t M DE VREK De naar de West. Het vliegtuigongeluk hij de Bilt. i F I 4 Zoekt gij betrouwbaar Personeel? BK :A1.1 „Oriol” Plaats dan een „Omroeper” gezinnen 1X1 I X onze In m’n hoekje EEN SURPRISE 1 »w. t V jeugdige lezersj UW voor 80. K w DONDFRDAr. 71 NnVFMRFD UK 1 DONDERDAG 21 NOVEMBER 1935 fa r* .^jll <1 *w- c- r«.' J o T f®* T L Een Indische fabel Koeientrouw hy f’r4 W-*; Je f ia iiiinnmiiiiiminiimiiffiifiniiiinfliiiimnnmifflmminmmnnnmi i - s 7 O O FOTOREPORTAGE •f i om W— at de Engelscbe koloniën. 4 ver vol en voortaan tt PIET BROOS 1 bedrieger, hier is c en De menacMn lachten Mm utt. 'Ll 1 Als 't huiswerk ‘s middags af ts, De taak dien dag gedaan. Dan mag ik van m’n moeder Vlug naar m’n hoekje gaan. zich slok heer nu Hot doodelijk auto-ongeluk to Heesch bij O»i De luxe auto, welke geheel vernield werd door do ontzettende botsing en met een stenen Wees M’n hoofd in beide handen. M’n vingers in m’n oor, Zoodat niets me kan storen. Ik heelemaal niets hoor! Zoo eit ik fifh te lezen. Ik kijk niet op of om. Totdat ik moe hoor roepen „Of ’k eindelijk eten kom!” Ik zit daar fijn te lezen In een of ander boek. Daar komt me niemand storen Daar in dien stillen hoek! In ’n hoekje van de kamer Vlak bij het schemerWfiht Kan ik wel uren zitten Met bei m’n ooren dicht. b a 1 i 1 I 1 Ke rn ij, en Daar tn-m’n stille hoekje. Breng ik den winter door.... Maar komt de nieuwe lente Dan speel ik buiten hoor! llliiiiiiiiiiiiiniiiiiiiiiiiiaiiiHiiiiuiiitiii n!iiiiiiaiWMiuiMilHi|Hii||WilMWHi||||HMWIMMWh j‘S 1 ■en paar uren had hij gerust, toen hU gewekt werd door een luid geloei aan de staldeur; hU sprong op, snelde er heen en vond er rijn koe, die uitent vermoeid was en een jas op de horens had. Toen hij het dier hiervan bevrijd had, bemerkte hij, dat hij niet alleen sljn trouwe koe terug had. meer dat de jas nog een kleine dertig gulden aan geld bevatte, wat hij dan ook wel voor den schrik verdiend had. 1st ..f I Misschien is er in je familie Iemand, die cactussen verzamelt en die je met 8t. Nl- colaas dus zoudt kunnen verrassen met een nieuw ontdekt soort. Welnu doe dat dan. Je hebt er vast en zeker succes mee. De cactus bestaat (je moet het niet verder vertellen, hoorl) uit een zure augurk die overal beprikt is met dorens, of haren uit een boender. Onderin steek je een houtje en steekt dit weer in de aarde van het cac tuspotje. Als je het erg natuurgetrouw wilt maken steek je in de aarde nog een geel- geverfd plat houtje waarop met potlood geschreven wordt: CEREU8 AUOURK1. Dat is de LatUnacbe naam van deze soort. Het proces Inzake den koningsmoord te Marseille. Een overzicht gedurende de zitting te Aix-En-Provence. Links de verdediger Desbons, i die van zijn ambt ontheven Is De .Oriol het te Schiphol omgebouwde vliegtuig de .Oehoe', is Woensdag in het s.s. „Alkmaar' te Amsterdam Ingeladen om naar West lndië vervoerd te worden. - Het gevaarte wordt aan boord geheschen De Lord Mayor van Hammersmith was persoonlijk tegenwoordig bij de bereiding der Kerstpudding te Londen voor de Engelsche koloniën. Een aardig snapshot „Waarom koning,” klaagde hij, staat u toe dat mijn huis op deze manier ge plunderd wordt?” „Geplunderd wordt,” zei de koning ver- oaasd, „wat bedoel Je met plunderen? Je bent toch zelf naar mij toe gekomen met de woorden: „Ik wil mijn schatten onder de armen verdelen”; je hebt de trommel laten roeren en de armen uit de stad naar je huis geroepen!” „Majesteit," zei toen Illisa, „ik heb nog nooit een druppel van de olie die van de spits van een halm naar beneden vloeit, weggegeven, zou ik dan zo iets gedaan hebben? Hier is een vergissing in 't spel Laat dengene roepen, die mijn goederen weggeeft en onderzoekt deze zaak!" De koning Het nu den anderen koopman halen en zij leken zoveel op elkaar, dat noch de koning noch zjjn raadgevers en Da leeuwin .Gertha', eigendom van een dor bewoners van het woonwagen kamp aan den Osdorperweg te Am sterdam, is Woensdag naar den Haag vervoerd, waar de Haagsche Dieren tuin zich over het beest ontfermd heeft «wu f isF -]~5 r leefde te Benares eens een koop- H man, die niet alleen achthonderd mlHioen gulden bezat, maar ook alle maar denkbare fouten, die een mens kun nen aankleven. Hij was lam en krom, hij keek scheel en had een kaal hoofd; en even lelijk als zijn Hchaam, was ook zijn ziel, want die werd verteerd door gierig heid. Zichzelf gunde hij nauwelijks t aller noodzakelijkste; over zijn ondergeschikten dus maar gezwegen. Kwam er een arme drommel aan zijn deur bedelen, dan werd hij onder stokslagen weggejaagd. In zijn familie was dat nog nooit voor gekomen. Want zijn ouders en grootouders waren goede en milddadige mensen ge weest en hadden zelfs een aparte hal la ten bouwen om de behoeftigen van liet poodige te voorzien. Maar hij was door den geldduivel bezeten en had de hal laten sluiten, terwijl htj maar geld en nog eens geld opstapelde, waar hij zelf nauwelijks iets van durfde te gebruiken. Op zekere dag zag hij op een landweg een arme man die een kruik wijn bij droeg en zo nu en dan daaruit een nam. Het was ook verbazend warm en kreeg eveneens heel veel trek in een koele dronk, maar terstond zette hij de gedachte van zich af: het was immers een onnodige uitgave. Toen hU echte** thuiskwam werd hem de lust naar een fris glas wijn toch te sterken hij overlegde bij zichzelf: „Laat ik de wijn hier naar toe brengen, dan komt mijn vrouw en deze of gene en wil met mtf meedrinken. Het is beter dat ik een kruik in de stad ga halen en die er gens ongezien leegdrink. Zo deed hij. ging uit de stad naar de oever van de rivier en verborg zich achter een struik om zijn glas te vullen. ■tjn vader, die reeds lang dood was en in den hemel vertoefde, zag met leedwezen, boe zUn zoon de oude gebruiken van zijn voorvaderen verachtte; hoe hij de aalmoe zenhal gesloten had. de armen met stok slagen verdreef en zich zelfs uit gierigheid verborg om wijn te drinken. Hij zei toen: ,Jk zal weer naar de aarde teruggaan en mijn zoon bekeren. Misschien kan ik er hem van overtuigen dat hij voor iedere daad ook loon zal ontvangen. Misschien kan ik hem nog zo veranderen dat hij zijn gestorven vader eer aandoet." Het Concertgebouworkest, dat de orkestrale partij vervult bij de opvoering van de opera .Ariane et Barbe Bleue', repeteerde Woensdag onder leiding van Philippe Gaubert, dirigent der Parijsche öpera Hij nam nu de gestalte aan van z’n zoon, den koopman, en betrad het rijk waar de menschen leven, net als hij, krom, lam en scheel. HU liep door de straten van Be nares tot voor de poort van het koninkHjk paleis en liet zich bij den vorst aandienegi Deze ontving hem en vroeg: „Waarom laat je je op een zo ongewone tUd aandienen?” „Majesteit," antwoordde de koopman, „in mijn huls liggen achthonderd miljoen guldens. Ik wil ze U schenken om er uw schatkamers mee te vullen.” De koning antwoordde: „Beste man, ik heb je geld niet nodig!” De verklede koopman zei toen: „Dan ga ik het onder de armen delen.” De koning was daar erg blU om en liet hem met veel eerbetoon behandelen. HU ging nu naar het huis van zUn zoon, riep zijn vrouw, kinderen en al de bedienden bU elkaar en zei: „Laat onder tromgeroffel bekend maken in de stad, dat al degenen, die in behoef tige omstandigheden verkeren hier naar toe komen om van mU het nodige te ont vangen. Ik ga al mijn schatten onder de armen verdelen.” Tot de poortwachters zei hU: „Als er Iemand komt met dezelfde stal te als ik en zegt: Dit huis is van geef hem dan een dracht stokslagen jaag hem weg!” Er kwam veel Volk gelopen met korven en zakken en allen wachtten verlangend voor de poort van het huis _van den 'rijken koopman. HU Het de schatkamers openen en de stallen en de zalen en riep: „Ik schenk jullie alles; neemt en weest er gelukkig mee." De hele volksmenigte stroomde zUn huls binnen; veel nood en ellende onder de ar men werd gelenigd en luid jubelde leder zUn dank uit. v Een arme boer had voor zich twee ossen en een wagen van den koopman uitgekozen en reed dol van blUdschap uit de stad naar praat die man voor onzin waarom noemt hU mUn naam?” HU loerde eens van achter de takken en herkende plotseling zUn eigendom. HU schoot uit zUn schuilplaats te voorschUn als een havik op zUn prooi en schreeuwde wild: „Ha dief, heb ik je! Waar wou je naar toe met mUn wagen?” De landman rleg terug: „Wat wou JU. landloper, spitsboef, maak dat je wegkomt! Ik heb deze wagen van Illisa den koopman uit Benares gekregen; hU geeft vandaag de hele stad aalmoe zen." en paar jaar geleden waren eenlge mannen in een Duitsch dorp er op uit om een koe te stelen. Ze dron gen daartoe een stal binnen en grepen een koe aan, die daar stond. Het dier verzette zich ongemakkelUk, zoodat de dieven vrij wat moeite hadden ’t buiten de deur te brengen, maar toen wil de de koe in t geheel niet verder.' In dit moeilijk geval kwamen zU op den Inval den slapenden boer te wekken en hem te verzoeken de koe, die zU voorgaven op de markt gekocht te hebben, te helpen drij ven, waarvoor zU hem een flinke fooi be loofden. De boer was er toe bereid en be merkte door de duisternis niet, welke koe het was, doch het dier herkende zUn baas en volgde hem gewillig. Ben goed eind ver der oordeelden de dieven, dat het genoeg was, gaven den boer een fooi en trokken verder. Toen de man thuisgekomen was. ging hU toevallig eens naar zijn koe kijken en bemerkte tot zijn schrik, dat zU verdwe nen wm en moest wel tot de treurige over tuiging komen, dat htj zelf geholpen had haar te drijven. Het was onmogeHJk de dieven nog in te halen en daarom ging de man, hoewel troosteloos, weer naar bed. het dorp waar hU woonde. Onderweg zei hij telkens hardop vol dankbaarheid: „Honderd jaar zUn Je gegund, koopman. Door jouw goedheid kan ik mUn akker bebouwen en de oogst naar de stad rUden. MUn hele leven lang zal ik je dankbaar zUn, Illisa!” HU was nu juist op de plek gekomen waar achter ’t struikgewas de koopman, Illisa, wUn zat te drinken. Deze hoorde de woor den van den landbouwer en dacht schrik: „Wat zUn dienaren hen uit elkaar konden ken nen. Toen zei de koning: „Laat degenen halen, die hem het beste kennen.” En men haalde zUn slaven, zUn bedien den, zUn zoons en zUn dochters, maar geen van hen kon den echten Illisa aan- wUzen. Toen zei Illisa: „MUn vrouw zal me beslist herkennen.” Maar ook zij kon al evenmin haar eigen man aanwijzen. Toen begon Illisa te sidderen en viel op zUn aangezicht neer. Plotseling werd de ge stalte vag zUn vader nu met een heldere glans omgeven en de gdJaante sprak: .Jllisa, mUn zoon, hard was de leer, maar gelukkig niet zonder nut. Je zult nu niet meer met hart en ziel aan het verganke- lUke kunnen hangen hart de armen van je deur wijzen. vrijgevig en dan pas zal Ik eens welkom kunnen heten in het paradUs van de gelukzaligen.” Met deze woorden verdween hU. Illisa hief zUn handen naar de hemel en riep: „MUn vader, zo zal het geschieden.' HU werd de steun en de troost voor armen en ongelukklgen. Vol woede greep nu de koopman de ossen bU de neusring en hield ze tegen. Maar de boer, die zUn verworven bezit zo maar niet wilde afstaan, sprong van de wagen af en sloeg hem met zUn stevige knuisten, dat de koopman in een oogwenk bont en blauw was. Toen sprong de boer weer op zUn wagen en reed weg. De koopman stond half gebroken op; hU waschte zich in de rivier het stof van zUn gericht af en liep zo hard hu kon met zUn kreupele benen naar de stad. Onderweg trof hU allerlei mensen aan die zingend en Juichend hun gekregen schatten bU zich droegen en met' gevulde geldbuidels zwaaiden. Hij riep: „Wat is er gebeurd? Laat de koning mUn huis plunderen? Bluft staan dieven!” HU wilde hen vastgrijpen en hun zUn eigendom ontnemen. Maar de mensen lach ten den bedrieger uit en gaven hem een pak slaag. Moeizaam sleepte hU zich voor de poort van zUn eigen huis en wilde naar binnen. De poortwachters riepen echter: „Wacht even, bedrieger, hier is geen plaats voor Jou.” Ze sloegen hem met bamboestokken gooiden hem naar bulten. Toen jammerde Illisa: „Hier kan alleen de koning helpen,” en haastig spoedde hU zich naar den vorst.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Noord-Hollandsch Dagblad : ons blad | 1935 | | pagina 4