p Met twee kameraadjes op avonturenreis v 3 u m&uU wm den daq /MS DE TOESTAND IN MEXICO I joSPRIJS ‘ft -•? I I ,4» - DE ÏOOR LONDEN SI I 4 ZATERDAG 7 DECEMBER 1935 EEN GEBEDSACTIE Fritz Reuter op zijn best Tolstoi in cijfers DOOR FLETCHER 1 i I ‘Z r: F/ I» '/«V De uitvinding van Wackles n U’s. ïfIJI renster in transluctde-emaü, „Leven van Maria,” door Nico Witteman zoe- God bij levenslange geheels ongeschiktheid tot werken door keken VIJFDE HOOFDSTUK - klaar bent zullen we door het park een (Wordt vervolgd) 4 i i Uw nederige dienaar In Chr. ADOLFO PULIDO S. J. Door het gat heen dat de slang in den band gebeten had stroomde de lucht en de slang werd hoe langer hoe dikker. Ze werd gewoon opgeblazen. en eindelijk was het monster dood. Daarop nam de mijnheer de slang, haalde den leegen binnenband van het wiel en deed de doode slang er voor In kan je toch zeker niet opblazen?" Deze werd er een beetje boos om. „Denk je soms dat ik hier een beetje ztt te liegen,” zei hij tegen Piet. ,Jk heb bet verhaal zeil heurd ven len mieneer uut de stad.” Daarop stond hij op en liep met een nijdig „G’navend saom” het erf af. Dat Is Jocelyn, viel »e uit. HU had beloofd hier voor het ontbUt te zullen zijn. r- t i re- dat van Ukt. Het dli yewisme openlijk in 'enaatnde zes-Jaren- natlonaal-revo’ution- Vertegenwoordlger Is van communistenpartij, een program, ervan verdacht Priesters toe te Iheld te geven tot godsdienstige af was het louter catechismus reeds werden verbeurd ver- aan dat gevaar ternauwer- r Openlijke propaganda voor I het Bolsjewisme Bovendien Iwordt het Mexico geprad plan, opgesteli nalren bond, de Russische dat President CArdenas beloofd heeft uit te voeren, is volslagen atheïstisch en communis tisch. Een vrucht daarvan was de ons opge drongen socialistische openbare school, in alle opzichten gekant tegen God en volkomen bols- Dit blijkt wel uit het verplichte uit en Ter gelegenheid van den 25sten sterfdag van Tolstoi publiceeren de Sowjet-kranten uitvoe rige opgaven over de oplagen van de werken van Tolstoi In de Sowjet-Unie. Gedurende 19171922 zijn, ondanks het ge brek aan papier, dat In deze jaren heerschte, 142 uitgaven van de werken van Tolstoi uitgekomen in een oplage van 1.892.500 exemplaren. In de jaren 1923 tot 1925 zUn 55 Tolstoi uitgaven in ongeveer 1 miljoen exemplaren verschenen. De totale oplage van de boeken van Tolstoi, die in de Sowjet-Unie tot nu toe zijn uitgekomen be reikte dit jaar een hoogte van 5.189.000 boeken. Daarbij komen nog ongeveer 100 Tolstoi dee- len in een totale oplage van 578.000 exemplaren, die In meer dan 40 nlet-Russlsche talen, Oe- kralnlsch, Klrglstlsch, Aserbeldsjansch, Poolsch. Boerjatlsch, oud-Joodsch. Grieksch, Boecharisch enz. zijn verschenen. (F8U) de plaats, waarna hij weer rustig verder reed. „Ziezoo” besloot Jan. „Dit Is het ver haal.” Ze waren er allemaal stil van. Ze hadden het verhaal werkelUk geloofd. Doch Piet begon toch een beetje te twijfelen en hij zei tegen Jan „hoe kan dat nu, een slang ater Adolf Pulido van het Ysleta Col lege te El Paso in Texas (Mexico) heeft aan al de Paters ProvlncU al der Sociëteit van Jesus een rondschrijven gezonden, teneinde hun aanmoediging te vragen voor een gebedsactie gedurende een triduum tijdens dezen Advent, nl. op 9. 10 en 11 December. Dit schrijven, waarvan wij hieronder den volledigen tekst laten, volgen, geeft wel een schril beeld van de Mexicaan- sche toestanden in onze dagen: Pater Puli do schrijft, aan eiken Provinciaal persoon lijk: ■w -w yij twijfelen niet, of deze zoo schril VV geschilderde toestanden zullen ook bulten de kloosters der Jesuieten diepen indruk maken, en menig priester, menig leek, zal, na kennis te hebben ge nomen van dezen noodkreet, aan de ge vraagde gebeds-actie deelnemen, haar steu nen en bevorderen. een lage streek begaan zijn, vader, zet Lesbia ten slotte. Ja, antwoordde mr. Pontifex gejaagd. zwaar verdrukte broeders onder de leden van Uw provincie te bevorderen? Het kan wel niet anders, of voor dit liefderijk hulpbetoon zul len God en de HL Maagd U en Uw provincie loonen met overvloedlgen zegen. Bij het Bloed van Jezus Christus vragen en smefeken wjj U allen, ons tijdens dat triduum te geden ken, niet alleen gij, die met ons de Sociëteit Uwe Moeder noemt, maar ook het volk, waar over Uw geestelijke Invloed zich uitstrekt. En als daarbij voor 12 December, den feestdag van O. L. Vrouw van Guadeloupe, een alge- meene H. Communie tot redding van Mexico kon worden bevorderd, dan zou het ons be wezen liefdeblijk daarin een waardige vol tooiing vinden. Mexico zal door gebed gered worden, heeft Z. H. de Paus gezegd. Laten wij bidden, en het H. Hart van Jezus en Zijn on bevlekte Moeder een heilig geweld aandoen In het vertrouwen, dat U ons verzoek zult Inwilligen, en U belovend, dat 4u In ons Col lege al onze helpers en weldoeners aan zullen aanbevelen, blijf Ik Gedurende de volgende dagen was het weer prachtig; men zag het jonge paar en mevrouw Jarley veel in eikaars gezelschap. Ze maakten gezamenlijk autotochten en wandelingen en aten aan een zelfde tafel. Ofschoon ze op hun huwelijksreis waren, schenen ze het bijzijn van mevrouw Jarley zeer op prijs te stellen. Toen dan ook een week later de weduwe hun mede deelde dat ze over enkele dagen naar Londen zou vertrekken, gaven ze daarover hun spijt te kennen. Op den morgen vóór het vertrek kwam Mu riel beneden en vond haar Amerikaansche vriendin In druk gesprek met den man in het grtjae costuum.. Zij wachtte, In een fauteuil ge zeten, totdat de man heenging, wat hij reeds kort daarna deed. „Wel, kind, waar is je man?” Informeerde mevrouw Jarley. toen Muriel haar goeden mor gen wenschte. A I I 17 A ROMM ïé’d °P blad ryn tngevolge de verzekerlngsvoorwaarden tegen <7 7^0 levenslange geheele ongeschiktheid tot werken door 17 7CA WJ ongeval met 17 OKD vertlee van sen hand /A I si if- riDVllllI-) kJ ongevallen verzekerd voor een der volgends ultkeerlngen 1 VU«* verlies van belde armen, belde beenen of beide oogen F Ws* doode lijken afloop 1 &UV«* een voet AANGIFTE MOET, OP STRAFFE VAN VERLIES VAN ALLE RECHTEN. GESCHIEDEN UITERLIJK DRIE MAAL VIER EN TWINTIG UUR NA HET ONGEVAL Radicalisme der Regeering Om alles kort samen te vatten: de huidig geering openbaart zich als zóó radicaal, niemand minder dan Calles zelf, de beul de katholieken, tracht door te gaan voor meer gematigd, ongetwijfeld echter met de bedoeling, zijn verloren post van opperaanvoerder der re volutie met den steun van het buitenland weer terug te winnen. Toch zou het een jammer’ijke onvoorzichtigheid zijn, dezen dwingeland, die noch voor God noch voor zijn medemenschen eenige achting toonde, ook maar het geringste vertrouwen te geven. Uit documenten immers is gebleken, dat hij, zoodra het hem duidelijk was. dat hij CArdenas’ benoeming tot president niet meer verhinderen kon. hem een radicaal pro gram heeft voorgelegd, alleen om hem daar door met grooter zekerheid en spoediger tot val te brengen. En thans, nu reeds lang weer alle rechtmatige klachten vruchteloos bleken, nu alle rekesten van kerk en burgerij hardnekkig en zonder op gave van redenen zijn afgewezen, ja zq’fs door de tyrannen aan de bespotting werden prijsge geven, neemt het Mexicaansche volk opnieuw zijn toevlucht tot een rechtmatige gewapende verdediging. Doch thans zijn door de tallooze he- roovlngen de meeste gelden In handen der slech ten gekomen. Slechts langzaam, 41 te langzaam zal de bevrijding komen, en bijna overal heerscht nog de brutaalste tyrannie. waardoor de stof felijke maar bovenal de zedelijke verwoesting wordt bestendigd en vergroot. Onze Priesters dragen intusschen hun beklagenswaardig lot. Voor een deel zijn zij in ballingschap of moe ten zij zich verborgen houden. De anderen, nauwelijks geduld, door gevaren omringd, „ijr. hoezeer zij zich ook uitsloven, hoegenaamd niet bij machte, de zorg voor een zoo talrijke kudde te behartigen. Trouwens ook tegen hen is reeds de vervolging losgebroken op dezelfd wijze als ten tijde van Calles: binnen een tijdsbestek van weinige dagen werden in Gua- dalaxara een en dertig Priesters gevangen ge zet. Te Eisenach toont men den vreemdeling gaarne de mooie villa, In dewelke de plat- Duitsche schrijver Fritz Reuter lange jaren heeft gewoond, alsook zijn stamlokaal „Zum Löwen", waar hij verschillende avonden van de week In gezelschap van enkele brave bur gers uit alle kringen der stad heeft doorge bracht. Hij vertelde dan de zonderlingste ver halen en hij was steeds vriéndelijk gestemd. Eén ding kon hij echter niet verdragen, na melijk, dat men hem In het plat-Dultsch aan sprak. Nu wilde het toeval. dat in hetzelfde lokaal ook vaak een rijke koopman, een be kend snftlpaap, uit Hamburg, vertoefde, die steeds weer trachtte in het plat-Dultsch toe nadering tot den populalren schrijver te ken. Noch de koopman, noch diens pogingen vielen echter in den smaak varf Reuter. Op zekeren avond zit de koopman te kaar ten met een leeraar. De koopman heeft zwart haar, maar een grijzen baard. De leeraar daar entegen heeft grijs baar, maar een donkeren baard. Plotseling staat de koopman op, stapt op Reuter toe en vraagt hem In het platste Dultsch: Hoe komt dat toch, dokter, dat de professor een grijs hoofd en een zwarten baard heeft, terwijl Ik een grijzen baard en zwart haar heb?” „Nu heb Ik je", dacht Reuter en hij ant woordde, niet minder plat: '„Dat komt, omdat de professor zijn leven lang met zijn hersens heeft gewerkt maar jij je leven lang met je kinnebakken.” stallen weer te sluiten tot de veearts zou komen, waarop hij en Lesbia zwijgend naar de Huize terugkeerden. D'r moet Tot Miss Pontifex’ groote verba «ing bestuuro. mr. Jocelyn Chenery niet zelf zijn auto; oogen- bllkkelijk bleek, dat hij daartoe ook niet in staat was. want hij steeg uit met zijn rechter hand en zijn pols verbonden en hangend in een draagband, oogenschljnlijk was hij handgemeen geweest. De Eerste Minister staarde met ver wondering naar zijn secretaris. O Jocelyn, wat is er gebeurd, vroeg Lesbia angstig, toen de jongeman de laan uit hun tegemoet schreed. Een ongeluk? Niets, niets, wees genist, antwoordde Jocelyn haastig, haar de linkerhand toestekend. Een klein avontuur gisteren in Hyde Park; ik zal het u straks wel vertellen. Hoe is het er mee Lesbia en hoe vaart u mijnheer en waarom bent u dezen prachtlgen morgen al zoo vroeg op het pad? En nu ik wat beter toezie, wat kijkt u belden ernstig. De Eerste Minister kuchte. Jocelyn Chenery kende die kuch, hij had haar al zoo vaak ge hoord. 1 Was het kuchje waarmee mr. Pon tifex zijn antwoord aan audiëntlegangera veelal deed voorafgaan, of een beslissing op een rechtstreeksche vraag en het beteekrnde dat die taak hem niet aangenaam «ras Hij wierp een verstolen blik op het gelaat van zijn chef en zag dat er iets was voorgevallen jewlstisch. leerprogram, uit officleele redevoeringen, den tekst der voorgeschreven leerboeken uit de droevige feiten, waardoor de bedorven heid der leerlingen aan den dag kwam. Daar bij worden, op allerlei wijzen, door boeken en brochures, door kranten en propaganda blaad jes. door schilderijen en wandkaarten, door radio-lezlngen, tooneelvoorstelllngen en volks feesten, ja zelfs door missles onder de platte landsbevolking de bolsjewistische denkbeelden officieel door de regeering bevorderd en de ge moederen der ongeletterden aangewakkerd tot den strijd tegen God, Kerk en kapitaal. Doch wat misschien nog het noodlottigs! is, heel het streven van president Cérdenas en zijn collega’s is erop gericht, alle werknemers en landbouwers te vereenigen tot een groot en door de regee ring beschermd syndicaat,'ten einde zóó des te zekerder, krachtiger en sneller de dictatuur van het proletariaat tot stand te brengen. Zijn voor naamste verwachtingen heeft de president geves tigd op de agrariërs, dat is op die landbouwers, onder welke hij de gronden, die zonder eenige geheimzinnige vreemdeling gedreigd en dat was het hetgeen volgens Jermey over het arme vee gekomen was. Gisterenavond was het in uit stekende conditie, had het alles wat het maar wenschen kon.... dezen morgen alles dood Mr. Pontifex huiverde toen hij de volle beteekenis van het geval overdacht. Groote hemel! zei hij in zichzelf. Als het werkelijk zoo isals het.... werkelijk.... zoo is. Terwijl hij zich kleedde, moest hij voort durend aan de verschrikkelijke zaak rksnken waarvoor hjj zoo plotseling was geplaatst, de misdadige bedreiging. Nu geloofde hij niet langer dat de onbekende een krankzinnige was. Hij herinnerde zich zijn rustige zekere houding, zijn onhellspellenden blik, toen hjj hem, mr. Pontifex beloofde, dat hij hem een staaltje zou laten zien van de macht die hjj en zijn kame raads konden uitoefenen. Een voorproefje.... neen van twee voorproefjes had hij gesproken. Het eerste had zich gericht tot stomme dieren, arme hulpelooze beesten, veronderstel dat het bij het vo’gende zou gaan om men- schehjke wezens die per slot van rekening er zich ook niet tegen konden verdedigen? Een vreeaelijke angst kwam bij de gedachte alleen In mr. Pontifex op en een angst met de ïllen- dige vrees voor het onbekende, het niet te voorziene. Het heeft u overstuur gemaakt, vader, zei Lesbia, toen htl weer beneden kwam waar hij haar met koffie en warme toast on hem vond wachten. Dat ia zoo, antwoordde mr. Pontifex. lage streek, een lage streek. Een auto reed juist de laan op, toen re Somerboume Huize bereikten; Lesbia kleurde. .Hij is uitgegaan om een wandeling te ma- ken?* De jonge vrouw boog zich voorover en zei zacht en vertrouweltjk„Maar, eigenlijk, lieve mevrouw, wilde ik u juist over hem spreken.” „Dat klinkt nogal Interessant! Wat scheelt er aan, kindlief?” „Ja ziet....," Muriel aarzelde even. Ik.... Ik ben bang, dat u het vreeselijk brutaal van mij zult vinden, maar....” .Maar wat. m’n beste?" vroeg mevrouw Jar ley vriendelijk. Muriel aarzelde opnieuw. Dan raapte ze al haar moed bijeen en liet zich gaan: „Het ia morgen Leo’s verjaardag. Ik heb een schitte rende verrassing voor hem en.... daarbij heb Ik u noodig. Ziet u, de uitvinding van hem...." Ze sprak gehaast verder. Haar stem beefde, haar oogen smeekten en ftaar kleine handen maakten zenuwachtige bewegingen. Af en toe knikte mevrouw Jarley bevestigend. Ze scheen zeer geïnteresseerd. Toen Muriel uitgesproken had, stond ze op en zei: „Ga met me meenaar m’n kamer; Ik zal zien wat ik doen kan." Toen Wackles een uur daarna terugkeerde van z'n wandeling, vond hij Muriel in hun ka mer. Ze staarde op een stuk rose papier. „En?” vroeg hij „Is t je gelukt?" „Ja.” Het klonk zonder de minste geestdrift. ..Hier is een chèque van 1000 pond." „Uitstekend. Hoe ging het? Nog moeite ge had?” vroeg hl). .Moeite? Heb je wel eens geprobeerd van een blinden man geld weg te halen? Ze kocht den heelen boel zonder veel te vragen. Ze maakte er zelfs nog d’n chèqué aan „toonder” van, zoodat je vrouwtje je mor gen zou kunnen verrassen met een stapel bank biljetten voor je z.g. verjaardag.” Wackles grijnslachte. „Zoo, zoo. en nu denkt die oude dwaze vrouw dat ze aandeelhoudster Is van de NV. Maatschappij tot het doen van Uitvindingen. Nu luister, Muriel. Ik neem den trein van 12 uur naar Londen. Jij volgt direct na de lunch, als ze slaapt, met een auto. Bestel al vast de plaatsen voor de boot van vannacht naar Calais, als je in Londen komt. Hier heb je geld. Tot vanavond op de boot." Aan de lunch zei Muriel tot mevrouw Jarley: ,M’n lieve man ligt in bed. Ik vrees dat hij zich teveel vermoeid heeft vanmorgen. Maar morgen, op z’n verjaardag, zal hij zich wel weer beter voelen, denkt u ook niet?” Mevrouw Jarley. die na de lunch, volgens haar gewoonte, een uurtje was gaan rusten, werd Ineens opgeschrikt door een heftig klop pen op de deur en riep: „Binnen!” De man in ’t grijze costuum stond op den drempel. De man sprak enkele minuten kalm en haal de daarna twee photo’s uit z’n zak. Mevrouw Jarley keek er naar en glimlachte. „Zoo, dus u komt me vertellen dat die Wack- lessen een paar brutale oplichters zijn?” De hoteldetective knikte bevestigend. „Ik heb u toch al vanmorgen tegen hen ge. waarschuwd, mevrouw.” „Inderdaad," zei de dame, terwijl het aan zetten van een auto buiten het verder spreken onmogelijk maakte. .Nu." vervolgde zij. ,jse zul len het u in geen geval meer lastig maken. Wackles ging vanmorgen naar Londen om een chëque van 1000 pond te Innen en z’n vrouw reist hem na.”’ „Gaf u hem een chèque van 1000 pond, me vrouw?" vroeg de detective, angstig en verbaasd. „Ja.” gaf mevrouw Jarley kalm teiT ant woord, „maar direct daarop belde ik Scotland- Yard op. Ik geloof niet dat Wackles een pret tige ontvangst aan de bank wacht.” De detective keek haar met een bedenke lijk gezicht aan. „Ik ben bang...." Maar mevrouw Jarley liet hem niet uit spreken. .Mijnheer.” sprak ze langzaam en met na druk, „een jaar geleden ging Wackles er met 20.000 dollars van door van een Amerikaansch burger. Toen de politie er niet in geslaagd was de hand op Wackles te leggen, belde die burger een privé detective-bureau op. Mij werd toen als lid van dat bureau opgedragen te zorgen, dat hij in de gevangenis kwam. Ik geloof dat ik daarin geslaagd ben. En nu, mijnheer, wees zoo goed de deur achter u dicht te doen, als u weggaat, andérs schiet m'n middagslaapje, waarop ik erg gesteld ben. er nog bij in." Een triduum Om ons die hulp van gebeden te verschaf fen, biedt zich een voortreffelijke gelegenheid aan bij het aanstaande triduum ter eere van O. L. Vrouw van Guadeloupe, de Koningin van Mexico en van Latijnsch Amerflca. Mogen de dagen van dit tnduum. 9, 10 en 11 December, In heel de katholieke wereld dagen worden van gebed en boete ten gunste van Mexico op de eerste plaats, ten gunste tevens van Spanje en Rusland. Aan den H. Stoel blijft het natuurlijk voorbehouden, hier omtrent vaste bepalingen te geven; maar zou het U. Zeereerwaarde Pater Provinciaal, niet mogelijk zijn, dit werk van liefde jegens zoo - 1 positie, alsof ze plotseling in elkaar waren ge zakt en op slag dood. Bij geen enkel was eenlg teeken van doodsstrijd te bespeuren; ze lagen alle lang uitgestrekt. Voor zoover uit hun ligging viel te oordeelen. moest de dood on- mlddellijk zijn Ingetreden. Het kleine gezelschap passeerde den eenen en dan den anderen stal en trad dan weer in de open lucht. Mr. Pontifex haalde een zak doek uit z'n zak en veegde zijn brllf af. Hij begon te ondervragen, maar niemand wist iets. Noch Jermey noch George Albert die op het erf woonden, had gedurende den nacht ook maar iets gehoord, er waren drie honden ap het erf en geen van drieën had aangeslagen. Wat de knechts betreft, ze woonden alle drie in het dorp op eenlgen afstand en waren naar huls gegaan om zes uur den avond te voren. In Jermey's woning bevond zich een telefoon en In opdracht van Mr. Pontifex telefoneerde George Albert naar de stad om <een vee arts. Na «en oogenbllk te hebben nagedacht, belde mr. Pontifex zelf Londen op en vroeg verbinding met Scotland Yard. Vervolgens keerde hU naar zijn dochter terug en Instrueerde Jermey de vergoeding van de bezitters werden geroofd, heeft verdeeld, natuurlijk met de bedoeling om zlch*zóó een werktuig te smeden voor politieke en militaire overmacht. En dit Is zóó waar, dat de wapenen, die de twee vorige presidenten, Obrégon en Calles, aan de agrariërs hebben ultgedeeld, thans door CArdenas In die mate zjjn vermeerderd, dat hij zich zeker acht en ook aan zijn partijgenooten de verzekering geeft, meer dan een mlllioen boeren als hulptroepen aan het gewone leger te kunnen toevoegen. En het ligt wel voor de hand, dat deze Uw pen, om voor het doel geschikt te zijn, doordrongen moe ten worden van het atheïstisch communftme. n de groote hall van hótel Cosmopolite te Bristol zat een keur van menschen. Eenlgen lazen, anderen speelden bridge, weer ande ren wuen in een druk gesprek gewikkeld. Nie mand keek dan ook op, toen een gezette Ame rikaansche dame de hall binnentrad en onze ker haar blikken liet rondwaren. Alleen een jong paartje, dat op z’n huwe lijksreis was. scheen notitie van de dame te nemen. Het jonge vrouwtje fluisterde iets in 1 oor van d'r man. HU knikte, stond op en ging n»ar de plaats waar de dame stond. „Excuseer me, mevrouw Jarleyzei hij, uiterst beleefd, ..m'n vrouw en ik zouden het zeer op prijs stellen, als u de koffie met ons zou willen gebruiken.... u is alleen, onderstel ik." „Dat vind ik heel aardig van u,” antwoordde ae, terwyi ze hem door haar grooten hoornen bril oplettend aanzag. .Maar hoe weet u mijn naam?” Leo Wackles glimlachte: „Uw naam stond juist boven den mijnen, toen ik In ’t gasten boek teekende, en ik geloof dat u de eenige bezoekster uit Amerika is." Wederom zag mevrouw Jarley hem doordrin gend aan en vroeg toen: „Was u het ook niet, die me gisteren met m’n bagage hielp?" Wackles boog. Ze wandelden nu langzaam op het tafeltje toe, waar de pas getrouwde me vrouw Wackles opstond om de oudere dame te begroeten. Ze was een kleine, blonde vrouw, die er allerliefst uitzag in haar lichtblauwe japon. „Ik hoop dat u het ons niet kwalijk neemt, mevrouw, dat we ons zelf aan u hebben voor gesteld,” zei ze een beetje verlegen. .Maar we houden zooveel van Amerikanen en.... en Leo is eens in Amerika geweest, toen hU nog heel jong was. Het trekt hem nog altijd aan," „Zoo.... dat is interessant," antwoordde mevrouw Jarley met een innemend lachje. ,,En u bent nu op de huwelijksreis?” „O. nu hebt u ons geheim geraden.” „Dat was zoo moeilijk niet. Dat kan men wel zien. Ik kan u dus beiden feliclteeren.” Later op den avond bracht Wackles het ge sprek weer op hun huwelijk. Ze waren getrouwd tegen den zin van Muriel's vader, alleen omdat hjj geen geld had. .Maar binnenkort,” verklaarde de jonge vrouw, ,jds Leo met z’n uitvinding voor den dag komt, zal het geld ons rijkelijk toevloeien.” Verder werd niet over de uitvinding gespro ken. Den volgenden dag. omstreeks theetijd, zat mevrouw Jarley, die den Wackles sympathiek gezind scheen te zijn, weer met hen In de hall en vertelde het een en ander’ over zich zelf. Haar man was enkele jaren geleden gestor ven en dit was haar eerste reis naar Engeland. Ze deelde voorts mee dat hij haar zeer rijk had achtergelaten.' Hierop gaf Leo z’n ongerustheid te kennen over het feit dat de oude dame alleen wenschte te reizen. „Zou u geen gezelschapsdame nemen?" vroeg hij. „Alleen is maar alleen. Er zijn zooveel slechte menschen in die eerste-klas hotels. Zoo gauw als men weet dat u geld, veel geld bezit, zal de een of ander daar op afkomen en u trachten te berooven.” Mevrouw Jarley lachte. „Ik geloof, beste jon gen, dat ik heusch wel op me zelf kan passen.” zei ze vertrouwelijk. „Ik ben nu de vijftig gepas seerd en ben werkelijk benieuwd wie er nog met een vrouw op mijn leeftijd weg zou willen loo- pen. En wat m’n geld betreft. Ik geloof dat ik daar even goed op kan passen als op me zelf.' Leo Wackles schudde het hoofd „Ik kan u slechts waarschuwen,” zei hjj op bezorgden toon. „Ziet u bijv, dien man daar In dat grijze costuum, die met een krant In z’n handen zit?” vervolgde hij fluisterend. „Toevallig ken ik hem en weet dat hij heel eigenaardige zaken op touw zet.” Muriel Wackles vroeg opgewonden: „O, lie veling, is dat nu een echte boef? Hoe griezelig!” Mevrouw Jarley bekeek den aangedulden man door de glazen van haar grooten bril. „Hjj lijkt me toch heel onschadeljjk," meende ge eigenwijs. „Maar enfin: schijn bedriegt. U kunt wel gelijk hebben." „Dat heb ik ook.” beweerde Wackles. ..En u moet zeer voorzichtig met hem zijn, vooral als hij soms een gesprek met u zou willen aan- knoopen." HIJ wendde zich nu tot z’n jonge vrouw. „En nu, Muriel, zullen w^ maar naar boven gaan, om eerst die brieven te schrijven." Na een vrtendelijken groet gingen ze gearmd de zaal uit, terwijl mevrouw Jarley hen glim lachend nakeek. Even later verliet ook de man in ’t grijze cos tuum de hall. Nu ik ga me kleeden en dan ko«n Ik kijken. Jermey, zei de Eerste Minister, zorg er voor dat niets wordt aangeraakt voor ik er ben. Lesbia, misschien kan Williamson zorgen voor wat koffie en toast over, laten we zeggen een half uur, we kunnen ontbijten als we terug zijn, je zou misschien wel graag met me mee Willen gaan naar de boerderij. Ja. vader, antwoordde Lesbia. Ik ga mee. U kleedt zich aan en ik zal voor de koffie ■orgen. Mr. Pontifex ging weer naar boven, sterk onder den Indruk. H(j lag in een gezonden slaap toen Williamson hem was komen wek ken, maar nu waren zjjn gedachten helder en toen hjj zijn slaapkamer binnenging drong de volle beteekenis van het tragisch lot dat zijn vee getroffen had, tot zijn bewustzijn door en deed hem snakken naar adem en zich aan den dlchstbijzijnden stoel vastklampen. Dit was de eerste uiting van de verschrik kelijke macht van het Driemanschap. Daaromtrent kon geen twijfel bestaan. Snelle, plotselinge, onvoorziene dood! Daarmee had de treurig keken als de beide Jermey's zJf.< Nu, Jermey, Iaat me de schuren eens kijken, zei nu mr. Pontifex. Er is toch niets aangeraakt sinds je vanmorgen de ontdekking deed? - Geen strootje is van z’n plaats gelegd mijnheer en alleen deze deur Is opengemaakt en ik ben er niet meer in geweest sinds ik van de Huize binnenkwam, zei de bedrijfsleider, terwijl hij de sleutels voor den dag haaide. George Albert en de knechts hebben de lijken van de arme beestbn nog niet gezien, mijnheer. 1 Lijkt wel een lijkenhuis, mijnheer, waar ze zij aan zij de dooden naast elkaar leggen. Ik had nooit kunnen denken, dat ik zoo iets van mijn levenlang nog zou moeten zien, besloot Jermey. HU ooende dan een deur en ging opzij om zijn meester en Lesbia voor te laten gaan. Ik weet niet, hoe u er zich onder houden zult, juffrouw; ik werd er beroerd van. Mr. Pontifex en Lesbia gingen den stal bin nen met Jermey op hun hielen: George Albert en de drie knechts vo'gden op eerbiedigen af stand De stappen van het gezelschap klonken vreemd in de diepe stilte. Mr. Pontifex dacht aan z’n bezoek van den vorlg?n dag. aan het prettige beweeglijke gedoe van het tevreden vee, aan het gerammel der kettingen, waarmee ze aan de staken gebonden stonden, aap de opgewekte drukte van de knechts bij den Jroe- kenmolen en op den hootsolder en hij voelde z’n oogen vochtig worden. Wat Lesbia betreft, ze dacht als in een doodenkasner te staan. Rechts en links niet anders dan doode runderen. Stuk voor stuk lagen ae in dezelfde Uiteraard ben ik overstuur. Ik kan tot nu toe de zaak niet begrijpen. Gisteren was het vee volkomen in orde en In uitstekende conditie Er moet vergiftiging in het spel tijn, zei Lesbia op overtuigenden toon. Dat is het eenige wat ik me kan voorstellen. Het eenige. Ze zjjn natuurlijk vergiftigd vader. Volgens Jermey’s verhaal, merkte mr. Pontifex op. terwijl hij zijn kopje opnam, schijnen ze allemaal tegelijk gestorven te zijn. Als het een geval was van vergiftiging.... Maar het moet vergiftiging geweest zijn, zei Lesbia. Wat anders zou het bij mogelijk heid kunnen zijn? Ik weet het niet, antwoordde mr. Pon tifex. Lesbia keek haar vader met eenige verwon dering aan. Ze had hem nooit tevoren zoo bezorgd, zoo ernstig zien kijken, zelfs niet in de dagen van de schokkende crisis welke zijn regeering het vorig Jaar had doorstaan. Ze lette een oogenbllk op hem zonder iets te zeg gen. Is er niet iets waar u eenige verdenking op hebt, vader? vroeg ze dan. Ik, mijn kind? Neen.... ik heb geen ver denking, antwoordde mr. Pontifex, ik.... maar als je gaan. Noch vader, noch dochter maakte nog eenige illusie op de gebeurtenis van dien nacht, tot ze de modelboerderij bereikt hadden. Daar troffen ze Jermey en George Albert aan samen met de drie knechts die op de boerderij dien den en die op hun Zondagsch even somber en ngetwijfeld zal u de strijd ter harte gaan, I 1 die onze Sociëteit onder de leiding van den H. Stoel met zoo grooten ijver on dernomen heeft tegen het militante goddelooee communisme, dat reeds lang buiten Ruslands grenzen getreden, de heele wereld in een nel- schen brand tracht te ontsteken. Mexico, wie zal het ontkennen, is eert van de landen, waar deze strijd het hevigst woedt. Het tegen God gekierde bolsjewisme treedt er voort durend driester op en streeft er naar steeds dieper te wortelen. Ongetwijfeld staat daarbi' het plan voorop, om het „rood-zwarte Mexico" te maken tot een burcht en een uitgelezen aan- valskolonne tegen heel Amerika. Door zijn lig ging kan het land, dat over een zoo groote uit gestrektheid grenst aan de Vereenlgde Staten, gemakkelijk het bolsjewisme daar Ingang doen vinden en tegelijk voor de bolsjewistische strijd macht een breede oorlogsbasls vormen. De na bijheid van Centraal-Amerlka en Mexico’s politieke Invloed op de daar wonende rasge- nooten kunnen er krachtig toe bijdragen, om de pest van het communisme ook in die ge westen te verbreiden, wat dan ook door eer. ondervinding van tien jaren en door menig getuigenis der Russische communisten met groote klaarheid wordt bevestigd. Het betere deel van het Mexicaansche volk, tevens ook het talrijkste, heeft reeds vanaf 1926 Zich met groote kracht geweerd en daarbij ook ■Ijn toevlucht genomen tot geweld, daar alle andere in lijdzaamheid aangewende middelen volkomen vruchteloos bleken en zelfs den te genstander een aanleiding tot bespotting wer den. Wij wilden ons verweren ten einde den heil- loocen opzet, die Staat en Godsdienst ondermin de, of geheel te verijdelen, of althans minder noodlottig te maken, en zoo dan weer te komen tot een staatsinrichting, waarmede wij als mensch en als katholiek vrede konden nemen. Toen echter, zooals bekend is, de gewapende macht der katholieken zoo krachtig was gewor den, dat de troepen der tyrannen niet meer Ir. staat waren haar tegen telhouden, is men doo. valsche beloften en door huichelachtige overeen komsten met de Kerkvoogden er in geslaagd, d» burgers uit vrije beweging hun niet verwonnen wapenen te doen neerleggen. Sedert deze ge beurtenissen in Juni 1929 is de trots en de on beschaamdheid onzer vijanden zoozeer aange groeid, dat zij nog vóór het einde van 1931 hun voor het katholicisme, wjj zeggen niet kne'len- de maar moordende wetten hebben vermenigvul digd en die voortdurend hebben verzwaard, ioo- dat het In onze dagen tot dit uiterste is ge komen: dat vele Staten van Mexico aan lede ren Priester het verblijf ontzeggen, terwijl de overige dit slechts met moeite aan een uiterst ge ring aantal Priesters verleenen; dat vele ’•on- derden kerken een profane bestemming kregen en alle kerkeiljke gebouwen, Seminaries en Col leges, ja zelfs vele particuliere woningen, wier eigenaars me^ laten of gelege bijeenkomsten, onderricht, ofwel klaard of althrf nood ontkwan/n Een bede om hulp Btj deze toestanden komen wij, Mexicanen, ons wenden tot onze broeders de katholieken van de gansche wereld, ledematen van den- zelfden Christus, en wij smeeken, wij roe pen luid om hulp. Moge toch overal ter we reld voor ons gebeden worden. Het geldt hier niet onze belangen alleen; het gaat er om. de belangen van Gods Kerk, de belangen van God zelf tegen de pest van het communisme te beveiligen. O alle heilig ?n Gods, hetzij gij reeds de zegevierende Kerk mocht binnen gaan, hetzij 8Ü nog met ons behoort tot de strijdende Kerk, weest onze voorsprekers, nu Wij zoo droevig zuchten bij den harden stitjd.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Noord-Hollandsch Dagblad : ons blad | 1935 | | pagina 9