Met twee kameraadjes op avonturenreis <Kctwtfaal uan den da$ 160.000 K.M. op een motor 1k-verdubbeling te Boedapest VtR DONDERDAG 9 MEI 1935 Een zielkundig raadsel De krijgslist I De koning van Tabar Aardkrabbels CR EDI ET AAN RUSLAND Radio in een dasspeld Een democratisch koningschap 160.000 huisgezinnen naar Mandsjoekwo oogen van teoZoen overal rondom De verlichting van den Sint Pieter Ter bevordering van de luchtvaart DYNAMIET-OPSLAGPLAATS IN DE LUCHT GEVLOGEN DOOR BERTHA RUCK v Gebleekte menechenbeendorea tn hot woeatynxand gloeiende Avontuurlijke reis van twee Hongaren ^Pereoonlyke beametheidtinhoad MM een 16-jarig meisje maakt placOt voor een geheel an- POLITIE-STOPTEEKENS Die betrekking (Bgaondere correspondentie) Ik kennen. niet bet sou In een oogwenk een vierhonderd Een 11. (Wordt vervolgd.) O deze en I - Zóó was bet gebeurd. Op *n morgen vroeg was de auto gekomen om de koffers en kisten vast naar de boot te brengen. Den heelen dag waren de verhuizers aan bet werk om alles in te pakken en In den wagen te ber gen. Ook Pietje hielp dapper mee. Dat was een kolfje naar z’n hand! boofdstad een lederarbelder Pedro Sylvio hebben gewoond, vader van 14 klmlaen, duttaaar geworden in Augustus 1934. 3 Te Nueva Puebla (bU Zamora) is een opslag plaats van dynamiet in de lucht gevlogen. Het dynamiet was bestemd voor werkzaamheden aan een tunnel onder den spoorweg ZamoraOr- senseCoruna. Drie arbeiders werden op slag gedood, drie anderen zijn levensgevaarlijk ge wand. geheel radlo-ontvangapparaat in een dasspeld is een uitvinding van een Amerikaan. Deze man, een New-Yorksch ingenieur, heeft zich een radio-apparaat gebouwd in een das midden was e«n groote, vierkante telefoon, telefoonboek, verscheidene en Iedere weldenkende zal dit met den Dean eens zijn. Maar niets groeit op. Indien niet eerst gezaaid is. Wie de geschiedenis van bet Angli- kanlsme sinds den aanvang dezer eeuw gevolgd heeft, zal licht tot de conclusie komen, dat de wankelmoedigheid zijner leiders, hun voortdu rende concessies met de tegenstanders der god delijke wetten, en hun vrees om iets te doen, dat niet in den smaak sou vallen van de mo dernisten, het zaad geweest is. waaruit het on kruid van het paganisme opgroeit. Paul meer! den onderaoeklngs- mannen darton mannen stroopte I bij verlies van oen hanu voet of een oog De Spaansche legatie te Boedapest heeft, op verzoek der geneeaheefen, inlichtingen ingewon nen te Madrid. Inderdaad bleek aan het op gegeven adres, Calleoscura 7 In de Spaansche te we- Met een sprongetje zat hij boven op de klep en zocht een mooi zitplaatsje uit op een der koffers. Als hij nu bleef zitten en meereed tot buiten bet dorp, dan zou hij, wanneer de auto langzamer ging of ergens moest stoppen, er uit komen. Dat had hü andere jongens ook too dikwijls sten doen. Tijdens de onderhandellngen tusacben verte genwoordigers van Rusland en een consortium van Tsjechische banken en Industrieelen aan gaande bet verleenen van een crediet van 250 millloen Kr. aan Rusland, is een princlpleele overeenkomst bereikt. Wat is bet tegendeel van een wolkenkrab ber? De .aardkrabber”. Een Japansche archi tect heeft een reeks bouwplannen ontworpen van hulaen, die tien en meer verdiepingen in de aarde ingebouwd zullen worden. Men rekent er op dat deze bouwwijze de hulzen zal bevei ligen tegen aardbeving en Japansche geologen ondersteunen de projecten van den architect. Het eerste dergelijke gebouw zal 40 verdiepin gen in de aarde naar beneden worden gebouwd, bevat de modernste ventilatie-installaties en wordt door spiegelreflectors. die het zonnelicht opvangen, verlicht. Men rekent op een diepte van 300 meter en schat de kosten op twee mil lloen dollar. £^edert enWe dagen hebben de psychologen, geneesbeeren en psychiaters te Boedapest ^te maken met een allermerkwaardigst ge-" val van lk-verdubbeling, waarbij de persoon lijke bewustheidslnhoud van een bepaald indi vidu, een zestienjarig meisje, geheel verdwenen schijnt' om plaats te maken voor een geheel andere, tweede persoonlijkheid. Nina, ik wil zeggen juffrouw Strathmore. Hjkt me een echt natuurkind toe Julian wilde voortgaan met spreken, maar scheen zich te bedenken en keek Paula een oogenblik strak aan. Het betreft de zestienjarige dochter van den scheikundigen ingenieur G. Farczady Dit meisje, Irisz Farczady, werd in Augustus 1934 gevaarlijk ziek en geraakte In een verdoovlngs- toeetsnd. aan bewusteloosheid nabij. speld, welke niet zooveel groeter is dan een normale speld. Het kastje is van glas vervaar digd. Doet men het dekseltje van dit kastje open, dan hoort men. wanneer het toestelletje wordt ingeschakeld, als van zeer verre, wellui dende muziek. Het radiotoestel van den inge nieur is tot nog toe het kleinste toestel ter wereld. Maar wellicht zal men In Amerika bin nenkort zijn record breken door een radio ontvangapparaat In een oorring te plaatsen. keerpapier rook en tegen het kantoor der architectenklerken was aangebouwd als ten ver lenging; zij deelde haar vertrek met baai twee collega’s. In het tafel met referentieboeken en een laag, gevlochten brievenmandje. Verder de drie schrjjfmachlne- tafeltjes voor de vrouwelijke klerken. Die van Gwenna en Ottilia Baker stonden naast elkaar. Het Dultsche meisje zat vlak bij het raam, dat uitzicht gaf op de rivier met de Lambethbrug en de Parlementsgebouwen, die grauw en statig oprezen tegen de vrooljjk blauwe Junilucht, met een vergezicht op de Westminster Abdij. Op den rand van het raam, juist boven haar, had Ottilia met punaises twee afbeeldingen vastgehecht. Het eene was een vrij grof gekleurde prentbriefkaart van een dorp met roode daken, vlak bij een dennen- bosch; het andere het portret van een Jonge man met knevel die glimlachte onder den van een punt voorzienen Duitschen helm; daaronder de handteekening ..Karei Baker". Dit stelde het Dultsche meisje, de jonge vreemdelinge, in staat om haar onschuldige blauwe oogen te doen rusten op souvenirs van haar vadciland en familie, telkens als zij het blonde hoofd ophief, dat gewoonljjk over haar werk gebogen was. Belde meisjes keken op, toen Gwenna, die dien morgen de laatste was, binnentrad. Zjj twistten schertsend, omdat zij geen bonbons van het diner had meegebracht, en vroegen haar verder, ot zij zich op de partij geamu seerd had. Twee jonge Hongaarsche studenten. Zaltan de Sulkowsky en Julius Bartha, die op een motor met zijspan een wereldreis maken, zijn te Tanden aangekomen, na reeds 190,000 kilo meter te hebben afgelegd, waar zij zeven Jaar over gedaan hebben. Ofschoon zjj er met hun door de zon gebruin de gezichten gezond en opgeruimd uitzagen, hebben de belde globetrotters gevaarlijke avon turen beleefd. De woestijnen van Tripolis, Lyblë en Sinal zijn zij als eersten per motorrijwiel doorgetrok ken, zij volgden de karavaanroute en wanneer zij soms in het zand gebleekte beenderen van menschen sagen liggen, wisten zij welk lot hen wachtte wanneer hun motor op een dergelijke verlaten plaats eens defect raken mocht. De beide jongelieden hebben eens een vreese- lljken nacht doorgebracht, toen na het vertrek van Gwaller In Britsch-Indië de motor midden in het oerwoud weigerde. Spoedig konden zij overal rondom de gloeien de oogen van wolven ontwaren, die steeds dichterbij kwamen. Slechts door soo spoedig mogelijk een vuur aan te leggen, konden de wolven tenminste op eenlgen afstand gehouden worden. De beide wereldreizigers hebben een alles behalve aangename herinnering aan dit avon tuur bewaard, en naar zij verklaarden was hier bij het avontuur, dat zij beleefden, toen zij door Chineesche bandieten werden overvallen, een pretje. Tegen de bandieten, die ongeveer vijftig in getal waren, zou een gevecht nutteloos geweest sijn. Zij verlangden geld, doch toen de jonge lieden hun duidelijk hadden gemaakt, dat zij alleen maar rels-chèques hadden, stelden zü zich tevreden met de geweren en alle munitie Oorlogszuchtige stammen maakten nabij Da mascus jacht op het motorrijwiel en beschoten de inzittenden. In Pent reisden zij dagenlang zonder een menschelijk wezen te ontmoeten. Meermalen sliepen zij om beurten in hun tent, terwijl de andere de wacht hield. Tot de avonturen, die zjj hebben meegemaakt, behoort ook een boschbrand, die hun bijna noodlottig was geworden. Sulkowsky en Bartha hebben veel vreemde gerechten gegeten. Zoo hebben zij in Arabië da genlang geleefd op boonen en groente vermengd met een eigenaardig soort bier. Vooral in China weet men, naar zij verklaar den, nooit wat men eet. De Jongelui blijven zoolang de jubileumfees ten duren In Engeland en zullen dan naar het continent doorreizen. In de Londsneobe Queedl Baü werd dsse week een groote bijeenkomst gehouden, waar aan onder anderen de Hertogin van York deel-’ nam, en waar het woord gevoerd werd door Dr. Hewlett Johnson, den Dean (proost) van Can terbury. In zijn rede herhaalde hij iets, dat hem eenl- ge dagen geleden verteld was door de hoofd onderwijzeres eener lagere school. Zij gaf les in de hoogste klasse en trachtte den ongeveer twaalf jarigen'meisjes de beteese- nls der Goede Week duidelijk te maken. In eenvoudige bewoordingen vertelde atf dus de geschiedenis der Passie. Zij wilde deze over een paar dagen verdeelen, opdat de kinderen de stof beter zouden kunnen verwerken. Den eersten dag brak zjj het verhaal dus af bij het verschijnen van Christus voor Pllatus. De kinderen waren diep onder den indruk. Zij hadden met gespannen aandacht geluisterd. Toen de onderwijzeres zeide, dat stj den vol genden dag het verhaal zou voortzetten, brak een algemeen protest los. „O neen, ga voort I” werd er geroepen. „Ja, juffrouw, schel nog niet uit. We willen zoo graag weten wat er verder gebeurde!” rie pen anderen. „Werd Hij vrijgesproken?” vroeg er een. En deze vraag werd door alle meisjes her taald. Niet één was er, die blijk gaf zich over de vraag of over de ontstellende onwetend heid, waarvan rij getuigde te verwonderen Integendeel: allen, zonder één uitzondering, waren verlangend te weten ..hoe het afliep”. De hoofdonderwijzeres legde van haar erva ring verslag af bij den Dean, en het bleek bij nader ondersoek, dat geen der kinderen ooit gehoord had van het Onze Vader of var de Tien Geboden. Zij behoorden tot bekende families en wat men als den „beteren stand” pleegt aan te dui den. Dat in dit geval de schuld voor hun onwe tendheid niet de kinderen, maar hun ouders treft, spreekt vanzelf. Het moet betreurd wor den, zeide de Dean, dat in sommige van de „deftiger voorsteden” een onvervalscht paga nisme opgroett. Het kleine eilandje Tabar in den Grooten Oceaan is een koninkrijk op zichzelf Als hoofd van dit eilandje staat de 94-jarige Zweedsche matroos Karl Petersen, die vijftien jaar gele den tengevolge van een schipbreuk op de kust van TSbar werd geslingerd. De boot, waarop hij als matroos werkte, zonk in de diepte. De be woners van Tabar waren tegenover den Zweed zeer gastvrij en de gast beviel hun zoo goed, dat zjj besloten hem tot koning over hun eiland uit te roepen. Een jaar, nadat Petersen op Ta bar arriveerde, trad hij in het huwelijk en uit dit huwelijk werden acht kinderen geboren. Karl Petersen wordt door de Tabarbewoners genoemd Karl I van Tabar en geniet een vor stelijk leventje. Aanvankelijk dacht men dat de Zweedsche matroos Karl Petersen, evenals de reet van de bemanning, welke bij de schipbreuk in 1930 oen het leven kwam, eveneens den dood in de gol ven had gevonden, doch later, toen een Scandi navische expeditie het eiland Tabar aandeed, vond men Petersen terug. Petersen verklaarde niet meer naar Zweden terug te willen keeren, zoolang de eilandbewoners hem als koning wil len erkennen. Toch hoopt hü echter zijn laatste levensjaren in zijn geboorteland Zweden te mogen doorbrengen. Het was in een zeer trieste stemming, dat Gwenna Williams, de typiste, nu gekleed in blauw serge rok. lichte blouse en het kleine hoedje der kantoormeisjes, dien morgen haar club verliet. Ze wandelde langs de door de morgenzon verlichte straten naar de halte der autobussen en besteeg de groote. scharlaken roods bus 24. die haar naar Charing Cross en het tooneel van haar arbeid zou voeren. Het kantoor waar zjj werkzaam was. bestond uit een reusachtig gebouw aan de Zuidzijde van het Embarkement nabij de Westmlnsterbrug. Op den oever van de langzaam voortstuwende rivier de Theems, met haar aken en booten, torenden rijen van granieten blokken omhoog. In tegenstelling hiermede zag men aan weerszijden de half afgebroken vuile krotten van huizen, waar de flarden van behangselpapier en de roestlgë, vloerlooze haardopenlngen toonden waar de eene kamer aan de andere grensde. Bet steigerwerk omgaf den nieuwen aanbouw als een reusachtig sptrmeweb. Toen Gwenna deze gebouwen passeerde, hief zij haar blikken omhoog naar dat latwerk. ..Het lijkt bijna even hoog tn de tucht, als men met een vliegmachtnee kan stijgen dacht -O, hoe heerlijk, om daar boven ie zün! Het Japansche ministerie van verkeerswezen bestudeert op het oogenblik een plan, dat be oogt voor de ontwikkeling van de burgerlucht vaart een bedrag van 210 millloen yen be schikbaar te stellen. Het plan zal in den ministerraad worden be sproken en dan waarschijnlijk worden doorge zonden naar het „initiatiefcomité” voor de luchtvaart. Het plan omvat de instelling en uitbreiding van geregelde luchtljjnen, zoowel in Japan, als met het buitenland, den aanleg van nieuwe vliegvelden, de opleiding van piloten en me caniciens. de bevordering van den vliegtuig bouw en de centralisatie van bureaux voor de luchtvaart. Iriffl Farczady, die een vlug leerlinge was, beheerschte het Fransch en Dultsch, maar ken de geen Spaansch; thans spreekt zij uitsluitend Spaansch. Een verslaggever van het Hongaarsche dag blad Az Est heeft dit merkwaardige meisje be zocht in haar woning in de Lepke ücca te Boedapest en haar eenlge vragen gesteld. Hjj deelt in zijn blad mede, dat hjj de volgende antwoorden ontving: „Ik ben uit Madrid. Mijn naam is Lucia Altarez de Silvio. In Augustus ben ik ziek ge worden. Pedro, mijn man, wtos toen niet thuis, ïk was zestien jaar, toen ik met hem trouwde. Veertien kinderen hebben wij gehad. Het jong ste kind was zwaar ziek, toen het op de wereld kwam. Het leed aan beentuberculose. Ik ben gestorven in Augustus. Ik vond het vreeselijk. dat ik het zieke kindje moest achterlaten. Toen ik stierf was ik veertig jaar. Ik trouwde niet graag met Pedro, maar mijn ouders dwongen mij. Later zijn wjj aan elkaar gewend geraakt." manier wan doen, heer. Geen wim van aan stellerij.” „Waarom ook-?” vroeg Panto, bigkbaar stemd. „Och, je begrijpt, ze is de dochter van mfln patroon en meisjes in die omstandigheden doen nog wel eens gewichtig en aanstellerig. Maar,] zooals ik zei, geen zweem er van in dit geval.’ yv-oning George’s regeering is één saneen- K schakeling geweest van crises en éér, lan- A ge manmoedige, en steeds opnieuw met succes bekroonden strijd daartegen. In die vijf-en-twlntlg jaren is het prestige der kroon versterkt. Zoolang zjj krachtig is, zal Engeland zijn evenwicht in een onstuimige wereld kunnen handhaven. Niet al leen omdat de koning op beslissende oogenblik- ken zooals in Augustus 1931 persoonlijk ingrijpt, en een nationale oplossing aan de hand doet als de partij-politiek vastgeloopen is, maar ook omdat een bemind koning liefde op wekt voor de beginselen waarvan zijn koning schap het hoogste symbool is: de beginselen van constitutioneele vrijheid. Terecht heeft een der grootste bladen opgemerkt, dat heden de koning niet kon worden toegejuicht, zonder dat tevens hulde gebracht werd aan die beginselen. Wjj mogen verder gaan en zeggen, dat zoo he den het enthousiasme nog zooveel hooger op gelaaid is dan bij de jubilea van de groote ko- “j nlngin Victoria, de oorzaak hiervan niet alleen gelegen is in de* bemindheid van den koning. Want geen souverein is ooit dieper door het Engelsche volk vereerd dan de koningin die bijna 65 Jaren lang geregeerd heeft Het ver bijsterende enthousiasme van heden alleen den persoon, maar ook het 1 T”4r werd op de deur geklopt. H „Daar is mijnheer Bargrm, Juffrouw." zei de dienstbode. Tegelijk kwam de jongeman, die aangediend was, de kamer bin nen. „Zoo, JuMan, ben je daar?" riep Fania vroo- UE .Daar ben ik." „Binnen een half uur is de thee klaar; aal Je er voor zorgen, Mary?” zei Paula tot de dienstbode „Ja, juffrouw." Den oogenblik later waren JuMan en Paula alleen. „En vertel me eens, wat voor nieuws?" vroeg bet jonge meisje. .Ja, en goed nieuws ook. heb ik gekregen.” „O, heerlijk! Ben je heelemaal klaar?” HU lachte en zag haar lachend aan. ^Ja, alles is in orde. Het contract is getee- kend!” Juichte Julian Hij ging in een lagen, gemakkelijken leunstoel zitten tegenover Pau la. „Ik begiu met 300 pond per jaar met pro visie. Als het een beetje meeloopt denk ik het gauw tot 400 te brengen." „Vier honderd! Nu. dat is werkelijk goed begin. Ik ben er bljj om”. .Dank je, Paula, ik wist wel dat je het zou zijn. Er is echter een kleine schaduwzijde aan die betrekking verbonden, zooals trouwens aan alles." „En die is?” „In de eerste twee jaar misschien, moet ik voortdurend in 1 Noorden werken." ,Js t daar dan slechter dan In ’t Zuiden. Julian?" „Dat niet, maar t is ver weg,” antwoordde hU. haar veelbeteekenend aanziende. „We zul len elkander niet dikwijls kunnen spreken." „Nu, als je me vraagt.«zo begon ze. ,Dat was ik juist van plan om te doen, Pau la; wil je m’n vrouw worden?" .Dat bedoelde ik niet." .Dat weet ik wel. Maar wil je. Paula? Waar om niet?” „M’n beste jongen, t 1» te dwaas om er over te spreken. We zijn nog niet eens verloofd." „Officieel wel niet, dat geef ik toe. Maar we zijn het toch altijd samen eens geweest, is *t niet? We hebben elkaar al jaren gekend en je houdt toch zeker wel wat van me?” Natuurlijk. Maar toch niet genoeg om zoo maar 'dadeHJk: ja te zeggen. In elk geval zou ik nu nog niet met je willen trouwen. Wat ik daar zooeven had willen zeggen is, dat het mis schien wel goed uitkomt, dat je wat ver weg gaat. We kunnen dan eens ondervinden of we elkaar echt missen of niet, en wanneer, laten we zeggen na een Jaar...." „O Paula!” riep hU smeekend. „Wees nu eens verstandig, Julian. .Natuur lijk,” ging ze voort, na een oogenblik te heb ben nagedacht, ,4k begrijp wel, beste jongen, dat je Je daar In t Noorden vreeaelUk een zaam zult gevoelen." ,D*t zei de oude heer Strathmore ook, toen ik gisteren bij hem lunchte. Mijnheer Strath more is m’n toekomstige patroon, moet je we ten. HU gaat binnenkort ook naar *t Noorden: hU heeft al een huls dicht bij z’n fabriek ge kocht. En vind je dat niet aardig van hem? HU ®ei dat ik daar in den eersten tUd niet op m’n eentje moest wonen, dat was niets gedaan voor een Jongmenach HU noodlgde me uit om de eerste twee, drie maanden m’n Intrek bij hem in huis te nemen. ZU vond ook dat ik dat doen moest en was er zeer mee ingenomen.” „ZU?” herhaalde Paula, „münheer Stratho- nore’s echtgenoote?” „O neen. hU is weduwnaar. Het was juffrouw Strathmore, z’n dochter, die dat zei. En vind )e dat niet aardig?” ging Jullaan in één adem voort. „Het bleek dat juffrouw ^trathmore. ze heet Nina, een hartstochtelUk téfinisspeelster is. Toen Ik zoo terloops te kennen gaf dat ik ook tenniste, vond ze dat heel prettig, omdat we dan veel op de bat^n bU ’t nieuwe huis zou den kunnen spelen.” „Hoe leuk," zei Paula, nauwelijks hoorbaar „Ja, dat zal een aangename afleiding zUn. Ik denk dat ik dan een uitstekend tennisspe- Ier zal worden ,Hoe ziet ze er uit?” vroeg Paula plotseling. „Wie? Wat? O. Je bedoelt Nina, ik wil zeg gen Juffrouw Strathmore? Laat ik eens kUken. Donker, lang en slank met Iets eigenaardigs over zich." „Waarin bestaat die eigenaardigheid? Je be doelt zeker dat ze iets liefs over zich heeft.” «Ja,” zei Julian, als uit een droom ontwa kend. ,4ets liefs, dat zal het zün. Zeker, ze is een liei meisje. Ekï ze is heel natuurlUk in haar hU haar toe: „Hallo Juffrouw! Weet u wel, dat op tafel gaan zitten beteekent, dat u wil gezoend worden? Kom er gauw af net staat werkehjk niet fatsoenlUk en u kan wel zonder een zoen van die tafel afkomen!” „Er uit!” beet Mabel toe. sterk blozend, ter- wUl de Jongen zich huppelend verwUderde. Gwenna gaf een zucht van verontwaardiging en verlangde nsar lunchtijd, om het kantoor te kunnen verlaten. Om één uur. toen de electrlsche schel den tUd aankondigde voor het middagmaal der arbeiders, wilden de andere twee kantoor meisjes het kantoor niet verlaten, aelfs niet om een luchtje te scheppen. ZU hadden fruit en cake meegebracht. ZU maakten een paar kop pen blokjesboulllon met behulp van een ketel beet water, dat ze van den gedienstigen. vaderlUken opzichter geleend hadden en lunchten ter plaatse, waar ae den geheelen morgen geseten hadden. Mabel, aan haar cake knabbelend, was geheel verdiept in een boek, dat de Jonge electrlclen haar geleend had. Ottilia echter telde den opaet van een nieuw patroon voor kantwerk. Het geleek wel op bet model van het Useren rasterwerk, dat zich, boven de steigers uit. donker tegen de lucht af terende; dat was het kantwerk der mannen. Het Spaansch, dat Irisz Farczady spreekt, is het dialect, dat alleen te Madrid door de arbei ders wordt gesproken. Ook de liederen, welke zU zingt, zUn uitsluitend eigen aan dit milieu. Men begrijpt, dat dit allermerkwaardigste verschijnsel In wetenschappelijke kringen groote belangstelling geniet. Ook de politie houdt zich met het vraagstuk bezig, en verzamelt alle ge gevens omtrent deze duistere zaak, waarbU misdaad weliswaar uitgesloten schijnt, maar toch als mogelijkheid dient te worden erkend. Een verklaring Is tot heden niet gegeven. Wel werd er op gewezen, dat de moeder van het meisje een zeer geëxalteerde vrouw is, die me- diumnale neigingen vertoonde. Hier dient ech ter bU vermeld, dat de moeder geen lettergreep een minuut en verliet haar dan steeds met dezelfde woorden: „Nu, ik moet gaan: plicht vóór alles.” .Mannen schenen wezcnlUk van plicht te houden," dacht Gwenna „althans de hier.” ZU allen, van mUnhecr Hen- van het hoofdkantoor tot ut bruine in de werkplaats met nun opge- hemdsmouwen over getatoueerde armen, allen schenen hart voor hun werk te hebben en het opgewekt te verrichten. Ook schenen ze elkanders gezelschap aangenaam te vinden. Hoe is dat nu toch mogelUk, dacht Gwenna. terwUl ze er zich niet weinig over verwonderde. Dien dag was ze slecht gemutst en ze maakte zich nUdlg over den zeventlenjarlgen kantoorjonger, die met overbodig geraas het kantoor kwam binnenstormen, en de planken deed dreunen van zUn moedwillg stampen op den vloer. HU wreef zich de handen met een voorkomen van waardigheid en begon met een bastoon, die oversloeg in. kopsum: .Die specificaties. Juffrouw, en gauw een beetje, anders' zult u er van hooren.” .Dleve hemel, wat een afschuwelUke manier van spreken hebben die Londensche Jongens toch," gaf het Welsche meisje hem van leer, ,An wat een ellendig accent." De bestrafte Albert ultte zUn gevoelens slechts in kuchend lachen en nam het pakje papieren aan. Toen de kantoorjongen het ver trok verliet, wendde hU het hoofd om en keek over zUn schouder naar de mooie typiste, die op den rand van de tafel was gaan zitten om haar vulpenhouder te vullen en plagend riep en gpld niet beginsel van den koning. Het gold het vaderland, waarvan de koning het hoofd is. Die geestdrift werd aahgewakkerd door het bewustzUn. dat onder George V Engeland niet alleen de grootste moellUkheden en gevaren glansrijk te boven ge komen is, maar dat het ook nog tal van moel lUkheden en gevaren vóór zich heeft, en vast- is ook deze te overwinnen. Er kan bUna niet aan getwUfeld worden, of zonder zekere internationale gebeurtenissen der laatste maanden het enthousiasme, ofschoon groot, wel zóó verbUsterend, zóó overdon derend geweest zou zUn als heden. ,De openbare meening in Engeland,” schreef gisteren de „Observer", „Is ontwaakt." Het is dat .ontwaken”, dat beden de stem ming zooal niet gekenmerkt, dan toch ontegen- zeglUk beïnvloed heeft. Daar was in dat mach tige gejuich iets meer dan uitsluitend vreugde over het aanschouwen van een beminden jubi leerenden koning. Daar was het bewustzUn dat datgene, waarvoor het Engelsche koningschap staat: de oude tradities der democratie, de mceite ten volle waard Is; dat het In een door geweldige troebelen geteisterde wereld zUn su perieure waarde bewezen heeft en dat die de mocratie welke elders, en misschien niet ge heel zonder de schuld van Engelands eigen mi nisters, vereenzelvigd geworden Is met slapheid en toegevendheid trotsch, sterk en doelbe wust moet zUn, en zkl zUn. „De openbare meening tn Engeland is ont waakt. citeeren wU nogmaals. ZU heeft er heden den koning de ondubbel- zinnlgste blijken van gegeven. Volgens een bericht in de Manchuria Daily News” is de Japansche Minister van Koloniën voornemens om 160.000 huisgezinnen uit Korea als vrijwillige landverhuizers naar Mandsjoekwo te zenden. Om deze kolonisatieplannen te finan cieren is een maatschappU met een kapitaal van 30 millloen yen gesticht. In de eerst volgende zitting van het Japansche parlement zal dit plan ter goedkeuring aan de afgevaar digden worden voorgelegd. Wanneer deze kolonisatieplannen worden doorgevoerd en 900.000 Japanners naar Mandsjoekwo zullen verhuizen, is ook voor de missie een groote taak weggelegd, daar de zielzorg voor deze kolonisten geregeld dient te worden. BU gelegenheid van de heiligverklaring van de Engelsche Martelaren Kardinaal John Fisher en Thomas Morus zal de majestueuze koepel van den Sint Pleter weer verlicht worden. De Sampletrinl hebben de noodige voorbereidingen daartoe reeds getroffen. De laatste maal, dat de Sint Pleter verlicht werd, was bU gelegenheid van de heiligverklaring van Don Bosco In April van het vorige Jaar. Men verwacht, dat er voor deze gelegenheid ongeveer 30.000 Engelsche katholieken naar Rome zullen komen. „Julian." zoo begon het jonge zsetafe. JU h* er eens over nagedacht." „Waarover?" „Over wat Je f me daar zooeven i gezegd hebt, dat we elkaar al ja- ren kennen. Ik geloof toch dat ik al dien tUd veel van Je gehouden heb, en mooi van me zUn, als ..Lieveling!” riep Julian, stond hij voor haar. Jk heb ingezien dat het niet aardig van me zou wezen als ik je voor zoo langen tUd liet vertrekken, zonder Met een kreet van vreugde vM M baar in de rede „Bedoel je dan Paula. .Meen je dan in ernst dat ik je niet mie sen zou?” vroeg ze „Luister eens. lieve Paula," zei hU weer. „Wat dunkt je nu ik toch kans heb om gauw pond per jaar te verdienen, zou den we ons dan maar niet gaan verloven?" Eensklaps begon hU te lachen. HU trok een zegelring van z’n vierden vinger en stak dien aan haar derden. „Nu zUn we verloofd!" juichte hü .Die moet je maar dragen tot morgen, dan heb ik een anderen ring voor je gekocht.” Het zou zeer natuurlUk zUn geweest, als het jonge Welsche meisje opgewonden had uitge pakt in een schuimenden woordenvloed: „Wel meisjes, ik geef het Je te raden, naastwlen Ik gezeten heb! Een werkeUjken vliegenier, In levenden lUve! En dit is nog niet alles! Het was Juist die, wiens foto ik Zaterdag gekocht heb! Je weet wel, hU. dien Jullie mUn jongen man noemden mijnheer Dampier - Dampier. En wacht eens, er is nog Verbeeld Je hU praatte met mU ellenlang over zUn nieuwe vliegmachine! En nu komt het toppunt: hU heeft mU geïnviteerd voor een vliegtocht met hem!” Ja, zulk een ontboezeming zou zeer natuurlUk geweest zUn, maar alles, wat Gwenna werkelUk zei, ofschoon zU er zelf geen verklaring van kon geven, was: „Wat voor een partU het was?” En dan op kleurloozen, onverschilligen toon: „O, het was heel geschikt, dank je." Het was een saaie dag op bet kantoor. Allerlei brieven, droog als stof, specificaties, aannemersbegrootlngen, enz., enz., moesten getypt worden. Vervelende oproepen aan de telefoon, om met het andere kantoor verbonden te worden.... Nooit had ze zoo gewalgd van het eentonig getik op haar schrijfmachine en het telefoon- gedoe. „Ik zal eens informeeren. Wilt u even wachten.” Nooit was ze zoo geprikkeld ge weest door het onophoudelUk in- en uitgaan van het personeel, zelfs mUnheer Grant inbegrepen. Deze scheen wel opsettelUk boodschapjes te verzinnen, om een praatje met Mabel te kun- Den maar bleef pooit langer dan i Toen de mannen tegen den avond weg gingen hoopte Pietje dat ae hem zouden vragen om een eindje mee te rijden. Maar nee hoor, ae vroegen niets. Maar ata je het niet krijgt, moet je bet nemen, dacht Pietje ondeugend. Die klep achter aan dien auto was toch om on te zitten? Van die hoogte af alles hier beneden te zien, met de blauwe lucht zoowel aan Je voeten als boven Ja hoofd!" ZU stak het groote werkterrein over, waar bet geraas klonk van kloppen, schaven en hameren en van de zware stappen en stemmen der werklieden. Twee hunner, de Jonge elec trlclen Grant en de Yorkshire opzichter, die echt vaderUJk omging met zün ploeg arbeiders, knikten een vriendelUken morgengroet naar de passeerende Jongste typiste. Ze wandelde met vluggen tred langs de stapels nieuwe planken. de beweegbare kranen en andere werktuigen. (Er zün zoovele machines hier. Münhee- Dampier zou hier in zUn ele ment zijn, want hü zei. er zooveel belangstel ling voor te hebben.) Een groot blok graniet hing in de lucht te zwaaien aan den ketting van een hefkraan, toen Gwenna het heete zonlicht en het geroezemoes achter zich liet en binnen ging in de vierkante, van gegolfd Uzer opgetrokken keet, waar zich hun kantoor be vond. Om het te bereiken, moest zU de kan toren der architectenklerken passeeren met de lange lessenaars, met van koperen handvatten voorziene schuifladen, vol met plannen en tee- keningen. Al deze büzonderheden schenen zoo geheimzinnig, zoo tergend inbegrUpelük toe aan Gwenna’s vrouweüjke opvattingen dat ze er een beetje tureluurach van werd Ze was slechts een heel klein onderdeeltje van het kolossale geheel. Deze plaats gaf baar en bewustzUn van o zoo klein en onbelangrijk te zUn. ZU ging door naar de goed verlichte en luchtige kamer, die naar nieuw hout en cal- A I I 17 A blad slJn de veraekermgsvoorwaarden tegen TJ 7KA levenslange gebeele ongeschiktheid tot werken door 17 7CA Mj een ongeval met C* OEA I «I «t* V/1 ?l 1 *1 l_d O ongevallen verzekerd voor een der volgende uitkeertngen r wlZa** verlies van beide armen, beide beenen of belde oogen g t doodelljken afloop 1. maJI/o** een AANGIFTE MOET, OP STRAFFE VAN VERUES VAN ALLE RECHTEN, GESCHIEDEN UITERLIJK DRIE MAAL VIER EN TWINTIG UUR NA HET ONGEVAL In tegenwoordigheid van haar moe der plotseling en met een schrik ont wakend, begon zij Spaansch te spreken, haar taal begeleidend met zeer leven dige gesticulatie. ZIJ geeft zich uit voor de veertig jarige echtgenoote van een Spaanschen lederarbelder; haar naam, beweert zij, is Lucia Altarez de Sllvio. Zij werd ge boren te Madrid op 2 Mei 1894, en haar adres was Calleoscura, no. 7, Madrid. Ze stierf in Augustus 1933 na de ge boorte van haar veertiende kind.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Noord-Hollandsch Dagblad : ons blad | 1935 | | pagina 9