tKciwbfiaal
van
Met twee kameraadjes op avonduren re is
f4/
i
J
den daq
Rouwplechtigheden bij de Israëlieten
F 750.
I De Dubbelgangster I
door Charles Garvice
■miiiiimiiiiiiiiiiiii" "v
UW €IG€N
UNIVCRGITGIT
KATHOLI€K€N
VOLTOOIT
i
vb
De dictator
De rhythmiek
aa
KATHOLIEKE PERS
-
A 0
Speciale concerten van
oude muziek
BIllllllllllllllllllllllfflllB
„Gebenscht zUn"
Groote eerbied voor dood
en begrafenis
-S!
i
,v
IIIIUlBlt
Huinck
en
be-
7
artikelen
verrukt zUn," zel
Iki
Warner
echt gewandeld."
aandachtlg
HOOFDSTUK XXXIII
toen
f
baar
nullig
waarin
blauwe
lig prater bleek te zlin en Hermann waa wel
dra zijn angst vergeten.
een
van
i
kracht
slag aprong
Inktpot van
Licet d St. Tropee” van Paul Signac, op tie tentoonstelling bü
Scherjon te Amsterdam
alle
dit
Twee 1
De zakkenkonlng stond voor zijn chef.
„Ik verneem," zei Schouten kort, „dat er een
tekort van drie-en-tachtlg zemelzakken gecon
stateerd is. en dat er een-en-tachtlg grieszak-
ken over zijn. Hoe zit dat, Bartels?”
„Er zal een verwisseling bU het uitladen heb
ben.
„Er zal.... er «al.... Ik vraag niet naar ver
moedens! Ik vraag, hoe zit dat?”
Het spijt ons. mijnheer Schouten, maar het
kan voorkomen, dat....”
„Ik heb lak aan je spijt! Wie Is er hier de
zakkenchef? J<j of een ander!?”
„Ja, mijnheer Schou....”
Het Joodsche lyk ligt op
stroo, enz.
Eindelijk, nadat er vqle bekers gele-
dgld waren, en de officier in een beste
stemming was gekomen, zei die dat hU
weg moest. Hij was fijn uitgerust en de
bekers heerlijke drank hadden hem fijn
verkwikt. Hij vroeg aan Hermann of die
geen zin had om eens een tochtje op
de motorfiets te maken. Deze sloeg van
verbazing de armen in de lucht. Maar
de officier meende het.
’aarheld bevatten. Met
>d, dien men werkelijk
-fuifjes ziet: den heer
L/a’;
Dr. Bünnig nader onderzocht, die hierover in
Forschungen und Fortschritte een en ander
meedeelt Deze onderzoeker toonde aan, dat
de dagperiode bij planten door een gelijkmatig
hoogere temperatuur eenige uren kon worden
bekort en door lage temperatuur kon worden
verlengd, zoodat er dus een afwijking van het
24 uur-rhythme ontstond.
Ook bij geringer zuurstofgehalte van de lucht
werd de dagelijks zich herhalende bladbewe-
■glng van een plant tot- een periode van 36-40
uur verlengd. Andere proeven werden met de
bananenvlieg Drosophila genomen. Deze insec
ten planten zich snel voort. De vliegjes komen
daarbij steeds op een bepaald uur van den dag
uit de pop en deze periodiciteit blijft ook be
staan als men vele generaties lang de dieren
onder gelijkmatige uitwendige voorwaarden
zich laat ontwikkelen. De duur van de periodes
Is echter, evenals bij de planten, door tempe.
ratuurverandering of suurstofvermindering te
beïnvloeden. Het schijnt alsof de Inwendige
(z.g. endonome) rhythmiek van de celstofwisse-
llng afhangt. Daarbij schijnt vooral ook de
vorming van zuren, os. van koolzuur van be-
teekenis te zijn.
ri medegewerkt worden
|lcum Dl F. Scheurleer
oude vocale en instru-
Tëd^Kamer-ccEest
het Miiq^fywaxiK 3
-“e- If -kamer-
op dit blad sljn ingevolge de verzekeringsvoorwaarden tegen
ongevallen verzekerd voor een der volgende ultkeeflngen
gasten keerde, maakte hjj gch uit de voeten.
HU was gekomen om zijn verlangende oogen
enkele minuten te laten rusten on het meisje,
dat hU liefhad met al de kracht van zijn sterke
natuur. Hjj had haar gezien, en zijn hart was
verscheurd door onrust en een on verklaarbaren
twijfel.
„Er moet Iets niet in den haak zijn met
me,” mompelde hij voor zich heen, terwijl hij
naar de rookkamer liep. „Toen Ik haar aan
keek, had ik een gevoel, of al mijn liefde voor
haar plotaellng gestorven was! Maar toch Is
dat niet zoo. Ik houd van haar, ik zal altijd
van haar blijven houden. Nu ik haar niet voor
me zie, Is dat ellendige gevoel Weer van me
geweken en denk Ik weer aan haar, zcoals ik
altijd i^daan heb. Ik moet op de een of andere
manier in de war zijn. Overwerkt, denk ik.
Maar wat moet mijn lieveling veranderd zijn
om er zóó uit te kunnen zien; zoo hard, zoo
uitdagend bijna! Zou ze mij nooit kunnen ver
geven. dat ik één oogenblik heb durven vergeten,
dat Ik enkel maar een vriend voor haar mocht
zijn? Ja, mijnheer Archer, daar ben Ik om de
beloofde sigaar met u te rooken."
'X
Dat liet de officier die erg vermoeid was
zich geen tweemaal zeggen en Hermann
ging naar binnen en kwam even later te
rug met twee bekers, die hij vulde. Hé,
dat smaakte. De officier voelde zich best
op zijn gemak. De boerin zorgde intus-
schen voor de soldaten, die ook een lek
kere verfrteechlng kregen, en op het gras
wat uit konden rusten. Hermann onder
hield zich met den officier, die een gesel-
In de groote voordrachtg^gA] van het Bsag-
sche Gemeente-mueeum zullen vanaf Novem
ber, in deze en de vijf volgende maanden, zes
speciale concerten van oude muziek gegeven
worden.
Aan deze concerten
door het Collegium M
(dir. H. Geraedts, me!
mentale grerken). bet
O. Gleet ra van hooi
(met ISde-eeuwsehe composities voor
muziek) Prof. Erwin Bodky en den heer C. van
Leeuwen Boomkamp.
Het eerste dezer belangwekkende concerten
zal plaats vinden op Dinsdag 19 November M.;
verder zijn als voorloopige data vastgesteld 17
December, 21 Januari 1936, 11 Februari. 10
Maart en 14 April.
Nader zal nog worden medegedeeld hoe het
definitieve programma voor deae avonden aal
lulden.
Drie weken na het bal van mevrouw Archer,
terwijl men alweer druk praatte over de groote
partij, die Lady Irene Mersla op Fairlawn
zou geven, en waarvoor de invitaties reeds
verzonden waren, was Irene aan het werk op
de kweekeri). Ze sneed groote bossen hoogs
snijbloemen af en Peters, die naast haar stond.
'KT aar aanleiding van het besluit van het
1^ Dultsche propaganda-mlnisterie, waarbij
x aan hetgeen nog overbleef van de Dult
sche Katholieke pers werd verboden, deel te ne
men aan de wereldtentoonstelling van de pers,
welke in 1936 te Rome wordt gehouden, schrijft
Kurt Turmer in ..Sept" over "de meer dan treu
rige toestanden waarin zich de Dultsche Katho
lieke pers* bevindt.
„Der Deutsche Weg” publiceert een aardig
feuilleton, waarin een oude priester, directeur
van een godsdienstig weekblad, in gesprek is met
zijn vrienden die hem zeggen, dat zijn weekblad
slap is geworden en niet bijster interessant Als
s£sE£E «IEK-HS:
oofdeeld om te vervallen: ..Daar heb je'het In
teressante gedeelte van het Kirchenblatt!"
Waarop >«Lli»r aanwezigen ondeugend opmerk
te: ,J>lt pak moest naar de Vaticaansche ten
toonstelling worden gezonden!”
Hetzelfde feuilleton herinnert aan de nazi-tac-
tlek ten opzichte van de pers: „Men begon met
aan- de dagbladen te verbieden zich In hun op
schrift Katholiek te noemen. Langzamerhand
heeft men druk uitgeoefend op de redactie. Het
minste pogen tot kritiek lokte bedreigingen uit.
Vervolgens verbood men de publicatie van be
paalde berichten of van sommige commentaren.
Er waren bovendien nog de beroemde „verplich
te berichten” (Auflagenachrichten), waardoor
de Katholieke dagbladen gedwongen werden om
zonder commentaar het proza van een Baldur
von Schirach, een Alfred Rosenberg en andere
„positieve christenen" op te nemen. Met dat al
was de Katholieke pers een propagandamiddel
geworden in dienst van „het bloed en het ras."
Dé menschen troostten zich en zeiden: „Ach. we
hebben nog altijd de diocesane en parochieels
blaadjes. Die moeten we beter maken.” Zoo
denkt men soms aan nieuwe gebouwen om het
verlies van het mooie oude huls te vergeten.
Dr. Goebbels scheen tot rust te zijn gekomen.
Hl) duldde de groote vlucht die de godsdienstige
weekbladen namen. Men vergat langzamerhand
de oude waarheid, dat een godsdienstig week
blad niet de plaats In kan nemen van een dag
blad. Maar weldra nam de voorspoed af. De In
beslagnemingen volgden elkaar snel op en het
blauwe potlood van den nationaal-soclalistlschen
censor deed zich gevoelen. Nu is de veldslag
voorbij. Wij zitten weer met de onschuldige
blaadjes uit den goeden ouden tijd.
Zelfs de officieele kerkelljke bladen, ultslul-
,d„. ,.U D_.’
Kerkblad van het
had den herder
door alle Dultsche
herderlijk
belangrijke
en twaalf
r ver
zachtten. zijn er in aangebracht WIJ wéten niet
of het hier een inmenging betreft van den nazi-
censor of wel dat de aartsbisschop gemeend
heeft zich een preventieve censuur op te moeten
leggen. In ieder geval blijft het ernstige feit be
staan, dat de clergé van ’t aartsbisdom Freiburg
den tekst van een van de belangrijkste documen
ten van den tegenwoordlgen tijd slechts in ge wij
zigden vorm bezit of liever, zij bezit hem in t
geheel niet. Want ondanks de verzachtende wij
zigingen werd het Kerkelijk blad geconfisqueerd.
De aartsbisschop richtte zich tot de autoriteiten
te Karlsruhe en ontving hef antwoord dat deze
i en moest
de la
gere politieautoriteiten De pastoors moeten nu
aan de plaatseltfke politie de teruggave van het
in beslag genomen nummer vragen. In het
aartsbisschoppelijk paleis schéén men er echter
niet zoo zeker van dat de pogingen van de pas
toors steeds succes zouden hebben. Want de
priesters hebben order ontvangen om zich tot
Freiburg te wenden wanneer zij er niet in sla
gen van de politie herstel van de begane fout
te verkrijgen.
en niet altijd terstond, scheurt men
een van de kleedlngstukken, die men
„De baas heeft het weer op zijn heupen.” zei
de jongste bediende totzden sorteerder In de
monsterkamers.
„Ja." antwoordde deze. „Vanmorgen kwam
Jansen met een rooien kop uit het privé-kan.
toor. Vanmiddag Van Vliet.”
„Ze zeggen, dat Jansen ontslagen is.”
„De zakkenkoning Bartels Is nu by hem....”
Redmayne stond met gebogen hoofd, blUk-
luisterend naar het onbe-
gekeuvel van zijn gastvrouw, met die
beleefdheid en vriendelijkheid, die zijn gedrag
zijn
zijn
een pervenu, veel te gelukkig, dat Lady
i het feest met haar tegenwoordigheid
„Het is verschrikkelijk vol
routine in haar rol
om zichtbaar te schrikken; maar bij het hooren
van dien naam liep haar toch een kille huive
ring over den rug.
Het HJk, Alle bederf is den Israëliet zooge
naamd onrein vorige artikelen vertelden
reeds, dat dit onrein niet vies beteekent, maar
verboden. Iets wat gééstelijk onrein beteekent.
De eerste plicht bij den doode, het toedruk
ken van de oogen vervult echter steeds een van
de familieleden, b.v. de oudste zoon bU den va
der. Alle familieleden nemen nu saam ‘n ser
vet beet, leggen dit over het doode gezicht en
prijaen onderwijl God: Geloofd Gij Eeuwige
Onze God, GU vorst van de wereld, waarlijk
Rechter.
p bepaalde tijden van het Jaar ontluiken
1 bladeren en bloemen, worden vruchten
rjjp en beginnen de planten hun winter
slaap Ook de dierenwereld is aan de wisseling
der jaargetijden gebonden. Algemeen ervaart
men, dat de uitwendige omstandigheden op
deze rhythmteche afwisselingen een grooten in-,
vloed kunnen uitoefenen en dat het de warmte
der voorjaarszon is en de koude van den herfst,
die vele processen in de natuur beheenchen.
Er is ook een dag en nacht rhythmiek In plan
ten- en dierenleven.
Bloemen openen zich ’s morgens en sluiten
zich ’s avonds, vele bladeren vertoonen perlo-
dteche bewegingen en staan *8 morgens meer
overeind om 's avonds meer neer te hangen.
Brengt men planten onder gelijkmatige om
standigheden, waarbij alle wisseling in belich
ting en temperatuur is uitgesloten, dan blijft
een gedeelte van deze rhythmische processen
bestaan. Zij vinden dus hun oorsprong in de
plant zelf. Iets soortgelijks vindt men in de
dierenwereld. Sommige zeedieren b.v. zeerozen
en zeeslakken, vertoonen rhythmlsch terugkee-
rendybesseglngen, die met de wisseling van eb
en vIM£ AT van dag en' nacht samenhangen.
Ook déze -blijven onder kunstmatig constant
gehouden omstandigheden bestaan, althans
eenigen tijd. Ook verschillende proefnemingen
over gewoonten van Insecten, zooals bijen, mie
ren, hermieten enz. leerden dat dagelijks weer-
keerende gewoonten niet van licht of tempera
tuur afhankelijk waren, maar hun oorzaak in
Inwendig rhythmische processen moesten heb
ben.
Deze rhythmiek bij planten en dieren is door
Als een jood vertelt, dat b.v. zijn vader is ge
benscht, dan beteekent dit zoo iets als dat wij
R. K. zeggen: Hij is bediend al is het „de
laatste H. Sacramenten ontvangen” voor ons
heel wat gewichtiger. Wanneer In Israël
Iemand is gebenscht, dan wordt er ook voor dien
persoon in de synagoog gebeden. BU 1. Mozes
17, 15, 16 leest men van Sarai, dat haar naam
voortaan Sari moet genoemd: Dim zal Ik se
genezen.
Sindsdien zoekt de familie van een ernstige
zieke in den BUbel ’n anderen naam voor hem
of haar, ’n naam van een heilig persoon. De
Arke wordt geopend, men beveelt den kranke
aan God, dien men nu bU dien nieuwen naam
noemt.
En liter altijd zelfs in akten of dergelUke.
Is Iemand vaak gebenscht, zoo draagt hU
zelfs al die namen erbij.
Iets vreemds voor den buitenstaander. De
zieke, Jacob b.v„ heet nu Abraham, en hopelijk
is dié waard, dat Adonal hem geneest. Niét om
te lachen! het wijst op boetedoen vin of vóór
den kranke. Vaak dus op: Verbeteren van le
vensgedrag. door hemzelf, en in de synagoog in
zijn naam beloofd.
Betert de zieke niet en gaat hij sterven, dan
laat men de familie geen oogenblik alleen met
haar verdriet en den stervende.
Wat zijn hierover een fabeltjes In omloop.
Waarheid is. dat dit gebeurt juist om aller groot
respect voor dood of doodgaan: De familie in
haar smart mocht eens niet genoeg hulp kun
nen bieden bij het sterven, zoodat de ziel niet
geheel voorbereid bij God verscheen.
Daarom bestaan in alle joodsche gemeenten
vereenlglngen van lui. die zich vrUwillig (ter
eere Gods zeggen wij) aanbieden om voor hulp
te asslsteeren. Is dat niet schoon?
Die hulp zorgt, dat té groote droefheid den
stervende niet kan hinderen. Die hulp bereid
den zieke voor, zegt hem dat de dood nadert,
zoo takvol mogelijk. Vraagt of er nog wat te re
gelen valt, staat hem daarin bij^ zegt met hem
de Wlddoel, de belijdenis van Grooten Ver
zoendag. zorgt dat de Israëliet<e) tudlg zijn
kinderen zegent, als Izaak zijn Jacob deed, als
Sint Josef ook zijn Pleegzoon, Jezus, zal hebben
gedaan.
Is het einde er, dan onthoudt men den zieke
alles, behalve wat het sterven kan verlichten.
Men raakt hem niet aan, om pUn of afleiding
te voorkomen. De vrijwillige hulp waarschuwt
de gemeente. En waar het kin. helpt heel die
gemeente mee om den zieke het laatste oogen
blik te verlichten: Men neuriet (niet luid) de
mooie, ook hém dierbare melodieën uit de syna
goog zacht zegt men hem voor: In Uw hand
geef ik mijn geest (als Jezus zei op het Kruis)
wanneer ik ga slapen en ontwaken. Enz.
In het allerlaatste oogenblik roepen de aan
wezigen: Hcor Israël. Adonal is onze God Ado
nal Is Eén!
In die belijdenis moet de ziel haar Schepper
ontmoeten.
Dat woordje één rekt men zoo lang tot de
laatste snik is gegeven.
Ook dit alles is voor den geloovlg stervenden
Jood natuurlijk plechtig, aangenaam, én zelfs
voor den Christen, die het begrijpt, heel mooi.
Maar zeg nu zelf, hóéveel malle verhalen over
dit zoogenaamde zingen bU stervende joden de
ronde doen?
Als over het volgende.
54
Toen ze na een korten rit bet huls
van haar gastvrouw bereikt had en mevrouw
Archer's pompeuze danszaal binnenschreed,
was er één oogenblik van intense stilte; onmid-
dellijk gevolgd door een bijna ademloos ge-/
mompel van bewondering. Madge's hooghartig
gezicht straalde van stille voldoening: zij had
niet anders verwacht.
„Lieve kind, je bent mooier dan ik je ooit
te voren gezien heb." zei mevrouw Archer:
maar zonder afgunst, want ze was, als vrouw
van
Irene
had willen eeren.
vanavond, vind je niet; maar wat kon Ik er
aan doen? Zooals je weet, hebben ze mij m'n
hoofd gek gezeurd om kaarten. Ik geloof wer
kelijk, dat heel Londen er is."
Madge had reeds heel wat gedanst, toen
haar partner van het oogenblik verbaasd het
hoofd omkeerde met de opmerking:
■>Hél Hjj hleri Dat is wel de laatste dien
ik vanavond verwacht zou hebben!"
„Wie is die JUJ" en waarom is zUn komst
Het was een goede greep geweest.
Na verloop van een paar jaar waren de zaak-
relaties nog beduidend uitgebreid.
Er was nieuw leven, versch bloed in het be-
drUf gekomen, en Schouten was het hart, de
slagader van het raderwerk der bloeiende on
derneming.
De verkoopsorganisatie had hU op moderne
leest geschoeid, den reizigers- en agentenstaï
in binnen- en buitenland verbeterd en uitge-
breld. Nieuw afzetgebied had hfl veroverd voor
het tarwemeel en de afvalproducten, gries,
grant en zemelen.
De productie In de fabrieken, die volgens een
drieploegen-systeem dag en nacht ononderbro
ken op volle capaciteit doorwerkten, was ten top
gestegen, de werkverdeellng van het kantoor
personeel gereorganiseerd en op de uiterste effi
ciency ingezet.
Remmert Schouten dirigeerde nu alles als een
alleenheerscher. ZUn wil was wet. Streng tegen
over zichzelf was hU dit ook tegenover zUn per
soneel.'
In de vergaderingen van directie en com
missarissen stonden zijn voorstellen geluk met
een decreet, waaraan niet te tornen viel. Wat
Schouten wilde, gebeurde. En het was goed ook.
HU was gezien, en tegelUkertijd gevreesd.
ZUn komst op de fabrieken of op het kan
toor werkte als een donderslag.
Waar hU verscheen, was er als een trilling
van energie om hem heen, die hU tevens op
anderen wist over te brengen. Zelfs Ms bij er
niet was, heerschte tóch zUn geest en zijn wl»
als opperste wet.
Van tegenspraak of zelfs van overleg was geen
sprake meer. ZUn woorden hadden dezelfde
uitwerking als het bevel van een oppermachtig
generaal.
Buiten het bedrUf had hU den bünaarn van
den Mussolini” van de Meelfabrieken".
Het kwam voor, dat een afdeellngschef over
eenig hem ter oore gekomen verzuim ter ver
antwoording op zUn privé-kantoor ontboden
werd.
Nimmer werd bekend, wat er tusschen die
vier muren besproken was. En Iedere bespre
king met zUn chefs hield Schouten onder vier
oogen. Maar het stond als een paal boven water,
dat een verzuim of vergrUp van eenige betee-
kenls voor de tweede maal onherroepelUk ge-
lUls-abond met onmlddellUk ontslag.
jegens alle vrouwen kenmerkte. Maar,
gedachten waren niet bU het gebabbel; ^j,,
blik zwierf ongedurig door de zaal, alsof hU
iemand zocht.
„Zoo aardig van u om te komen!” kwet
terde mevrouw Archer met haar ietwat plat
accent. „En aoo'n eer voor mUn avondje, want
ik weet best, dat u haast nooit uitgaat. De heb
duidelUk gezien, dat veel gasten er van opkeken
en aangenaam verrast waren, en geen wonder!
Ik moet dadeiUk mUn man eens gaan zoeken
en het hem vertellen."
„Toe, doet u geen moeite, mevrouw Archer,"
■ei Redmayne op zijn vriéndelijkste manier.
,Jk heb münheer Archer zoojuist al gesproken.
Ik liet hem achter in de rookkamer, en ik heb
hem beloofd, over een kwartiertje terug te
De soldaten vermaakten zich intus-
achen met den boer, dien zU voor den
knecht aanzagen en die volgens hen een
recht gezellige kerel bleek t^ zUn. Ze
moesten herhaaldelUk lachen om zUn
grapjes en ook de boer genoot van de
pret.
AJj.'-xA jj
tend bestemd voor den clerus, zUn niet vrU.Daar
is b.v. het geval met het Kerkblad van
aartsdlooees Freiburg 1. B. Dit
lUken brief, onderteekend
bisschoppen gepubliceerd. Maar
schrijven is niet authentiek.
passages zUn er In weggelaten
andere wUziglngen, welke de zaken meer
Is jongen van zestien jaar solliciteerde
Remmert Schouten naar de betrekking
■^^■van jongsten bediende op het kantoor der
KonlnklUke Meelfabrieken, en werd op aanbe
veling van een der procuratte-houders aangeno
men.
HU wist zich spoedig omhoog te werken.
Van loopjongen, die de post moest wegbren
gen en de heeren reizigers mocht helpen bU het
gereedmaken van hun monsters, bracht hU het
achtereenvolgens tot assistent.correspondent.
tot zakken-controleur en tot administrateur
over de magaaUnvoorraden.
Op kantoor, tijdens het verrichten van «Un
werkzaamheden, gaf hU «Un oogen terdege den
kost bU de verkoopsafdeeling, de boekhouding
en de loonadministratie. Geen brief ging er door
zUn handen, of hU nam van den inhoud met
het antwoord erop nauwlettend kennis.
Er kwam een dag, waarop een der heeren van
bet aMtlgman sterke kantoorpersoneel wegens
ziekte korten tud afwezig was. Zonder veel om
slag nam Schouten diens werk tot in de punt
jes waar.
Schouten werd belast met het houden van
toezicht aan de fabrieken. Daar ontging hem
niets. Op zUn herhaald aandringen aetten de
Ingenieurs en de monteurs hem de werking der
machinerieën uiteen. Schouten wist deze elemen
taire kennis door de bestudeering van boeken
over werktuigkunde en toegepaste electricltelt
aanmerkelUk te verrijken. HU studeerde lange
avonden en halve nachten.
En In den loop van enkele jaren was Rem
mert Schouten bU de achthonderd fabrieksar
beiders, de afdeellngschets, het kantoorperso
neel en zelfs bU de directie een bekend en ge
zien man geworden, die In alle onderdeelen van
het omvangrUk bedrUf op voor hem bekend
terrein was.
Op twee- en-dertlgjarigen leeftUd was hU fa-
briekrinspecteuf, twee Jaren nadien algemeen
procuratiehouder.
Thans, op een voltallige vergadering van di
rectie en commissarissen, werd Remmert Schou
ten met algemeene stemmen tot onder-dlrec.
teur benoemd.
zoolets bUzonders?” vroeg Madge achteloos.
.De heele wereld Is er Immers zoowat?"
„En geen wonder, met zulke attracties," zei
dg jonge man. ,Jk had elgenlUk liever gezegd
„attractie,” Lady Irene,” voegde hU er ondeu
gend bU, „maar ik wauk niet graag compli
mentjes, die Al te véél
„hem" bedoelde ik leM
niet dlkwUIs op vrooljl
Redmayne." V
Madge had nu te g
nam ze van haar over en legde ze in een platte
mand.
HU wiat sUn dankbaarheid jegens juffrouw
Carter niet beter te bewijzen dan door te
helpen, waar hU maar kon; ook jegens Irene
was hU vol erkentelUkheid en hU koesterde
soprt van eerbied voor haar, die in elk
zijn woorden en gebaren tot uiting kwam.
Eens had hU met Juffrouw Carter over haar
gesproken.
„Juffrouw Warner is een dame.” sel hU.
alsof hU tot zichzelf sprak. „Het is vreemd
dat iemand, die zoo Jong en soo mooi is.
iemand van haar afkomst en opvoeding, er
tevreden mee is, te leven zooals zU hier doet.
Weet u iets meer van haar?"
Juffrouw Carter schudde het hoofd.
„Niets,” zei ze op haar laconieke manier.
..Mijn kleine meisje is verbazend op u ge
steld. juffrouw Warner," zei Peters, terwijl
hU met zUn bevende handen de bloemen rang
schikte. „En geen wonder!"
„Ik ben er trotach op. dat se zoo aan me
hangt." ze! Irene, „en ik weet niet, wat ik
zonder haar klnderlUke liefde zou moeten be
ginnen. Een leven zonder genegenheid is al te
somber en droef."
Ze zuchtte. terwUl ze dat zei. en plotseling
ze wist zelf niet hoe het kwam, moest re aan
Redmayne denken.
..Me dunkt, dat we zoo wel genoeg hebben.
mUnheer Petera,” zei ze. Ze volgde hem naar
dfe schuur, waar de bloemen verpakt moesten
wasden. toen juffrouw Carter in de huisdeur
vencheen.
^k wou 'dit telegram graag weg hebben.’’
zet ze. Jk kan zelf niet naar het dorp gaan,
want ik moet den bode Spreken, als hU komv’
„Ik zal wel even gaan," zei Peters dadelijk
maar meteen begon hU weer te hoesten en hU
zag er zoó zwak uit. dat Irene vlot aanbood:
„Laat mU het even wegbrengen, juffrouw
Carter Peters pretestende, maar Irene was
niet van haar besluit af te brengen. JJt heb
echt zjn in sen loopje; ik heb lp geen dagen
echt gewandeld
„Laat haar maar gaap, James,’ zei juffrouw
carter „Het zal haar‘goed doen. Eh afirt la
afgedaan, dv se host» Méb négt te haasten
met terugkomen.» <1U?. „ft
Juist zooals ze was. met haar grooten linnen
zonnehoed en zonder handschoenen aan haar
kleine gebruinde handen. Hep Irene' het hekje
uit en den Weg af naar bet dorp. Er waren
weinig menschen op pad. en de énkelen die zU
tegenkwam. wierpen nauwelUka een blik op
haar gezicht, bUna geheel verborgen door den
breeden hoeéfrand Ze verzond het zakentelw»
gram en was op den terugweg naar de kwee-
kerij, toen de heeriüke middag haar in ver
zoeking bracht, nóg wat te treuzelen MJ het
denneboschje, waar ze had zitten rusten op
den dag van haar aankomst.
(Whrtt vervdlgtfi
„Wie heeft er dan te zorgen, dat er geen
abuizen gemaakt worden? Denk JU soms, dat
ik chefs noodlg heb, om er filer een janboel
van te maken, hé?!”
Schouten stompte een paar maal met de vuist
op zijn schrUftafel:
„Sta niet zoo lamlendig als een kip zonder
kop op je beenen te draaien! Vooruit, zeg óp!
Wie beeft die stommiteit met die sakken uit0>-
haald? En wie Is daar verantwoordelUk voor?"
„MUnheer Schouten, het Is mU niet mogeHJk
overal tegel Uk....”
Een paar keiharde vuistslagen, vielen als nto.
kerslagen op het
bureau van den
geweldenaar. Door
de kracht van
een
een
tafel en vloog op w
den grond voor
de sidderende voeten van Bartels.
Met een stem, bulderend als een orkaan, brul
de Schouten hem toe:
Ik d 1 d geen tegenspraak! Van geen mensch!
Hier, m de fabriek en daarbuiten gebeurt alléén,
wat ik wil! Daar te geen middenweg! Je hebt
je blindelings aan mijn instructies te houdai!
Aan mij alleen!"
De ander stond te triUsn op zUn beenen
Toen rinkelde de telefoon. Bulten slchzelf
van woede greep Schouten den hoorn van den
haak, en bulderde:
„Ik heb je toch gSBegd. dat ik niet gestoord
wil worden, als er Iemand bU me tel"
H(j luisterde een oogenblik naar wat de tele
foniste tot verontschuldiging naar voren bracht,
en zei toen, ditmaal wat kalmer:
„O, dat is wat anders, juffroute. Verbind dan
maar."
HU gaf Bartels een wenk dat hU gaan kon.
Toen deae de deur achter tech gesloten hid.
bracht de dictator den boom aan het oor, en
vroeg kleintjes:
„Ja. Wat is er?"
En aan de andere sUde van den draad klonk
de bazige atem van een klein, mager vrouwtje:
„Zeg, Remmert! Wat heeft dat nu weer te be-
teekenen? ’t Is al rijf minuten over zessen, en
je weet toch, dat we klokslag aes uur afenl Van
morgen heb Jc weer asch op het vloerkleed
gemorst óók! Je zoudt heelemaal In de eet
kamer niet rooken! Je weet toch, dat ik dat niet
hebben wil! En je jas hing weer op de slaap
kamer! Die hoort in de gang aan den kapstok!
En kom nu onmlddellUk thuis! De soep staat
op tafel!"
,4a, vrouwtje," zei hU bedeesd. ,Jk ben aóó
bU te-"
Als een haas vloog de dictator naar huls.
komen en een sigaar met hem te rooken. Ik
ben maar voor heel eventjes komen binnen
vallen."
„William zal verrukt zUn," zei ze. „Maar
wat vreeselUk Jammer, dat u niet wat eerder
gekomen bent, mUnheer Redmayne! We hebben
daarjuist den schrikkeldans gehad, en ik weet
zeker, dat u als allereerste zoudt gekozen zUn
Denk ook eens aan, wat een eer. om met
onzen beroemden staatsman te dansen!"
„Er zUn hier vanavond heel wat beter dansers
dan ik ben, mevrouw Archer." antwoordde hU
„Ik ben heel tevreden met toekUken."
„Is Lady Irene niet schltterend-mooi van
avond?" vroeg ze spontaan, t
Redmayne keek op.
Op nauwelUka een paar meter afstand
danste de lange, tengere gestalte in zacht-
rose zU. Langzaam schuifelde het paai dicli-
terbU; haar blik ontmoette den zUnen.
Op dat oogenblik was Redmayne zich bewust
van een vreemde gewaarwording even onver
klaarbaar als overweldigend. TerwUl zUn oogen
rustten op het mooie gezicht met de donker-
griJse oogen. scheen bet hem een seconde toe,
dat dit gezicht op de een of andere geheim
zinnige en bUna onmerkbare manier veranderd
was.
„Is ze niet heerlUk?" vroeg mevrouw Ar
cher. „U moet wel trotach op haar zUn u
bent een fcort voogd over haar, te 't niet?
Want se is de koningin van bet feest van
avond.”
Redmayne mompelde iets, en soodrs me
vrouw Archer zich tot een van haar andere
A I I A ^gevolge de veriekerlngsvoorwaarden tegen E* Mi levenslange geheels ongeschiktheid tot werken door Ï7 Ml een ongeval mat E* OCA Ml veilles van een hana
4» I él lij sa.JLJ vxl v is l_j ongsvallen vsrsekerd voor sen der volgende uitkeeringen g l verlies van belde armen, beide beenen of belde oogen F OUe“ doodelljken afloop A een voet of een oog
AANGIFTE MOET, OP STRAFFE VAN VERLIES VAN ALLE RECHTEN, GESCHIEDEN UITERLIJK DRIE MAAL VIER EN TWINTIG UUR NA HET ONGEVAL
-j-^. e ritueel levende jood heeft een groo-
I ten eerbied voor dood en begrafenis. HU
heeft selfs veel steun, naastenliefde voor
hen die achterblUven.
Zooals In onze Katholieke gemeenschap, in de
kerk en thute, zoo bidt ook Israël voor den zieke,
in de synagoog zoowel als elders.
BU het Thora- ofwel wetsrollezen in de sjoel
of synagoog woeden de mannelUke familieleden
opgeroepen naar de verhooglng of Blema, om er
voor hun kranke te bidden en te laten mee
bidden door alle aanwezigen. Zelfs goede ken
nissen van een zieke worden daarvoor wel ge
vraagd door den rabbUn of leider.
En men offert tot die Intentie, bedenkt armen
en doet goede werken.
Soms,
daarbU
draagt.
Nu te weer die vereeniging van vrije hulpen
aan de beurt. Bovenstaand heeft wel al ver
teld, hoezeer Israël ook het lUk. eens den tem
pel van den H. Geest, in eere houdt. Onzin te
dus ook elke fabel over bet lUk op den grond,
omdat het vies heet. Of ermee rondsjouwen
door het huis. Enz.
Juist omdat in bet Oosten het bederf spoedig
intreedt, en om dit te voorkomen, leggen de
hulpen het lUk terstond op wat stroo, óp den
killen vloer. Elk gebaar om doodslucht of zoo
is zelfs streng verboden. Het lUk wordt zoo vlug
mogelUk gewasschen, wéér: niet om het onrein
zUn, maar als symbool. Men legt het gedekt op
een plank. En aldoor gedekt, ónder dek giet
men er water over onder voortdurend gebed.
Bet beteekent als óns doopsel: Reiniging van
sonde.
Alle riten bU de Joden worden zeer ceremo-
nieus verricht een leider van die vrUe hul
pen vraagt telkens die erf die om dit of dat te
willen doen. Men kleedt het UJb hoogst eenvou
dig. tegenwoordig soms met 'n gekocht doods
kleed. In de meestal withouten kist' legt men
een laken van den man ook het tallith of ker-
kekleed. Maar zonder die franjepluimen ol
Zizith, die vermaningsymbool voor bet leven
■Un.
Onder spreuken legt men den doode erop en
wenscht b.v.: Ga heen naar uw bestemming,
rust tot uw bestemming (wijst op het voorge
borchte, niet waar?) en herrijs voor uw
stemming aan het eind van de dagen.
De aanwezigen nemen een pakje met aarde
■it Paleatlna zélf en strooien ervan in de kist
van hem, die hier Immers banneling was.
De kist woedt voorloopig gesloten, maar net
lUk wordt geen oogenblik alleen gelaten Ook
brandt men. als wU R. K. doen, licht erbU
meest een lichtje op het hoofdeinde van de kist.
Het lichtje, dat straks als gedachtenis aan den
doode in huls achterblUft en brandt. Dit is de
verklaring van die lichtjes bU joodsche families.
Griezelige fabeltjes rijn iets Anders dan bo
venstaand, nfet waar?
MARIE KOOPMANS.