1
Met twee kameraadjes op avonturenreis
Kind en dier
<Ket u&fiaal van den dag
-r-w etty Warner was een goeie ziel, maar zij
FX had honger en de portefeuille die uit den
1
■"■“■"hI
I De Dubbelgangster I
GEEN SPRAKE VAN!
Bedreigde Missie
DE REGENSBURGER
SIXT1JNEN
SMAAKZIN BIJ DEN
REGENWORM
■ssillllllllllllllll"
VRIJDAG 20 SEPTEMBER 1935
Karakorum-expeditie
Een mensch-amphibie
In het
I
Eei
Straal Z
zoo
Sovjet-literatuur
St. Sixtuskerk te Rome
Beeldhouwer-roover-
hoofdman
Olympische kunst
Yenki in Manchoukwo
7»
In Indië zijn veel geachiedeniaaen
bekend van jongena en meia-
jee, die door wolven
zyn opgevoed
dins
gaderini
ran het
won
de seist
aan de
„Het leven is niet
kwaad F
ïatïrdj
740 uur
744
U0
•40
•4°
ATT E* A D AT AT °P dlt blad *Un ingevolge de verzekertngsvoorwaarden tegen tevgnglange geheel* ongeechlktbeld tot werken door T? 77^x0 Mn onK*TalJ*** F -
/A I al iT* O ongevallen verzekerd voor een der volgend* oltke«rlngen V verll** van beid* armen, belde beenen of belde oogen A aJvF*" doodeUJken afloop MaJWe"
AANGIFTE MOET, OP STRAFFE VAN VERLIES VAN ALLE RECHTEN, GESCHIEDEN. UIT ER LIJK DRIE MAAL VIER EN TWINTIG UUR NA HET ONGEVAL
MJ verne* van **n baad
aen vo*t <rf ean oog
warenhuis
porte-
Mr*
De Regensburger Singknaben
de
IN
140
tot werken door
•44
büns
hem af te schudden, terwijl
„Zeven
1
die altUo
laat me niet al-
aen
ia
Se
Maar
volstrekt
alle* wat
waarheid
kende en ae
XWorttt vervolgd
Zat
Dü>
Zat
het
de
zou
„Ja!
loopig
Blmpkl
ZONDAl
<49 ui
Marti
ZONI
MAAI
aldeeür
DINS
WOE
DONI
aide.
•40
WOEN8I
740 OU
Hiel
Va
een
Za
dleru
Zaï
Btiej
Dii
Vri
Ma
Zal
een E
Dll
Dit
Zo<
Kemp, de
irt en
ZOï
tem be
liefdai
Ujdenc
De
Kinde:
H. Mil
Broedt
met pi
DIN;
beds N
DON
van hi
uur Lc
Na de
van de
VRU
metajei
toewijd
ZAT!
devotie
van he
uur Bn
en van
ten en
onsen c
gen de vervolging van Joodsche en Christelijke
kunstenaars en Intellectueelen om wille van
hun ras of overtuiging. Het bestuur van den
Bond acht het optreden der Duitsche macht
hebbers van het oogenblik cultuurvemietigend
en een aanranding van den scheppenden geest
Pietje verveelde zich erg en hU ging maar
weer terug naar Wiet Je. die daar eenzaam
bulten den kuil in het zand zat. „Zeg. dat
is een rare hoor." zei hij tegen Wiet. Die
professor zegt maar niets en hU alt nu die
gekke steenen dingen te bekijken.
Nieuwe gelegenhetdagraphiekhout
gravure van W- J. Rozen daal, waarmee de
kunatenaar kennia gaf van zijn verhuizing
„Zet Wtet,” zei hij tenslotte, „waar zou
die professor vandaan gekomen zijn. Als we
eens op den ezel stapten en den weg opreden
die hij gekomen is. HU heeft toch 't touw
aan zUn Staart zitten.*
Te Rome is deser dagen de restauratie van
de oude St. sixtuakerk voltooid. Dese kerk da
teert uit de vroege middeleeuwen en werd voor
het eerst door Paus Innocentius III gerestau
reerd; vervolgens werd in de ISde eeuw de
voorgevel vernieuwd. In de kerk bevinden zich
de graven van verscheidene pausen en marte
laren.
•16
•46 -
1140
door Charles Garvice
MAAND
740 Ut
740
•40
00
DINSDA
7.» uu
740
«40
De bWdschap van den professor kende
geen grenzen meer. HU nam een der steenen
tafels op en begon deze zandachtig te be-
■tudeeren. Voor zün omgeving en Pietje
had hU geen oog meer.
Een Engelsch uitvinder heeft een nieuwen
„doodende straal'* ..straal Z“ uitgevonden en
aan de regeerlng aangeboden.
Het blad „People”, dat dit bericht publiceer
de. schrUft, dat deze uitvinder misschien uit
ging van hetzelfde principe als een Italiaansch
uitvinder, wiens „doodende straal" in het ge
heim in Italic wordt beproefd.
„Straal Z" sou boven steden op vUandelUk
gebied een dergelUke atmosferische toestand
kunnen scheppen, dat alle Inwoners omkomen.
De Bond van Kunstenaars ter verdediging
van cultureels rechten heeft een circulaire ver
spreid, waarin de Nederlandsche kunstenaars
worden aangespoord geen deel te nemen aan
de Internationale tentoonstelling van kunst
werken, betrekking hebbende op de sport, die
tUdens de Olympiade van 1936 te BerlUn zal
worden gehouden. Deze weigering zou dan het
karakter moeten hebben van een protest tegen
de onderdrukking van de vrUheld der kunste
naars in het Derde Rijk en meer speciaal te-
Ir. het district Telsjl In Kaunas is een roover-
oende, bestaande uit 30 man, gearresteerd, die
langen tud het gebied onveilig had gemaakt.
ZU pleegden tallooce roofovervallen en mis
handelden hun slachtoffers op ergerlUke wUse.
O a. werd een boerenvrouw door hen met
messteken zwaar gewond en werd haar een oog
uitgestoken.
Het opmerkelUkste was, dat de bende onder
leiding stond van den bekenden Lithauschen
beeldhouwer Alexander Klemansls. die In tal
rijke steden van Uthauen vrühelds-monumen-
ten heeft gebeeldhouwd.
Ook heeft de 57-jarige kunstenaar in vele
kerken werken geschapen en hU werd tUdens
zün werk In een kerk gearresteerd.
•40
DONDER
740 uui
7J0
•40
VRUDAC
740 uui
740
•40
ZONDAG
<40uur'
Een advertentie behoeft geen „kapitalen” te
koeten. Plaats maar eens een Omroeper! Rubrt-
oeertng en getUkvormlge zetwUze. Billijk han
dels tarief.
«16
15
1140
Men schrijft ons uit Maastricht:
»t ia voldoende bekend, dat in Mtnchou-
kwo in de laatste Jaren door allerlei ele
menten op vreeseiUke wijze is te keer ge
gaan tegen alles, wat dank sU godsdienst en
beschaving was tot stand gekomen.
BUzonder zün de daar bestaande rrussiestahes
getroffen, zoodat vele met den ondergang be
dreigd worden.
Een der ongeteekenden ontving gisteren van
Mgr. Dr. Th. Breher, Apostoi. Vicaris van
Yenki <Prov. Chientao), die het vorig jaar een
tUdlang In dit gewest vertoefde, een dringends
bede om hulp. Er zUn in diens missiegebied 110
staties door brandstichting vernield, missio
narissen en christenen sün op gruwelUke wijs»
ter dood gebracht. Middelen tot noodzakelUken
wederopbouw ontbreken. Daarom wordt aan al
len, die voor dit doel een geldelijke bijdrage ter
beschikking willen stellen, het verzoek gericht,
deze bUdrage met de woorden: veer de saisMs-
stalie» van Yenki, te doen toekomen aan een
der beide laatst ondergeteekenden.
F MOVBI8 tr
Dr. J. K BCHULTE.
Kapoenstr. 7. glronr. 136664
Dr. L DE VREE8E,
Heylerhofflaan 6.
ZOWDAl
M Ptakau
Mz, t uur
•i fc Ha
«•«ghelds
Btodot
**Mr in
v
verse
Mmsda
van
Wasten t
WfC
H Do
VajJDA!
a Kruis,
UTERI]
AI
broekzak van den man te voorschUn kwam
wekte haar begeerte.
ZU had het ook erg koud, haar kleeren waren
dun, een mantel bezat ze niet meer. Bovendien
was ze zoo pas op zeventien plaatsen geweest
waar ze tevergeefs getracht had werk te krUgen.
ZU was niet In het warenhuis gekomen om in-
koopen te doen, maar alleen om zich te war
men, zU was door en door koud; ZU deed alle
moeite om niet naar de portefeuille te kUken.
maar die tuurde zoo verleidelUk tusscheo de
jaspanden van den man door en zü zag aan den
man, dat hU gerust een portefeuille verliezen
kon, want de som, die zün costuum gekost had,
was voor haar voldoende geweest om een paar
maanden van te .leven.
Zu ging vlak achter de portefeuille en be
keek de menschen rondom: een vriendehjke,
kleine oude vrouw in het zwart, twee Jonge
meisjes, die druk met elkaar babbelden. Als er
niet een oogenblik gekomen was, dat het oude
vrouwtje naar een zakdoek zocht en de meiers
verdwenen waren, dan had Betty de portefeuille
met genomen. Op dit moment verdween alle
vrees bü haar Met een haastige beweging greep
zu de portefeuille en liet ze In haar handtasch
verdwijnen.
Dit vreeselUk oogenblik was nu voorbU en
zU was weer het nette, aardige meisje, dat In
haar heele leven nooit Iets echt kwaads gedaan
had. Ze bleef staan en deed alsof ze een naar
zUden kousen bekeek. Aan dezelfde toonbank
stond het oude vrouwtje, „waarom gaat u niet
In de dames-wachtkamer om wat uit te rusten?”
„Ik.... ik kan niet, Ik,... moet gaan” sta
melde het meisje. In de wanne lucht voelde
zU zich duizelig wordenzü had Immers In
lang niets gegetenzü wankelde en liet naar
handtaschje vallen.
Het oude vrouwtje raapte het op en gaf het
haar „Toch moet u eerst wat uitrusten.”
Maar Betty hoorde haar niet. ZU hield zich
vast aan de toonbank, zü beefde van angst
Over de hoofden der menschen heen, die door
de gangen van het warenhuis liepen had zij het
bezorgde gezicht van den eigenaar der porte
feuille gezien en naast hem een polltle-unlform
De mensehen in het warenhuis schenen Betty
allen verwUderde, zwarte puntjes toe, zoo op
gewonden was zU.
„Gaat u niet weg van mU?" smeekte Betty....
„Ga niet weg!”
In de openbare bibliotheek van Tiflis Is een
permanente tentoonstelling geopend van de
literatuur van de volkeren der Bovjet-ünle.
Het werk van meer dan 80 verschillende volken
en stammen is geëxposeerd, waaronder van Eskl-
mo-stammen en Boerjatl-Mongolen en andere
volkeren uit bet hooge Noorden, die tot voor
kort zelfs nog geen alfabet bezaten of wier
zeer gecompliceerd alfabet werd gelatiniseerd,
waarna reeds thans oorspronkelUke werken of
vertalingen in hun talen zUn verachenen.
de regenworm, die in de huishouding
1 der natuur zulk een onopvallende, maar
nuttige rol vervult, heeft niet kunnen ont
snappen aan de onderaoeklngsdrlft der biologen.
Onze humbricus- en Allolobophora-soorten ble
ken dankbare objecten te xün voor experimenten
betreffende de werking van spieren en aenu-
wen, van de spüsvertering en andere functies
in het wormenlichaam. Uit de laatste jaren
dateeren enkele belangwekkende publicaties van
Prof. Mangold uit BerlUn, die den snmak zin dezer
dieren onderzocht.
De methodiek der proeven Is als volgt: een
aantal dennenaaiden wordt door koken In wa
ter en door bewerking met alcohol en aether
I geheel smakeloos gemaakt; daarna worden tel
kens vUf dezer gezuiverde naalden samengebon
den tot een bundeltje van ongeveer dezelfde
dikte als de steel van een boomblad. NU wordt
de eene zUde van elk bundeltje bedekt met een
laagje zuivere gelatine, de andere zijde met
gelatine «taarln een bepaalde stof is cpgelost.
Men legt nu de naald - op aarde waarin wor
men leven; deze komen de* nachts te voorschUn,
pakken de bundeltjes aan een punt vast en
trekken se in hun gangen, juist zooals se met
afgevallen boomblad doen. Den volgenden mor
gen gaat men na aan welken kant de wormen
de bundeltjes in den grond trokken; het ligt
voor de hand om te concludeeren dat dese kant
den wormen het best beeft gesmaakt.
Als resultaat dezer proeven bleek vooreerst
dat keukenzout en andere zouten den wormen-
smaak onaangenaam schUnen te prikkelen; hoe
sterker de oplossing daarvan was, des te groo-
ter afkeer werd door de dieren hiervoor be
toond. Ook stoffen aooals chlnine en zoutzuur
vielen blUkbaar niet erg in den smaak. Riet
suiker bleek voor bet dier noch aangenaam, noch
onaangenaam te zUn. Het voor ons zoetsmaken-
de dulcine werd door de dieren meestal afge
wezen; oxaalzuur daarentegen scheen een soort
lekkemU te vormen. De wormensmaak verschilt
dus niet onbclangrUk van dien welken de mensch
bezit!
Werd substantie van rottend blad als smaak
stof gebruikt, dan vormde zü voor de wormen
een groote attractie. De smaakzln past dus bU
de levenswijze van het dier. Merkwaardig Is dat
het notenblad, dat voor ons een bittere stof be
vat, tot de meest geapprecieerde bladeren bleek
te bebooren.
Hierna werden proeven genomen met combi
naties van verschillende stoffen. Het bleek nu
dat de totaalaerklng van twee of drie onaan
genaam-smakende stoffen ongeveer de som was
van de werkingen dezer stoffen af zondert Uk
Voegde men bü zulk een combinatie het aange-
naam-smakende oxaalzuur toe. dan werd het
geheel voor de dieren blUkbasu* sterk „verzoet"
Men denkt hier onwillekeurig aan de werking
„Valsch zUn die valsch!” schreeuwde ze.
In plotselinge razerau „Dat is niet waar
dat is niet waar! Het zUn goeie! Geef se
terug! Ze hooren niet van jou. Je kan ae me
aoo maar niet afnemen Geef hier!"
HU wierp haar achteloos de valache mun
ten toe ZU klauwde er naar *n hield se t»
het Ucht van zUn zaklantaarn, bewreef M,
beet er op met haar groote gele hoektanden
Toen, met een grauw den grauw van een
wiiitesitK t*l*un**teld* tugerm an awt
Het oude vrouwtje gaf geen antwoord zu
keek den agent aan, want hU raakte den schon
der van Betty juist aan.
„Deze heer,” zei hU grof „heeft ziln
feullle verloren!”
Het meisje stamelde een paar woorden, au
baar zelf vreemd klonken. De eigenaar der
tefeullle scheen medelUden met heer t»
gen. HU begon:
„Ik zeg immers niet, dat u de portefeum.
““nnmAn hsxKfr
tsseitmeeseeeessssss«.ss»s***-..T.
„In me hand, meneer? Niks. Ik hou ss dicht
omdat se heelemaal krom staat van de rim-
metlek. opgeloopen In de wasehtobbe. omdat
tk aoo'n fatsoenlijke vrouw benaltijd hard
gewerkt dat weet u wel. meneer Saunders....”
De heer Saunders, wiens naam ze zich
ondoordacht liet ontglippen, greep haar band
en wrong ze open. De twee geldstukken, die de
Speld haar gegeven had, rolden op het bed.
D* andere rechercheur nam ae op.
„ValschI” set hu kort. ,JMn ia hU niet ver
men heeft hiermede nooit veel kunnen be
reiken.
Ook zUn vele geschiedenissen bekend van
„berenjongens”, door beren grootgebracht Zoo
heeft destUds de geschiedenis van Etienne Hany
in Hongarije, het mensch-amphibie, geheel
Europa in opschudding gebracht.
ZU hebben deselfde overeenkomsten: eten
rauw voedsel, kunnen geen kleedlng verdragen
en zUn niet te „beschaven”. Doch geen van
allen bracht het zoover als Romulus, Zarathus
tra of Semiramis.
Een bericht uit Leh. de schilderachtlgc
Boeddhistische hoofdstad van Ladakh, prov.
Kasjmir, zegt, dat de expeditie onder leiding
van den Nederlandschen ontdekkingsreiziger
Visser hier behouden is teruggekeerd, na een
succesvollen, doch uiterst moeilijken en gevaar-
lUken onderzoekingstocht san de Noordzijde
van de Karakorum-bergketen.
De heer Visser rapporteert, dat de gletscher-
gebleden overal ultgestrekter zijn dan men wei
dacht.
De geologische, glaclologlsche en zoölogische
resultaten van den tocht zUn hoogst Bevredi
gend, doch de expeditie vond slechts een
schaarsche flora.
Romulus en Remus, de stichters van Rome,
sUn, zooals de legende wil, gevoed en groot
gebracht door een wolvin. De Romeinen zien
dit en vooral In den laatsten tUd natuurlijk,
nu zU aoo'n groeten „Aufschwung” maken
als een symbool van hun Ingeschapen kracht.
Er zUn meer van die histories bekend, In ver
schillende landen.
Zeer bekend is de geschiedenis van den
grooten hervormer van Perzië, Zarathustra. Als
klein kind werd hU door bandieten uit het
ouderlUk huis geroofd en ojxiat het kind spoe
diger zou omkomen, legden zUn ontvoerders het
In het hol van een wolf. Doch In plaats van
het kind te verslinden, ontfermde moeder-wolf
er zich over. ZU bracht hem groot en Zara
thustra werd de groote profeet die zUn land
licht bracht.
In zUn „Chahnameh” bezingt Firduzl de ge
schiedenis van den Vader van Roestan die door
«en grooten roofvogel Slmarg, werd grootge
bracht
En werd de schoone Semiramis niet gevoed
en grootgebracht door vogels, totdat de priesters
haar tot haar schitterende bestemming zouden
brengen?
In het werk „Life's handicap'' verhaalt de
bekend* achrUver Rudyard Kipling, dat de ge
schiedenis van Mowgll niet slechts een product
was van *Un fantasie. HU had dit verhaal reeds
▼aak door zUn vader hooren vertellen De pude
Kipling, die een uitstekend kenner was van het
leven der Indiërs, beweerde steeds, dat het een
ware geschiedenis was. Het verschil tusschen
Rudyard Kiplings vertelling en die ven zUn
vader Is, dat Rudyard den kleinen Jongen de
held van den wolvenstam laat worden, terwijl
zijn vader verhaalde, dat de jongen zelf ook tot
een half-dier was geworden.
Interessant is in dit verband de ontdekking,
die de Engeteche geleerde Mlle* FaJladay In
1889 deed. HU maakte toen een reis door Voor-
Indlë en ontmoette daar in een dorp een jonge
man. die met den naam „wolfboy”. wolvenjong.
werd betiteld. De zendeling van het dorp ver
telde aan den geleerde de zeldzame levensge
schiedenis van dezen wolf-boy. Op zekeren dag
waren enkele mannen In de bosachen aan het
jagen, toen $U daar een jongen ontmoetten, die
evenals de dieren op handen en voeten liep.
Toen hU de Jager» zag vluchtte hU weg en ont
kwam In een wolvenhol De jager* stelden de
autoriteiten van het geval in kennis en er werd
een expeditie georganiseerd. Men legde vóör
bet hol een vuur aan. dat veel rook en hitte
ontwikkelde. Plot* sprong een groote wolf te
voorschUn. gevolgd door den jongen, die weer
op handen en voeten liep. Gevangen genomen,
leek het kind wel krankzinnig. Het stootte al
lerlei vreemde geluiden uit en maakte de
vreemdste buitelingen. HU trachtte leder die In
zUn nabUheld kwam te büten. Toen men hem I
voedsel wilde geven, weigerde hU alle groenten
ofe vruchten, hU st slecht* rauw vleeech. Het
heeft verscheidene Jaren geduurd vooraleer het
„wolvenjong” kon loopen en hU Mch gewend
bad aan Sleeding en menschelUk voedsel.
De vermaarde zendeling Lewis verhaalt, dat
er In Indië vele geschiedenissen bekend zijn
van jongens en meisje*, die door wolven zün
opgevoed. Zoo was er een man gevangen ge
nomen, die reeds dertig Jaar oud was en nog
nooit een jpensch bad gezien HU was absoluut
verwilderd. Toen men hem onder de menschen
bracht, werd hU aeer melancholiek, later abso
luut krankslnnlg. Twee jaar later stierf hU
De oude kronieken van de stad Amsterdam ver
halen van een sekeren Juvenls Ovlmes Hlber-
nus. die tot sUn vUftiende jaar onder dieren
verbleef en werd grootgebracht. Gevangen ge
nomen. werd hU een forsche man, die echter
nooit heeft leeren spreken.
Een van de meest merkwaardige voorbeelden
is de geschiedenis van „Itonfant da l’Aveyron”,
het kind van Aveyron. in FrsnkrUk. dat door
verscheidene geleerden la bestudeerd.
De geschiedenis meldt, dat den 19en Therml-
dor van bet Jaar VTTI, tn de bosachen van Canne
een Jongen ontdekt werd, die telkens wanneer
men hem naderen wilde, wegvluchtte. HU at
krulden en planten en toen men hem had ge
vangen genomen, wist hU te ontsnappen Doch
men wist hem weer te vangen en hU werd
ondergebracht bU een weduwe In Canne. Na
•enigen tUd ontvluchtte hU en zwierf zes maan
den lang het land rond. HU was slechts gekleed
in een hemd Toen hU op een ber-kouden avond
1q een stad kwam, werd hU opgemerkt en door
medelUdende menschen tn huls opgenomen
Men gaf hem te eten en hU warmde zich bU
het vuur. Den volgenden dag werd hU naar het
8t. Afrique-zlekenhuis gebracht. Veertien maan
den later was zijn stem reeds zoover ontwik
keld. dat hU kreten kon uitstooten. In het be
gin at hU nog slechts noten en kastanjes, doch
geleldelUk san wende hU zich aan bet men-
schalUk voedsel: brood en soep. Op bet einde
van bet jaar werd hU toevertrouwd aan den
geleerden Bonnaterre en later op bevel van den
minister van Onderwijs naar Parijs overge
bracht. waar hu onder toezicht van enkele ge
leerden werd geplaatst. De moeite, die men asn
zUn opvoeding besteed heeft, was enorm, maar
achter en een seconde later was de portefeullk
weg."
Betty dacht door den grond te zakken m
staarde verdwaasd voor zich uit, terwUl de agent
haar tasch opende.
ZU staarde nog altUd toen hU ze op de toon-
bank wierp en tot den heer zei:
„Het meisje heeft ze niet!”
ZU zag belde mannen heengaan, maar ver
dwaasd van angst als ze was, begreep ze hJ
niet.
,Jk heb natuurlUk de portefeuille er uit g*.
nomen," sel het oude dametje, terwUl zU het
meisje naar den uitgang leidde ,,de politie
zal het adres van den heer hebben en Ik al
er voor zorgen dat hU de portefeuille teruz
krUgt. Hebt u honger?"
,Ja, vreeselUk.”
„U moest uw mantel uit armoede verkoopen,
nietwaar? U schUnt zonder betrekking te Wm
en zonder geld?”
.,J»”
„Hm.... Ja.... dat dacht ik al.”
„Waarom.... waarom hebt u dat voor mH
gedaan?”
„Omdat Ik zulke gevallen ken. Het wm de
eerste maal dat u zooieta deed?”
„Ja....”
„Beloof me dan het nooit meer te doen.”
,^ch ja, nooit.... nooit meer!”
,KUk eens zei de oude vrouw, „daarom
heb ik het gedaanEki nu kind, zullen ve
wat gaan eten.”
„Wie.... wie bent u?" vroeg het meisje
De oude dame lachte: „Ik ben slechts de de
tective van het warenhuis," antwoordde z|j
«feite de suiker beeft op den smaak van den
mensch.
Een andere vraag 1* of de verschillende stof
fen voor den worm ook verschillende smaken
vertoonen, of dus smaakqualltelten aanwezig
zUn. Mangold vindt vooral In de proeven, welke
leeren hoe van verschillende onaangename stof
fen de werking als het ware wordt „opgeteld'
een reden om aan te nemen dat de regenworm
alleen „aangenaam" en „onaangenaam" onder
scheidt. De smaak van verschillende „onaange
name" stoffen, zooals keukenzout en chlnine,
zou dan alleen door intensiteit verschillen, nlat
door qualltelt. Het gaat hier echter over een
hypothese waarvan de Juistheid moellUk strikt
bewezen kan worden. Want het 1* voor dan
mensch zeker niet gemakkelijk om add disp tn
de wfermenpsyche door te dringen dat hij de
psychologische waarde kan beoordeelen die ver-
schlllende smaken voor het dier bezitten!
M. B
Het wereldvermaarde Regensburger Domchor.
de .Regensburger Blxtljnen" genoemd, zal voer
de eerste maal naar Nederland komen.
Dit 1* een van de oudste knapenkoren van
Dultachland. Volgens Mettenlelter's „Musikga-
schichte der Stadt Regensburg" gaat het ont
staan van het koor, dat destUds nog aan de
Domschool verbonden was, tot den tUd der Ka-
rollngers. misschien zelf* tot In de zevende eeuw
terug. Gedurende den 30-jarigen oorlog maakte
het Instituut een moellUken tUd door, tot het
door de gunst van den Blsschop Kardinaal
Wartenberg. welke in 1663 een „nieuw semina
rie” liet bouwen, tot nieuwen bloei kwam Ook
de Belersche staat verleende steun tot instand
houding van de Instelling. Sinds het midden der
vorige eeuw is het Regensburger Domchor be
roemd geworden door een bUzondere verzorging
van de oude klassieke kerkmuziek. Sedert de
oprichting van de Kerkmuzlekschool, welke In
1874 door Domkapelmeester dr. Frz Haberl ge
schiedde, 1* Regensburg een metropolls van de
katholieke kerkmuziek geworden.
Wereldoorlog en Inflatie brachten het Re
gensburger Domchor aan den rand van den
afgrond. HerhaaldelUk werd de ontbinding van
het knapenkoor om flnancleele redenen over
wogen. Doch toen de nood het hoogst was ont
stond de vereenlglng „Vrienden van het Re
gensburger Domchor", die. In samenwerking met
de kerkelUke overheden, alles in het werk stelt
het koor In stand te houden en door bUdragen
der leden en het organlseeren van concerten een
nieuwe flnancleele basis te leggen.
Het tegenwoordige Domchor bestaat uit 2C
mannen en 40 knapen en een 1-Jarlge voorschool
van 30 knapen. Opgenomen worden slechts gees-
telUk begaafde en vocaal en musikaal buiten
gewoon talentvolle knapen van ca. 10 laar.
Twee geestelUken zorgen voor de rellgieus-
moreele opvoeding; bovendien krUgen de stu-
deerende Jongens voortdurende leiding en streng
toezicht bU hun studie. Naast de vocale vorming
wordt ook aan de muzikale opleiding de groot
ste aandacht geschonken. De beste leerkrachten
geven Instrumentaal onderricht; de begaafdste
jongens vormen onder elkaar strUkkwartetver-
eeniglngen alsook een klein kamerorkest. De
Jongens *Un vrU in de keuze van bun beroep.
Velen leggen zich na het doorloopen van de
middelbare school op de academische muzikale
beroejMstudle toe en gaan over naar de met
het Domchor verbonden Regensburger Kerk-
muziekschool of de Academie.
In Italië wekte het Regensburger Domchor
groot opalen. Het koor zong In vele kerken - an
Rome. Verder vonden er concerten plaats In de
Feestzaal der Duitsche Anima en in de pauselUke
Hoogeschool. Het laatste werd door hooge en de
hoogste geestelUke en wereldlUke waardlghelds-
bekleeders, alsmede door professoren der pau
selUke Hoogeschool bUtewoond. Het hoogtepunt
van het bezoek aan Italië vormde de audiëntie
bU den Heiligen Vader In de Sale ducale. welke
drie kwartier duurde. Als erkenning der groote
verdiensten van het koor liet de Heilige Vader
het koor al* geschenk een prachtige groote foto
ven den Paus overhandigen met de volgende
opdracht en persoonlUke onderteekening:
„Het Regensburger Domchor geven WU In
dankbare herinnering aan zUn sangvoordrachten
voor Ons en In warme erkenning van zUn trouw
vasthouden aan de beproefde beginselen der
kerkelUke muziek uit vaderlUk hart Onzen
Apostollschen Zegen”,
böna zeggen eh ontstellend knap!”
Het arme klndl Ik moet haar voor
onder mUn hoede nemen, mUnheer
:itd Ik zal haar mete?n naar mijn huls
brengen; als se mee wil gaan; maar mis
schien wil ze haar grootmoeder liever niet
verlaMn tot na de
Madge, die scherpe ooren bad, was
niet gebrand op die begrafenis
Met den jammerkreet van een eenzame, ver
laten ziel. kroop ze naar de dame toe en
dook Ineen aan haar voeten, snikkend
nog steeds In den stUl van de fllmheldln
„O, laat me niet alleen
leen!”
„Neen, neen, dat aal ik niet dat zal
Ik niet, mUn arm kind!” murmelde de dame
met verstikte stem „Ik mag haar wel mee
nemen, denkt u niet. mUnheer Simpkin*Ik
heb zelf geen klein meisje
„V bent een engel van naastenliefde, mUn
lieve mevrouw,” blaatte hU ,Jk aal een taxi voor
u bestellen. De hemel zal u beloonen!”
HOOFDSTUK IV
Door langdurige oefening en vernuftige
vlndlngrUkheld zal men er misschien tn kunnen
slagen, een jongen wolf te vangen, maar tem
men kan men hem niet. Mevrou
hulabeaoekster met het weeke
helaas- de even weeke hersenen had Madge
gevangen, maar bet temming*-prore* bleek een
mislukking. Uiteriük was as gedwee en aan
hankelijk genoeg, maar de wolf blUft een wolf,
al naait men beat tn een lammervacht; *n
genomen hebt,
maar u waart
vlak achter me
toen het gebeur
de. ZU liep eerst
voor mU," sel hU
tot den agent
„toen bleef ze
pen op en ging d« kamer van haar groot
moeder binnen. Een groepje buren, vol be
langstelling en jenever, dromde om het bed.
waar Madge heen stormde, gillend van goed-
gespeelde smart en ontzetting.
„Grootmoeder^ Ze is dood! Ze Is doodt
O. o, mUn lieve grootmoe!”
„'t Is moeke Bunch d'r kleindochter, me
vrouw," legde een der V>ude wUven uit aan
een vrtendelUke, gesette, zU het wat schaap-
achtlg-uitziende dame, die ook In de kamer
stond.
Zü was de huiabezoekster van een Uefdadlg-
heidavereenlglng. Ze ging op Msjlge toe en
trok haar weg van het bed.
„Huil niet zoo. liefje,” zei ae val medelUden
NatuurlUk ging Madge luidruchtiger te ^er
dan ooit.
„Kom, kom, hef kind! Schik je in het on-
lermüdelüke en denk er aan dat we moeten
berusten!" fluisterde de dame aangedaan.
„O, o! Ik ben heelemaal alleen op de we
reld I" gorgelde Madge, in een goed-geslaagde
Imitatie van de heldin uit de laatste film die
ae op een goedkoope plaats had gezien. «O. WBl
moet er van me worden?’’
Op dit oogenblik kwam een der leden van
den armenraad binnen een heer op leef-
tUd aoet een gemoedelUk buikje. HU was
•ven goedig en even argelooe als de huls
bezoekster.
.Kr moet noodzakelUk iets gedaan worden
voor het arme kind.” fluisterde hU de dame
vertrouwelUk toe. ie eh hebt u niet
opgemerkt boe 'n knap gealchtj* ae beeft. Ik
een boosaardlgen glimlach, die slechts een
verwringing van haar gezicht was. wees ze
onder het bed.
In een oogwenk was de Speld jegrepen en
‘1 voorschUn gesleurd; de volgende veqonde
had hU de handboeien aan.
„Een goede vangst, hé?” zei hU cynisch
„Wat zit er op? Zeven jaar, meneer Saun
ders?”
jaar, jou fielt!" krUschte de oude
vrouw. „Levenslang moest je hebben! Smiecht!
Om ‘n arme oude %lel te bedotten, die altüd
een n teder voor Je geweest 1*1 Om d'r blikken
rammel in d'r handen te stoppen zoodat se
d'r nog In kan vliegen als ze ze wil uitgeven
om een armoedig stukje brood te koopenl
Maar ik zal jou leeren. De Installatie staat
tn zUn kamer, meneer Saunders de kamer
hiernaast, en In de kelder Is nog meer van
dat moois. Jou vuile leugenaar, jou bedrit gerl
Ik zal tegen hem getuigen meneer Saunders!''
De Speld likte aan zün kleurlooee lippen.
„ZU Is d’r ook bü betrokken, meneer.” sel
hu rusUg, sUn oogen onbewogen gericht op de
oude heks, die haar vuist tegen hem schudde
In sprakelooze woede. ,RUk maar een* onder de
mat."
Een van de rechercheurs was met Mn «tap
bü de mat. schopte se op*U. tilde een losse
plank op en haalde een rol valache munt
stukken te voorschUn.
„Ze is m’n compagnon," sel de Speld, büna
plechtig
„Dat is een leugen - een leugen!" gilde se.
JIU bMft ae daar sell verstopt MPra* on
mu d'r In te laten loopen. 1 allemaal
doorgestoken kaart! Ik zweer 't bü
me dierbaar is! HU weet dat ik de
spreek. Kijk hem maar aan!”
Een langzame, zalvende glimlach van vol
doening streek over Splay's wit gezicht, toen
een van de rechescheur» sUn hand op haar
schouder legde.
Zü trachtte
zü onder de vreeselükste verwenschingen haar
onschuld betuigde; toen bracht ae plotseling
de hand aan haar keel, omknelde die alsof se
het tot stikken» toe benauwd had, en een oogen-
bllk later sloeg se belde armen in de lucht en
viel voorover.
De rechercheur ving haar op en belichtte
haar gezicht.
„Goeie hemel! Ik-geloof dat ze dood 1*1”
zei hU in ademloos gefluister. .Neem JU de
Speld mee ik raad Je aaq Je rustig te houden
Speld en stuur me een dokter Nes. wacht!
Dat meisje daar op de trap je kunt beter
hAAr sturen.”
Maar het meisje op d* trap had op dit
oogenblik de straatdeur reeds bereikt. Ze
wist Instinctmatig, dat de man geiüs had en
dat baar grootmoeder dood was. en haar
eenlge gedachte was, weg te komen althans
voor het oogenblik. Haar grootmoeder was
dood, en het geheim dat ae In hnai laatste
uur verraden had, was In het bezit van de
Speld, die gesworen bad het met niemand te
deelenl
In den vroegen middag van den volgenden
dag kwam a* langzaam en slepend de trap-
ofschoon Madge zich het optretten er de
schUnlng van de doorsnee-Jongedame had ei*»°
gemaakt, was ze In haar hart nog steeds n*
straatkind uit Baldwin's Rents Ze had een
gewoon aanpasslngevermo»en en een b-
ontetellende bevattelUkheld; se kon
leeren wat se wilde, zelfs de fUnste kun*
voor te wenden, dat ze het prettig vo™*
haar weldoenster voor te lesen uit .40*®^
boeken en haar te helpen met bet
van tractaatjes aan de armen, die aasr
büzonder blü mee waren, omdat bet zulke
stekende vuurmakertje* bleken.
In vier Jaar tljda had ze geleerd, zich w
bewegen, te praten en te glimlachen
dame; maar onder het vernis je, d*t
waren aard zoo keurig en zoo volkomen
borg. leefde de ongetemde wijde; en «o™
worstelde deze zóó vertwüfcld om zich te o
gelden, dat bet welopgevoede meisje
gek van werd
Wel tien maal per dag snakte se er
met een ruk op te springen, baar
zedige japonnetjee af te scheuren, haar
bandjes en ringen naar mevrouw
hoofd te smüten en te vloeken! Die
liefdadige stel had niet het flauwste
moeden van den waren geo«u stoe»ten<l ns
beschermeling*, en hield zielsveel vsn n*«
Zóóveel, dat, toen se op een morgrn boorew
dat juffrouw Msdge niet In haar bed gen
had en spoorloos verdwenen was, haar
faling geen grenaen kende en se vun*'*
ontroostbaar was.
De opnamen voor de Majestlc-Clnetone pro
ductie, getiteld „Het leven Is niet zoo kwasdl",
sullen In de Olnetone studio's te Amsterdam
een aanvang nemen Met bet bouwen der décor*
1» men reed* begonnen.
De volledige rolbezetting Is als volgt: Lou
Bandy, Flentje de la Mar. Cees Laseur. Lau
Ezerman, Aaf Bouber. Dolly Molllnger en
Adriaan van Hees. De regie 1* In handen van
Haro van Peski.
De verdere staf 1* als volgt samengesteld:
Camera: Robert Lach; architectuur: X. H. We-
gerlf en Kor Postma; muziek: Max Tak; 11e-
derenteksten Alex de Haas.
De N V. Filma te Amsterdam zal de film uit
brengen.