ALS WE WISTEN
J
De schoen zij
doelmatig
DOE HET MET CITROEN
K
ker op bezoek
Een
R
tl
llll
llll
V reemdsoortige
belasting
GULDEN REGELEN
Zoo volmaakt, dat alle mannen
bang werden
BRABANTSCHE ftRIEVEN
D’n Dré staat hem stevig
lt
Een natuurlijk schoonheids
middel
en
(6
ra.
N
EN
- wal
Als we wisten
Ma we wisten
Als we wisten
Als we wisten
Als we wisten
Ale we wisten
Veer tenden en tandvteeoeh
re.
Voer hot haar
Veer de huM
CS.
Als we wisten
Voor de nagels
on
Voor de handen
is
dicht
en
Meneer,
voor
heel
vry-
als:
voorstelde
grooten vent
h
DRk
rty 7i
1*
J.
77.
ig.
In.
g-
7.
>r
t.
„vrjj" denken, gaat oe nie in oew kleeren zit
ten, docht ik zoo.
Tc Mag nie zeggen,
Iedere huisvrouw, die dagelijks in de keuken
is bezig geweest, weet hoezeer haar handen ctoor
het voortdurend met warm water en zeep tn
aanraking komen, te lijden hebben. Ook weet
zij hoe bij het stof afnemen de kleine stof
deeltjes in de nerven van de handen gaan zit
ten en ondanks flink wasschen bijna niet zijn
te verwijderen. Daarom zal iedere verstandige
huisvrouw in cte keuken en op de badkamer
onlng Friedrich Wilhelm I van Pruisen kon
ongehuwde jonge vrouwen niet uitstaan.
Daarom legde hij allen nog-alleen-loo-
penden jongen vrouwen van 25 tot 40 Jaar een
belasting op van twee Thaler. Of het onge-
huwd-zün vrijwillig was of niet deed niets ter
zake. Of hij ook ongehuwde mannen belastte,
is niet bekend. En ook vonden we nergens opge-
teekend of genoemde belasting op Jonge on
gehuwde vrouwen een vermindering van cn-
gehuwden ten gevolge heeft gehad.
7,
er
is.
ki
lle
•Hl»
ri-
ge
1b.
rz.
et.
N.
m-
70.
■d.
Ie.
17
F”,
'd-
50.
IS.
gelegen is in
gelaatstrekken, zoo
ook waar.
schoonheidsmiddelen
mee allen at-
'n paar keeren
restaurant niet herscheppen in een schoon
heidssalon en we zouden nimmer de fout ma
ken van meer aandacht te hebben voor de
ruiten, die ons nieuw hoedje weerspiegelen, dan
voor zijn belangwekkende conversatie.
Zoo is de citroen een veelzijdig schoonheids
middel door de natuur gegeven. Regelmatig ge
bruik doet wonderen. Doe het geregeld en
grondig. Ge krijgt meer zekerheid door een goed
en gezond uiterlijk. Oe kunt er tenslotte niet
meer buiten, omdat ge mooi en fit wilt blijven.
Doe het dus met citroenen!
Bij het wasschen van het haar wordt door de
zeep een vettige pap gevormd. Deze gelelachtige
massa, welke nauwelijks zoo kan worden waar
genomen, blijft oncHnks herhaaldelijk naspoe
len in het haar achter, tast het aan en bedekt
practisch iedere haar afzonderliik. Dit heeft
ten gevolge, dat het haar betrekkelijk kleverig
is. slap en moeilijk te bewerken. Waarschijnlijk
heeft men van die kleverigheid nog nooit iets
gemerkt, indien tenminste niet onmiddeliyk na
het wasschen getracht werd een goeden vorm
in het haar te krijgen Probeerde men dit laat
ste. dan valt het dadelijk op, al gaf men er
zich tot nu weinig rekenschap van. Eerst na
de bewerking met citroen, zal het verschil op
vallend zijn. Door -.leze behandeling toch heeft
het volgende plaats: het frissche, zachte zuur
van den citroen verdrijft de door de zeep ge
vormde geleiachtige omhulling van de haren
Het citroenwater n’emt dit geheel in zich op
en daarna is het haar absoluut vrij van zeep.
Dat beteekent dus schoon haar. Inderdaad
schoon haar. Men dacht vroeger na bet was
schen schoone haren te hebben, maar bet ver
schil na den citroen is hemelsbreed.
Een ondulatie zal nu goed houden. Het haar
ziet er nu op z'n mooist uit. omdat het zacht is
en Juist los genoeg cm er uit te zien als van
nature licht krullend. Er zit meer natuurlijk
leven in en de kleur is veel helderder. Donker
haar zal een mooien glans krijgen. Blond haar
verliest de „doode" bruinige tint en krijgt de
echte schittering, welke blond zoo bewonderena-
Hoczeer een man een eleganten veerkrachtl-
gen loop en een goed figuur bewondert, dan
zouden we minder tijd besteden aan opmaak
en meer, veel meer aan wandelingen en gym
nastiek.
Hoe weinig het een man kan schelen of we
een grooter of kleiner nummer handschoe
nen of schoenen, ot we al ot niet met sproeten
versierd zijn en of onze wenkbrauwen een
beetje dikker at dunner zijn uitgevallen, dan
zouden we ons om al deze kleinigheden geen
zorgen maken en zeker niet zooveel kostbaren
tijd verspillen met ons een paar sierlijk uitge
plukte en bijgewerkte wenkbrauwen aan to
meten, die in de meeste gevallen niet bij ons
gezicht passen.
Buitengewoon goed Is het zachte zuur van den
citroen ook voor de verzorging der nagels. Een
theelepel vol in een kop warm water verwij
dert vlekken van de nagels en maakt den na
gelriem beter los dan met eenlg Instrumentje
kan worden gedaan. De nagels kunnen ook
gemakkeljjker gevijld en gevormd worden en
zullen een mooieren glans krijgen.
Hoezeer een zaan het eindresultaat van onze
schoonheidspogingen op prijs stelt, maar wat
een grondigen afkeer hij heeft van de „cui
sine". dan zouden we nooit lange bespiegelin
gen houden over ons dieet, en nooit, wanneer
hij ons voor een intiem dineetje heeft ultge-
noodlgd. de helft van de (lekkere en dure)
schotels laten pasaeeren om der wille van de
slanke lijn. Ook zouden we dan het tollet -
maken voor de slaapkamer bewaren en het
Het op deze wijze verkregen middel zuivert,
verzacht de huid van gelaat, hals, armen en
handen en maakt ze blank, zoodat de mooi',
tosige tint van de onderhuid door cte door
schijnende bovenhuid te zien Is. Het zachte
zuur van den citroen verwijdert alle vlekjes op
de huid en ook de overtollige vetten, welke door
transpireeren zijn ontstaan. De citroen plus de
glycerine maken c> huid zacht, koel en soepel.
Een op deze wijze verzorgde huid zal niet sprin
gen of droog en ruw worden en rood.
Wil men de huid op de juiste manier ver
zorgen. dan moet deze 's morgens en 's avonds
na alle beoefening van sport en ook na wandel-,
fiets- en autotochten met citroensap en gly
cerine worcVn bewerkt om alle van bulten mee
gebracht stof grondig en gemakkelijk te ver
wijderen. van hals, handen, gelaat en armen.
Een mooie huid is een van de eerste vereischten
voor ware schoonheid en gezond uiterlijk. Iedere
vrouw en ieder meisje kan een mooie en ge
zonde huid hebben, als zij er maar de juiste
zorg aan besteedt. Ook cl» sporen van huishou
delijk en ander werk verdwijnen er radicaal
door.
De citroen verdient vóór alle andere middelen
den naam van natuurlijk schoonheidsmiddel.
Dit middel werd en wordt nog steeds gemaakt
in Natuur’s Laboratorium voor een massa doel
einden en niet het minst voor het mooi maken
van haren, huid, handen en tanden en tot het
beschermen van bet tandvleesch. Millioenen
vrouwen hebben dit ontdekt en trókken er haar
voordeel uit. Citroen gedurende eenigen tijd
gebruikt als hoofdzakelijk schoonheidsmiddel,
levert een prachtig en verrassend resultaat.
Hoe erg een man het land heeft aan vrou
wen. die hem op de afgesproken plaats laten
wachten, aan manne-metejes, die den taxi
chauffeur bevelen uitdeelen en beslist niet met
haar mantel geholpen willen worden, aan echt-
genooten, die haar tasch vergeten hebben en
dus manlief steeds met een lading pakjes op
knappen, dan zouden we ons aan bovenstaande
onsympathieke gedragingen nimmer schuldig
maken.
Boven opgesomde diensten, welke de citroen
onfeilbaar zal bewijzen, zijn reeds voldoende
om zijn roem voor altijd in het huishouden
te bevestigen. Toch kan een citroen voor de
schoonheid der vrouw nog veel meer. Behan
del cens regelmatig, des morgens en ctes avonds
uw tanden met citroensap, water en een lach
ten borstel. Reeds na een kleine veertien dagen
zullen de goede resultaten verrassend zijn. Het
citroensap toch zuivert de tanden, maakt ze
helder wit en verhardt het tandvleescn, det
sterk wordt en moot rose van kleur. Glinste
rende tanden en mooi gaaf tandvleesch zijn
aantrekkelijkheden, die de schoonheid vernoe
gen. Wij zien dat nog bet beste bij degenen. <Xe
het missen. Door gebruik van citroensap wordt
ook een heerlijk verfrisschend gevoel in den
mond verkregen en ook een buitengewone prik
keling der speekselkleuren en het speeksel Is
het beste reinigingsmiddel voor de tanden.
een halven citroen hebben liggen. Zij zal, zoodrz
zij stof heeft afgenomen of met zeepwater tn
de keuken heeft gewerkt, haar handen met dezen
halven citroen Inwrijven. Hierdoor worden de
loogzouten, die In de zeep zitten, onachadeiyk
gemaakt; vuil en vlekken worden verwijderd.
De handen worden mooi blank, ruw worden
en prikkelingen worden voorkomen. Het zal
ook opeenhooplngen onder de nagels doen ver
dwijnen. zoo ook den onaangenamen reuk van
bijv, visch en uien. Wie eenmaal een citroen op
deze wijze heeft geprobeerd, zal van zelf zorgen,
dat er nooit meer een in keuken of badkamer
ontbreekt. Het wordt beschouwd als een onont
beerlijk hulshoudeiyif artikel.
Schaduwrijke tamer -
hoed van het nieuwe
linnen stroo in licht
groen, met originee-
le gameering van
getrokken ripslint in
donkerder tint
Hoezeer een num van vrooliJkheid en gezel
ligheid houdt, dan zouden we hem allen bij zijn
uitgangen gezelschap houden, als we Mach en
uitgerust waren en nooit met een vermoeid en
slachtofferachtig gezicht erbij zitten. Als we
moe waren, zouden we vroeg naar bed gaan en
hem eens laten ondervinden hoe ongezellig
bet is zonder ons!
Maar.als we al deze gulden regelen da
gelijks In toepassing bracht, zouden we waar
schijnlijk zulke allround volmaakte vrouwen
worden, dat ailo mannen bang voor ons werden.
Daarom Is het misschien maar goed dat er
In dit opzicht nog heel wat te wenseben over*
blfiftl
Zomersche avondjapon van witte met bonte bloemen
bedrukte cloqué. Het korte bolero jakje it afneembaar
l
•NS
zijn
ijns
ich»
eet
“'9
hi|
n I
s
Iedere filmster van Hollywood kent bet zoo-
genaatncV ..Lemon Rfcise”, letterlijk spoelen
met citroen. Het is het frissche sap van een
paar citroenen op een karaf water. Als het haar
gewasschen is, wordt het goed nagespoeld met
dit citroenwater om het daarna met helder
water nog eens flink te bewerken. Vóór het
haar te laten knippen of onduleeren Is het bui
tengewoon goed het op boven omschreven wijze
te behandelen. Schoonheids-instituten te Los
Angeles en in Hollywood raden dit ten zeerste
aan. Zij doen dit om de volgende redenen:
„t Is zoo’n onzin,” zee den Tjlta: „zoo
zoo kinderachtig om Jezelf zoet te houwen met
'n tabaksspeen."
tx lachten over gezwollen en vermoeide voe-
K ten zijn zeer algemeen by de hulsmoe-
ders. Het vele staan en het voortdurend
heen en weer dribbelen, dat het beredderen van
een huishouding nu eenmaal meebrengt, is
hiervan de aanwijsbare oorzaak.
Wie klachten over voeten heeft, zal verstan
dig doen hieraan de noodige aandacht te be
steden.
Immers, de voeten, wier taak het is om ons
in den meest letterlijken zin van het woord
door het leven te dragen, moeten in de beste
conditie gehouden worden, willen wy ons in
staat gevoelen al datgene te verrichten, wat nu
eenmaal tot de dageiyksche plichten der huis
vrouw behoort.
Waar het veronachtzamen der voeten zich
steeds onherroepelyk wreekt, Is het In ons eigen
belang die dingen te vermyden en na te laten,
die verkeerd en zelfs schadelijk zyn.
De voetbekleeding Is iets, waartegen wel het
Vaakst gezondigd wordt. Onverstandig gekozen
schoenen en verkeerde kousen werken in niet
geringe mate mede tot het doen ontstaan van
pyniyke voeten, eksteroogen e.d.
Onverstandig gekozen schoenen zyn schoe
nen, die niet aan de allereerste elschen vol
doen, n.l. aan den eisch van doelmatigheid.
Een schoen moet den voet steun geven en
een onpractische, ondoelmatige schoen doet dit
niet
Een goed gebouwde schoen zal een normalen
voet normaal en In den juisten stand houden
en een abnormalen voet zooveel steun geven
als noodlg Is, om behooriyk te kunnen loopen
zonder pyn.
Het Is natuuriyk ondenkbaar, dat schoenen
met wankele stelthakken, slecht binnenwerk en
een voet vernielenden pasvorm, eenige houd
baarheid zouden bezitten en het is ten eenen-
male uitgesloten, dat zulke schoenen ook maar
den minsten stut of steun zouden verleenen
aan moede voeten.
Nu zien wy het vaak gebeuren, dat juist de
vrouwen en meisjes, die het meeste van haar
voeten vergen, omdat haar werkkring zulks
medebrengt, de slechtste schoenen dragen.
Kapsters, winkeljuffrouwen, dienstboden,
jonge huisvrouwtjes, zy allen loopen by voor
keur óp nauwe schoenen met stelthakken,
’Nen mageren mensch, mee vooroverge
bogen schouwers, sjuust of le veul teugen den
wind In liep. Ik schatte ’m op tien jaren jon
ger, dan le er uit zag, vyfenveertlg omtrent;
•W—e vrouwen beweren graag en vaak, dat
1 we onze echtgenooten en manneiyke
kennissen precies door hebben. We weten
tot op een haar nauwkeurig hoe hoofdzakeiyk
ten opzichte van ons want dat is natuur
iyk het voornaamste hun smaak is; waar
te van houden en waar ze een hekel aan heb-
beu.
Hmm... Ik geloof dat we dit heelemaal
niet zoo goed weten, want:
Hoezeer een man houdt van een prettige,
warm en rustig klinkende vrouwenstem, dan
zouden we nooit geaffecteerd spreken (zelfs
niet door de telefoon) en nooit een schrillen of
schreeuwertgen toon aanslaan (zelfs niet by
meeningsverachillen, waarby onze „diepste ge
voelens" worden gesmaad of miskend
meestal, maar men ga hier
toe niet over, dan na den
huisarts te nebben geraad
pleegd. daar zolen, die al
dus worden behandeld, spoe
dig aanleg vertoonen zacht
en week en dus zeer gevoe
lig te worden.
Heeft men een nagel van
den grooten teen, die al te
bol Is gaan staan en ter
weerszyden pyniyk drukt,
dan knippe men van boven
in den rand een driehoekig
stukje eruit.
Dit zal de spanning en
den druk vermindeen en
spoedig zal het leed geleden
«yn.
schoenen, die aan het einde van een werkdag
knellen en branden, schoenen, die de hielen
omhoog brengen, aoodat de voet een stand
krygt, waarby de zwaarte van het lichaam
dkir komt te rusten, waar de natuur aller
minst heeft bedoeld dat een druk zou worden
uitgeoefend.
Menige vrouwenkwaal, die zich op lateren
leeftijd openbaart, la te wijten aan verkeerd
schoeisel.
Hooge hakken zyn verderfeiyk voor de ge
zondheid der vrouw, maar smalle dunne hak
ken met nagenoeg geen steunvlak op den grond
zyn evenzeer te ontraden.
Een lauw voetbad helpt uitstekend tegen
vermoeide voeten.
Wie brandende, pyniyke voeten heeft, legge
des nachts een extra kussen onder het voeten
einde van de matras, aoodat de voeten Iets
hooger komen te liggen.
Wie last van zweetvoeten heft, probeere het
volgende onschadeiyke middeltje eens: twee
maal per dag tien minuten de voeten steken in
een diepe kom, gevuld met gewone bakkers
zemelen.
zy, die last hebben van deze onaangename
kwaal, moeten nimmer twee dagen achtereen
dezelfde kousen dragen.
Men late de gedragen kousen eerst een dag
uithangen, alvorens ze weer aan te trekken en
strooie talkpoeder tusschen de teenen en wryve
de voetzolen hiermede in.
Het bestryken van de voetzool met een 5 pCt.
oplossing van formaline (vergif!!!) helpt
voetverzorging
tv zee maar niks. pypke aan en keek door
de rookslierten naar m’nen bezoeker z'n blon
de harde kulfke, dat als 'nen schuier, zoo fel
van haren, stond, dat ge 't „hout”, z'n rosse
dakpan, er doorheen zaagt blinken.
„Vind Je 't zelf eigeniyk ook niet zoo, Dré?
vroeg ie toen.
„Och, Tjlta, „kinderachtig"Jtlnderach-
tig.... 't is zoon kinderachtig woord. Groote
menschen zyn nie bang van kinderachtig te
zyn! Das maar zoolang als ge omtrent .>1"
zestien jaren telt. Toen. toen ge zestien
Waart, toen hebt S* misschien wel 'ns gerookt.
Tjlta?”
,4a, ik was nog niet wyaer!"
„Neeë, toen wilde gy 'nen
schynen, Tjlta.”
„Best mogeiyk. Ja, maar dat hoef ik dan
nou toch niet meer te doen, Dré!” Én hy knip
oogde, amlco, wat beteekenen moest dat ik
nou mee mynen mond vol tanden moest zit
tel. Wat nie zoo eenvoudig is, als ge de veer-
tlg-jarige achter den rug hebt en dus over
nog maar anderhalve tand beschikt!
„Noeë, Tjlta, nou hoeft ge nie bang meer te
boom is schoon, maar in eiken boom zit wat
dooi hout. Elk gewas is schoon, maar aan elk
gewaske hangt 'n verlept bloznmeke of 'n aan
gevreten blaaike; de zon is onmisbaar, maar
de schaduw ook!”
Trui wlerd lastig. „Wa mot 't nou zyn?”
vroeg ze: „water, water, water! Ge zyt hier
sodepin nie by de brandweer!”
„Als ik t dan zeggen mag,” zee den Tjlta:
„’n appel alsjeblief'
Trui kneep 'r oogen 'n bietje
vroeg wantrouwend; ,,'nen wa?”
„’n Appel, als 't kan.”
„Oem. Ja. Kannen genogt,” zoo slefte Trui
naar t opkamerke, waar ze 'n diep bord mee
appelen vandaan haalde, dat ze voor den Tjlta
neerzette.
,.D(e stikte dan maar in oewen zak
onderweuge in 't spoor,” zei Trui en meteen
pakte ze 'n mes uit de tafellaal en lee dat
naast 't bord. „Nimme nie kwaïyk,” excuseerde
Trui ’r eigen: ,Jk mot de beesten gaan voeie-
ren en as ik oe nlemeer zie, dan goeie reis.”
"kWas er *n bietje verlegen onder en daar
om suste-n-ik: „misschien biyft den Tjlta wel
mee-eten?”
„Och meet,” gaf den Tjlta ten antwoord: ,4k
ben voor Jullie maar 'n vervelenden kostgan
ger en
,JDa's waar,” viel uit m’nen mond.
,En ik heb nog "n heele reis te doen."
Trui verdween, door 'n achterkamer links
op den achtergrond en den Tjlta begost ap
peltjes te knabbelen.
„Toch...." zee-t-ie, na *n oogenblikske:
.Albe mimi lydekker voel vlr vreel overknkn
komst tusschen ons.”
„Och Ja," antwoordde-n-lk: „mee 't slechte
weer is nie anders te verwachten, Tjlta."
Waarop ie blikte en nog 'ns blikte, hy douw
de daarby mee den achterkant van den messe-
heft op tafel (d’ appeltjes schenen slecht te
giyen) en toen met overtuiging beweerde: Jk
zei, toch zeg ik, al bon ik dan vrydenker, toch
voel ik veel overeenkomst tusschen ons, Dré!”
„Waarom nie?” zet ik beleefd. „As ge daar
dleën notenleer beziet, dan zyn alle blaaikes
sjuust geiyk aan malkaar. Maar als ge ze
dlchtby bekekt, dan ziet ge de verschillen pas.
En ais ge nou duuzend notenleen neemt mee
duuzend mlllioen blaaikes, dan zyn er geen
twee blaaikes sjuust eender. Zoo zal Onzen
lievenheer. mee z’n onendige scheppingsver
mogen *t ook wel geregeld hebben mee z'n
menschenklnden. Geen twee die aan malkaar
geiyk zyn; van binnen noch van buiten."
^a, maal kroebbeldeboeboebel, maar ik
beffry bloebloekont enker.”
„Tuurlyk is bloedworst *n lekker eten, maar
gy meugt 't nie hebben, ee, Tjlta?"
Hy schudde s’nen schuier, werd 'n bietje
Hoeveel soorten zeep zyn al niet door de
meeste dames gebruikt om huid en teint te
verfraaien. Aan het beste en gemakkelykste
middel is wel nooit gedacht. En toch is het zulk
een eenvoudig recept. Men neemt heel gewoon
gelyke deelen glycerine en citroensap. Dat is
het geheele geheim.
Hoe heerlyk een man het vindt, als zyn
vrouw ot verloofde (of zelfs het meisje, met
wie hy omgaat), er keurig verzorgd ultziet....
dan zouden we alttfd ons best doen voor frisch
geshamponeerd, netjes geknipt haar, onberls-
peiyke handen, recht rittende kousen en keu
rige handschoenen, en we zouden vooral smoe
zelige kraagjes, scheeve hakken en een artis-
tleken woesten haardos voorgoed afzweren.
waardig en aantrekkelyk maakt voor de per
soon van de draagster. Uit het blond is veel
meer te halen dan doorgaans nu reeds ver
meend werd te geschieden. Boven deze natuur
gaat niets. Misschien zullen sommigen bang
zyn, dat door deze behandeling met citroen het
haar wordt uitgebleekt. Van bleeken is echter
geen sprake. Wel wordt het haar iets lichter,
maar dit moet juist worden bereikt, omdat dit
de natuuriyke kleur is. die naar boven komt,
omdat het haar volmaakt schoon is, door een
natuuriyk middel. Ook de „roos” verdwynt:
baar zoowel als huid komen in een gezonden
toestand te verkeeren en dat gezonde openbaart
zich in alles, zonder dat eigeniyk zou kunnen
worden gezegd, waaraan dat ligt. Het is het
heilmiddel van een natuuriyke vrucht, onver-
valscht: den citroen.
rood, douwde toen nog 'ns mee den messeheft
op tafel en.... de appeltjes zakten weer.
^Je verstaat me niet, Dré. Ik zeg, ja maar
zeg Ik, ik ben vrydenker.”
Ik stak m'n pepke weer *ns aan, want ik
dacht dat ie indruk op me wilde maken en
om 'm nie teleur te stellen ik kost 'm als
gastheer toch al zoo weinig biejen naar mynen
zin keek ik maar straf in 't vlammeke. En
gaf den TJite nog 'n bietje tijd om verder te
praten.
„Ik geloof niet in jouwen lievenheer, Dré.”
„En toch Mt ge z'n appeltjes op, Tjlta?”
,,’tzyn jou appeltjes, Dré!”
„Jawel, Tjlta, voor jou zyn 't myn appeltjes,
omdat Trui z’oe gebracht hééft, maar ik heb
ze van Onzenllevenheer, ziet ge!"
„Hee dienwzel, oem, ahoem, zeby joure
broe belde witajbracht
„Ik versta geen Frieach, Tjlta."
„Ik vroeg of Onzelleveheer te zelf by jou
heeft thuisgebracht, vroeg ik. Dré?”
,Ws te zeggen, ja. Hy Het ze groeien aan
m’nen appelleer, aooda *k ze maar voor t pluk
ken had, ee.”
.JJs’s de natuur!”
„Zekers!"
,Sr bestaat geen God, er bestaat alleen een
natuurwet, volgens my,“ zee den Tjlta 'n
bietje trotsch.
„Dat hebt g’ook nie van oew eigen. Tjlta,
dat praatje heb *k al zoo dlkwyis gehoord!"
..En toch is 't waar!"
„Watte?”
„Dat alles natuur is.”
„Zekers! Gy en ik en die appeltjes en dleën
notenleer en die locht <fle er. boven staat, alles
<s natuur en alles volgt de wetten, de natuur
wetten.
Hy knikte, knikte, frat appeltjes.... „de
natuurwetten van den Goddelyken wetgever,
van Onzenllevenheer. Tjlta!”
„Och.” zee den Tjlta toen, 'mismoedig: „jy
bent katholiek en jy praat naar wat je voor
gezegd wordt, Dré.”
„Neeë, Tjlta, ge zyt er neffen, man! Ik ben
katholiek, zekers, maar ik praat naar m’n ge
zond verstand. Naar m'n eigen gezond ver-
stand!”
„Dattoewoewlkriep te verwaand.
.Jteet, Sjits. da's nlewaar! gy denkt naar
de voorschriften en reglementen van: antl-
tabakkers, geheelonthouwers. vegetariërs, vry-
denkers en misschien antl-mllltalristen (hy
knikte) enz. enz. Gy hebt geen enkele vrije
gedachte, vrydenker Tjlta. Al jouw gedachten
zyn door anderen prontjes op 'n stukske pam-
pier, op 'n reglementje gezet. Alles wat gy te
zeggen hebt.... Is my sjuust zoo bekend als
jou! Al Jou redevoeringen kan ik ook houwen
Maar ik hou bever eigen redevoering*. Ala een
van ons gebeten vrijdenker te, TJits, dan ben
ik *t!”
Hy vergat de appeltjes.
,J4ou breekt m'n klomp,” zee-t-te wittekes.
„Wy weten allebei dat God bestaat, ik noem
'm by zynen naam; ik noem 'm by voorkeur:
„Lievenheer”. Gy noemt 'm by één dlngske
van z'n schepping: gy noemt 'm: „Natuur
wet”. En datte, TJits, dat noem ik nou kin
derachtig! Veul kinderachtiger dan 1 rooken
van ‘n sigaar, man!”
,4a. maar....”
„Gy leest veul m'n brieven," zegt ge. „Dan
zult ge ook verschelen keeren gelezen hebben,
TJits. als ik schreef: „t te moellyk om over
den leeftijd van zestien Jaren henen te komen!"
„Ja!"
,J3eus kinderachtigheid van jou Is éen van
die moeilykheden daarvan."
Nou lachte-n-te, amico. Voor t eerst lachte-
n-ie. Zachtjes, maar echt! In z'n oogen spuide
efkens zon.
„Ik ben 't niet met Je eens, Dré, maar toch
ben ik biy eens met Je kennisgemaakt te heb
ben Maarr.... als Je eens tegenover onze lei
ders stond. ...I"
,4a, dan?”
..Die zouden je beter van antwoord kunnen
dienen, dan ik. Dré."
..Die kunnen niks meer zeggen dan gy. Tjlta-
g'j die hullie versjes prontjes opdreunt 1 Ge
loof me, jonk!"
,JEn toch vind ik den bulten, zooals jy tn
noemt, even prachtig als jy, Dré, al kan Ik t
misschien niet zoo mooi zeggen als JtJ."
„Da's gevaariyk Tjlta, voor Jou!’
„Waarom?”
„Als gy den buiten schoon gaat vinden, tyk
ik dus nie alleen by „mooi weer” of op ds
manier van „wy-gaan-naar-SandvoortF, dan
komt ge vandaag of' mergen daarbuiten, In de
stilte, Onzenllevenheer teugen en dan...."
,4Mn zal ik m’n knieën buigen.” zee-t-te
geestdriftig.
begint dan alvast maar 'te oefenen, man,
in vrije kniebuigingen," lachte-n-ik.
En.... harteiyk, harteiyk lachend na "nen
steuvigen poot Is den Tjlta toen opgestapt.
Hah! Ik kryg nog wel *ns *n briefke van tn
amlco!
..Neeë. dat gaat dan in de doos, by de wei
nigen, die *k bewaar. En op die doos staat:
Geheim.
*k Vond t van belang deus gesprekken "ns
op te schryven. t Heeft oe toch nie verveeld?
Veul groeten van Trui en als alty geen
tmarke minder van oewen
En evenmin als uit verzuurden eerde gezond
^cwas kan groeien en bloeien tot nut en ge
luk van den mensch, evenmin kan uit 'n ver
gald zlelement iets ontspruiten tot nut, tot
vreugde van z'n eigen en den evennaaste.
Maar ik zou afdwalen. Tc Zou m'nen bezoe
ker vergeten, mee al m'n gepeins en dat zou
nie gastvry, dat sou onbeleefd zyn, wat naar
onz’ opvattingen krek 't zelfde is.
En wy zyn geren beleefd en daarom zeggen
we rap: „Stikt 'ns aan.” of „wat zult ge ge-
bruiken?”
Maar hy zee, den TJits, (ik geef, t beestje
maar 'nen naam) den Tjlta zee dan: „merci,
Dré, ik rook niet.”
Ochèrm, Tjlta,” vroeg ik: „waarom nie?"
en 'k zette mn kistje Vorstenlanden terug op
den schouw en stopte voor m’n eigen toen
maar "n pepke.
'■'V'W’
"k Mag nie zeggen, dat ie er ongezond uit
zag. deuzen Fries, integendeel. Maar toch stond
zynen kop erg stroef. En ik zie by "nen gezon
den mensch nou eenmaal geren den lach in
•He plooikes van 't bakkes zitten, lyk t zon
weke in 'n blom.
<oo goed als 'n blom geschapen Is om te
geuren en te fleuren, zoo goed is den mensch
dat voor 1 geluk! En zoo goed als de blom
daarvoor nie missen kan 't spulsche zonneke,
zoo goed kan den mensch daarvoor nie ont
beren 't spulsche licht vgn den lach, dat glanst
in d'oogen en scherrelt over den kop. 'n Blom
in den schaduw tiert nie. 'Nen mensch, die z’n
eigen bulten de zon zet, evenmin.
"Nen tuin, die geen zon vangt, is dor, want
den eerde is verzuurd.
Volk zonder zon verlept, want t zlelement
vergalt.
Ge weet, Tt heb
oe dat al meermalen
geschreven g’ad, ik!
kryg veul, heel veul
brieven. Ik lees ze mee plazier,
tentie en soms lees ik ze wel 'i
overnieuw.
Want daar zyn er bij, waarin veul ernst
schuilt. En dan Ja, dan komt m'nen boeren
aard naar boven en dan kyk ik mee spanning
naar den bloesem van m’n zaaisel. Nou en dan
komen de schryvers, of schrijfsters zelf af!
Dat zyn de lui (Me alty „bering of kult wijlen
hebben.” Waar niks teugen is. amico, want ze
kunnen 't mee plazier allebei krygen!
Verlejen week kwam er zoo'nen mensch op
den hof, die z’n eigen voorstelde als: vrij
denker.
’Nen mageren
-j-^en algemeen bekend en erkend feit is, dat
H er in onze eeuw heel wat meer werkeiyz
-*-^mooie vrouwen zyn, dan In vorige eeuwen.
Dit komt niet .doordat onze moderne vrouwen
met meer natuuriyke schoonheid begiftigd zyn
dan haar voorgangsters. De vrouwen van vroe
gere generaties bezaten evenveel mogeiykheden
om tot schoonheid te komen als de vrouwen van
tegenwoordig. Dat de moderne vrouw in uiter-
iyk schoon het zoozeer van haar voorgangsters
wint, is het gevolg van de meerdere zorg, die
zy wydt aan het behoud
van haar bekopriykheden,
haar door de natuur ge
schonken. Zy verstaat de
kunst om de schoonhein. of
althans de verborgen moge-
lykheid om tot schoonheid
te geraken, die zy van na
ture bezit, te voorscnyn te
brengen en tot ontwikkeling
te laten komen.
Schoonheid is niet enkel
en alleen een kwestie van
gestalte of gelaatstrekken,
van vorm van neus mond
en oogen, hals en kin. Ook
het weefsel, de zachtheid en
de kleur van haar er. huid,
het ui ter lyk van handen,
tanden en tandvleesch spe
ten daarby een groote rol.
Het is mogeiyk voor een
vrouw om zóó mooi te zyn,
■’om in deze schynbaa" zoo
onbeteekenende en toch zoo
gewichtige punten zulk een
bekoorlykheid te oezttten.
dat onvolmaaktheden op
het gebied van gestalte en
gelaatstrekken absoluut niet
opvallen. Voor de vrouw
komt het er slechts op aan
de schoonheid, die zy bezit,
tot vollen bloei te laten ko
men door een geschikte be
handeling en verzorging
Evengoed als het een feit
is, dat alle schoonheid niet
gestalte en
het
dat uitwendige
niet
per se door de verpakking
behoeven uit te munten.
Het middel groeit aan den
boom! Het is de citroenI
ij-
zyn .maar” voor zestien gehouwen te worden
zooals op oew zestiende, maardaarom
hoeft ge ook hie zoo waterschuw te zyn van
kinderachtigheid. Da’s zoo.... zoo kinder
achtig, ee?”
,Jk vind 't niet lekker ook, rooken!"
„Da’s wat anders, jonk! Dan mot ge t nie
doen! Ik vind t wél lekker en wy zeggen hier:
„eiken boer zynen meug! Den eene houdt van
de moeder en den andere van de dochter.”
Den TJits meesmuilde. Hy zelf zag 't voor
lachen aan, en ik lachte dus ’ns terug.
„Maar genogt,” zee ik: „lust ge dan 'n bor
reltje, Tjlta? Nog overg'ouwen van de bruiloft
man!”
„Ik drink niet, Dré, want daar zyn al zóó
veel tevens vernietigd door *n biertje of *n
glaasje, nee, ik ben geheelonthouder, zie Je!"
Ik vergat aan m'n pepke te trekken. *k Zat
efkens tusschen twee vuren. Aan den eenen
kant voelde-n-lk de oogen van Trui in m'nen
nek branden en voor me zat den TJits op 'n
pluimke te wachten.
Toen, elndeiyk, toen sprak ik uit het onver-
geteiyke woord: „oow.”
„Vin Je ook niet, Dré?”
^a, Tjlta, hoor *ns: ik zal den leste zyn, die
’nen geheelonthouwer Iets, zelfs maar 'n
strooike in den weg zal leggen, maar zekers,
zekers, vroeger wlerd er teveul gedronken. En
daar zyn er mee naar den kelder gegaan. La
ter, de leste jaren, wlerd er te veul zuur, te
veul citroenen gebruikt en daar liggen
wat „magere lyntjes” op 't kerkhof."
„Dw's niet hetzelfde Dré. Als vader drinkt,
gaat heel het huishouden er aan. Drank maakt
zooveel onschuldige slachtoffers!”
„Veul waar, maar als moeder op 't kerkhof
terechte komt vanweuge *t zuur, daarvan
wordt ’t huisgezinneke ook nie beter, TJits!"
Terwyi Ik dit leste zee, zag Ik den TJits op-
klèëren. ’n Heele redevoering ontstond er on
der den „witten schuier” en daar wou ik geren
van af! Want die ken' ik uit m’n kop.
Dus riep ik: „Trui, zet bakske koffie en
snydt *n boterhammeke af voor den Tjlta
mee n paar malsche plakken van dleën kouwen
verkensrollade!” En mee h stalen gezicht vei-
kondlgde-n-le: Jk ben vegetariër, Dré!”
„Tapt 'm dan 'nen pint.... maar hy schud
de al mee zynen kop.Tapt *m dan 'nen
pint pompwater,” riep ik ten enden raad, naar
Trui. Want wezeniyk, amico, deuzen stroeven
schuier maakte ’t me glad onmogelyk, om be
leefd. da’s gastvry te zyn.
Elk blommeke da'k voor 'm plukken wou,
trapte-n-le sjuust efkens kapot.
„Tjlta,” zee Ik, ,Je zyt misschien 'nen so-
lleden, ‘nen degeiyken, 'nen betrouwbaren tiep.
ik ken oe nog pas 'n half uurke, nlewaar.
maar ge kunt Alles overdrijven, man! Eiken