p.
I
z
ill
z
ML
X
»»-g
Ui
Laatste werkzaamheden
den kruiser „De Ruyter".
aan
Is
a
M
WAT DOEN ANDERE MENSCHEN
VOOR ONS?
Zoekt gij betrouwbaar
Personeel?
II
-4’
r
S’*
„Omroeper” I
gezinnen I
I
k
I
Plaats dan een
voor 80.
r
ni
L F
Bi
mb
i
IX
DE CHINEESCHE MUUR
FEEST IN POPPENLANDI
DE RECHTSTANDIGE LUCIFER
f
f
£- i
ibk’
tg
KLEINE JANTJE
I
F*
1
Ff
O?
v.
rz
I
f
-
i
l
T
J.
8
r
I -•;
-
;4>,
i
h~-««r tnx
DE V.P.D.
Wat het strand opleverde
DONDERDAG 24 SEPTEMBER 193S ël
ÊWW -
-
7
JBB
f m-b ihi atvé
w»
ft
1
Ka. Tr. V.
4
v: x..
V
L
j
f]
I
t
»»i
4
t
b
als er geen bakker was,'die het
r
onze
WTM 8.
Tf
T*>»
5
het niet
-
7-v
‘t Was gisteren in poppenland
nschaar vermaakte zich,
en luid gezang.
FOTOREPORTAGE
P .S
Een kop
goedhartige
het
ge-
i
een
Chl-
op den dorren* zand-
met de meeste moeite
an-
erg
’’•Vr
-«nr» -
1
maker de laatste hand legde aan deze lan
ge bewerking, en met zijn zaag, schaaf en
beitel de gemakkelijke stoelen vormde.
Als het winter Is, en het Is buiten guur,
dan krulpen we graag om de warme ka
chel; dan is het zoo gezellig In huls.
Maar wie zorgde dan voor de kolen? Dat
waren de mijnwerkers, die honderden me
den grond, in een diepe duis-
zware dagtaak moeten ver-
ten leven van belang;
De 1
i v Met
Want Janntkee, een groote pop,
Was jarig, wat'een pret,
In nu werd er, dat map je wel,
gen feest op touw gezet!
tent word er alles mooi versierd
Met bloemen en wat groen;
Dat werkje deed de teddybeer.
Die kon dat ’t beate doen.
De kok. een leuke kleine baas,
Met witte koksmuts op,
b Die bakte op *t fornuisje toen
ten taart voor tedere popi
Weten jullie ook, hoe je een lucifer in een
rechtstandige houding dus verticaal
op het water kunt laten drijven?
Je knipt met een schaar den kop ot
iets meer van een speld af (hoeveel, dat
moet je door proefnemingen even probee-
ren, want dit hangt van de grootte van
den lucifer af) en steekt het overige in,
de lengte in het koploose einde van den
lucifer. Wil je anderen met dit kunststuk
je verrassen, dan moet je het/tuk speld
er natuurlijk zóó inbrengen,
in de gaten loopt.
'k.
f-.-.'rfösï
warme koffie, door een
Brabantsche ge
schonken, vormde Woensdag een
welkom intermezzo voor de man
schappen der 6 cM. veldartillerie
bij de manoeuvres van *t veldleger
'1
Do kruiser .De Ruyter*, welke op 3 October door H. M. de Koningin
officieel in dienst zal worden gesteld, is (hans nagenoeg gereed. De
schilders verrichten de laatste werkzaamheden
De Noorsche kolenboot .Sirenes* In het dok te Amsterdam, waar
de schade, opgeloopen bij de stranding te Callantsoog, opgenomen
wordt
8
Selassie bij zijn aankomst te
e, in gezelschap van zijn raad-
„Kom maar, lieve kleine eendjes,
‘k Heb wat brood hier tn mijn mand!
Kóm maar naar mi/ toegeloopen
tn edt rustig uit mijn hand!”
Zoo sprak kleine Jantje dapper,
tn de eendjes zwommen aan.
Maar het allereerste kwam er
ten geweldig groote zwaan.
Die liep op sfn waggelpooten
7 Regelrecht op Jantje toe,
tn wat deed die domme jongen?
1 Huilend holde hi^naar Moe.
O. DAMtH
plankton. De restjes vallen als een soort
regen naar omlaag of blijven zweven. De
neervallende deeltjes worden door de sllb-
eters opgegeten. Behalve de hartvormige
zeekllt zjjn de slangster, de zeelelle en de
zeekomkommer ook slibeters. Hoe dieper
men In het water komt, hoe groter het
aantal slibeters wordt, tot, op de diepste
plaatsen alleen nog slibeters en roofdieren:
roofvissen, kreeften en Inktvissen gevon
den worden.
Al pratende waren de jongelui het strand
weer langs gewandeld en door de duinen
terug, waar ze juist bijtijds aankwamen
voor het eten. Mijnheer van Voorden had
goed nieuws: de weervoorspelling was voor
de komende dagen gunstig.
Onder dat prettige vooruitzicht werd de
avond door spelletjes op het grasveld ver
kort en allen gingen vroeg naar bed, want
zoals Mlentje zei: „Vroeg op en vroeg naar
bed, is bulten op het lapd de grootste
pret,” A. L.
Z<,cfcfc<
T T et was voor de familie Van Voorden
l-! gewoonte geworden ten minste een
deel van de zomervacantie op Ter
schelling door te brengen. Dan werden
enige vriendinnen en vrienden van Henk,
Toos en Mlentje meegevraagd. Dit jaar
waren het Kees en Bram, die mee waren
gegaan.
Gelukkig bleek Augustus meer zon te ge
ven dan Juli, zodat de verwachtingen
hoog gespannen waren. Voor Kees, die
maar zelden aan zee kwam, waren veel
vondsten nieuw. Zo lag het strand be
zaaid met kokertjes van het goudkamme-
tje (fig. 1). Die kokertjes, die precies de
Het 1.1. .Raymond* In do haven van Otfendo, geladen mol wapenen,
waarschijnlijk bestemd voor de Spaansche regeeringstroepen, B eoa «-j
gehouden. Het lossen van do lading, die In beslag genomen werd
Achter in onzen schoolatlas stond
klein plaatje van den eeuwenouden
neeschen muur.
Ik weet niet precies meer, wat
meester er vart vertelde, maar ik herin
ner me nog best, dat het een fantasti-
schen Indruk op ons maakte, of liever,
als Meester zeH het niet geweest was,
hadden we van zijn verhalen niet veel
geloofd.
Die honderden kilometers lange muur
rondom dat enorme keizer rij k->leek een
sprookje, te kolossaal om waar te zijn,
maar een week of wat geleden heb ik er
een Chineeschen missionaris een en an
der over hooren vertellen en ik vond bet
zoo interessant, dat ik jullie er wat van
oververtel.
De oprichting van den muur dankt haar
ontstaan aan de woeste invallen der no
maden-volken,
bodem van NÉb
nog nauwelijks In hun onderhoud konden
voorzien en begeerige blikken sloegen naar
bet zeer vruchtbare China.
Een leger, om die invallen tegen te gaan,
bleek zóó groot te moeten zijn, dat daar
geen beginnen aan was. Vandaar, dat
reeds In de derde eeuw de JCbineesche kei
zers begonnen de gevaarlijke plaatsen door
muren te beschermen. Latere heerschers
gingen deze muren onderling verbinden;
de muur werd aan weerszijden steeds
meer verlengd, totdat hij zich tenslotte
uitstrekte van de Gele Zee tot in het hart--
je van Azië over een lengte van meer dan
tn weet je, tegen middernacht.
Toen steeg de vreugd ten top.
Toen kregen s* een papieren muts.
Die uetten K allen op!
tn met die malle mutsen op,
ten vlag in poot of hand.
Dansten te allen op een rij,
Daar in dat poppenland!
ters onder
ternis, hun
vullen.
En het spannende boek, dat we met dat
grillige weer lezen? Hoe zouden we er aan
komen als er geen zetters en drukkers
waren, die zoo’n mooi verhaal en die leuke
plaatjes op papier brachten?
We zouden nog veel meer van deze
voorbeelden kunnen opsommen, maar
daarvoor is hier geen plaats meer.
Jullie ziet toch wel, dat<om gelukkig te
leven, alle menschen elkander noodig heb
ben, en dat ieder mensch als h(] zijn best
doet, meewerkt aan het geluk van
deren, onverschillig of'zijn werk nu
gewichtig en voornaam, of wel doodeen
voudig is!
vorm van sigarenpijpjes hebben, zijn meest
al leeg, een enkele maal zit het wormpje,
want het is een worm, die deze kunstige
huisjes maakt, er nog in. Het goudkam-
metje is geheel bedekt met goudglanzende
haren; het is familie van onze gewone re
genworm. Het „huisje” bestaat geheel uit
zandkorreltjes, die aan elkaar gekleefd
zijn.
Behalve dele kokertjes lagen er Vele van
een soort schelpkokerwormen, taaie hul
sels met kleine stukjes schelp, 't Kostte
weinig moeite (flg. 2) van die wormpjes
levende exemplaren te vinden, die rechtop
In het natte zand staken. In de derde
plaats lagen er massa’s witte schelpen van
de hartvormige zeekllt (flg. 8). Mooi waren
ze om te zien met hun kleine gaatjes, waar
de stekeltjes uit verdwenen waren. Eén
ding was jammer: als je die schelpjes op
pakte, braken ze heel gauw stuk en om ze
naar huis te brengen was een hele toer.
Toch lukte het, een paar in een doosje
met zand op te bergen.
Schelpen lagen er ook genoeg en resten
van krabben. Van sommige waren alleen de
rugschilden over (flg. 4).
Van de grotere dieren was het opvallend,
zoveel bruinvissen als er aangespoeld wa
ren; meestal jonge 'die alle verwondingen
hadden aan dë bek.
’t Was gezellig, dat Henk ook van de
partij was. Nu kregen ze ook lets over de
levensgeschiedenis van de verschillende
dieren, waarvan zij de overblijfsels von
den.
Zo vertelde hij, dat de hartvormige zee
kllt een sllbeter is. Slibeters zijn dieren,
die van dé afval van allerlei plantjes en
diertjes bestaan, die aan de oppervlakte
van de zee leefden. Zij vormen, wat men
noemt het kleine plankton, het mlcro-
eg eens eerlijk, meenen we niet heel
dikwijls, dat we niemand noodig
hebben, en dat we ons zelf in alles
kunnen redden?
Ja, deze fout die heel menschelljk
is maken we dagelijks. Steeds weer ver
geten we, dat dag-ln, dag-ult vele men-
schen voor ons klaar staan, en zich groo
te moeite geven om ons te voorzien van
dingen, die dikwijls tot de allernoodza
kelijkste levensbehoeften behooren.
Hoe zouden wij ’s morgens aan onze
lekkere boterhammen komen, als er geen
boer was,, die graan verbouwde, en geen
snoletiaar, die het koren.tot meel maakte;
als er geen bakker was,'die het sneeuw
witte meel wist te bakken tot die heerlijke
bruine brooden?
Een kopje thee zou moeder ons niet
kunnen geven, als er geen koelies waren,
die op de heete plantages op Ceylon en
Java, van *s morgens vroeg tot 's avonds
laat zwoegen onder de felle zonnestralen.
De kleeren, die je draagt, en die zoo
netjes- om je lichaam sluiten, zijn daar
ook niet van niets gekomen.
De kleine woldraadjes van de schapen
vacht, of de vezels van de katoenvrucht
moesten eerst door den spinner tot dra
den gesponnen worden. De draden werden
geweven tot stoffen, die op hun beurt
door een kleermaker of naaister kunstig
werden bewerkt, totdat zij eindelijk netjes
om je lichaam pasten. D
Géén paarlemoeren knoopje zou de jurk
van een meisje kunnen sieren, als er geen
menschen waren, die deze kleine knoopjes
op kunstige wijze wisten te snijden uit
groote schelpen.
Wat een werk, en hoeveel Inspanning
heeft het niet gekost, voordat er In de
gezellige huiskamer zoo’n mooie stoel
itond, waarop je zoo heerlijk kan uitruz
iën, als je je moe gespeeld hebt?
Eerst deed de houthakker zijn werk
taarvoor, en kapte tn het woud zoo’n reus
ran *n boom om. Toen kwam de houtza-
jer er aan te pas. die dezen dikken boom
»t planken zaagde, waarna de meubel-
-
1500 KJd., d.wx een afstand van Parijs
naar Moskou.
Dat bouwen van den Chineeschen muur
is zelfs op <mze vaderlandsche historie
van invloed geweest, want nu de Mon-
goolsche volksstammen geen kans meer
zagen China binnen te dringen, keerden
ze zich naar het Westen en werden daar
door de oorzaak van de Gmnfa» Ariotl«z-h-
Europeesche Volksverhuizing, die ook an
dere volksstammen naar ons landje ge
bracht heeft-
Een afdoende bescherming bood de
muur natuurlijk niet. Er was steeds een
waakzaam grensleger noodig, dat de to
rens, welke op bepaalde afstanden ge
bouwd waren, bezet hield en vandaar de
aangrenzende muprgedeelten bewaakte.
Verslapte deze bewaking, dan was
ook met de veiMghgid gedaan. En zoo
lukte het bijvoorbeeld In het midden der
17e eeuw aan den stam der Mandsjoes ge
heel China te veroveren.
De reusachtige muur, tientallen- meters
hoog en met een bovenbreedte van 5 tot
10 Meter, die zich door de dalen en over de
bergen van het Chineesch landschap slin
gerde, heeft het lot van alle groote Chl-
neesche bouwwerken gedeeld: Op enkele
gedeelten na Is hij grootendeels In deso-
laten toestand. Het beste gedeelte is dat
aan den Nankou-pas. Hier is de muur uit
tegels en zandsteen op een fundament van
graniet gebouwd. De hoogte van den
muur is hier 17 meter.
De bekende reiziger Otto Ehlers schrijft
er in zijn: „lm Osten Asiens" over: „Teen
ik van de torenruïne over de wijde vlakte
blikte, zag ik links en rechts aah den ne-‘
velachügen horizon, op de toppen der ber
gen zoowel als in de rotskloven, zoover het
oog reikte, eenzelfden muur met overal
dezelfde torens; ik wist, dat ik een der
wereldwonderen voor me zag. De overwel
digende aanbllk, dien de Chineesche muur
biedt, kan mijns inziens niet overtroffen
worden. Menschelljke hersens kunnen zich
niet nog Iets grooters denken....”