Wat Kikker Karei en Tuimeltje beleefden
wm den daq
F 750.-
F 750.-
F 250.- “S
NEWTON EN DE MAAN
Overtroefd
IE
et eiland der eenzamen
MAANDAG 18 MEI 1936
De Meiprocessie
Naar *s Hertogenbosch
De sleutel van het wereld-uurwerk
m
tk
Te Tancrémont
Statistisch onderzoek
Eere-godloozen
r
Aap
A
I
i
Bijziendheid en intelli
gentie
Mysteriespel der Kruis
vinding
v?- i
ATT E* A >g* °P blad stJn Ingevolge de verzekeringsvoorwaarden tegen |g' 7E<T levenslange geheele ongeschiktheid tot werken door Ig' 7KfT bü een ongeval met
/A I <1 Ti rA ïgy/t w I w f» O ongevallen verzekerd voor een der volgende ultkeyringen VU* verlies van belde armen, beide beenen of belde oogen vRVre doodelljken afloop
AANGIFTE MOET, OP STRAFFE VAN VERLIES VAN ALLE RECHTEN, GESCHIEDEN UITERLIJK DRIE MAAL VIER EN TWINTIG UUR NA HET ONGEVAL
s
die
Mm zchrüft om:
na.
IO
aanwezigen
tf
x
HENRI VAN MANDELE
6.
was ongeveer 5 meter. Deelt men 5 M., of juis-
L
1
verstand, at niet» vroeg hij.
Toen ging Tuimeltje plotseling naar den burgemeester toe.
.Ach meneer de burgemeester, ik durf niet naar het kabouter -
land terug. Ik ben zoo bang dat ik weer door die groote lange
vloot moet." „Tuimeltje.'’
kikker Karei, die zich goed wilde houden.
De kogel had hem in de borst getroffen.
43
Hugo von DOren.”
(Wordt vervolgd)
j
b
een
van
r
a
Tegen twaalf uur ongeveer gebeurde er Iets bijzonders. Van
af het klkkerpaleis werd de noodklok geluld. Iedereen was be
nieuwd wat er aan de hand was. Tuimeltje en kikker Karei
t
s
Zoo
graaf
..Heer
groote
van
Op be»
weer te
le
nd
d
n
b
l
i
eaaj
"•gld
>5:
.05
io;
Het is er op bere-
doen krijgt."
k
i.
L
Sr
0;
5:
0;
0:
Roman van Paul Kellar
Vertaald door Louis do Bourbon
De burgemeester verscheen. Hij had zjjn mooien steek op en
zijn ketting om. „Ik heb." zoo begon ie, .Jets treurigs te vertel
len. Er is- een 8 05. geeonden voor Tuimeltje. De kabouter-
Tuimeltje weg zou gaan. Hijzelf stond met een bedroefd ge
zicht te kijken en
huilde i4 suite.
Niets wees er op. dat Hector het ei gesto
len had. Geen spoor van den diefstad had hij
achtergelaten en met het onschuldigste gezicht
van de wereld ging hU op zijn plaats
zooeven liggen en wachtte geduldig
volgende kakelgeluid. om het spelletje
geval aan mijn
i eieren vergoe-
antwoordde de goede man, ,Je mag
met onze vliegmachine gaan. We zullen alles in orde maken.”
voor ons, die gekomen zijn en voor allen,
die thuis moesten blijven;
cm genezing voor de zieken en om rust voor
de dooden;
om het geloof in Brabant te bewaren en de
vereertng voor Haar, onze Moeder.
De ondervinding, bij deze eerste opvoeringen
opgedaan, aal de organisatoren in de mogelijk
heid stellen verbeteringen aan te brengen. De
opvoeringen van 15 en 16 Augustus zün voor
ieder toegankelijk. Die van 30 Augustus is voor
behouden voor de duiaenden kinderen, welke
Verschillende organisaties van het Bisdom Luik
er zullen heenbrengen. De schrijver heeft voor
de kinderen en voor de groepen die mede zullen
optreden, verscheidene veranderingen in zijn
tekst aangebracht.
kracht, die afneemt op dezelfde wijze, als het
kwadraat van den afstand hunner middelpun
ten toeneemt."
Dit is het denkbeeld van de algemeene
zwaartekracht of gravitatie, de eeuwig geniale
gedachte, gegroeid in het machtige brein van
Newton.
herhalen.
Ik vertelde het inter
gastvrouw en wilde de
den. maar zü vond het zoo leuk, dat zü daar
niets van wilde weten. Den volgenden dag was
zij van den diefstal getuige en als beloonlng
voor zijn handigheid, werd Hector niet ge
straft voor zijn ondeugendheid, maar voortaan
werd het kippenhok gesloten.
Jules van Beek zweeg en keek triomfantelijk
hadden er een voorgevoel van dat het iets treurigs moest zijn
en vol spanning stonden ae rondom het kasteel.
„Je kreeg je verdiende loon, omdat je trouwe
loos was en Albert waa trouw.”
Het bleeke hoofd valt van links naar rechts.
Het is of de doode zijn hoofd schudt. Dan gfijpt
een plotselinge angst de blinde aan
„Wat wil je zeggen, jfj doode man? Wat heb
JU hem gedaan?"
De weegschaal van het geweten trilt in onze
ker evenwicht en plotseling ziet zij helder de
afgronden van haar leven. Kreunend zegt zij:
..Was dan hi) Albert was hu niet de
vlekkelooae heilige aan wien ik geloofde? Had
hü zijn vriend, wien hU tot tweemaal toe zijn
leven dankte, het geluk niet mogen ontnemen
had hü moeten verzaken van het begin
af aan verzaken, omwille van zijn vriend, van
zUn redder; deed hü lachend het tegendeel
en kwam toen alles zooals het komen moest?”
Het gezicht van de blinde wordt kleurloos, on
andermaal zakt hu bewusteloos in de armen
van haar doodsvijand, die haar ditmaal niet
liefkoost, maar koud en wezenloos omvat.
En even later:
„Waar is nu je ziel? Waar is zij? Heeft zij
de ziel van Albert ontmoet? ZUn jullie nog altijd
boos op elkaar? O. weest niet boos meert Ziet,
de vrouw, die de reden was van jullie oneenig-
heid. Is oud en blind en haar hart te koud er.
gebroken zij is gevn liefde meer wnard!
Weest niet meer boos! En als Jullie nog wro*
koestert, daarginds, aan gene zijde van het
leven, komt dan terug, komt hier bü mü op
de bank zitten, op deze bank waar ik zat tot
de son mu verblindde. Komt hier en spreekt
met mü. Ik sal jullie verzoenen.”
ZU liet het hoofd tegen den muur leunen en
sprak als In een visioen:
..Ben JU daar. mün lieve Albert, ben ju bü
mij? Zie. ik heb je dood gewroken, zooals Ik het
jou en mijzelf heb beloofd sinds vele jaren. Jc
vijand te doodWaarom kük je mU zoo verdrietig
aan. Albert? Waarom ben je niet blU? Ben ik
niet je trouwe vrouw?
Ik ben niet meer kwaad op hem; want zUn
schuld te geboet, maar dit alles moest zoo ge
beuren. omdat hü zijn vriendwhad verraden.
Zie. ik boud zUn hoofd in mUnwehoot; ik ween
over hem; maar als hu leefde, zou Ik hem
toch weer moeten dooden, omdat hU «ün vriend
heeft verraden....
De conferentie van de Midden-Aziatische
godlooeenvereentgtngen te BtaUnpbad heeft aan
Molotow. Worosjilow en Lltwinow den titel
„eere-godloocen van Midden-AxiA" verleend.
tNed. Chr. Persbureau)
In 1933 is het Mysteriespel der Kruisvinding,
dat Henri Ghéon had geschreven voor Tancré
mont (Pepuister), daar met zoo groot succes
opgevoerd, dat men besloten heeft de vertoo-
ningen dit jaar te herhalen Men zal zich het
succes nog herinneren: meer dan 16000 per
sonen woonden te Tancrémont de opvoeringen
bü en meer dan 6000 kwamen naar de opvoe
ringen te Brussel In 1933.
om het verband van intelligentie en bUztand-
heta vest te stellen. Uit zün mededeeUng in de
.Bchweizeriache Medizinlsche Wochenschrift"
blUkt. dat dit verband inderdaad bestaat. HU
deelde zijn materiaal. 3500 scholieren, In drie
groepen Uk n.I. zwakke, middelmatige en goede
leerlingen. Het bleek nu b.v., dat onder de bü-
slencto teerlingen 41ipCL als goed werden op
gegeven, van de verslenden bedroeg dit aantal
slechts 313 pCt Het aantal goede leerlingen Is
onder de bijzienden dus bijna tweemaal aoo
groot. Ook het verschil tegenover de kinderen
met normale oogen bleek te bestaan. De af
wijking der getallen was vooral tusschen de
normale en de verziende zeer opvallend. Terwül
van alle scholieren (de normale meegerekend
IZpCt. als zwak werden genoteerd, waren er
onder de verziende leerlingen 34 4 pCt. zwakke.
Er bestaat dus wel een verband tusschen bij
ziendheid en een goed verstand en verziendheid
en een geringer intelligentie. NatuurlUk geldt
dit alleen in statistisch opzicht en niet voor een
geval op zich zelf Het is noodig dit met eenigen
nadruk te betoogen. daar men anders zeer on
juiste gevolgtriftklngen uit het genoemde onder
zoek zou maken.
De overste zat eenige oogenblikken zwügend
op zUn plaats; dan haalde hü uit een diepen
zak van zün jas een pistool te voorachün.
„Ik beloof het u.” zei hü .Nog voor de zon
is gedaald, zal het gebeurd zün.”
Toen stond zü op, ging voor hem staan en
sprak gebiedend:
,Neen, niet door uw eigen hand zult u ster-'
ven; u zult precies zoo sterven ala Albert: u
suit worden terechtgesteld.*’
„Door wie?”
„Door mül"
Eerst vond hü geen antwoord. Dan zei hU:
„Voor een vrouw is u buitengewoon conse
quent. gravin. Wanneer en waar wilt u dat bet
zal gebeuren?"
„Het sal hier gebeuren en wel zeer spoedig.'
Haar gelaat had een gebiedende uitdrukking
en haar stem was hard toen zü dit aelde.
„Zooals u wilt!” antwoordde hü zonder merk
bare ontroering.
„Als u nog iemand Iets hebt mede te deelen,
als u aan God gelooft en met Hem nog een
rekening hebt te vereffenen, ga dan het huls
binnen. U bent daar alleen, en u «uit daar pen
en papier vladen. Ik geef u een uur tüd en
sal hier op de bank wachten. Kom na een uur
naar bulten.”
Hü dacht na en ging zwügend het huls bin
nen. Reeds na korten tüd kwam hü terug; hü
overhandigde Madeleine een brief en aelde:
„Ik verzoek u. dezen brief aan graaf Ray
mond af te geven."
„Het aal gebeuren. Hebt u nog lets te zeg
gen?"
Nog een der maanwonderende krater»
Copernicus en Keppler, met hun stra
lenkransen. Deze zifn alleen maar goed
zichtbaar, als het licht loodrecht op de
maan valt, dus bü volle maan. Vandaar
dat men bijna geen diepte ziet: de
schaduwen zijn dan zeer kort. Deze
stralenkransen zijn ontstaan, doordat
vroeger de diepe scheuren in de berg
hellingen door den lavastroom gevuld
werden met een poreuze stof, die beter
dan het andere gesteente het licht
weerkaatst
tegenheid had
er geen honden
Zoo verliepen er acht dagen en ik dacht er
voorloopig niet aan, weg te gaan, toen op ze
keren dag mün gastvrouw haar nood klaagde,
dat er. ondanks de aanwezigheid van Hector,
toch nog eierdieven in da omgeving rondzwier
ven. want tot beden haalde ae regelmatig
dagelüks vUf b zeg stuks uit het hok en nn
al een paar dagen niet meer dan éen. hoogstens
twee eieren.
Dat was verdacht
bü mezelf dacht ik.
bUna precies 1.36 m m naar de aarde toe.
Het bleek Newton, dat hü niet alleen
verklaring gevonden had van de beweging
de maan om de aarde, doch dat hetzelfde gold
voor de beweging van de planeten onr de zon.
De werking van de zwaartekracht bleek univer
seel te zün. Zün ontdekking gaf hem den sleutel
van het werelduurwerk. En hü formuleerde de
wet, welke de bewegingen van ons planeten
stelsel en vele andpre verschünselen, zooals b.v.
eb en vloed, beheerscht, aldus:
„Alle lichamen trekken elkaar aan met een
Toen ze het huls bereikt hadden, zei Made
leine:
„U weet nu, dat het leven mooi en gelukkig
kan zün en vol van liefde. Kofh bü mü op de
bank zitten. Hier heb ik gezeten al de Jaren
van mün verlatenheid. Daar ginds rutochte de
rivier. Die kwam langs een stad, waar eens mün
geluk was en zong vbor mü het eindeloos lied
van vervlogen vreugde. En de zon, die mü be
scheen, maar tegelük ook mün verloren ge
luksland, heeft mü blind gemaakt. Nu wil tk u
vragen, als mensch tot mensch: Waarom hebt
u mün man gedood?”
„Omdat hü mü u had afgenpmen. Madeleine!”
„En omdat u veel van mjj. hield?”
„Omdat ik van u hield!”
„Welnu! MUn man heeft moeten sterven, om
dat hü u mü ontnam. De heb ook van mün man
gehouden. En u hebt hem van mü weggenomen.
Er te dus slechts één vonnis voor u. Spreek het
zelf uit.”
Uk moet sterven!” zei hü op rustlgen toon.
„Ja!" antwoordde sü even rustig. Dan was
«r stilte. Slechts de stroom zong zün eeuwig
lied.
Eerst stond zü onbeweegUJk. Dan vroeg zü
fluisterend
„Leeft u nog?"
„Ja!" antwoordde hü kreunend. „Geef het
pistool het is dadelük gedaan....”
ZU kwam langzaam naderbü en knielde
zachtjes naast hem neer. HU tastte naar haar
hand en* bracht deze naar zUn lippen.
„Ik heb u Hef. Madeleine geef het
pistool...."
ZU legde het pistool in zün rechterhand.
bent u zoo zwaar gewond?”
hun gebeden de Moeder komen
komen vragen, wat 'Mi noodig
Ikschrok er van. hoewel Ik er een vermoe
den van had, dat Hector de dief was. Van mün
schuilplaats kon ik alles goed zien en zoo zag
tk ook tot mün onultsprekelüke verbazing, dat
de hond met een behendigheid, een betere zaak
waardig, het kippenei op den grond tepde,
een «PP eenigen afstand liggenden spüker op
raapte en heel netjes met dit Instrument een
gaatje in het el prikte.
Mün verbazing nam nog toe. toen Hector
het el tusschen de beide voorpotten nam, en
zittende op zün achterpooten. het gaatje in
het ei aan rUn bek bracht en met welbehagen
het ei leegslurpte.
Dat was nog niet alles. Toen het ei leeg was,
wierp hü den ledigen dop niet weg.Neen.
hü groef met zün potten een gat in den grond,
legde den eierdop weer netjes er in en maakte
het gat dicht.
j- w et te sinds lang bekend, dat,vele oogafwü-
l—l klngen erfelük zün. zoo os. de kleuren-
bHndheid, Ae nachtbllndheid en ook de
büziendheld en de verziendheid. Men vindt her-
haaldelük. dat de een of andere eigenschap niet
op zich zelf erfelük is, maar steeds of althans
in vele gevallen verbonden is met andere ken
merken. Zoo. had Vogt erop opmerkzaam ge
maakt, dat bü zwakzinnigen en vooral WJ de
z.g. mongololde typen zeer vaak verziendheid
voorkwam. Omgekeerd heeft men reeds in het
dagelUksch leven den indruk, dat de büziendheld
vaak bü gestudeerde personen voorkomt. Hoe
wel daaruit nog niets over een samenhang tus
schen büziendheld en meerdere verstandelüke
ontwikkeling valt te besluiten, is het wel waar-
schünlük, daar de vroeger aangenomen invloed
van de levensgewoonten op het ontstaan der
büziendheld veel geringer te, dan men meende.
De büziendheld een afwüking in d»n lengte-
groei van het oog, al of niet gecombineerd mat
een afwüking in «te lichtbreking Is een aan
geboren eigenschap, die echter in den loop van
het leven zich meestal eerst vertoont en met
de jaren soms in sterkte toeneemt.
Door dr. Braun uit Zürich is nu een uitvoerig
statistisch onderzoek op de scholen ingesteld
Het karakteristieke merkteeken van de Zuid-Afrikaansche haven Rio de Janeiro is
de „Pao de Assucar", de „Suikerhoed”Per zweefbaan bereikt men den top van de
zen berg, van waaruit men een heerlijk uitzicht heeft
vond Gunther hen beiden. De aan detg
gerichte brief van den doode luidde:
graaf, ik vraag u vergiffenis voor het
ongeluk, dat u mede door mün schuld
heeft getroffen ik heb voor bet huls van gravin
Madeleine eigenhandig een einde gemaakt aan
mün nutteloos bestaan.
en
verried een
gekakel in
nachthok,
een der bewoonsters haar plicht had gedaan.
Nauwelijks was het gekakel geëindigd. of
Hector richtte zich op. rekte zich uit en
stapte parmantig het kippenhok binnen.
Ik was nieuwsgierig wat er verder gebeuren
zou Lang behoefde Ik niet te wachten, want na
enkele oogenblikken verscheen de trouwe wach
ter weer, maar nu.... met een el tusschen ds
tanden.
ger en dorst hebben doorstaan, want zü allen
gaan dien morgen te communie.
Later op den dag voor de volgende Missen
komen de processies van allerlei vereenlgingen.
Óver de wegen komen de fietsers In lange on
afgebroken rijen; voor de voetgangers, die naar
huls terug gaan, zün de groote wegen niet
meer veilig door het drukke rüverkeer.
Op de andere Zondagen In Mei blüven de pro
cessies komen. Maar niet alleen in de Mei
maand trekt de Zoete Moeder de kinderen tot
zich. Ook in de andere maanden, als haar beeld
weer achter in de kerk in haar eigen kapel
staat» ts zü nooit zonder bezoek. Er zün niet
veel Brabanders, die in Den Bosch komen en
niet naar den Sintjan gaan, al is het maar om
even drie Wees gegroeten te gaan bidden.
De devotie tot Maria is in Brabant seer
groot en zeer verspreid; Zü heeft vele kapellen
en plaatsen, waar zü wordt vereerd en waar
heen de geloovlgen uit de omgeving gaan bid
den in de Meimaand en bü büzondere gelegen
heden. Maar het hart van Brabant klopt in
Den Bosch bü het beeld der Zoete Moeder in
den Bint Jan. waar we Mana gaan danken voor
wat ze ons gegeven heeft en waar we gaan
vragen, dat O. L. Vrouw van Brabant voor
ons zal bidden:
om ons te bewaren voor het kwaad,
om ons vrede te geven;
om ons te bewaren voor rampen;
om om uitkomst te geven In onsen harden
nood;
voor ons en voor allen;
den kring rond.
Is dat een sterk staaltje van honden
ver stand. of niet? vroe< hü-
«w ea **4-
De aanwezigen hadden met belangstelling
naar het verhaal geluisterd en moesten erken
nen. dat het werkelük een sterk staaltje was.
Maar, merkte de Jongeman oo. die Jules
tot het verhaal had aangezet, ik vind dat nog
niets bü het verstand van mün Pony Ook ik
had destüds kippen en ook ik bemerkte, dat er
telkens eieren uit het hok werden gestolen.
Precies als Jules ging ik ook op de loer lig
gen «n tot mün verbazing sag ik. dat Polly
de eieren stal. HÜ handride op büna dezelfde
manier als Jouw Hector, maar toch had mün
Polly nog een beetje meer verstand. Blükbaar
had hü wel eens gehoord, dat een ei ronder
rout niet erg lekker to en wat deed het ver
standige dier?....
Heel voorzichtig, als was hü zich bewust van
het strafbare feit, stapte hü de keuken bin
nen. sprong op een stoel pakte r een eler-
lepeltje en het soutvaatje van de tafel....
Gilmlachtend keek de verteller naar Jules
van Beek en zei:
Is dat even sterk, of niet?....
Al de aanwezigen barstten in lachen uit.
Jules was geheel niet beleedlgd, maar lachte
hartriük mee. Toen stond hü «P. klopte zün
vriend op den schouder en zei nog lachende:
M'n compliment. Prtts. Ik wist niet, dat JU
nog beter kon liegen dan ik.
.Bent u
vroeg zü.
Haar stem klonk gebroken.
„Overste!" riep zü.
..Hugo von Düren!” zü schreeuwde het uit.
Hü gaf geen antwoord meer. De stilte en
ontzetting van den dood kwamen over haar.
ZU boog zich diep over hem heen, zocht zün
gezicht, drukte haar gloeiend heeten, koortsi-
gen mond op zün hoog voorhoofd en voelde hoe
koud dit werd.
Dan richtte zU het bovenlichaam van den
doode op. ging op de bank zitten en legde zün
hoofd in haar schoot. Met een teederen vin
gerdruk sloot sü sün oogen en begon tegen hem
te praten.
„Slaap, slaap nu zacht! Het leven is afgeloopen
en de schuld is geboet. Ik ben niet meer kwaad
op je. Ik heb weer achting voor je, overste von
Düren. Ik houd van je. Zie. ik ben lief tegen
je. Ik strük met mün hand over je mooie grUae
haren.”
O, Albert, waarom ben iü aoo bleek? Ben je
boos over zün dood? Sinds JU viel, was dere
wraak mün levensdoel. Ben je niet tevreden
over Je Madeleine?"
Plotseling begint sü onrustiger te worcten en
te beven. Zü buigt zich over den doode en aegt:
„Ja. Ik verzoek u. mü met mün eigen pistool
neer te schieten en het mü na mün dood in ae
hand te geven en mü zoo te laten begraven.”
„Waarom?"
„Waarom? Wel. ofschoon ik mün eer heb
verloren, ik ben toch een oud soldaat en dat
ding daar dat pistool is mü zoo vaak van
dienst geweest in den oorlog,
kend te doen wat het nu Ie
ZU nam het pistool van hem aan en zei:
„Ik zal uw wensch vervullen. En ofschoon ik
u nu nog haat als het zoenoffer zal zün
gebracht, dan zal ik weer zonder verachting
aan u kunnen denken. Ik zal uw nagedachtenis
in eere houden."
„Dat is mü voldoende,” zei hü eenvoudig,
„daar ben ik biü om. Laten wü dan niet lan
ger wachten. Waar zal ik gaan staan?”
„Naast de deur, vlak tegen den muur aan."
HU gehoorzaamde. Een koekoek riep in het
boech. Midden in sün roep bleef hü steken
Madeleine ging vUf of zes passen van den
overste af staan. Op sachten maar zekeren toon
|eval sü:
„U zult uw eigen executie met dezelfde woor
den commandeeren, als u dat bü Albert's exe
cutie hebt gedaan."
„Jawel,” antwoordde hü en stond hoog opge
richt tegen den wand: „Aan!”
ZU hief de hand op met het pistool.
„Geeftl-
De blinde richtte bet wapen op bet geluld van
de stem.
„Vuur!"
Müiot ®n do overste viel neer»
over de wegen, in processie, in
groepen of alleen; te voet uren ver..met de
ficte of met den trein. lederen Zondag in Mei
komen ze. maar vooral op den eersten Zondag.
Nooit kimt ge het karakter van Brabant be
ter leeren kennen of meer begrüpen dan in de
Meimaand in Den Bosch. Midden in den nacht
al trekken de pelgrims op uit de dorpen tn de
omgeving, van alle kanten om in den SintJan
de eerste Mis bü te wonen. Over de groote
wegen var. Tilburg, van Eindhoven en van het
Oosten gaan dien nacht meer voetgangers dan
in het geheele Jaar overdag. En het is een
schoon» attentie van Maria, dat het dien nacht
nooit regent. Het kan warm zün of koud; hel
der weer, dat son belooft voor overdag of wol
ken, die met regen dreigen; het kan Zaterdag
avond geregend hebben, zoodat de wegen nat
sün van de plassen; het kan Zondag nat en
buiig weer zün. maar in den nacht van Za
terdag op Zondag regent het niet, omdat dan
veie-pelgrims trekken naar den Bint Jan, om
Maria te vereeren.
Elk naar zün aard. Er zün er bü. die van ver
komen en niet veel bidden onderweg, omdat
zü hulde brengen met vermoeide beenen en
doorgrioooen voeten. De boeren komen in groe
pen en bidden onderweg hun rozenkrans met
groote kralen in hun grove handen. Uit de
naaste omgeving komen heele gezinnen, twee
of meer bü elkaar, een heele buurtschap. Te
zamen bidden sü hun rozenhoedje op deae
bedevaart.
Om zes uur begint in den Sint Jan de eerste
Mis, maar ge moet er al vroeg zün om een
plaats te krügen. Want reeds vroeg in den
morgen is deze kerk vol. zün alle plaatsen
bezet; de stoelen, die rond het hoogaltaar
staan, de banken in rüen en de nissen en trap
pen in de kerk En er zün er niet velen, die
bü de veimoeldheid van den nacht geen hon-
nieuw hok, dat mün gastheer voor deae ge-
\?wnt snit hield hü
n de gelagkamer van hotel De Gouden
Zwaan heergchte een luidruchtige vroolük-
heM. Rondom een groote tafel asten vijf
jongelui, waarvan een het middelpunt scheen
te zün Die eene was Jules van Beek, een Jonge
man. die sedert enkele dagen terug was van
een lange reis Op dese reis werd hü vergezeld
door sün trouwen hond Hector en belden waren
teruggekeerd, overladen met wetenschap.
Ja. ook Hector had onnoemelük veel nieuwe
Indrukken opgedaan en zün hondenverstand
was, volgens Jules. SknmerkelUk gescherpt. Op
den ganschen aardbodem was geen hond te
vinden, die met Hector kon wedüveren in
tteherprlnnlgheld.
De vrienden van den Jongen wereldreiziger
zaten met open mond en glinsterende oogen
te luisteren naar de fantastische verbalen, die
Jules ten beste gaf en die merkwaardig vee!
op dc beroemde verhalen van Baron von Mtinch-
hausen geleken.
Eenstemmig luidde hun oordeel. dat hun
vriend „vreeselük" veel had meegemaakt. Maar
dat was uiterlüke schün. In stilte lachten zü
om de leugens, die er dik bovenop lagen, maar
sü wachtten zich wel. dat te laten blüken. want
dan zou Jules onmlddellük met zün interes
sante vertellingen ophouden.
Juist wilde hü aan een nieuwe fantastische
ervaring beginnen, toen een der
opmerkte:
Alles goed en wel. julee. Je schettert nu
wel over het geweldige verstand van Jouw
menachenredder. maar met geen enkel woord
heb Je daar een bewüs van gegeven
De ander glimlachte en antwoordde kalm:
O neen? Nu. als Je dan een sterk staaltje
van hondenverstand wilt hooren. moet Ja
luisteren
Op mün terugreis verbleef ik een paar we
ken bü oude kennissen te Dublin. Achter het
huls stond een kippenhok, waarin een tiental
witte leghorns waren gehuisvest. De ren ervan
stond altüd open, want de kippen mochten vrü
rondloopen.
Hector, mün trouwe metgezel op al mün
tochten, werd ingekwartlerd in een splinter-
Ik zei nietsmaar
daar weet Hector meer
van, want tk wist, dat hü een on ver be t er 1 Uk»
snoeper was.
Ik nam ma voor een oogje tn het zeil t»
houden.
Vroeg in den morgen van den volgenden dag,
ging ik op de loer liggen achter een struik,
vanwaar ik het kippenhok, alsmede een groot
gedeelte van de omgeving kon overzien.
Het duurde geruimen tüd. voor er iets ge
beurde. maar eindelijk verscheen mün trouwe
metgeret uit zün hok en ging op zün gemak
voor de deur van het kippenhok liggen.
Na verloop van
ongeveer
kwartier, spitste
Hector de ocren
onmlddellük
luid
het
dat
té? nog 4,9 M. door 3600, dan vindt men. dat
de maan tengevolge van de buiging van haar
baan voortdurend 4900 m.M 3600 1,36 mjd.
zou moeten vallen, d. w. z. iedere seaondé 1.36
m.M. van de rechte Hjn gfwUken in de richting
van de aarde.
Doet de maan dit nu Inderdaad ook?
Dit was voor Newton de groote vraag. Indien
men den straal van de maanbaan kent en ook
den omloopstüd van de maan, dan is het niet
moellük om uit te rekenen, niet alleen, welken
afstand de maan iedere seconde in haar baan
aflegt, maar ook. hoeveel zü in denzrifden tüd
van de rechte lün afwijkt in de richting «ton
de aarde.
Dat de maan tn 27 1/3 dag haar baan aflegt,
was Newton bekend, en ook dat de straal van
de maanbaan 60 aardstralen lang is. Maar toen
Newton op 23-Jarigen leeftüd voor hét eerst
deze berekeningen maakte, was hem slechte een
vrü onnauwkeurige waarde bekend voor de
werkelüke lengte van (fen aardstraal. Het gevolg
was. dat hü als resultaat van zün berekeningen
vond, dat de maan iedere seconde 1,17 m.m.
naar de aarde toe valt. Hoewel het verschil
slechts 0,19 m.m. was, was de afwüking van het
verwachte antwoord toch zóó groot, dat New
ton zün denkbeeld, als zou de aardsche zwaar
tekracht en de op de maan uitgeoefende aan
trekkingskracht dezelfde zün, liet varen. Zes
tien jaar lang liet hü zün berekeningen rusten.
Inmiddels hqogleeraar geworden, kwam hü door
een samenloop van omstandigheden op zün
maanonderzoek terug.
In 1684 bü toeval kennisnemend van de uit
komsten van een door Picard in 1679 verrichte
nieuwe Fransche graadmeting, ontdekte hü.
dat de lengte van een breedtegraad on sarde
niet 96 K.M. was, zooals hü voor zün bereke
ningen van den aardstraal had aangenomen,
doch 111 K.M. Dientengevolge zou de aardstraal
eeh zevende grooter zün, dan tot dusver was
aangenomen.
Dit deed hem zün oude berekeningen van
voor 16 jaar terug weer voor den dag halen.
Opnieuw maakte hü zün becüfeftngen. nu met
de nauwkeurige gegevens. Tüdens zün calcu
laties begon hü in te zien, dat zün denkbeeld
juist geweest was en dat hü stond voor een
ontdekking van ongehoorde reliewüdte Hü had
aangetoond, dat aan het onbetekenende ver
schijnsel van een vallenden appel en aan den
machtigen hemelloop van het licht onzer nach
ten, daar ver in de diepten van het wereld
ruim, een zelfde oorzaak ten grondslag ligt.
Men zegt dat deze gedachte hem zoo diep aan
greep, dat hü zün berekeningen niet kon voort
zetten. Ben vriend, die hem Juist kwam op
zoeken, reikte hü zün pen en deze maakte voor
hem de berekening af. Haar resultaat stemde
volmaakt overeen met de verwachte uitkom
sten. In den tüd dat de maan 1 K.M. voor
waarts gaat dat is in een seconde valt zü
n Den Bosch klopt het hart van Brabant;
in den Bint Jan voor het beeld van de
Zoete Moeder. En over de wegen en de
straten trekken de menachen naar Maria, zoo-
ato het bloed door de aderen naar het hart.
Telkenjare in Mei seordt het eenvoudige beeld
van Maria overgebracht van de kapel achter
in den Sint Jan naar het hoogaltaar, waar dui
zenden niet
vereeren en
hebben.
Ze komen
an den genialen geest van Isaac Newton
ZX was het denkbeeld ontsproten, verband
leggen tusschen den val van een appel
en de beweging van de maan om de aarde.
De vraag was nu, strekt de aantrekkings
kracht van de aarde zich wel zoo ver uit. dat
ze de maan bereikt en deze voortdurend naar
de aarde toe doet vallen? Newton was er na-
mvlük van overtuigd, dat op den geweldigen
afstand, waarop de maan van ons verwüderd
to, de aantrekkingskracht beduidend minder
zou zün.
Newton kwam op het gelukkige denkbeeld,
de aantrekkingskracht der aarde te vergehjken
met' de sterkte van het licht, dat door e»n
lichtbron wordt uitgestraald. Deze lichtsterkte
neemt ook af met den afstand en voor dit
geval wist men, dat’zü zoodanig afneemt, dat
zü op een 3 keer zoo grooten afstand 3x3
4 keer zoo zoo zwak wordt, op 3 x zoo
grooten afstand 3 x 3 of 9 keer zoo zwak enz.
Newton maakte nu de stoutmoedige veronder
stelling, dat de aantrekkingskracht der aarde
op dezelfde wüze zou afnemen. En nu diende
hü na te gaan, of Ae maan zich ook werkelük
voortbewoog op de wüze, die hieruit voort
vloeide.
Na geweldige moellükheden te hébben over
wonnen op het gebied der infinitesimaalreke
ning, welke onder den naam van de methode
der Quxties door hem was uitgevonden, be
wees hü, dat een bol. uit een aantrekking
uitoefenende materie bestaande, lichamen bul
ten dien bol aantrekt, alsof al zün massa gecon
centreerd was in zün middelpunt. Dit bewüs
gaf hem het recht, de aarde en de maan te
beschouwen als twee massieve punten. De maan
bevindt zich zooals bekend was op 60
aardstralen afstand van de aarde, dus 60
zoover van het middelpunt der aarde verwü
derd als de vallende voorwerpen op het aard
oppervlak. Op dezen geweldigen afstand moest
de aantrekkingskracht der aarde nu dus 60 x
60 3600 x zoo zwak zün als op het aard
oppervlak. Indien de maan in haar ronde baan
voortdurend naar de aarde toevalt, zonder haar
nader te komen, zal zü dientengevolge in een
seconde een 3600 x zoo kleine hoogte moeten
vallen, als een steen hier op aarde. Dit bedrag
hebben wü in een vorig artikel genoemd, het
koning, heeft geseind da.t sü» vriend ziek is en naar
vraagt. Alle kikkers kregen een schok, toen ze hoorden