GOEDE WEEK IN VROEGER AMSTERDAM
Basiliek vanihet H. Graf
I
R
H
DE PLECHTIGHEDEN BEGONNEN
REEDS OP WOENSDAG
E“ 1-
Het vraagstuk der
restauratie
Paaschmorgen
De Hof van Gethsêmané aan den voet
den Otyfberg
van
De rechten van den Staat
Ongemotiveerde beschuldi
gingen aan het adres
der Katholieken
De intocht van Christus in Jeruzalem,
naar een schilderij in het bezit van
het kerkbestuur Van St. Dominicus
te Utrecht
Zinrijke uit bedding van Christus’ I
lijden in en buiten de kerk I
Christus op den ezel. Houten palmezel
uit 's Heerenberp, nu in het Aartsbis
schoppelijk Museum
O» QMe Her* te Amsterdam, gezien van den O. Z. Voorburgwal. (Hpar een oude
kopergravure)
De Palmprocessie
Het groote Triduam
De speelsche fantasie der Middel
eeuwers schiep zich ceremoniën
en gebruiken waaraan de
geheele bevolking
deelnam
Hoe de ramp ontstond
De lijkwade van Christus
r
4
(Bijzondere correspondentie uit Jeruzalem)
•J
grootste
Engelsche
der
worden
zal
4
wachten voor
tegenwoordig
w
nae t choor toe," maar, „niet sender verbeest-
heyt van eenigbe jongberz. die altemt otnmekü-
cken, wanneer sy door de helle passeeren. vree-
sende otter noch erghens een nlckertgen In
een hoeck was blijven steecken om haer te
betrappen ende met syne dauwen wech te
sleepen.” Een treffende, hoewel wat bizarre uit
beelding van Christus’ nederdallng ter helle.
Nog heden ten dage is deze processie in het
Duitsche bisdom Munster in gebruik. Van de
duiveltjes is hier echter niets te bespeuren.
Het kruis werd nu voor het hoogkoor op een
eereplaats opgehangen en bleef daar tot ’s Hee-
ren hemelvaart, wanneer het na het Evangelie
aan een koord naar het gewelf werd geheschen.
Na Plnksteren werd het weggenomen. In de
Kapittelkerk van St. Salvator te Utrecht, om-
hlng de koster het kruis reeds voor de proces
sie met een witte stool, in Amsterdam werd het
na den processie met een .gouwe laeckens stoel"
bekleed.
ten teen
dood met een wk
Op Paaschzater,
O
Dat de zangertjes zich hoog hadden opge
steld herinnert asm hun collega’s tusschen de
kanteelen, maar meer nog aan het enthousiaste
volk, dat bü Christus' intocht in de boomen klom
en takken afrukte. Wat zij zongen laat zich
slechte racen. Misschien hier ook wel als elders
bet Gloria, laus et honor, vooral ook omdat
Wallch hier niets zegt over het
de gesloten deur, waarbij wij
dien lofzang zingen.
Deze processie gedaen zijnde.
dagbladen
„Daily Telegraph” heeft het noo-
redacteur
steen in het portaal onder den kerktoren, maar
men legde toen tevens een groot vuur aan,
dat hü zegende De hontslagher hield er de
wacht bij en gaf eenieder „voor een cleen
geldt" van dit gewijde vuur, zoodat men met
de noodige zorg het geheele jaar „heylich vyer
in huys had.
De Paaschavond verliep verder rustig, met uit
zondering dan van den ommegang van den
hontslagher met de scholieren, die met hun
ratels er op uittrokken, een zouteloos liedje
zongen; geld ophaalden en een ..goede kanne
biers” dronken; eerst de hontslagher en dan
de Jongens, die een slok kregen toegedeeld in
hun „mutsen, die sü toehouden, ende drlncken
daaruyt.
geen tegenstand sullen ondervinden. Integen
deel, met welk een blijdschap sullen wü den
dag tegemoet zien, waarop men zal besluiten
een einde te maken aan de ontzettende profa
natie, die men in de Basiliek heeft gepleegd,
door daarin muren op te trekken, waardoor het
Koor der Grieken geheel misvormd werd en ‘n
kerk in een kerk werd gebouwd, waardoor de
harmonische lijnen van de Basiliek totaal ver
broken werden. Ditzelfde kan gezegd worden
van het opruimen van verschillende moderne
constructies, die vooral in de laatste eeuw zün
aangebracht, en die wel van een zeer slechten
kunstzin getuigen.
Maar waarop wjj wel den nadruk willen leg
gen is het feit, dat de regeering, bü al deze
eventueels restauratieplannen, niet de pretentie
moet hebben, om zich rechten aan te matigen,
die zij niet bezit. Want dese rechten behooren
aan de drie Kerkgenootschappen die de Ba
siliek van het H. Graf in gemeenschappelijk
eigendom bezitten, en zij alleen hebben het
recht om te beslissen ot. en wanneer, en hoede
herstelwerken moeten worden uitgevoerd. Wan
neer de Staat daarop eenlgerlei pressie sow
uitoefenen zou dat een openlijke schending be
ttekenen van den „Status Quo" betreffende de
Heilige Plaatsen en zou zulks een willekeurig
inbreuk maken beteekenen op de rechten van
den particulieren eigendom.
Aan de regeering kennen wij in dit opalcht
slechts één bevoegdheid toe en dat is: teetechen,
dat de meest noodzakelijke reparaties in ieder
geval worden uitgevoerd, voor het geval dat
vertraging hiervan een bedreiging sou vormen
voor de publieke veiligheid, waardoor bét leven
van de pelgrims, die de Basiliek van het H.
Graf zouden bezoeken, in gevaar sou
gebracht. Wanneer men dit vraagstuk aldus
belicht, kunnen wü ons niet voorstellen, dat
men aan de Katholieken nog het verwijt
durven blijven maken, dat zjj fanatiek, onver-
zettelük zijn, tegenover onverschillig welk rede
lijk herstelplan van de Basiliek van het H. Graf.
steunpilaren vertoonden zich groote scheuren,
zoodat het geheele gebouw dreigde in te stor
ten. Toen de eerste emotie van de aardbeving
eenigszins voorbij was, bleek, zooals wel meer
gebeurt, dat de eerste berichten, die na het on-
mlddellljk plaatsgrijpen van een ramp de wereld
worden ingezonden, wel eenigszins overdreven
waren. Intusschen bleef de toestand in ieder
geval zorgwekkend. Er werden dan ook restau
ratiewerken uitgevoerd om het gebouw en den
koepel van het Cathollcon der Grieken te schra
gen. Want juist door de zwaarte van dezen
koepel liep het geheele gebouw gevaar. Tenslot
te kwamen de pennen in beweging en in de pers
werd reeds aangekondigd, dat de ineenstorting
van de Basiliek van het H. Graf haast onver
mijdelijk zou zijn. Toen heeft de Regeering in
gegrepen. Zü besprak het vraagstuk met de
Latijnen, de .Grieken en de Armeniërs, die de
Basiliek in gemeenschappelijk eigendom bezit
ten, en er werden plannen overwogen om de
noodzakelijkste herstelwerken zoo spoedig mo
gelijk uit te voeren.
Toen volgde de meest natuurlijke zaak van de
geheele wereld. Er werd overleg gepleegd, des
kundigen werden geraadpleegd, en aan de
meest bevoegde bouwmeesters der wereld werd
om advies gevraagd. De Franciscanen, die met
de Castodie (bewaking) van het H. Land be
last zijn, raadpleegden professor Marangoni uit
Venetië, terwijl door dë andere Belijdenissen
het advies van eveneens zeer beroemde bouw
kundigen werd ingewonnen.
Zooals gëmakkeljjk was te voorzien, waren de
opvattingen zeer verschillend.
Iedereen was niet overtuigd, dat de uitvoe
ring van de restauratiewerken zoo buitenge
woon urgent was. Zelfs de concrete voorstellen,
die gedaan waren voor verschillende onderdee-
len van het werk, konden niet de algemeene
goedkeuring wegdragen.
Derhalve bleek dat het probleem een meer
diepgaande studie etechte. In dit stadium kreeg
Sir William Harvey van de Engelsche regeering
opdracht om onmlddellijk over te gaan tot de
noodige herstelwerken, zooals hü die zelf in zjjn
plan had aangeduld.
n 1604 werd te Amsterdam een boekje uit
gegeven met als aanbef van den langen ti
tel: „Roomsche Mysteriën ontdeckt", welks
achrijvei zich achter de initialen W. 8. ver
borg. In het exemplaar, dat de Leidsche Unl-
versltelts-bibliotheek in bezit heeft zijn dese
letters met inkt aangevuld; Walich Sijvaerts-
soon. Uit onderzoekingen van Dr. Johan C.
Breen, archivaris van Amsterdam, is gebleken,
dat de schrijver in 1546 geboren is, het apothe-
kersvak uitoefende in de Warmoes».raat te Am
sterdam en dat hij jarenlang Ouderling is
geweest van de Ned. Herv. Kerk; in 1592 ook
Kerkmeester van de Oude Kerk, waar hjj 26
JuU 1606 werd bijgezet.
Het ..klein tractaetgen” dat deze geleerde
apotheker in 1604 de wereld in zond, was een
strijdschrift tegen de^rerkelüke tegenwoordig
heid van Christus in t H. Sacrament, maar de
voorrede buitte hij uit om hen. die nog heim
wee mochten hebben naar de Roomsche glorie
van weleer, te wijzen op het z.l. afgodische cn
ongerijmde van de Katholieke praktijken, weik
doel hü niet beter wist te bereiken dan door
alles in het belachelüke te trekken, ongewild is
hü echter een voor de kerkhistorie waardevolle
bron geworden, die de verspreide gegevens van
Roomsche kerkgebruiken bevestigt en aanvult,
terwijl hü voor Amsterdam oen getuige is van
bijzonder gezag.
Het behoeft geen betoog dat de Goede Week
voor de speelsche fantasie der middeleeuwen een
onderwerp was dat zich uitermate goed leende
voor zlnrüke gewoon.en. Bü de hiervolgende
bijzonderheden over de Goede Week in vroeger
nog geheel Katholiek Amsterdam, volgen wü
dezen ooggetuige op den voet, terwül wü hem
hier en daar in zün eigen krulmig oud-Hol-
landsch aan het woord zullen laten.
Zijn gegevens zullen wü aanvullen met korte
verwijzingen naar gelük' ijdige en hier en daar
nu nog bestaande gebruiken, maar zün hate
lijkheden dit boude de lezer ons ten goede
zullen wü niet overnemen.
et zou ons te ver voeren, wanneer wü een
chronologisch overzicht zouden moeten
geven van de wisselvalligheden rond het
restauratievraagstuk gedurende de laatste twee
jaren.
Wat voor ons het meest zwaarwichtige is,
waarmee wü op de eerste plaats rekening moe
ten houden, dat is het vraagstuk van het be
ginsel, waar het om gaat.
Op de eerste plaats moeten wü de beschul
diging terugwüsen, die zonder eenlgen schün
van bewijs aan het adres van de Katholieken
wordt gericht, als zouden dese de oorzaak zün
dat ieder herstelplan vertraging ondervond. De
„Daily Telegraph" kan er van verzekerd zün,
dat de pogingen om de Basiliek van bet H.
Graf zooveel mogelük in haar oorspronkelüken
staat te herstellen, met behoud van de grootst
mogelüke artistieke vaarde bü Katholieken J
gaat Walich
verder, ende wederomme in de kereke gekeert.
so werde de ezel met den man voor 't hooch-
choor gestelt so lange de Misse gedeurde
Nae gedaene Misse werden sij na de H. Stede
getrokken alwaer sü tsamen vredelück huis hiel
den. sonder küven, tot des anderen jaers als
men sé wederom ginek halen om hetzelfde spel
te spelen. Dit laatste moge tevens als een, hoe-
wel hier juist zeer onschuldig, voorbeeld dienen
van Wallch's spotlust.
De hlerbü afgebeelde palmezel is het eenige
exemplaar dat nog in Nederland aanwezig is;
in Duitsche musea echter zün meerdere en zeer
mooie palpiezels bewaard. Het Aartsbiaschoppe-
lük museum mag zich beroemen op het bezit
van dezen uit llndenhout gesneden en geheel
-gepolychromeerden palmezel, welken het kasteel
„Huize Bergh” te ’s Heerenberg aan het Mu
seum in bruikleen heeft afgestaan. De figuur is
1.20 M. hoog en werd op een kleinen rolwagen
In den stoet meegevoerd.
Al mist Vleze groep de plechtige monumen
taliteit der mlddeleeuwsche trlumphale Chris
tusfiguur. gezeten op een fier schrijdenden, slan
ken ezel, toch is zü juist door haar eenvoud
niet zonder bekoring.
Het is opmerkelijk dat Walich met geen
woord rept over de Palmpaasch, die toch in
zün tijd ook te Amsterdam geen onbekende
was.
eeds uit de oudheid bereiken ons berich
ten over de nabootsing van de inhuldi
ging van Christus in Jerusalem.
Afeheria, de pelgrim uit Bordeau naar de
heilige plaatsen, maakt er in haar beschrijving,
eind 4e eeuw, reeds melding van hoe na de
lange oefeningen op Palmzondag, de bisschop
van den Ölüfberg de stad introk, omstuwd door
zün geloovigen en bejubeld door de kinderen,
die palmen zwaaiden en den gezegende des
Heeren toejuichten.
Vanuit Jeruzalem verbreidde deze intocht zich
over Oost en West en verwierf zich tenslotte
een vaste plaats in de tradities der Middel
eeuwers. Zooveel mogelük hield men zich asm
de beschrijving in de Evangeliën en liet men
den Christus komen van buiten de stad, van een
heuvel of kerk bulten de wallen, waar de palm
dan ook eerst gewüd werd, zoodat er dus maar
één Intocht gehouden werd. Men deed daarbü
soms den celebrant op een ezel rüden, of
plaatste op een houten ezel op wieltjes een
beeld of schilderij van den Zaligmaker. Soms
ook droegen diakens een Evangelieboek op een
versierde draagbaar, terwül in Normandië en
Engeland het Allerheiligste in de eucharistische
duif werd meegevoerd.
Aan de poorten der stad gekomen vond de
processie deze gesloten. Zangertjes hadden zich
opgesteld tusschen de kanteelen der muren en
op de transen der torens en zongen hier den
lofzang, van Theodulfus, „Gloria, laus et ho
nor”. In 820 had deze bisschop van Orleans
den lofzang in zijn kerker te Angers gemaakt,
waarin hü door valsche aanklachten was opge
sloten.
Toen Lodewük de Vrome op Palmzondag voor
bij trok, hief Theodulfus zün gezang aan. dat
hem de vrüheid deed verwerven. Ter herinne
ring hieraan zegt Gamerius (eind 12de eeuw)
zingt men dezen zang voor de gesloten poort,
terwül men er de beteekenis van een overwin
ning op de erfzonde inlegde door het openstoo-
ten van de deur met de schaft van het kruis.
Christus immers opende voor de menschheld
door zün lüden en dood de gesloten hemelpoort.
msterdam vierde Palmzondag aldus:
„Die palm geweilt zünde. ging men in
processie buyien de kereke met een groo
ten houten ezel, waerop een houten man sadt,
welcke somtyts van de Jerusalemsvaerders met
hare Jerusalemsveeren in de bant, somtüds van
twaalf oude mannen, welcke in t Oude-man-
nenhuys woonden, ende op sün Apostels met
zonderlinge gecoleurde lange rocken toege-
maeckt, voortghetrocken werden. 8o waren in
verscheüden huysen aan t kerkhof, op de boven-
cameren voor de ven» te ren, twee scholieren in
haer witte choor-cleedëren gestelt, elc met een
pahntacxken in de handt, ende, als de ezel met
de man daer nevens quamen. soo hielden de
treckers stille; als dan schoneken de scholiere
den ezel met den man een deuntgen ter ven-
zteren uyt, werpende hare pahntacxkens na
In Tirol is tegenwoordig deze verrüzenis-
viering naar den Paaschzaterdagavond ver
schoven en heeft het karakter van een lof.
waarbü zeer wlen tegenwoordig zün. Tot aan
de Inlüving bü Italië was te Brixen ook het
Oostenrüksch garnizoen aanwezig, welks mili
taire muziek dreunend en daverend Inzette na
den uitroep van den priester, dat Christus is
verrezen. Voor de kleinen op moeders arm, was
dit steeds een te groote verrassing!
In Noord-Frankrijk althans rond ChAteau-
Thlerry, zingt men in den vroegen morgen rond
aas uur de Metten en Lauden van Paschen.
Een processie vormt zich dan naar bet altaar
van het H. Graf, waar de H. Hostie in den
monstrans wordt geplaatst: hierna trekt men
weer terug naar het Hoogaltaar. Dan plaatst
men den Monstrans op een tafel voor de Com
muniebank en dë geloovigen komen den voet
ervan kussen.
Paescudag ende Peescha vont, (men sou Wa
lich hier moeten controleeren wat Paasch-
saterdag betreft) hielden de leecken Hoogtüt.
Een kerkmeester stond dan. jaar in jaar uit, bü
een tafeltje met een schaal wyn. Elke commu
nicant nam een lepel wün. zooals nu nog de
wüdellngen na de communie in de wüdlngs-
mls een teug wün drinken.
’s Middags trokken de Amsterdammers er
op uit en .gtngh men om zün aflaet.” Men be
gon bü het Leprozenkerkhof op den O. Z. Ach
terburgwal. ging dan naar die „Celle-susters te
Bethanlën" bü de Turfgracht en vereerde in de
heiligdommen der stad de relikwieën <ne er be
waard werden.
de liturgie voorschrüft dat er eenig gedruisch
zal gemaakt worden, ter herinnering aan de na
tuurverschijnselen bü Christus’ dood, gaf eerst
de hontslagher een roffel op zün groote houten
clappe, waarschünlük, zooals nu nog gebrulke-
lük, een plankje met een beweegbaren houten
hamer er midden op, waarop dan de zanger-
"_i instemden met hun ratels, smeten met
stoelen en banken en trapten met hun voeten,
dat er alsulcken rumoer ende ghetler in de
kereke is, dat eener het gehoor haest soude
vergaen; ende dit heet: de Dommeldemet te
speelen (Donkere Metten).
Witte Donderdag verliep zonder veel büzon-
derheden. Men at „bastaensoppe" (witte wün-
soep), men luisterde naar de toen nog voorge
schreven afkondiging van de Avondmaalsbulle,
tegen het overwicht van de wereldlüke macht
in geestelüke zaken, en ging 's avonds naar de
kerk, waar de passie gepreekt werd.
-J-) de plechtigheden op Goeden Vrüdag ging
|-< het behoudens één uitsondering, gelük nu
nog jaar in jaar uit in onze kerken. Maar
deze uitzondering is zeer büzonder, hoewel niet
alleen Amsterdamschover geheel Europa kwa«u
zü voor en in Tirol is zil. hoewel eenigszins an
ders nog steeds in gebruik.
Ende als zü het cruys menlchmael met zan-
ghen ghegroet ende gepresen hebben, ende dat
aanghebeden zünde (dus na de kruisonlblootlng
en -verheerlüklng en na de aanbidding van den,
Zaligmaker op het Kruis) so wert dat in een
hooge tombe met swart laeken overghetogen,
staende int midde vant choor, nederghelegt,
en dat heet „Het heilig graf”, al waeromme die
priester met een wüeroocksvat ten hoofde en
de ten voeteneynt gaet wyeroocken ende daarna
dig geoordeeld, om een eigen
naar het Heilig Land te zenden, die zich ter
plaatse van den toestand op de hoogte stelde
en in zün blad aan dit vraagstuk een lang ar
tikel wüdde, dat besloten werd met een korte
samenvatting over het „plan van den ^grheid”,
zooals dat door Sir William Harvey is 'dntwor
pen in opdracht van de Engelsche Itbgeering,
die een deskundig onderzoek liet instellen naar
den toestand, waarin de Basiliek van het Hei
lig Graf zich momenteel bevindt.
Het Engelsche blad meent, naar aanleiding
van dit plan, enkele algemeene opmerkingen te
moeten maken, waarin twüfel wordt uitgespro
ken of het plan van Mr. Harvey wel praktische
resultaten zou opleveren, en behalve het pes
simisme, dat in bedoeld artikel tot uitdrukking
komt, wordt de totale schuld voor den treuri-
gen toestand van de Basiliek van het H. Graf,
toegeschreven aan de Kerkgenootschappen, die
het H. Graf moeten bewaken. Tegen deze be
wering meenen wü ten sterkste te moeten pro-
testeeren. Want zonder eenlgen schün van
bewijs wordt de schuld voor den treurigen toe
stand waarin de Basiliek van het H. Graf zich
bevindt, toegeschreven aan diegenen die met
de bewaking van het H. Graf zün belast, en
daaronder behooren ook de Katholieken. Het (s
nog te meer noodsakelük om deze valsche be
weringen recht te zetten, wijl het niet de eer
ste maal is, dat in de Engelsche pers- een wei
nig welwillend oordeel wordt uitgesproken aan
het adres van de Latijnen in het Heilig Land.
Wü willen niet ontkennen dat het artikel in
de „Daily Telegraph” in een zeer gematigden
toon werd geschreven, en dat de schrüver zelfs
getracht heeft om objectief te zijn, maar toch
kunnen wü dit artikel niet laten passeeren zon
der enkele algemeene bemerkingen te maken,
waardoor de blaam, die hetzü te goeder of te
kwader trouw op de Katholieken van Palestina
geworpen wordt, aal worden weggenomen.
j-^e eerste dagen der goede week verliepen
1 toen, evenals nu zonder büzonderheden.
Beginnen echter nu voor t gewone paro
chieleven de plechtigheden pas op Witte Don
derdagmorgen. den eersten dag van het groote
en heilige triduum van Christus’ lijden, in Oud-
Amsteraam begon men reeds Woensdagmiddag
omdat in deze week het officie door de paro
chianen werd bügewoond en de Donkere
Metten reeds sinds eeuwen van den nacht naar
den avond ervoor waren verschoven. Een op-
merkelük verschil met onze gebruiken, maar
juist zeer logisch in het groote geheel, was het
gebruik om den klokken reeds op Woensdag
avond voor de metten van Witten Donderdag
het zwügen op te leggen. „Wanneer de volgende
Woensdach comt, soo schort men de doeken,
alsoo dat men die op die tüdt ende daermae
tot Paesch-avent niét en luydt; ende die dach
heet Schortel-Woensdach.” De naam Schorael
(Schortel) Woensdag is verdwenen, maar niet
het gebruik, nog heden ten dage schorten b.v.
de klokkenluiders van het Theologlcum te War
mond de klokkentouwen op en leggen er een
grooten knoop in. Zoo is men verzekerd tegen
vergissingen.
Een gevolg van ^eze vroege zwijgzaamheid
van bellen en klokken is, dat de ratel zooveel
eerder In beweging komt. Gheduerende die tüt.
zegt Walich. soo loopt de hontslagher als 1
tüt is om ter kereke te oomen, met eenen
grooten ratel langhes strate om t volck t samen
te roepen.
Als de scholieren, de zangertjes der Middel
eeuwen, hun eerbied in Gods Huis, den man die
de jankende honden de kerk insloeg, of hun
althans een eerbiedig zwügen Inboezemde, met
zün ratel langs Amsterdams grachten hoorden,
grepen ook zü hun ratel en gingen ter kerke om
de donkere Metten te zingen. Op het eind, als
w—v e eigenaardige plechtigheid die nu plaats
1 had is een van de twee ceremoniën, die
over geheel Europa verspreid waren.
Hier had men de processie met het kruisbeeld,
elders beeldde men de gebeurtenissen uit die
te Jeruzalem plaats grepen bü het ledige graf.
Nog steeds lag het Kruisbeeld in het graf,
waarom de geloovigen om beurten hun omme
gangen hadden gehoudën. .Des nachts nae
middernacht". Waltch vergeet te vermelden
hoe laat, komen de geloovigen en de zan
gertjes met hun leider In de kerk samen.
Een priester gaat nu naar het Heilig Graf
toe. neemt het Kruisbeeld er uit en zingt met
luider stem: „Christus is uit het graf opge
staan." Een processie vormt zich: de priester
met het kruis voorop, de zangertjes met het
volk er achter en zoo trekt men buiten rond
de kerk, maar niet allen gaan mee. Wanneer
men bü de torendeur terugkomt is deze geslo
ten en aan den binnenkant is de kerk ..met een
deel luchtige quanten beset, die men de jeucht
wijs maeckt dattet duyveltgens zün.” De pries
ter zingt nu het psalmvers „Doet open uw poor
ten gü vorsten en de Konlng der glorie zal
binnengaan."
.De duyveltgens hebben in elcke handt eenen
grooten steen of twee; vraeghen den priester
met luyder stemme: „Wie is deze Coningh der
glorie?" ende werpen voort met groot ghewelt
ende eysselyk gheschrey de steenen teghens de
doore aen."
Zoo gaat men driemaal rond de kerk en tel
kens antwoorden de duiveltjes op het gebod
van den priester met veel lawaai. Bü den der
den keer stoot de kruisdrager met de schaft
van het kruis de deur open „alsdan is victorie
ende de helle gaet open.” De duiveltjes stui
ven weg en de processie trekt op .door de helle
aardbeving van wn had het weer-
I 1 standsvermogen van den eerbiedwaardigen
tempel van het H. Graf, die uit de dagen
der Kruistochten dateert, op een zware wüze
op de proef gesteld. In de fundamenten en de
In de Kathedraal van Turün wordt de H.
Lükwade bewaard, wsmrln het Allerheiligste
Lichaam van Christus na de Kruisafname ge
wikkeld werd. Jarenlang hebben de geleerden
een onderzoek ingesteld naar de echtheid van
deze kostbare reUqule. Het resultaat van dese
onderzoekingen is thans samengevat in een
boek van den Tsjechlschen geneesheer dr. R.
V. Hynek. dat dezer dagen ook In het Dultsch
verschenen is, en dat tot titel draagt: .De
Marteldood van Christus in het licht der mo
derne wetenschap. De ontdekking van de echte
beeltenis."
Na langdurige wetenschappelüke onderzoe
kingen. waarbü gebruik gemaakt werd van alle
hulpmiddelen der moderne techniek, aooals
scheikunde, fotografie, physlologie, ultra-vioiet-
te en tnfra-roode stralen, is men tot de con
clusie gekomen, dat de ReUqule die in Turün
bewaard wordt, werkehjk de H. Lükwade is,
waarin het Lichaam van Christus gedurende
ongeveer 36 tot 42 uur gewikkeld was
Het voornaamste bewijs te wel gelegen in
het feit, dat de afbeeldingen in de lükwade
absoluut negatief zün. dat wil zeggen, zooals
van een fotografische plaat, op welker gevoe
lige laag het geprojecteerde beeld opgevangen
wordt. Duidelük kon worden geconstateerd dat
dese afdrukken er later niet op aangebracht
zün.
Vit een diepgaand ondersoek van de afdruk
ken in de lükwade tracht de schrijver een vol
ledig beeld van het lüden van Christus te iw-
eonstrueeren. De bloedsporen van de doornen
kroon wijzen op een slagaderbloeding. zonder
dat deze weefsels daarbü al te zeer verscheurd
waren geworden. Op het lichaam waren dulï"
delük de sparen te zien van talrijke wonden
ter lengte van ongeveer 3 cjn„ die twee aan
twee waren waar te nemen. 80 in totaal, het
geen overeenkomt met de 40 geeeelslagen die
bü de Romeinen gebruikelijk waren. Uit de
afdrukken der wonden, die bü de Kruisiging zün
ontstaan, kan de gevolgtrekking worden ge
maakt, dat de spükers niet door het midden
van de hand gedreven werden, maar door den
handwortel, terwül de armen reeds uitgeetrekt
waren, werden de voeten geheel in het midden
van de wreef vastgenageld.
Uit het onderzoek is verder komen vast te
staan, de dood snars aak waarasm Christus ge
storven te.
De dood trad in door verstikking, tengevolge
van tetanteche krampen, onder zeer groote pü-
nen en bü volledig bewustzün; het is anato
misch bewezen, dat bü langdurige uitrekking
der armen, nog te meer wanneer deae aan een
kruis vastgenageld zün. door de ongewone in
spanning van bet middenrif een briemmering
der ademhaling veroorzaakt wordt, die ten
slotte leidt tot verstikking, suffocaöe, zyanoee.
die een blauwe kleur veroorzaakt.
Het is zeer merkwaardig hoe deze medische
onderzoekingen gehete overeenstemmen met
•het Bübelverhaal.
soo doet het gemeene volck met seeckere gan-
ghen de ronde daeromme, neyghende telcke
reyse. als zü ten hoofde ende ten voeteneynde
vant cruys comen.
Men bemerkt, dat het Amsterdamsche gebruik
veel weg heeft van de beaardingsplechtlgheden
van een doode voor de begrafenis. Dat juist
dit gedeelte van de Goede VriJdag-liturgle ^n
plaatselüke gebruiken leven en beteekenis heeft
gegeven, te licht te begrijpen; het te immers het
dramatische hoogtepunt van de herdenking van
Christus' dood.
In de Angelsaksische kerk, had men, zooals
Rock in zün „The Church of our Fathers" aan
geeft. „The Burial of the Rood", de begraving
van het kruis in een graf met gordünen om
hangen. Twee of meer monniken hielden hier
de wacht tot Paaschmorgen.
Eigenaardig is de vermelding van een dubbel
graf te Nieuwpoort. In het benedenste gedeelte
lag het kruisbeeld met een wit laken gedekt,
waarop drie zilveren kronen, en in de boven
verdieping was het tabernakel met het Aller
heiligste, aldus Kan. v. d. Velde in zün boek
over de Goede Week. De wacht werd hie^ be
trokken door manschappen van de Spaansche
bezetting, later door de hoveniers, leden van
de broederschap van het Heilig Kruis. In lange
mantels gehuld hielden zü de eerewacht en met
hun pieken gaven zü bü elk uurslag een stoot
op dep grond. J
In zün parochiekerk, vertelde mü een pries
ter. geboortig uit Tirol, wordt nog steeds
in een imltatie-steenen graf een levensgroot
Christusbeeld gelegd, als op een-praalbed met
palmen en groen er omheen. Het graf ïïgt dan
veelal voor -het hoogaltaar, zoodat men erover
heen den monstrSnA met het Allerheiligste op
den exposl.letroon kan zien; de monstrans te
echter ten teeqen van rouw om Christus'
Xen sluier omhuld.
ihg liet men in Oud-Amster-
dam ..sekere eetbare spüse'' wüden en de meer-
vermogenden kwamen aandragen met een „deu-
vecater", het brood met aan weerszijden een
knobbel, en noemden het „wyebroot”.
Zooals nu sloeg de priester vuur uit een
•aJwB