Tuimeltje en Kruimeltje in het Kabouterkind
M uttAaal van den dag
„Honni soit qui mal y pense”
I
F 250.-
ALLE ABONNÉ’S ongevallen venekéni iw>r een der
De onbekende Verloofde
DOOR LEMAIRE
DONDERDAG 2 JULI 1936
WINDSOR CASTLE
Oi
Oostgevel en terras van Windsor Castle
Vrede in
Italiaansche opera
bij een ongeval met
TT
hü
niet op mUnheer
Cesarina Valobra in
xomertournée
bt) WKflM vaa md hand,
een voet of
■kerlngsvoorwaarden tegen p 7^0 - bU levenslange geheele ongeschiktheid tot werken door p *7^0 a s s.c
Ier volgende ultkeerlngen e-FVF*" verlies van belde armen, belde beenen of belde oogen We doodelljken afloop
AANGIFTE MOET, OP STRAFFE VAN VERLIES VAN ALLE RECHTEN, GESCHIEDEN UITERLIJK DRIE MAAL VIER EN TWINTIG UUR NA HET ONGEVAL
1
1
1
ïl
de jjjaAügste.
ck bedti-
achtig held en pharlaeïsme heeft bezorgd,
om-
den
En denkt gij,
H. v. M.
oog
In
S3
onmlddellük te antwoorden. Wij
R. de B.”
9»
Eindelijk zou een der kaboutertje* het maar wagen. HU reikte
Tuimeltje zün hand toe, maar viel daarbU zelf midden in den
lekkeren grooten chocolade-schotel. Er moest toch iet* gedaan
worden. Ieder probeerde het, maar het werd er alleen hoe
langer hoe erger op en tenslotte zag Je nog een paar beenen,
mutsen, muizenstaartjes en hanen uit den pudding te voor-
schijn komen.
met
hun
met rossen gekroonde fee, vandaag is
mijn hart bedroefd.
Zak
kwa
luist
o Abet
tot
hebt
voor
van
welk
gelhl
rede:
hanc
breid
Abes
een
Mt
den
nen
n het aanstaande zomertournée van de Ita
liaansche Opera aal optreden Cesarina Va
lobra, een lyrische sopraan van, naar men
ons bevestigd, bijzondere kwaliteiten.
ZU doorloopt haar artistieke carrière met
zulk een schittering en zulk een zeksrheid,
welke zU dankt aan haar eigen systeem van
ademhaling, waarmede zü de grootst mogelüke
artistieke resultaten weet te bereiken.
Haar muzikale opleiding genoot zü aan het
conservatorium te Spezla, waarna zü met groot
succes debuteerde in diverse grootere en klei
nere theaters van haar vaderland. Men enga
geerde haar vervolgens aan de voornaamste
opera-troepen van Europa en van Australië en
Nleuw-Zeeland, totdat zU weldra naar intrede
deed in het beroemde Scala Theater te Mi
laan, waar zü thans geregeld triompben viert.
Behalve op operagebied heeft zü zich ook op
den kamerzang toegelegd en verleende zü haar
medewerking aan meerdere belangrijke con
certen op dit gebied, os. kortgeleden een het
kamermuzlekfestlval te Weenen.
Doe de deur open, beval de kabouterbaas en ze gingen de
cel binnen. Hoe verwonderd waren ze Tuimeltje nergens te
zien. De kabouterbaas, die toch een heel goede kabouter was,
had het niets begrepen op de verdwüning van Tuimeltje. Hoe
meer Je hem straft, des te meer haalt ie uit, huilde de oude
man. Zün baard hing slap van de groote tranen en met zware
hoofdpUn ging ie weer weg.
dat dit het uiterlüke leven bleef beheerachen,
óók toen de innerlijke opvattingen er niet
meer aan beantwoordden.
Wie de beteekenls van het Engelsche ko
ningschap, voorzoover het op historische tra
ditie berust, tastbaar wilervaren, moet zicb
niet op de eerste plaat* naar het wUdgevleu-
gelde Buckingham Palace te Londen, dat
slechts een vrij conventioneele vorstelijke stads
residentie is. begeven, mur naar het schoon
in het golvend land gelegen Windsor Castle,
dat geheel het karakter draagt van een ko-
In Kalro, de eeuwige stad der honderden
Toen Rossa met een gezwollen en bebloed
gelaat eindelijk zün hul* bereikt had, en zich
met een pünlük gekreun op een bank uitstrekte,
kwam rijn vrouw verbaasd en nieuwsgierig toe-
loopen. ZU had Juist water geput, en droeg de
kruik nog onder den arm.
Wat scheelt jóü?” vroeg *U.
Steunend antwoordde Rossa: Met As*o
en Eldar heb ik zooeven het besluit van kalief
Maro besproken, waarbij deze beval, dat In
Kalro weer vrede moest heerschen!"
En eerst toen Roesa weer, wat hersteld was
van zUn wonden, drong het tot hem door waar
om zUne vrouw na zün woorden In zoo*n on-
bedMriuken schaterlach was uitgebarsten
En terwül het puddingdrama gebeurde, ging de kabouterbaas
Juist eens naar de gevangenis'kUken, hoe het met Tuimeltje
ging. Kijk JU eens door het gat, zei de kabouterbaas tegen zUn
senten hulp. Hoe is het met den bengel? Ik zie hem niet,
antwoordde de hulp van den kabouterbaas en toen de schild
wacht dat hoorde, werd ie bleek en de kabouterbaas wilde er
direct meer van weten.
ngeland heeft vele en verscheidene mo-
narchen gehad. Vorsten en vorstinnen,
die ondanks de vroege beperking van de
koningsmacht toch vaak hun stempel hebben
weten te drukken op het tUdperk, waarin zU
leefden en regeerden, en selfs den levensstUl
aangaven gedurende tientallen Jaren. Zoo
spreekt men in Engeland van de „Elisabeth-
an age”, den tijd, waarin de roodharige en
h^erschzuchtige koningin Elisabeth op den
troon zetelde en historische drama-stoffen
creëerde voor dichters en tooneelschrUvers. en
van de '„Victorian age", toen de groote konin
gin Victoria, wier typisch sterke tante-figuur
men in tallooze standbeelden vereeuwigd ziet,
de dubbele ’kroon van het British Empire op
de «ware haarwrong met zelfbewustzijn droeg.
Er heeft altijd een duldelük merkbare wissel
werking bestaan tusschen het koningschap als
glorieus symbool van de hoogste macht en
waardigheid in den staat en de indivldueele
persoonlUkheid, die dit symbool tUdelUk perso-
nificeerde en 'n eigen inhoud eraan gaf. Hoe
sterk en Innig die wisselwerking ook ooit mag
geweest zUn, nooit leidde zU tot een volledig
opgaan van den mensch in den konlng of van
dén konlng in den mensch. De realiteitszin der
Britten behield steeds een nuchteren, soms
zelfs te nuchteren kUk op het onderscheid
tusschen de koninklUke waardigheid en de
menscheltfke eigenaardigheden van den mensch,
die haar bekleedde. Van den eenen kant werd
daardoor voorkomen, dat één Indivldueele ko-
ning bü machte was den eerbied en het ontzag
voor de monarchie te ondermUnen, van den
anderen kant verdroegen de Engelschen daar
door met een vooral voor hen, die toch een
strenge fatsoensconventle zoo niet overal en
altUd en metterdaad dan toch wel In het open
baar en althans in schUn huldigen, verbazing
wekkende tolerantie de met die gentlemans-
eonventie moeilijk te rijmen gedragingen, welke
sommige hunner vorsten zich openlUk durf
den veroorloven. Met een bijna aan bewonde-
|ring grenzende vergevensgezindheid verhalen
zü U van de lichtzinnigheden en misstappen,
waaraan Engelsche konlngen uit vroegere en
latere tUden zich schuldig hebben gemaakt,
ofschoon zU .in hun eigen levenssfeer en mlllleu
dergelUke zaken hoogst .shocking" noemen.
Zoo werd tüdens den slght-seeiingtocht door
Londen onze opmerkzaamheid door den offi-
cleelen gids nadrukkelUk gevraagd voor het
overigens weinig beslenswaardige ..Berkeley Ho
tel”, alleen omdat de Prince of Wales daar
.Jadyfriends” placht te ontvangen. Deze schijn
bare inconsequentie kan misschien verklaard
worden met den nog steeds niet geheel ultge-
werkten Invloed van het puritanisme, dat
den Engelschen een reputatie van hulchei-
naar den Koninklijken grafkelder onder de
Albert Memorial Chapel werd gebracht om er
bUgeaet te worden naast de vorstelUke tomben
van hen, die hem vóórgegaan waren op den
weg van alle vleesch. Heel het Britsche volk
toonde toen op treffende wijze zijn ontroeren-
da en ontroerde aanhankelijkheid aan het ko
ningschap en aan hem. die hft met zooveel
tact en eenvoud en bescheidenheid had weten
te maken tot een nobelen dienst van volk en
staat Het koningschap is in Engeland méér
dan een luisterrijk versiersel van den staat,
Waarin de Britsche zin voor antiek decorum
behagen schept. Het is een eeuwenoude tra
ditie, welke levend bleef, omdat zü wortelt in
het hart van het volk. Toen op het vasteland
van Europa de vorsten nog despotisch al of
niet verlicht regeerden volgens de beginselen,
welke later door Macchlavelll in „II Principe"
klassiek zouden worden geformuleerd, had het
koningschap in Engeland reeds sinds lang vrij-
willig den constitutioneelen vorm aangenomen
door de afkondiging van de .Magna Charta”,
de eerste Engelsche grondwet, welke tot op den
dag van heden van kracht is gebleven. Het
Britsche koningschap heeft geen revolutie af-
gewacht om zich noodgedwongen de rechten
en vrijheden van het volk te laten voorschrij
ven, maar heeft de wenschen van het volk
met voorultzlenden geest bü voorbaat vervuld.
Historisch en geleidelük is in Engeland een
typische verhouding tusschen vorst en volk,
tusschen koningschap en democratie, tusschen
wederkeerlg dienen en eeren ontstaan, welke
In het openbare leven een element van duur
zaam stabiliseerende beteekenls Is. Wat het
koningschap uit eigen wilsbeschikking aan
macht afstond, kreeg het in eerbied en aan-
hankelUkheid terug. Het staat oprecht boven
de partijen en is het zinnebeeld van de een
heid van geheel het Britsche Rük. Principieele
tegenstanders of vüanden heeft het niet bul
ten de communisten, wier aanhang in Groot-
Brittannië met zün zwarte fabrieksoentra en
mljngebieden merkwaardig klein en van wei
nig invloed gebleven is. Zelfs de Labours heb
ben bü het overlüden van Konlng George on
gevraagd in warme bewoordingen betuigd, hoe
ingenomen zü «zün met de waarlijk democra
tische monarchie in hun land.
brief van vandaag heeft die vage onbehaag
lijkheid, die mü drukt, niet kunnen verjagen,
zelfs de blüdschap niet zoo precies door u be
schreven te worden.
U heeft mü nog heel veel dingen te zeggen;
uw neigingen, uw plannen, uw moeder....
Onze ontdekkingsreis begint pas.
Michel keurde dien brief goed, maar raadde
mü aan dien niet aan zün moeder te toonen.
zeggende: „Mün lieve mama heeft nu heel wat
anders aan het hoofd en daar zü mü de zaak
heeft toevertrouwd neem Ik alle verantwoording
op mü.”
Dat verheugde mü--.. En nu met den brief
in de hand ging ik op weg om dien zelf naar
de post te brengen. Ik was alleen onder de
groote lindebootnen, die nog nadropten van den
regen en ik ondervond een gevoel zoo als men
heeft, als men, een dierbaar wezen verloren
heeft. Ik had mü kranig gehouden tegenover
Michel, maar mün vergissing had mü Pün ge
daan. Mün droom, mUnrdroom, waarom mü zoo
te bedriegen! Ik zocht tevergeefs naar een
ander gelaat en vreesde mü weer te vergissen.
Ik zag slechts een duldelük silhouet: dat van
Georges Petal tegen het blauwe fond van zee
en lucht. Het gelaat van den anderen Robert
leek mü daarnaast een leelük masker en ik
wendde het gelaat af om het niet meer te
zien.
HU werd dus niet vriendelük ontvangen, toen
ik hem opmerkte te midden van een vroolljken
troep vriendinnen en kennissen, toen ik weer
op het kasteel kwam. Daar waren zü alten:
De twee DaroUes, Marianne en baar moeder,
weer terug naar de koele schaduw van het
wachthuis, even bestudeerd waardig als hü ge
komen is. De manschappen rukken In en lanpi
den vestingmuur hervat de model-schildwacht
zün geforceerden, slechts met stampen en mo
numentale ruststanden onderbroken op- en
nedergang.
Hoe vaak zich deze ceremonie herhaalt, we
ten wü niet, maar zü lükt ons Ineens niet meer
zinneloos. Wü denken aan den gestrekten
paradepas van het weder dreigend mllitalrls-
tisch geworden Dultechland en aan de zorgen
en angsten van Europa. Indien Engeland, deze
factor van stabiliteit en soliditeit, zün vrijwil-
-y—x e „wooden soldier”-schlldwachten
IJ hun hooge zwarte berenmutsen,
witte koppelriemen op de scharlaken
tunieken, doen in Windsor Castle anachronis
tisch aan, maar de Engelschen zün nu een
maal verzot op anachronismen, wanneer deze
Denise, Je bent verwonderlük," verklaarde
Michel, die zich half slap lachte. „Ik kan niet
precies uitleggen wat ik denk, maar ik herhaal,
Je bent verwonderlükI"
Ik liet hem praten, want er was iets, dat
mü verhief hoog boven de kleinzieligheden, die
het leven voorkomen: de helderziendheid
van Robert. „Michel, is dat niet mün portret,
in zün brief schetst, tot zelfs dat
naar ik gelezen heb in een oud Arabisch hand
schrift, dat verscholen lag onder het stof in
de citadel van Saladin een groote mate van
onvrede.
Op de straten, in de huizen en in de kleurige
en overladerj basars ontwaarde men de ver
deeldheid. Ja, zelfs in de moskee van Hassan
werd hier en daar een geluid vernomen, dat
op onderdrukt genpr geleek. En in de breede
schaduwen der pyramlden werden des avonds
vergaderingen belegd, waarop voortvarende en
hartstochtelüke woordvoerders de gemoederen
der eenvoudigen, die niets liever gedaan had
den dan hun dagelükschen arbeid en de plich
ten, die de koran hun voorschreef, opzweepten
Er hadden zich drie partüen gevormd. De
eerste begeerde meerdere vrüheld bü de nale
ving van de wetten van den profeet Mohammed,
en de aanhangers werden de Harelnen ge
noemd, naar hun leider Hareln. De 'tweede
groep wilde in Kalro den avond een uur vroe
ger doen ingaan dan tot heden gebruikelijk
was, en het derde verbond, dat der Naronén,
streefde er naar om alles te behouden, zooals
het sedert eeuwen geweest was.
De oude en wü*e kallef Maro sag met groote
bezorgdheid deze verschillen van meenin g
steeds omvangrUker vormen aannemen, en in
de stilte van zün paleis zonhU op middelen
om de rust in zün mooie en geliefde stad
die aan alle kanten bedreigd werd weder te
doen terugkeeren.
Op sekeren dag zei één züner raadgevers:
U kunt uw doel gemakkelük bereiken!"
De kalief rimpelde zün voorhoofden vroeg:
Op welke wüze dan?"
,r— Héél eenvoudig! U beveelt kort en bon
dig, dat van heden af aan afie getwist in
Kalro een einde moet nemen, en er weer vrede
moet *ün.”
Maro glimlachte ongeloovlg.
dat dit iets helpen zal?"
Stellig’! Het volk vereert u om uw goed
heid en uw wijsheid, en sal zich zonder twüfel
terstond naar uw wenschen schikken.”
En nog dienzelfden dag werd overal in Kalro
met luider stemme bekend gemaakt, dat kallef
Maro ultdrukkelUk bevolen had, dat alle on-
eenlgheden onmlddellük bü gelegd dienden te
en achter langs de scharlaken pionnen en in
specteert ze nog zorgvuldiger dan de onder- knieën
officier reeds heeft gedaan. Hü kan blükbaar
geen reden tot aanmerking vinden. Front ma
kend naaiL het geranium-roode groepje geeft
hü een schreeuw. De „wooden soldiers” werken
als mecanlekjes en de commandant schrüdt
bezittingen mede aan dat volk zelf te danken
heeft en dus het een zekere verplichting acht
het ervan mede te laten genieten. En dat het
volk daarvan iets beseft, zou men kunnen op
maken uit het feit, dat men uit de aandachtig
naar de expliceerende suppoosten luisterende
scharen voortschuifelende bezoekers nooit een
schampere of afgunstige opmerking hoort,
doch slechts gefluisterde uitingen vagi bewon
dering. Hier ligt de decoratieve süde van het
vorstenleven open als een kostbaar prenten
boek, dat door de rechtgeaarde Britten zoo
kinderlük gretig en in stille opgetogenheid be
keken wordt.
Wel. dat was met mü ook het geval en ik
kon maar niet begrijpen, hoe ik mü alweer
zoo had kunnen vergissen. Gelukkig was mün
vertrouweling- er.
.Michel, je zult wel Juichen," zei ik, ..maar
in Gods naam, overstelp mü niet met verwUten,
wees bescheiden in je triomf. Etees dit.”
Tot twee keer toe las hü den brief en gaf
hem terug zonder iets te zeggen.
„Wel?" vroeg ik.
„Je hebt mü gevraagd om je niet met ver-
wüten te overstelpen....”
„Hü lükt heelemaal
Lebreull.”
„Neen, zeker niet.”
.Michel, ik moet Je iets bekennen. Elgenlük
ben ik er niet door teleurgesteld, want mUn
heer Lebreull bevalt mü heelemaal niet. HU
Is heel knap, meer dan de anderen, maar hü
heeft niet het genre van den man, aan wien Ik
de voorkeur zou kunnen geven.”
worden: „Honni soit qui mal y pense”
(Schande over hem, die er kwaad van denkt).
Zoo werd de kouseband tot een embleem
van nederbuigende koninklUke hoffelükheid
tegenover de vrouw, tot een eere-teeken voor
de grooten der aarde, tot een waarschuwing
voor alle booze tongen, maar ook tot de lüf-
spreuk van allen, die hun zwakheden en
lusten voor het vaak meer dan helderziende
09g van de wereld wilden rechtvaardigen, ver-
helmelüken of verbloemen. De stichter van de
orde van den kouseband moge met recht en
reden het .honni solt qui mal y pense” heb
ben uitgesproken, verschillende van zün op
volgers hebben van dit devies dankbaar mis
bruik gemaakt als ware het een soort van pri
vilege verleenende vrübrief om het met de
ivetten van moraal enfatsoen niet zoo nauw
te nemen. Ligt hier in deze zelfde St. George
Chapel niet Jane Seymour aan de züde van
Hendrik VIII begraven, omdat Jane Seymour
de eenlge van Henry’s vele geliefden was, die
hem een kind heeft geschonken? En wijst men
op een plttoresque binnenplaatsje in ditzelfde
Windsor Castle niet een in lood gevat venster
aan, 'waardoor Anna Boleyn peinzend over de
wispelturigheid van ’skonlngs gunst heeft neer
gekeken op het kleurige leven der hovelingen,
toen zü zelve de pijn ervoer, die *U ’skonlngs
wettige gemalin had aangedaan? „Honni soit
qui mal y pense”, het staat in gothische let
ters geschreven in het koor van de St. George
Chapel, waar de ridders van den kouseband
soms plechtig met groot ceremonieel geïnstal
leerd worden, waar de standaarden der nog
levende vorsten, die met deze onderscheiding
begiftigd zün. kleuren boven de voor hen be
stemde kostelük geschrünwerkte zetels, en
waar wü naast de bloedroode .rijzende zon van
hst keizerlüke Japan de vlag van H.M. de .Ko
ningin zagen prüken. „Honni solt qui mal y
pense”, het staat ook geschreven in de groote
8t. George Hall, waar de ridders van den
kouseband elk jaar op den 33en April, den
feestdag van St. George, een feestmaaltijd
houden te midden van een volledige collectie
van de bonte wapenschilden en de namen van
allen, die sinds de stichting der orde in 13*4
tot op den dag van vandaag de eer hebben
genoten deel uit te maken van dit lllustre in
stituut. „Honni solt qui mal y pense”, het is
behalve het devies van de „Order of the Gar
ter” ook het levensdevles van zekere kringen
der Engelsche „society", die van het purita
nisme slechte den schün hebben behouden en
aan John Gallsworthy de inspiratie hebben
gegeven tot het schrüven van „The Island
of Pharisee*".
decoratief zün, en dat zün de uniformen van
de „guarda” ongetwüfeld. Deze militairen met
hun onverstoorbaar strakke
kinneband van hun topzwaar makende bont-
sjako onder de onderlip, zün pp zichzelf de
moeite van het bekijken waard. Niet zoozeer
om hun speelgoed-mooie uniform met witte of
gouden opstlksels en belachelük kleine dulf-
grüze rol-ransels, als wel om hun houding, hun
gedragingen. Buiten dienst flaneeren zü spor
tief, maar nonchalant langs 's Heeren wegen,
een kort knoestig rottinkje in de hand en
fiere overwinnaarsbllkken werpend naar de
voorbijgangsters. Zü zün dan zeer menschelUk.
ondanks of liever Juist door hun paradepak.
In dienst worden ztf van een op het eerste ge
zicht büna lachwekkend mllltalrlstische allure,
van een model-dlenstklopperigheid. die ons,
weinig militair aangelegden Hollanders zacht
gezegd minstens overdreven aandoet. Op de
groote glooiende binnenplaats van Windsor
Castle hebben wü ons geruimen tüd vermaakt
met het gadeslaan van een der gewone dage-
lüksche inspecties van de wacht. Langs den
ouden vestingmuur stapte stram en kwiek een
enkele wachtpost op en neer, het geweer on
der de kolf gesteund hoog over den schouder.
Telkens als hü moest keeren, stampte hü een
paar maal heftig op den grond alsof hem een
aanval van woedend ongeduld overmeesterde,
maar de büna machinale regelmaat, waarmee
hü dan weer voortschreed, bewees, dat dit
stampen slechts een disciplinaire ceremonie
was. Plotseling komen eenlge manschappen
uit het oude wachtgebouw te voorschün. Zü
stellen zich in het gelid. Een onderofficier stoot
een ongearticuleerden klank uit als een „In
dian war-call”. De „wooden soldfers" ma-
noeuvreeren klappend met hun geweren en
verstüven alsof zü Jehova's gebod hebben over
treden en een onbescheiden blik op het bran
dende Sodoma en Oomorrha hebben geworpen.
De onderofficier bekijkt hen van top tot teen,
zoowel van voren’ als van achteren. Dit ge
schiedt met een ernst en een nauwkeurigheid
alsof zoo aanstonds de konlng zelf op bezoek
zal komen. Doch niet de konlng komt, doch de ligersleger niet zóó parade-achtlg drilt, wat
wachtcommandant. Na lang wachten schrüdt moet er dan van zün gevechtswaarde overblü-
ven in oorlogstüd, wanneer de discipline van
deze „wooden soldiers" zich moet kunnen me
ten met de krachten van een tot menschon-
waardigheld opgeschroefd dril-systeem? En
eensklaps zien wü het opvallend verschil tus
schen dit Britsche militaire spel, dat sportlef
blijft en het Duitsche systeem, dat barsch en
brutaal de strijdbare jeugd tot oorlogsmate
riaal maakt volgens de paedagoglsche metbo-
ben. Dan wandelt de wachtcommandant voer den vaa het concentratiekamp. Twee klaproos-
roode „guards" marcheeren met gestrekte
in onvertraagd tempo de vrij sterke
helling op naar den ronden toren van Windsor
Castle en wü küken hen na met lete al» ge
ruststelling in on« hart. Honni soit qui mal y
pensel
Een brief, dien ik van Robert ontving kon
mü niet mün heerlüke zorgeloosheid terug
schenken. Zooals altüd was de enveloppe aan
Michel geadresseerd, maar de brief was voor
mü.
„Lieve, ver verwüderde prinses, ik ben droef
geestig, terwül ik dit schrijf. Zult u niet een
groote teleurstelling ondervinden? U heeft mU
edelmoedig bedecht met het gelaat van uw
droom, maar belaas, dat is mün gelaat niet.
Ik ben niet donkerbruin, ik heb geen zwarte
oogen en geen matwarme tint. Lief prinsesje,
zoo ver van mü verwüderd, hoe zult u die
teleurstelling kunnen verdragen!
Ik ben, helaas,zwart noch blond, maar
kastanjebruin, heel gewoon, mUn oogen zün
blauw noch zwart, maar grijsbruin, ook al heel
gewoon. Glad geschoren, dus geen snor noch
baard. Mün signalement luidt: middelmatig
boog voorhoofd, gewone neus, middelmatig
groote mond, gezonde en stevige tanden, büzon-
dere merkteekens: geen. Hoe zult u mü dus
herkennen als wü eilander voor den seersten
keer Men?,
Royal Origan mishaagde mü nu. Had Robert,
mün Robert, ook die sigaretten gerookt?
Beslist niet, want nu ik op alle punten van
dwaling overtuigd werd, moest de man Van de
silhouet, zooals dokter Renaud zei, niet Robert
de Beaufeu geweest *Un. Opi aan dien geur te
ontsnappen, waarvan zelfs de kleeren van den
valachen Robert doordrenkt waren, ging ik
ver van hem af zitten aan de theetafel
Toen wü daarna in de groote laan kwamen,
die een soort terras vormt boven de weiden,
kwam hU naar mü toe. Ik beschouwde het
schoone landschep, verfrischt als het was door
den regen. De meeste jongelieden waren reeds
voorbügegaan, terwül nog stond, te küken,
totdat de Royal Origan de heerlülie lucht kwam
bederven, die ik met genot Inademde,
„Juffrouw Denise,” zei mUnheer Lebreull..
ZUn stem, de stem, die ik zoo verlangd had te
hooren, bedroog mü zeker ook zooals zün ge
stalte, zUn gelaat!
.Juffrouw Denise, ik ben zeer ongelukkig!’
„Vraagt u niet waarom?”
„Zou ik zoo onbescheiden zün, mijnheer?”
.Juffrouw, als u het veroorlooft, sal ik het
*Un, die u ondervraagt.”
.Maar sal ik u kunnen antwoorden?" Lieve
hemel, wat aal hü mü zeggen?
„Heb tk het ongeluk gehad u te beleedigen?”
,,Maar, mUnheer, Ik begrijp u niet.’
(Wordt vervolgd)
En ik zie u duldelük: blond met blauwe
oogen, gelaatskleur als parelmoer, frisch roode
lippen, een schalksch gezichtje. Ik zie zelfs
een kuiltje in uw wang, als gü lacht. Züt frij
zoo niet, vriendin müner droomen? Zou het
geheimzinnige fluïdum, dat ons vereenlgt, niet
zün kracht verliezen als u het gelaat zult zien
verdwünen, dat uw illusie geschapen heeft?
Bemtn ten minste mün moeder, die mü aan
bidt.
Mün
in oorsprong dateerend uit den tüd der Noor
mannen. Sinds meer dan 800 Jaren hebben hier
konlngen en koninginnen van Engeland ge
woond en ook thans nog wordt het geregeld ge
bruikt door de koninklUke familie. Wanneer de
met kostbare kunstschatten (er zün een van
Dück- en een Rubenszaal) en tal van histo
rische herinneringen gevulde statievertrekken
niet, door het hof of zün gasten in beslag zün
genomen, zwermen dagelük* groepen touristen
en dagjesmenschen door dit museum van
koninklUken luister, waarin verleden en heden
zoo harmonisch bü elkaar aansluiten, dat men
er getroffen wordt door de sterke continuïteit
der traditie. Er zit iets opmerkelUk democra
tisch in, dat de koninklUke slaap- en toilet
kamers. dat heel de intieme en officleele
levensomgeving der vorstelUke familie hier ter
bezichtiging worden gesteld voor ook de een
voudigste en in de meest bescheiden omstan
digheden levende onderdanen. Het is alsof de
koninklUke familie bü het volk uitdrukking wil
geven aan de gedachte, dat zü deze heerlüke
worden, en dat in Kalro weder vrede moest
moskeeën, heerschte vele eeuwen geleden heerachen.
In het hui* van Asso een vurig en over
tuigd Hareln werd des avonds dit bevel be
sproken.
Tegenover hem zaten twee mannen Roesa
en Eldar, dl* elk tot ééne der andere partüen
behoorden en hun gesprek wa* zéér leven
dig.
Rossa bleek de inschikkelükste te zün.
Het woord en bevel van den kallef Maro,
dien wü allen vereeren en hoogachten, zei hü.
moet ons gelden als een wet van den verheven
profeet Mohammed zèlven, en het 1* daarom de
eerate taak van leder onzer zich naar zün wüa
verlangen te voegen.”
Maar de belde anderen deelden deze mee-
nlng niet. Het werd een gevecht van woor
den.... een chaos van klanken en gebaren....
een «tortvloed van verwenschingen tenslotte.
Men geraakte
niet tot overéén-
stemmlng En
toen de rede, het
wóórd, niet meer
hielp, zochten de
drie - tegenstan
ders hun heil in
het handgemeen.
En binnen de woning van Asso was weldra
een ruïne van stukgeslagen huisraad.
Paulette, Sabine, mUnheer Lebreull en drie
andere jongelieden. ZU zaten in een autobus,
die een verschrikkelUk lawaai maakte.
„Je leeft du* toch nog?” riepen verschil
lende stemmen. „Wü waren ongerust geworden,
toen niemand van u verscheen en daar het
vandaag niet regent, zün wü gekomen om
nieuws te hooren.”
Ik dacht er aan, hoe Franqolse dat wel zou
vinden, terwül ik mün vriendinnen begroette
met al de teekena van een uitbundige blüd
schap.
Maar Franqolse scheen het heel goed op te
nemen en tante ook. Ik geloof, dat zü blU
waren een afleiding te hebben voor hun ver-
drietelükheden.
Na het babbeluurtje, onvermüdelük tusschen
vriendinnen, die pas elkaar teruggevonden heb
ben. en een geïmproviseerde thee. Werd be
sloten een wandeling in het park te maken.
Daar was het, dat door behendige manoeu
vres mUnheer Lebreull mU kon naderen.
Vanaf den handdruk, dien wü bü zün
komst gewisseld hadden, had hü mü telkens
weer smachtend aangezien en ik had daarop
gereageerd door onverschillige glimlachjes.
Verschillende malen had hü mü fluisterend
gezegd, dat het hem zoo speet mü een heele
week piet gezien te hebben. Ik liet hem be
leefd uitspreken en verwüderde mü met een
korte dankbetuiging. ZUn verwonderd en be
droefd gezicht hinderde mü. Inwendig verweet
ik hem. dat hü niet op Robert leek en maakte
ik hem verantwoordelük voor de teleurstel
ling, die ik ondervonden had. De geur vaa
dat
kuiltje?"
Onder den Indruk van mün geestdrift, be
sloot ik hem onmlddellük te antwoorden. Wü
bevonden ons in de bibliotheek, terwül buiten
groote druppel* neervielen van de «ware takken
der boomen; groote wolkgevaarten dreven door
de azuurblauwe lucht, de rozen en geraniums
getooid met paarlen en diamanten schitterden
onder een verjongde zon.
„MUnheer en lieve telepaath, nu u zoo goed
mün gelaat in uw droom ziet, leert u er dan
ook niet op, dat uw brief mü heelemaal geen
teleurstelling heeft bereid? Mün eenlg verdriet
is, dat uw hart bedroefd is. Wat komt de
kleur van uw haar er op aan, of van uw
oogen? Is het gevoel dat ons, ondanks den
afstand, die ons scheldt, vereenlgt, niet
onafhankelük van elke stoffelüke omstandig
heid? Er is iets beters dan de oogen. het is
de blik en dien zal ik wel weten te herken
nen als wü elkander voor den eersten keer
zullen zien.
Ik wil niet, dat u bedroefd is, dat doet mü
pün. Hier gaat het trouwens ook niet goed en
ik wacht op een brief van u om den vrede
van mün gemoed terug te vinden. Maar uw
‘T'TTlndsor Castle is een complex van ge-
yy bouwen, romantisch van allure, waarin
men de verschillende Engelsche bouw-
stülen van den tüd der Noormannen af tot
en met de gemoedelüke „Victorian age" ver
tegenwoordig vindt, op een der kleinere bin
nenplein tjes zelfs vlak naast elkaar als in een
openluchtmuseum van historische architectuur.
Te midden van deze met gekanteelde muren
omgeven en door een ronden toren over-
heerschte burchtstad staat de beroemde 8t.
George Chapel als een Engelsch-gothische
reliekschrijn. Hier bevinden zich de rouw-mc-
numenten voor overleden vonten, waaronder
dat van konlng Edward vn en koningin
Alexandra het nieuwste en ook het leelükste is.
Gelukkig staat dit van kostbaar materiaal
vervaardigde monument van smakeloosheid niet
in het prachtige koor met zün rijk-gebeeld-
houwde zetels voor de ridders van den kouse
band, maar in een zü-ka[*el. De ridderorde van
den kouseband, de hoogste Britsche onder
scheiding, welke alleen aan personen van
vorstelüken bloede wordt verleend, is in zün
oorsprong weer typeerend voor de Engelsche
mentaliteit en de opvattingen van het zociety-
leven, welke zich in den loop der eeuwen
slechte weinig hebben gewüzlgd. Het verhaal
gaat, dat op een Middeleeuwsch hofbal een
der hofdames haar kouseband verloor. De
koning raapte dit intieme voorwerp op en om
te voorkomen, dat de mogeljjk argwanende
hovelingen hem van onbehoorlüke betrekkin
gen tot de schoone eigenares zouden verden-.
ken sprak hü de gedenkwaardige woorden uit,
die tot een waarschuwend wapendevies zouden
i
hü met een langzamen, uiterst statigen en
hooghartigen stap als een zelfbewust pra
lende goudfazant naar bulten en stelt zich
met opgezette bont voor de roerlooze soldaten.
Ook hü stoot een onverstaanbaren kreet uit.
De geweren gaan weer kletsend van de eene
hand in de andere en de manschappen stam
pen weer op den grond alsof zü het Empire
trotseerende Italianen onder de voeten heb-
lechte enkele maanden geleden stond
Windsor Castle in het brandpunt der
wereldbelangstelllng. Dat was. toen de
lükkist met het stoffelük overschot van den
goedhartigen en beminnelüken George V, die
Zün waardigheden van Konlng van Engeland
en Keizer van Indiè méér dan vüf-en-twlntig
annala Ha HU die
waardigheden passende pompeuze kroonjuwee-
len droeg nl. pretentieloos en met een büna
angstvallig gevoel voor stipte plichtsvervulling, nlngsburcht, een kleine, weerbare 'vestingstad.
i