D --1 De Vierdaagsche Afstandsmarschen Zoekt gij betrouwbaar Personeel „Omroeper” gezinnen B - Plaats een a DE TAILLEUR IN HUIS EN HOF OVERHEMD-BLOUSE A voor 'V/ I ij voor Gebreid speelpalqe onze baby ie toer: 1 r, 1 aver., 2 r. samenbr., r. tot DINSDAG 21 JULI 1936 t' FOTOREPORTAGE o Crawford tijdens hun partij tegen Von Cramm Aan den vooravond voor de verzorging der deelnemers worden getroffen 8 I I 1. In een V c "a - PO LA. DORA OP VERZOEK Voor jongens van 9 jaar daaronder de mouw, daaronder het schou derstuk (middenachter aan de vouw), dan den boord (middenachter aan de vouw) en dan hebben we nog een hoogte voor de manchetten over. Den aak knippen we naast maar de een heeft er meer dan de ander. Men moet ze si d Dit met zone finale van het Davit Cup-tournooi f gc Ni tb II on JE af 77 Vervaecke passeert den col de Braus tijdens de elfde étappe van den Tour de France (telephoto) Bovenwijdte 90 cM., lengte midden vóór 41 C.M., mouwlengte met manchet 45 cM. Benoodigd: 1.75 Meter stof van 80 cM. breed, 8 knoopen, 70 cAt. elastiek. We vouwen de stof dubbel en plaatsen koppen”, tweejarige planten. Camelia’s zijn geen gemakkelijke plan ten, maar de een heeft er meer succes mee dan de ander. Men moet ze steeds voor hetzelfde raam zetten en ze niet tel kens omdraaien. Het beste staan ze voor een raam op het Noorden of Noor^-Westen. En dan nog in een kamer, die erg licht is en 's winters vorstvrlj kan worden gehou den. De plaats in huls Is dus de hoofd zaak. 't Gebeurt vaak, dat de knoppen af vallen. Hiervoor kunnen onderscheidene oorzaken zijn, als: te min Voedsel In den zomer, te groot verschil van dag- en nacht- temperatuur en te droog óf te nat tijdens den bloei. De sterkste soort voor de kamer is die met rose bloemen. Er Is ook een win terharde soort, die op een beschutte plaats met eenlge bedekking wel tegen felle kou of scherpen wind is bestand. het rugpand. Boord, manchetten en schou derstuk worden van dubbele stof gemaakt. Aan het voorpand is 8 c.M. aangeknipt voor stolpplooi. Aan het achterpand 4 cM. (Voor naden moet 2 cM. aangeknipt wor den). De mouwnaad plaatsen we op den zijnaad van de blouse. De manchet, waar aan de mouw met 10 cM. ruimte gezet wordt, wordt 4 cM. vanaf den mouwnaad naar achter geplaatst. (De plaats van den elleboognaad). Aan den onderkant van de blouse knippen we een zoom van 4 cM. aan, om het elastiek door te rijgen. Van aUe op deze bladzijde voorko mende genummerde modellen, die aan het mode-album ..Zomerpracht” ontleend ztfn kunnen by het Patro nenkantoor „Pan or a", Nassauplein 1, Haarlem, patronen besteld worden tegen den prijs van 50 ets. voor com plets, 35 ets. voor mantels en japon nen, en 20 ets. voor rokken, kleine avondtasjes en kinderkleeding. Voor toezending per post, ook bij bestel ling aan de agenten, 10 ets. extra. panden van het jasje gestoken is. De mouw heeft Ingestikte plooitjes. Ter versteviging kunnen we nog een strookje gaas in de kop doen. Evenals het vorige heeft ook dit model géén kraag, doch 'n paar groote revers. We hebben hier maar 1.25 meter linnen voor noodig van 140 c.M breedte. Het patroon Is verkrijgbaar in maat 40, PetOnla’s hangen over het algemeen; het zijn zeer sterke bloeien, die een verbazen de verscheidenheid van kleuren vertoonen. Men kan den bloei zeer bevorderen door het innijpen van den hoofdscheut tot op 5 16 blaadjes. Deze zal zich verbazend vertakken en op eiken tak zullen weer zeer veel bloemen voor den dag komen- Het blad van de voorjaarsbloeiers onder de bolgewassen, als tulpen, narcissen, cro- cussen e-a. sterft al spoedig af. Laat men de bollen zitten, dan schoffelt men alle», wat boven den grond Is, af én verwijdert t direct, opdat geen bladzlekten den grond Indringen. Men kan de bollen best een paar jaar laten staan, als de bemesting maar voldoende is geweest. en Henkel (Duitschland) in de Inter- Het Vlijtig Liesje of Balsemien Is een veel voorkomend kamerplantje, dat rjjke- plaats van bestemming vervoerd. Het transport van het 125 ton zware gevaarte De rozen bloeien. Wellicht ziet men groe ne luisjes al in grooten getale er. omheen zitten. Afspuiten bij zonnig weer met een mengsel van groene zeep-oplossing, brand spiritus en salicylzuur helpt heel best. Zoo noodig herhaalt men de spultlng, maar nooit bij vochtig weer. Heeft men afgevre ten bladeren, dan zal men bij nader on derzoek een groen rupsje ontdekken, moet men wegvangen of bestuiven Derrispóeder. Rozen staan In vollen bloei. Ziet gedurig toe, of er geen wilde scheuten uit den grond schieten. Ze zijn gemakkelijk te her kennen aan het zeer slappe hqpt en niet minder aan de lichtere kleur der bladeren, die sterk afsteken bij de blaren der goede takken. Neem deze loten direct weg, want ze ontnemen voedsel en sappen. Denkt er ook wel aan, de uitgebloeide rozen di rect weg te nemen door den tak *n weinig it kruipbroekje of speelpakje is heel gemakkelijk en eenvoudig te breien en wordt gesloten met schouder- bandjes. De achterkant. Men begint aan den on derkant van het broekje, waarvoor men 18 st. opzet. Den eersten Loer breit men r. in den achterkant van de steken, voor de stevigheid. Verder breit men In tricotst. r. aan den rechter- en aver, aan den lin kerkant. Daarbij meerdert men 1 st. aan weerskanten van de naald door In eiken toer 2 st- te breien in den eersten en laat- sten st. Heeft men 72 st. op de naald, dan breit men nog ongeveer 18 17 c.M. zon der meerderen. Men eindigt met ’n aver, toer. Daarna breit men: e tailleur van zijde en de korte jasjes 3 van wit linnen of tussor hebben stormenderhand aller harten ver overd. Ze staan dan ook buitengewoon kwiek en flatteeren de meeste figuren. Deze, modellen echter kunnen we niet gemakke- lijk zonder een goed patroon maken, daar het er hier zeer op aan komt, dat het jasje mooi aangesloten zit, de revers goed vallen en vooral ook de ruimte van de mouw op de goede plaats zit. Dus het allereerste koopen we een Panorapatroon. Dan nemen we voor flg. 856 4.50 M. gemoesde crêpe de chine van 96 k 100 c.M. breed. Het man-, teltje heeft «revers, maar geen kraag. Tn het voorpand, dat met één knoop gesloten wordt, zijn plisséstukjes gezet. Het spreekt vanzelf, dat we bij zoo’n jasje met heel wijde mouwen een eenvoudig tweebaans rokje dragen. Het patroon is te verkrijgen in maat 42, 44, 46 en 48. Het jasje op fig. 592 is iets meer sportlef. De rug is dan ook niet strak getailleerd, maar heeft enkele tallleplooitjes, terwijl de ceintuur van het japonnetje door de voor de laatste 4 st. Dan: 2 r. samenbr., 1 aver., 2e toer- 1 r-, aver, tot den laatsten st., 1 r. Deze beide toeren herhaalt men tot men nog 42 st. op de naald overhoudt. Dan breit men nog 6 toeren 1 r., 1 aver. Afkanten. De voorkant wordt precies eender gebreid als de achterkant tot aan den bovenkant de 6 toeren 1 r. 1 aver, zijn gebreid voor *n randje langs den hals. Dan breit men als volgt: 7 st. 1 r. 1 aver, voor het eerste schouderbandje, 28 st. afkanten voor het halsje en 7 st. 1 r. 1 aver, voor het tweede schouderbandje. Men breit op deze laatste 7 steken door tot men het schouderbandje lang genoeg vindt. Dan maakt men een knoopsgaatje aldus: 3 st. breien, den draad naar voren halen, 2 st. samenbr., 2 st. breien. Nog 1 toer overbreien en af- kanten. Het andere schouderbandje breit men dan op dezelfde manier op de over gebleven 7 st. Men npait dan de zijnadep van het pak je dicht en neemt aan den onderkant 90 st. op voor elk pijpje. Op deze 90 st. breit 6 toeren 1 r., 1 aver. Afkanten, i worden dan dichtgenaaid. den zomer probeert menigeen merel machtig te worden. Ze is gemakke lijk gezond, te houden door het geven van hennepzaad, dat men met een flesch fijn maakt. Men mengt er dan nog fijn gewre ven oud wittebrood doorheen. Ook is het goed, ze eiken dag een paar regenwormen met een goede dosis groenvoer te geven. men 6 toeren 1 r., 1 aver. Afkanten. De pijpjes worden dan dichtgenaaid, de knoopjes kangezet en het werk gestreken onder een vochtigen doek. Ditzelfde modelletje kan ook gebruikt worden voor *n zonnebadpakje. Men breit voor den achterkant dan slechts 14 c.M op de 72 st. in tricotst. en daarna 1 cM. 1 r. 1 aver., waarna men het werk afkant. De schouderbandjes moeten dan ongeveer 25 cM. lang worden. De beste Aronskelk om door den leek te doen herbloeien is de Africans von Stutt gart of Little, omdat ze niet zoo groot wordt. Om zeker te zijn, dat een uitge bloeide plant het volgend jaar weer bloe men geeft, moet men tot Juni weinig wa ter en geen voedsel geven. De grootste blaren moeten geheel verwelken. Zoo noo dig kan men na de rust tot scheuring overgaan. Oppotten In een vruchtbaar grondmengsel met veel veen erin, is wel aan te raden. Zoodra de bergroel begint, moet men meer water en voedsel geven tot half September. Heeft men ze 's zomers buiten staan, dan zet men ze weer binnen op een lichte, niet te warme plaats. Dan is vaak sproeien en steeds warm water op 't schoteltje geven gewenscht. In het voor jaar komt de bloem weer voor den dag. Wie het volgende jaar mooie Muur bloemen wil hebben, moet ze binnenkort op een warm hoekje van den tuin uitzaaien. Zijn de plantjes groot genoeg om ze te verplanten, dan zet men ze op een afstand van minstens 25 cM. van elkaar. Daar vóór en rugpand onder elkander op de stof, door verkrijgt men mooie, gedrongen, bos- slge planten. Ten einde het wortelstelsel te vergrooten, moet men den hoofdwortel inkorten. Zoo doet men ook met ,J*ijpe- Klokjes, Anjelieren en andere De Campanula Isophyla of Ster van Bethlehem is voor de meeste bezitters een plantje dat met de grootste zorg wordt verpleegd en toch niet die bloemen geeft die er van te krijgen zijn. De reden: er mankeert gewoonlijk iets aan die verple ging. In 't kort is de behandeling als volgt: Zet de planten goed in het licht, vlak voor het raam, liefst niet op het Zuiden in te fel zonlicht. In een bedompte omgeving kwijnen de planten spoedig. Als een bloempje is uitgebloeid, moet men geen zaad laten komen, want het neemt teveel voedsel tot zich. ’s Winters mag ze wel voor een Zuiderraam staan, doch bij voor keur koel (vorstvrlj), want ze kunnen niet tegen te hooge temperatuur. In den win tertijd moet men nu en dan een beetje lauw water geven en wat niet spoedig wordt opgenomen direct verwijderen. *t Is goed, als men in het voorjaar een nieuwen voedzamen grond geeft. Zijn de ranken te lang, dan kort men ze wat in en de stukken stekt men in scherp zand. Voor het welslagen is het goed, dat men er ’n groot glas of ’n weckflesch overheen zet. De oude plant geeft men nu en dan wat opgeloste bloemenmest en alles gaat beslist naar wensch. Men moet ze veel water geven, maar niet plaatsen in de felle zon en op den tocht. Men kan ze» zeer gemakkelijk stekken, want ze wortelen heel gemakkelijk op een flesch water. j- y itgebloeide Hortensia’s worden in gekort, zoodra de bloemen zijn uit- gebloeid. Velen weten niet juist daarmede te handelen. Als men een ult- gebloélden tak nauwlettend beziet, dan be merkt men aanstonds, dat het bovenste deel lichter is gekleurd dan het onderste. De overgang is duidelijk te zien. Juist bo ven die scheiding laat men twee dubbel- oogen staan en de rest snijdt men weg. Omdat daardoor veel blad is weggenomen, kan men ook met een geringere water gift volstaan in'de eerste maanden. Wl on wi <1 o z h en Mc Grath (Australië) De heer A. G. Delen, ge- meente-secretariste Noord- wijk, die benoemd is tot burgemeester van Eibergew De vlaggen parade op den vooravond der Vierdaagsche te Nijmegen. Een overzicht tijdens de plechtigheid

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Noord-Hollandsch Dagblad : ons blad | 1936 | | pagina 14