tKclurtfiaal aan den dag
H
Tuimeltjé en Kruimeltje in het Kabouterkind
Pefö
Éérste H. Mis in de
„Hindenburg”
f
DE WERELD VERANDERT
Ook de Britsche
J
De Rijksgedachte
in Engeland
De onbekende Verloofde
<D00R LEMAIRE
'h
w.
DONDERDAG 28 MEI 1936
Als een droom
Ben Stilleven van Louie van der Steen
l
TT
Katholiek journalist als
misdienaar
Empire Day had ditmaal een ern
stiger en dieper beteekenis
7 VEILIGE,
PRACTISCHE
DAMESVERBAND
na
Ongeveer dertig passagiert woon
den de plechtigheid by; ede-
brant was de bekende pater
Paul Schulte
werkelijkheid wordt
L.................................
AI I p* AROMMtT’Q °P zlJn ^gevolge (te veraekeringsvoorwaarden tegen 17 7SO - bU levenslange geheele ongeschiktheid tot werken door 17 7^0 by een ongeval met I? OCH
I «I XTkDVylTl 1 W<_j O ongevallen verzekerd voor een der volgende ultkeeringen WW» verlies van belde armen, belde beenen of belde oogen OUe“ doodelijken afloop fciöUe"
AANGIFTE MOET, OP STRAFFE VAN VERLIES VAN ALLE RECHTEN, GESCHIEDEN UIT ERLIJK DRIE MAAL VIER EN TWINTIG UUR NA HET ONGEVAL
16
I
1
Het
Vlaggen,
M.
H.
byna niet meer voort ki
conclusie
trek je dan uit het ge-
den
(.Wordt vervolgd)
9
I
1) Intusschen Is minister Thomas reeds vrij
willig af getreden (Red.).
Maar dat zou niet gemakkeiyk zyn. Tuhr.eïtje, die altijd ge
wend was den weg te loopen als het donker begon te worden,
vond dat alles er nu zoo gek «itzag. Hy vroeg den weg aan
twee torretjes, maar daar deze naar hun werk moesten, konden
ze niet met hem mee en met groote zweetdruppels liep le naast
een slak, die beloofde hem naar huis te zullen brengen. Maar
dat dier liep zoo langham, zoo voetje voor voetje, dat Tuimeltje
en plotseling op den grond zonk.
i ritte
De bekende „Vliegende Pater" Paul Schulte,
die is teruggekeerd van een studiereis naar d*
Vereenigde Staten, was zoo welwillend om aan
een onzer medewerkers enkele merkwaardige
bijzonderheden mede te deelen over zijn Zep-
pelln-rete en zijn toekomstplannen.
Terwijl de „Hindenburg" met een duizeling
wekkende snelheid boven den Oceaan koerste,
zoo vertelde de „Vliegende Pater”, had Ik een
kleine mededeeling op de schrijfmachine ge
typt en aangeplakt op het bord, waarop steeds
het nieuws aan boord wordt bekend gemaakt.
.Morgenochtend om half negen zal de Eerste
H. MIs aan boord van een luchtschip worden
opgedragen In de conversatle-zaal van de Zep
pelin „Hindenburg”.
Alle passagiers worden vriendelijk uitgenoo-
dlgd hierbij tegenwoordig te zjjn.
Wg. P. PAUL SCHULTE O.MJ.
I
bij verlies van een hand,
een voet of een oog
geneerdheid over dit feit als was het een apat
op zijn smetteloos rokoverhemd. De ontwikkeling
der gebeurtenissen in China, waar Japan onge
stoord zijn Mandsjoekwo-comedle kon opvoeren
ondanks het machteloos protest van Genève en
de waarschuwende stem van Engeland, het on
weerstaanbare optreden van Dultschland en
Italië, de onverkwikkelijke Hoare-Laval-gtschie-
denls. de vruchtelooze Engelsche vlootparade in
de Middellandsche Zee, welke Italië maar matig
Imponeerde, de mislukking der Engelsche Vol-
kenbondspolitlek. welke door Frankrijk vt^ ge
saboteerd, alsmede de moeilijkheden in -Egypte
en Palestina hebben ertoe bijgedragen den Engel-
schen duidelijk te maken, wat het trotsche Al
bion in den loop der laatste Jaren heeft inge
boet. Japan, Dultschland, Frankrijk en Italië
hebben elk op hun wijze en hun gebied meege
werkt de wereldheerschappij van Engeland den
schjjn te verleenen van een ondergaande zon.
maar niettemin voelt Engeland, dat het zelf
niet geheel vrij uitgaat en fouten/heeft ge
maakt, ook al zal het dat niet graag tegenover
een vreemde bekennen.
isnitsx)
gedachten zich verloren in een vagen mist,
kwam het idee in mij op om met Georges te
praten en daarna een besluit te nemen....
Daarna werd ik overgebracht in het rijk der
droomen, ver van de vervelende werkelijkheid.
Den anderen dag. toen ik wakker werd, vond
ik het idee intact in mijn brein. Het was een
sombere, regenachtige dag, er moesten ver
velende visites gemaakt worden en dat voor
uitzicht lachte mjj niet toe. Het middel om
er aan4 te ontsnappen gaf mij het idee aan,
dat ik dien nacht gevormd had. En tante leek
verrukt, toen ik in den loop van den morgen
mijn wensch te kennen gaf, om met Georges
te praten."
Francolse bemerkte, dat wy dien middag
thee moesten gaan drinken bij barones de Rehal
en dat ik mij dat genoegen niet mocht ont
zeggen.
Het blijkt wel, dat wy niet dezelfde voor
liefden hebben, mijn nicht en ik. Die visites,
die haar zoo amuseerden, vond ik vervelend....
ik had nooit iets te zeggen en zou misschien
wel in slaap gevallen zyno. ik bezit geen
enkele der volmaaktheden van Francolse!
Om kort te gaan, er werd getelefoneerd naar
Georges. Tante en Francolse zouden dten mid
dag uitgaan, maar de tegenwoordigheid van
Juffrouw Brissot, misschien verschrikt door
een tête-4-tête met een jongeman, die mij ten
huwelijk had gevraagd, redde het fatsoen.
Alles gebeurde zooals wy voorzien hadden.
Ik zat met Juf en Lolotte In het salon, toen
Georges binnentrad. Lolotte opende slaperig
een oog, maar bij het zien van een bekende.
et spreekwoordelijke van de schraapzucht
der Schotten is minstens even oud als
de faam hunner doedelzakken en vroo-
lyk gekleurde rokjes.
Er zjjn menschen die hier tegenin gaan en
beweren dat de gierigheid van de bewoners van
het oude, mooie Schotland slechte bestaat in de
fantasie dergenen die behept zijn met laster
tongen en de zucht tot kwaadspreken. Echter
vergeefs, want al hebben vele Schotten getracht,
den slechten naam die er rust op him volk te
doen verdwijnen door massa's geld uit te geven,
deze gevallen werden steeds gekwalificeerd als:
Uitzonderingen die den regel bevestigden.
Dit echter slechts terloops.
Ik heb een vriend van Schotache afkomst
gehad, die niet de minste moeite deed om de
slechte traditie zijner landgenooten te looche
nen. Integendeel. Oordeelt u zélf.
We zaten met ons drieën aan een tafeltje
van ons stamcafé.
„We”, dat waren: ten Ie mijn vriend Augustus
Sproeteman. die de onhebbelijke gewoonte heeft
schcon papier onbruikbaar te maken door het
te bedekken met regels, waarvan de laatste
woorden op elkander rijmen en deze produc
ten met den naam „gedichten" te betitelen. En
de nóg onliebbelyker stijfhoofdigheid bezit
om vaëi deze bezigheid te willen leven. En nog
wel goed te leven, want hij houdt van veel
en lekker eten.
(Stelt u voor, met zóó'n naam by een uit
gever aankomenI
Ten tweede: de man die eigenlijk de hoofdrol
speelt in dit verhaal en wiens naam James
Mac Neill geen twijfel kan overlaten om
trent de vraag uit welk land hij komt.
En ten derde: Ikzelf.
Zooals gezegd, we zaten daar in ons stamcafé
en namen van tijd tot tijd een slok van een
bruinachtige vloeistof, die in een glas wanhopige
pogingen deed om te schuimen en die de eige
naar van het café ons hardnekkig en tegen
betaling als bier placht voor te zetten en maak
ten tusschen twee slokken door wysgeerlge op
merkingen over onze medestamgasten, over hun
gedragingen en eigenaardigheden.
In één van die buien van vertrouwelljkc
mededeelzaamheid, welke ml) steeds overvqjien.
wanneer ik in voldoende mate het brouwsel
van defi café-eigenaar heb genoten, vertelde
ik mijn tafelgenooten dat ik dezen nacht, tus
schen in slaap vallen en ontwaken, de onbe
twiste eigenaar was geweest van zegge en schrijve
In dien tusschentyd was Kruimeltje, die al lang weer in het
Kabouterpaleis terug was. erg ongerust. Hij miste Tuimeltje en
was bang, dat er iets met hem gebeurd was. In een wip klom
Tuimeltje boven op het dak van het paleis en door een verre
kijker probeerde hij Tuimeltje ergens te ontdekken. Teneinde
raad vroeg le den kabouterbaas of hij met een dokterskarretje
op zoek mocht. En de kabouterbaas had daar natuurlijk niets
tegen.
merkbare Britsche zelfingenomenheid kan deze
erkenning niet anders dan lichtelijk onaange
naam zijn. Zjj wordt echter gemakkeiyk ge
maakt, doordat er een oppositie-wapen uit te
smeden valt tegen de regeering van Baldwin,
wiens populariteit onder mislukkingen en ver
gissingen der Britsche politiek zwaar heeft ge
leden. en ook omdat de doorsnee-Engelschman
er diep van overtuigd blijft, dat inzinking van
Engelands internationale .standing” en invloed
niet zoo zeer aan hem zelf, maar vooral aan
anderen te wijten is en slechts van voorbljgaan-
den aard zal blijken te zijn. Individueel Ijjdt de
Engelscbman nog geenszins aan een minder
waardigheidscomplex, Integendeel. Maar In zjjn
geheel voelt het Engelsche volk en zijn regee-
rlng zich toch niet zoo heel erg prettig. De pu
blieke opinie is niet tevreden over de regeering
en de regeering niet over de publieke opinie. Er
gaan weer geruchten over een op handen zijnde
kabinetsreorganlsatie, maar of door zulk een re
organisatie de klove tusschen publieke opinie
en regeering zal kunnen worden overbrugd, in
dien Baldwin zelf niet wordt weggereorganiseerd,
staat nog te bezien. Men is niet geheel reet
vaardig tegenover Baldwin. Ten deele slecht*
hij direct, ten deele indirect en ten deele heel
maal niet aansprakelijk voor de materleele en
moreele schade, welke de renommée van het
..British Empire” afbreuk heeft gedaan, maar
hy wordt nu eenmaal net als overal elders
behalve met de toch al niet geringe eigen te
kortkomingen ook nog belast en belader, met
de zonden en fouten en de gevolgen daarvan
van anderen.
De eerste ernstige schok, dien het Engelsche
prestige te doorstaan kréég, was de devaluatie
van het Engelsche pond. Het pond was zoo safe
als de „Bank of England” en de „Bank of Eng
land” was in Britsche oogen het toppunt van
soliditeit, veel vaster gegrondvest dan de rots
van Gibraltar. Het heeft nog al lang geduurd
voor de gewone Engelschman er achter was,
dat niet de vreemde valuta steeg, maar het
pond was gevallen, en dat de „Bank of England”
hem niet niet meer het volle pond gaf. En toen
de in het dageiyksch leven niet direct merk
bare realiteit tot hem doordrong, was hjj blij
de schuld van deze „schande” op den rug der
Yankees te kunnen schuiven, die door het ver
laten van den gouden standaard Engeland tot
een evenredige devaluatie hadden genoopt. Al
bleek de devaluatie van het pond ook econo
misch voordeelig, al werd daardoor het be
drijfsleven gestimuleerd en de export bevorderd,
en al resulteerde zij in hoogst welkome begroo-
tlngsoverschotten (welke door de herbewapening
nu weer worden teniet gedaan), toch behield de
Engelsche gentleman in zijn hart een zekere ge-
Den volgenden dag was er een altaar aan
boord van de Zeppelin opgericht: op twee
groote metalen koffers, waarin de zwemgoriels
bewaard worden, was een groot blad van een
tafel gelegd, waarover een breed, wit tafelkleed
was uitgespreid. .De verdere benoodigdheden
voor het opdragen der H. Mis had ik in mijn
mlssiekoffer meegebracht. Alle versche bloemen,
die aan boord waren, werden door den steward
bijeengebracht om het altaar te versleren. De
naastbljgelegen leeszaal mocht ik als Sacristie
gebruiken en daar heb ik mij gekleed in de
liturgische gewaden. Dr. Eckener had zelf de
aankondiging gelezen en zijn volle goedkeuring
daaraan gehecht.
Werd de H. Mis door veel personen cljge-
woond?
Ongeveer dertig passagiers waren aanwezig,
waarvan de meesten echter niet katholiek
waren; ik zag meer fotografen dan biddende
katholieken. Bijna alle passagiers wilden een
foto bezitten van deze plechtigheid, terwijl in
opdracht van een Amerikaansche Arma een
film vervaardigd werd. Een katholiek journa
list die het Radio Congres te Praag had bijge
woond en per vliegmachine naar Friedrichs
hafen was gekomen, heeft de H. Mis gediend,
terwijl Professor Frans Wagner uit Dresden op
de groote piano gewijde muziek ten gehoore
bracht.
Na het Evangelie, zoo vervolgde de vriénde
lijke Pater zijn verhaal, heb ik een koite toe
spraak gehouden. Ik heb myn toehoorders op
de ongewone omstandigheden gewezen, dat er
meer fotografen dan katholieken bij deze H.
Mis tegenwoordig waren. Maar ik heb in aan
merking genomen dat millioenen menschen met
aandacht naar de foto’s zullen kijken. Daarom
heb ik er geen bezwaar tegen^ gemaakt
-<x Vervolgens heb ik mijn toehoorders herinnerd
aan de verhevenheid van'het oogenblik, waar
op Gód door de woorden van de Consecratie
onder de gedaante van brood en wijn, voor het
eerst aan boord van een luchtschip verschijnt.
Wy hebben de hulp van God ^noodig om met
dit luchtschip Amerika te bereiken, maar wjj
kunnen Gods hulp ook niet missen om veilig
den Oceaan van het leven over te steken.
Met een lofbetuiglng aan de H. Drleëenheid
heb ik mijn preek besloten. „Laat het Amen
hierop uitgesproken worden door de wolken die
ons omringen, door de zon, de zee, den wind en
de sterren." „Het zij zoo” werd gezongen door
de motoren, het wonderbare luchtschip, de
bemanning en de passagiers. Gloria tibi Domine,
Want aan U O Heer zij lof, heden, morgen en
in alle eeuwigheid."
Het was een ontroerend oogenblik toen «en
van de passagiers onder de H. Mis tot de H.
Tafel naderde.
Was ook de bemanning bl) de H. Mis te
genwoordig?
Neen, den volgenden dag heb ik voor haar
•en aparte H. Mis gelezen in den rooksalon.
Kende U Dr. Eckener reeds tevoren?
Zeker, ik ben een persoonlijk vriend van Dr.
Eckener, en ik heb zelfs het huwelijk voltrok
ken van zijn zoon, Knud Eckener, die met een
één mlllioen gulden. Een bedrag dat, naar
Augustus. Sproeteman beweerde, hij niet alle
dagen in den zak van rijn versleten vest aan
trof.
„Gesteld", zei James Mac. Nelll en zijn oogen
glinsterden begeerig. „Gesteld dat je morgens
bjj het ontwaken tot de conclusie komt dat je
droom zich heeft geïncarneerd, ik bedoel, dat
Je dan wérkelijk een mlllioen bezit. Ik vraag
Jullie: Wat zou je doen?!”
Wat een vraag!I Wat we zouden doen als
we eigenaar wa
ren van zóó
schrikbarend
veel geld!
Sproeteman
schokte rechtop
In zijn stoel en
schudde zijn
lange haren, die
Beide zijn lekker, maar hebben niet denaelfden
smaak.... eenigen geven de voorkeur aan de
kers, anderen aan de framboos.”
..Framboos Francolse! Kers (cerise) Denise,
wel dat rijmt!” riep ik uit, verrukt door mijn
ontdekking. „Er ligt wel wat waarheid in
Georges, hoewel je zelf dat niet hebt bedoeld.
Myn nicht heeft de zoetheid, den geur, den
exquisen smaak van de framboos Ik Ijjk meer
op een kers, op een, beetje zure kers met harde
kern, die wordt weggegooid,
Op het goedige gezicht van Georges kwam
een kalme glimlach. „Demise, je bent verruk
kelijk van eenvoud."
„Zooals de kersen?”
„Ja, zooals de kersen.”
„En ben je er dan niet heel, heel zeker van.
dat je de framboos prefereert?”
Hy antwoordde niet terstond... en. vreemd...
terwijl ik wachtte op het woord, dat hij ging
zeggen, voelde ik een beetje angst my bekrui
pen. Zijn rustige stem bracht mij dadelijk weer
terug in dë werkelijkheid.
„Er zijn dikwijls wormen in de framboaen.”
„O. Georges, dat slaat niet op Francolse!'*
„Lieve Denise, wat ben je heftig!”
.En jy donuneling!” riep ik uit, geërgerd
door zijn bedaardheid.
„Dan zal het een volmaakt huwelijk zijn tus
schen ons beiden.”
„Zal? Je wilt zeggen: aou het ztjn....”
T-V en en ander is niet zonder invloed geble-
H ven op de Engelsche mentaliteit. De Brit-
sche zelfverzekerdheid heeft wel een paar
geduchte knauwen gekregen, maar is niettemin
nog springlevend. ZU treedt alleen niet meer zoo
sterk op den voorgrond als vroeger. De alge-
meene verontwaardiging over het lek, waardoor
begrootingsgeheimen naar speculanten-ooren
druppelden en de minister van koloniën Thomas
althans zijdelings mede-gecompromitteerd wordt
geacht, bewijst, dat de publieke opinie in Enge
land het nu langzamerhand welletjes begint te
vinden met het prestige-verlies. Deze wonder
lijke historie is voor hem bijna even belangrijk
als de Staviskl-affaire voor de Franschen was.
Zijn gevoel van „fair play" en „gentlemanship"
wordt er door gechoqueerd en de buitenlander
die Engeland bereist, hoort van alle kanten be
weren. dat Thomas niet meer te houden zal
zijn 1). De Engelschen voelen de behoefte zich
zelf te excuseeren en daaruit blijkt sterker dan
uit iets anders, hoezeer zij zich bewust zjjn ge
worden, dat er ..something wrong” is in hun
„dear old England”.
„Slakkenrjannetje”, begon Tuimeltje. „ik heb zoon dorst.”
„Dan zullen we wat drinken", antwoordde de slak en bracht
Tuimeltje naar een herberg, „Torrelust" geheeten. De herber
gier, een zwarte dikke tor, zag wel. dat Tuimeltje niet meer
voortkon en nadat Tuimeltje hem een fooi had gegeven, zei de
tor opeens: „Waarom klim je niet op den rag van de slak?”
Dat was tenminste een oplossing en Tuimeltje werd heel rustig
door de slak voortgedragen.
De wereld verandert, ook de Britsche, al ver
andert die naar verhouding nog het minste. Men
bemerkt dat aan tal van kleine dingen. Zoo had
den de Britten, die zelf, gewapend met hun al
machtig pond en een „air" van genadiglijk van
den Olymp tot de menschen afdalende góden alle
streken der aarde bereisden, vroeger maar wei
nig belangstelling voor buitenlandsch vreemde
lingenverkeer in hun eigen land, dat evenals hun
.home" hun „castle” is. Thans echter zjjn de
British Railroads en de Travel- en Develop
mentassociations een intensieve campagne be
gonnen om ook bij de continentale vreemdelingen
,en niet alleen by het eigen volk de schoon
heden van Engeland bekend te maken. Zy heb
ben een aantal Nederlandsche persvertegen
woordigers en reisbureau-employé's verschillen
de tochten laten maken door de schoonste en
Interessantste streken van Brittannlë en hen
niet alleen doen kennis maken met het zeer ka
rakteristieke natuurschoon en de prachtige cul
tureels en historische monumenten, maar ook
met de zeer typische Engelsche gastvryheid. Of
schoon deze gastrete in een waariyk Ameri-
kaansch slghteeeing-tempo moest worden vol
bracht, heeft zy ons toch eenige zeer sterke in
drukken geven, indrukken waarover wy binnen
kort meer hopen te vertellen. De globale indruk,
welken wy tydens ons verbiyf in Engeland heb
ben opgedaan, 18, dat de Engelschen, die eens in
„splendid isolation” hun grootste kracht vonden
en hun land als het eigeniyk middelpunt der
wereld beschouwden, meer begrip hebben gekre
gen van de betrekkeiykheld en den samen
hang aller «dingen en tot een zuiverder plaats
bepaling van hun land op de draaiende globe
zyn gekomen, terwyi zy zich ten dezen reken
schap geven van de middelpuntvliedende krach
ten, welke op het oogenblik aan het werk zyn.
en rich inspannen deze ontbindende krachten
zooveel mogelyk tegen te werken, op te Heffen
of te neutraliseeren.
katholieke vrouw getrouwd is. Na de H. Mis
heeft Dr. Eckener my ook persoonlyk gefe
liciteerd.
Was dit de eerste H. Mis in de lucht?
Het was wel de eerste H. Mis aan boord
van eeri^Zeppelin, maar reeds in December 1933
werd de eerste H. Mis in een vliegmachine op
gedragen door een Franschen priester, die van
de Golf van Corinthe naar de Golf van Patras
vloog. Overal wordt Gods grootheid en lof ver
kondigd, op, boven en onder de aarde, a
In Februari van dit jaar heeft de Aartsbis
schop van Toronto in Italië een H. Mis op
gedragen in de torpedo-kamer van een onder
zeeboot, ongeveer 100 meter beneden den zee
spiegel.
En bU een mynramp in Montagnes, in de
buurt van Luik is zelfs op 2200 voet diepte on
der den grond by het schynsel van honderden
mynlampen een H. Mis gelezen voor de slacht
offers.
Ook in de hooge bergen werden reeds H. Mis
sen gecelebreerd, zelfs op den top van den
Mont Blanc, op een hoogte van byna 15.700 voet.
Ja dan begrijpt men pas de woorden van den
lo/zang „Benedlclte”, dien wy priesters lederen
dag bidden.
Is U tevreden over Uw reis naar Amerika?
vroegen wy by het heengaan.
Ja, buitengewoon. Overal ontmoette ik de
grootste belangstelling en medewerking van het
werk van de ,Mlva”. De Amerikaansche ka
tholieken zullen niet achterbiyven om ook de
meest moderne verkeersmiddelen in dienst te
stellen van de Missie.
„Ik moet verklaren," begon ik, „dat ik kapot
was door je aanzoek.”
.Kapot? Waarom?”
„Omdat ik dat niet verwacht had. Niemand
zou dat hebben kunnen voorzien. Het was zoo
Iets buitengewoons, dat als wy niet leefden in
een tyd, waarin alles mogelyk is. het toove-
nary zou geleken hebben.”
„Als Francolse hier was, zou zy zeker het
hebben gehad over je overdrijvingen. Dentee.”
„Welnu, Georges, laten wy de dingen be
schouwen, zooals buitenstaanders zouden doen.
Ik verzeker Je, dat ik goed heb nagedacht, dat
ik toch wel gezond verstand bezit en dat myn
logika onweerlegbaar is.”
„Goed, ik luister.”
„Welnu, daar is een Jongeman, die sedert
haar kindschheid een jong me^Je kent, rijk,
schoon en begaafd met alle volmaaktheden.
En daar is een ander Jong meisje, byna arm,
veel minder mooi....”
„Ho, Denise!”
„Val my alsjeblieft niet in de rede. Dus ik
vervolg: veel minder moot, zonder nu Juist
leeiyk te zyn, dat moet ik beamen. Anders geen
voordeelen, die de weegschaal tusschen die twee
Jonge meisjes zouden kunnen doen overslaan
zy hebben dezelfde opvoeding genoten, zyn van
dezelfde familie, dragen denzelfden naam
de jongeman kent ze'allebei sedert nun prille
jeugd. Op welk van de twee moet ny verliefd
raken?”
.Dentee, je hebt altyd pleister gehad In
raadsels en dergeiyke kinderspelletjes."
.Vraag aan wien je wilt, Georges, men aal ja
24 Mei is Empire Day in Engeland. De
schoolkinderen die, ook wanneer het feest niet
op Zondag valt, vry hebben, houden onder
.jeugdleiders” bijeenkomsten, waarop heel even
een paar woorden gezegd worden over de be
teekenis van den dag, en verder gespeeld, ge
zongen en getrakteerd wordt. Allen dragen
vlaggetjes in de handen ook wanneer zy niet
begrepen hebben wat Empire Day eigeniyk is.
In ieder geval begrypen ze wat een vrije dag
is. en deze is steeds een vlag waard.
De groote kinderen houden, onder jeugdlei
ders voor volwassenen (meestal de despoot van
een of andere volksdagbladtrust) eveneens by-
eenkomsten. soms met fakkels, steeds met
i meestal met veel geestdrift, maar
zonder eenig fanatisme. De eerste minister en
andere staatslieden, en diegenen die zich hier
toe op eigen gezag geroepen achten, houden
redevoeringen, en zooals het te Londen toegaat,
zoo geschiedt het alom in Groot Brittannlë op
wat kleiner 'schaal, en ook aan gene zyde van
botersaus, champagne.... zoodat ik he* i
onderbreken, omdat my het water om de
den liep.
„Ah, als ik bezitter van een mlllioen was!
Ik zou gaan reizen. De heele wereld door. Naar
Italië. Rome. Michel Angelo, da Vinci bewon
deren. Venetië.... Napels zien....!"
,En* dan sterven zeker!" onderbrak hier de
afstammeling der rultstofgerokte herders uit de
Schotache hooglanden myn meditatie vry on-
hebbeiyk. En hy vervolgde:
„Ijdel gepraat. Even overmoedig als dom en
nutteloos!"
„Wat dan?” vroeg ik hem. danig in myn
wiek geschoten. „Wat dén? Wat zou JU Jkn
doen!?”
Hy keek even droomerlg voor zich hóen en
antwoordde toen: J
„Als ik droomde dat ik een milliosn bezat
en het werkeiykheid bleek te zyn als ik ont
waakte, dan sou ik me weer lekker in de dekens
rollen en weer Inslapen om te trachten er nóg
een mlllioen by te droomen!"
haren waaraan men, méér
dan aan zyn lyrische ontboezemingen kon mer
ken, dat hy wilde behooren tot bet gilde der
den Oceaan, en zelfs aan gene zyde van den
aardbol, in Canada en Newfoundland, in
Australië en Nieuw Zeeland, en alom waar de
Britsche vlag wappert, wordt op het Ryk ge
dronken en getoost. De B.B.C. voert een Em
pire-program uit. en in alle overzeesche Brit
sche landen zouden plechtigheden plaste heb
ben, welke beoogen het gevoel van saamhoorig-
held van de volken van het Gemeenebest te
versterken
De viering van dezen dag is steeds min of
meer afhankeiyk van de oogenblikkeiyke om
standigheden en stemmingen. Het vorige jaar
had zy plaats in de luisterrijke „Jubileemaand”.
De Koning zelf had Juist in zyn beroemd ge
worden rede tot de leden van het Parlement en
de staatslieden der Dominions, die hem en de
Koningin in de Westminster Hall onderdanige
hulde brachten, het Ryk verheeriykt als de
over alle werelddeelen verspreide Volkenge
meenschap. die onder de bescherming leefde
van de Britsche „Vlag der Vryheid", zoodat
een leder „zonder iets te duchten, kon werken
voor zyn brood”. Empire Day stond het vorig
Jaar in het teeken der vryheid een demon
stratieve, tegen de anti-demokratische krachten
in het kryt tredende vryheid. De stemming was
zeer opgewekt, zeer hoopvol byna stoutmoe
dig. Engeland en het Rijk schenen sterker dan
ooit. De economische crisis, ofschoon nog niet
tot het verleden behoorende, was reeds zoo
gped als vergeten. Men blikte in de lichtende
toekomst. Geld werd alom by stroomen uitge
geven. Zooals het in het Moederland ging,
zoo ging het ook in de Dominions. De solidari
teit tusschen de landen van het Britsche
Gemeenebest scheen volmaakt te zijn. Heel
het Rlfk verkeerde in een toost-stemming.
Dit jaar was' de stemming een andere. De
beproefde koning, die een Jaar geleden het
middelpunt der feestviering was, is gestorven.
De nieuwe koning. nog ongekroond, eerbiedigt
de traditie volgens welke de souverein ge
durende de maanden van rouw voor zyn vader
en voorganger, aan openbare feesteiykheden
zoo weinig mogelyk deelneemt. Als koning moet
het volk den vorst, met wien het als pnns van
Wales zoo vertrouwd geweest is, nog leeren
kennen. Zal hy met dezelfde overtuiging in de
bres staan voor het Vryheidsbeginsel als zyn
vader? Het is de vrijheid, en zy alleen, welke
de landen van het Britsche Ryk aaneensnoert.
Verloor op een kwaden dag, in een oogenblik
van verslandsverbystering, het Engelsche volk
zyn vryheid, dan zou het Ryk uiteenvallen.
Maar het verschil tusschen heden en een jaar
geleden is niet alleen hierin gelegen dat En-
geland thans nog rouwmaanden doorleeft, ter-
wyi het in Mei 1935 uitbundig jubelde ook
in andere opzichten is thans de stemming veel
ernstiger en bedachtzamer. Er wordt minder
geld uitgegeven, wantmen praat vee! over
de mogelijkheid van oorlog binnen afzienbaren
tyd, en niets heeft een fnuikender uitwerking
dan zulk gepraat, 't Vorige jaar wist men dat
de verdedigingsmiddelen versterkt zouden
worden, en jubelde; thans moet men de koeten
betalen, en de kanselier der Schatkist spreekt
geen opbeurende taal meer. Zeer tnoeiiyke
maanden zyn achter den rug. envoor den
boeg. Onder deze omstandigheden krijgt Em
pire Day voor het Engelsche volk een andere,
een ernstiger en een dieper beteekenis.
y^e wereld verandert, ook de Britsche.
I 1 prestige van het „British Empire" heeft
de laatste jaren gevoelige klappen gekre
gen en het merkwaardigste is, dat althans de
verantwoordeiyke regeeringspersonen en de meer
cosmopolitisch georiënteerde Londenaren zich
wezeniyk daarvan bewust zyn geworden. De
Engelsche kranten leggen openiyk getuigenis
af van deze bewustwording. Met groote eeriyk-
heid erkennen zy, dat het aanzien van Engeland
in de wereld zicht- en voelbaar is geschaad, en
dat wil wat zeggen, want voor de nog altyd
zonder aarzelen antwoorden: Op de eerste....
en het te de tweede, die hy ten huwelyk vraagt.”
..Dat bewyst, lieve Dentee. dat oordeelkundige
redeneeringen nog altyd niet juiste redeneerin-
gen zyn.”
„Dat hy de eerste niet gevraagd heeft, die
haar eischen zeer hoog zou kunnen stellen, dat
lykt my natuuriyk....”
„Wel bedankt....!”
„Maar dat hy de tweede, die met de eerste
niet te vergeleken te, de voorkeur heeft gege
ven, dat zul Je my nooit kunnen doen ge-
looven."
„welke
beurde?"
„Dat hy eigeniyk het oog had laten vallen
op het eerste Jonge meisje, maar vermoedende,
dat hy daar geen kans zou hebben, heeft hy
zich gewend tot het tweede, een beetje uit een
gevoel van spyt of wel om toch in de familie
te komen. Welnu, dat bevalt heelemaal niet
aan het tweede jonge meisje, die, hoewel zy
niet rijk te, toch er voor bedankt genomen te
worden als noodhulp.”
Gedurende myn rede was Georges eerst een
beetje verbleekt, nu werd hy heel rood, hy
lachte en deed zyn best te gekscheren. .Je
bent te bescheiden Dentee. een viooltje in het
mos verscholen! Maar als de roos en de anjelier
lekker ruiken, dan la de geur van het viooltje
niet minder aangenaam.”
„Een viooltje! Ik! Georges, je steekt
draak met mij!"
„Laten wy dan een andere vergelijking
nemen: de ken en de framboos by voorbeeld.
Als hy my ten huwelyk had gevraagd,
zou ik my gevleid hebben gevoeld.... Maar,
helaas.... hy was het niet, het was ook de
dokter niet. Het was Georges Peral, die goedige
dikzak, die gewone doodkalme Georges!
Waarom was ik gedoemd om na te denken over
den man, die my onder onze kennissen het
minst interesseerde?
Maar ik had tante beloofd na te denken en
daarom probeerde ik de voordeelen van het
huwelyk, dat my werd voorgesteld, in my op
te nemen,, maar wat Wik ook deed, het lukte
niet. Misschien was myn methode niet goed.
Ik kon niet anders doen dan herhalen, wat
tante Madeleine my had gezegd: flink fortuin,
deftige familie, mooie positie, enz. Maar dat
alles bezorgde my hoegenaamd geen ontroering,
niet het minste verlangen om er mUn toekomst-
droomen aan op te offeren.
Ik gaf toe, dat er vooruitzichten waren, die
niet te versmaden waren.... Tante had êeiyk.
ik moest nadenken, eer ik besloot neen te zeg
gen. Naar gelang de slaap my beving en myn
dichters.
„Wat ik aou doen?” vroeg hy en zyn stem
sloeg over van emotie. „Wat ik zou doen? Ik
zou niets meer doen. Ik zou slechte gaan
genieten van alles wat de tong streelt!"
En hy vtng een langen lofzang aan op ge
braden hoentjes, malsche biefstukjes, oesters,
nieuwe aardappeltjes, zwemmende in smeuïge
moest
lan
sloot zy het dadeiyk weer. Juffrouw Brissot
overstelpte den bezoeker met vragen omtrent
zyn gezondheid, die van zyn vader en moeder,
het weer, de internationale politiek en ik, die
niet wist of ik lachen zou of een gelegenheids-
gezicht zou zetten, Ik gaf myn aanbidder de
hand.
Hy, kalm en goedig als altyd, vertoonde
heelemaal niet het type van een verliefden man,
die zyn vonnis afwacht. Geen vreemde schit
tering in zyn oogen, geen trilling van zyn ge
zonde en frissche lippen.... en dat ergerde my
wel een beetje, want om de waarheid te zeg
gen, was ik lang niet zoo kalm als hy.
Onze chaperonne, met een aandoeniyke haast,
verklaarde, dat zij een brief moest gaan
schrijven, die geen uitstel dulde en dat zy ons
een oogenblik alleen moest laten. Met een knip
oogje waarschuwde zy my. dat haar afwezig
heid zoo lang zou duren als ons gesprek.
„Wat een coined ie!” riep ik uit, toen zy de
deur achter zich gesloten had.
„Vindt u niet, dat die goed gespeeld te?”
vroeg myn pretendent «onder iets, van zyn
bedaardheid te verliezen.
„O, uitstekend!” antwoordde ik. „Zullen wy
er mee doorgaan, nu de eerste rol het tooncel
verlaten heeft?”
.Je hebt my ultgenoodigd tot een ernstig ge
sprek, Dentee: ik sta tot je dienst.”
Ziedaar, dat was duideiyk en in het geheel
niet sentimenteel. Maar dat gaf my tegeiyk de
gelegenheid om dadelyk met het onderwerp
van ons gesprek te beginnen.