Wat Kikker Karei en Tuimeltje beleefden
wui den daq
Engelsch-Egyptische besprekingen
H
ALLE ABONNÊ’S igevaüen1 verzekerei voor een dar vtrts^nda uitkeeringen F 750.-
wl
et eilind der eenzamen
GROOTE MOGELIJKHEDEN
worden U geboden door advertentle-reclame In
de rubriek „Omroepers”. Laat die O niet ont
glippen. De prijs kan geen beswaar zijn, want
voor slechts 80 rent per regel komt UW eaken-
Omroeper onder de eendacht van 80.000 go-
zinnen
7-1
WOENSDAG 29 APRIL 1936
TE KAIRO
De ware
zeeman
na
Onzichtbare aanwezigheid
BOEK EN BLAD
'A
A
A
A -
A
jM
ongeschiktheid tot werken door p *7^fï b*J met 17 0^70
a, belde beenen of belde oogen Uvs" doodelijken afloop fclVVs"
AANGIFTE MOET, OP STRAFFE VAN VERLIES VAN ALLE RECHTEN, GESCHIEDEN UIT ER LIJK DRIE MAAL VIER EN TWINTIG UUR NA HET ONGEVAL
- - - -
25B
<*n
r®n
leb
de
30;
ss
Ml
S
heb-
Nahas Pasja
tl-
9
I
ELFDE HOOFDSTUK
(Wordt vervolgd)
i]
Ben throreUach-prakttoehevtudte
auteur zün brocbure, 'welke nogdot
sche probleem, hetwelk in eersten aanleg
probleem van pacificatie der geesten U.
Niemand kende den inbreker. HD had een groote geratte pet
op en wilde niet zeggen waar hij vandaan kwam. Tuimeltje
vond het raadzaam zijn handen te boelen en zijn gereedschap
af te nemen en in optocht brachten ae hem naar de gevangenis.
Toen le de donkere oei sag. haalde de inbreker driemaal zijn
grooten neus op en stapte toen het hok binnen zonder iets te
zeggen.
JO;
10;
met
tne is;
Nader bericht Reuter telegrafisch, dat do be
sprekingen, spijts do reserve, welke van offlcl-
eele zijde werd gemaakt, een zoodanig verloop
nemen, dat gunstige resultaten worden verwacht.
De besprekingen zijn verdaagd tot 5 Mei, en als
hot verloop gunstig is, zullen zü in September te
Londen worden voortgezet.
De tremmer stond
die door het hevig
MJ levenslange geheels
verlipe van belde armen,
raai
Ivenals ieder jaar, werd ook tMns de geboortedag fan Shakespeare, die tevens
«Vn sterfdag ts, in Ingeland door veel pelgrimages naar Strat/ord-on-Avon gevierd.
De dmMe In M stadje op IJ April
wen
afspraken e
Wafd van n
bevordering
uur.
ito.'
"terne an-
achtereonvol-
le-
te
ran
ien
eer
tiet
let
te-
bU
die
In-
ol-
ier
id-
na
im
eet
hts
rijl
eb
en
jo
in
-36:
.20;
.20;
20;
•5J;
Romen van Paul Keiler
Vertaald door Louis de Bourbon
iiiiiiiinwmim>iiiiiiiiiiiii|||i|ii|lll»ltl T
hij vlug als een kat, zich
Tn de deur van de gevangenis set een gat, dat juist groot
genoeg was om een hoofd door te steken en daar het zoo
donker en muf In de cel was, stak de inbreker er zijn hoofd
door en ook zijn beide handen, want hü moest op zün teenen
staan om lucht te kunnen happen. Spoedig had de boef berouw
en imaakte om genade, maar hij moest een goede les hebben
en de kikkers deden net of ae er geen woord van verstonden.
,Nu zal ik den inbreker krijgenbromde Tuimeltje bü rich-
self. Hjj ging heel alleen alle kamers in, maakte de kasten
open en veerachtig, toen hij de linnenkast opende, zag le dat
de inbreker al de planken overhoop had gegooid en zelf rechtop
in de kast stond. Tuimeltje riep direct om den Inbreker te
komen arresteeren en hem in de donkerste oei, met de groote
ijzeren sloten te brengen.
eta
en 77
ït-
01-
Ut
ser
od
zóóveel te doen. Zoo n haast had ik niet, hoor l*>
1111.i11
dronken man van den eenen wand van de hut
tegen don andere tuimelde, zün stoel -an
„VtMTAMDIG STUDIKK.IH IN
VRUCHTBAAR WIRKIN”, door
Pr. S. Rombouts. Uitg.: Drukke
rij R.K. Jongensweeshuis. Tilburg.
Als no. 83 van ds bekends Opvoedkundige
Brochurenreeks onder leiding van Prater Rom-
boute zag hier weer een uitgave het licht, welke
als alle reeds van genoemden Prater ver
schenen pennevruchten uitmunt door dsge-
De Egyptenaren hebben herinnerd aan de ge
maakte afspraken van 1930 en later, waarbü
van
eerste instantie
ger en in tweede
bUbrengen, zoolang ik op het eiland ben, vele
mooie en nuttige dingen.”
„Het zou mooi van u zijn, als u dat wilde
jioenl” ael zü dankbaar.
Rustig stroomde <|e rivier. Geen windje streek
over de toppen der slapende berken; de bos-»
schen aan den oever spiegelden zich drooms-
rig in het water, hier en daar fonkelde een
gouden lichtje tegen een eenzame helling. Ook
over het bootje lag een groote vrede, het bootje,
waarin een jong menschenklnd voer naar het
brullofstfeest der ziel, naar het koningsslot,
waar de gekroonde vorst der wereld zUn hand
op het hoofdje zou leggen en hem zün kind sou
noemen.
„Nu zün we zeker al heel, heel ver weg van
huis?” vroeg Clothllde.
..Ik wou. dat u heelemaal van huls weg was,”
antwoordde Gunther.
„Hoe kunt u zoolets zeggen?" vroeg zü ver
wonderd. „Ik zou mün vader nooit verlaten.”
Toen zweeg hij.
Toen de rivier andermaal een scherpe bocht
maakte, ultte Clothllde - van verrassing een
zochten kreet. De stad lag voor hen. Honderden
lichten flonkerden en weerspiegelden in het
Water.
„O, dat la mooil wat is dat mooil” riep sü
vol verrukking.
Onafgewend keek zU naar de stad, die tegen
de helling van den heuvel lag.
Gunther stoorde haar verbazing niet en
zweeg. Toen zij geland waren, liep hü dicht aan
haar zijde. Kajetan ging voor hen uit en wees
den weg. Clothllde droeg het kind. Doch zü ging
sfjn brsede krachtige knuisten het stuurrad,
als wilde hU de doode schuit nog éénmaal tot
nieuw leven opwekken. Maar de .Herold" ver
roerde zich niet meer en scheen nog slechte
te wachten op haar begrafenis. Alleen het wa
terdicht afgesloten compas functlonneerde nog
Dat a°u zoo straks daar beneden aan ..Papa
Jonas” met pünlüke nauwkeurigheid aan wijzen
waar nu eigenlUk precies het Noorden ia, ce
richting, waaruit do helache, Uskoude wind zóó
krachtig blies, dat do zwarte bergen water, die
hu aanstuwde, krakend, spattend en schuimend
tegen het schip te pletter sloegen. Brrr! Wat
een hondenweer! De hemel was inktzwart. Ner
gens een sterretje te bespeuren, nergens een
sprankje hoop. BU elke stortzee, die onstuimig
kwam aanrollen, hief zich de boog ven - hek
schip meer en meer uit het water omhoog. „De
achtersteven zinkt all” mompelde de kapitein,
het stuur loslatend en al tastend zün weg zoe
kend naar de kaartenhui. Dikke wolken roet,
die uit de breede schoorsteenpijp walmden,
joegen spookachtig over het dek van het ver
laten sehlp voorzichtig strompelde de kapitein
in de richting van de hut. Hè. wat was dat
nou? zag hu dat goed? Warempel, het wta zoo,
tn de kaartenkamer brandde licht. De kapitein
was altUd een tikje bügeloovlg geweest, maar
nü was hU het moer 'dan ooit. Krampachtig
hield hu rich vaat aan een stang en loerde
door een ruitje naar binnen. Tot zUn niet ge
ringe verbasing zag hu aan do kaarten-
tafol een kerel zitten met een gezicht aoo swart
als roet en wilden haardos. Rustig voegde de
vent zün zwarte snuit met een doek af en hapte
onderwijl tn een stuk roggebrood. Vóór hem
op tafel lag een zU spek, waarvan hU een
flinke reep had afgesneden.
.Dllka.... dat is Kroeoel” stiet da kaniteln
opgewonden uit Meteen duwde hu de deur van
de hut 0P*n Kroeze, de tremmer, staarde hem
grinnekend aan en mompelde: ^e moet maar
pech hebben) Nou, enfin....I”
„Kroeze, kerel, waar kom JU vandaan?”
„Uit het stookrulm, kapltelnl"
„Waarom ben JU niet mot do anderen mee
gegaan? «tap je niet dat wU elk oogenbllk
naar den kelder kunnen gaan?”
„Nou, kapitein, er waa daar beneden nog
later,
werd overeengekomen, dat do verdediging
het Egyptisch grondgebied f
toekwam aan een Egyptisch
instantie aan Engeland en verder, dat de Brit-
sche troepen de steden Zouden ontruimen. De
Ehgelschen hebben daartegenover aangevoerd de
sindsdien sterk en onvoorzien veranderde om
standigheden, waardoor een nieuwe militaire
noodzaak is ontstaan. Deze veranderde omatan-
dlghoden zUn het opdringen der Italianen aan
de grenzen van Egypte en de Anglo-Bgyptlaohe
Soedan, in verband met het Abeeelnlsch-Itall-
asmach conflict: in Oyrenalka, Eritrea en Abes-
sinte. Het is „Mussolini's schaduw, die over
Egypte valt,” waarvoor trouwens roods jaren
terug Engelsche publicisten waarschuwden. Op
dat krachtige argument hebben de Bgyptenaren
weer geantwoord, dat mén zich ook op andere
wUee dan door het bereid houden van oen mach
tig en duur leger tegen een eventueelen Itali
aan.schen aanval kan zeker stellen, b.v. door het
sluiten van een Kgyptlsch-Italiaansch pact van
non-agreesie. een aangelegenheid tusachen
Egypte en italic overigens. Waarop de Bngel-
schen weer In het veld kwamen met de verwU-
weest, Clothllde, toen u uit Weenen kwam.”
..Neen, dat kan niet! Zoo mooi en klein ben
ik nooit geweest en deze stad is ook veel grooter
en prachtiger dan Weenen."
Toen begreep hU. hoe bittere armoe zjj had
geleden naar geest en hart. De kleine doopstoet
kwam door een smalle straat op een kerkhof,
waar in hot midden de kerk stond. Clothllde
deed eenige schreden op het kerkhof en kromp
toen ineen van schrik.
„O o daarl daar!!'
„Wat scheelt u. Clothllde?”
ZU was doodsbleek.
„Een man...." fluisterde zU; „daar is een
man vastgenageld I
Uit den schemer tusschen twee lihdeboomen
doemde een hoog kruis op.
„Dat is Immers maar een krulal” oei hst
kind verwonderd.
„HU hU zit vastgespUkerd!” herhaalde
Clothllde met doodschrik in haar oogen.
Gunther nam haar bU den arm en trok haar
mee.
„Ik zal u allee uitleggen, Clothllde; u onder
gaat vandaag te veel nieuwe Indrukken."
In de kerk was het nagenoeg geheel donker.
Slechte de Godslamp brandde voor het hoog
altaar, en bU de doopvont flikkerden een paar
kaarsen. De bleekheid week niet van Clothilda’s
wangen, haar adem ging gejaagd. Met schuwen,
niet begrijpenden blik volgde zU de heilige han
deling, en toon de priester haar verzocht, het
Onze Vader hardop mee te bidden, zei >U onder
tranen:
„Vergeef mU ik kan bet nleti”
weldlge breker over bet dek gerold. In oen
oogwenk wae de halve brug weggespoeld. Het
dak van de kaartenhui word weggerukt, aan
drie zijden wer- -
den de wanden J
van de hut
een gedrukt,
kapitein
die vervl.... klippen stootea, kan alles nog
be^reX.,"’ke?S71Mj bent nog eem oer zee
man!” zei de kapitein, terwijl hü ópstond en
spontaan den tremmer de hand drukte. Het
bedrukte gezicht van den .XXiwe” was weer
wai opgeklaard. Misschien wks de schuit nog
niet verloren. Op dat oogenbllk kwam een ge-
Ml verte na een hand,
•en voet af gas «ow
(Büsondere correspondentie»
KAIRO. April 1936
q. T a meer dan een maand tüds hebben de
IXI delegaties, welke hier de Britsch—Egyptl-
A sche onderhandelingen voeren, een eerste
oificioale communiqué uitgegeven. Het dient
ctz mede te deelen, dat de onderhandelingen
voor korten tijd onderbroken zuilen worden, om
den Britschen gedelegeerden de gelegenheid te
geven het Paaschfeest te vieren en een korte
paaschvacantie te houden. De Britsche gede
legeerden treffen het niet, want vandaag
eenige dagen voor Paschen, is Juist een sirocco,
«en heete Zuidenwind beginnen te waaien, wel-
Ze, zü het dan ook niet van de schroeiende
soort, in leder geval voldoende is om de va-
cuitiegeneugten te beperken tot luieren tn ds
dub en het drinken van whlskey-and-ooda,
hoogstens tot het zoeken van wat verfrisoching
aan de kust in Alexandria.
De delegaties behandelen elkaar natuurlijk op
voet van gelükheid en wederzüdscbe hoogach
ting. De onderhandelingen werden dan ook
eveneens afgebroken hoewel toen pas begon
nen in begin Maart om den Egyptischen gede
legeerden de gelegenheid te geven Balram te
vieren, het vreugdefeest na afloop van de Ra-
tnsddan, de Mohammedaansche groote-vasten.
Vermeld communiqué deelt verder nog mede,
dat de onderhandelingen tot dusvw^s werden
gtvoerd in een hartelüken geest van we-
derzjjdsch begrijpen. Maar het deelt niet mede,
of en hoever deze geest de besprekingen heeft
gevoerd op den weg naar overeenstemming.
Het karakter van dese onderhandelingen
niet officieel, het zün slechts de
besprekingen, voorafgaand aan de
o'ficieele onderhandelingen, welke
HU had met haar te doen, en hU wilde Iets
troostende zeggen, maar Kajetan was hem voor.
Dese telde:
„Mün vrouw kon lezen en schrijven; sü be
hoorde tot de ontwikkelden.”
•Houd je mond. Kajetan!" gebood Gunther
onvriendelUk. maar Clothllde antwoordde hem:
.HU heeft groot gelük! Ik behoor tot do
dommen!"
HU sprak haar heftig tegen.
-Als u ooit iets doms hebt gezegd, dan is
het dit. U weet heel goed, hoe vaak u verstan
diger bent dan ik. U ontbreekt niets dan een
ieeraar.”
I 4k zal er nooit een hebben.”
-U zult er heel gauw een hebben,” zei hü
Met nadruk.
.U?”
Ja, mül”
Maar u hebt mü al zooveel móóis geleerd over
I Kerstmis en over het doopsel."
.4k zal u nog meer vertellen over het
Christendom. God weet, dat ik geen voorbeeldig
Christen ben, maar beter een zwakke leider dan
geen leider. Ik aal u nog vele andere dingen
et tot van de .Heroldscheen bezegeld.
Ingespannen tuurde do kapitein, vote-
over gebukt op de beug staande, naar
het ultsetten van de reddingssloepen. Een paar
waren er aoo Juist verdwenen achter de hul-
aenhooge, kokende golven en nu hing dan de
laatste ter hoogte van het dek eveneens bulten
boord. De stuurman telde de koppen, telde nog
eens opnieuw en kwam tot de ontdekking dat
er nog één man mankeerde. Een lulde roep
klonk door den denkeren nacht* maar niemand
verscheen. Do sloep schommelde hevig: langer
wachten was niet moer verantwoord. Met een
strak gezicht en opeengeperete lippen bracht
do stuurman de hand aan zün pet.... zün
laatste groet! Plechtig, als gold het een begra
fenis. salueerde nu ook de kapitein. „Goede
reis!" riep hü zün mannen met bewogen stem
toe.
„Vieren I” commandeerde daarop do stuur
man en langzaam daalde de stoop op de on
stuimigs see.
„Voor en achter.los!"
Een schuimende golf trok onmlddeUUk het
bootje met zich mee en even later wae ook
deae sloep in de duisternis verdwenen....
De kapitein bleef alleen achter met de
Wmoinlft**
tjAA^rosG
zing naar de jongste versterkingen der Itall-
aansche artnée in Cyrenaika en aan de Egypti
sche Westgrens, en op hot feit, dat het Itallaan-
sche leger in Abessinlft zich thans aan de boer
den van het Ttana-meer bevindt en deege-
wenscht beslag kan leggen op het water van don
Blauwen NU1, waarvan het levensbelang van
Egypte en den Anglo-Egyptlschen Soedan af
hangt. En dat het dus zaak te Italië af te schrik
ken door zelf machtig gewapend te zün. En
hierop heeft de Egyptische regeerlng geant
woord met den stoutmoedigsten zet in de partü
echaak, waarmede men dese onderhandelingen
mag vergelüken: het liet door zUn gesant te
Rome onafhankelük stappen ondernemen op het
staatssecretariaat voor buitenlandsahe zaken,
om de geruststellende verklaring te verküten,
dat Itali* in ieder geval de rechten en belangen,
waardoor Egypte bü de streek van het Tsana-
meer betrokken te. zou eerbiedigen. Staatssecre
taris Suvlch gaf dese verklaring.
Men moet aeggen, dat het spel der Bgyptena-
len, der Egyptische delegatie in samenwerking
met de Egyptische regeerlng. lang niet slecht te.
Toch te veel erin slechts van demonstratieve
waarde, soools zeker ook het zelfstandig contact
zoeken met Italië, wat Engeland niet zeer aan
genaam kan zün. Het Italiaanscho gevaar ia
Engelands sterkste stuk op het schaakbord.
Indien voor het probleem der Engelsche mili
taire bezetting toch een oplossing gevonden
wordt aal het hoogztwaarschünlUk sUn op den
grondslag van de „onzichtbare aanwezigheid."
De Egyptenaren zün van oordeel, dat in eerbie
diging van het Egyptische onafhankelUkheida-
sentlment, de Engelsche troepen in Egypte op
s'n minst genomen niet onzichtbaar genoeg
kunnen zün De Engetechen meenen, dat hun
troepen op s'n minst genomen niet aanwezig ge
noeg kunnen zün, al verliezen sü niet uit het
oog welk een psychologische factor van belang
voor orde, rust en veiligheid ook hun duldelüke
zichtbaarheid zou wezen. Het compromis sou
dan Inhouden: 1. terugtrekking dor Engelsche
troepen uit de steden en overal, waar hun aan
wezigheid beleedlgend yoor net nationale gevoel
der Egyptenaren moet worden geacht; 3. orga
nisatie van 'n krachtig Egyptisch defensleleger;
3. legering der Britsche troepen op de diverse
punten van strategisch belang, aan het Sues-
kanaal en op de gT"**"
slechts aarzelend, voetje voor voetje voorwaarts.
Het overweldigend-niéUWe van deze stad, deas
groote mensohengemeenschap. hield haar ge
heel gevangen. Ze ademde diep en vaak bleef
ze stil staan van verbazing. ZU verwonderoe
zich over de hoogs hulzen, de verlichte uit
stallingen, de geplaveide straten, do gouden
krakeling boven de deur van den banketbakker,
den reusachtigen blauwen dulventrots voor de
herberg, de negergroep voor den fruitwinkel, den
Neptunus op do markt, uit wiens drietand hot
Water omhoog spoot.
Maar het allermeest stond zü verbaasd over
de kinderen.
„Ben kleine man wat een kleine manl” riep
zü, toen zü een jongen zag, on toen zü een
ongeveer tienjarig blond meisje tegenkwam,
geraakte zü >00 bulten zichzelf, dat sü hot pek
den doopellng op straat legde, naar het
toeliep en zeide:
g ik je eens vast pakken. Jou grappig
klein vrouwtje?”
Het kind wilds sdhuw opsü gaan, maar
Clothllde sloeg beide armen om haar hoen en
kuste haar hartstochtelük. Dan nam sü oen
gouden ketting van haar hals, gaf dezen aan
het kind en zei:
„Dit mag JU hebben, lieve, kleine vrouw.” Nu
kreeg het kind vertrouwen, en verward van ge
luk over het prachtig geschenk en nieuwsgierig
naar de plannen der vreemde menschen bege
leidde het levendige kleine ding den doopetoot.
Clothllde kon tntusschen de oogen niet van haar
afhouden.
„Zoon aardig, klein meisje bent ook ge-
relnltrit en onafhankelükheid een illuete. Er te
magstak. dat der onafhanWtlüldheidTeu'da^
weer bet vraagstuk der Britsche militaire occu
patie. Welke natuurlUk moet verdwijnen.
Nu zien zelfs de grootste idealisten wel in,
dat, wanneer het op onderhandelen aankomt,
een of anderen vorm moeten vinden, waarin
dr Engelsche belangen met het Egyptische
ideaal verzoend kunnen worden.
Zü meenen dit te hebben gevonden in bet
aannemen van een overgangstijd, waarbü ge
leidelijk aan de teak der verdediging van
Egypte's zelfstandigheid tegen buitenlandzche
aanvallen in de eerste plaats wordt overgedra
gen van het Engelsche leger op het Egyptische
leger. In dien overgangstüd moet dan dit op zün
teak berekende Egyptische leger worden ge
vormd, want Engeland blekt tot nu toe de vor
ming van een eenigsztns hernieuwd inheemsch
Egyptisch leger met alle macht tegen. 'Dit
nieuwe nationale leger nu aal voldoende zün
voor de Egyptische veiligheid tn tüd van vrede.
Breekt een conflict uit. dan eerst zal Egypte
voor zün verdediging ook de militaire hulp van
Groot-BrittannM noodlg hebben en dankbaar
aanvaarden.
Het te heel gemakkelük te raden welk ant
woord de Britsche militaire deskundigen op dese
vondst der idealisten zullen geven. Men kan een
land-, zee- of luchtverdediging improviseeren.
Indien men wacht tot de vüandelükheden be
gonnen zün om troepen en materiaal in stelling
te brengen, dan aal waarachünlük alles te laat
komen, juist als de dorpsbrandspult In de klucht.
Dit klemt te meer, wanneer soools in het onder
havige geval eenige duizenden kilometers, twee
zeeén en een oceaan het geholpen en bet hel
pende land van elkaar schelden. Het spreekt
vanzelf, dat de Egyptenaren in hun binnenste
denken, dat het Engeland tenslotte geen dult
aangaat, hoe en met welke hulp zü eventueel
hun zelfstandigheid gelooven te kunnen verde
digen. Maar niemand mag at kan zulks uitspro
ken. En zoo is het ook voor de hand liggend,
dat om goede redenen Engeland het In het ge
heel niet büsonder gewenscht acht, dat de
Egyptenaren een sterk leger zouden hebben,
goed voor de verdediging, zeker, maar dat toch
ook wel eens agressiviteit naar heel verschillen
de kanten sou kunnen ontwikkelen. Maar ook
dit wordt niet uitgesproken. Maar iedere partü
weet heel goed, wat er bü de andere op 's har
ten grond ligt, al welt het ook niet naar de koel.
En dit maakt de besprekingen ten deele tot een
comedle. Ten deele, want hot is niet uitgesloten,
dat een zekere mate van voortooplge overeen-
t
„öi wat dat zinken betreft, kapitein, dat
kon nog wel eens losloopen. Alle luiken en
schotten zitten potdicht beneden. Ik heb allee
zelf gesloten. Alleen de machinekamer on -het
stookrulm staan blank. Maar..,, de storm
wordt al wat minder. Als wü met op een van
stemming toch bereikt wordt, al lükt ook dat
moeUUk.
Sir Mlles Lampson heeft onlangs in een rede
voering, sfgestoken tüdens de onderhandelingen,
verklaard, dat het te sluiten verdrag het voor
spel zal zün van het nieuwe tüdperk In den
loop waarvan Egypte zün onafhankelükheid vol
ledig zal maken.
De radlcaal-natlonalisten hadden een andere
formule willen hooren, nJ. dat reeds het te
sluiten verdrag de onafhankelükheid van Egypte
volledig zal maken en den weg effenen voor de
Intrede in den Volkenbond van een onafhanke-
lük Egypte, den geallieerde en gelüke van Enge
land. De formule van Sir Mlles was een bittere
teleurstelling voor deze lieden, zü leidden er, te
recht, uit af, dat men lang zal moeten wachten
voor Egypte in het bezit zal komen van zün vol
ledige soevereiniteit. Ondertusechen sullen de
Egyptenaren. die de onderhandelingen voeren,
zich meer door practischen zin voor de werke
lijkheid en het bereikbare moeten laten lelden
dan door hun idealisme. Mochten zü dezen sin
voor het practlsche aanvankelük niet gehad
hebben,'dan zullen zü hem tn hun dagelüksch
contact met de onderhandelaars van een zoo
eminent practlsch volk als het Engelsche is, wel
snel ontwikkeld hebben; althans Is {lat voor hun
succes te hopen.
Doortje, de watervrouw, zat aan bet venster
van haar huisje te naaien. Elke halve minuut
echter hief sü bet grijze hoofd op en keek naar
buiten oyar üst welland, of er niemand aan
kwam. Dobrtje etend, of juister gezegd: sü zat
op wacht. Zü bad een’geheim te bewaken, en
dl* geheim betrof Gunther en Clothllde.
Deae twee zaten aan Doortjes ronde tafel
en spelden. Voor hen lag oen Abc-boek en
een lei met een griffel, benoodigdheden die
kleine kinderen hebben, als zü de eerste voor
zichtige pasjes zetten op het onmeteluk terrein
der kennis. Gunther had deae nuttige voor
werpen. die zelfs voor den grootsten dichter, den
geniaalsten geloerde, den kundlgsten staatsman
het fundament en bet uitgangspunt betoekenen
van alle intellectueel® praestatlee. voor Clothllde
gekocht op dien bewuaten avond, toen sü on
de treden van de Neptunusbron bittere tranen
vergoot over haar onwetendheid. Nu zat hü bil
haar en leerde haar met zachtheid en geduld
An”*8 bcelk“r
.jn beteekeuen. terwül een ,jn” en een ja"
bet mooie woordje „ma" vormen
B«ne lachte zü. soms ook kwamen hoor do
ttanen In de oogen. m het begin schaamde zh
zich erg; maar haar üver was sterker daa hur
gevoel van schaamte, en Gunther was als
mingevoelig w aoo li-fdevol, dat «J
een groot vertrouwen in hem kreeg.
'welke
dere aal worden gevolgd, zo
gens behandeld worden: de rol van den wil bü
alle sucoesvol studeeren en geestelük werken, dé
psycho-technlek van leeren en verstandehjk
werken, en de dldaktlache behandeling van de
vraag, hoe het mogelük is anderen te leeren
studeeren en werken.-
Dit eerste der 3 nummers, met den ondertitel
Werken en Willen, Is buitengewoon Interes
sant, vooral in de hoofdstukken, waar het gaat
over de „rationalisatie” ook van geestelüken ar
beid over te overwinnen weerstanden en rij-
andelüke machten bü het aanpakken van dege
lijke studie over het succesrol dóórzetten bil
den studie-arbMd over het onderscheid tus
schen „besognes” en echten arbeid enz.
Het zou een vruchtelocse poging zün. teekenende
voorbeelden uit dé praktük. rake opmerkingen,
waardevolle adviezen aan te halen: op elke
bladzüde treffen we ze aan! We willen dus vol
staan met deze aanhaling uit schrijvers „Woord
je vooraf'
„Wie werkelük vruchtbaar wil leeren werken,
cm zóó iets van zün leven te maken, die kan
niet volstaan mot de volgende bladzijden even
vluchtig door te lezen. HÜ moet zo bestudeeren
en dan wat nóg voornamer is! kordaat
aanpakken en hardnekkig volhouden."
En daar dan alleen deze opmerking büvoegen:
een Inderdaad bestudeeren van Rombouta’
brochure zal dengene. die zich er toe zet. bui
tengewoon veel goed doen met betrekking tot
zün studie op Juisten grondslag en naar vast
systeem.
Ook verder waa zü niet in staat, eenlg voor
schrift op te volgen, ja. sü beefde zelfs zoo, dat de
koster haar bet kind afnam en het in Gunther’s
armen logde. Met gebogen hoofd, doodelük be-
achaamd, sloop Clothllde van de doopvont i
weg en ging in een bank zitten, een flauwte I
nabü. De geeetelüke wenkte haar terug te I
komen, maar zü zag het niet; SU keek slechts
naar het robünroode licht voor het altaar. Dat i
begon voor haar oogen te draaien en beschreef -
tenslotte een grooten vurigen cirkel, en midden i
In den cirkel sag Clothllde weer de schrikaan- i
Jagende verschijning van den vastgespüker- 1
den man. Toen stond sü op en vluchtte uit de
kerk, vóór Iemand het kon verhinderen.
Zoo werd, na afloop van het Doopsel, de
doopellng door den visscher Kajetan de kerk 1
uitgedragen, terwül Gunther zich haastte
Clothllde te zoeken. Hü vond haar op de niMtrt.
zittend op de treden van de Neptunusbron,
en de oude watergod wierp kleine zilveren drup
peltjes op haar.
Gunther kwam op haar toe en legde zün
hand op haar schouder. ZU schrok op. Eerst
na een poosje was sü tn staat te spreken.
„Waarom bobt u mü dit aangedaan; waarom
heb Ik mü zoo moeten schamen?”
„U hoeft zich niet te schamen, Clothllde I”
Zü wilde zich niet laten troosten. Toen kwam
het kleine meisje naderbü, ging mot een
nieuwsgierig gezichtje voor Clothllde staan en
vroeg met een haperend stemmetje:
„Zeg zeg. bent u bent u oen heidoneebe
grtnomr
i?
preliminaire
öfficleele onderhandelingen, welke gehouden
zullen worden, wanneer de preliminaire be
sprekingen tot een accoord sullen hebben ge
voerd.
Aan bet hoofd der Britsche delegatie staat de
Engelsche einha wedeur te Kaïro, de Engelsche
Hooge Commissaris voor Egypte, Sir Mlles
Lampson. Hü wordt terzüde gestaan voorname
lijk door Britsche militaire deskundigen. Dese
samenstelling is Interessant, want zü teekent
den aard dezer besprekingen van Britsche op
vatting. Het gaat om een regeling van het mili
taire vraagstuk, at beter van bet vraagstuk dor
militaire noodzaak.
Ook de samenstelling der Egyptische delegatie
le interessant. Op de eerste plaats om do afwe
zigheid hierin van militaire deskundigen. Waar
sou de Egyptische delegatie ook haar militaire
deskundigen vandaan moeten halen? Zeker niet
van het Egyptische leger, dat slechts een te
erwaartooeen eenheid is. De Egyptische dele
gatie to zamengesteld uit politici, vertegenwoor
digers van alle in het laatste Kgyjjttocbe par
lement vertegenwoordigde partijen, zoowel van
de machtige Wafd, als van de gematigder
mlnderheldspartUen. De Egyptische delegatie
wordt aangevoerd door Nahaa Pasja, die de op
volger van Zagloel Pasja als leider der Wafd ia.
De Egyptische delegatie heet dan ook de dele
gatie der nationale eenheid.
De aamwesigbeid van alle politieke pertüen tn
de Egyptische delegatie versterkt natuurlUk haar
positie tegenover de Engelsche delegatie, die
nu in de personen barer Egyptische tegen-
gedelegeerden de geheele Egyptische natie moe
ten aten. Het spreekt weliswaar vanzelf, dat
besprekingen met een delegatie, waarin de
sterkste vertegenwoordiging die der radicaal-
nationalistische Wafd is. daarasm hun büzon-
dere moeilükheden ontleenen, maar daar dient
tegenover te stellen, dat alle besprekingen,
eeoorden, zonder deelnune der
n geenerlei waarde zün roor de
Ware oplossing van het Egypti-
- - - - - -• een
'“t is. De
Wafd Immers omvat van 73 tot 80 procent van
het nationaal politiek bewuste deel der
Egyptische natie on beschikt over een enor
me agitatiecapacltelt, dank sü den aanhang van
alles wat studeert, meent te studeeren of moest
studeeren.
Compromit inzake de militaire
quaeetie mogetyk
Dat de onderhandelingen niet vlotten to In
bet geheel geen wonder. Voor de Engelsche
delegatie, welke grootendeels uit militaire des
kundigen bestaat, to datgene, wat aan de orde
ia, allereerst een vraagstuk van Britsch-impe-
rieele militaire noodzaak en politiek waarbü
sü de volkomen unnemelUke stelling vooropset-
ten, dat sinds de vestiging van Engelsmda
machtspositie in Egypte in 1883, het belang van
het Britsche Imperium ato regel ook het be
lang van Egypte bleek te zün. Voor de Egypti
sche gedelegeerden evenwel, nationale politici
allemaal, is een vraagstuk van allesoverheer-
achende, Idealistische politiek aan de orde, de
verwerkelüklng van Ekyptes ware onafhanke
lükheid en soevereiniteit door Engeland in be
ginsel erkend in de verklaring van 28 Februari
1833, onder voorbehoud van de bekende vier
punten: verdediging der verbindingswegen van
het Britsche imperium, verdediging van Egypte
tegen bultenlandsche aanvallen of inmenging,
bescherming der vreemdelingen, de Soedan.
Dit voorbehoud, althans voor wat de eerste
drie punten betreft, zien de Egyptenaren be-
llcltaamd In de aanwezigheid der Britsche gar
nizoenen op hun grondgebied en in hun steden,
welke aanwezigheid zü steevast de Britsche mi
litaire occupatie noemen, al is volgens Engelsche
opvatting daarvan geen spreke. Met deze Brit
sche occupatie achten zü de Egyptische soeve-
de
rolde
onderstboven en
de tremmer
dankte zün leven
aan het feit, dat --
aan een stang had weten op te trekken. Toen
het water weggespoeld was. twinkelden de
eerste sterren aan den donkeren hemel....
Met levensgevaar sleepte de tremmer zün
kapitein naar zün kooi, en verbond hem zoo
goed en aoo kwaad ato bet ging zün gebroken
rechterarm. Voorzichtig legde hü den „ouwe”
daarop neer en stommelde weer naar boven.
-- Langzamerhand was de kracht van den cr-
7. ”7 kaan gebroken. Het was hü büna Wtndztü. De-
tab tweed lp*«aa*kMaM ■WzaaewvmeV
tremmer tuurde over de nu kalme zee en jui
chend stiet hü een kreet uit. Een waaiende,
zwarte rookpluim werd aan de kim zlchtbear.
De sledper „Cberubin" stoomde gestadig in
de richting van de „Heroid”. Een paar uur
later was het leed geleden. Aan de vanglün
van den sleeper had Kroeee. do tretmner, een
tros bevestigd en voorwaarts ging bet nu. Te
gen den avond liep de ..Herold’ met een spie
gelgladde zee in veilige haven....
Zeven Jaar later. Onder een steelenden,
azuur blauwen hemel stoomt do .INakoid" etatig
langs dezelfde plaats, waar sü. dien ge-
denkwaardlgen nacht, büna oen vochtig gr?f
had gevonden. Op de brug staat de oude kapi
tein en naast hem zün eersten machinist
Kroeze Met moeite heft de „ouwe" zün st li
ven rechterarm op en drukt Kroese de hand,
tetwül hü hem recht in de oogen kUkt.
.Kroese, Jongen, weet je nog wel van dat
hondenweer? Wat stond ik te küken, toen ik
j op in de hut zag zitten. Eertük gezegd, deen
het me toch wel goed nog een mensch op het
leege schip aan te treffen Dikwüls heb ik er
over geprakkiseerd, wat JU toch wel kon be
doelen. toen Je zei: Je moet maar
boni Nou enfin....” v.
„Och, kappie, das nogal «eaxgu^jr* lachte
Kroeee, ,Je moet namelük weten dat ik dacht
dat JU óók van boord was gegaan. Nou. en
toen ik Je zag, toen wtot ik boe laat bet was.
Do gelegenheid cm tenminste ééns in mün
leven kapitein te zün van een heusche, fUnke
schuit was foetalel Snap je. kappie?”
356