den dag %tu&Aaal van Wat Kikker Karei en Tuimeltje beleefde X 1 F 250. F 750.- Het hedendaagse!) Turkije ALLE ABONNÊ’S ongevallen1 verzeïerd toot een der vagende ultkeeringen F 750.- verlies van belde armen, belde beenen of belde oogen F 750.- doodelljken afloop Verkeersprobleem te Londen I LIEFDE I EN EER I MAANDAG 23 MAART 1936 De positie der vrouw Pater Caliewaert V» V* Bi **r- -- AANGIFTE MOET, OP STRAFFE VAN VERLIES VAN ALLE RECHTEN, GESCHIEDEN UITERUJK DRIE MAAL VIER EN TWINTIG UUR NA HET ONGEVAL DOOR M. E. FRANCIS Amerikaansch binnenhuisje Het „Ik ben blü. dat je er bent, Clive.” zuchtte i' In de provincie liet zich 33U l?" Janzen noemde. Bent V mün- tweewlellge Cllve BlomfleM. zpU.... ten Ewald s*n Society bij levenslange geheele en Zij bedoelde „Kippenvoer klaar I nicht Jane. (Wordt vervolgd) A I Vijftig jaar geleden waren de stra ten er niet minder vol dan thane Al gauw kwamen ze in de keuken en daar zagen ze, dat de kok naar de kast ging. Hü had een blad op zijn hand, «aar een heerlijk stuk gebak op lag. .Daat niet merken, dat je hem gezien hebt”, fluisterde Tuimeltje. „Straks gaan we er stilletjes naar toe.” Eki op hun teentjes liepen as verder, alsof ae niets in het schild voerden. In den overgangstijd-. Geëmancipeerde Turksche in gesprek met een gesluierde landgenoote ■den lA Vs 50 0 0 Meiden alende. ■Dan. als het karndag was, ging a|j rechtuit aid Us. 88. 125 „Heeft een jong meisje, vooral In de provin cie, thuis nog moeilijkheden en *vooroordeelen te overwlnneh, als zjj een beroep kiest?” „Nu niet meer. Natuurlijk, voor ongeveer tien jaar was dat idee nog nieuw en men moest daar eerst aan wennen. Het kwam langzaam. Een paar meisjes zijn begonnen, ae werden kantoorbedienden, onderwijzeressen of arbeid sters. Toen do ouders echter zagen, dat dit ex periment'zender gevaren Was, ja, dat hun MJ verlies van een hand, een voet of een oog •*A 2Vs 9 0 7V, 5 6‘A eel >n- •fc.J l’tirt ter 'tt koorde,_dat aten U ■„rw_ heer Jansen uit Amsterdam? Ja. Met dén s. Ja. Eindeltfk gevonden. Dan staat U in mijn boeken nog enen voor f 8,50. de en n- ek en nt ne lee an Ier >or ird er gelegenheid van zijn vijftigsten verjaar dag zal de eerw. pater L. J. Caliewaert O. P. op 29 April gehuldigd worden te Gent. Het ligt In de bedoeling van een spe ciaal hiertoe In het leven geroepen comité, den jarige een bronzen gedenkplaat aan te bieden, vervaardigd door den beeldhouwer O. van der Meerache. Tevens zal een Gedenkboek worden samengesteld en in den handel gebracht. Voor nadere gegevens kan men zich wenden tot den secretaris van genoemd comité, den heer Th. Braens, Brandstraat 48, te Gent. buffelkazren, die van de markt terugvaren naar bet dorp. D» boerinnen loopen er naast en mannen met een langen, sterken stok. Zoo ook vervoerden zij. In den grooten Tvrk- schen vrijheidsoorlog de kleine kinderen op den rug. dagenlang door zonnehitte en stof, modder en regen, zonder rust, zonder slaap de munitie en proviand naar hun mannen aan het front, droegen de zware projectielen op de schouders in de loopgraven. Zoo hebben zij. deze eenvoudige Aziatische boerinnen, gewerkt aan den weg, waarlangs hun dochters, hun zus ters, Turkije voerden naar een steeds ruimere en steeds lichtere toekomst. Hoe het vroeger was Rea* moeder, die ons gezelschap houdt, ver telt, hoe zü. toen zij zoo oud was als nu haar dochter, uitgehuwelijkt werd, zonder haar toe- komstlgen man te kennen, zonder ook maar één woord met hem gesproken te hebben. Dit schre ven de toenmalige zeden zoo voor. De jongelui hadden geen gelegenheid elkaar te leeren ken nen, iets van elkaar te weten. ZIJ kende haar bruidegom slechts van *n foto en kon hem van achter haar getralied venster gadeslaan, wan neer hij voorbij hun huis ging, zo&der echter door hem gezien te worden. Zij laat mij een foto zien als jonge vrouw met den slulerachtigen, zwarten doek, on geveer In de dracht van onze kloosterzusters, die het haar bedekt en langs het gezicht over de schouders valt. Daarbij de gezichtssluier, die in het openbaar het gezicht voor vreemde blikken moest verbergen. Een stoffige herinne ring uit net verleden er in, kwam toen terug en wees op een blad zijde. waar een krantenknipsel was opgeplakt, een voet balverslag, met foto van het winnende elftal En Cllve las: Ewald Harting, Petra en Elly kwamen de kamer in cm te zien wat er te doen was. „We zijn oude vrienden!” riep vrouw toe: „alles is In orde!” „Allee la niet in orde!" riep Petra. Kijk eens. wat ik in je overjas gevonden heb, Ewald Harting!” Ze wuifde met een bosje brie ven. „De invitaties! Je hebt vergeten ze te pos ten, slimmerik!” Cllve sloeg Ewald lachend op den schouder; „t Is maar goed dat je t vergeten hebt. Niets van aantrekken, mevrouw Harting! Jongelui komen toch niet graag bij getrouwde* menschen. Kom. laten we vriendschap sluiten! Elly's zus ter komt ook met d*r man; allemaal getrouwde lui behalve Charley!” ..Hé ja. dan sullen we eens een prachtfuU hebben!” riep Petra. .Maar we kunnen t nooit zoo erg laat ma ken." zuchtte de vrouw van den gespierden man, „want. „Want?” herhaalde Evrald. „Nu, Ik aal het nu maar bekennen.” verklaar de Cllve Blomfield.,Jk ben niet echt b(j de politie.... Ik ben opzichter bij een bouwonder neming en heb om de week nachtdienst." hebben. Stel je voor....” ^Ja, ja, ga nu maar, dan draai Ik het licht uit.” Toen ze boven waren, ging Petra met bet naar het melkhuis. Dat is Dinsdag en Donder dag.” „Dinsdag en Donderdag kamen,” schreef Betty. „Dan moet ik 's avonds maar In het bad.” „lederen morgen moet er gemolken worden," en „Zeg. hou je me niet voor den gek?” vroeg Blomfield. „Geen kwestie van. Dus je bent tegenwoor dig bij de politie? Ja. t kan raar loopen in de wereld.” helft der vorige eeuw aangelegd; bet eerste traject werd in 1883 zeven jaren vóór dien thans bijna pre-historisch üjkenden Fransch-Dultschen oorlog! voor den dienst opengesteld. Heel dat uitgebeelde net der Dis trict Railway en de Inner Circle, dat nog steeds zulk een belangrijke rol speelt in het Londen- sche verkeer, bestond lang vóór den aanvang onzer eeuw. De treinen liepen en loopen ook thans niet door stalen buizen of „tubes”, doch door tunnels van baksteen, op geringe diepte beneden den grond, en voorzien van openlngen voor de ventilatie. Het was door deze openln gen, dat de stoom der locomotieven zich -en uitweg baande, want het spreekt vanzelf, dat de treinen niet door middel van electriciteu voortbewogen werden. Het ondergrondach reizen moet In die dagen een beproeving geweest zijn, maar zelfs toen was Londen reeds uitgestrekter en volkrijker dan thans eenlge andere stad ter wereld, met uitzondering van New-York, en het zou onbe woonbaar geweest zijn. Indien door middel van ondergrondsche verbindingen de afstanden niet verkort, en het geweldige verkeer boven den grond niet ontlast geworden was. Want de stra ten van Londen waren vijftig jaar geleden niet minder vol dan thans. Het aantal vervoermid delen was veel geringer, maar door paarden getrokken voertuigen nemen veel meer ruimte In beslag dan automobielen. En In verband met hetgeen ik hier boven opmerkte, mag misschien beweerd worden, dat het wonder der eerste electrlsche „tuberailway” en der eerste door stoom gedreven ondergrond sche spoorwegen, nog overtroffen wordt door dat van het Londensche verkeer omstreeks net midden der vorige eeuw,., toen de eerste tunnel nog moest worden aangelegd. Stel u een stad voor viermaal zoo volkrijk als thans Amster dam is. en wellicht zesmaal zoo uitgestrekt maar met geen andere openbare vervoermid delen dan een zeer beperkt aantal paarden- bussen en slechts voor welgestelde burgers be taalbare ..hackney cabs”. Rijwielen bestonden er niet. Wat sou Amsterdam beginnen zonder trams en fietsen en zonder snelle en goedkoope auto’s! Het Landen uit den tijd onzer groot- en overgrootouders, veel grooter reeds dan het he- dendaagsche Amsterdam, had minder verkeers- facllitelten dan thans een achterhoeksch pro vincienest. En dit lijkt mij wel het allergrootste „verkeerswonder”. „Ons huls. Roger en Ik." Jane was in de wolken over haar praktl- schen kijk op de dingen. „O, Roger,” fluisterde zij, terwijl Betty in een diepe oude kast stond de neuzen, „nu heb je een goede keus gemaakt. Betty 'meent het echt en zal een pracht huisvrouw worden. Je moet zijn linnenkast eens zien, Betty.” „O, is er een linnenkast? Wat fijn,” riep Betty, „Je moet me precies zeggen, boe J" alles doet.” Jane ontsloot de groote kast boven de keuken en toonde haar schatten met trots. „Dit is elgengesponnen, je oma zei, dat het goud waard is* Er Is nog bij, wat zij zelf ge sponnen heeft, maar het meeste is van de vrouw van Sir Roger. Prachtig fijn, vind je niet?” Betty probeerde alle raadgevingen In haar hoofd te prenten om oma zoo goed mogelijk na te volgen. Toen zij beneden thee dronken, vertelde nicht Jane haarfijn, hoe Lady Beek haar dag ver deeld had. „Eerst wekte «j mij en Molly,” begon Jan» „Ik slaap zoo vreeselijk vast.” „De meiden hebben nu toch een wekker," viel Roger haar in de rede. „Heelemaal niet," antwoordde „En die hooren ae toch niet.” Betty had een aanteekenboekje genomen en krabbelde neer: roepen. En dan?" vroeg zü op- hulshpuden konden bijdragen, Ja, toen waren zij spoedig met het nieuwe Idee verzoend.” Nu is het iets van zelf sprekends, dat een jong meisje een beroep kiest. Het liefst ziet men ze echter als onderwijzeres. Door de straten dokkeren de Ze kwam niet verder, want de deur werd als door een wervelwind open geworpen en een ge spierde jonge man sprong, meer dan hij liep, het vertrek binnen. „Is m n vrouw hier?" vroeg h(j met een van opwinding bevende stem. Op dit oogenbllk zag Mijn geleidster, een afgevaardigde, «ooals bU ons een Kamerlid, leidt mij door het parlement, door de groote zittingszaal, door de biblio theek. Wij staan voor ’t meer dan levens- groote beeld van den president der republiek, Ataturk (voorheen: Kemal Pasha). „Hem alléén hebben wij het te danken, dat w(j hier nu mogen medewerken." Den vijfden December vieren de Turksche vrouwen als den geboortedag van hun politieke rechten. Door eeuwenoude traditie afgesloten, tot na den wereldoorlog nog ver verwijderd van het openbare leven, hebben de Turksche vrou wen alle phases van gelijkstelling zooals de Europeesche vrouwen die te doorworstelen had den in één sprong overvlogen en kwamen zij Ineens in het volle bezit van hun rechten. „Onze wetten waren, zooals u weet,” aldus verklaarde mijn gezellin, „door het mohamme- daansch recht geregeld en eerst de republiek heeft het Zwitserzch burgerlijk wetboek tot voorbeeld genomen.” „Voor zoover het 't besturen van ons vermo gen betreft," vertelde een andere vrouwelijke afgevaardigde een juriste die aan onze tafel plaats nam. „waren wij er van tevoren al beter aan toe, dan bij u In denzelfden tijd, beter nog dan tegenwoordig de Fransche vrou wen; wij konden altijd volkomen vrij over ons vermogen beschikken.” „Wat waren eigenlijk de schaduwzijden van de rechtspositie der vrouw?” „O, zeer vele! Bijvoorbeeld de echtscheiding. Niets was voor den man gemakkeliJker, dan zich, op de onbenulllgste gronden, te laten schelden. Niets moellüker voor de vrouw dan zich daartegen te verzetten. Ze stond plotse ling, onverwachts, alleen, zonder kans om den man te dwingen voor haar onderhoud te be talen. Ik ken zooveel van die gevallen!” kind op de knieén, zacht neuriënd, zitten en toen de kleibe sliep, legde ae het in dY eigen bed. Eerst kwam Kikker Karei aan de beurt en toen Tuimeltje. Ze vielen allebei achterover en de worm was verdwenen in het gat. In de verte hoorden ze de worm hard lachen. ,Dte heeft ons fijn beetgenomen”, zei Tuimeltje. „We zullen hem krijgen”, zei Kikker Karei. Maar hoe ze ook tegen den muur klopten, de worm verscheen niet meer en toen besloten ze maar naar het paleis terug te gaan. „Ik heb reuze honger", begon Tuimeltje te klagen. „Het eerste wat Ik doe Is naar den opperkok rennen.” hij de gezochte: „Wat la er Ina?” „Ik ben blij, dat je er bent. Cllve.” zuchtte z-n vrouw verlicht. .Mn zuster Elly belde me op bU den kruidenier en ik ben er even heenge gaan. Toen ik terug kwam was Charley weg. Elly komt hier wonen met dY man, en ze wil len b(j ons logeeren, tot ze een huis hebben. Ik heb Charley hier gevonden, ae hadden hem mee a"wa.t°Mln *datvoor malligheden?” riep de gespierde man. blijkbaar hevig ontstemd. „Het Hikt wel een verhaal uit de krant. Hoe komt u aan dat kind, mijnheer?" Ewald begon te vertellen en Petra vertelde ook; Charley's moeder slaakte uitroepen en Charley iyiilde. „Allemaal smoesjes!’ riep de gespierde man weer. „Wie zegt me dat u het kind niet stelen wou? Dat is zeker zoo uw manier van werken." „Wat zegt u daar?' riep Ewald, „dat moesten we nog net hebben van avond. Hoor eens man.” zei h|j barsch tot Charley’s vader. „JU gaat maar uit en Je vrouw ook en je laat je kind al leen. Als 't zich een ongeluk ligt te schreeuwen, helpen wij en dan krijg je zóó Iets voor dank! Je zult je beleedigingen moeten Intrekken, als Je geen pak slaag wilt hebben.” „Wat zegt u? Een pak slaag? Dat moet u maar eens probeeren! AU u even zien wilt. HU sloeg z'n colbertjas open en toonde een pen ning, die aan den binnenkant stak. „Ga je gang mhar! Nu ik je goed aankük. komt je ge zicht me bekend voor. Ik heb zeker je portret gezien op 1 bureau. Hoe is uw naam?” „Gaat Je niets aan. Hoe is uw naam?” „Hoor eens,” riep de vader van Charley, „dat zal op een arrestatie moeten uitdraaien." „Je kunt ze niet arresteeren. Clive,” liet zich nu de moeder van Charley hoeren. „Dat zullen we eens zien; poging tot kinder roof....” Dit zeggend, greep hij Ewald bü z*n jasje, maar deze rukte zich los. Toen legde de vrouw van den politieman haar baby neer en nam haar men t>U den aim. f .Doe nu niet zoo gek.” beval as; .Je weet heel goed, dat je geen recht hebt, Cllve Blomfield.'' Ewald keek den man aan. „Cllve Blomfield? moppelde hij. Tangraam verbreedde zich s’n tnond iot een lach. Toen keerde hu dch vlug om en verliet de kamer. „Hei daar!” riep Cllve gebiedend. Maar In 1 naaste vertrek woelde Ewald In een la van de kast. HU haalde er een dik cahier uit. bladerde In de gang kwamen ze nog een kikker tegen, die ook wat eten zocht. „Kom maar met ons mee”, zei Tuimeltje. ,Je zult eens zien wat je dan kunt smullen.” Daar voelde de kikker veel voor. Heel voorzichtig slopen ze de keuken binnen en toen wenkte Tuimeltje hen in de richting van de kast, waar de kok de lekkere taart had neergezet. De deur piepte gelukkig niet hard en spoedig had Tuimeltje han open, maar toen wilden ze alle drie van schrik wegloopen. I PA l’/s, PA* ,.En het gezelschapsleven?”.... „Ach! Wij legden bezoeken af en wij ontvin- (Speclale correspondentie) •F t nu werkelUk whar, dat de Turksche I vrouwen vrU en ongesluierd door de straten gaan? En Is ’t waar, dat zU tegenwoordig studeeren en verschillende betrekkingen be- .kleeden, zooals bU ons? Ja, natuurlUk. en niet alleen dat zU zich vrij en met groote zekerheid overal kunnen bewegen, maar zU zijn heden ten dage evenmin uit het openbare leven weg te denken als bU ons of waar ook. De moeders evengoed als de schoolgaande meisjes in hun grauwe uniformen met witte kragen en blauwe kappen, die met de tasch onder den arm naar lyceum of handelsschool gaan de dokter evengoed als de "bankbediende de afgevaar digde zoowel als de kinderjuffrouw de onder wijzeres zoowel als de verkoopster. Ik vroeg aan een moderne Turksche studen te: „Hoe is u op bet idee gekomen om juist in de rechten te gaan studeeren?” „Wel, omdat deze studie mU in de eer ste plaats de gelegenheid biedt, later op de meest uiteenloopende gebieden werkzaam te zijn. En er valt In ons land nog zooveel te doen. In de dorpen, bijvoorbeeld. bU de boeren: consultatie-bureaux, populaire cursussea, enz., ach, er is voor ons nog werk genoeg!” En vol vreugde vertelt z(j, hoe zU, met eenlge andere jonge vrouwen, mede-studenten, in een dorp een „voorlichtingsdienst” begonnen is. Eerst waren ze nog schuchter en nog niet zoo héél zeker. Maar zjj werden door deze eerste poging aangethoedigd, toen zU het vertrouwen der eenvoudige boerinnen In hen. Jonge stu denten, zagen. ZU vertelt hoe die eenvoudige menschen vragen stelden, om raad kwa men vragen en zich ook raden lieten. Ik twUfel er een weinig aan, of dit vlugge, elegante, jonge meisje, dat met de zekerheid van „la grande dame” mij de thee aanreikt, in de begeestering van haar negentien Jaren toch niet de schaduwtijden over het hoofd ziet, die zulk een arbeid op het land ongetwUfeld met zich meebrengt. ZU schUnt mUn gedachten te raden en voorkomt mUn vragen, met: „NatuurlUk weten wU, dat dit geen gemakke- lUk werk is, dat men met vele ongemakken re kening moet houden. Ja, zelfs met ontberin gen. Maar dat geeft allemaal niets, wU zUn niet bang; wU weten, dat wU iets nuttigs kunnen tot stand brengen en dat wU succes sullen heb ben." y^-xnlangs beatond datgene, wat de Londe- I naar „Bakerloo-llne” noemt, dertig jaar. Ieder, die ook maar oppervlakkig bekend is met de Engeische hoofdstad, weet, dat „Bakerloo" een saamgetrokken combinatie ia van Bakerstreet en Waterloo, de belde stations welke aanvankelijk door dezen befaamden onder- grondschen spoorweg (die in latere jaren mU- len ver verlengd werd) onderling verbonden la 1906 was de iun 2K mUl. thans is zU bUna 21 mUl lang. Het gemiddelde dagelUk- sche vervoer is gestegen van 25.000 tot 170.000. Dertig Jaren geleden Hepen er op de drukste uren 20 treinen van 3, thans 40 treinen van 8 wagens. In den loop dier jaren zUn zoowel op deze als op de andere ondergrondsche UJnen van Duteen zulke verbeteringen inge voerd, dat waWtoenmaals als een wonder van moderne vervolmaking gold, ons thans waar- schUnlUk zeer ouderwetsch zou toeschUnen. Toch dateeren de meeste vernieuwingen, of de algemeene invoering daarvan, eerst van de laat ste tien of twaalf jaren, ofschoon In 1911 één ondergrondsch station nJ. dat van Earls Court, nabU het toenmaals zeer druk bezochte tentoonstellingsterrein reeds van „escala tors” of rollende trappen voorzien was, in plaats van groote liften, welke Zelfs thans nog aan verscheidene oudere stations in gebruik zUn. De deuren der wagens werden nog met automatisch gesloten; de inrichting der treinen was veel primitiever dan thans, maar toch was datgene, waarop het aankwam, niet minder won derlijk en volmaakt dan heden. De electrlsche treinen reden met bUna even groote snelheid door de geweldige stalen buizen, tien, twintig dertig meters beneden den beganen grond; de diensten waren even regelmatig; de veiligheid was even volmaakt. Een veel belangrUker feit dan dat de Baker- loo-llne pas dertig jaar bestaat, Is dat elec- trlsche ondergrondsche spoorwegen op groote diepte In Londen geopend werden twaalf jaren vóór Amsterdam zün eerste electrlsche tram (van de Mandxstraat naar de Haarlemmer poort, zoo ik mU niet vergis) kreeg. In 1890 immers werd de City South London lün in dienst gesteld; hierop volgden de Waterloo tc City lUn (1898), de Central London (J900), de Great Northern City (1904). Het is begrUpe- lUk, dat London tegen het einde der vorige eeuw als een veel grooter „wonder" gold dan thans: honderdduizenden bezoekers uit de provincie en uit belangrUke continentale hoofdsteden, die no&juxjUj.-een eiectrirohp tram gezien hadden, aanschouwden hier het wonder van een elec- dochters door hun arbeid in de kosten van het trtech terkeersnet, diep onder den beganen grond. Maar zelfs toen waren de Londenaars er reeds een generatie lang aan gewend onder den grond te reizen, zU het dan ook onder niet zeer aantrekkelUke omstandigheden. De Metropoli tan Railway werd in het begin van de tweede wees Jane haar terecht. „Maar Dinsdags Donderdags extra ^roeg.” „Melken," corrigeerde Betty. .Dinsdags Donderdags karnen. En andere dagen?” „TerwUl Je wacht, dat Molly en de knechts de melk brengen, kun je die van den vorlgen avond roosnen. Nicht Sophie deed dat. terwU> ik het ontbut klaar zette.” Roger wilde hier al verandering In brengen. hU schrok er een beetje voor terug, alz hU Betty’s tenger figuurtje zag, dat zU al dat zware werk sou moeten doen. „En liet huiswerk dan?” vroeg Betty. „Wie maakt het vuur aan en doet de kamers? Moet dat niet voor het ontbijt?” Jane verschoot. „Ja, kUk, wU aten In de keuken. Ik veegde de keuken. terwUl nicht Sophie in het melk huis was.” .Dan moeten de meiden vroeger ópstaan," besloot Roger. „Luister eens,” zei Jane vol Uver om Betty alles duldelük te maken. „We gebruikten dit kamertje nooit. Je grootvader had het voor kantoortje en hU had nooit een kachel noodig En niemand mocht aan zUn papieren zitten. Molly schrobde er wel eens. En het melken neemt veel tUd en het roemen en zoeven en nameten en de keuken la groot au de tweede meid heeft ook haar handen vol en.,..” „Ik zie het al, we moeten in de keuken ont- buten. Wel warm en gezellig in den winter. En dan na het ontbut gaat het huiswerk vanzelf." .Maar dan moet Je kippenvoer klaar maken,” gihg Jane waarschuwend voort. „Als ik jou was. Betty, dan deed Ik dat zelf. Die melden o, die verknoeien zooveel.” „Precies,” zei Betty. maken.” Jane slurpte haar thee met peinzende oogen. „KUk. Roger er staat zooveel in de krantjez over kippen en ras, dat ik niet meer alles doos elkaar laat loopen, maar ik heb drie kippen te broeden gezet, een Plymouth, een leghorn en een witte Orpington en ze leggen veel beter.” „Twee soorten is genoeg,” zei Roger. JBsn zwaar en een licht." .Misschien wel.” ging Jane langzaam verder. „Nou, welke? De witte Orpington en de Rocks dan maar." „Dan moet Betty maar ulunaken. wie hel beste legt.” zet Roger. „Nu hebben we genoeg zaken behandeld, vandaag. Betty's thee wordt koud, Jane.” Maar Jane stak een waarschuwenden vinger omhoog. „Ik heb gehoord, dat je er een meid bij neemt. Denk er dan aan, dat je er een krUgt, dje wasechen kan. We wasachen 's Maandags en als de twee meiden flink dóórzetten, dan is het Y avonds klaar. Dan hebben we koud vleeech B middags en moet je alleen maar ,w*ki vond 1 leven vervelend. Alle dagen H hetzelfde. Naar den trein hollen, saai kan- ^toorwerk, met 1 treintje terug en dan weer naar s’n bovenhuis, 3e verdieping. Toen hU thuis kwam, was *t eten niet klaar. Ook Petra, z’n vrouw, zat in de keuken te peinzen over de eentonigheid van ’t leven In Amerika. „Toen we nog in New-York woonden." zei Ewald. terwUl ze samen aan t koken gingen, ..hadden we ten minste nog kennissen.” „En af en toe een fuifje,” herinnerde Petra, „zouden we niet eens een fuifje kunnen geven?” te veel.” .Dat hoeft niet. Ik maak wat sandwiches; we rollen 't kleed om en versleren met slingers.. t Idee werd druk besproken. Ze konden wat nieuwe platen op de gramofoon voor een prijs je koópsn. Ze zouden een man of tien vragen. Dienselfden avond werden de ultnoodlglnger. geschreven. ..'t Zal kolossaal worden," meende Petra, weer heelemaal opgewekt. De volgende dagen waren veel minder saai. Ze oefenden zich al vast weer vrat In ’t dansen. Maar toen de Zaterdag kwam, hadden ae van niemand nog wat gehoord. Ewald keek bezorgd. ,Ae komen wel,” monterde Petra op. .Daten we ons al vaat maar gaan verkleeden. Ik heb ae allemaal geschreven, ot ae tusschen half acht en acht uur willen komen.” Om half acht zagen ae er allebei feestelUk uit. „Over een paar minuten la t hier propvol met Jongelui!" riep Petra vol geestdrift. Maar om acht uur was er niemand. Om half negen ook niet. Belden keken strak, om negen uur liep Ewald heen en weer door de kamer en zat Petra In een hoek. Om half tien waren ze nog alleen en werd de stilte onverdraaglUk. Toen het tien uur sloeg, viel Petra op den di van en snikte, greep Ewald een gramofoon- plaat, wierp die op den vloer aan scherven en riep woedend: „Begin nu nog eens over fuifjes!” Daarna liep hU de kamer uit. In 't portaal stond hu even stil. Wat zou hij doen? Een eindje gaan wandelen Dat zou hem kalmeeren. Dat vervelend geschreeuw van dat kind, twee hoog! Het irriteerde hem. HU daalde een paar schreden van de trap, maar een her nieuwd geschreeuw van de baby hield hem staande. HU keek om. Petra stond in 't portaal en luisterde. „Waarom probeer je t niet stil te krUgen?" vroeg ae. „Hoe kan ik dat nou? foeterde hU- .De ouders zün zeker naar de bioscoop of aoolets.... In elk geval, 't gaat ons niets aan.” Petra luisterde aan de deur. „Misschien prikt een speld hem.” opperde ae. „Arm schaap! Ik ga kUken. of er iemand thuis is.” Ze belde en wachtte. Er kwam geen antwoord. „Probeer eens of de deur los is!” riep Ewald. ..Hoe zou JU t vtnden als je een speld In Je rug had?" De deur was stevig op slot. Het kind schreide ontzettend. „Zeg Ewald, als je nu eens langs de brand ladder naar hun veranda klom.... dan kon je er door 't raam in...." De jonge man mopperde geducht, maar be gon toch de expeditie. Die viel mee. Het raam stond half open. De kamer was donker. Ewald hoopte maar dat er geen menschen waren, en hU onverwachts een man, in pyama, met een revolver, voor zich zou zien. De schakelaar!.... Daar stond een wieg en de baby lag er niet in. maar er onder. Die was stil geworden, toen Ewald-binnenkwam. Ewald liet z’n vrouw binnen. „*t Ligt onder de wieg," berichtte hü- Petra nam het kind op. „Arm engeltje,” suste 1MJ- er niémand in hi JJfeet Ik het? .Zie JU L ,Jk neem hem natuurlijk Mie naar boven, tot z'n moeder thuis komt," verklaarde Petra. „Som mige menschen verdienen niet dat ae kinderen „Nu, het is goed voor mUn gevoel van eigen waarde, te weten, dat Ik mU niet in de kaart heb laten küken,” zei ze. „Al was je soms wel «ena een beetje hard van begrip, büvoorbeeld. toen je mü den ring van Rita liet uitzoeken." Roger sloeg zich tegen het voorhoofd en ■tok dan zün arm door dien van Betty. -.Maar hoe kon Ik het weten,” zei hü. hebt ons eigenlük met elkaar in kennis ge bracht." •Dat hoorde er b(j,” zei Betty. „Van ringen gesproken. «1 je mü dien kleinen blauwen rtag van J» moeder geven. Dien zou ik het liefst hebban” Juist toen Roger hem aan haar vinger stak, vloog de deur open en kwam nicht Jane binnen. .Jk dacht niet, dat je al zoo vroeg zou komen. Ga zitten, juffrouw Hornock Kom bU bet vuur. En wil je een kop thee?" „Nog niet,” sei Roger voor haar. „We gaan «eret het huis rond. Nicht Jane. Ik heb groot hleuws. Betty wordt mUn vrouw." gen bezoeken, maar alleen vrouwen onder el kaar en mannen ondereen, nooit gemeenschap- pelük; na bet invallen van de schemering mochten wU ons niet meer In de straten ver- toonen." „En theater, concert?...." „Niets! Eerst gedurende den wereldoorlog zün er speciale namlddagvoorstellingen voor vrouwen Ingevoerd. Éénmaal In de week, dat was alles!”.... Voor de vensters van de moderne volks school te Bamsum, die geheel uit glas en beton schünt samengesteld en die vanachter den pal- menaanleg vooruit springt, trekt onder gepraat en gelach een schaar jonge arbeidsters van een slgarettenfabriek voorbü. Het is hun uur van middagrust. De jonge onderwUzeres op de volksschool bood ons een plaats aan. BU haar schrijftafel staat een kleine Jongen, die juist werd „Inge schreven" en nu verwonderd het groote. zwarte bord bekükt. ZUn moeder een boerin met grooten omslagdoek en broA zooals alle boe rinnen dragen kükt even verbaasd hoe de onderwUzeres In haar groot boek schrijft. Naast haar schünt het jonge meisje in haar helkleurig japonnetje nog teederder en jonger. Onwille keurig dringt zich de vraag op, of zü ook het noodlge gezag bü ouders en kinderen kan handhaven. -J- „Integendeel," meent ae, „men heeft hier juist graag onderwUzeressen. Er zün hier haast evenveel onderwUzeressen als onderwUaers.” Eensklaps werd er op de deur gebonsd. Ewald deed vlug open. Een jonge vrouw met fladde rende haren en wilde oogen stormde binnen en riep: .Mn kind! M'n kind! Ze hebben m*n kind gestolen!” ,JBlüft u maar bedaard." zei Petra, „uw kind je Is hier; het slaapt....* Ze wees naar de slaapkamer. De vrouw liep er heen en drukte de kleine tegen zich asm. „Het schreeuwde zoo," begon Ewald uit te leggen, „en er was niemand thuis en toen..” „Uw raam stond open.” vul de Petra aan, ,.m'n man is er door geklommen. De kleine was uit z'n wiegje gevallen en toen hebben we hem maar hier gebracht. spüt me....” aardappels koken...." Zü keek Betty vragend aan. ..Betty kookt geen aardappels," zei Roger. „We doen de wasch buitenshuis.” ,De wasch....” riep Jane verschrikt. JDal hebben we nooit gedaan, Roger. En de wasch van de knechts en de zware hulswasch, dat zou je oma nooit goed gevonden hebben. Het kost een schat geld.” .NatuurlUk wasachen we thuis,” zei Betty hulselUk. .Misschien nemen we Y Maandagr een waschvrouw er Mj.” „Juist,” sei Jane verlicht. „Dat deden we ook, toen JU nog klein was, Roger. De meiden kunnen dan mangelen. Nicht Sophie deed altijd zelf de füne dingen." ^etty gaat niet wasachen en niet strijken en niet mangelen en niet sloven." zei Roger vastberaden. ,Bn Jane, heb je nog kerzenjam?" jDat is heel wat anders.” zei Jane. Jsa nuken." ZU haalde een pot, maar op hun ernstig verzoek hield zü op met instructies, want Betty's hoofdje liep om. Roger ael: „Je moet niet te veel mjjn groot moeder willen navolgen, dat kun je niet. Zü was het van kinds af gewend.” .Maar toen zU stierf, was zü een oude vrouw.” weersprak Betty hem. .Jbi ik ben jong en sterk. Waarom zou ik het niet kunnen leeren?” Jane ging weg om de sieraden van Lady Beek te halen en kwam terug met een enorm horloge „O, lieve!” sel Jan» en begon te schreien van blUdschap. ,Dat is me zooiets. O, Roger, wat vind ik dit prachtig. Wat zou je oma dat heerUjk gevonden hebben. Ik geloof heusch. dat zü haar voor Je uitgezócht zou hebben Ze was altijd zoo op juffrouw Hornock." ,^Je moet du Betty zeggen,” zei het meisje. ,Nou, dan Betty, al is het nog een beetje raar voor me. Oma sel altijd: Dat Ja een flink meisje, al is het een Hornock. daar niets kwaads mee, hoor.” „Ja. ik geloof, dat oma het goed gevonden zou hebben." zei Roger peinzend. Tk aal probeeren net soo te worden als zü." sei Betty. ,Je moet me alles vertellen, nicht Jane." Jane wreef zich de handen en grinnikte van plezier, dan werd ze ernstig. .Maar sul Je het allemaal wel kunnen?” ,4k kan het aanleeren," sel Betty. ZU stak haar hand met het blauwe ringetje er a&n omhoog. „KUk," riep zü uit. „Het past precies „Och heere," sel nicht Jane. ,De ring van die arme Mary. Er zün nog een paar sieraden Zal ik ze halen. Roger?” Jfeen," sel Roger. „We gaan eerst het huls rond. Nu. van deze kamer weten we het al zoowat en de kamer hier tegenover wordt eetkamer. Ik aal voor mezelf een soort kan toortje maken in de groote schuur. Wat sou Je aan de eetkamer gedaan willen hebben?” Zü doorliepen het huls van kelder tot zol der en praatten honderd uit, terwUl al dien tijd in haar hart het lied aong; t L i, L t. a a a n 6. ig rs fr et

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Noord-Hollandsch Dagblad : ons blad | 1936 | | pagina 13