WIJ LEEREN SCHAKEN
ROOMIJS
IJSTHEE
I
Koffers pakken
I
Het voornaamste jaargetijd
e
I
Voor de vacantie
Volop Zomer
- J-'d
Een slaapkamer, die...
geen slaapkamer is
Oplossingen
ZATERDAG 1 AUGUSTUS 1936
Iets nieuws en iets goeds
2
Regels, die men in acht moet nemen
Een hifte-statistiek
Toepassingen voor de
huisvrouw
rps-et
o-o
- - :r;|
i J
W»
a - b o d e f
Schijn
b
bedriegt
enz.
Scandinavische party.
6. Rd3f
6. DhBt
Waschtafel en bed gecamoufleerd tot een gezellig interieur
zwart gunstiger geoordeeld dan Rf8c5
1
h
g
Wit kan winnen, indien het hem gelukt een
Op
7
nu Ijsthee
8. RM—e2
enz.
Men speelt in deze opening ook wel:
a
X
een
ens.
Vlerpaardenspel
i
3
Schotsche party (of
gambiet)
1
tam
gedragen
o
8. Kc4
Kc5.
KdB
KeB
ens.
De
De
4. M3—gS Het veld f7 is nu tweemaal aan
gevallen: door raadsheer en paard.
wordt ook wel Pa5—cB gespeeld. Na den tekst
set «peelt wit het best:
Iets, waaraan we dezen zomer nog maar zeer weinig behoefte hébben gehad', happen
in een frissche ijswafel
Wie last van de warmte heeft, drake eens aan
het versje, dat Jacob van Lennep maakte op 21
Juni van het koude jaar 1855:
6. c2—c3
7. Ddl—<12
4. c2—c3
5 RH—c4
6. Rel X b3
Pbl—c3
Het is een klacht van een boer, welke aldus
tot uiting komt:
.Ach, welk een drooge Zomer,
„Het Heelal gelijkt een bokkem!”
h7—h6
eö—e4
Pa5xc4
Rf8—c5
0-0
e7—e5
PbB—eg
PgS—fB
RI8—b4
0—0
dl—dB
PcB—e7
M6—eB
hl—hS
e7e5
PbB—cB
e6xd4
Rf8—C5
Dd8—fB
dl—dS
PcB—a5
cl—cB
b7xc6 Hier
En nu is *t reeds de langste dag,
Reeds moest de zomer komen.
En *k heb in Neerland, waar ik zag.
Schier niets daarvan vernomen.
Van koude tril ik als een bind.
Terwijl ik zit te schrijven.
Zoo ik geen wollen dekens had.
Ik sou in t bed verstijven.
d4xc3
c«xM (of PgS—f6)
RfS—b4t
4.
5. e4xd5
6. Rc4—b6t
7. dSxcB
Twee paardenspel in de nahand.
1. e3e4 ele6
3. Pgl—f3 PbB—cB
3. Rfl—«4 PgS—fB Wordt
n den zomer ft er niets aoo heerlijk als een
koele dronk en hieraan gaat niets boven een
frissche dronk water. Zoo versch uit de bron
of wat als waterverfrissching is aangegeven. We
kennen tegenwoordig op sommige pleinen en bui
tenwegen de waterfontelntjes, waaruit het watér
naar boven straalt. Heerlijk deze wijze van drin
ken. Hebt ge overigens wel eens opgemerkt hoe
veel wondermoois In een waterbron kan zitten»
Poëzie en romantiek! Feitelijk moet men er voor
in het buitenland zijn, in Spanje en Italië en in
het verre Oosten.
dl—dB
DdBxdS
Dd5—a5
Door die fatale droogte mijn ziel
is louter een puimsteen.
Mijn ingewant wordt rookworst.
Daarbij zijn al mijn kippen verduiveld
broeisch geworden.
De haan moet ook al broeien!
En vind ik al een eitje,
Het ligt hard gekookt in ’t bleekveld.
De boomen in mijn boomgaard zijn vol
gedroogde peeren.
En de appelmoes valt zoo maar bij
klodders naar beneden
Het moet in de stad ook droog zijn;
’kHoor,
dat de trommelmannen de taptoe
Op hun buik slaan, en zonder trommels
loopen.
6. <12—dS
1. Pg5—f3
8. Ddl—e3
9. <13 x c4
10. c2—c3
ill. Pf3—d4
Deze opening ft voor zwart niet aan te be
velen. Wit'komt in den regel beter te staan.
Eindspel.
1. e2—e4
2. Pgl—f3
3. <13—d4
4. Pf3xd4
5. Rele3
1. «3—e4
3. e4xdS
3. Pbl—c3
kunt ge
zoo ook in
Nfende wa-
lera ontstaan. Alleen Parijs telt 20.000 slacht
offers.
In 1857 was het ren geweldig droge zomer. In
een dichtstuk uit dien tijd heet het:
dan ook voor het doel waartoe zij vanouds werd
opgezet: beschutting tegen felle zonnestralen.
Aan modeverandertng heeft men alleen daar be
hoefte, waar dat doel lang niet op de allereerste
plaats komt. De tegenwoordige koning van Enge
land beeft als Prins van Wales veel moeite ge
daan om den stroohoed voor heeren er weer in
te brengen; hijzelf droeg daartoe den strooien
hoed en gel alzoo den modetoon aan. Niet alge
meen bekend zal het zijn, dat buiten Engeland
ook Japan de markt van strooien hoeden voor
ziet.
Strooien hoeden dienen echter niet alleen voor
den mensch. Ook het dier wordt er door beschut
tegen de hitte. Zoo doet men in bet buitenland
met esels en paarden.
Wit begint en geeft mat in twee zetten. Ter,
oplossing. Volgende week wordt de oplossing»
vermeld.
In een van de allernaaste herinneringen ligt,
dat de Zomer van 192» er ook eentje was, die er
wezen mocht.
1 e2—e4
1 Pgl—f3
1 Pbl—c3
Rfl—b5
5. 0—0
6. <*3—d3
7. Rel—g5
8 Pf3—h4
f3—f4
voor
(Itallaansch).
Oplossing van de opgaaf no. 5. Wit geeft ter
stond mat door Txf3. Andere torenzetten ko
men niet in aanmerking, omdat het zwarte
paard f3 het aftrekmat door Pe5 kon opheffen.
De witte toren op fB en de witte dame op g7
vormen een batterij. Batterijen worden ook
door andere stukken gevormd en komen ook op
rechte lijnen (verticale en horizontale) voor.
Wil wit Schotsch gambiet spelen, dan neemt
hy op den 4en set den pion niet terug, maar
speelt:
nen minder slachtoffers dan de warmte. Geheele
gelederen vallen dood heer van de hitte.
In 1277 zjjn de landbouwers in groote ver
legenheid. Al het veevoeder is verbrand.
In 1303 en 1304 liggen Rijn, Loire en Seine
droog.
In 1605 heerscht vreeseiyke hitte door geheel
Europa.
In 1606 wordt alleen Schotland bezocht door
een hitte, welke menschen en dieren vreeselijk
kwelt.
In 1705 heerscht in verschillende streken van
Frankrijk een zoodanige hitte, dat de warmte ge
lijk staat met die in de glasblazerijen. ..Men kon
gemakkelijk vleesch in de zon koken!” Van 134
’s middags waagt niemand zich buiten.
In 1718 zijn verscheidene inrichtingen genood
zaakt te sluiten. De theaters spelen eenige maan
den niet.... In zes maanden valt er geen drup
pel regen.
In 1753 staat de thermometer op 38 graden.
In 1779 heerscht een vreeselijke hitte te Bo
logna: „een groot aantal personen stikken”. De
lucht is zoo weinig geschikt om te worden in
geademd, dat men den dood Alleen kan ont
komen door onder den grond te vluchten.
In 1795 is de maand Juni ondraaglijk,
groenten worden door de hitte geroosterd,
vruchten verdrogen aan de takken. In de hui
zen springen elk oogenblik meubelen en lambri
seringen. Het vleesch bederft terstond.
In 1811 verdrogen rivieren in verscheidene pro
vinciën.
In 1823 is er een hardnekkige warmte, verge
zeld van onweders en aardverschuivingen met
aardbevingen. De droogte doet een heirleger van
muizen uit den grond opdoemen, die in Lotha
ringen en den Elzas groote schade veroorzaken.
Te Savone doodt men in veertien dagen tijds
meer dan twee mlllloen.
In 1852 doet de warmte in Frankrijk de cho-
beeft vier vluchtvelden ter beschikking, te we
ten: o4, dB, e5 en eB. Wit kan nu door de vol
gende zetten den zwarten koning en de zwarte
dame tegelijk schaak zetten. De zwarte koning
kan opnieuw vluchten, maar niet meteen zyn
dame beschermen, die dus verloren gaat
T y-et eindspel in de vorige rubriek, is van
XJH. Rlnck te Barcelona: Na den Sen set
van wit, was de volgende stand bereikt.
Wit: Kf2. De3, Re4. Zwart: KdS. DaB. De zwarte
koning staat schaak en moet vluchten. HU
s er een prettiger werkje denkbaar dan kof
fers pakken voordat wy met vacantie gaan?
Wjj pakken er al onze hooggestemde ver
wachtingen in, al onzen reislust en onze vreugde
om de zalige vrijheid.
Koffers pakken is een fijn werk, dat echter
lang niet iedereen verstaat.
Laten wij beginnen met een kleine verbete
ring: weinigen onzer zullen met vacantie gaan
met koffers vol kleeren.
VermoedelUk zal onze bagage zich beperken
tot één of hoogstens twee tasschen pf valiezen.
Voor het inpakken van kleeren kunnen wij
geen voorschrift geven, maar toch zijn er
eenige regels, die wij in acht moeten nemen.
Wanneer wjj twee valiezen meenemen, dan
zullen wjj verstandig doen het eene met onder
goed te pakken en het andere met japonnen.
In de tasch van de Japonnen kunnen onderin
de schoenen, het naaigerei, de boeken die wij
meenemen, ra het schrijfgereedschap.
Heeft men weinig plaatsruimte en wil men
een badjas meenemen, dan’ is het een goed
plan om zoo’n omvangrijk en veel ruimte be
hoevend stuk stijf op te rollen in een reis
deken of in een regen- of wintermantel. Bin
nenin kunnen wjj een vuillinnen zakje stijf
opgevuld met schoenen stoppen en het geheel
met riemen stevig vastsnoeren.
Zoodoende winnen wjj heel wat ruimte in.
Willen wjj voor toiletbenoodlgdheden geen
aparte tasch of koffer meenemen, dan leggen
wjj deze boven op bet ondergoed. Niet onderin
want bij aankomst zullen wij ons dadelijk wil
len opfrisschen.
Het ondergoed blijft gewoonlijk in de tasch,
dqch de Japonnen en complets worden bij
aankomst dadelijk uitgehangen.
over het geheel, zooals de bijgaande teekening
duidelijk zien laat. De klep is wegneembaar,
daar men aan den tamelijk breeden rand ge-
makkelUk zijn hoofd zou kunnen stooten In
dien de klep, bevestigd met scharnieren, óp
zou staan.
De constructie van de kast om de waschtafel
ft heel eenvoudig, f en g zijn stevige latten
tegen den muur geschroefd, h en k latten
tegen de zijkanten a en c geschroefd, welke op
hun beurt weer aan f en g zjjn bevestigd, ook
met schroeven. Even dik aft de vorige latten
ft m, met zwaluwstaarten in de latten h en k
Abrikozenmoes over en dóór roomijs met
paar biscuits.
Róómijs met noten en honing.
Róómijs met gekruimelde bitterkoekjes.
i|| Róómijs met stukjes banaan.
Pudding met róómijs (en vruchten).
Róómijs met zéér styfgeslagen eiwit en suiker.
w t iet lang geleden gold het gebruik van Us
I nog ah een versnapering zonder meer,
hoofdzakelijk geschikt voor kinderen op
heel warme dagen. Veel waardeering had men
ar niet voor, omdat het zuiver als lekkernij en
niet als een opwekkend voedingsmiddel werd
beschouwd.
De naar AmerikaaSjsch voorbeeld Ingerichte
snelbuffetten. sodafountains, sandwich corners
cn hoe deze lunchroom-afdeelingen nog meer
mogen heeten, hebben het ijsgebrulk sterk be
vorderd; men ging het mengen door dranken,
waarbij zelfs goede resultaten verkregen werden
met heel eenvoudige en goedkoope mengsels,
die haast in elk gezin gemaakt kunnen worden,
chocolademelk, limonadesiroop, koffiemelk b.v.
en presenteerde het bij vruchten, noten, nougat
Hoe zal het dit jaar wezen? Met „zomer”-oopy
ft het heel zonderling gesteld. WachVJe met het
maken ervan, tenminste voor een tijdschrift, tot
de hitte van het asfalt tegen Je opspettert,
tien tegen een, dat je te laat bent en de zomer
In kwestie bij de „koude" zomers moet worden in
gedeeld. Over warme zomers bestaan heele sta
tistieken. Trouwens van koude zomers ook, zoo
als eveneens van zomersche en echt wlntersche
winters. Een kleine statistiek?
In 627, zooals men ziet kunnen we heel ver
terug gaan!.ft de warmte zóó sterk in Frank
rijk en Duitschland, dat de bronnen zijn opge
droogd. Er is watergebrek en vele menschen ster
ven van dorst.
In 879 zijn de velden volkomen verlaten. De
landbouwers, die dóórwerken, vallen dood neer.
In 995 straalt de zon zulk een hitte uit, dat de
planten verbranden, alsof men ze bij het vuur
hield.
In 1000 verdroogt de voortdurende warmte de
rivieren. Overal ziet men hoopen visschen, die
binnen enkele uren tot verrotting overgaan. De
vreeselijke lucht, welke daardoor ontstaat, ver
oorzaakt pest.
In 1022 vallen menschen en dieren, die zich in
de zon wagen, dood neer, „door het uitdrogen
van hun keel en door congesties naar de herse
nen”.
In 1132 drogen niet alleen de rivieren uit, maar
de aarde splijt en wordt hard als steen. Ifi den
Elzas ligt de Rijn bijna droog.
In 113» wordt vooral Italië door de warmte
geteisterd; de planten worden er „gebraden".
In 13B0 maken in den slag van Bela de wape-
der pionnen op de 8ste lijn te brengen ra desen
te promoveeren tot dame. Wit moet vooreerst
den pion a4 spelen, die niet door den zwarten
koning kan worden tegengehouden. Daarom
moet de raadsheer dat doen. 1. a4a5, Rf8hB
(Om naar e3 te gaan. Op Kd5—d4 volgt RhB—
14h3git. Op Kd5e4 volgt RhBf8). 3. <4
g5t (Slaat de koning dezen pion, dan ver
spert hij het veld e») Rh6xg5 (Nu verspert de
koning het veld e7 voor den raadsheer). 3. Kd5
e4. Rg5—-h4; 4. Ke4—f3. De witte koning be-
heerscht nu e3 en f3 en verhindert het ingrij
pen van den raadsheer. De pion aS marcheert
ongehinderd naar het veld a8.
Opgaaf no. 6 van J. F. Coppens te Amsterdam, w
-a ar et dat al zien we, dat de Zomer heel wat
Iy'I op z'n geweten kan hebben. Is er ook al
nl€f eens een crisis in de strooien heeren-
hoeden-industrie geweest? Het valt op, dat die
ronde dingen met een platten rand er aan. weer
meer werden gedragen. Door de heeren dan, be
doelen we. De strooien hoed voor dames ft ove
rigens zoo oud en pog ouder dan de weg van
Rome, Boeren en boerinnen droegen hem reeds
Bet lijkt een modern dressoir nietwaar? Boven- «in een glas opgediend) of at het als
in een lade.... daaronder het deurtjeHet
is echter niets dan gezichtsbedrog, want de
lade is niets anders dan schijn, het is de klep
bed, een paar planten in de vensterbank en
de kamer ft klaar. Goedkooper ingericht dan
wanneer een volledig slaapkamer-ameublement
gekocht had moeten worden en toch veel
aardiger..
smakelijk goedkoop en voedzaam nagerecht.
Bevat ijs dan voedingsstoffen? Ongetwijfeld,
en vooral róómijs. omdat dit een zeer bijzondere
plaats Inneemt; het con^umptle-ljsbeshut van
Mei 1935 toch schrijft voor dat róómijs ten
minste 13 pCt. melkvet moet bevatten. RÜSómift
kan dan ook zeer wel bulten de warmste pe
riode van het Jaar genuttigd worden, ook door
kinderen, die dit aan mëlkvet zoo rijke voedsel
gaarne gebruiken, ook al zjjn het wat veel
wdera noemen „slechte eters”. En tenslotte ver
dienen de volgende nieuwe, maar eenvoudige
combinaties de bijzondere belangstelling voor
jong en oud:
in bet oude Griekenland en in het oude Rome
zag men hoeden, die van grof stroo waren ge
vlochten, om zich tegen de gloeiende zonnestra
len te beschermen. De elegante vrouwen zagen
toen nog op deze hoofdbedekking met een zekere
minachting neer. En in de oudheid is de stroo
hoed ook nooit populair geworden. In de mid
deleeuwen kwam dit hoofddeksel voornamelijk bU
de bevolking van het platteland evenwel weer te
voorschijn. De eigenaardig gevormde stroohoeden
hebben vindingrijke modftten het eerst op de ge
dachte gebracht, aan dit langen tijd aft smake
loos beschouwde monster, een beteren en sier lij
ker vorm te geven. Een bewijs voor de nieuw
heid van den stroohoed in Vlaanderen in de ze
ventiende eeuw levert het beroemde portret van
Rubens, dat ,J> Stroohoed” genaamd ft, en
waarvan de nieuwe hoofdbedekking zoozeer op
viel, dat hij aan het stuk dien naam gaf. Want
steeds bleef de stroohoed nog iets ongewoons.
Maar de Rococo-mode, die zoo sterk naar de na
tuur terug wilde, zag in den stroohoed iets sier
lijks. Op zijn tochten door het bosch naar Sé-
nart ontmoette Lodewjjk XIV meermalen een
jonge vroww, die gekleed in teer rose en blauw,
onder een groeten met veldbloemen versierden
hoed uitkeek. Zjj zocht aldus de aandacht van
den koning. Deze .herderin”, die van een schil
derij van Watteau scheen weggeloopen, was na
melijk een zeer geraffineerde dame uit de stad:
de latere madame de Pompadour. Zij was het.
die den stroohoed eigenlijk in de mode In
voerde. Aan de vervaardiging van den stroohoed
werd van toen af de grootste aandacht ge
schonken. Tot dien tijd was het meerendeel van
de hoeden van grof en zwaar stroo gevlochten;
vooral Italië legde zich sindsdien toe op een
geheel nieuwe industrie. Zoo kwamen de mooi
ste hoeden van fijn licht Itallaansch stroo in
de mode. Waar echter strooien hoeden tot de
volksdracht kunnen worden gerekend, daar zien
we weinig verandering. De stroohoed dient daar
(Bn. Lasker, Gesunder Menacbenvenftmd lm
Schach)
w -v 7 aarom zouden wy niet afwy ken van het
Vy oer-oude principe dat iedereen dadeiyk
T aan de slaapkamer zien moet, dat het
een slaapkamer ft? Zeker, de kamer van den
vrijgezel ft een zit-slaapkamer, aoo goed als de
kamer van het meisje dat op kantoor is. van
het schoolmeisje en van den student. Maar
de slaapkamer van vader en moeder, van het
jong-getrouwde paar? Het ft nog maar een
uitzondering, dat ook die aft zit-slaapkamer
gemeubileerd is. En waarom elgenlyk niet?
Tegenwoordig trouwt men niet meer op zulke
hooge salarissen» dat men zich de weelde van
een groot huis kan veroorloven. Vele van de
nieuwe, moderne woningen vooral in de
groote steden bestaan uit een ruime zit
kamer, verbonden met een kleinen uitbouw,
een tamelijk flinke slaapkamer en behalve de
keuken en zolderkamer ft er vaak niet meer.
Waarom ook? En toch aft men iemand ont
vangen moet en de huiskamer ft niet geschikt
voor ontvangst, waar moeten we heen met
dengene, die ons spreken wU? Het kan nergens
anders dan in de dikwijls rommelige huis
kamer, tenzy de slaapkamer zoodanig geca
moufleerd is, dat niemand haar herkent en
iedereen denkt in een prettige zitkamer bin
nengelaten te worden. Het groote probleem ft
altijd de vaste waschtafel Hier volgt een een
voudige, moderne en mooie wyze van ombouw.
gelaten dat dient om de zywaartsche bewegin
gen van het geheel te voorkomen, tevens om
het blad b te steunen, dat met veerende knipjes
(aan h .en k bevestigd) biyft zitten en dus
wegneembaar ft. Dit is makkelijk met het
wasschen en er ontstaat meteen een prachtig
schoenenkastje. Al de bladen zijn van triplex
van een cm. dik, terwijl de klosjes op e van
eiken zijn.
Dan de spiegel Die is er afgenomen en op
den binnenkant van de kastdeur bevestigd en
de toiletbenoodlgdheden, zooals kam en bor
stel, scheergerei, poederdoos, op de plank in de
kast. Handdoeken en waschhandjes hangen
natuurlijk onder de waschtafel. Heel practisch
ft ook, wanneer de kast diep genoeg ft, onder
den spiegel een plankje te maken, waar de
boel opstaat.
Daar waar eens de waschtafeftpiegel en het
marmeren blad waren bevestigd, is het behang
gewoon over heen geplakt.
▼oor de bedden ft het aardig één opklapbed
en één divanbed te nemen. Een laag tafeltje
en een paar leunstoeltjes by den divan, een
paar boeken op den ombouw van bet opklap-
Heeft men veel mee te* nemen, dan komen
natuurlijk zware stoffen aft linnen, wol e.d.
onderin en dunne luchtige dlngsigheidjes van
voile en crêpe de chine of georgette bovenin.
Een prachtig hulpmiddel ft vloeipapier. Hier
mede vullen wij de mouwen op en leggen luch
tig opgerolde stukken ervan onder de mouwen
van de tailles en in de vouwen van dubbel ge
slagen rokken en mantels.
Voor het inpakken van mantels en heeren-
colberts ft de volgende wyze van doen dé
juiste:
Het colbert wordt op tafel of bed gelegd met
den rug naar boven en de voorpanden open.
De kraag wordt naar boven opgeslagen, dus
opgezet. Vervolgens worden de mouwen netjes
glad getrokken en op den rug gelegd naast el
kaar. Daarna worden de voorpanden omge
vouwen over de mouwen heen, nadat de revers
plat gelegd zyn. Men ziet dus nu rondom
voering. Tenslotte wordt de jas of mantel in
de lengte dubbel gevouwen; onder de mouwen
kan men vloeipapier leggen. Op deze wijze
kreukelen de kleeren het allerminst.
Hebben wy hoeden, die wjj niet opvouwen
kunnen en waarvoor geen aparte hoedenkoffer
beschikbaar is. dan vullen wjj den bol op met
kousen en zakdoeken en ceintuurs en leggen
vervolgens den opgevulden hoed op den bo
dem van den koffer. Rondom den bol leggen
wy nu kleedlngstukken, die gerust een beetje
kreukelen mogen aft daar zijn: onderjurken,
truitjes, pullovers, zwempak e.d.
By het pakken van koffers boeten wy al
tijd zóó passen en meten, dat het ontstaan van
holtes vermeden wordt. By het hanteeren van
den slecht gepakten koffer gaat de inhoud
schuiven en alles zal in een betreurenswaardl-
gen toestand te voorschyn komen, aft wy by
aankomst onzep koffer, dien wy zoo keurig
gepakt waanden, openen.
.Metselen” ft een goede vergeiyklng voor
koffers pakken!
Muurvast moet alles zitten; dan heeft het
het minste te lyden.
De volgorde van het pakken ft aldus: wy
schrijven op wat er mee moet. (Anders wordt
er per sé ieu vergeten en dat is dan toevallig
altyd iets wat wy noode kunnen ontberen en
dat daar, waar wy heengaan niet te krijgen ft!).
wy maken dus een lystje. Dan leggen wij
alles in nette stapeltjes klaar. Vervolgens con
troleren wU het klaargelegde met het lystje.
Daarna binden wy stapeltjes ondergoed, boe
ken enz. te zamen, wikkelen, aft wy geen aparte
schoenenzakjes bezitten, de schoenen in cou
rantenpapier, zoeken garen of zyde in de kleur
van de mee te nemen japonnen by elkaar,
verder stopzyde en katoen voor onze kousen,
zwart en wit garen, enkele knoopjes, elastiek
met een rijgpen en wat drukkertjes. Dat alles
kan in een niet te klein sigarettenblikje ge
borgen worden. Platte elastiekjes bewyzen
goede diensten l>y het pakken.
Vervolgens zorgen wy voor een Eerste Hulp
by Ongelukken trommeltje. Hierin komen een
klein pakje watten, twee zwachtels, een rolle
tje, pleister. een schoon scherp nagelschaartje,
een fleschje kruidnagelolle tegen muggen, een
klein fleschje ammoniak tegen insectensteken,
een fleschje cascara-plllen (lucht- en spysver-
andering doen heel vaak verteringsbezwaren
ontstaan) een doosje Purol, een tube aspirin
tabletten en een tube superol tabletten (on-
schadeiyk desinfecteeringsmlddel) een paar
likdoompleisters en een dhus strooipoeder voor
in de schoenen.
Veel plezier kunnen w(j ook beleven van een
apart doosje of trommeltje waarin zeep
tandpasta zonnebrand crème, en een stuk
huishoudzeep voor het af en toe wasschen van
een paar kousen e.d. mag niet vergeten worden.
En nu tenslotte de allerbelangrykste vraag:
hoeveel en wat moeten wy meenemen? De
allerbeknopste garderobe bestaat uit: een lan
gen mantel met bypassenden rok, een gebreid
truitje, één nette blouse, een eztra opvouwbaar
hoedje en één gebloemde mlddagjapon, die
tevens voor ’s avonds dienst kan doen. Met één
verschooning en wat toiletgerei kan deze ba
gage in een klein zeildoek koffertje worden
geborgen of in een groote dameshandtasch.
Voor hen, die per motorfiets reizen, een ideale
combinatie, vooral als de mantel lang of drie
kwart ook binnenstebuiten
worden.
Byv. een donkerblauw complet met licht
blauw truitje, sjaal en muts voor op den mo
tor. Een nette witte casaque blouse met wit
hoedje en wit piqué jasje voor meer gekleed.
Of een rose blouse gedragen met de rose bln-
nenzyde van den blauwen mantel. Voor 's mid
dags een blauw met rose gebloemde georgette
japon met Jasje, waarop des avonds naar ver
kiezing de blauwe of rose mantel gedragen
wordt.
Kunnen wy wat meer meenemen, dan ft de
volgende combinatie practisch en doelmatig:
by een paar lichte katoenen of linnen jurken-
ult-een-stuk wordt een truitje of de swagger
coat van het namiddag-complet gedragen.
Kiest men dit laatste donkerblauw, dan ft
men voor heel wat combinaties klaar: blauw
geel; blauw-wit; blauw-rose; blauw-grijs.
Is het mlddagccanplet bruin, dan krijgen
we: bruin-llchtblauw; bruln-wit; bruin-geel;
bruin-beige; bruln-rose.
Ook dit geeft alleraardigste kleurencombi
naties, zoowel op effen aft bedrukte stoffen.
Een losse kraag van hazenbont toovert van
onzen completmantel een avondmantel, mits
wy zorgen, dat de avondjurk by een bruinen
completmantel byv. van geel en witgebloemde
georgette of van beige linnen borduursel ft o.d.
Met behulp van losse wyde mouwen (aan
een tulen gulmpe gezet) en kleurige jasjes,
pelerines e.d. weet de handige vrouw zezer drie
verschillende japonnen te tooveren van een en
dezelfde effen donkere Japon. Wie van wat
variatie houdt, zette verschillende gamee rin
gen op elastiek en trekke deze beurtelings om
den bol van een en dezelfden hoed. Het eenige
vereftchte is voor deze handelwyze, dat uw
hoed van niet al te buitenftsigen vorm zy,
want anders valt het dadeiyk op, dat het altyd
dezelfde ft!
N dit seizoen ft, regelrecht uit Amerika, een
vondst tot ons gekomen, die op het gebied der
lafenis in warme dagen een omwenteling gaat
verwekken, indien niet alle teekenen bedriegen.
Die vondst ft een drank, die koel en dorstles-
schend ft, goedkoop en lekker en gezond..
Die vondst ft de Ijsthee.
Zeker, we wisten al sinds, lang, dat koude
thee zonder meer een dorstlesschende drank ft.
Maar de Usthee is nog iets heel anders.
Die heeft Amerika veroverd en de Yankees,
die in hun merkwaardig land hittegolven ken
nen en hltte-periodes. waarby onze warmste da
gen nog maar kinderspel zyn, en die experts
zyn in koele lafenis, drinken nu Ijsthee en
zweren er by.
Op diverse Nederlandsche istations
den nieuwen drank reeds kf
diverse hotels en café’s en in
renhuizen en lunchrooms. Overal waar\lq_
thee haar Intree heeft gedaan, behoudt zy
terrein, en ge zult zien, in één of twee seizoe
nen heeft de Usthee ook Nederland veroverd.
Het recept?
Doodeenvoudig. Een halve Uier versch ko
kend water op 20 gram thee. Vyf minuten la
ten trekken en cn^rgieten in een pot van twee
liter inhoud. Loe in dit nog warme extract drie
ons suiker op, doe er het sap van twee citroe
nen in. Vul daarna den pot met koud water
en zet den drank in Uw yskast of op een koel
plekje. Serveer hem met een ,poar brokjes ijs
in het glas.Probeer het morgen by U
thuis, op kantoor, vraag er den kellner om. Uw
conclusie zal zyn: iets nieuws én., iets goeds!
rj eg eens eerlijk, ft de Zomer elgenlyk
j ons niet het voornaamste Jaargetijde?
Daarna prent zich de Winter in onze ge
dachten in en voorts weten we, dat Lente en
Herfst er ook nog zyn, elgenlyk toegangs
poorten naar den Zomer en naar den Winter.
Fas in den Zomer leven we weer op, al kun
nen we hoogst ondankbaar zyn gestemd. Aft we
in de Lente zomersche dagen hebben, die éigen-
Ujk vanzelfsprekend worden afgewisseld door
kouder dagen, dan zUn we vervelend ontevreden.
En vallen by zomerhitte de musschen dood van
d*lc, ja dan hebben we toch maar liever
dat het anders is. De mensch is een hoogst on
dankbaar en ontevreden wezen.
En toch verlangen we allemaal naar de aomer-
•che atmosfeer. Dan alleen leven we op, al vin
den we het heelemaal niet prettig, dat niet heel
de zomer als vacantie kan worden doorgebracht.
Zonnebrand is het meest ideale van dezen tyd.
K*n het niet van de zon zelf, dan treedt zoo
®ogeiyk hoogtezon in de plaats of desnoods een
chemisch kunstmiddel. Liggen zonen is de
“eest vruchtbare luiheid. Zon doet goed en
Toltrekt een prooes zonder dat er, als we een-
«ftal aan het zonnebaden zjjn, een atap voor
behoeft te worden verzet.
- I