China’s keizerlijke troon
den da$
aan
u
Met twee kameraadjes op avonturenreis
rawM’
KOSTBAAR kunstwerk
■mm
Engeland strafte
Abessinië
HET VERDWENEN
ELFTAL
I
„•W
I
Dat doet je ook goed
zingt:
„Da* doet je weer goed
MAANDAG 5 AUGUSTUS 1935
Zilvertentoonstelling
Detective
Een boek over Abessinië
I
IIIIIIIIIIU
Chineesche gezant in
angst
Huwelijksaanzoek van
Koning Theodoor
Adres Centr. Reisbureau V.K.P.
NL Voorburgwal 65-73, Amsterdam
Onder motto Exweto
Wonderlijke dierencollectie in
heerlijke omgeving
Met Exweto op reis
OUWEHAND’S DIERENPARK
TE RHENEN
i
I
Groote bezorgdheid over be
schadiging by het vervoer
te Londen
Onw/af het ministerie van buiten-
landsche zaken vergat te
antwoorden
a. yte
Open
Barling
Jkom thuis
15
gevallen ook
tevens
2
u ge
il
o
3
Hebt u dat briefje misschien
1
s=
V"
Amice,
waarop
door Arthur Morrison
autodeuren voorzichtig!
3
t.a t
Mulder.
I-
1
een briefje van u ontvangen, teneinde van u
wanneer Ik u precise mag ver-
r>ls goud Daar heb ik be wijsen van”’
•Des te beter. Wanneer is het volgens
ken. de speld toevallig In handen gehad heb
op zfjn gewone plaats heb opge-
Oudergewoonte ben Ik morgenavond cir
ca 8 uur bij je Heb je gelezen van de komst
van Lasker? Ik hoop me dan vry te kun
nen maken. Tot morgenavond.
Daags daarop had Barling’s cliënt zijn paar-
len dasspeld wederom in zyn baalt.
r
0
Ik
om
2
óf
*1
t
I
s
1.
i:
n
n
e
•e
By den uitgever Andries Blitz te Amster
dam verschijnt binnenkort „Abessinië”, Land
en Volk, een boek van den Journalist Kurt
Lublnskl, die Ethiopië heeft bezocht. Er wor
den foto's in opgenomen, deels van den schrij
ver. deels van een juist uit Abessinië terugge
keerd foto-reporter.
Onder de dlerencoUectles van de geheele we
reld neemt Ouwehand's Dierenpark, op den
Orebbeberg bij Rhenen, een seer belangrijke
plaats in. Op een ongeveer 10 HA. groot, boech-
rtk terrein is een uitgebrelde verzameling dië
ten en vogels bijeen gebracht, alle op ruime en
ongineele manier gehuisvest. De levende have
wordt telkens nog weer aangevuld met bijzon
dere en Interessante exemplaren uit de dieren
wereld.
Nog versch in het geheugen ligt de sensatie,
welke de aankomst van niet minder dan 1000
levende krokodillen in Ouwehand’s Dierenpark
verwekte. Deze griezelige monsters zijn onder
gebracht in een tropische omgeving, die zich
geheel bij hun levensvoorwaarden aanpast. Het
levert dan ook een fantastlschen aanbllk. deze
reuzen-krokodillen met hun vervaarlijke kaken
te zien rondkrioelen in het water of zich te
zien koesteren in de warme zon. Deze reuzen
show is geheel nieuw voor Nederland en trekt
dan ook zeer groote belangstelling.
Maar behalve krokodillen is er nog heel wat
meer te zien in Ouwehand's Dierenpark. Men
komt binnen door een papegaaien laan, die zich
plotseling verbreedt tot een prachtig gazon met
eer klaterende fontein in het midden. Een oli
fant komt aangewandeld als om ons te begroe
ten. Wjj zien lama’s, dwergzebu’s en zebra'a
En wij staan verbaasd als wij het nijlpaard her
kennen, dat hier enkele jaren geleden als een
baby gekomen is, maar nu reeds duizenden
kilo’s weegt. Er is een uitgebreide collectie ver
scheurende dieren: leeuwen, tijgers, poema's.
Beren wonen tusschen fantastische rotspartijen
en staan met komische bewegingen te bedelen
om apenootjes en andere lekkernijen.
Opmerkelijk is de kleurige verzameling vo
gels, die honderden vertegenwoordigers van de
meest ulteenloopende soorten omvat. Wij zien
er slanke flamingo's, pelikanen met hun won
derlijke zaksnavels en roofvogels in tallooae va
riëteiten. En niet in de laatste plaats moet het
aouarium genoemd worden, dat voor de lief
hebbers om van te watertanden is, maar ook
voor lederen leek een sprookjesachtige aanblik
oplevert.
Voegt men hierbij, dat t Dierenpark op den
Orebbeberg voor oud en jong nog allerlei andere
attracties heeft: een uitgestrekte speeltuin, een
baby-dlerentuin, een uitzichttoren, een gezellig
café-restaurant en zoo meer, dat de kinderen
er rondritten kunnen maken op ezels, kameelen
en olifanten, dan is het niet moeilijk na te
gaan, waarom zooveel Nederlanders naar den
Orebbeberg trekken.
In de achterste zaal tenslotte vinden wjj in
een oud-Hollandsch milieu een tafel, gedekt
met porceleln, zilver- en glaswerk, dat eertijds
by de regeering van „o» goede oude stad Ley
den" in gebruik was, allee voorzien van het
stadswapen. Schilderijen uit de ..Lakenhal” en
deels welwillend afgestaan door de firma Goud
stikker te Amsterdam vormen een sWJlvolle om
lijsting.
beurd?”
„Vrijdagmiddag tusschen vier en vijf,
weet dit daarom zoo precies, omdat ik
vier uur, toen ik, zooals ik wel meer doe, even
tusschen kantoortijd een kop thee kwam drln-
tegenstanders hadden, dank zij de veel betere
wapens, slechts IS dooden te betreuren.
Koning Theodoor pleegde zelfmoord. Hij
wenschte liever den dood, dan zich te moeten
overgeven. Vergelijk de rede van den negus voor
zijn troepen I
i sfc'SC
bij verlies van een hand
een voet of een oog
Ongelukkig kwam de lansstoot een beet
je te hard aan. Het paard nam een groo-
ten sprong, waarbij de stuurman bijna van
hem aftuimelde en rende weg. Als "n dolle
stoof het voort, achtervolgd door den sjeik,
die dacht dat de stuurman wilde ontvluch
ten.
Inmiddels was ook de sjeik bij het kamp
aangekomen en met eenige woorden had
hjj den toestand uitgelegd, waarop eenige
mannen zich direct op den stuurman wier
pen en hem naar het kampvuur sleepten.
e vorige week, op een mooien avond, Wter-
TA den 95 kisten afgeleverd aan het gebouw
■L' der Royal Academy, aan Piccadilly te
Londen. ZD waren uit China aangevoerd door
het Britsche oorlogsschip Suffolk, en bevatten
onschatbaar kostelijke Vbortbrengselen van Chi
neesche kunst.
De wagens met de kisten werden opgesteld
op bet binnenplein van Burlington House ge-
lijk het academiegebouw heet om den vol
genden morgen ontladen te worden.
Uitstappen: het einde van dea
rib Het portier gaat open
voorzichtig Ianders is het
vit met de vreugde. Want het
roekeloos openen van het por
tier kan f 150, boete kosten I
De openbare meening in Engeland, sportief
als altijd, ondersteunt ook nu nog door dik en
dun Abessinië in zijn strijd met Italië. Bulten
de Rothermere-pers, die openlijk pro-Ita-
liaansch is, staan alle Engelsche bladen vijan
dig tegenover de plannen van Mussolini.
In Engeland heeft men namelijk nimmer de
herinnering asn den Abessinischen veldtocht
verloren, die nu zeventig jaar geleden door een
Britsch expedltleleger werd ten uitvoer gebracht
Nog op het oogen blik dragen vier infanterie-
reglmenten en een cavalerieregiment op hun
vaandels den naam „Abessinië”.
Het conflict brak indertijd uit naar aanleiding
van de behandeling, die koning Theodoor den
Engelschen gevangenen ten deel deed worden.
Mr. Plowden, de Engelsche consul in Massaoea.
had de vriendschappelijke betrekkingen met bet
hof van Etlopië in stand weten te houden. Zijn
opvolger, kapitein Cameron, was echter minder
handig geweest.
Koning Theodoor, die al eerder de wereld ver
baasde door Koningin Victoria een uitstekend
bedoeld, maar allernaïefst huwelijksaanzoek te
doen, waarop als antwoord alleen Engelsche ge
schenken kwamen, had de vorstin thans ver
zocht, hem tegen de Turken te helpen, die hun
heerschappij over den Soedan uitoefenden. Het
ministerie van bultenlandscbe zaken te Londen
verzuimde te antwoorden. Tengevolge daarvan
kreeg koning Theodoor een aanval van woede
en liet alle Britsche onderdanen, die in zijn
land woonachtig waren, in de kelders van de
vesting Magdala opsluiten. De Engelschen zon
den toen een commissie naar Abessinië, die over
hun vrijlating moest onderhandelen. De afge
zanten werden echter zelf ook in de kerkers ge
sloten. Van halve maatregelen hield de gebelg
de en teleurgestelde minnaar niet.
In April 1867 eischte lord Stanley in weinig
msJscié; bewoordingen de bevrijding van de
gevangenen. Toen koning Theodoor niet ant
woordde, werd sir Robert Napier, den opperbe
velhebber van Bombay, opdracht gegeven een
strafexpeditie voor te bereiden. Deze landde in
de maand October in Abessinië. Vijfhonderd
kilometers moesten de soldaten door een berg
achtig en moeilijk begaanbaar land marcheeren.
In April 1868 belegerden de Engelschen Mag
dala. De Abesslnlërs boden dapper tegenstand
en lieten 2000 strijders op het veld achter. Hun
De gezant slaakte een zucht van verlichting,
en begaf zich ter ruste.
Een stralende sterrenhemel welfde zich dien
nacht over Londen, Burlington House en den
troon van keizer Chl-eng-lung. Het kon onder
de poort niet droger zijn dan daarbuiten.
Dit neemt men trouwens bjj groote crises zeer
vaak waar.
Toen het langzamerhand tijd werd om op te
stappen, haalde Harvey Crook uit zijn valies het
zorgvuldig verpakte rolletje te voorschijn, dat
hij uit Indlë had meegebracht en dat hem nu.
zooals hy Inderdaad goed gezien nad. uitste
kende diensten ging bewijzen. Het was een
vele jaren oud en erg beocnadigJ stuk zijde op
papier geplakt en zoo beschadigd, dat het tegen
het licht gehouden een netwerk ven onnoeme
lijke breuken vormde. De zijde was do r de
jaren heelemaal bruin geworden, maar toch
was cfe voorstelling van een wi.de ga.is die
met uitgestrekte vleugels ov-r een water vloog,
waar een andere gans tusschen het riet stond,
nog zoo helder bewaard geb.even, dat bet
scheen alsof de Chineesche inkt nauwelijks was
opgedroogd. Het geheel was met -r.kele krach
tige streken van het penseel tot s’and beko
men en ondanks het verfomfaaide iiitert'jk en
de vele breuken in de zijde, maakte het meer
dan negenhonderd Jaren oude stuiv een buiten
gewoon levendigen Indruk. Er zat kracht en
beweging in deze teekenlng E-i die kracht
deelde het onmiddellijk mede aan zyn be
schouwers Dit was de onsterfelijke macht van
het kunstwerk, dat zjjn maker overleefde en
zijn genialiteit levend hield lang nadat zijn
handen opgehouden hadden het stjrke geestes
leven aan de stof toe te vertrouwen.
Crook stofte de rol zorgvuldig af en rolde ze
weer op. Toen stak hU ze in het brocaten
omslag waaruit nog juist net lak te voorschijn
kwam van het bewijs der echtheid. Toen hij
hiermede klaar was vroeg hy om een taxi.
De chauffeur nam aanvankelijk denzelfden
beschermen. Maar dit was
ld J ttea volbracht. Alléén
ruststellend antwoord, De vrachtauto met d?
kist, die den troon bevatte, was onder de poort
in veiligheid gebracht.
Het werd een ware wedloop, die gestuit
werd door de tenten van het kamp van den
sjeik. Het paard van den stuurman stortte
zich als een lawine daar tusschen in en
sleepte een der tenten omver. Luid ge
schreeuw en getier ging op, toen de stuur
man daar als een bom het kamp kwam
binnenvallen.
Dat was werkelijk meer dan hij had kunnep
verwachten en Harvey Crook sliep in met dé
zelfgenoegzame conclusie, dat hU inderdaad
alles had gedaan, wat de voorzichtigheid hem
maar had kunnen ingeven om in tegenwoordig
heid van de derde flesch Tokayer te komen
Zijn kansen namen natuurlijk met iedere
nieuwe flesch toe. De eerste trekking van elf
tegen één. bij het aansnreken van de eerste
flesch aan boord van de Rajapur was in bet
voordeel van de elf uitgevallen. Het t-vontuur
bU Norie had den afstand naar den steen weer
met een flesch verminderd. Voor Iemand als
Harvey Crook, die eigenlijk allen tijd aan zich
zelf had. beteekende dit reeds een behoorlijken
vooruitgang in de richting van het succes
De kansen stonden nu dus leeds als negen tegen
één en dat was alles wel beschouwd niet eens
zoo hachelijk meer. Maar er zou nu met nog
meer omzichtigheid te werk moeten worden ge
gaan. Mr. Clifton zou in ieder geval van heel
wat kalmer karakter zjjn. can die twee spring
levende wildebrassen, waarmede hjj ten slotte
had gedaan, wat hjj zelf wenschte. Uit zijn
brief bleek maar al te duidelijk, dat hij een
zeer stipt gastheer was. Dat maakte de zaak
wel gecompliceerder.
Harvey Crook schreef nog even een ant
woord. waarin hij de uitnoodiging van mr.
Clifton aannam voor den volgenden middag
half zeven. Mr. Clifton had wel niet gesproken
over diner, maar hjj zou hem natuurlijk ten
eten vragen en Crook vroeg zich nog even af
of hy zich niet speciaal sou kleed»n voor deze
gelegenheid. Och wellicht behoeioe het niet.
dat uw „vriend” Vrijdagmiddag tusschen 45
in Amsterdam was. Ik vermoed dat ik u bin
nenkort uw eigendom wederom ter hand zal
kunnen stellen. Geeft u my het adres van dien
mijnheer Mulder en komt u overmorgen nog
even aanloopenEn ik vermoed dat u voor
het vervolg de voorkeur aan een anderen
schaakpartner zult geven.”
Barling’s cliënt vertrok.
zoek.
Indien het niet teveel moeite was. sou ik
gaarne morgen in den ioop van den dag even
te vernemen
wachten.
U nogmaals mijn dank betuigend voor uwe
welwillendheid, blijf Ik. zeer geachte heer
ba vernieuwing mijner betuigingen van wel
gemeende hoogachting.
Uw dienstwillige dier aar.
BASIL CLIFTON.
noe lang blijft u in Southampton? Het te
my niet mogeiyk, u morgen tn den voor
middag te ontvangen, maar indlen het u zou
schikken my tegen half zeven een oesoek
te brengen, zal het my een groot genoegen
zyn u te ontvangen.
hebt dus niet het minste bewijs.” zei
detective Barling tot zijn cliënt. .Uw ver
moeden te dus slechts gebaseerd op een
zeker Intuïtief gevoel, hetwelk u zegt, dat uw
vriend laten we dat woord „vriend” dan een
beetje onduideiyk uitspreken schuldig, al
thans medeschuldig is aan de verdwijning van
uw paarlen dasspeld.’’
,Myn vriend is Mulder nooit geweest, hoog
stens een kofflehutekennls. Ik heb hem leeren
kennen in de biljartzaal. Van biljarten is het
schaken geworden, en omdat Mulder ongeveer
van myn kracht was, iets sterker zou ik «eg
gen, heb ik hem voorgesteld ons partijtje, eens
per week, liever dan in die roezemoezige koffle-
drukte, op myn kamer te komen spelen. Dit is
nu reeds een paar maanden het geval, maar
myn vriend is hy niet geworden en vertrouwd
heb ik hem eigenlyk nooit.”
„In .schynbaar ongemotiveerde sympathieën
en antipathieën schuilt nochtans vaak een
kern van gemotiveerd-zyn. Op grond waar
van verdenkt u Mulder van den diefstal?"
„Tën eerste omdat ik hem, zooals ik u zei,
er best voor aanzie. Ten tweede omdat hy toe
vallig wist ik heb my dit eens laten ontval
len dat die zwarte parel in myn dasspeld
een hooge waarde vertegenwoordigt, en boven
al, omdat hy de eenige te, die ervan op de
hoogte was. dat ik myn speld steeds in een
der zyiaden van myn schrijfbureau opborg."
„Deze indiciën zyn vry zwak,” hernam Bar
ling. „Is u gehuwd?”
„Neen. Ik bewoon een bel-étage met een
meld-hulshoudster, die boven iedere verden
king staat.”
,.Dat weet ik nog niet.”
„Ik wel, meneer Barling, zy te zoo eeriyk
en daarna
borgen.”
„Was uw huishoudster toen thuis?”
„Neen, die gaat gewoonlyk om een uur of
drie voor een paar uur naar haar hulpbehoe
vende moeder. Ze zet dan thee voor me klaar
en komt om vyf uur terug om het middag
maal in gereedheid te brengen.”
„Een Inbraak dus verleden week Vrydag,
tusschen vier en vyf uur.” hernam Barling.
„We schieten in de richting.”
..Een inbraak of insluiping, net zooals u
wilt. Het was den indringer bUjkbaar uitslui
tend om de dasspeld te doen, want hy heeft
verder alles onaangeroerd gelaten. Hy moet
gelegenheid gehad hebben een duplicaat van
myn voordeur- en woonkamersleutel te laten
maken -
„Niet eens noodig,” viel de detective in de
rede. „Er zijn nog wel andere middelen. Myns
inziens doet dit ook weinig ter zake. Wanneer
is uw „vriend” het laatst by u geweest?"
„Zaterdagavond, zooals gewoonlyk.”
,,Den dag dus ni den diefstal.”
„Juist. Hll heeft my Vrydags, zooals altijd,
een kort briefje geschrevent vermeldend dat
ik hem verwachten kon. Dit was allengs een
gewoonte geworden. Mulder woont nameiyi:
niet hier in Amsterdam, maar in W zooals
u weet, een klein plaatsje, een half uur spo
ren hier vandaan, zyn Zaterdagen en Zonda
gen brengt hy meestal in Amsterdam door en
Zaterdags hebben wy ons schaakavawdfat*’-’-s
„Hebt u Zaterdagavond met Muldfet över de
vermissing van uw dasspeld gesprokén?”
■Neen. Ik wilde er eerst met u over spreken
Maar Vrydagavond was u niet thuis en men
zei mij dat u niet voor vandaag, Maandag,
terugkwam."
„Uitstekend,
by u?”
„Ja, meneer Barling, maar u zult er niet
veel verder mee komen. Het !s mjjns Inziens
juist een bewijs, dat niet Mulder zelf den dief
stal heeft gepleegd, doch een handlanger, dien
hij tevoren geheel op de hoogte gebracht heeft.
De postzegel is afgestempeld door het post
kantoor in W. op Vrijdagmiddag tusschen 4
en 5 uur. In plaats van een aanwijzing, Is dit
briefje dus volgens my veeleer een soort van
alibi, dat Mulder dien middag niet in de stad
geweest te.”
„Mag ik dat briefje eens zien?”
Barling nam het schryven in ontvangst en
las den inhoud:
u alles verteld heb, wat ik zelf wist, zei ik.
Dat was die van mr. Norie. Wat wil u nou?
Moet ik u nog eens zeggen waar die mr None
woont? Maar nee, toen had u zyn g-zicnt
moeten zien. Alleen het noemen van dien naam
scheen hem een zevendaagsche keerta te bezor
gen Hy sprong ate verwilderd van rijn stoel op
en begon een heele serie scheldwoorden aan
het adres van mr. Norie en zyn onhebbetyke
soort te richten. Hy schijnt daar minder
netjes ontvangen te zyn. Ik snap niet waa’Om
Mr. Norie staat in heel Bouthampion ate een
uiterst kalm en degeiyk jongmensch bekend en
van zyn vrienden heb Ik ook niet» byzooder’
vernomen. Die andere namen zyn allemaal
Smith ging ik dus verder. Allen en Curtice,
maar ik weet op geen stukken na nun adres
sen. U kunt in iedere straat van de stad zoowat
een Smith tegenkomen en Ik vermoed, dat ze u
op het stadhuis een iyst van minstens honderd
Smith’s aan de hand zullen doen Dan weet ik
verder nog een Allen te wonen, al kan ik u
niet met zekerheid zeggen of net Juist die
Allen is geweest, zooals dit met mr. Norie het
geval was. Ik aarzelde een beetje met het
opachryven van de straat, liet me toen zen
bankbiljet overreiken en gaf heen ten slotte
het adres van den eenlgen Alten, dien ik in
Southampton wist te wonen, maar die in ieder
geval geen flesch Tokayer by ons heeft gekocht
Hy schoot weer even snel weg. ate Jen eersten
keer. Ik beloof u. dat het nem niet ieter ver
gaan zal. want Allen is meestal stomdronken
en ziet lederen vreemdeling voor een reener-
cheur van politie aan.”
omdat de afspraak zoo n vroeg uur gold. Ten
slotte viel de beslissing in het voordeel van
het fantasiepak. omdat Crook ten slotte
niets anders by zich had.
Hy hield zich voor het grootste gedeelte van
den dag netjes schuil binnen de muien -an het
hotel. Hahn zou natuuriyk ergens in Southamp
ton rondzwerven en hy zag de noodzakelykbeld
niet in om eten „vriend" de gewaarwording op
te dringen, dat degene, die eerst zyn werktuig
was geweest, thans zyn mededinger in de jacht
was geworden. Toch zou hy dien cag nog met
Hahn in aanraking komen, al was het indirect
Want even na de lunch kwam Symons hem
bezoeken om hem mede te deelen. dat Hahn
weer op het kantoor was geweest
„Hy xag er tameiyk afgetobd uit.” merkte
Symons ietwat meewarig op. „Wal bleex en
erg verwilderd en hy scheen kreupel te loopen
ook al. Hy wilde nog eens dien catalogus met
aanteekeningen doorzién en dus haalde ik het
boek weer voor den dag. Toch toonde ik me een
beetje beleedigd door zyn verzoek Ik heb u het
boek gisteren toch al laten zier, zei ik wat
wrevelig. Maar al zou u er morgen en overmor
gen nog eens in willen kyken en over tien jaar
nog eens. ga uw gang. Wil mynheer soms een
stoel of zal ik maar ineens 'n lun'-h bestellen?
Dan kunt u alles netjes overschrtjven. Hy
haalde Inderdaad 'n aanteekenboekje voor den
dag en begon stuk voor stuk over te nemen,
wat ik achter de verschillende menuners had
esngeteekend, Toen begon hy me weer te zeu
ren om allerlei adressen van die andere tien tles-
schen. Ik heb u toch gisteren al gezegd, dat ik
U had gelyk in uwe veronderstelling, dat
ik het origineel gaarne zou willen vergelyken
•net myn copieën en dit is ook myn eenige
verontschuldiging voor myn vry pos tig ver-
Detectlve Barling's succesvolte methode was
origineel en in de meeste gevallen tevens doel
treffend. Zijn kracht at niet in het spannen
van een zorgvuldig samengesteld net, waarüi
het slachtoffer op den duur verstrikt moest
raken, zyn kracht sat in de wyse, waarop hy
zyn prooi eigener beweging in den aelfgegra-
ven kuil liet vallen.
zyn gedachtengang concentreerde hy op het
uitgangspunt, dat een man. die iets te verber
gen heeft of tracht welke zaak dan ook in een
valsch daglicht te stellen, uit eigen beweging
de fout naar
voren brengt,
welke hy begaan
heeft. En de
eerste leugen, die
zyn slachtoffer
uit eigen bewe
ging uitspreekt,
beteekent in de meeste
diens val.
Barling wist dat die onnooaele postaeg»!
Mulder tot bekentenis sou dwingen. Barling
vermoedde met een aan zekerheid grenaende
waarschyniykheid, dat niet Mulder, doch een
handlanger den brief tusschen 4 en 5 uur te
W. gepost had. op welke manier Mulder zich
ten alibi voor het uur van den diefstal dacht
te verschaffen.
Het kwam er dus op aan Mulder self dit
onderwerp te laten aanroeren, hem in strijd
met de waarheid naar voren te laten brenger,
dat hy zelf op dat uur den brief te W. gepoft
zou hebben en dus op dat tijdstip niet in de
stad geweest kon syn.
Daarom aei Barling in den loop van het ge-
*>prek. hetwelk hy den volgenden cteg, zich
voordoende als stofzulger-agent, met Mulder
aan diens voordeur had aangeknoopt.
„Heb ik u..,. laat 'na alen Juist.... JJ.
Vrydag niet in de biljartzaal van ,De Kroon”
in Amsterdam gezien?”
„Neen." antwoordde Mulder onmlddeliyk.
„Dat kan niet. Vrydag, met dat weer, ben ik
de deur niet uit geweest.... Ja toch, *smid
dags ben ik even een postaegel aan bet post
kantoor gaan halen.”
„Weet u dat zeker?”
,Ja natuuriyk. Ik heb een vriend van me
in de stad even een berichtje gestuurd.”
Den postaegel hebt u dus hier aan het post
kantoor gehaald?”
„Ja aeker. Waarom vraagt u dit?"
„Waarom liegt u?”
Barling legitimeerde zich. Mulder hield zich
goed.
„Waartoe zou ik liegen? Wat wilt u van me?”
„U liegt. Den postaegel hebt u n 1 e t hier
in W. gekocht I”
Dan haalde Barling het couvert te voorschün.
„Dit is de brief aan uw vriend, niet waar?
En dezen postzegel hebt u hier in W. gekocht?"
„Wat wilt u eigeniyk van me?"
„Ik wil dat je die paarlen dasspeld terug
geeft, onmlddeliyk.... anders.... de politie is
gauw gehaald I”
„Ik begryp nietarseen
„Ik wel. Sinds wazeneer worden de post-
segete hier aan het postkantoor met een K.
geperforeerd? Het postkantoor hier te toch geen
kiosk....? Waarom verstrik je je in leugens?
Die postzegel te aan een Amsterdamache kiosk
gekocht en er hier opgeplakt I En een ander
heeft dien brief hier voor Je gepost.... Een
vrywillige bekentenis en teruggave kan Je nog
van vervolging vrywaren."
Kort voor de opening van de nationale zil
vertentoonstelling in het Leidsche Museum „De
Lakenhal”, was het ons vergund een kijkje te
nemen In verzameling, welke daar door de
yverige aorgen der gemeentelyke commissie in
samenwerking met de directie van genoemd
museum te te samen gebracht. De geheele ex
positie is tngerlcht in een vyftal zalen, en geeft
een voortreffeiyk overzicht van de ontwikke
ling van de edelsmeedkunst tn ons land, van
het midden der veertiende eeuw tot heden. De
tallooae geëxposeerde kunst- en gebruiksvoor
werpen werden deels verkregen uit de verzame
ling van „De Lakenhal" voor een grooter deel
tydeiyk afgestaan uit particulier bezit, terwyl
ook zeer veel In bruikleen werd ontvangen van
de kerkeiyke overheden, zoowel van katholieke
als van protestantsche en joodsche zyde.
Tot de alleroudste stukken behoort een drie
tal drinkhoorns, afgestaan door het gemeente
bestuur van Kampen, voorts een zllveruo beker
uit 1573 ter herinnering aan de nederlaag van
Bossu op de Zuiderzee, afkomstig uit Hoorn;
een schitterende verguld zilveren beker van het
St. Jorlsgllde te Middelburg, prachtige gei”even
kandelaars uit de R K. kerk te Enkhu'zen.
eveneens uit de R. K. kerk te Limmen <L bla
zoenen uit den tyd der gilden, een gegraveerde
tepel, geslagen ter herinnering aan de eerste
steenlegging van het Amsterdamsche stadhuis
thans konlnkiyk paleis; en tweetal reliquiekas-
ten uit de R. K. kerk te Enkhulzen, een unieke
collectie vaaen en zoutvaten van zgn. „zilver
van Vlanen” (begin 17de eeuw), afkomstig uit
de verzameling van wyien den heer Dreesmann;
Friesche bruldskoftertjes, welke oudtyds gevuld
met gouden dukaten als bruidsschat werden
meegegeven; schitterend bewerkte schalen voor
kerkeiyk en huishoudelyk gebruik; ouderwet-
sche kraantjéskoffiekannen; antieke molen
bekers, waaruit in vroeger tyóen zéér dorstige
kelen zich plachten te laven; zgn. bekers van
„Hansje in den kelder", welke alleen op tafel
verschenen Indien gezinsvermeerdering te ver
wachten was en tal van andere curiosa meer,
waarvoor zoowel de liefhebber van antiek zilver
werk als de minnaar van oud-Hollandsche ge
bruiken zich zal interesseeren. Byzondere ver
melding verdienen nog de inzendingen van
H. M. de Konlngin-Moeder, voorts het hulde-
biyk der Zeeuwen in 1874 aan Koning Willem
III geschonken, ter gelegenheid van diens zil
veren regeeringsjublleum, benevens de verzame
ling van Indisch goud en zilver, in bruikleen
afgestaan door het LelcBche Museum voor Vol
kenkunde.
weg, dien Crook genomen had, toen hy mr.
Norie had bezocht. Dat wil zeggen, tot-lat men
aan den tweesprong kwam. Daar sloeg men
ditmaal links af. Ze Kwamen voorby rijen
huisjes, die heel knus les door een klein tuintje
waren omringd. Dan reden ze weer engs een
stuk braak liggend land: vervolgens weer langs
vrije huisjes in tuintjes. Toen kwamen ze
wederom aan een zijweg en hier stopte de auto.
Crook stapte uit en stond tegenover een ge
heel alleenstaand huis van meer dan gewone
afmetingen, dat sich vooral tn deze laatste van
de reeds genoemde kleine woninkjes onder
scheidde. Het stond nog geen vyf meter van den
weg af. Het kleine gedeelte van -ien tuin, dat
ze van hier af te zien kregen, verl-eerde In zeer
verwaarloosden staat. Daar scheen In geen jeien
een hark of schoffel in den grono gestoken te
zyn. Maar het voornaamste of liever bet op
vallendste aan dit huis waren de ramen.
Symons had gelyk. Het was er naargeestig- en
somber door geworden. Er "del met geen m. ge-
lykheid iets te zien door die laag van slijk en
stof, die tot hoog tegen de ramen zat. Je sou
werkelijk niet hebben willen en kunnen aan
nemen. dat een zoo deftig huls oewoond kon
worden, ate de stoep, de Knop en de bel aan de
deur niet schitterend hadden geblonken Het
was duldeiyk Die ramen werden mei opzet ver
waarloosd. Ze waren als een merk fee ken voor
den bewoner. Het contrast met de bel aa ee
deurknop was des te sterker. Ate je daar terg
naar keek, was het alsof uit een dood gezicht
glimlachende oogen je aauzagen.
(Wordt vervolgd).
De Chineesche gezant te Londen, en ook de
heer F. T. Cheng, speciale ccmmlssaris van de
Chineesche Republiek voor deze tentoonstelling,
woonden de aankomst van de karavaan by. Zy
overtuigden zich ervan, dat niets aan de zaak
haperde, en wilden, nadat een gewapende wacht
op het binnenplein opgesteld was. zich juist
met een gerust hart huiswaarts begeven, toen
hun aandacht erop gevestigd werd dat een der
vrachtwagens aan den achterkant open stond.
Een groote, grillig-gevormde, onhandelbaar-ult-
ziende kist stak eruit.
De beide Chineesche heeren snelden in op
gewonden toestand (voor zoover althans een
Oosterling opgewonden zyn kan) op de Acade-
mie-ambtenaren toe, en vestigden de aandacht
van dezen op de uit-stekende kist. Documenten
werden geraadpleegd, en de heer Cheng kwam
tot de ontdekking, dat de kist den troon be
vatte van den Chlneeschen keizer Chl-eng-lung,
die in de achttiende eeuw regeerde.
,JJe troon is in gevaar!” riep de heer F. T.
Cheng uit.
.Jdaar mynheer," poogde een der ambtenaren
hem te kalmeeren, „is dit niet wat overdreven?
Ik ben niet precies op de hoogte van de poli
tieke stroomlngen in uw land, maar ik kan mjj
toch niet voorstellen dat de troon in gevaar
zou komen doordat er een stuk van de kist uit
den wagen steekt.”
„Honderdduizend roode koraalknoopen (on-
derscheldlngsteeken der hoogste mandarijnen)
op uw hoed voor zooveel politiek Inzicht!” riep
de heer F. T. Cheng uit. .maar de troon kan
nat worden. Hy te gemaakt van de kostbaarste
houtsoorten en met het heeriykste émail ver
sierd. Wanneer het vannacht gaat regenen...."
En voor het eerst sinds meer dan twintig
jaren baarde de troon van China Londen weer
zorgen.
De Chineesche gezant, diep geschokt, stemde
er eerst in toe zich naar huis te begeven toen
de beambten van Burlington House hem ver
zekerd hadden, dat zy al het mogeiyke zouden
doen om den troon tegen de eventueele woede
der eleme«|ety fee. be&
gemakkehftder TJétdofi
onder de groote poort, welke het binnenplein
vart Burlington House scheidt van Piccadilly,
zou de kist met den troon tegen den regen be
veiligd zyn. Maar hoe den wagen, die geheel
aan het andere einde stond, en van de poort
door een groote „vloot” van vrachtkarren af
gesneden w-as, daarheen te brengen’
Er gingen uren voorbij voor men hierin ein-
delljk slaagde. Ontelbare malen belde de Chi
neesche gezant Burlington House op om angstig
te vragen hoe het ermee stond. Eindelyk het
was reeds na middernacht kreeg hy een ge-
AT T f A O E1 op dit blad zijn ingevolge de ▼erzekeringsvoorwaarden tegen TT bU levenslange geheele ongeschiktheid tot werken door TT *7tZ fï bij een ongeval met
/A lil (F1, AA 11 I v O ongevallen verzekerd voor een der volgende ultkeerlngen verlies van belde armen, belde beenen of belde oogen r doodelljken afloop A AssJKRi»
AANGIFTE MOET, OP STRAFFE VAN VERLIES VAN ALLE RECHTEN, GESCHIEDEN UITERLIJK DRIE MAAL VIER EN TWINTIG UUR NA HET ONGEVAL
Barling nam weinig notitie van den Inhoud
en gaf het schryven aan zyn cliënt terug. Het
couvert bekeek hy echter aandachtig. Hy zette
zyn bril op en tuurde scherp op den postzegel,
inderdaad het poststempel van het
kantoor te W. en de tyd van afstempeling
tusschen 45 duidelyk leesbaar was. Er was
ook niet aan geknoeid, het stempel was zon
der den minsten twyfel echt. En tóch zag Bar
ling aan den postzegel iets, dat hem op het
spoor bracht. Hy borg de enveloï>pe in zyn
portefeuille en ze! vertrouwelyk glimlachend:
„Ik vermoed dat ik uw huishoudster inder
daad ten onrechte verdacht heb. Ik vermoed