p
Met twee kameraadjes op avonturenreis
v 3 u
m&uU wm den daq
/MS
DE TOESTAND IN MEXICO
I
joSPRIJS
‘ft -•?
I I
,4» -
DE
ÏOOR LONDEN
SI
I
4
ZATERDAG 7 DECEMBER 1935
EEN GEBEDSACTIE
Fritz Reuter op zijn best
Tolstoi in cijfers
DOOR FLETCHER
1
i
I
‘Z
r:
F/
I»
'/«V
De uitvinding
van Wackles
n
U’s.
ïfIJI
renster in transluctde-emaü, „Leven van Maria,” door Nico Witteman
zoe-
God
bij levenslange geheels ongeschiktheid tot werken door
keken
VIJFDE HOOFDSTUK
-
klaar bent zullen we door het park
een
(Wordt vervolgd)
4
i i
Uw nederige dienaar In Chr.
ADOLFO PULIDO S. J.
Door het gat heen dat de slang in den
band gebeten had stroomde de lucht en de
slang werd hoe langer hoe dikker. Ze werd
gewoon opgeblazen. en eindelijk was het
monster dood. Daarop nam de mijnheer de
slang, haalde den leegen binnenband van
het wiel en deed de doode slang er voor In
kan je toch zeker niet opblazen?" Deze
werd er een beetje boos om.
„Denk je soms dat ik hier een beetje ztt
te liegen,” zei hij tegen Piet. ,Jk heb bet
verhaal zeil heurd ven len mieneer uut de
stad.” Daarop stond hij op en liep met een
nijdig „G’navend saom” het erf af.
Dat Is Jocelyn, viel »e uit. HU had beloofd
hier voor het ontbUt te zullen zijn.
r-
t i
re-
dat
van
Ukt. Het
dli
yewisme openlijk in
'enaatnde zes-Jaren-
natlonaal-revo’ution-
Vertegenwoordlger Is van
communistenpartij, een program,
ervan verdacht Priesters toe te
Iheld te geven tot godsdienstige
af was het louter catechismus
reeds werden verbeurd ver-
aan dat gevaar ternauwer-
r Openlijke propaganda voor
I het Bolsjewisme
Bovendien Iwordt het
Mexico geprad
plan, opgesteli
nalren bond,
de Russische
dat President CArdenas beloofd heeft uit te
voeren, is volslagen atheïstisch en communis
tisch. Een vrucht daarvan was de ons opge
drongen socialistische openbare school, in alle
opzichten gekant tegen God en volkomen bols-
Dit blijkt wel uit het verplichte
uit
en
Ter gelegenheid van den 25sten sterfdag van
Tolstoi publiceeren de Sowjet-kranten uitvoe
rige opgaven over de oplagen van de werken
van Tolstoi In de Sowjet-Unie.
Gedurende 19171922 zijn, ondanks het ge
brek aan papier, dat In deze jaren heerschte, 142
uitgaven van de werken van Tolstoi uitgekomen
in een oplage van 1.892.500 exemplaren. In de
jaren 1923 tot 1925 zUn 55 Tolstoi uitgaven in
ongeveer 1 miljoen exemplaren verschenen. De
totale oplage van de boeken van Tolstoi, die in
de Sowjet-Unie tot nu toe zijn uitgekomen be
reikte dit jaar een hoogte van 5.189.000 boeken.
Daarbij komen nog ongeveer 100 Tolstoi dee-
len in een totale oplage van 578.000 exemplaren,
die In meer dan 40 nlet-Russlsche talen, Oe-
kralnlsch, Klrglstlsch, Aserbeldsjansch, Poolsch.
Boerjatlsch, oud-Joodsch. Grieksch, Boecharisch
enz. zijn verschenen. (F8U)
de plaats, waarna hij weer rustig verder
reed. „Ziezoo” besloot Jan. „Dit Is het ver
haal.”
Ze waren er allemaal stil van. Ze hadden
het verhaal werkelUk geloofd. Doch Piet
begon toch een beetje te twijfelen en hij
zei tegen Jan „hoe kan dat nu, een slang
ater Adolf Pulido van het Ysleta Col
lege te El Paso in Texas (Mexico)
heeft aan al de Paters ProvlncU al
der Sociëteit van Jesus een rondschrijven
gezonden, teneinde hun aanmoediging te
vragen voor een gebedsactie gedurende een
triduum tijdens dezen Advent, nl. op 9. 10
en 11 December. Dit schrijven, waarvan wij
hieronder den volledigen tekst laten, volgen,
geeft wel een schril beeld van de Mexicaan-
sche toestanden in onze dagen: Pater Puli
do schrijft, aan eiken Provinciaal persoon
lijk:
■w -w yij twijfelen niet, of deze zoo schril
VV geschilderde toestanden zullen ook
bulten de kloosters der Jesuieten
diepen indruk maken, en menig priester,
menig leek, zal, na kennis te hebben ge
nomen van dezen noodkreet, aan de ge
vraagde gebeds-actie deelnemen, haar steu
nen en bevorderen.
een lage streek begaan zijn,
vader, zet Lesbia ten slotte.
Ja, antwoordde mr. Pontifex gejaagd.
zwaar verdrukte broeders onder de leden van
Uw provincie te bevorderen? Het kan wel niet
anders, of voor dit liefderijk hulpbetoon zul
len God en de HL Maagd U en Uw provincie
loonen met overvloedlgen zegen. Bij het Bloed
van Jezus Christus vragen en smefeken wjj
U allen, ons tijdens dat triduum te geden
ken, niet alleen gij, die met ons de Sociëteit
Uwe Moeder noemt, maar ook het volk, waar
over Uw geestelijke Invloed zich uitstrekt. En
als daarbij voor 12 December, den feestdag
van O. L. Vrouw van Guadeloupe, een alge-
meene H. Communie tot redding van Mexico
kon worden bevorderd, dan zou het ons be
wezen liefdeblijk daarin een waardige vol
tooiing vinden. Mexico zal door gebed gered
worden, heeft Z. H. de Paus gezegd. Laten wij
bidden, en het H. Hart van Jezus en Zijn on
bevlekte Moeder een heilig geweld aandoen
In het vertrouwen, dat U ons verzoek zult
Inwilligen, en U belovend, dat 4u In ons Col
lege al onze helpers en weldoeners aan
zullen aanbevelen, blijf Ik
Gedurende de volgende dagen was het weer
prachtig; men zag het jonge paar en mevrouw
Jarley veel in eikaars gezelschap. Ze maakten
gezamenlijk autotochten en wandelingen en
aten aan een zelfde tafel. Ofschoon ze op hun
huwelijksreis waren, schenen ze het bijzijn van
mevrouw Jarley zeer op prijs te stellen. Toen
dan ook een week later de weduwe hun mede
deelde dat ze over enkele dagen naar Londen
zou vertrekken, gaven ze daarover hun spijt
te kennen.
Op den morgen vóór het vertrek kwam Mu
riel beneden en vond haar Amerikaansche
vriendin In druk gesprek met den man in het
grtjae costuum.. Zij wachtte, In een fauteuil ge
zeten, totdat de man heenging, wat hij reeds
kort daarna deed.
„Wel, kind, waar is je man?” Informeerde
mevrouw Jarley. toen Muriel haar goeden mor
gen wenschte.
A I I 17 A ROMM ïé’d °P blad ryn tngevolge de verzekerlngsvoorwaarden tegen <7 7^0 levenslange geheele ongeschiktheid tot werken door 17 7CA WJ ongeval met 17 OKD vertlee van sen hand
/A I si if- riDVllllI-) kJ ongevallen verzekerd voor een der volgends ultkeerlngen 1 VU«* verlies van belde armen, belde beenen of beide oogen F Ws* doode lijken afloop 1 &UV«* een voet
AANGIFTE MOET, OP STRAFFE VAN VERLIES VAN ALLE RECHTEN. GESCHIEDEN UITERLIJK DRIE MAAL VIER EN TWINTIG UUR NA HET ONGEVAL
Radicalisme der Regeering
Om alles kort samen te vatten: de huidig
geering openbaart zich als zóó radicaal,
niemand minder dan Calles zelf, de beul
de katholieken, tracht door te gaan voor meer
gematigd, ongetwijfeld echter met de bedoeling,
zijn verloren post van opperaanvoerder der re
volutie met den steun van het buitenland weer
terug te winnen. Toch zou het een jammer’ijke
onvoorzichtigheid zijn, dezen dwingeland, die
noch voor God noch voor zijn medemenschen
eenige achting toonde, ook maar het geringste
vertrouwen te geven. Uit documenten immers is
gebleken, dat hij, zoodra het hem duidelijk was.
dat hij CArdenas’ benoeming tot president niet
meer verhinderen kon. hem een radicaal pro
gram heeft voorgelegd, alleen om hem daar
door met grooter zekerheid en spoediger tot val
te brengen.
En thans, nu reeds lang weer alle rechtmatige
klachten vruchteloos bleken, nu alle rekesten
van kerk en burgerij hardnekkig en zonder op
gave van redenen zijn afgewezen, ja zq’fs door
de tyrannen aan de bespotting werden prijsge
geven, neemt het Mexicaansche volk opnieuw
zijn toevlucht tot een rechtmatige gewapende
verdediging. Doch thans zijn door de tallooze he-
roovlngen de meeste gelden In handen der slech
ten gekomen. Slechts langzaam, 41 te langzaam
zal de bevrijding komen, en bijna overal heerscht
nog de brutaalste tyrannie. waardoor de stof
felijke maar bovenal de zedelijke verwoesting
wordt bestendigd en vergroot. Onze Priesters
dragen intusschen hun beklagenswaardig lot.
Voor een deel zijn zij in ballingschap of moe
ten zij zich verborgen houden. De anderen,
nauwelijks geduld, door gevaren omringd, „ijr.
hoezeer zij zich ook uitsloven, hoegenaamd
niet bij machte, de zorg voor een zoo talrijke
kudde te behartigen. Trouwens ook tegen hen
is reeds de vervolging losgebroken op dezelfd
wijze als ten tijde van Calles: binnen een
tijdsbestek van weinige dagen werden in Gua-
dalaxara een en dertig Priesters gevangen ge
zet.
Te Eisenach toont men den vreemdeling
gaarne de mooie villa, In dewelke de plat-
Duitsche schrijver Fritz Reuter lange jaren
heeft gewoond, alsook zijn stamlokaal „Zum
Löwen", waar hij verschillende avonden van
de week In gezelschap van enkele brave bur
gers uit alle kringen der stad heeft doorge
bracht. Hij vertelde dan de zonderlingste ver
halen en hij was steeds vriéndelijk gestemd.
Eén ding kon hij echter niet verdragen, na
melijk, dat men hem In het plat-Dultsch aan
sprak. Nu wilde het toeval. dat in hetzelfde
lokaal ook vaak een rijke koopman, een be
kend snftlpaap, uit Hamburg, vertoefde, die
steeds weer trachtte in het plat-Dultsch toe
nadering tot den populalren schrijver te
ken. Noch de koopman, noch diens pogingen
vielen echter in den smaak varf Reuter.
Op zekeren avond zit de koopman te kaar
ten met een leeraar. De koopman heeft zwart
haar, maar een grijzen baard. De leeraar daar
entegen heeft grijs baar, maar een donkeren
baard. Plotseling staat de koopman op, stapt
op Reuter toe en vraagt hem In het platste
Dultsch: Hoe komt dat toch, dokter, dat de
professor een grijs hoofd en een zwarten baard
heeft, terwijl Ik een grijzen baard en zwart
haar heb?”
„Nu heb Ik je", dacht Reuter en hij ant
woordde, niet minder plat: '„Dat komt, omdat
de professor zijn leven lang met zijn hersens
heeft gewerkt maar jij je leven lang met je
kinnebakken.”
stallen weer te sluiten tot de veearts zou komen,
waarop hij en Lesbia zwijgend naar de Huize
terugkeerden.
D'r moet
Tot Miss Pontifex’ groote verba «ing bestuuro.
mr. Jocelyn Chenery niet zelf zijn auto; oogen-
bllkkelijk bleek, dat hij daartoe ook niet in
staat was. want hij steeg uit met zijn rechter
hand en zijn pols verbonden en hangend in een
draagband, oogenschljnlijk was hij handgemeen
geweest. De Eerste Minister staarde met ver
wondering naar zijn secretaris.
O Jocelyn, wat is er gebeurd, vroeg
Lesbia angstig, toen de jongeman de laan uit
hun tegemoet schreed. Een ongeluk?
Niets, niets, wees genist, antwoordde
Jocelyn haastig, haar de linkerhand toestekend.
Een klein avontuur gisteren in Hyde Park; ik
zal het u straks wel vertellen. Hoe is het er
mee Lesbia en hoe vaart u mijnheer en waarom
bent u dezen prachtlgen morgen al zoo vroeg
op het pad? En nu ik wat beter toezie, wat
kijkt u belden ernstig.
De Eerste Minister kuchte. Jocelyn Chenery
kende die kuch, hij had haar al zoo vaak ge
hoord. 1 Was het kuchje waarmee mr. Pon
tifex zijn antwoord aan audiëntlegangera
veelal deed voorafgaan, of een beslissing op
een rechtstreeksche vraag en het beteekrnde
dat die taak hem niet aangenaam «ras Hij
wierp een verstolen blik op het gelaat van zijn
chef en zag dat er iets was voorgevallen
jewlstisch.
leerprogram, uit officleele redevoeringen,
den tekst der voorgeschreven leerboeken
uit de droevige feiten, waardoor de bedorven
heid der leerlingen aan den dag kwam. Daar
bij worden, op allerlei wijzen, door boeken en
brochures, door kranten en propaganda blaad
jes. door schilderijen en wandkaarten, door
radio-lezlngen, tooneelvoorstelllngen en volks
feesten, ja zelfs door missles onder de platte
landsbevolking de bolsjewistische denkbeelden
officieel door de regeering bevorderd en de ge
moederen der ongeletterden aangewakkerd tot
den strijd tegen God, Kerk en kapitaal. Doch
wat misschien nog het noodlottigs! is, heel het
streven van president Cérdenas en zijn collega’s
is erop gericht, alle werknemers en landbouwers
te vereenigen tot een groot en door de regee
ring beschermd syndicaat,'ten einde zóó des te
zekerder, krachtiger en sneller de dictatuur van
het proletariaat tot stand te brengen. Zijn voor
naamste verwachtingen heeft de president geves
tigd op de agrariërs, dat is op die landbouwers,
onder welke hij de gronden, die zonder eenige
geheimzinnige vreemdeling gedreigd en dat was
het hetgeen volgens Jermey over het arme vee
gekomen was. Gisterenavond was het in uit
stekende conditie, had het alles wat het maar
wenschen kon.... dezen morgen alles dood Mr.
Pontifex huiverde toen hij de volle beteekenis
van het geval overdacht.
Groote hemel! zei hij in zichzelf. Als
het werkelijk zoo isals het.... werkelijk....
zoo is.
Terwijl hij zich kleedde, moest hij voort
durend aan de verschrikkelijke zaak rksnken
waarvoor hjj zoo plotseling was geplaatst, de
misdadige bedreiging. Nu geloofde hij niet langer
dat de onbekende een krankzinnige was. Hij
herinnerde zich zijn rustige zekere houding,
zijn onhellspellenden blik, toen hjj hem, mr.
Pontifex beloofde, dat hij hem een staaltje zou
laten zien van de macht die hjj en zijn kame
raads konden uitoefenen. Een voorproefje....
neen van twee voorproefjes had hij gesproken.
Het eerste had zich gericht tot stomme
dieren, arme hulpelooze beesten, veronderstel
dat het bij het vo’gende zou gaan om men-
schehjke wezens die per slot van rekening er
zich ook niet tegen konden verdedigen? Een
vreeaelijke angst kwam bij de gedachte alleen
In mr. Pontifex op en een angst met de ïllen-
dige vrees voor het onbekende, het niet te
voorziene.
Het heeft u overstuur gemaakt, vader,
zei Lesbia, toen htl weer beneden kwam waar
hij haar met koffie en warme toast on hem
vond wachten.
Dat ia zoo, antwoordde mr. Pontifex.
lage streek, een lage streek.
Een auto reed juist de laan op, toen re
Somerboume Huize bereikten; Lesbia kleurde.
.Hij is uitgegaan om een wandeling te ma-
ken?*
De jonge vrouw boog zich voorover en zei
zacht en vertrouweltjk„Maar, eigenlijk, lieve
mevrouw, wilde ik u juist over hem spreken.”
„Dat klinkt nogal Interessant! Wat scheelt er
aan, kindlief?”
„Ja ziet....," Muriel aarzelde even. Ik....
Ik ben bang, dat u het vreeselijk brutaal van
mij zult vinden, maar....”
.Maar wat. m’n beste?" vroeg mevrouw Jar
ley vriendelijk.
Muriel aarzelde opnieuw. Dan raapte ze al
haar moed bijeen en liet zich gaan: „Het ia
morgen Leo’s verjaardag. Ik heb een schitte
rende verrassing voor hem en.... daarbij heb
Ik u noodig. Ziet u, de uitvinding van hem...."
Ze sprak gehaast verder. Haar stem beefde,
haar oogen smeekten en ftaar kleine handen
maakten zenuwachtige bewegingen. Af en toe
knikte mevrouw Jarley bevestigend. Ze scheen
zeer geïnteresseerd. Toen Muriel uitgesproken
had, stond ze op en zei: „Ga met me meenaar
m’n kamer; Ik zal zien wat ik doen kan."
Toen Wackles een uur daarna terugkeerde
van z'n wandeling, vond hij Muriel in hun ka
mer. Ze staarde op een stuk rose papier.
„En?” vroeg hij „Is t je gelukt?"
„Ja.” Het klonk zonder de minste geestdrift.
..Hier is een chèque van 1000 pond."
„Uitstekend. Hoe ging het? Nog moeite ge
had?” vroeg hl).
.Moeite? Heb je wel eens geprobeerd van een
blinden man geld weg te halen? Ze kocht den
heelen boel zonder veel te vragen. Ze maakte er
zelfs nog d’n
chèqué aan
„toonder” van,
zoodat je
vrouwtje je mor
gen zou kunnen
verrassen met
een stapel bank
biljetten voor je z.g. verjaardag.”
Wackles grijnslachte. „Zoo, zoo. en nu denkt
die oude dwaze vrouw dat ze aandeelhoudster
Is van de NV. Maatschappij tot het doen van
Uitvindingen. Nu luister, Muriel. Ik neem den
trein van 12 uur naar Londen. Jij volgt direct
na de lunch, als ze slaapt, met een auto. Bestel
al vast de plaatsen voor de boot van vannacht
naar Calais, als je in Londen komt. Hier heb je
geld. Tot vanavond op de boot."
Aan de lunch zei Muriel tot mevrouw Jarley:
,M’n lieve man ligt in bed. Ik vrees dat hij
zich teveel vermoeid heeft vanmorgen. Maar
morgen, op z’n verjaardag, zal hij zich wel weer
beter voelen, denkt u ook niet?”
Mevrouw Jarley. die na de lunch, volgens
haar gewoonte, een uurtje was gaan rusten,
werd Ineens opgeschrikt door een heftig klop
pen op de deur en riep: „Binnen!”
De man in ’t grijze costuum stond op den
drempel.
De man sprak enkele minuten kalm en haal
de daarna twee photo’s uit z’n zak. Mevrouw
Jarley keek er naar en glimlachte.
„Zoo, dus u komt me vertellen dat die Wack-
lessen een paar brutale oplichters zijn?”
De hoteldetective knikte bevestigend.
„Ik heb u toch al vanmorgen tegen hen ge.
waarschuwd, mevrouw.”
„Inderdaad," zei de dame, terwijl het aan
zetten van een auto buiten het verder spreken
onmogelijk maakte. .Nu." vervolgde zij. ,jse zul
len het u in geen geval meer lastig maken.
Wackles ging vanmorgen naar Londen om een
chëque van 1000 pond te Innen en z’n vrouw
reist hem na.”’
„Gaf u hem een chèque van 1000 pond, me
vrouw?" vroeg de detective, angstig en verbaasd.
„Ja.” gaf mevrouw Jarley kalm teiT ant
woord, „maar direct daarop belde ik Scotland-
Yard op. Ik geloof niet dat Wackles een pret
tige ontvangst aan de bank wacht.”
De detective keek haar met een bedenke lijk
gezicht aan. „Ik ben bang...."
Maar mevrouw Jarley liet hem niet uit
spreken.
.Mijnheer.” sprak ze langzaam en met na
druk, „een jaar geleden ging Wackles er met
20.000 dollars van door van een Amerikaansch
burger. Toen de politie er niet in geslaagd was
de hand op Wackles te leggen, belde die burger
een privé detective-bureau op. Mij werd toen
als lid van dat bureau opgedragen te zorgen,
dat hij in de gevangenis kwam. Ik geloof dat
ik daarin geslaagd ben. En nu, mijnheer, wees
zoo goed de deur achter u dicht te doen, als u
weggaat, andérs schiet m'n middagslaapje,
waarop ik erg gesteld ben. er nog bij in."
Een triduum
Om ons die hulp van gebeden te verschaf
fen, biedt zich een voortreffelijke gelegenheid
aan bij het aanstaande triduum ter eere van
O. L. Vrouw van Guadeloupe, de Koningin
van Mexico en van Latijnsch Amerflca.
Mogen de dagen van dit tnduum. 9, 10 en
11 December, In heel de katholieke wereld
dagen worden van gebed en boete ten gunste
van Mexico op de eerste plaats, ten gunste
tevens van Spanje en Rusland. Aan den H.
Stoel blijft het natuurlijk voorbehouden, hier
omtrent vaste bepalingen te geven; maar zou
het U. Zeereerwaarde Pater Provinciaal, niet
mogelijk zijn, dit werk van liefde jegens zoo
-
1
positie, alsof ze plotseling in elkaar waren ge
zakt en op slag dood. Bij geen enkel was eenlg
teeken van doodsstrijd te bespeuren; ze lagen
alle lang uitgestrekt. Voor zoover uit hun
ligging viel te oordeelen. moest de dood on-
mlddellijk zijn Ingetreden.
Het kleine gezelschap passeerde den eenen
en dan den anderen stal en trad dan weer in
de open lucht. Mr. Pontifex haalde een zak
doek uit z'n zak en veegde zijn brllf af. Hij
begon te ondervragen, maar niemand wist iets.
Noch Jermey noch George Albert die op het
erf woonden, had gedurende den nacht ook
maar iets gehoord, er waren drie honden ap
het erf en geen van drieën had aangeslagen.
Wat de knechts betreft, ze woonden alle drie
in het dorp op eenlgen afstand en waren naar
huls gegaan om zes uur den avond te voren.
In Jermey's woning bevond zich een telefoon
en In opdracht van Mr. Pontifex telefoneerde
George Albert naar de stad om <een vee
arts.
Na «en oogenbllk te hebben nagedacht, belde
mr. Pontifex zelf Londen op en vroeg verbinding
met Scotland Yard. Vervolgens keerde hU naar
zijn dochter terug en Instrueerde Jermey de
vergoeding van de bezitters werden geroofd,
heeft verdeeld, natuurlijk met de bedoeling om
zlch*zóó een werktuig te smeden voor politieke
en militaire overmacht. En dit Is zóó waar, dat
de wapenen, die de twee vorige presidenten,
Obrégon en Calles, aan de agrariërs hebben
ultgedeeld, thans door CArdenas In die mate zjjn
vermeerderd, dat hij zich zeker acht en ook
aan zijn partijgenooten de verzekering geeft,
meer dan een mlllioen boeren als hulptroepen
aan het gewone leger te kunnen toevoegen. En
het ligt wel voor de hand, dat deze Uw pen, om
voor het doel geschikt te zijn, doordrongen moe
ten worden van het atheïstisch communftme.
n de groote hall van hótel Cosmopolite te
Bristol zat een keur van menschen. Eenlgen
lazen, anderen speelden bridge, weer ande
ren wuen in een druk gesprek gewikkeld. Nie
mand keek dan ook op, toen een gezette Ame
rikaansche dame de hall binnentrad en onze
ker haar blikken liet rondwaren.
Alleen een jong paartje, dat op z’n huwe
lijksreis was. scheen notitie van de dame te
nemen. Het jonge vrouwtje fluisterde iets in 1
oor van d'r man. HU knikte, stond op en ging
n»ar de plaats waar de dame stond.
„Excuseer me, mevrouw Jarleyzei hij, uiterst
beleefd, ..m'n vrouw en ik zouden het zeer op
prijs stellen, als u de koffie met ons zou willen
gebruiken.... u is alleen, onderstel ik."
„Dat vind ik heel aardig van u,” antwoordde
ae, terwyi ze hem door haar grooten hoornen
bril oplettend aanzag. .Maar hoe weet u mijn
naam?”
Leo Wackles glimlachte: „Uw naam stond
juist boven den mijnen, toen ik In ’t gasten
boek teekende, en ik geloof dat u de eenige
bezoekster uit Amerika is."
Wederom zag mevrouw Jarley hem doordrin
gend aan en vroeg toen: „Was u het ook niet,
die me gisteren met m’n bagage hielp?"
Wackles boog. Ze wandelden nu langzaam op
het tafeltje toe, waar de pas getrouwde me
vrouw Wackles opstond om de oudere dame te
begroeten. Ze was een kleine, blonde vrouw, die
er allerliefst uitzag in haar lichtblauwe japon.
„Ik hoop dat u het ons niet kwalijk neemt,
mevrouw, dat we ons zelf aan u hebben voor
gesteld,” zei ze een beetje verlegen. .Maar we
houden zooveel van Amerikanen en.... en Leo
is eens in Amerika geweest, toen hU nog heel
jong was. Het trekt hem nog altijd aan,"
„Zoo.... dat is interessant," antwoordde
mevrouw Jarley met een innemend lachje. ,,En
u bent nu op de huwelijksreis?”
„O. nu hebt u ons geheim geraden.”
„Dat was zoo moeilijk niet. Dat kan men
wel zien. Ik kan u dus beiden feliclteeren.”
Later op den avond bracht Wackles het ge
sprek weer op hun huwelijk. Ze waren getrouwd
tegen den zin van Muriel's vader, alleen omdat
hjj geen geld had.
.Maar binnenkort,” verklaarde de jonge
vrouw, ,jds Leo met z’n uitvinding voor den
dag komt, zal het geld ons rijkelijk toevloeien.”
Verder werd niet over de uitvinding gespro
ken.
Den volgenden dag. omstreeks theetijd, zat
mevrouw Jarley, die den Wackles sympathiek
gezind scheen te zijn, weer met hen In de hall
en vertelde het een en ander’ over zich zelf.
Haar man was enkele jaren geleden gestor
ven en dit was haar eerste reis naar Engeland.
Ze deelde voorts mee dat hij haar zeer rijk had
achtergelaten.'
Hierop gaf Leo z’n ongerustheid te kennen
over het feit dat de oude dame alleen wenschte
te reizen.
„Zou u geen gezelschapsdame nemen?" vroeg
hij. „Alleen is maar alleen. Er zijn zooveel
slechte menschen in die eerste-klas hotels. Zoo
gauw als men weet dat u geld, veel geld bezit,
zal de een of ander daar op afkomen en u
trachten te berooven.”
Mevrouw Jarley lachte. „Ik geloof, beste jon
gen, dat ik heusch wel op me zelf kan passen.”
zei ze vertrouwelijk. „Ik ben nu de vijftig gepas
seerd en ben werkelijk benieuwd wie er nog met
een vrouw op mijn leeftijd weg zou willen loo-
pen. En wat m’n geld betreft. Ik geloof dat ik
daar even goed op kan passen als op me zelf.'
Leo Wackles schudde het hoofd
„Ik kan u slechts waarschuwen,” zei hjj op
bezorgden toon. „Ziet u bijv, dien man daar
In dat grijze costuum, die met een krant
In z’n handen zit?” vervolgde hij fluisterend.
„Toevallig ken ik hem en weet dat hij heel
eigenaardige zaken op touw zet.”
Muriel Wackles vroeg opgewonden: „O, lie
veling, is dat nu een echte boef? Hoe griezelig!”
Mevrouw Jarley bekeek den aangedulden man
door de glazen van haar grooten bril.
„Hjj lijkt me toch heel onschadeljjk," meende
ge eigenwijs. „Maar enfin: schijn bedriegt. U
kunt wel gelijk hebben."
„Dat heb ik ook.” beweerde Wackles. ..En u
moet zeer voorzichtig met hem zijn, vooral als
hij soms een gesprek met u zou willen aan-
knoopen."
HIJ wendde zich nu tot z’n jonge vrouw.
„En nu, Muriel, zullen w^ maar naar boven
gaan, om eerst die brieven te schrijven."
Na een vrtendelijken groet gingen ze gearmd
de zaal uit, terwijl mevrouw Jarley hen glim
lachend nakeek.
Even later verliet ook de man in ’t grijze cos
tuum de hall.
Nu ik ga me kleeden en dan ko«n Ik
kijken. Jermey, zei de Eerste Minister, zorg er
voor dat niets wordt aangeraakt voor ik er ben.
Lesbia, misschien kan Williamson zorgen voor
wat koffie en toast over, laten we zeggen een
half uur, we kunnen ontbijten als we terug
zijn, je zou misschien wel graag met me mee
Willen gaan naar de boerderij.
Ja. vader, antwoordde Lesbia. Ik ga mee.
U kleedt zich aan en ik zal voor de koffie
■orgen.
Mr. Pontifex ging weer naar boven, sterk
onder den Indruk. H(j lag in een gezonden
slaap toen Williamson hem was komen wek
ken, maar nu waren zjjn gedachten helder en
toen hjj zijn slaapkamer binnenging drong de
volle beteekenis van het tragisch lot dat zijn
vee getroffen had, tot zijn bewustzijn door en
deed hem snakken naar adem en zich aan den
dlchstbijzijnden stoel vastklampen.
Dit was de eerste uiting van de verschrik
kelijke macht van het Driemanschap.
Daaromtrent kon geen twijfel bestaan. Snelle,
plotselinge, onvoorziene dood! Daarmee had de
treurig keken als de beide Jermey's zJf.<
Nu, Jermey, Iaat me de schuren eens
kijken, zei nu mr. Pontifex. Er is toch niets
aangeraakt sinds je vanmorgen de ontdekking
deed?
- Geen strootje is van z’n plaats gelegd
mijnheer en alleen deze deur Is opengemaakt
en ik ben er niet meer in geweest sinds ik
van de Huize binnenkwam, zei de bedrijfsleider,
terwijl hij de sleutels voor den dag haaide.
George Albert en de knechts hebben de lijken
van de arme beestbn nog niet gezien, mijnheer.
1 Lijkt wel een lijkenhuis, mijnheer, waar ze
zij aan zij de dooden naast elkaar leggen. Ik
had nooit kunnen denken, dat ik zoo iets van
mijn levenlang nog zou moeten zien, besloot
Jermey. HU ooende dan een deur en ging
opzij om zijn meester en Lesbia voor te laten
gaan. Ik weet niet, hoe u er zich onder houden
zult, juffrouw; ik werd er beroerd van.
Mr. Pontifex en Lesbia gingen den stal bin
nen met Jermey op hun hielen: George Albert
en de drie knechts vo'gden op eerbiedigen af
stand De stappen van het gezelschap klonken
vreemd in de diepe stilte. Mr. Pontifex dacht
aan z’n bezoek van den vorlg?n dag. aan het
prettige beweeglijke gedoe van het tevreden
vee, aan het gerammel der kettingen, waarmee
ze aan de staken gebonden stonden, aap de
opgewekte drukte van de knechts bij den Jroe-
kenmolen en op den hootsolder en hij voelde
z’n oogen vochtig worden. Wat Lesbia betreft,
ze dacht als in een doodenkasner te staan.
Rechts en links niet anders dan doode
runderen. Stuk voor stuk lagen ae in dezelfde
Uiteraard ben ik overstuur. Ik kan tot nu toe
de zaak niet begrijpen. Gisteren was het vee
volkomen in orde en In uitstekende conditie
Er moet vergiftiging in het spel tijn, zei
Lesbia op overtuigenden toon. Dat is het eenige
wat ik me kan voorstellen. Het eenige. Ze zjjn
natuurlijk vergiftigd vader.
Volgens Jermey’s verhaal, merkte mr.
Pontifex op. terwijl hij zijn kopje opnam,
schijnen ze allemaal tegelijk gestorven te zijn.
Als het een geval was van vergiftiging....
Maar het moet vergiftiging geweest zijn,
zei Lesbia. Wat anders zou het bij mogelijk
heid kunnen zijn?
Ik weet het niet, antwoordde mr. Pon
tifex.
Lesbia keek haar vader met eenige verwon
dering aan. Ze had hem nooit tevoren zoo
bezorgd, zoo ernstig zien kijken, zelfs niet in de
dagen van de schokkende crisis welke zijn
regeering het vorig Jaar had doorstaan. Ze
lette een oogenbllk op hem zonder iets te zeg
gen.
Is er niet iets waar u eenige verdenking
op hebt, vader? vroeg ze dan.
Ik, mijn kind? Neen.... ik heb geen ver
denking, antwoordde mr. Pontifex, ik.... maar
als je
gaan.
Noch vader, noch dochter maakte nog eenige
illusie op de gebeurtenis van dien nacht, tot
ze de modelboerderij bereikt hadden. Daar
troffen ze Jermey en George Albert aan samen
met de drie knechts die op de boerderij dien
den en die op hun Zondagsch even somber en
ngetwijfeld zal u de strijd ter harte gaan,
I 1 die onze Sociëteit onder de leiding van
den H. Stoel met zoo grooten ijver on
dernomen heeft tegen het militante goddelooee
communisme, dat reeds lang buiten Ruslands
grenzen getreden, de heele wereld in een nel-
schen brand tracht te ontsteken.
Mexico, wie zal het ontkennen, is eert van de
landen, waar deze strijd het hevigst woedt. Het
tegen God gekierde bolsjewisme treedt er voort
durend driester op en streeft er naar steeds
dieper te wortelen. Ongetwijfeld staat daarbi'
het plan voorop, om het „rood-zwarte Mexico"
te maken tot een burcht en een uitgelezen aan-
valskolonne tegen heel Amerika. Door zijn lig
ging kan het land, dat over een zoo groote uit
gestrektheid grenst aan de Vereenlgde Staten,
gemakkelijk het bolsjewisme daar Ingang doen
vinden en tegelijk voor de bolsjewistische strijd
macht een breede oorlogsbasls vormen. De na
bijheid van Centraal-Amerlka en Mexico’s
politieke Invloed op de daar wonende rasge-
nooten kunnen er krachtig toe bijdragen, om
de pest van het communisme ook in die ge
westen te verbreiden, wat dan ook door eer.
ondervinding van tien jaren en door menig
getuigenis der Russische communisten met
groote klaarheid wordt bevestigd.
Het betere deel van het Mexicaansche volk,
tevens ook het talrijkste, heeft reeds vanaf 1926
Zich met groote kracht geweerd en daarbij ook
■Ijn toevlucht genomen tot geweld, daar alle
andere in lijdzaamheid aangewende middelen
volkomen vruchteloos bleken en zelfs den te
genstander een aanleiding tot bespotting wer
den. Wij wilden ons verweren ten einde den heil-
loocen opzet, die Staat en Godsdienst ondermin
de, of geheel te verijdelen, of althans minder
noodlottig te maken, en zoo dan weer te komen
tot een staatsinrichting, waarmede wij als
mensch en als katholiek vrede konden nemen.
Toen echter, zooals bekend is, de gewapende
macht der katholieken zoo krachtig was gewor
den, dat de troepen der tyrannen niet meer Ir.
staat waren haar tegen telhouden, is men doo.
valsche beloften en door huichelachtige overeen
komsten met de Kerkvoogden er in geslaagd, d»
burgers uit vrije beweging hun niet verwonnen
wapenen te doen neerleggen. Sedert deze ge
beurtenissen in Juni 1929 is de trots en de on
beschaamdheid onzer vijanden zoozeer aange
groeid, dat zij nog vóór het einde van 1931 hun
voor het katholicisme, wjj zeggen niet kne'len-
de maar moordende wetten hebben vermenigvul
digd en die voortdurend hebben verzwaard, ioo-
dat het In onze dagen tot dit uiterste is ge
komen: dat vele Staten van Mexico aan lede
ren Priester het verblijf ontzeggen, terwijl de
overige dit slechts met moeite aan een uiterst ge
ring aantal Priesters verleenen; dat vele ’•on-
derden kerken een profane bestemming kregen
en alle kerkeiljke gebouwen, Seminaries en Col
leges, ja zelfs vele particuliere woningen, wier
eigenaars me^
laten of gelege
bijeenkomsten,
onderricht, ofwel
klaard of althrf
nood ontkwan/n
Een bede om hulp
Btj deze toestanden komen wij, Mexicanen,
ons wenden tot onze broeders de katholieken
van de gansche wereld, ledematen van den-
zelfden Christus, en wij smeeken, wij roe
pen luid om hulp. Moge toch overal ter we
reld voor ons gebeden worden. Het geldt hier
niet onze belangen alleen; het gaat er om.
de belangen van Gods Kerk, de belangen van
God zelf tegen de pest van het communisme
te beveiligen. O alle heilig ?n Gods, hetzij gij
reeds de zegevierende Kerk mocht binnen
gaan, hetzij 8Ü nog met ons behoort tot de
strijdende Kerk, weest onze voorsprekers, nu
Wij zoo droevig zuchten bij den harden stitjd.