den Aag
wtn
DREIN DRENTEL EN PIET PRIKKEL
1
OOGSTFEEST IN ENGELAND
J
F 750.-
F 750.-
DE UREN GAAN
V O O R B IJ
HERINNERINGEN AAN
VROEGER TIJDEN
I
DONDERDAG 8 OCTOBER 1936
r
fH
Pareloesters
Jan Fabricius
r-
Vijf en
jaar
Eén
is
géén
Liefdadige instellingen
bedacht r
Oude gebruiken maakten eindt
het begin der 19e eeuw allang»
plaats voor een meer paro
chiale viering
iU|uUL/l
vervolgde
morgenavond,”
I
L
HERMAN KRAMER
IIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIHIIIIIIII
an Fabricius, de nu vijf en sestlg jariee,
door
eiland I”
C
t>
i
hoe’
de
I in
le
35
«el
en
1
mü daar
behalen)
3
Nog dienzelfden middag was Drein door deze schietpartij
zijn baantje alweer kwijt en zoo trokken de beide zwervers
spinnijdig verder langs den verlaten landweg, en geen van
beiden wist waarheen ze gingen.
dan toch
n
n
UIT HET FftANSCH VERTAALD
door christine kamp
naar
reeds
t’
1.
w
>0
0
„Nee.” antwoordde Bill.
„Ik zorg voor levensmiddelen en drank en
mijn eiland voor het dessert.' ging Jim voort.
„Nee," zei Bill.
vertrekken
andere straffen souden worden uitgevon-
Is
t.
p.
F5
I-
n
II
fe
r
4
s
g
jr
‘t
0
tö
;r
>0
n
De meneer van de Arbeidsbeurs had wel iets, set hij. Voor
Plet Prikkel was er een plaatsje vrij in een speelgoedwinkel.
Voor Drein had hij niets te doen. Hij vond, dat Drein nog veel
te klein was.
Een booze bul tusschen Drein en Piet duurt nooit zoo heel
erg lang. Een half uurtje later waren ze alle oneenigheld alweer
vergeten. „Wat moeten we beginnen?” vroeg Plet Prikkel. „Ik
weet al wat", zei Drein. „We gaan-eens kijken of ze bij de
Arbeidsbeurs geen werk voor ons hebben."
«steel in den vorm
feiwd door Mansart,
1
Fontclamart, die op een marmeren bank gezeten
haar cour hield.
De buiging van de jonge vrouw was onberis
pelijk en de edele dame gevoelig voor goede
manieren een mooie, warme stem zonder meri
dionaal dialect, noodigde haar uit naast haar
plaats te nemen om te spreken over het Baskl-
sche land, waar zij zelf zooveel van hield en
over het bekroonde portret van de Jonge Baakl-
sche op de laatste tentoonstelling.
Hugo profiteerde er van om zich stilletjes te
verwijderen en toen de Jonge vrouw afscheid
nam van de hortogin, zag zjj zich dmringd door
onbekenden, wier vermomming
om zich allerlei vrijheden te pe
bij verlies van een hand,
een voet of een oog
geen illusies
Hij is zoo n
h(J ook sa! terugdenken' aan het oude Hoorn
en de wijze, waarop toen naar ouden rond-
trekkenden tooneelspelerstrant in .Dolle
Hans' onder de menschen werd gebracht. Het
is op zich slechts een simpele gebeurtenis, maar
waarvan Jan Fabricius de verve beeft door-
voeld als niemand anders. Tooneel-romantiek,
zooals tegenwoordig niet meer bestaat.
Oud nieuw*? Ja, maar
m*l voor dia talloos* automoblUitan,
dia avond* guitig” mat maar Ma
koplamp aan rijdenl Ea toch Is
het Uelntte ongeval altijd nog duw
der dan een nieuw gloellampjal
Vaak werd naast een heer ook een vrouwe
gekozen, wrat dikwijls,' vooral waar deze vrouwe
een van de arbeiders was, aanleiding kon ge
ven tot groote vrooljjkheid. Alle eer. die men
aan deze vrouwe bracht, gaf „zij” door aan
„haar” heer. Bij het drinken van den wijn werd
de eerste beker aan de vrouwe aangeboden, die
deze op „haar" beurt reikte aan den heer, H'J
dronk het eerst, daarna de vrouwe en dan de
maaiers.'
Maandag sprak er een minister
En hij maakte ons bekend
Met de nieuwste ordonnanties
Van het motorreglement.
Dat zijn waarlijk wijze wetten,
Waar reeds lang op werd gewacht.
En waarmee men ongelukken
Steeds meer te vermijden tracht.
Voorrangswegen, geen verblinding,
Roods lichten, enzoovoort.
Dat is alles, lijk ‘t gewenscht werd,
‘t Komt in orde, zooals ’t hoort.
Desondanks kon hij Chenard niet bevredigen
die een eerlijk man te en zü scheidden. Mas-
sot. die niet zoo kltteloorig is, nam den over-
looper op.”
,Nou, nou, dat is werkelijk schandalig!”
„En toont wel aan, wie hij te. Liserolles denkt,
dat hü een Uebermensch Is, die niet staat onder
de gewone wetten der zedelijkheid. Zoodra hij
«ün hand had gelegd op dien roman, meende
hij *r veel'eer aan te bewijzen, door dien op zijn
naam te plaatsen en ik ben er zeker van dat
hij dezelfde gevoelens heeft voor haar, die hij
tot zijn vrouw heeft gemaakt, want hjj te zoo
hoogmoedig als Satan! Toen hü pas van het
college kwam, gaf hü nog blijk van eenlge
godsdienstige gevoelens, maar voor het oogan-
joord geworpen en erkend
zichzelf.”
blik heeft hü dat overboord
geen anderen god dan i___
„Ik heb altijd gedacht, dat hü met de gravin
de Maubemy sou trouwen. In ieder geval, als rij
boos was over zijn verloving, heeft zij dit niet
laten merken."
.Dat verbeeldt u zich maar! De ben fer zeker
van. dat zU roet in het eten wl] gooien. Van
avond heeft zij in den tempel van Apollo een
intieme bijeenkomst georganiseerd, waarbij bij
een lezing zal houden.” -
Uk ga er niet heen, dat stm mü dezen moeten
avond bederven.”
,Jk heb er toch wel zin in."
„Zooals u wilt, beste vriend! Dt houd u niet
tapen, maar ga een bootje door hot park fla-
neeren.”
(Wordt vervolgd)
Maarnu is er één bepaling....
Nee, die staat me toch niet aan,
'k Vrees dat daardoor ongelukken
Juist nog meer gebeuren gaan;
Dat men de signalen af schaft
In den nacht, dat is heel goed.
Maar dat knipp’ren met de lampen
Is het, dat mij hutv’ren doet.
Want ik zie reeds in de toekomst
Een vermeerd’ring van ‘t gevaar,
Als de auto’s, schalks en oolijk,
Oogjes knippen met elkaar.
Ik snap niet wat de minister
Van dat voorschrift wel verwacht,
Want een knipoog heeft reeds velen
Met een vaart te zaam gebracht!
Ik durf wedden: ’t wordt fiasco!
Vroeg of laat loopt het weer mis.
Dan zal blijken, dat in ’t duister
’n Knipoog, juist gevaarlijk is.
Heusch, ik vind dat 't niet te pas komt.
En dan ook nog, bovendien,
’k Heb te veel gevolgen van het
Oogjes-knippen reeds gezien!
naar liefdadige instellingen.
Hoewel deze wijze van oogstvierlng een meer
algemeen karakter draagt en al te groote uit
bundigheid, waarin net oorspronkelijke feest
vaak uitliep, hierbij natuurlijk niet voorkomt,
mist men toch hét Intieme van zoo’n gezamen-
Hjken maaltijd, waarbij, de boer met al zün
werkvolk als één groote familie aan één tafel
zat.
die tijdgenoot was van den bouwer van Grand-
Trianon. In het zeer groote oaric waren vijvers,
die meren moesten voorstellen, een beekje, dat
dienst deed als rivier, kleine hoogten die be-
boschte heuvelen vormden, grotten, rotsen, een
eiland met populieren beplant, zelfs een doolhof
en een afgrond.
Zooals in Versailles Is er het boschje van
Apollo, een groen grastapijt, een spiegelkom en
hier en daar, verscholen tusschen het groen,
hutten, kunstmatige bouwvallen, paviljoenen
met zuilengangen, die namen droegen van: De
Liefde, De Philosophic....
De electrische lichten overal met smaak ge
plaatst. wierpen een schel schijnsel óver het
loof der boomen, een orkest verborgen tusschen
de struiken speelde sentimenteels wijsjes en te
midden van die menigte getostumeerdenmar
kiezen en markiezinnen, lijfeigenen en kame
niers, herder en herderinnerTkon men zich
verbeelden te zijn te midden vah de figuranten
der groote Opera.
De gezichten, waarop het licht scheen, leken
opgewekt genoeg, maar ook iets of wat koorts
achtig. Bootjes gleden over het riviertje, jonge
vrouwen met ’n blinddoek voor de oogen, pro
beerden in rechte Ujn te loopen over het groene
tapijt, anderen begaven zich naar bet rots
theater, waar de acteurs van de Comédle Fran
cais* fragmenten uit de „Prinses van Elide"
zouden voordragen.
Nadat Hugo met zijn vrouw de gravin de
Mauberny had begroet, wter verwelkt gezicht
zich verschool onder een tweeden Pompadour-
hoed, bracht hjj Margaïta bij de hertogin de
„We
Jim.
.Mae." zei Bill Sender»,
.4» deelt mee in de winst.” zei Jim.
..En in de gevangenisstraf," concludeerde
gen met de reet.” besloot Jim,
Uk zal op je wachten achter het dok van
de Great Brittain.” eindigde BW.
Toen se op Jim’s eiland landden, vertelde
Jim voor het eerst over zijn plan. BW Sanders
had. geen oogenbllk verwacht een dag of wat
Robinson Crusoe te spelen, maar de onderne
ming van Jim Kingsby scheen hem zóó onmo
gelijk, dat hü kortweg weigerde. Doch het was
te laat om terug te keeren en den volgenden
dag stemde hij dus toe.
Zij vingen in een ondlepen inham een partij
oesters. Geen kleine, maar ongewoon groote
en daarvan werden nog de grootste uitgezocht.
Maar t was een alles behalve gemakkelijk werk
om een zestigtal imltatie-parels in een zestig
tal oester» binnen ie laten glijden zonder de
dieren of de schalen te beschadigen. Daarop
werden ae uitgezet, en Jim verklaarde, dat de
werkzaamheden voorloopig ten einde
.Die stomme dieren gaan
doen, wij kunnen rustig u
In kleurigen rijkdom lagen de korenschoven,
groenten en yruchten in zUn kerk 'uitgespreid
Ofschoon hüf gevaar liep zich het ongenoegen
op den hals te halen van sUn puriteinsche ker-
kelUke overheden, had hij dit gebruik, een over-
blüfsel van de feesten, in de oudheid gehouden
ter eere van de godin Ceres, weer in zün pa
rochie in Devonshire wetenin te voeren Rue
Macaulay verhaalt dan, hoe hU onder zijn preek
voelt, dat de aandacht van het volk niet bü
zijn woorden is en bjjna zal zijn ongeduld zich
ontladen In een stroom van verontwaardiging
over de hoofden van zUn parochianen, als hü
de oorzaak van hun verstrooiing ontwaart: eer.
jong varken, op raadselachtige wijze in de kerk
beland, dat zich onder vergenoegd geknor te
goed doet aan de overdaad onder aan- dén
preekstoel. De preek wordt stopgezet, aan ’s
varkens feestmaal wreedelük een'einde gemaakt,
de ordeverstoorder door ’n paar stevige armen
opgenomen en onder hevig gespartel én ge
gil de kerk uitgedragen en nadat de rust is
weergekeerd wordt de dienst voortgezet.
- tn Engeland
""“Tri van den
innige stre-
er met het
Hoewel de waste
verband hleldèn met
oogst in dé scMnvn, Usvann, m
ken de feestelijkheden reeds zoodra c_
oogsten zelf een aanvang gemaakt werd.
Zoo was het in Zuld-Engeland de gewoonte,
dat het landvolk zich uit zijn midden een z.g.
.heer" koos. Deze leidde den heelen oogst en
aan hem waren allen gehoorzaamheid en eer
bied verschuldigd. HU regelde het loon voor al
hun werk en hü was ook de eerste die zijn sik
kel in het gouden graan zette. Ongehoorzaam
heid of oneerbiedigheid jegens dezen heer,
vloeken en leugens werden met een geldboete
gestraft, die van te voren al bepaald werd en
die natuurlUk varieerde al naar de grootte van
het vergrUP.
•h reden was
iltteeren.
Zjj zocht eenige oogenblikken of er niet een
groep was, waarbü zij zich zou kunnen aan
sluiten, maar zü kende niemand en otn niet
doelloos rond te slenteren, ging zU op een bank
zitten, die onder eenlge struiken stond.
Het was er donker als in de Baignoire der
Opera, maar zU had toch het uitzicht op het
riviertje, waar de bootjes, gepavolseerd en van
fluweelen en satijnen kussens voorsten, een aar
dig effect maakten.
TerwUl daar zat te mUmeren, hoorde zU
stammen achter haar. Er stond een bank met
den rug tegen haar zitplaats; daar hadden Rigal
en een vriend van hem plaats genomen. ZU
herkende den jongen schrijver Paul Berzzant,
mededinger met haar man voor den prijs van
,La Vie Intense.”
^O." zet hU. „ik
over, hU
n alle havens langs de kust van Sjanghai
tot Bombay stond bootsman Jim Kingsby
bekend als de grootste leugenaar onder de
zeelui, en dat alleen reeds te een ongewone
prestatie. De eenige maal, dat hu werkelijk
utet loog. was. toen hU Molly Perkins vroeg
sUn vrouw te worden zn erbU voegde, dat hU
in staat was genoeg geld te verdienen aas oen
zaak te openen in zuidvruchten, wanneer hU
haar meenam naar zUn geboortestad South-
ampton.
Doch Molly waa niet alleen een der knapste
meisjes uit de Engelsche kolonie te Sjanghai.
zU was ook heel verstandig. Dus aside zU Jim.
dat zU niets tegen «Un plannen had. maar bet
op prijs zou stellen dat hU eerst het geld ver
diende, vóór zü naar Southampton souden
gaan. Hiermede waren de voornemens voor
on bepaalden tüd uitgesteld en Jim Kingsby
liep nog zwaar piekerend langs de havenkade,
teen hü BiU Sande/s vrijwel tegen het Ujf liep.
..Kun je niet ultküken?” gromde Jim ter
begroeting.
.Rou je stil, ik zocht js.’ kondigde Bill aan.
,4k heb een goeden bootsman noodig, om een
last copra op te halen.”
i „Dan kun je mü krügen, als je beboorlük
betaalt," antwoordde Jim.
„Accoordsloot BUI de overeenkomst af, en
su charterden een schip met bemanning en
haalden den last copra.
TerwUl het hout werd Ingeladen, slenterden
de twee maats langs de keilge kust van bet
eiland. Plotseling bleef Bill Sanders staan; op
den grond tusschen de ronde kelen zag hü e«n
halsketting liggen. BUI raapte ae op; *twas een
parelsnoer, doch slechts sen aardige snuisterü.
zooals men overal koopt voor weinig geld en
Bill begon een zwaai met zün arm. cm het
ding in zee te keilen. 1
..Stop, maat, niet te haastig." hield Jim
Kingsby heijk op dat moment tegen. .Daar
schiet me iets te binnen. Die dingen lüken niet
al te slecht als imitatie
„Juist, maar niets waard,” zei Bill Perkins.
„Geef mü ze," besloot Jim,, je zult sr meer
van hooren."
Drie dagen waren ze alweer te Sjanghai te
rug als Jim bü de kade BUI Sanders aanhield
op een snikheeten middag:
..Kom vanavond naar Charley’s Bar,” noo
digde hü uit, „ik heb wat met je te bespreken.
Misschien beteekent het een schitterende toe
komst voor je.”
BUI Sanders keek hem aan en berekende bü
zich zelf hoeveel kroegen hü zou moeten af-
loopen, vóór hij Jim zou gevonden hebben, doch
hü besloot te komen.
's Avonds bezorgde Jim hem een geweldige
verrassing. Bill was zonder reden eerst
Charley’S Bar getogen en daar wachtel
Jim Kingsby.
„Ken je de eilanden een honderd mijl hier
vandaan?" informeerde Jim.
„Een paar» antwoordde BUI, „de meests zün
zün zoo groot als een vlot en onbewoond."
.Juist, van die soort heb ik er één geclaimd."
grinnikte Jim met den trots van een groot-
srondbezitter.
„Dan ben je gek geworden,” constateerde BiU
Sanders.
JEindelUk,” antwoordde Jim, „dus doe Je niet
mee."
„Wat wou je eigenlijk?” begon BUI echter te
informeeren, want Jim had nooit plannen, die
niet eenlge winst opleverden.
„JU huurt een schuit voor twee man en dan
gaan we een* een paar dagen vacantle houden
op mUn eiland,’’ grijnsde Jim.
gen heen. Ook de kinderen, die al vaak bü het
drukke werk behulpzaam moesten zün. deelden
in de feestvreugde. Hun belooning bestond in
een flink stuk krentenkoek.
In verschUlende streken werd uit de vrouwen
en meisjes, die in dezen drukken tüd aan den
arbeid hadden deelgenomen een oogstkonlngln
gekozen, meestal „the Jfalden” genoemd. ZU
werd met bloemen gekroond en troonde boven
op de schoven, getooid in vroolük feestgewaad,
opgesierd met fleurige linten.
Deze blüe groep kon echter meestal wel reke
nen op een plotselingen overval. Verdekt op
gesteld achter boomen of heg stonden enkele
dorpelingen klaar, gewapend met emmers wa
ter om, zoodra deze laatste wagen voorbU trok,
onverwachts het gezelschap met het frissche
vocht te besproeien. Onder gejoel en geschater
schudde men het water van zich af en nadat
de belagers op de vlucht waren gejaagd, werd de
optocht voortgezet.
In Noord-Engeland was het ds gewoonte on
der de maaiers op den laatsten dag een wed
strijd te houden In het maaien. Ieder nam daar-
bü dan een even groot gedeelte van het veld
voor zün rekening. Men liet echter enkele hal
men staan. Deze werden afgesneden door hqj
meisje, dat men tot koningin van den oogst
had uitverkoren. Van dit bosje halmen werd
weer een pop gemaakt, die, opgesmukt en op
getuigd, voor de rest van het jaar in het huis
van den boer prijkte.
In verschUlende gedeelten van het land, oju
in Devonshire, mikten de maaiers zelf om beur
ten met hun sikkels op dit laatste bosje. Hü.
wien het op deze manier gelukte de halmen *.e
vellen, riep dan uit: ,Jk heb haar, ik heb haar,
ik heb haart", waarop zün makkers in koor
vroegen: „Wat heb Je?"
„Een merrie, een merrie!" was het antwoord.
„Wat zullen we met haar doen?"
.Jfaar boer N. brengen.” HlerbU noemde hü
dan den naam van een boer uit den omtrek,
die nog niet klaar was met oogsten.
Het bosje halmen werd dan inderdaad naar
boer N gebracht. De boer, die zün oogst het
laatst van allen inhaalde, bewaarde de hem op
deze wijze toegezonden halmen tot het volgend
jaar.
Hoe dit eigenaardige gebruik precies ontstond,
weet men niet. Sommigen meenen, dat het nog
een overblüfsel was uit den tüd, toen het land
open en bloot lag en vaak groote schade aan
gericht werd door wUde dieren, vooral paarden.
De dag, waarop men dus den oogst veilig en wel
in de schuren verzameld had, was daarom éen
dag van groote vreugde en dankbaarheid en als
waarschuwing ging dan het laatste bosje koren
aren naar een laten oogsten
Was al het gewas biribengahaald, dan werd
er ’s avonds op de hofstede een feestmaaltüd
gehouden, waaraan ook de boer en zün familie
deelnamen. Groote bonken vleesch maakten de
hoofdschotels uit en steeds werden de bierkroe
zen bügevuld. Onder het feest gaf de voorman
van de maaiers een teeken, waarop een van hen
met forsche stem een lied aanhief, waarin hü
zün meester namens al het landvolk veel heil
en voorspoed toewenschte voor het komende
jaar en hem bedankte voor de weldaden <van
het oogstmaal Daarna ging de voorman zelf
langs met een schaal en zamelde geld In ter
voortzetting van het feest in de dorpsherberg.
Al deze gebruiken waren tot in het begin van
de vorige eeuw in Engeland nog vrü algemeen,
doch maakten allengs plaats voor een meer pa
rochiale viering van het oogstfeest. Ieder legde
zün gaven in brood, vruchten of groenten in de
kerk voor het altaar neer. Na afloop van den
plechtigen dienst werd alles onder de armen
uitgedeeld. Tegenwoordig zendt men de groote
aeden, die de parochianen op den Zon
dag van het oogstfeest vaak büesnbrengen.
schap in optima forma. Avond» na sluitings
uur werd in de kamer achter den winkel van
Johan Wilson stevig ingestudeerd' en gerepe
teerd en in West-Friesland, en trouwens ook
elders in het land, hadden „De Wilsons” een
goedklinkenden naam. We hebben ze van nabü
meegemaakt in de laatste Jaren van den oorlog
en in den direct na-oorlogschen tüd.
Dat waren ouderwetsche tooneelspelersjaren
In diverse plaatsen van West-Friesland werd
opgetreden, vaak in primitieve gelegenheden,
waren,
n nu voor ons de rest
efwdchten.”
In Sjanghai terug, maakte BUI meermalen
de opmerking, dat het toch niet precies eender
was, of je in Engeland in een cel mt, of hier
in dit Chlneezenland, waarop Jim getrouw de
vermaning liet
volgen, dat, wan
neer aUe mllllon-
nalrs werden ge
keurd op de
manier waarop
aan hun geld
kwamen, er nog
Ei
Tien maanden later kwam Jim Kingsby bul
ten adem bü BUI Sanders:
.jBchlet een beetje op. we moeten vanmiddag
drie uur uitvaren.”
.Dan heb ik nog tüd,” meende BUI.
„Geen minuut, want je moet in gala,” hUgde
Jim. i
Jn gala?», en BUI’» mood ging open Maan.
.We varen een jacht en geen copra-echuit.
let dus een beetje op je manieren."
BUI Sanders' mond bleef open staan.
.Waarheen?” stotterde hü elndelük.
.Jtaar Halaklbo." antwoordde Jim.
.Waar ter wereld ligt dat?”
.Maar kerel, dat te toch mün
schreeuwde Jim nijdig.
„Dan had je me wel sens eerder dien naam
mogen vertellen,” meende BUL
.Moe kan ik dat, als ik den naam vanmor
gen zelf pas uitgevonden heb? Zorg ervoor,
half drie aanwezig te Mjn aan steiger Md.” m
zander langer ophouden rende Jim weg.
Tben BUI Sanders even half drie in zün °P-
gepoetste stuurmans-unlform arriveerde, zag hü
een schitterend 500 ton» jaeht, de .Bunbeam".
en aan de railing stond Jim Kingsby. in een
smeiieioos wie Kapiteins-unuorm en mei een
dikke sigaar tusschen de Oppen, in druk ge
sprek met een paar Amerikanen.
Met «en kalmte, of hü zün leven lang üesag-
voerder vu geweest, stelde Jim zün vriend
voor en nam bet commando van bet jacht
Uü wmrt en houdtmotMl; ik
reet,” beet Jim zün maat nog toe en daarmee
was de zaak tusschen hen geregeld.
Intusschen gaf Jim aan zün Amerikanen
ultgebrekte büzonderbeden over de scheeps
ramp. waarbü hü en BUI Sanders als eenigst
overblüvenden waren terecht gekomen op zün
geclaimd eiland Halaklbo en hoe °P wn
middag, om zich te voeden, oesters vingen en
ongekend groote parels hadden gevonden.
.JSindeiük worden we opgepikt, besloot JUn
zün verhaaL „maar Ut heb jnün leven geen
grooter en mooier parels gevondsn, We be
schikken niet over voldoende geld otn zelf <mse
oesterbanken te exploiteeren, anders waren de
beeren er niet aan te pas gekomen.”
In een kleine baai van hst eiland werd bet
anker ultgoworpeu en men ging aan land. De
belde Amerikanen, onder leiding van Jtm
Kingsby en BUI Sanders, gingen daarop naar
de plek, waar Jim's oesterbanken moesten zün
en <fe beide zeelui begonnen hun vangst. Wer
kelijk, op tedere tten oestetz vond men ér één,
waarin een groote parel stak, of iets wat daar
op geleek.
De Amerikanen hadden niet het minste
wantrouwen en ze boden voor rechten .en bezit
der „claim” tienduizend dollar». Jim Kingsby
bezweek tenslotte voor dit aanbod en vervol
gens keerde men direct terug, daar Jim mede
deelde. dat de Amerikanen slechts met be
hoorlijke instrumenten uitgerust hun vangst
konden beginnen.
Bill Sanders kreeg zün deel en Jim Kingsby
huwde Molly Perkins en opende in Liverpool
een pracht v»n een winkel in suidvruchten.
Doch dit te niet alles. Wanneer Jim Kingsby
de zaak niet onkreukbaar bad behandeld, de
Amenkanen deden het evenmin, vond BiU
Bandera. Want na eenlgen tüd bleek, dat zü
rond het eiland uitgestrekte banken echte
pareloesters ontdekt hadden, welke hun-duizen-
den en duizenden dollars opbrachten, zonder
dat ooit die arme Jim Kingsby en Bill Perkins
er nog één cent van kregen nabetaald!
f Dat t vaak zeer moeilijk was .haar” met den
vereischten eerbied en ontzag aan te spreken,
vooral waar ,rij" temidden van „haar” volk
deelnam aan allen arbeid, is te begrijpen en al
die ongeoorloofde vrijheden werden beboet, wat
natuurlijk de hilariteit niet weinig verhoogde.
Vooral het binnenbrengen .S3 den laatsten
wagen met koren ging met groote vreugde en
vroolükheid gepaard. Boven op de kar prükte
een bont opgetuigde strooien pop waarschijn
lijk nog een overblüfsel van heidensche rijden,
toen het beeld van Ceres b(J de oogstfeesten
plechtig werd rondgedragen en op de maat
van de muziek die voorop ging, sprongen en
dansten de maaiers hand in hand om den wa-
x-x p het platteland van Engeland gaat het
inhalen van den oogst jaarlüks gepaard
met feestelükheden, die nog herinneren
aan de luisterrijke en uitbundige oogstfeesten
van vroegere tüden, waaraan aUen, landvolk en
heer, eendrachtig deelnamen en die een nltlny
waren van gevoelens van dankbaarheid jegens
den Schepper van al dezen overvloed en weelde.
Ieder jaar wordt tegenwoordig nog in de
t Anglicaansche kerken het oogstfeest gevleid
op een der Zondagen in September, soms ook
in October. De kerk wordf dan voor deze ge
legenheid versierd met korenaren, groenten en
vruchten, vooral druiven en meloenen.
Ook dit jaar is weer In de City van Londen
in het begin van October in de verschillende
kerken een plechtige „oogstdtenst” gehouden,
waaraan de Lord Mayor van Londen, Sir Percy
Vincent en de Sheriffs hebben deelgenomen
Kostelük beschrijft Rose KJacaulay, een mo
dem Engelsch achrüfster, in een tan haar
boeken de viering van dit feest in de parochie
van Robert Herrick, predikant-dlchter uit de
17de eeuw, die de gemoedelükheid en de schoon
heid van het buitenleven met al zün geneugten
en tradltloneele feesten In vroolüke verzen be
zong.
maar ook in geschikte zalen der West-Friesche
dorpen.
De verbindlngsmogelükheden met het platte
land waren in die dagen uitermate slecht. Als
ergens sou worden cpgetreden, werd vroeg in
den voormiddag, al naar dat noodig was, de reis
aanvaard, van Hoorn uitper diligence,
d. w. z per Jan Plelzier, per paard en wagen.
Dlkwüte zoo ongeveer drie, vier uur in den mid
dag. Dan was men, uitgetekend, om en om zeven
uur of iets -teseder op de plaats van bestem
ming, waar dan zaal en „tooneel” werden ge
ïnspecteerd, voorbereidingen getroffen, enz.
Zoo'n tocht ging holderdebolder. TUdens de reis
werd, zoo noodig, gerepeteerd of iets nieuws tn
bespreking genomen. Maar het ging er altüd
vroolük en opgewekt toe. Het was een welge
moed saamhoorlg troepje We hebben zoo’n
reis met al z*n ongemakken, maar toch ook veel
santrekkelüka, menigmaal .als gast”, zü hst
niet op de planken, meegemaakt. De schokkende
terugtocht, in het holst van den nacht, koud
en zooal meer, namen we gaarne op den koop
toe.
Op zulk een ouderwetsche tooneel-pelgrl-
mage hebben we ook Jan Fabricius, den nu vüf
en zestigjarige, leeren kennen. Dat zit zoo:
Fabricius en de Wilsons waren destüds harte-
lük bevriend. (Alle twee de hoofdpersonen
Wilson, Johan en Jacques, zün sinds over
leden.) Ieder jaar kwam Jan Fabricius uit
Den Haag eenige dagen naar Hoorn in hst
groote Witaon-gezin, waar we hem ontmoetten
en v,n waaruit wü hem ook in eigen kring al-
vult een machtig stuk van ons vaderlandsch daar ontvingen. Een der successtukken van ,De
Wilsons” in dien tüd was. het is haast vanzelf
sprekend. .Dolle Hans". Per Jan Pleizier is er
heel West-Friesland mee afgereisd.
Juist in den .seizoentüd”, waarin met „Dolle
Hans” lauweren werden geoogst, was Jan Fa
bricius weer bü de Wilsons gelogeerd en ook op
een der ctegen. dat hü er was. het „werk”
ging gewoon door, moest in een of ander
dorp .Dolle Hans” worden gegeven. Welke
plaats het precies was, kunnen we ons niet
meer herinneren. Maar was er mooier gelegen
heid dan deze om de kans waar te nemen oen
,J. F?' in de diligence mee te nemen en hem
als „auteur” én vriend van den troep Dolle
Hans” door „De Wilsons” te zien opvoeren? En
hü ging mee, per diligence, op oude-tooneel-
spelers-manler, en men behoeft Jan Fabricius
niet eens van dlchtbü te kennen om te weten,
dat hü razend veel schik had niet alleen in
het geval als zoodanig, maar ook in zoo’n
tournee, die, mocht het anders? was aan-
gekondlgd als extra-orcknalre attractie, dat
cte „auteur-self” de opvoering zou büwonen. Deze
reclame, in het onderhavige geval, lag den
auteur eigenlük niet al te best, maar daar
zwaaide hü zich tenslotte overheen Wel werd
het even anders, toen In de zaal, in het midden
van de eerste rijen, voor Jan Fabricius een
dilettantenveresnlglng, maar een tooneelgezel- soort- verhoogje was gemaakt,wqgr hü. netjes
tusschen het groen, had plaats te nemen op
speclalen armzetel. Enfin, hü werd gevierd, zoo
als hem wel nooit overkomen was. maar hll
lachte zich ook daar joviaal en gemoedelük
uit. Dat ,De Wilsons" hun en aün .Dolle Hans”
nog rooit en nooit meer met zulk een entrain
hebben gespeeld, doet weinig ter zake.
Het is ongetwijfeld slechts een heel kleine
episode geweest in het variatle-volle leven vah
Jan Fabricius. Wü twüfelen er echter geen
oogenbllk aan, of hü herinnert het zich, zooals
sluwe intrigant en laat zich door geen scru
pule» weerhouden.”
„HU te bü zün moeder in een goede school
geweestl Zü weet hoe zü aan de touwtjes moet
trekken om de marionetten naar haar püpen te
laten dansen.”
,,Ja, zü alleen is in staat de romans van haar
zoon, die zoo diep bedorven zün, te verklaren.
Hoe vindt u ze. mijnheer Rigal?”
„Zoo, soo....”
„Ik houd er heelemaal niet van. Maar als ik
zoo iets in het publiek zou zeggen, zouden de
menschen denken, dat ik jaloersch ben. Het is
nu eenmaal de mode om in verrukking te ge
raken over ,,Het Diepe Meer" of De Gescheurde
Sluier,” te verzekeren, dat het Iets exquis is,
het neusje van den zalm, dat niemand ooit zoo
ver de analyse heeft doorgezet van de intiemste
emoties. Ik erken, dat er in zün eersten roman
„Het Kind met den bleeken Glimlach” mooie
dingen voorkomen, maar da volgende boeken
lüken daar niet op. Me dunkt zü zün als die
boeken over de geneeskunde, die heel precies
de verschillende symptomen beschrijven van
iedere ziekte, en die aan de onwetenden, die dat
lezen den vreeselüken Indruk geven, dat zü aan
al die ziektep tegelük lüdende zün. Koevele
vrouwen, na die romans gelezen te hebben,
meenen, dat zü zün als die Miriam, die Jac
queline. tot groot onheil van hun man en de
maatschappü!" t'
„Om te beginnen met »ün eigen vrouw.... Ik
heb medelüden met haar, dat arme vrouwtje:
De zee, waarop zü moet varen, te bezaaid met
klippen. Tot nu toe hééft s0 ae weten te ont-
'IINMUI ^KNIPOOGEN...
zü stapten in hun auto en gingen den weg
op naar Soissons: de avondlucht was lauw en
de lucht vol sterren. Geen mooier weer kon men
bedenken.
•.Vooral,” zei Hugo, „moet je lief doen en
glimlachenin het bijzonder tegenover Rigal.
Hü heeft een elechte crltiek geschreven over
•De Gescheurde Sluier." Masson beweert seH».
dat sedert de verkoop van het boek verminderd
I», maar aotns trekt hü wel eens zUn woorden
*n- Tot eiken prijs moet je hem daartoe over
halen..,. daarin kun je mü veer nuttig zün.”
zü beloofde niets. Zü voelde zich zoo vermoeid
en dan di« Rigal mishaarde haar zoozeer. ZU
verwonderde er zich over, dat haar man de
ernstige redenen niet vatte, die haar afkeer
wettigden.
Bellefontaine is een van die dwaasheden van
rijke edellieden, zooals er in vorige eeuwen zoo-
v*>e in Parus waren. Het
’wn een hoefüsar, werd g«
tooneel in den r ieuweren tüd door zün
schouwstukken, in de beroepstheaters opge
voerd. Daarnaast kennen velen hem uit de
dilettantenvereeniglngen. Is er onder deze laat
ste wel één, die in den loop der Jaren niet
.Dolle Hans” ten tooneele bracht? Maar ook
tusschen vaktooneelgezelschappen en dilettan-
tengroepen In had Fabricius in het geval, dat
we gaan vertellen, ten aantrekkelüke plaats.
Dat is uit den tüd van nu ongeveer een kwart
eeuw geleden. Het herinnert aan oude tooueel-
toestanden, toen de troep nog den boer op trok
onder de meest oncomfortabele omstandigheden.
Een dier laatste episodes heeft zich wel afge
speeld in het noorden van Noord-Holland, in
West-Friesland, met als centrum het oude
Hoorn. Vóór, tüdens en na de oorlogsjaren be
stond daar een seml-beroepstooneelgezelschap,
•De Wilsons”. Vrüwel de geheel* troep werd
gevormd door leden van de Hoomsche familie
Wilson. Leiders en hoofdpersonen waren de
twee gebroeders Johan en Jacques Wilson, die
in het oude stadje van J. P, Coen ieder een
sigarenhandel dreven, maar in hart en nieren
tooneelspelers waren. Deze eerzame sigaren
winkeliers vormden met hun echtgenooten, doch
ters en zonen en toegevoegde krachten een too-
neelgrcep, ,De Wilsons”. Zoo maar niet een
wijken met een waardigheid, die boven haar
leeftüd te.”
„Och, zü te een Basktechel In dat land hebben
ze allen koninklijk bloed in de aderen. Ja ik
beklaag haar. Llsérolles zal voor haar niet altüd
getnakkelük zün.”
„Daarbü. zü kent hem nog niet tot in den
frond. Onder voorwendsel van letterkundige
büeenkotnsten, gaat hü alleen uit en als hü
thuis komt, vertelt bü haar niet, wat hü heeft
ultgcvoerd.
„Die het aangaat, hooren er pas later iets van
Ik ben er zeker van. dat zü ook niet die tchan-
delüke geschiedenis kent, die haar man dwong
bü Chenard weg te gaan om naar Maasot over
te loopen met zün letterkundig bagage.”
„Wat voor ’n geschiedenis? Ik heb er niets
van gehoord.”
T Is waar, toen waart gü «P tournee in Ame
rika. Welnu, ziedaar het fait: Onder de
manuscripten, die aan Liserolles werden voor
gelegd ter beoordeeling. bevond zich aen van
dien armen Robert Janel, die sedert in het
armenhuis Is gestorven. Liserolles keurde den
roman af. maar noteerde het onderwerp en de
voornaamste scènes. Toen „Het Diep* Meer"
verscheen, herkende mevr. Janel het werk van
haar zoon, dat toon, zooals ik meen den titel
droeg van: „Tot diep in den afgrond Hier en
daar waren er veranderingen in aangebracht
en wat betreft de moraal wu het geheel ver-
valaeht. Zü wilde reclameeren, den plaglaatplege
voor het gerecht dagen, maar zü én baar doch
ter waren doodarm. LlasroUaa alqot hun den
mond met een bankbiljet van dulnend francs.
a v v a fbAMLnkTr1 JO op dit blad «Mn ingevolge de verxekeringsvoorwaarden tegen p 7^0 - levenslange geheele ongeschiktheid tot werken door p 7^10 6611 overal met ’p OEFi
Kt llw Im 1*1 O ongevallen verzekerd voor een der volgende uitkeeringan hJhJe verlies van belde armen, belde beenen of belde oogen v*\J* doodelljken afloop asaBV*
AANGIFTE MOET, OP STRAFFE VAN VERLIES VAN ALLE RECHTEN, GESCHIEDEN UIT ER LUK DRIE MAAL VIER EN TWINTIG UUR NA HET ONGEVAL