GOEDE WEEK IN VROEGER AMSTERDAM Basiliek vanihet H. Graf I R H DE PLECHTIGHEDEN BEGONNEN REEDS OP WOENSDAG E“ 1- Het vraagstuk der restauratie Paaschmorgen De Hof van Gethsêmané aan den voet den Otyfberg van De rechten van den Staat Ongemotiveerde beschuldi gingen aan het adres der Katholieken De intocht van Christus in Jeruzalem, naar een schilderij in het bezit van het kerkbestuur Van St. Dominicus te Utrecht Zinrijke uit bedding van Christus’ I lijden in en buiten de kerk I Christus op den ezel. Houten palmezel uit 's Heerenberp, nu in het Aartsbis schoppelijk Museum O» QMe Her* te Amsterdam, gezien van den O. Z. Voorburgwal. (Hpar een oude kopergravure) De Palmprocessie Het groote Triduam De speelsche fantasie der Middel eeuwers schiep zich ceremoniën en gebruiken waaraan de geheele bevolking deelnam Hoe de ramp ontstond De lijkwade van Christus r 4 (Bijzondere correspondentie uit Jeruzalem) •J grootste Engelsche der worden zal 4 wachten voor tegenwoordig w nae t choor toe," maar, „niet sender verbeest- heyt van eenigbe jongberz. die altemt otnmekü- cken, wanneer sy door de helle passeeren. vree- sende otter noch erghens een nlckertgen In een hoeck was blijven steecken om haer te betrappen ende met syne dauwen wech te sleepen.” Een treffende, hoewel wat bizarre uit beelding van Christus’ nederdallng ter helle. Nog heden ten dage is deze processie in het Duitsche bisdom Munster in gebruik. Van de duiveltjes is hier echter niets te bespeuren. Het kruis werd nu voor het hoogkoor op een eereplaats opgehangen en bleef daar tot ’s Hee- ren hemelvaart, wanneer het na het Evangelie aan een koord naar het gewelf werd geheschen. Na Plnksteren werd het weggenomen. In de Kapittelkerk van St. Salvator te Utrecht, om- hlng de koster het kruis reeds voor de proces sie met een witte stool, in Amsterdam werd het na den processie met een .gouwe laeckens stoel" bekleed. ten teen dood met een wk Op Paaschzater, O Dat de zangertjes zich hoog hadden opge steld herinnert asm hun collega’s tusschen de kanteelen, maar meer nog aan het enthousiaste volk, dat bü Christus' intocht in de boomen klom en takken afrukte. Wat zij zongen laat zich slechte racen. Misschien hier ook wel als elders bet Gloria, laus et honor, vooral ook omdat Wallch hier niets zegt over het de gesloten deur, waarbij wij dien lofzang zingen. Deze processie gedaen zijnde. dagbladen „Daily Telegraph” heeft het noo- redacteur steen in het portaal onder den kerktoren, maar men legde toen tevens een groot vuur aan, dat hü zegende De hontslagher hield er de wacht bij en gaf eenieder „voor een cleen geldt" van dit gewijde vuur, zoodat men met de noodige zorg het geheele jaar „heylich vyer in huys had. De Paaschavond verliep verder rustig, met uit zondering dan van den ommegang van den hontslagher met de scholieren, die met hun ratels er op uittrokken, een zouteloos liedje zongen; geld ophaalden en een ..goede kanne biers” dronken; eerst de hontslagher en dan de Jongens, die een slok kregen toegedeeld in hun „mutsen, die sü toehouden, ende drlncken daaruyt. geen tegenstand sullen ondervinden. Integen deel, met welk een blijdschap sullen wü den dag tegemoet zien, waarop men zal besluiten een einde te maken aan de ontzettende profa natie, die men in de Basiliek heeft gepleegd, door daarin muren op te trekken, waardoor het Koor der Grieken geheel misvormd werd en ‘n kerk in een kerk werd gebouwd, waardoor de harmonische lijnen van de Basiliek totaal ver broken werden. Ditzelfde kan gezegd worden van het opruimen van verschillende moderne constructies, die vooral in de laatste eeuw zün aangebracht, en die wel van een zeer slechten kunstzin getuigen. Maar waarop wjj wel den nadruk willen leg gen is het feit, dat de regeering, bü al deze eventueels restauratieplannen, niet de pretentie moet hebben, om zich rechten aan te matigen, die zij niet bezit. Want dese rechten behooren aan de drie Kerkgenootschappen die de Ba siliek van het H. Graf in gemeenschappelijk eigendom bezitten, en zij alleen hebben het recht om te beslissen ot. en wanneer, en hoede herstelwerken moeten worden uitgevoerd. Wan neer de Staat daarop eenlgerlei pressie sow uitoefenen zou dat een openlijke schending be ttekenen van den „Status Quo" betreffende de Heilige Plaatsen en zou zulks een willekeurig inbreuk maken beteekenen op de rechten van den particulieren eigendom. Aan de regeering kennen wij in dit opalcht slechts één bevoegdheid toe en dat is: teetechen, dat de meest noodzakelijke reparaties in ieder geval worden uitgevoerd, voor het geval dat vertraging hiervan een bedreiging sou vormen voor de publieke veiligheid, waardoor bét leven van de pelgrims, die de Basiliek van het H. Graf zouden bezoeken, in gevaar sou gebracht. Wanneer men dit vraagstuk aldus belicht, kunnen wü ons niet voorstellen, dat men aan de Katholieken nog het verwijt durven blijven maken, dat zjj fanatiek, onver- zettelük zijn, tegenover onverschillig welk rede lijk herstelplan van de Basiliek van het H. Graf. steunpilaren vertoonden zich groote scheuren, zoodat het geheele gebouw dreigde in te stor ten. Toen de eerste emotie van de aardbeving eenigszins voorbij was, bleek, zooals wel meer gebeurt, dat de eerste berichten, die na het on- mlddellljk plaatsgrijpen van een ramp de wereld worden ingezonden, wel eenigszins overdreven waren. Intusschen bleef de toestand in ieder geval zorgwekkend. Er werden dan ook restau ratiewerken uitgevoerd om het gebouw en den koepel van het Cathollcon der Grieken te schra gen. Want juist door de zwaarte van dezen koepel liep het geheele gebouw gevaar. Tenslot te kwamen de pennen in beweging en in de pers werd reeds aangekondigd, dat de ineenstorting van de Basiliek van het H. Graf haast onver mijdelijk zou zijn. Toen heeft de Regeering in gegrepen. Zü besprak het vraagstuk met de Latijnen, de .Grieken en de Armeniërs, die de Basiliek in gemeenschappelijk eigendom bezit ten, en er werden plannen overwogen om de noodzakelijkste herstelwerken zoo spoedig mo gelijk uit te voeren. Toen volgde de meest natuurlijke zaak van de geheele wereld. Er werd overleg gepleegd, des kundigen werden geraadpleegd, en aan de meest bevoegde bouwmeesters der wereld werd om advies gevraagd. De Franciscanen, die met de Castodie (bewaking) van het H. Land be last zijn, raadpleegden professor Marangoni uit Venetië, terwijl door dë andere Belijdenissen het advies van eveneens zeer beroemde bouw kundigen werd ingewonnen. Zooals gëmakkeljjk was te voorzien, waren de opvattingen zeer verschillend. Iedereen was niet overtuigd, dat de uitvoe ring van de restauratiewerken zoo buitenge woon urgent was. Zelfs de concrete voorstellen, die gedaan waren voor verschillende onderdee- len van het werk, konden niet de algemeene goedkeuring wegdragen. Derhalve bleek dat het probleem een meer diepgaande studie etechte. In dit stadium kreeg Sir William Harvey van de Engelsche regeering opdracht om onmlddellijk over te gaan tot de noodige herstelwerken, zooals hü die zelf in zjjn plan had aangeduld. n 1604 werd te Amsterdam een boekje uit gegeven met als aanbef van den langen ti tel: „Roomsche Mysteriën ontdeckt", welks achrijvei zich achter de initialen W. 8. ver borg. In het exemplaar, dat de Leidsche Unl- versltelts-bibliotheek in bezit heeft zijn dese letters met inkt aangevuld; Walich Sijvaerts- soon. Uit onderzoekingen van Dr. Johan C. Breen, archivaris van Amsterdam, is gebleken, dat de schrijver in 1546 geboren is, het apothe- kersvak uitoefende in de Warmoes».raat te Am sterdam en dat hij jarenlang Ouderling is geweest van de Ned. Herv. Kerk; in 1592 ook Kerkmeester van de Oude Kerk, waar hjj 26 JuU 1606 werd bijgezet. Het ..klein tractaetgen” dat deze geleerde apotheker in 1604 de wereld in zond, was een strijdschrift tegen de^rerkelüke tegenwoordig heid van Christus in t H. Sacrament, maar de voorrede buitte hij uit om hen. die nog heim wee mochten hebben naar de Roomsche glorie van weleer, te wijzen op het z.l. afgodische cn ongerijmde van de Katholieke praktijken, weik doel hü niet beter wist te bereiken dan door alles in het belachelüke te trekken, ongewild is hü echter een voor de kerkhistorie waardevolle bron geworden, die de verspreide gegevens van Roomsche kerkgebruiken bevestigt en aanvult, terwijl hü voor Amsterdam oen getuige is van bijzonder gezag. Het behoeft geen betoog dat de Goede Week voor de speelsche fantasie der middeleeuwen een onderwerp was dat zich uitermate goed leende voor zlnrüke gewoon.en. Bü de hiervolgende bijzonderheden over de Goede Week in vroeger nog geheel Katholiek Amsterdam, volgen wü dezen ooggetuige op den voet, terwül wü hem hier en daar in zün eigen krulmig oud-Hol- landsch aan het woord zullen laten. Zijn gegevens zullen wü aanvullen met korte verwijzingen naar gelük' ijdige en hier en daar nu nog bestaande gebruiken, maar zün hate lijkheden dit boude de lezer ons ten goede zullen wü niet overnemen. et zou ons te ver voeren, wanneer wü een chronologisch overzicht zouden moeten geven van de wisselvalligheden rond het restauratievraagstuk gedurende de laatste twee jaren. Wat voor ons het meest zwaarwichtige is, waarmee wü op de eerste plaats rekening moe ten houden, dat is het vraagstuk van het be ginsel, waar het om gaat. Op de eerste plaats moeten wü de beschul diging terugwüsen, die zonder eenlgen schün van bewijs aan het adres van de Katholieken wordt gericht, als zouden dese de oorzaak zün dat ieder herstelplan vertraging ondervond. De „Daily Telegraph" kan er van verzekerd zün, dat de pogingen om de Basiliek van bet H. Graf zooveel mogelük in haar oorspronkelüken staat te herstellen, met behoud van de grootst mogelüke artistieke vaarde bü Katholieken J gaat Walich verder, ende wederomme in de kereke gekeert. so werde de ezel met den man voor 't hooch- choor gestelt so lange de Misse gedeurde Nae gedaene Misse werden sij na de H. Stede getrokken alwaer sü tsamen vredelück huis hiel den. sonder küven, tot des anderen jaers als men sé wederom ginek halen om hetzelfde spel te spelen. Dit laatste moge tevens als een, hoe- wel hier juist zeer onschuldig, voorbeeld dienen van Wallch's spotlust. De hlerbü afgebeelde palmezel is het eenige exemplaar dat nog in Nederland aanwezig is; in Duitsche musea echter zün meerdere en zeer mooie palpiezels bewaard. Het Aartsbiaschoppe- lük museum mag zich beroemen op het bezit van dezen uit llndenhout gesneden en geheel -gepolychromeerden palmezel, welken het kasteel „Huize Bergh” te ’s Heerenberg aan het Mu seum in bruikleen heeft afgestaan. De figuur is 1.20 M. hoog en werd op een kleinen rolwagen In den stoet meegevoerd. Al mist Vleze groep de plechtige monumen taliteit der mlddeleeuwsche trlumphale Chris tusfiguur. gezeten op een fier schrijdenden, slan ken ezel, toch is zü juist door haar eenvoud niet zonder bekoring. Het is opmerkelijk dat Walich met geen woord rept over de Palmpaasch, die toch in zün tijd ook te Amsterdam geen onbekende was. eeds uit de oudheid bereiken ons berich ten over de nabootsing van de inhuldi ging van Christus in Jerusalem. Afeheria, de pelgrim uit Bordeau naar de heilige plaatsen, maakt er in haar beschrijving, eind 4e eeuw, reeds melding van hoe na de lange oefeningen op Palmzondag, de bisschop van den Ölüfberg de stad introk, omstuwd door zün geloovigen en bejubeld door de kinderen, die palmen zwaaiden en den gezegende des Heeren toejuichten. Vanuit Jeruzalem verbreidde deze intocht zich over Oost en West en verwierf zich tenslotte een vaste plaats in de tradities der Middel eeuwers. Zooveel mogelük hield men zich asm de beschrijving in de Evangeliën en liet men den Christus komen van buiten de stad, van een heuvel of kerk bulten de wallen, waar de palm dan ook eerst gewüd werd, zoodat er dus maar één Intocht gehouden werd. Men deed daarbü soms den celebrant op een ezel rüden, of plaatste op een houten ezel op wieltjes een beeld of schilderij van den Zaligmaker. Soms ook droegen diakens een Evangelieboek op een versierde draagbaar, terwül in Normandië en Engeland het Allerheiligste in de eucharistische duif werd meegevoerd. Aan de poorten der stad gekomen vond de processie deze gesloten. Zangertjes hadden zich opgesteld tusschen de kanteelen der muren en op de transen der torens en zongen hier den lofzang, van Theodulfus, „Gloria, laus et ho nor”. In 820 had deze bisschop van Orleans den lofzang in zijn kerker te Angers gemaakt, waarin hü door valsche aanklachten was opge sloten. Toen Lodewük de Vrome op Palmzondag voor bij trok, hief Theodulfus zün gezang aan. dat hem de vrüheid deed verwerven. Ter herinne ring hieraan zegt Gamerius (eind 12de eeuw) zingt men dezen zang voor de gesloten poort, terwül men er de beteekenis van een overwin ning op de erfzonde inlegde door het openstoo- ten van de deur met de schaft van het kruis. Christus immers opende voor de menschheld door zün lüden en dood de gesloten hemelpoort. msterdam vierde Palmzondag aldus: „Die palm geweilt zünde. ging men in processie buyien de kereke met een groo ten houten ezel, waerop een houten man sadt, welcke somtyts van de Jerusalemsvaerders met hare Jerusalemsveeren in de bant, somtüds van twaalf oude mannen, welcke in t Oude-man- nenhuys woonden, ende op sün Apostels met zonderlinge gecoleurde lange rocken toege- maeckt, voortghetrocken werden. 8o waren in verscheüden huysen aan t kerkhof, op de boven- cameren voor de ven» te ren, twee scholieren in haer witte choor-cleedëren gestelt, elc met een pahntacxken in de handt, ende, als de ezel met de man daer nevens quamen. soo hielden de treckers stille; als dan schoneken de scholiere den ezel met den man een deuntgen ter ven- zteren uyt, werpende hare pahntacxkens na In Tirol is tegenwoordig deze verrüzenis- viering naar den Paaschzaterdagavond ver schoven en heeft het karakter van een lof. waarbü zeer wlen tegenwoordig zün. Tot aan de Inlüving bü Italië was te Brixen ook het Oostenrüksch garnizoen aanwezig, welks mili taire muziek dreunend en daverend Inzette na den uitroep van den priester, dat Christus is verrezen. Voor de kleinen op moeders arm, was dit steeds een te groote verrassing! In Noord-Frankrijk althans rond ChAteau- Thlerry, zingt men in den vroegen morgen rond aas uur de Metten en Lauden van Paschen. Een processie vormt zich dan naar bet altaar van het H. Graf, waar de H. Hostie in den monstrans wordt geplaatst: hierna trekt men weer terug naar het Hoogaltaar. Dan plaatst men den Monstrans op een tafel voor de Com muniebank en dë geloovigen komen den voet ervan kussen. Paescudag ende Peescha vont, (men sou Wa lich hier moeten controleeren wat Paasch- saterdag betreft) hielden de leecken Hoogtüt. Een kerkmeester stond dan. jaar in jaar uit, bü een tafeltje met een schaal wyn. Elke commu nicant nam een lepel wün. zooals nu nog de wüdellngen na de communie in de wüdlngs- mls een teug wün drinken. ’s Middags trokken de Amsterdammers er op uit en .gtngh men om zün aflaet.” Men be gon bü het Leprozenkerkhof op den O. Z. Ach terburgwal. ging dan naar die „Celle-susters te Bethanlën" bü de Turfgracht en vereerde in de heiligdommen der stad de relikwieën <ne er be waard werden. de liturgie voorschrüft dat er eenig gedruisch zal gemaakt worden, ter herinnering aan de na tuurverschijnselen bü Christus’ dood, gaf eerst de hontslagher een roffel op zün groote houten clappe, waarschünlük, zooals nu nog gebrulke- lük, een plankje met een beweegbaren houten hamer er midden op, waarop dan de zanger- "_i instemden met hun ratels, smeten met stoelen en banken en trapten met hun voeten, dat er alsulcken rumoer ende ghetler in de kereke is, dat eener het gehoor haest soude vergaen; ende dit heet: de Dommeldemet te speelen (Donkere Metten). Witte Donderdag verliep zonder veel büzon- derheden. Men at „bastaensoppe" (witte wün- soep), men luisterde naar de toen nog voorge schreven afkondiging van de Avondmaalsbulle, tegen het overwicht van de wereldlüke macht in geestelüke zaken, en ging 's avonds naar de kerk, waar de passie gepreekt werd. -J-) de plechtigheden op Goeden Vrüdag ging |-< het behoudens één uitsondering, gelük nu nog jaar in jaar uit in onze kerken. Maar deze uitzondering is zeer büzonder, hoewel niet alleen Amsterdamschover geheel Europa kwa«u zü voor en in Tirol is zil. hoewel eenigszins an ders nog steeds in gebruik. Ende als zü het cruys menlchmael met zan- ghen ghegroet ende gepresen hebben, ende dat aanghebeden zünde (dus na de kruisonlblootlng en -verheerlüklng en na de aanbidding van den, Zaligmaker op het Kruis) so wert dat in een hooge tombe met swart laeken overghetogen, staende int midde vant choor, nederghelegt, en dat heet „Het heilig graf”, al waeromme die priester met een wüeroocksvat ten hoofde en de ten voeteneynt gaet wyeroocken ende daarna dig geoordeeld, om een eigen naar het Heilig Land te zenden, die zich ter plaatse van den toestand op de hoogte stelde en in zün blad aan dit vraagstuk een lang ar tikel wüdde, dat besloten werd met een korte samenvatting over het „plan van den ^grheid”, zooals dat door Sir William Harvey is 'dntwor pen in opdracht van de Engelsche Itbgeering, die een deskundig onderzoek liet instellen naar den toestand, waarin de Basiliek van het Hei lig Graf zich momenteel bevindt. Het Engelsche blad meent, naar aanleiding van dit plan, enkele algemeene opmerkingen te moeten maken, waarin twüfel wordt uitgespro ken of het plan van Mr. Harvey wel praktische resultaten zou opleveren, en behalve het pes simisme, dat in bedoeld artikel tot uitdrukking komt, wordt de totale schuld voor den treuri- gen toestand van de Basiliek van het H. Graf, toegeschreven aan de Kerkgenootschappen, die het H. Graf moeten bewaken. Tegen deze be wering meenen wü ten sterkste te moeten pro- testeeren. Want zonder eenlgen schün van bewijs wordt de schuld voor den treurigen toe stand waarin de Basiliek van het H. Graf zich bevindt, toegeschreven aan diegenen die met de bewaking van het H. Graf zün belast, en daaronder behooren ook de Katholieken. Het (s nog te meer noodsakelük om deze valsche be weringen recht te zetten, wijl het niet de eer ste maal is, dat in de Engelsche pers- een wei nig welwillend oordeel wordt uitgesproken aan het adres van de Latijnen in het Heilig Land. Wü willen niet ontkennen dat het artikel in de „Daily Telegraph” in een zeer gematigden toon werd geschreven, en dat de schrüver zelfs getracht heeft om objectief te zijn, maar toch kunnen wü dit artikel niet laten passeeren zon der enkele algemeene bemerkingen te maken, waardoor de blaam, die hetzü te goeder of te kwader trouw op de Katholieken van Palestina geworpen wordt, aal worden weggenomen. j-^e eerste dagen der goede week verliepen 1 toen, evenals nu zonder büzonderheden. Beginnen echter nu voor t gewone paro chieleven de plechtigheden pas op Witte Don derdagmorgen. den eersten dag van het groote en heilige triduum van Christus’ lijden, in Oud- Amsteraam begon men reeds Woensdagmiddag omdat in deze week het officie door de paro chianen werd bügewoond en de Donkere Metten reeds sinds eeuwen van den nacht naar den avond ervoor waren verschoven. Een op- merkelük verschil met onze gebruiken, maar juist zeer logisch in het groote geheel, was het gebruik om den klokken reeds op Woensdag avond voor de metten van Witten Donderdag het zwügen op te leggen. „Wanneer de volgende Woensdach comt, soo schort men de doeken, alsoo dat men die op die tüdt ende daermae tot Paesch-avent niét en luydt; ende die dach heet Schortel-Woensdach.” De naam Schorael (Schortel) Woensdag is verdwenen, maar niet het gebruik, nog heden ten dage schorten b.v. de klokkenluiders van het Theologlcum te War mond de klokkentouwen op en leggen er een grooten knoop in. Zoo is men verzekerd tegen vergissingen. Een gevolg van ^eze vroege zwijgzaamheid van bellen en klokken is, dat de ratel zooveel eerder In beweging komt. Gheduerende die tüt. zegt Walich. soo loopt de hontslagher als 1 tüt is om ter kereke te oomen, met eenen grooten ratel langhes strate om t volck t samen te roepen. Als de scholieren, de zangertjes der Middel eeuwen, hun eerbied in Gods Huis, den man die de jankende honden de kerk insloeg, of hun althans een eerbiedig zwügen Inboezemde, met zün ratel langs Amsterdams grachten hoorden, grepen ook zü hun ratel en gingen ter kerke om de donkere Metten te zingen. Op het eind, als w—v e eigenaardige plechtigheid die nu plaats 1 had is een van de twee ceremoniën, die over geheel Europa verspreid waren. Hier had men de processie met het kruisbeeld, elders beeldde men de gebeurtenissen uit die te Jeruzalem plaats grepen bü het ledige graf. Nog steeds lag het Kruisbeeld in het graf, waarom de geloovigen om beurten hun omme gangen hadden gehoudën. .Des nachts nae middernacht". Waltch vergeet te vermelden hoe laat, komen de geloovigen en de zan gertjes met hun leider In de kerk samen. Een priester gaat nu naar het Heilig Graf toe. neemt het Kruisbeeld er uit en zingt met luider stem: „Christus is uit het graf opge staan." Een processie vormt zich: de priester met het kruis voorop, de zangertjes met het volk er achter en zoo trekt men buiten rond de kerk, maar niet allen gaan mee. Wanneer men bü de torendeur terugkomt is deze geslo ten en aan den binnenkant is de kerk ..met een deel luchtige quanten beset, die men de jeucht wijs maeckt dattet duyveltgens zün.” De pries ter zingt nu het psalmvers „Doet open uw poor ten gü vorsten en de Konlng der glorie zal binnengaan." .De duyveltgens hebben in elcke handt eenen grooten steen of twee; vraeghen den priester met luyder stemme: „Wie is deze Coningh der glorie?" ende werpen voort met groot ghewelt ende eysselyk gheschrey de steenen teghens de doore aen." Zoo gaat men driemaal rond de kerk en tel kens antwoorden de duiveltjes op het gebod van den priester met veel lawaai. Bü den der den keer stoot de kruisdrager met de schaft van het kruis de deur open „alsdan is victorie ende de helle gaet open.” De duiveltjes stui ven weg en de processie trekt op .door de helle aardbeving van wn had het weer- I 1 standsvermogen van den eerbiedwaardigen tempel van het H. Graf, die uit de dagen der Kruistochten dateert, op een zware wüze op de proef gesteld. In de fundamenten en de In de Kathedraal van Turün wordt de H. Lükwade bewaard, wsmrln het Allerheiligste Lichaam van Christus na de Kruisafname ge wikkeld werd. Jarenlang hebben de geleerden een onderzoek ingesteld naar de echtheid van deze kostbare reUqule. Het resultaat van dese onderzoekingen is thans samengevat in een boek van den Tsjechlschen geneesheer dr. R. V. Hynek. dat dezer dagen ook In het Dultsch verschenen is, en dat tot titel draagt: .De Marteldood van Christus in het licht der mo derne wetenschap. De ontdekking van de echte beeltenis." Na langdurige wetenschappelüke onderzoe kingen. waarbü gebruik gemaakt werd van alle hulpmiddelen der moderne techniek, aooals scheikunde, fotografie, physlologie, ultra-vioiet- te en tnfra-roode stralen, is men tot de con clusie gekomen, dat de ReUqule die in Turün bewaard wordt, werkehjk de H. Lükwade is, waarin het Lichaam van Christus gedurende ongeveer 36 tot 42 uur gewikkeld was Het voornaamste bewijs te wel gelegen in het feit, dat de afbeeldingen in de lükwade absoluut negatief zün. dat wil zeggen, zooals van een fotografische plaat, op welker gevoe lige laag het geprojecteerde beeld opgevangen wordt. Duidelük kon worden geconstateerd dat dese afdrukken er later niet op aangebracht zün. Vit een diepgaand ondersoek van de afdruk ken in de lükwade tracht de schrijver een vol ledig beeld van het lüden van Christus te iw- eonstrueeren. De bloedsporen van de doornen kroon wijzen op een slagaderbloeding. zonder dat deze weefsels daarbü al te zeer verscheurd waren geworden. Op het lichaam waren dulï" delük de sparen te zien van talrijke wonden ter lengte van ongeveer 3 cjn„ die twee aan twee waren waar te nemen. 80 in totaal, het geen overeenkomt met de 40 geeeelslagen die bü de Romeinen gebruikelijk waren. Uit de afdrukken der wonden, die bü de Kruisiging zün ontstaan, kan de gevolgtrekking worden ge maakt, dat de spükers niet door het midden van de hand gedreven werden, maar door den handwortel, terwül de armen reeds uitgeetrekt waren, werden de voeten geheel in het midden van de wreef vastgenageld. Uit het onderzoek is verder komen vast te staan, de dood snars aak waarasm Christus ge storven te. De dood trad in door verstikking, tengevolge van tetanteche krampen, onder zeer groote pü- nen en bü volledig bewustzün; het is anato misch bewezen, dat bü langdurige uitrekking der armen, nog te meer wanneer deae aan een kruis vastgenageld zün. door de ongewone in spanning van bet middenrif een briemmering der ademhaling veroorzaakt wordt, die ten slotte leidt tot verstikking, suffocaöe, zyanoee. die een blauwe kleur veroorzaakt. Het is zeer merkwaardig hoe deze medische onderzoekingen gehete overeenstemmen met •het Bübelverhaal. soo doet het gemeene volck met seeckere gan- ghen de ronde daeromme, neyghende telcke reyse. als zü ten hoofde ende ten voeteneynde vant cruys comen. Men bemerkt, dat het Amsterdamsche gebruik veel weg heeft van de beaardingsplechtlgheden van een doode voor de begrafenis. Dat juist dit gedeelte van de Goede VriJdag-liturgle ^n plaatselüke gebruiken leven en beteekenis heeft gegeven, te licht te begrijpen; het te immers het dramatische hoogtepunt van de herdenking van Christus' dood. In de Angelsaksische kerk, had men, zooals Rock in zün „The Church of our Fathers" aan geeft. „The Burial of the Rood", de begraving van het kruis in een graf met gordünen om hangen. Twee of meer monniken hielden hier de wacht tot Paaschmorgen. Eigenaardig is de vermelding van een dubbel graf te Nieuwpoort. In het benedenste gedeelte lag het kruisbeeld met een wit laken gedekt, waarop drie zilveren kronen, en in de boven verdieping was het tabernakel met het Aller heiligste, aldus Kan. v. d. Velde in zün boek over de Goede Week. De wacht werd hie^ be trokken door manschappen van de Spaansche bezetting, later door de hoveniers, leden van de broederschap van het Heilig Kruis. In lange mantels gehuld hielden zü de eerewacht en met hun pieken gaven zü bü elk uurslag een stoot op dep grond. J In zün parochiekerk, vertelde mü een pries ter. geboortig uit Tirol, wordt nog steeds in een imltatie-steenen graf een levensgroot Christusbeeld gelegd, als op een-praalbed met palmen en groen er omheen. Het graf ïïgt dan veelal voor -het hoogaltaar, zoodat men erover heen den monstrSnA met het Allerheiligste op den exposl.letroon kan zien; de monstrans te echter ten teeqen van rouw om Christus' Xen sluier omhuld. ihg liet men in Oud-Amster- dam ..sekere eetbare spüse'' wüden en de meer- vermogenden kwamen aandragen met een „deu- vecater", het brood met aan weerszijden een knobbel, en noemden het „wyebroot”. Zooals nu sloeg de priester vuur uit een •aJwB

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Noord-Hollandsch Dagblad : ons blad | 1936 | | pagina 9