjechen, Serviërs, Russen, enz. Italianen en Spanjaarden, ten minste allen nog Europeanen, maar daarbij kwamen taUooze Syrlërs, Kabylen, Arabieren, Negers van de vier windstreken van Afrika en Amerika, Joden van elke herkomst, Indochl- neezen, Chlneezen uit Noord- en Zuid-China, Indiërs en andere Aziaten. Vele van deze .Moormannen en andere vreemde Oosterlin gen" mengden hun bloed met het Fransche. Fransche vrouwen huwend voor wie geen Fran sche echtgenoot meer beschikbaar was. of wel zü vormden eigen kolonies In eigen wijken aooals bijv. In Alglërs de Kabylen. Waar zü het bloed mengden „bedierven" zü het Fransche volkomen, hun mestiezen kunnen nimmer Fran schen worden, zooals de nazaten der Immigran ten van de 13de tot de 18de eeuw. A T T Y? A ’Q op dit blad Mjn ingevolge da verzekenngsvoorwaarden tegen Al <1 r. O ongevallen verzekerd voor een der volgende nltkeertagen J« ziet, Trickett, alles ta In orde, ael rcrzye Mevrouw Wythenshawe heeft dit ““maal zoo geregeld. Zü te er reeds maanden mee bezig rij en mün stiefmoeder Het “een lange geschiedenis, maar zü hebben <n*r’onnen. En op een prachtige manier ook! Jlnunle wist niet wat hü moest doen Wrbaslng. r - «romde: Hoe lang ben je al op de hoogte? Ata Scraye. die naast Jlmmie zat. zag het ge vaar. Hü ademde diep en riep: „Denk er kan. Trickett! De klippen!" Jlmmie antwoordde niet. Hij had ze ge zien. Maar hü bad ook gezien, dat aan bet eind van den weg. waarover zü nu renden, een splitsing was naar links en rechts. De vervol gers moesten een van deae twee kanten op. anders.... Mün God! schreeuwde Scraye plotseling. Kük. zü vechten. Paeke en de detective stonden zoo goed en zoo kwaad als het In den vliegenden wagen ging overeind, om het gevecht In den anderen auto gade te slaan. De twee mannen' in den van oudsher heeft Frankrijk dat tn de V middeleeuwen genoemd werd ..het schoon- ste koninkrijk na dat der hemelen" en waarvan een vorst dorst zeggen: ..Ah! als Ik God was, zou ik mün zoon konlng van Frankrijk ma ten!", steeds een sterke aan trekkingskracht ac ted op vreemdelingen om er zich blijvend te vestigen. In haast al de steden van Frankrijk vond men historisch aan te wüzen vanaf de 13de eeuw Italiaansche, Duitache. Engelsche Spaansche, Poolache en zelfs Scandinavische vreemdelingen gevestigd. Deze immigranten waren dikwerf door ocr- logen of beroerten uit hun eigen land ver dreven of hadden anders toegegeven aan de racht naar relaen, welke tal van lieden en gewoonlük niet de minsten van hun volk nu eenmaal bü de geboorte meekrügen. Frankrijk ontving deae vreemdelingen met groote gast vrijheid; het meerendeel ervxn haastte zich let terlek om zoo spoedig mogelük Franschen te werden. De oogehuwden onder hen trouwden met Fransche vrouwen en zü assimileerden zich In het algemeen zoo snel, dat na een. hoogstens twee generaties zü in de menigte der Franschen volkomen verdwenen waren en van hun land van oorsprong hun niet anders restte dan hun naam dien zü veelal niet eens meer behoor lijk konden uitspreken. echter niet blü gestemd. Ata hü bü de eerste kromming van den weg ornkükt, staat de oude boer nog altijd op hetzelfde plekje.... De knecht Is bü een nieuwen boer gekomen en heeft daar meer loon en minder arbeid. Hü be hoeft zich ner. «■nabezorgd over te maken en nooit alleen te werken. Dat hü het voorstel van den Haldboer niet aangenomen haddAar hoefde hü werkelük geen spüt van te hebben De dagen werden weken en ook die gingen voorbij. Maar de nachten duurden Jacob vaak zoo lang, als hu zich nooit had kunnen voor stellen. Zelfs aan den Haldboer moest hü dan denken. Hoe zou het met zün armzalige welden en akkertjes gaan? Het hooi over den heuvel te njden, zou hem nu wel erg zwaw vallen En als dan het werk op den akker weer eens begintHü kan immers In zün jonge vuisten dep ploeg al haast niet vasthouden, wanneer deze over wortels en steenen hobbelt! En Iedere voor is zoo lang, eer men aan het einde is! In zulke nachten kan het gebeuren, dat Ja cob begint te zuchten en den slaap niet jaakken kan. Dan hoort hü de bron voor het huis kla teren en in den stal de koe naar haar kalf brullen. Dan weer rukt de hond aan zün ketting en de beek rutacht nu eens hard dan »*er zacht In zün oor. Plotseling herinnert hü zich echter dat de bron en de koe en de hond en de beek In de Haldhoeve thuis hoort en dat hü weer met zün gedachten daar ta. Moedeloos draalt hü zich dan om en tracht te slapen. Maar 's morgens voelt hü zich dan weer zeld zaam bedrukt. Jacob hoorde niets meer van den Haldboer, sinds zün vertrek. En dat ta nu al enkele weken geleden. Hü weet niet hoe hü op de gedachte geko men ta, maar op zekeren morgen staat hü voor den boer en vraagt hem of hü dien dag vrij krügt. Hü moet eens weg. In den namiddag of tegen den avond zou hü weer terug zjjn. De boer ta verwonderd, maar hü vraagt niet verder en zegt ja En nu loopt Jacob al twee uren. Hü heeft het i h zelf niet willen bekennen, dat hü naar de Haldhoeve zal gaan. Hü wil alleen maar eens over de akkers loopen en zien, hoe het met de twee lange, smalle akkertjes gaat. De menschen van de Haldhoeve zullen hem niet zien. Zü zün in deze dagen zeker diep In bet bosch aan het werk. Met lichte schreden gaat hü voort. De streek wordt hoe langer hoe bekender. Het bosch daar kon men van uit de Haldhoeve ook zien en heel dikwüta ook die steile open plek daar boven. Als hü zich niet vergist stroomt het watertje naast hem, dat ook langs de boerderü loopt. Zou Lia- rie, de hond hem nog kennen? En de doornen heg zou die al gesnoeid zün?.... Al die ge dachten doen hem goed. Nu komt hü buiten het bosch en heeft de kleine boerderü voor zich. Het ta alles stil rond het huta. Eenigsrins beklemd voelt hü zich als hü door den boomgaard naar het huta gaat. Niemand ta er thuis een poosje rit hü op de bank voor het huta, dan gaat hü naar den akker. De ploeg ta er.... enkele voren zün ge trokken. Nu komt hü op een zeldzaam idee! Als hü een halven dag ploegt Is het veld zeker klaar. En de menschen van de Haldhoeve komen ze ker niet voor den avond thuis. Dan Is hü al lang weg! Met een blüde vreugde in bet hart spant hü de ossen voor den ploeg. „Vooruit ossen!” Zü kennen zün stem nog en laten zich gewillig aantuigen Hü trekt een voor en daarna nog veel andere. De kiezelsteenen krassen langs bet ploeg- üzer, de wortels kraken. Het lükt Jacob, dat hü nog nooit met zooveel aandacht den ploeg gehanteerd heeft. De zon klimt hooger en brandt de laatste nevels weg. De wind speelt in de witte, fladderende mouwen van zün hemd. De dag wordt mooi en beider. Hü echter ploegt en ploegt. Twee, drie vofen heeft hü nog te doen. Daar komen twee vermoeide gestalten uit het bosch. Zü gaan langzaam en gebukt onder den last van hakken en bülen en zagen. Plotseling echter staan zü verwonderd stil. Daar op hun akkertje trekken zich lange, glan zende varen. Toen ze aan den kant stonden, zag de ploe ger hen eerst. ïn 't begin ta hü verlegen en weet niet te zeggen, waarom hü gekomen ta. Opeens riet hü echter twee glanzende tranen in de oogen van de vrouw. Toen herkreeg hü zün spraak. „Ik wil weer blüven. als het jullie goed ta en morgen den anderen akker ploegen. Het blokhout kunnen wü dan ook naar beneden halen. En....” maar nu zwijgt hü met bran dende oogen. „Ja Jacob, ja" zegt de Haldboer alleen. En als de laatste voor geploegd ta, gaan zü gezamenlük naar huta.... „Ópschieten, ata de drommel." riep kapitein Gay uit. ,We moeten het schip bereiken vóór de Indianen het aanvallen.” Tben begon een opwindende jacht tusschen de boot en de belde oorlogs-canota. Toen de afstand tuvehen hen verminderd^ nam, kapitein Benson z’n geweer en vuurde op de Indianen. Intusschen waren Tom en Mary zich volkomen bewust van het gevaar, dat ze liepen. Zoodra hü de cano’s In X gezicht kreeg, liep Tom naar een van de kleine kanonnen en richtte het op de wilden. „Naar beneden, Mary,” waarschuwde hü- „De India nen zün gewapend met pülen en bogen en zouden je kunnen wonden. „Opschieten, jongens!" vuurde kapitein Gay z’n mannen aan. „We moeten op het schip zün. voordat zü aan boord kunnen klauteren." Jlmmie achter het Scrayel riep Paeke. Zü On gevlogen. Alleball Zü sprongen In den^

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Noord-Hollandsch Dagblad : ons blad | 1935 | | pagina 11