V Zoekt gij betrouwbaar Personeel? DE GOUDEN TIENTJES Plaats dan een „Omroeper” voor 80.000 gezinnen r ri M OS T' DONDERDAG 17 SEPTEMBER WN I 1 KLAAS VAAK kV BW? Juliana, Prinses Armgard, Prins Bern dt f nieuwe tehuis gezpcht had, door de gouden tientjes op te rapen en te bewaren. En Tripje liep heel tevreden aan den riem achter zün nieuwe baasje aan. jetty Dume. Kijk eens, denkt on» Tootje, Wat dat maantje lacht. Het wil zeker zeggen: Toosje, goeden nacht. ven den slat vert En wie t» dat ventje? Ach wat leuke snaak. Toosje’» oogen vielen dicht, Want dat was Klaas Vaak. - 1 hel M bei ove het Jol sta I Bh in af. Vn Zie toch een», het schijnt wel Of ze dansen gaan. Ja. het wordt een kransje.^.. Midden tn de maan. J Na van Vclkz zeer later avali Sn de ten, Volga, vo dii en 1 TJ op O1 e Fokveedeg gehouden. Begeleid door haar .BMy', voor de jerg In het Sportpark te Assen is Woensdag de Centrale Dr< veulen draaft de eerste-prijswiae et was feest, groot feest. Hans was van daag zes jaar geworden. Vanmorgen was moeder hem extra vroeg komen wekken, want zij begreep wel, dat haar jongen het niet lang In bed zou kunnen uithouden. Zü had hem gepakt en geknuf feld en hem zes dikke kussen gegeven, voor elk jaar'één. En hü kreeg een fijnen kop. thee óp bed een van de feestkopjes van het beste servies, daar smaakte de thee veel lekkerder uit met drie beschuitjes erbij. Toen had hij moeder willen.uithooren wat voor'een cadeautje hij zou krijgen, of het een hondje was, want dat wilde hij zoo dol graag hebben. Maar moeder had niets wil len verklappen en toen waren ze zoo aan het stoeien gegaan, dat vader riep, dat het huls bijna inviel. En hij had zijn Zondagsche pak mogen aantrekken, al was het ook midden in de week. Toen hij eindelijk klaar was en vol nieuwsgierigheid met een paar sprongen de trap afvloog, was hij beneden zoo maar pardoes in vaders armen terecht gekomen en hoog in de lucht getild. Toen hij weer op z’n beenen terecht kwam, had vader hem met een stevige hand gelukgewenscht, want mannen geven elkaar geen kus. RIB BOBRSMA. f. Toos ligt in haar bedje, Zij moet slapen gaan. Maar door het gordijntje Ziet ze juist de maan. gekomen, waar hij een kleurboek, een doos chocolade-sigaren, een seinpaal en een tun nel voor bij den spoortrein uit te voor schijn haalde. Den heelen morgen had Hans noodig om zijn cadeautjes te bewonderen en er mee te spelen. En ’s middags mocht hjj met moeder mee naar opa en oma. Opa vroeg of Hans een dikken spaarpot had? „Neen,” knikte Hans, „er zit nog maar een dubbeltje in. ’k Heb alles uitgegeven voor een cadeau voor moe der, toen zij jarig was en ik heb een heele- boel centen aan arme menschen gegeven.” Dat vond oma erg mooi van hem, en om zijn spaarpot nu weer ineens heel dik te maken, gaf opa hem warempel een gouden tientje en van oma kreeg hij er in z’n andere handje ook een. Hans moest ze zoolang aan moeder geven, om ze te bewa ren, want het was heel veel geld, nu was Hans rijk. Zij dronken thee bij oma en kregen lek kere koekjes en Hans speelde met Miesje, oma’s poes, en hij moest er ineens weer aan denken, dat hij zoo graag een hojtdje had willen hebben. Toen het donker werd, gingen Hans en moeder samen vader van *t kantoor halen, dan kon Hans direct aan vader vertellen hoe rijk hij geworden was. Ze moesten hard loopen om nog op tijd te komen. Ineens, op een hoek van een straat, sprong er „woef, woef”, een groote herdershond op hen af. Moeders taschje viel op den grond eh alles rolde er uit. Hans gilde van angst en zette het op een loopèn; de hond, die maar een beetje spelen wou, achter hem aan en of moeder a| riep: .Hans, blijf stil staan, hij doet je niets” Hans bleef maar doorrennen. Moeder raapte zoo gauw ze kon den Inhoud van haar tasch bij elkaar en liep toen gauw haar kleinen bangen jongen achterna. De hond bleef kwispelstaartend naar Hans kijken en Hans bedaarde eindelijk wat, toen hij zag dat moedgr den kop van den hond streelde en dat hij haar niets deed. Hij snikte nog wat na en wotf niet eerder loopen, voor de hond verdwenen was en toen moest hij nog telkens omkijken, om te zien of hü niet meer terugkwam. Nu was het veel te laat geworden om vader te gaan halen. Toen zij thuis kwamen, zat vader al rustig de krant te lezen. Zij vertelden het angst wekkend avontuur met den hond en vader moest zijn grooten jarigen zoon eens flink De commissie, die de nominatie Tweede Kamer aan H. M. de Koningin aanbood, verlaat het paleis Koordeinde te den Haag oe nationale landbouw- en veetentoon stelling, welke deze week te Weesp werd gehouden Ir sagl com sleri scat Oou mis; Oi gekt tanc dero Bi een muz strai nam vier aile waai door Tjar deur werd La bet i ttha artill Oo bevoi tulge oe al opvol sou 1 Hr. Ms. .Gelderland* arriveerde Woens dag in de Amsterdamsche havgn, waar het schip ligplaats nam aan den steiger der Holland Amerika-lijn een hond, terwijl hij er zelf zoo graag een had willen hebben. „Maar niet zoo’n grooten,” verdedigde Hans zich en toen begon hij maar gauw van opa en oma te vertellen, en wat hij wel gekre gen had. Vader moest raden, maar raadde telkens mis. Eindelijk moest moeder haar portemonnaie voor "den dag halen, maar, o schrik, de gouden tientjes waren verdwe nen. Alles werd afgezocht niets meer. „Dat moet door dien akeligen hond geko men zijn," zei moeder verdrietig. ,Ik begrijp er niets van ik heb niets hooren vallen en al het andere geld is er nog.” .Misschien heb je ze bij oma laten lig gen,” troostte vader. „Neen, ik weet heel zeker, dat Hans ze mij gegeven heeft.” Hoe ze ook zochten, ze vonden niets. „Dan zit er niets anders op, dan daar eens op straat te gaan kijken,” zei vader. Hans ging met vader mee om aan te wijzen, waar de hond tegen hen opgespron gen was. Het was intusschen heelemaal donker geworden. Vader had een zaklan taarn meegenomen. Ze zochten elk plekje van de straat af, maar geen spoor van de gouden tientjes. Toen gingen ze nog even bü oma en opa aan, maar zij verzekerden ook, dat moeder ze in haar tasch had ge daan. „Ja, dan zullen we maar even op het politie-bureau aanloopen, ..dat zal het eenige zijn” vond vader. Op het politie-bureau kroop Hans heel dicht tegen vader aan. Er waren zooveel agenten, en ze leken zoo groot, zoo dicht bij. Vader vertelde waarvoor zij kwamen en Hans moest zeggen waar en hoe het ge beurd was. De agent, die hen hielp, keek heel ernstig en zei: „Twee gouden tientjes, dat is geen 1 kleinigheid,” maar toen begon hij ineens te lachen of hij aan iets grap pigs dacht en zei: „Gaat U maar eens naar Parkstraat No. 7, daar zult U wel wat te weten komen.” Vader bedankte en toen gingen ze op de Parkstraat af. Het was een heel eind- Hans kon bijna niet meer vooruit komen, zoo moe werd hij, maar hij zei er niets van tegen vader, want hij had vanmorgen im mers beloofd een flinke vent te worden. Eindelijk stonden ze dan toch voor het bewuste huls. Toen zij aanbelden, begon er een hond te blaffen en toen de deur open ging sprong een klein zwart honcUe op hen af. Hans verschool zich alweer een beetje achter vader, maar toen hü zag, dat het maar een heel klein hondje was met een leuk kopje en een grappig staartje met een wit puntje er aan, werd hij moediger en pro beerde het zelfs te aaien. Vader vertelde aan het dienstmeisje waarvoor hij kwam. Het meisje begem ook al te lachen. Ze liet hen in een kamer en zei dat zü mevrouw zou gaan roepen. Even later kwam een vriendelijke dame binnen, die na vader’s uitleg over de bedoeling van hun bezoek ook al weer In den lach schoot. „Hebt U de gouden tientjes misschien ge vonden?” vroeg vader. „Neen, ik niet,” antwoordde zij en Hans keek al heel erg teleurgesteld, want hü had zoo zeker verwacht dat hü nu zün rijkdom wel terug zou krügen. .Maar wel iemand anders,” vervolgde de dame, „Ik zal hem even roepen." En wie kwam daar naar binnen? Het kleine zwarte hondje. ,Jk had vanavond een eindje met Tripje omgeloopen en toen ik thuis kwam, zag ik dat hü iets in z’n bek had. Ik «pas bang, dat het iets was waar hü ziek van kon worden en riep hem bü me, maar hü wou zün bek niet open doen. Na heel veel moeite lukte het me zün bekje open te breken en wat vond ik daar? twee gouden tientjes! ik kon mün oogen niet gelooven. Als het er één geweest was, had Ik het nog zoo gek niet gevonden, maar twee was toch wel heel kras. Die Tripje is me een slimmerd. We zullen waarschünlük kort nadat Uw vrouw het geld verloren had, er langs gekomen zün en Tripje heeft ze gevonden en opgehapt. Hü heeft zeker ge- I dacht, daar moet ik goed op passen. Ja, het I Is jammer, dat we hem weg moeten doen?’ I „Tripje?”, vroeg vader, „en waarom dan I mevrouw?" „We gaan over een paar weken verhuizen I naar een bovenhuis, daar kunnen we geen I hond houden en het zou voor het beestje zelf ook niet prettig zün, nu wilden we hem I verkoopen, maar dat valt niet mee, want I we moeten zeker weten dat hü goed ver zorgd wordt en ik zou hem af en toe ook I nog wel eens graag terug willen zien, we I zün zooveel van hem gaan houden.” En wat zei vader toen was het heusch waar? vroeg Hansje zich af, die al dikke vrienden met het lieve, schrandere diertje I was geworden. „Dan bent U al klaar, mevrouw. Mün I zoontje wil dolgraag een hond hebben. Die twee gouden tientjes had hü net vandaag voor zün verjaardag gekregen, misschien I wil hü Tripje wel daarvoor koopen." „O, wat heerlük, wat heerlük, Paps,’’l juichte tfans en hü danste met Trjpje de I kamer door. De dame vond het fijn, dat Tripje zoo’n I goed baasje gevonden had en zei, dat Hans maar één gouden tientje voor hem hoefde te geven. j Het andere gouden tientje werd nu door vader extra zorgvuldig weggeborgen en Hans beloofde aan de dame, dat hü nog heel dlkwüls met Tripje bü haar op bezoek zou komen. En Hans liep met vader mee naar huls, dolgelukkig, dat hü nu toch nog op zün verjaardag een hondje gekregen had en dan nog wel zoo’n slim hondje, dat zelf zün Bn o, wat veel sterren! Twee, vier, zes, acht, tien..., Neen, ik heb er ginder Nog veel meer gezien.... En daarna moest hü even naast vader op de "trap gaan zitten, daar zaten ze zoo knus, vlak tegen elkaar aan, de zon viel 'door de glas In lood ruitjes van de tocht deur en tooverde allerlei veelkleurige figu ren op den lichten gangmuur. Vader praatte zoo ernstig. Het was niet maar zdo’n gewone verjaardag voor Hans nu hü zes jaar werd, o nee, hü werd nu een echte groote kerel. Dit jaar, vóór hü zeven jverd, zou hü naar school gaan t zou dog een heelen tüd duren, het moest eerst nog lente en zomer worden, nog wel zes maanden en nu moest hü vader be loven, dat hü zün best zou doen om.heel flink te worden, vooral vader en moeder goed te gehoorzamen, wanUals je nog niet eens gehoorzaam kon zün, werd je nooit een flinke vent en dan kon de meester je op school niet eens gebruiken. Hans had het heel plechtig beloofd en hü had zichzelf plotseling heel gewichtig gevoeld. En toen was hü met vader de huiskamer binnengestapt. Nee maar het zag er zóó feestelijk uit er stond een groote vaas met tulpen oj> de tafel en zün stoel was versierd. Naast zün ontbütbordje lag een heel stapeltje leuke briefkaarten, van alle tantes en ooms een, en ook' een van Karei, zijn vriendje, die in een andere stad was gaan wonen. Nu moest vader voorlezen wat er op stond, maar het volgend jaar zou hü dat wel zelf kunnen, dacht Hans trotsch. En er waren een heele massa cadeautjes, zooveel, dat Hans er heelemaal niet meer aan dacht, dat hü zoo graag een hondje had willen hebben. Van vader en moeder kreeg hü een prachtigen trein. Hans vergat heelemaal, dat mannen elkaar geen kus geven. Hü bedankte vader tenminste met evenveel pakkerds en kussen als moeder. In een jampotje zwommen twee nieuwe goudvisschen voor zün aquarium, één heelemaal van goud en één met zwarte vinnen en een zwarten staart. Dat was een cadeau van Anna, het dienstmeisje. En verder was er nog een groote doos chocolade van Tante Jo en een bloeiende plant van Piet, den tuinman, voor Hans’ eigen plantenhoekje in de vensterbank, waar hü zelf alleen voor zorgde. Van zün ---- peetoom was een groot pak met de post uitlachen, omdat hü zoo bang was voor aren gewei gebou groen telijk Doo den 1 stoet calteb tuiten Ook Public en de »IU n De l pen. C en nai tigen Toei fel teil) De i d W m Ui Ei e tl V BI FOTOREPORTAGE 1 De Amsterdamsche wethouder Boek man heeft In de Militlezaal In de hoold- stad de tentoonstelling .Het Oude Boek*, georganiseerd door de Ned. Vereeni- ging van Antiquairs, geopend ST

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Noord-Hollandsch Dagblad : ons blad | 1936 | | pagina 4