China’s keizerlijke troon den da$ aan u Met twee kameraadjes op avonturenreis rawM’ KOSTBAAR kunstwerk ■mm Engeland strafte Abessinië HET VERDWENEN ELFTAL I „•W I Dat doet je ook goed zingt: „Da* doet je weer goed MAANDAG 5 AUGUSTUS 1935 Zilvertentoonstelling Detective Een boek over Abessinië I IIIIIIIIIIU Chineesche gezant in angst Huwelijksaanzoek van Koning Theodoor Adres Centr. Reisbureau V.K.P. NL Voorburgwal 65-73, Amsterdam Onder motto Exweto Wonderlijke dierencollectie in heerlijke omgeving Met Exweto op reis OUWEHAND’S DIERENPARK TE RHENEN i I Groote bezorgdheid over be schadiging by het vervoer te Londen Onw/af het ministerie van buiten- landsche zaken vergat te antwoorden a. yte Open Barling Jkom thuis 15 gevallen ook tevens 2 u ge il o 3 Hebt u dat briefje misschien 1 s= V" Amice, waarop door Arthur Morrison autodeuren voorzichtig! 3 t.a t Mulder. I- 1 een briefje van u ontvangen, teneinde van u wanneer Ik u precise mag ver- r>ls goud Daar heb ik be wijsen van”’ •Des te beter. Wanneer is het volgens ken. de speld toevallig In handen gehad heb op zfjn gewone plaats heb opge- Oudergewoonte ben Ik morgenavond cir ca 8 uur bij je Heb je gelezen van de komst van Lasker? Ik hoop me dan vry te kun nen maken. Tot morgenavond. Daags daarop had Barling’s cliënt zijn paar- len dasspeld wederom in zyn baalt. r 0 Ik om 2 óf *1 t I s 1. i: n n e •e By den uitgever Andries Blitz te Amster dam verschijnt binnenkort „Abessinië”, Land en Volk, een boek van den Journalist Kurt Lublnskl, die Ethiopië heeft bezocht. Er wor den foto's in opgenomen, deels van den schrij ver. deels van een juist uit Abessinië terugge keerd foto-reporter. Onder de dlerencoUectles van de geheele we reld neemt Ouwehand's Dierenpark, op den Orebbeberg bij Rhenen, een seer belangrijke plaats in. Op een ongeveer 10 HA. groot, boech- rtk terrein is een uitgebrelde verzameling dië ten en vogels bijeen gebracht, alle op ruime en ongineele manier gehuisvest. De levende have wordt telkens nog weer aangevuld met bijzon dere en Interessante exemplaren uit de dieren wereld. Nog versch in het geheugen ligt de sensatie, welke de aankomst van niet minder dan 1000 levende krokodillen in Ouwehand’s Dierenpark verwekte. Deze griezelige monsters zijn onder gebracht in een tropische omgeving, die zich geheel bij hun levensvoorwaarden aanpast. Het levert dan ook een fantastlschen aanbllk. deze reuzen-krokodillen met hun vervaarlijke kaken te zien rondkrioelen in het water of zich te zien koesteren in de warme zon. Deze reuzen show is geheel nieuw voor Nederland en trekt dan ook zeer groote belangstelling. Maar behalve krokodillen is er nog heel wat meer te zien in Ouwehand's Dierenpark. Men komt binnen door een papegaaien laan, die zich plotseling verbreedt tot een prachtig gazon met eer klaterende fontein in het midden. Een oli fant komt aangewandeld als om ons te begroe ten. Wjj zien lama’s, dwergzebu’s en zebra'a En wij staan verbaasd als wij het nijlpaard her kennen, dat hier enkele jaren geleden als een baby gekomen is, maar nu reeds duizenden kilo’s weegt. Er is een uitgebreide collectie ver scheurende dieren: leeuwen, tijgers, poema's. Beren wonen tusschen fantastische rotspartijen en staan met komische bewegingen te bedelen om apenootjes en andere lekkernijen. Opmerkelijk is de kleurige verzameling vo gels, die honderden vertegenwoordigers van de meest ulteenloopende soorten omvat. Wij zien er slanke flamingo's, pelikanen met hun won derlijke zaksnavels en roofvogels in tallooae va riëteiten. En niet in de laatste plaats moet het aouarium genoemd worden, dat voor de lief hebbers om van te watertanden is, maar ook voor lederen leek een sprookjesachtige aanblik oplevert. Voegt men hierbij, dat t Dierenpark op den Orebbeberg voor oud en jong nog allerlei andere attracties heeft: een uitgestrekte speeltuin, een baby-dlerentuin, een uitzichttoren, een gezellig café-restaurant en zoo meer, dat de kinderen er rondritten kunnen maken op ezels, kameelen en olifanten, dan is het niet moeilijk na te gaan, waarom zooveel Nederlanders naar den Orebbeberg trekken. In de achterste zaal tenslotte vinden wjj in een oud-Hollandsch milieu een tafel, gedekt met porceleln, zilver- en glaswerk, dat eertijds by de regeering van „o» goede oude stad Ley den" in gebruik was, allee voorzien van het stadswapen. Schilderijen uit de ..Lakenhal” en deels welwillend afgestaan door de firma Goud stikker te Amsterdam vormen een sWJlvolle om lijsting. beurd?” „Vrijdagmiddag tusschen vier en vijf, weet dit daarom zoo precies, omdat ik vier uur, toen ik, zooals ik wel meer doe, even tusschen kantoortijd een kop thee kwam drln- tegenstanders hadden, dank zij de veel betere wapens, slechts IS dooden te betreuren. Koning Theodoor pleegde zelfmoord. Hij wenschte liever den dood, dan zich te moeten overgeven. Vergelijk de rede van den negus voor zijn troepen I i sfc'SC bij verlies van een hand een voet of een oog Ongelukkig kwam de lansstoot een beet je te hard aan. Het paard nam een groo- ten sprong, waarbij de stuurman bijna van hem aftuimelde en rende weg. Als "n dolle stoof het voort, achtervolgd door den sjeik, die dacht dat de stuurman wilde ontvluch ten. Inmiddels was ook de sjeik bij het kamp aangekomen en met eenige woorden had hjj den toestand uitgelegd, waarop eenige mannen zich direct op den stuurman wier pen en hem naar het kampvuur sleepten. e vorige week, op een mooien avond, Wter- TA den 95 kisten afgeleverd aan het gebouw ■L' der Royal Academy, aan Piccadilly te Londen. ZD waren uit China aangevoerd door het Britsche oorlogsschip Suffolk, en bevatten onschatbaar kostelijke Vbortbrengselen van Chi neesche kunst. De wagens met de kisten werden opgesteld op bet binnenplein van Burlington House ge- lijk het academiegebouw heet om den vol genden morgen ontladen te worden. Uitstappen: het einde van dea rib Het portier gaat open voorzichtig Ianders is het vit met de vreugde. Want het roekeloos openen van het por tier kan f 150, boete kosten I De openbare meening in Engeland, sportief als altijd, ondersteunt ook nu nog door dik en dun Abessinië in zijn strijd met Italië. Bulten de Rothermere-pers, die openlijk pro-Ita- liaansch is, staan alle Engelsche bladen vijan dig tegenover de plannen van Mussolini. In Engeland heeft men namelijk nimmer de herinnering asn den Abessinischen veldtocht verloren, die nu zeventig jaar geleden door een Britsch expedltleleger werd ten uitvoer gebracht Nog op het oogen blik dragen vier infanterie- reglmenten en een cavalerieregiment op hun vaandels den naam „Abessinië”. Het conflict brak indertijd uit naar aanleiding van de behandeling, die koning Theodoor den Engelschen gevangenen ten deel deed worden. Mr. Plowden, de Engelsche consul in Massaoea. had de vriendschappelijke betrekkingen met bet hof van Etlopië in stand weten te houden. Zijn opvolger, kapitein Cameron, was echter minder handig geweest. Koning Theodoor, die al eerder de wereld ver baasde door Koningin Victoria een uitstekend bedoeld, maar allernaïefst huwelijksaanzoek te doen, waarop als antwoord alleen Engelsche ge schenken kwamen, had de vorstin thans ver zocht, hem tegen de Turken te helpen, die hun heerschappij over den Soedan uitoefenden. Het ministerie van bultenlandscbe zaken te Londen verzuimde te antwoorden. Tengevolge daarvan kreeg koning Theodoor een aanval van woede en liet alle Britsche onderdanen, die in zijn land woonachtig waren, in de kelders van de vesting Magdala opsluiten. De Engelschen zon den toen een commissie naar Abessinië, die over hun vrijlating moest onderhandelen. De afge zanten werden echter zelf ook in de kerkers ge sloten. Van halve maatregelen hield de gebelg de en teleurgestelde minnaar niet. In April 1867 eischte lord Stanley in weinig msJscié; bewoordingen de bevrijding van de gevangenen. Toen koning Theodoor niet ant woordde, werd sir Robert Napier, den opperbe velhebber van Bombay, opdracht gegeven een strafexpeditie voor te bereiden. Deze landde in de maand October in Abessinië. Vijfhonderd kilometers moesten de soldaten door een berg achtig en moeilijk begaanbaar land marcheeren. In April 1868 belegerden de Engelschen Mag dala. De Abesslnlërs boden dapper tegenstand en lieten 2000 strijders op het veld achter. Hun De gezant slaakte een zucht van verlichting, en begaf zich ter ruste. Een stralende sterrenhemel welfde zich dien nacht over Londen, Burlington House en den troon van keizer Chl-eng-lung. Het kon onder de poort niet droger zijn dan daarbuiten. Dit neemt men trouwens bjj groote crises zeer vaak waar. Toen het langzamerhand tijd werd om op te stappen, haalde Harvey Crook uit zijn valies het zorgvuldig verpakte rolletje te voorschijn, dat hij uit Indlë had meegebracht en dat hem nu. zooals hy Inderdaad goed gezien nad. uitste kende diensten ging bewijzen. Het was een vele jaren oud en erg beocnadigJ stuk zijde op papier geplakt en zoo beschadigd, dat het tegen het licht gehouden een netwerk ven onnoeme lijke breuken vormde. De zijde was do r de jaren heelemaal bruin geworden, maar toch was cfe voorstelling van een wi.de ga.is die met uitgestrekte vleugels ov-r een water vloog, waar een andere gans tusschen het riet stond, nog zoo helder bewaard geb.even, dat bet scheen alsof de Chineesche inkt nauwelijks was opgedroogd. Het geheel was met -r.kele krach tige streken van het penseel tot s’and beko men en ondanks het verfomfaaide iiitert'jk en de vele breuken in de zijde, maakte het meer dan negenhonderd Jaren oude stuiv een buiten gewoon levendigen Indruk. Er zat kracht en beweging in deze teekenlng E-i die kracht deelde het onmiddellijk mede aan zyn be schouwers Dit was de onsterfelijke macht van het kunstwerk, dat zjjn maker overleefde en zijn genialiteit levend hield lang nadat zijn handen opgehouden hadden het stjrke geestes leven aan de stof toe te vertrouwen. Crook stofte de rol zorgvuldig af en rolde ze weer op. Toen stak hU ze in het brocaten omslag waaruit nog juist net lak te voorschijn kwam van het bewijs der echtheid. Toen hij hiermede klaar was vroeg hy om een taxi. De chauffeur nam aanvankelijk denzelfden beschermen. Maar dit was ld J ttea volbracht. Alléén ruststellend antwoord, De vrachtauto met d? kist, die den troon bevatte, was onder de poort in veiligheid gebracht. Het werd een ware wedloop, die gestuit werd door de tenten van het kamp van den sjeik. Het paard van den stuurman stortte zich als een lawine daar tusschen in en sleepte een der tenten omver. Luid ge schreeuw en getier ging op, toen de stuur man daar als een bom het kamp kwam binnenvallen. Dat was werkelijk meer dan hij had kunnep verwachten en Harvey Crook sliep in met dé zelfgenoegzame conclusie, dat hU inderdaad alles had gedaan, wat de voorzichtigheid hem maar had kunnen ingeven om in tegenwoordig heid van de derde flesch Tokayer te komen Zijn kansen namen natuurlijk met iedere nieuwe flesch toe. De eerste trekking van elf tegen één. bij het aansnreken van de eerste flesch aan boord van de Rajapur was in bet voordeel van de elf uitgevallen. Het t-vontuur bU Norie had den afstand naar den steen weer met een flesch verminderd. Voor Iemand als Harvey Crook, die eigenlijk allen tijd aan zich zelf had. beteekende dit reeds een behoorlijken vooruitgang in de richting van het succes De kansen stonden nu dus leeds als negen tegen één en dat was alles wel beschouwd niet eens zoo hachelijk meer. Maar er zou nu met nog meer omzichtigheid te werk moeten worden ge gaan. Mr. Clifton zou in ieder geval van heel wat kalmer karakter zjjn. can die twee spring levende wildebrassen, waarmede hjj ten slotte had gedaan, wat hjj zelf wenschte. Uit zijn brief bleek maar al te duidelijk, dat hij een zeer stipt gastheer was. Dat maakte de zaak wel gecompliceerder. Harvey Crook schreef nog even een ant woord. waarin hij de uitnoodiging van mr. Clifton aannam voor den volgenden middag half zeven. Mr. Clifton had wel niet gesproken over diner, maar hjj zou hem natuurlijk ten eten vragen en Crook vroeg zich nog even af of hy zich niet speciaal sou kleed»n voor deze gelegenheid. Och wellicht behoeioe het niet. dat uw „vriend” Vrijdagmiddag tusschen 45 in Amsterdam was. Ik vermoed dat ik u bin nenkort uw eigendom wederom ter hand zal kunnen stellen. Geeft u my het adres van dien mijnheer Mulder en komt u overmorgen nog even aanloopenEn ik vermoed dat u voor het vervolg de voorkeur aan een anderen schaakpartner zult geven.” Barling’s cliënt vertrok. zoek. Indien het niet teveel moeite was. sou ik gaarne morgen in den ioop van den dag even te vernemen wachten. U nogmaals mijn dank betuigend voor uwe welwillendheid, blijf Ik. zeer geachte heer ba vernieuwing mijner betuigingen van wel gemeende hoogachting. Uw dienstwillige dier aar. BASIL CLIFTON. noe lang blijft u in Southampton? Het te my niet mogeiyk, u morgen tn den voor middag te ontvangen, maar indlen het u zou schikken my tegen half zeven een oesoek te brengen, zal het my een groot genoegen zyn u te ontvangen. hebt dus niet het minste bewijs.” zei detective Barling tot zijn cliënt. .Uw ver moeden te dus slechts gebaseerd op een zeker Intuïtief gevoel, hetwelk u zegt, dat uw vriend laten we dat woord „vriend” dan een beetje onduideiyk uitspreken schuldig, al thans medeschuldig is aan de verdwijning van uw paarlen dasspeld.’’ ,Myn vriend is Mulder nooit geweest, hoog stens een kofflehutekennls. Ik heb hem leeren kennen in de biljartzaal. Van biljarten is het schaken geworden, en omdat Mulder ongeveer van myn kracht was, iets sterker zou ik «eg gen, heb ik hem voorgesteld ons partijtje, eens per week, liever dan in die roezemoezige koffle- drukte, op myn kamer te komen spelen. Dit is nu reeds een paar maanden het geval, maar myn vriend is hy niet geworden en vertrouwd heb ik hem eigenlyk nooit.” „In .schynbaar ongemotiveerde sympathieën en antipathieën schuilt nochtans vaak een kern van gemotiveerd-zyn. Op grond waar van verdenkt u Mulder van den diefstal?" „Tën eerste omdat ik hem, zooals ik u zei, er best voor aanzie. Ten tweede omdat hy toe vallig wist ik heb my dit eens laten ontval len dat die zwarte parel in myn dasspeld een hooge waarde vertegenwoordigt, en boven al, omdat hy de eenige te, die ervan op de hoogte was. dat ik myn speld steeds in een der zyiaden van myn schrijfbureau opborg." „Deze indiciën zyn vry zwak,” hernam Bar ling. „Is u gehuwd?” „Neen. Ik bewoon een bel-étage met een meld-hulshoudster, die boven iedere verden king staat.” ,.Dat weet ik nog niet.” „Ik wel, meneer Barling, zy te zoo eeriyk en daarna borgen.” „Was uw huishoudster toen thuis?” „Neen, die gaat gewoonlyk om een uur of drie voor een paar uur naar haar hulpbehoe vende moeder. Ze zet dan thee voor me klaar en komt om vyf uur terug om het middag maal in gereedheid te brengen.” „Een Inbraak dus verleden week Vrydag, tusschen vier en vyf uur.” hernam Barling. „We schieten in de richting.” ..Een inbraak of insluiping, net zooals u wilt. Het was den indringer bUjkbaar uitslui tend om de dasspeld te doen, want hy heeft verder alles onaangeroerd gelaten. Hy moet gelegenheid gehad hebben een duplicaat van myn voordeur- en woonkamersleutel te laten maken - „Niet eens noodig,” viel de detective in de rede. „Er zijn nog wel andere middelen. Myns inziens doet dit ook weinig ter zake. Wanneer is uw „vriend” het laatst by u geweest?" „Zaterdagavond, zooals gewoonlyk.” ,,Den dag dus ni den diefstal.” „Juist. Hll heeft my Vrydags, zooals altijd, een kort briefje geschrevent vermeldend dat ik hem verwachten kon. Dit was allengs een gewoonte geworden. Mulder woont nameiyi: niet hier in Amsterdam, maar in W zooals u weet, een klein plaatsje, een half uur spo ren hier vandaan, zyn Zaterdagen en Zonda gen brengt hy meestal in Amsterdam door en Zaterdags hebben wy ons schaakavawdfat*’-’-s „Hebt u Zaterdagavond met Muldfet över de vermissing van uw dasspeld gesprokén?” ■Neen. Ik wilde er eerst met u over spreken Maar Vrydagavond was u niet thuis en men zei mij dat u niet voor vandaag, Maandag, terugkwam." „Uitstekend, by u?” „Ja, meneer Barling, maar u zult er niet veel verder mee komen. Het !s mjjns Inziens juist een bewijs, dat niet Mulder zelf den dief stal heeft gepleegd, doch een handlanger, dien hij tevoren geheel op de hoogte gebracht heeft. De postzegel is afgestempeld door het post kantoor in W. op Vrijdagmiddag tusschen 4 en 5 uur. In plaats van een aanwijzing, Is dit briefje dus volgens my veeleer een soort van alibi, dat Mulder dien middag niet in de stad geweest te.” „Mag ik dat briefje eens zien?” Barling nam het schryven in ontvangst en las den inhoud: u alles verteld heb, wat ik zelf wist, zei ik. Dat was die van mr. Norie. Wat wil u nou? Moet ik u nog eens zeggen waar die mr None woont? Maar nee, toen had u zyn g-zicnt moeten zien. Alleen het noemen van dien naam scheen hem een zevendaagsche keerta te bezor gen Hy sprong ate verwilderd van rijn stoel op en begon een heele serie scheldwoorden aan het adres van mr. Norie en zyn onhebbetyke soort te richten. Hy schijnt daar minder netjes ontvangen te zyn. Ik snap niet waa’Om Mr. Norie staat in heel Bouthampion ate een uiterst kalm en degeiyk jongmensch bekend en van zyn vrienden heb Ik ook niet» byzooder’ vernomen. Die andere namen zyn allemaal Smith ging ik dus verder. Allen en Curtice, maar ik weet op geen stukken na nun adres sen. U kunt in iedere straat van de stad zoowat een Smith tegenkomen en Ik vermoed, dat ze u op het stadhuis een iyst van minstens honderd Smith’s aan de hand zullen doen Dan weet ik verder nog een Allen te wonen, al kan ik u niet met zekerheid zeggen of net Juist die Allen is geweest, zooals dit met mr. Norie het geval was. Ik aarzelde een beetje met het opachryven van de straat, liet me toen zen bankbiljet overreiken en gaf heen ten slotte het adres van den eenlgen Alten, dien ik in Southampton wist te wonen, maar die in ieder geval geen flesch Tokayer by ons heeft gekocht Hy schoot weer even snel weg. ate Jen eersten keer. Ik beloof u. dat het nem niet ieter ver gaan zal. want Allen is meestal stomdronken en ziet lederen vreemdeling voor een reener- cheur van politie aan.” omdat de afspraak zoo n vroeg uur gold. Ten slotte viel de beslissing in het voordeel van het fantasiepak. omdat Crook ten slotte niets anders by zich had. Hy hield zich voor het grootste gedeelte van den dag netjes schuil binnen de muien -an het hotel. Hahn zou natuuriyk ergens in Southamp ton rondzwerven en hy zag de noodzakelykbeld niet in om eten „vriend" de gewaarwording op te dringen, dat degene, die eerst zyn werktuig was geweest, thans zyn mededinger in de jacht was geworden. Toch zou hy dien cag nog met Hahn in aanraking komen, al was het indirect Want even na de lunch kwam Symons hem bezoeken om hem mede te deelen. dat Hahn weer op het kantoor was geweest „Hy xag er tameiyk afgetobd uit.” merkte Symons ietwat meewarig op. „Wal bleex en erg verwilderd en hy scheen kreupel te loopen ook al. Hy wilde nog eens dien catalogus met aanteekeningen doorzién en dus haalde ik het boek weer voor den dag. Toch toonde ik me een beetje beleedigd door zyn verzoek Ik heb u het boek gisteren toch al laten zier, zei ik wat wrevelig. Maar al zou u er morgen en overmor gen nog eens in willen kyken en over tien jaar nog eens. ga uw gang. Wil mynheer soms een stoel of zal ik maar ineens 'n lun'-h bestellen? Dan kunt u alles netjes overschrtjven. Hy haalde Inderdaad 'n aanteekenboekje voor den dag en begon stuk voor stuk over te nemen, wat ik achter de verschillende menuners had esngeteekend, Toen begon hy me weer te zeu ren om allerlei adressen van die andere tien tles- schen. Ik heb u toch gisteren al gezegd, dat ik U had gelyk in uwe veronderstelling, dat ik het origineel gaarne zou willen vergelyken •net myn copieën en dit is ook myn eenige verontschuldiging voor myn vry pos tig ver- Detectlve Barling's succesvolte methode was origineel en in de meeste gevallen tevens doel treffend. Zijn kracht at niet in het spannen van een zorgvuldig samengesteld net, waarüi het slachtoffer op den duur verstrikt moest raken, zyn kracht sat in de wyse, waarop hy zyn prooi eigener beweging in den aelfgegra- ven kuil liet vallen. zyn gedachtengang concentreerde hy op het uitgangspunt, dat een man. die iets te verber gen heeft of tracht welke zaak dan ook in een valsch daglicht te stellen, uit eigen beweging de fout naar voren brengt, welke hy begaan heeft. En de eerste leugen, die zyn slachtoffer uit eigen bewe ging uitspreekt, beteekent in de meeste diens val. Barling wist dat die onnooaele postaeg»! Mulder tot bekentenis sou dwingen. Barling vermoedde met een aan zekerheid grenaende waarschyniykheid, dat niet Mulder, doch een handlanger den brief tusschen 4 en 5 uur te W. gepost had. op welke manier Mulder zich ten alibi voor het uur van den diefstal dacht te verschaffen. Het kwam er dus op aan Mulder self dit onderwerp te laten aanroeren, hem in strijd met de waarheid naar voren te laten brenger, dat hy zelf op dat uur den brief te W. gepoft zou hebben en dus op dat tijdstip niet in de stad geweest kon syn. Daarom aei Barling in den loop van het ge- *>prek. hetwelk hy den volgenden cteg, zich voordoende als stofzulger-agent, met Mulder aan diens voordeur had aangeknoopt. „Heb ik u..,. laat 'na alen Juist.... JJ. Vrydag niet in de biljartzaal van ,De Kroon” in Amsterdam gezien?” „Neen." antwoordde Mulder onmlddeliyk. „Dat kan niet. Vrydag, met dat weer, ben ik de deur niet uit geweest.... Ja toch, *smid dags ben ik even een postaegel aan bet post kantoor gaan halen.” „Weet u dat zeker?” ,Ja natuuriyk. Ik heb een vriend van me in de stad even een berichtje gestuurd.” Den postaegel hebt u dus hier aan het post kantoor gehaald?” „Ja aeker. Waarom vraagt u dit?" „Waarom liegt u?” Barling legitimeerde zich. Mulder hield zich goed. „Waartoe zou ik liegen? Wat wilt u van me?” „U liegt. Den postaegel hebt u n 1 e t hier in W. gekocht I” Dan haalde Barling het couvert te voorschün. „Dit is de brief aan uw vriend, niet waar? En dezen postzegel hebt u hier in W. gekocht?" „Wat wilt u eigeniyk van me?" „Ik wil dat je die paarlen dasspeld terug geeft, onmlddeliyk.... anders.... de politie is gauw gehaald I” „Ik begryp nietarseen „Ik wel. Sinds wazeneer worden de post- segete hier aan het postkantoor met een K. geperforeerd? Het postkantoor hier te toch geen kiosk....? Waarom verstrik je je in leugens? Die postzegel te aan een Amsterdamache kiosk gekocht en er hier opgeplakt I En een ander heeft dien brief hier voor Je gepost.... Een vrywillige bekentenis en teruggave kan Je nog van vervolging vrywaren." Kort voor de opening van de nationale zil vertentoonstelling in het Leidsche Museum „De Lakenhal”, was het ons vergund een kijkje te nemen In verzameling, welke daar door de yverige aorgen der gemeentelyke commissie in samenwerking met de directie van genoemd museum te te samen gebracht. De geheele ex positie is tngerlcht in een vyftal zalen, en geeft een voortreffeiyk overzicht van de ontwikke ling van de edelsmeedkunst tn ons land, van het midden der veertiende eeuw tot heden. De tallooae geëxposeerde kunst- en gebruiksvoor werpen werden deels verkregen uit de verzame ling van „De Lakenhal" voor een grooter deel tydeiyk afgestaan uit particulier bezit, terwyl ook zeer veel In bruikleen werd ontvangen van de kerkeiyke overheden, zoowel van katholieke als van protestantsche en joodsche zyde. Tot de alleroudste stukken behoort een drie tal drinkhoorns, afgestaan door het gemeente bestuur van Kampen, voorts een zllveruo beker uit 1573 ter herinnering aan de nederlaag van Bossu op de Zuiderzee, afkomstig uit Hoorn; een schitterende verguld zilveren beker van het St. Jorlsgllde te Middelburg, prachtige gei”even kandelaars uit de R K. kerk te Enkhu'zen. eveneens uit de R. K. kerk te Limmen <L bla zoenen uit den tyd der gilden, een gegraveerde tepel, geslagen ter herinnering aan de eerste steenlegging van het Amsterdamsche stadhuis thans konlnkiyk paleis; en tweetal reliquiekas- ten uit de R. K. kerk te Enkhulzen, een unieke collectie vaaen en zoutvaten van zgn. „zilver van Vlanen” (begin 17de eeuw), afkomstig uit de verzameling van wyien den heer Dreesmann; Friesche bruldskoftertjes, welke oudtyds gevuld met gouden dukaten als bruidsschat werden meegegeven; schitterend bewerkte schalen voor kerkeiyk en huishoudelyk gebruik; ouderwet- sche kraantjéskoffiekannen; antieke molen bekers, waaruit in vroeger tyóen zéér dorstige kelen zich plachten te laven; zgn. bekers van „Hansje in den kelder", welke alleen op tafel verschenen Indien gezinsvermeerdering te ver wachten was en tal van andere curiosa meer, waarvoor zoowel de liefhebber van antiek zilver werk als de minnaar van oud-Hollandsche ge bruiken zich zal interesseeren. Byzondere ver melding verdienen nog de inzendingen van H. M. de Konlngin-Moeder, voorts het hulde- biyk der Zeeuwen in 1874 aan Koning Willem III geschonken, ter gelegenheid van diens zil veren regeeringsjublleum, benevens de verzame ling van Indisch goud en zilver, in bruikleen afgestaan door het LelcBche Museum voor Vol kenkunde. weg, dien Crook genomen had, toen hy mr. Norie had bezocht. Dat wil zeggen, tot-lat men aan den tweesprong kwam. Daar sloeg men ditmaal links af. Ze Kwamen voorby rijen huisjes, die heel knus les door een klein tuintje waren omringd. Dan reden ze weer engs een stuk braak liggend land: vervolgens weer langs vrije huisjes in tuintjes. Toen kwamen ze wederom aan een zijweg en hier stopte de auto. Crook stapte uit en stond tegenover een ge heel alleenstaand huis van meer dan gewone afmetingen, dat sich vooral tn deze laatste van de reeds genoemde kleine woninkjes onder scheidde. Het stond nog geen vyf meter van den weg af. Het kleine gedeelte van -ien tuin, dat ze van hier af te zien kregen, verl-eerde In zeer verwaarloosden staat. Daar scheen In geen jeien een hark of schoffel in den grono gestoken te zyn. Maar het voornaamste of liever bet op vallendste aan dit huis waren de ramen. Symons had gelyk. Het was er naargeestig- en somber door geworden. Er "del met geen m. ge- lykheid iets te zien door die laag van slijk en stof, die tot hoog tegen de ramen zat. Je sou werkelijk niet hebben willen en kunnen aan nemen. dat een zoo deftig huls oewoond kon worden, ate de stoep, de Knop en de bel aan de deur niet schitterend hadden geblonken Het was duldeiyk Die ramen werden mei opzet ver waarloosd. Ze waren als een merk fee ken voor den bewoner. Het contrast met de bel aa ee deurknop was des te sterker. Ate je daar terg naar keek, was het alsof uit een dood gezicht glimlachende oogen je aauzagen. (Wordt vervolgd). De Chineesche gezant te Londen, en ook de heer F. T. Cheng, speciale ccmmlssaris van de Chineesche Republiek voor deze tentoonstelling, woonden de aankomst van de karavaan by. Zy overtuigden zich ervan, dat niets aan de zaak haperde, en wilden, nadat een gewapende wacht op het binnenplein opgesteld was. zich juist met een gerust hart huiswaarts begeven, toen hun aandacht erop gevestigd werd dat een der vrachtwagens aan den achterkant open stond. Een groote, grillig-gevormde, onhandelbaar-ult- ziende kist stak eruit. De beide Chineesche heeren snelden in op gewonden toestand (voor zoover althans een Oosterling opgewonden zyn kan) op de Acade- mie-ambtenaren toe, en vestigden de aandacht van dezen op de uit-stekende kist. Documenten werden geraadpleegd, en de heer Cheng kwam tot de ontdekking, dat de kist den troon be vatte van den Chlneeschen keizer Chl-eng-lung, die in de achttiende eeuw regeerde. ,JJe troon is in gevaar!” riep de heer F. T. Cheng uit. .Jdaar mynheer," poogde een der ambtenaren hem te kalmeeren, „is dit niet wat overdreven? Ik ben niet precies op de hoogte van de poli tieke stroomlngen in uw land, maar ik kan mjj toch niet voorstellen dat de troon in gevaar zou komen doordat er een stuk van de kist uit den wagen steekt.” „Honderdduizend roode koraalknoopen (on- derscheldlngsteeken der hoogste mandarijnen) op uw hoed voor zooveel politiek Inzicht!” riep de heer F. T. Cheng uit. .maar de troon kan nat worden. Hy te gemaakt van de kostbaarste houtsoorten en met het heeriykste émail ver sierd. Wanneer het vannacht gaat regenen...." En voor het eerst sinds meer dan twintig jaren baarde de troon van China Londen weer zorgen. De Chineesche gezant, diep geschokt, stemde er eerst in toe zich naar huis te begeven toen de beambten van Burlington House hem ver zekerd hadden, dat zy al het mogeiyke zouden doen om den troon tegen de eventueele woede der eleme«|ety fee. be& gemakkehftder TJétdofi onder de groote poort, welke het binnenplein vart Burlington House scheidt van Piccadilly, zou de kist met den troon tegen den regen be veiligd zyn. Maar hoe den wagen, die geheel aan het andere einde stond, en van de poort door een groote „vloot” van vrachtkarren af gesneden w-as, daarheen te brengen’ Er gingen uren voorbij voor men hierin ein- delljk slaagde. Ontelbare malen belde de Chi neesche gezant Burlington House op om angstig te vragen hoe het ermee stond. Eindelyk het was reeds na middernacht kreeg hy een ge- AT T f A O E1 op dit blad zijn ingevolge de ▼erzekeringsvoorwaarden tegen TT bU levenslange geheele ongeschiktheid tot werken door TT *7tZ fï bij een ongeval met /A lil (F1, AA 11 I v O ongevallen verzekerd voor een der volgende ultkeerlngen verlies van belde armen, belde beenen of belde oogen r doodelljken afloop A AssJKRi» AANGIFTE MOET, OP STRAFFE VAN VERLIES VAN ALLE RECHTEN, GESCHIEDEN UITERLIJK DRIE MAAL VIER EN TWINTIG UUR NA HET ONGEVAL Barling nam weinig notitie van den Inhoud en gaf het schryven aan zyn cliënt terug. Het couvert bekeek hy echter aandachtig. Hy zette zyn bril op en tuurde scherp op den postzegel, inderdaad het poststempel van het kantoor te W. en de tyd van afstempeling tusschen 45 duidelyk leesbaar was. Er was ook niet aan geknoeid, het stempel was zon der den minsten twyfel echt. En tóch zag Bar ling aan den postzegel iets, dat hem op het spoor bracht. Hy borg de enveloï>pe in zyn portefeuille en ze! vertrouwelyk glimlachend: „Ik vermoed dat ik uw huishoudster inder daad ten onrechte verdacht heb. Ik vermoed

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Noord-Hollandsch Dagblad : ons blad | 1935 | | pagina 13