den Aag wtn DREIN DRENTEL EN PIET PRIKKEL 1 OOGSTFEEST IN ENGELAND J F 750.- F 750.- DE UREN GAAN V O O R B IJ HERINNERINGEN AAN VROEGER TIJDEN I DONDERDAG 8 OCTOBER 1936 r fH Pareloesters Jan Fabricius r- Vijf en jaar Eén is géén Liefdadige instellingen bedacht r Oude gebruiken maakten eindt het begin der 19e eeuw allang» plaats voor een meer paro chiale viering iU|uUL/l vervolgde morgenavond,” I L HERMAN KRAMER IIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIHIIIIIIII an Fabricius, de nu vijf en sestlg jariee, door eiland I” C t> i hoe’ de I in le 35 «el en 1 mü daar behalen) 3 Nog dienzelfden middag was Drein door deze schietpartij zijn baantje alweer kwijt en zoo trokken de beide zwervers spinnijdig verder langs den verlaten landweg, en geen van beiden wist waarheen ze gingen. dan toch n n UIT HET FftANSCH VERTAALD door christine kamp naar reeds t’ 1. w >0 0 „Nee.” antwoordde Bill. „Ik zorg voor levensmiddelen en drank en mijn eiland voor het dessert.' ging Jim voort. „Nee," zei Bill. vertrekken andere straffen souden worden uitgevon- Is t. p. F5 I- n II fe r 4 s g jr ‘t 0 tö ;r >0 n De meneer van de Arbeidsbeurs had wel iets, set hij. Voor Plet Prikkel was er een plaatsje vrij in een speelgoedwinkel. Voor Drein had hij niets te doen. Hij vond, dat Drein nog veel te klein was. Een booze bul tusschen Drein en Piet duurt nooit zoo heel erg lang. Een half uurtje later waren ze alle oneenigheld alweer vergeten. „Wat moeten we beginnen?” vroeg Plet Prikkel. „Ik weet al wat", zei Drein. „We gaan-eens kijken of ze bij de Arbeidsbeurs geen werk voor ons hebben." «steel in den vorm feiwd door Mansart, 1 Fontclamart, die op een marmeren bank gezeten haar cour hield. De buiging van de jonge vrouw was onberis pelijk en de edele dame gevoelig voor goede manieren een mooie, warme stem zonder meri dionaal dialect, noodigde haar uit naast haar plaats te nemen om te spreken over het Baskl- sche land, waar zij zelf zooveel van hield en over het bekroonde portret van de Jonge Baakl- sche op de laatste tentoonstelling. Hugo profiteerde er van om zich stilletjes te verwijderen en toen de Jonge vrouw afscheid nam van de hortogin, zag zjj zich dmringd door onbekenden, wier vermomming om zich allerlei vrijheden te pe bij verlies van een hand, een voet of een oog geen illusies Hij is zoo n h(J ook sa! terugdenken' aan het oude Hoorn en de wijze, waarop toen naar ouden rond- trekkenden tooneelspelerstrant in .Dolle Hans' onder de menschen werd gebracht. Het is op zich slechts een simpele gebeurtenis, maar waarvan Jan Fabricius de verve beeft door- voeld als niemand anders. Tooneel-romantiek, zooals tegenwoordig niet meer bestaat. Oud nieuw*? Ja, maar m*l voor dia talloos* automoblUitan, dia avond* guitig” mat maar Ma koplamp aan rijdenl Ea toch Is het Uelntte ongeval altijd nog duw der dan een nieuw gloellampjal Vaak werd naast een heer ook een vrouwe gekozen, wrat dikwijls,' vooral waar deze vrouwe een van de arbeiders was, aanleiding kon ge ven tot groote vrooljjkheid. Alle eer. die men aan deze vrouwe bracht, gaf „zij” door aan „haar” heer. Bij het drinken van den wijn werd de eerste beker aan de vrouwe aangeboden, die deze op „haar" beurt reikte aan den heer, H'J dronk het eerst, daarna de vrouwe en dan de maaiers.' Maandag sprak er een minister En hij maakte ons bekend Met de nieuwste ordonnanties Van het motorreglement. Dat zijn waarlijk wijze wetten, Waar reeds lang op werd gewacht. En waarmee men ongelukken Steeds meer te vermijden tracht. Voorrangswegen, geen verblinding, Roods lichten, enzoovoort. Dat is alles, lijk ‘t gewenscht werd, ‘t Komt in orde, zooals ’t hoort. Desondanks kon hij Chenard niet bevredigen die een eerlijk man te en zü scheidden. Mas- sot. die niet zoo kltteloorig is, nam den over- looper op.” ,Nou, nou, dat is werkelijk schandalig!” „En toont wel aan, wie hij te. Liserolles denkt, dat hü een Uebermensch Is, die niet staat onder de gewone wetten der zedelijkheid. Zoodra hij «ün hand had gelegd op dien roman, meende hij *r veel'eer aan te bewijzen, door dien op zijn naam te plaatsen en ik ben er zeker van dat hij dezelfde gevoelens heeft voor haar, die hij tot zijn vrouw heeft gemaakt, want hjj te zoo hoogmoedig als Satan! Toen hü pas van het college kwam, gaf hü nog blijk van eenlge godsdienstige gevoelens, maar voor het oogan- joord geworpen en erkend zichzelf.” blik heeft hü dat overboord geen anderen god dan i___ „Ik heb altijd gedacht, dat hü met de gravin de Maubemy sou trouwen. In ieder geval, als rij boos was over zijn verloving, heeft zij dit niet laten merken." .Dat verbeeldt u zich maar! De ben fer zeker van. dat zU roet in het eten wl] gooien. Van avond heeft zij in den tempel van Apollo een intieme bijeenkomst georganiseerd, waarbij bij een lezing zal houden.” - Uk ga er niet heen, dat stm mü dezen moeten avond bederven.” ,Jk heb er toch wel zin in." „Zooals u wilt, beste vriend! Dt houd u niet tapen, maar ga een bootje door hot park fla- neeren.” (Wordt vervolgd) Maarnu is er één bepaling.... Nee, die staat me toch niet aan, 'k Vrees dat daardoor ongelukken Juist nog meer gebeuren gaan; Dat men de signalen af schaft In den nacht, dat is heel goed. Maar dat knipp’ren met de lampen Is het, dat mij hutv’ren doet. Want ik zie reeds in de toekomst Een vermeerd’ring van ‘t gevaar, Als de auto’s, schalks en oolijk, Oogjes knippen met elkaar. Ik snap niet wat de minister Van dat voorschrift wel verwacht, Want een knipoog heeft reeds velen Met een vaart te zaam gebracht! Ik durf wedden: ’t wordt fiasco! Vroeg of laat loopt het weer mis. Dan zal blijken, dat in ’t duister ’n Knipoog, juist gevaarlijk is. Heusch, ik vind dat 't niet te pas komt. En dan ook nog, bovendien, ’k Heb te veel gevolgen van het Oogjes-knippen reeds gezien! naar liefdadige instellingen. Hoewel deze wijze van oogstvierlng een meer algemeen karakter draagt en al te groote uit bundigheid, waarin net oorspronkelijke feest vaak uitliep, hierbij natuurlijk niet voorkomt, mist men toch hét Intieme van zoo’n gezamen- Hjken maaltijd, waarbij, de boer met al zün werkvolk als één groote familie aan één tafel zat. die tijdgenoot was van den bouwer van Grand- Trianon. In het zeer groote oaric waren vijvers, die meren moesten voorstellen, een beekje, dat dienst deed als rivier, kleine hoogten die be- boschte heuvelen vormden, grotten, rotsen, een eiland met populieren beplant, zelfs een doolhof en een afgrond. Zooals in Versailles Is er het boschje van Apollo, een groen grastapijt, een spiegelkom en hier en daar, verscholen tusschen het groen, hutten, kunstmatige bouwvallen, paviljoenen met zuilengangen, die namen droegen van: De Liefde, De Philosophic.... De electrische lichten overal met smaak ge plaatst. wierpen een schel schijnsel óver het loof der boomen, een orkest verborgen tusschen de struiken speelde sentimenteels wijsjes en te midden van die menigte getostumeerdenmar kiezen en markiezinnen, lijfeigenen en kame niers, herder en herderinnerTkon men zich verbeelden te zijn te midden vah de figuranten der groote Opera. De gezichten, waarop het licht scheen, leken opgewekt genoeg, maar ook iets of wat koorts achtig. Bootjes gleden over het riviertje, jonge vrouwen met ’n blinddoek voor de oogen, pro beerden in rechte Ujn te loopen over het groene tapijt, anderen begaven zich naar bet rots theater, waar de acteurs van de Comédle Fran cais* fragmenten uit de „Prinses van Elide" zouden voordragen. Nadat Hugo met zijn vrouw de gravin de Mauberny had begroet, wter verwelkt gezicht zich verschool onder een tweeden Pompadour- hoed, bracht hjj Margaïta bij de hertogin de „We Jim. .Mae." zei Bill Sender», .4» deelt mee in de winst.” zei Jim. ..En in de gevangenisstraf," concludeerde gen met de reet.” besloot Jim, Uk zal op je wachten achter het dok van de Great Brittain.” eindigde BW. Toen se op Jim’s eiland landden, vertelde Jim voor het eerst over zijn plan. BW Sanders had. geen oogenbllk verwacht een dag of wat Robinson Crusoe te spelen, maar de onderne ming van Jim Kingsby scheen hem zóó onmo gelijk, dat hü kortweg weigerde. Doch het was te laat om terug te keeren en den volgenden dag stemde hij dus toe. Zij vingen in een ondlepen inham een partij oesters. Geen kleine, maar ongewoon groote en daarvan werden nog de grootste uitgezocht. Maar t was een alles behalve gemakkelijk werk om een zestigtal imltatie-parels in een zestig tal oester» binnen ie laten glijden zonder de dieren of de schalen te beschadigen. Daarop werden ae uitgezet, en Jim verklaarde, dat de werkzaamheden voorloopig ten einde .Die stomme dieren gaan doen, wij kunnen rustig u In kleurigen rijkdom lagen de korenschoven, groenten en yruchten in zUn kerk 'uitgespreid Ofschoon hüf gevaar liep zich het ongenoegen op den hals te halen van sUn puriteinsche ker- kelUke overheden, had hij dit gebruik, een over- blüfsel van de feesten, in de oudheid gehouden ter eere van de godin Ceres, weer in zün pa rochie in Devonshire wetenin te voeren Rue Macaulay verhaalt dan, hoe hU onder zijn preek voelt, dat de aandacht van het volk niet bü zijn woorden is en bjjna zal zijn ongeduld zich ontladen In een stroom van verontwaardiging over de hoofden van zUn parochianen, als hü de oorzaak van hun verstrooiing ontwaart: eer. jong varken, op raadselachtige wijze in de kerk beland, dat zich onder vergenoegd geknor te goed doet aan de overdaad onder aan- dén preekstoel. De preek wordt stopgezet, aan ’s varkens feestmaal wreedelük een'einde gemaakt, de ordeverstoorder door ’n paar stevige armen opgenomen en onder hevig gespartel én ge gil de kerk uitgedragen en nadat de rust is weergekeerd wordt de dienst voortgezet. - tn Engeland ""“Tri van den innige stre- er met het Hoewel de waste verband hleldèn met oogst in dé scMnvn, Usvann, m ken de feestelijkheden reeds zoodra c_ oogsten zelf een aanvang gemaakt werd. Zoo was het in Zuld-Engeland de gewoonte, dat het landvolk zich uit zijn midden een z.g. .heer" koos. Deze leidde den heelen oogst en aan hem waren allen gehoorzaamheid en eer bied verschuldigd. HU regelde het loon voor al hun werk en hü was ook de eerste die zijn sik kel in het gouden graan zette. Ongehoorzaam heid of oneerbiedigheid jegens dezen heer, vloeken en leugens werden met een geldboete gestraft, die van te voren al bepaald werd en die natuurlUk varieerde al naar de grootte van het vergrUP. •h reden was iltteeren. Zjj zocht eenige oogenblikken of er niet een groep was, waarbü zij zich zou kunnen aan sluiten, maar zü kende niemand en otn niet doelloos rond te slenteren, ging zU op een bank zitten, die onder eenlge struiken stond. Het was er donker als in de Baignoire der Opera, maar zU had toch het uitzicht op het riviertje, waar de bootjes, gepavolseerd en van fluweelen en satijnen kussens voorsten, een aar dig effect maakten. TerwUl daar zat te mUmeren, hoorde zU stammen achter haar. Er stond een bank met den rug tegen haar zitplaats; daar hadden Rigal en een vriend van hem plaats genomen. ZU herkende den jongen schrijver Paul Berzzant, mededinger met haar man voor den prijs van ,La Vie Intense.” ^O." zet hU. „ik over, hU n alle havens langs de kust van Sjanghai tot Bombay stond bootsman Jim Kingsby bekend als de grootste leugenaar onder de zeelui, en dat alleen reeds te een ongewone prestatie. De eenige maal, dat hu werkelijk utet loog. was. toen hU Molly Perkins vroeg sUn vrouw te worden zn erbU voegde, dat hU in staat was genoeg geld te verdienen aas oen zaak te openen in zuidvruchten, wanneer hU haar meenam naar zUn geboortestad South- ampton. Doch Molly waa niet alleen een der knapste meisjes uit de Engelsche kolonie te Sjanghai. zU was ook heel verstandig. Dus aside zU Jim. dat zU niets tegen «Un plannen had. maar bet op prijs zou stellen dat hU eerst het geld ver diende, vóór zü naar Southampton souden gaan. Hiermede waren de voornemens voor on bepaalden tüd uitgesteld en Jim Kingsby liep nog zwaar piekerend langs de havenkade, teen hü BiU Sande/s vrijwel tegen het Ujf liep. ..Kun je niet ultküken?” gromde Jim ter begroeting. .Rou je stil, ik zocht js.’ kondigde Bill aan. ,4k heb een goeden bootsman noodig, om een last copra op te halen.” i „Dan kun je mü krügen, als je beboorlük betaalt," antwoordde Jim. „Accoordsloot BUI de overeenkomst af, en su charterden een schip met bemanning en haalden den last copra. TerwUl het hout werd Ingeladen, slenterden de twee maats langs de keilge kust van bet eiland. Plotseling bleef Bill Sanders staan; op den grond tusschen de ronde kelen zag hü e«n halsketting liggen. BUI raapte ae op; *twas een parelsnoer, doch slechts sen aardige snuisterü. zooals men overal koopt voor weinig geld en Bill begon een zwaai met zün arm. cm het ding in zee te keilen. 1 ..Stop, maat, niet te haastig." hield Jim Kingsby heijk op dat moment tegen. .Daar schiet me iets te binnen. Die dingen lüken niet al te slecht als imitatie „Juist, maar niets waard,” zei Bill Perkins. „Geef mü ze," besloot Jim,, je zult sr meer van hooren." Drie dagen waren ze alweer te Sjanghai te rug als Jim bü de kade BUI Sanders aanhield op een snikheeten middag: ..Kom vanavond naar Charley’s Bar,” noo digde hü uit, „ik heb wat met je te bespreken. Misschien beteekent het een schitterende toe komst voor je.” BUI Sanders keek hem aan en berekende bü zich zelf hoeveel kroegen hü zou moeten af- loopen, vóór hij Jim zou gevonden hebben, doch hü besloot te komen. 's Avonds bezorgde Jim hem een geweldige verrassing. Bill was zonder reden eerst Charley’S Bar getogen en daar wachtel Jim Kingsby. „Ken je de eilanden een honderd mijl hier vandaan?" informeerde Jim. „Een paar» antwoordde BUI, „de meests zün zün zoo groot als een vlot en onbewoond." .Juist, van die soort heb ik er één geclaimd." grinnikte Jim met den trots van een groot- srondbezitter. „Dan ben je gek geworden,” constateerde BiU Sanders. JEindelUk,” antwoordde Jim, „dus doe Je niet mee." „Wat wou je eigenlijk?” begon BUI echter te informeeren, want Jim had nooit plannen, die niet eenlge winst opleverden. „JU huurt een schuit voor twee man en dan gaan we een* een paar dagen vacantle houden op mUn eiland,’’ grijnsde Jim. gen heen. Ook de kinderen, die al vaak bü het drukke werk behulpzaam moesten zün. deelden in de feestvreugde. Hun belooning bestond in een flink stuk krentenkoek. In verschUlende streken werd uit de vrouwen en meisjes, die in dezen drukken tüd aan den arbeid hadden deelgenomen een oogstkonlngln gekozen, meestal „the Jfalden” genoemd. ZU werd met bloemen gekroond en troonde boven op de schoven, getooid in vroolük feestgewaad, opgesierd met fleurige linten. Deze blüe groep kon echter meestal wel reke nen op een plotselingen overval. Verdekt op gesteld achter boomen of heg stonden enkele dorpelingen klaar, gewapend met emmers wa ter om, zoodra deze laatste wagen voorbU trok, onverwachts het gezelschap met het frissche vocht te besproeien. Onder gejoel en geschater schudde men het water van zich af en nadat de belagers op de vlucht waren gejaagd, werd de optocht voortgezet. In Noord-Engeland was het ds gewoonte on der de maaiers op den laatsten dag een wed strijd te houden In het maaien. Ieder nam daar- bü dan een even groot gedeelte van het veld voor zün rekening. Men liet echter enkele hal men staan. Deze werden afgesneden door hqj meisje, dat men tot koningin van den oogst had uitverkoren. Van dit bosje halmen werd weer een pop gemaakt, die, opgesmukt en op getuigd, voor de rest van het jaar in het huis van den boer prijkte. In verschUlende gedeelten van het land, oju in Devonshire, mikten de maaiers zelf om beur ten met hun sikkels op dit laatste bosje. Hü. wien het op deze manier gelukte de halmen *.e vellen, riep dan uit: ,Jk heb haar, ik heb haar, ik heb haart", waarop zün makkers in koor vroegen: „Wat heb Je?" „Een merrie, een merrie!" was het antwoord. „Wat zullen we met haar doen?" .Jfaar boer N. brengen.” HlerbU noemde hü dan den naam van een boer uit den omtrek, die nog niet klaar was met oogsten. Het bosje halmen werd dan inderdaad naar boer N gebracht. De boer, die zün oogst het laatst van allen inhaalde, bewaarde de hem op deze wijze toegezonden halmen tot het volgend jaar. Hoe dit eigenaardige gebruik precies ontstond, weet men niet. Sommigen meenen, dat het nog een overblüfsel was uit den tüd, toen het land open en bloot lag en vaak groote schade aan gericht werd door wUde dieren, vooral paarden. De dag, waarop men dus den oogst veilig en wel in de schuren verzameld had, was daarom éen dag van groote vreugde en dankbaarheid en als waarschuwing ging dan het laatste bosje koren aren naar een laten oogsten Was al het gewas biribengahaald, dan werd er ’s avonds op de hofstede een feestmaaltüd gehouden, waaraan ook de boer en zün familie deelnamen. Groote bonken vleesch maakten de hoofdschotels uit en steeds werden de bierkroe zen bügevuld. Onder het feest gaf de voorman van de maaiers een teeken, waarop een van hen met forsche stem een lied aanhief, waarin hü zün meester namens al het landvolk veel heil en voorspoed toewenschte voor het komende jaar en hem bedankte voor de weldaden <van het oogstmaal Daarna ging de voorman zelf langs met een schaal en zamelde geld In ter voortzetting van het feest in de dorpsherberg. Al deze gebruiken waren tot in het begin van de vorige eeuw in Engeland nog vrü algemeen, doch maakten allengs plaats voor een meer pa rochiale viering van het oogstfeest. Ieder legde zün gaven in brood, vruchten of groenten in de kerk voor het altaar neer. Na afloop van den plechtigen dienst werd alles onder de armen uitgedeeld. Tegenwoordig zendt men de groote aeden, die de parochianen op den Zon dag van het oogstfeest vaak büesnbrengen. schap in optima forma. Avond» na sluitings uur werd in de kamer achter den winkel van Johan Wilson stevig ingestudeerd' en gerepe teerd en in West-Friesland, en trouwens ook elders in het land, hadden „De Wilsons” een goedklinkenden naam. We hebben ze van nabü meegemaakt in de laatste Jaren van den oorlog en in den direct na-oorlogschen tüd. Dat waren ouderwetsche tooneelspelersjaren In diverse plaatsen van West-Friesland werd opgetreden, vaak in primitieve gelegenheden, waren, n nu voor ons de rest efwdchten.” In Sjanghai terug, maakte BUI meermalen de opmerking, dat het toch niet precies eender was, of je in Engeland in een cel mt, of hier in dit Chlneezenland, waarop Jim getrouw de vermaning liet volgen, dat, wan neer aUe mllllon- nalrs werden ge keurd op de manier waarop aan hun geld kwamen, er nog Ei Tien maanden later kwam Jim Kingsby bul ten adem bü BUI Sanders: .jBchlet een beetje op. we moeten vanmiddag drie uur uitvaren.” .Dan heb ik nog tüd,” meende BUI. „Geen minuut, want je moet in gala,” hUgde Jim. i Jn gala?», en BUI’» mood ging open Maan. .We varen een jacht en geen copra-echuit. let dus een beetje op je manieren." BUI Sanders' mond bleef open staan. .Waarheen?” stotterde hü elndelük. .Jtaar Halaklbo." antwoordde Jim. .Waar ter wereld ligt dat?” .Maar kerel, dat te toch mün schreeuwde Jim nijdig. „Dan had je me wel sens eerder dien naam mogen vertellen,” meende BUL .Moe kan ik dat, als ik den naam vanmor gen zelf pas uitgevonden heb? Zorg ervoor, half drie aanwezig te Mjn aan steiger Md.” m zander langer ophouden rende Jim weg. Tben BUI Sanders even half drie in zün °P- gepoetste stuurmans-unlform arriveerde, zag hü een schitterend 500 ton» jaeht, de .Bunbeam". en aan de railing stond Jim Kingsby. in een smeiieioos wie Kapiteins-unuorm en mei een dikke sigaar tusschen de Oppen, in druk ge sprek met een paar Amerikanen. Met «en kalmte, of hü zün leven lang üesag- voerder vu geweest, stelde Jim zün vriend voor en nam bet commando van bet jacht Uü wmrt en houdtmotMl; ik reet,” beet Jim zün maat nog toe en daarmee was de zaak tusschen hen geregeld. Intusschen gaf Jim aan zün Amerikanen ultgebrekte büzonderbeden over de scheeps ramp. waarbü hü en BUI Sanders als eenigst overblüvenden waren terecht gekomen op zün geclaimd eiland Halaklbo en hoe °P wn middag, om zich te voeden, oesters vingen en ongekend groote parels hadden gevonden. .JSindeiük worden we opgepikt, besloot JUn zün verhaaL „maar Ut heb jnün leven geen grooter en mooier parels gevondsn, We be schikken niet over voldoende geld otn zelf <mse oesterbanken te exploiteeren, anders waren de beeren er niet aan te pas gekomen.” In een kleine baai van hst eiland werd bet anker ultgoworpeu en men ging aan land. De belde Amerikanen, onder leiding van Jtm Kingsby en BUI Sanders, gingen daarop naar de plek, waar Jim's oesterbanken moesten zün en <fe beide zeelui begonnen hun vangst. Wer kelijk, op tedere tten oestetz vond men ér één, waarin een groote parel stak, of iets wat daar op geleek. De Amerikanen hadden niet het minste wantrouwen en ze boden voor rechten .en bezit der „claim” tienduizend dollar». Jim Kingsby bezweek tenslotte voor dit aanbod en vervol gens keerde men direct terug, daar Jim mede deelde. dat de Amerikanen slechts met be hoorlijke instrumenten uitgerust hun vangst konden beginnen. Bill Sanders kreeg zün deel en Jim Kingsby huwde Molly Perkins en opende in Liverpool een pracht v»n een winkel in suidvruchten. Doch dit te niet alles. Wanneer Jim Kingsby de zaak niet onkreukbaar bad behandeld, de Amenkanen deden het evenmin, vond BiU Bandera. Want na eenlgen tüd bleek, dat zü rond het eiland uitgestrekte banken echte pareloesters ontdekt hadden, welke hun-duizen- den en duizenden dollars opbrachten, zonder dat ooit die arme Jim Kingsby en Bill Perkins er nog één cent van kregen nabetaald! f Dat t vaak zeer moeilijk was .haar” met den vereischten eerbied en ontzag aan te spreken, vooral waar ,rij" temidden van „haar” volk deelnam aan allen arbeid, is te begrijpen en al die ongeoorloofde vrijheden werden beboet, wat natuurlijk de hilariteit niet weinig verhoogde. Vooral het binnenbrengen .S3 den laatsten wagen met koren ging met groote vreugde en vroolükheid gepaard. Boven op de kar prükte een bont opgetuigde strooien pop waarschijn lijk nog een overblüfsel van heidensche rijden, toen het beeld van Ceres b(J de oogstfeesten plechtig werd rondgedragen en op de maat van de muziek die voorop ging, sprongen en dansten de maaiers hand in hand om den wa- x-x p het platteland van Engeland gaat het inhalen van den oogst jaarlüks gepaard met feestelükheden, die nog herinneren aan de luisterrijke en uitbundige oogstfeesten van vroegere tüden, waaraan aUen, landvolk en heer, eendrachtig deelnamen en die een nltlny waren van gevoelens van dankbaarheid jegens den Schepper van al dezen overvloed en weelde. Ieder jaar wordt tegenwoordig nog in de t Anglicaansche kerken het oogstfeest gevleid op een der Zondagen in September, soms ook in October. De kerk wordf dan voor deze ge legenheid versierd met korenaren, groenten en vruchten, vooral druiven en meloenen. Ook dit jaar is weer In de City van Londen in het begin van October in de verschillende kerken een plechtige „oogstdtenst” gehouden, waaraan de Lord Mayor van Londen, Sir Percy Vincent en de Sheriffs hebben deelgenomen Kostelük beschrijft Rose KJacaulay, een mo dem Engelsch achrüfster, in een tan haar boeken de viering van dit feest in de parochie van Robert Herrick, predikant-dlchter uit de 17de eeuw, die de gemoedelükheid en de schoon heid van het buitenleven met al zün geneugten en tradltloneele feesten In vroolüke verzen be zong. maar ook in geschikte zalen der West-Friesche dorpen. De verbindlngsmogelükheden met het platte land waren in die dagen uitermate slecht. Als ergens sou worden cpgetreden, werd vroeg in den voormiddag, al naar dat noodig was, de reis aanvaard, van Hoorn uitper diligence, d. w. z per Jan Plelzier, per paard en wagen. Dlkwüte zoo ongeveer drie, vier uur in den mid dag. Dan was men, uitgetekend, om en om zeven uur of iets -teseder op de plaats van bestem ming, waar dan zaal en „tooneel” werden ge ïnspecteerd, voorbereidingen getroffen, enz. Zoo'n tocht ging holderdebolder. TUdens de reis werd, zoo noodig, gerepeteerd of iets nieuws tn bespreking genomen. Maar het ging er altüd vroolük en opgewekt toe. Het was een welge moed saamhoorlg troepje We hebben zoo’n reis met al z*n ongemakken, maar toch ook veel santrekkelüka, menigmaal .als gast”, zü hst niet op de planken, meegemaakt. De schokkende terugtocht, in het holst van den nacht, koud en zooal meer, namen we gaarne op den koop toe. Op zulk een ouderwetsche tooneel-pelgrl- mage hebben we ook Jan Fabricius, den nu vüf en zestigjarige, leeren kennen. Dat zit zoo: Fabricius en de Wilsons waren destüds harte- lük bevriend. (Alle twee de hoofdpersonen Wilson, Johan en Jacques, zün sinds over leden.) Ieder jaar kwam Jan Fabricius uit Den Haag eenige dagen naar Hoorn in hst groote Witaon-gezin, waar we hem ontmoetten en v,n waaruit wü hem ook in eigen kring al- vult een machtig stuk van ons vaderlandsch daar ontvingen. Een der successtukken van ,De Wilsons” in dien tüd was. het is haast vanzelf sprekend. .Dolle Hans". Per Jan Pleizier is er heel West-Friesland mee afgereisd. Juist in den .seizoentüd”, waarin met „Dolle Hans” lauweren werden geoogst, was Jan Fa bricius weer bü de Wilsons gelogeerd en ook op een der ctegen. dat hü er was. het „werk” ging gewoon door, moest in een of ander dorp .Dolle Hans” worden gegeven. Welke plaats het precies was, kunnen we ons niet meer herinneren. Maar was er mooier gelegen heid dan deze om de kans waar te nemen oen ,J. F?' in de diligence mee te nemen en hem als „auteur” én vriend van den troep Dolle Hans” door „De Wilsons” te zien opvoeren? En hü ging mee, per diligence, op oude-tooneel- spelers-manler, en men behoeft Jan Fabricius niet eens van dlchtbü te kennen om te weten, dat hü razend veel schik had niet alleen in het geval als zoodanig, maar ook in zoo’n tournee, die, mocht het anders? was aan- gekondlgd als extra-orcknalre attractie, dat cte „auteur-self” de opvoering zou büwonen. Deze reclame, in het onderhavige geval, lag den auteur eigenlük niet al te best, maar daar zwaaide hü zich tenslotte overheen Wel werd het even anders, toen In de zaal, in het midden van de eerste rijen, voor Jan Fabricius een dilettantenveresnlglng, maar een tooneelgezel- soort- verhoogje was gemaakt,wqgr hü. netjes tusschen het groen, had plaats te nemen op speclalen armzetel. Enfin, hü werd gevierd, zoo als hem wel nooit overkomen was. maar hll lachte zich ook daar joviaal en gemoedelük uit. Dat ,De Wilsons" hun en aün .Dolle Hans” nog rooit en nooit meer met zulk een entrain hebben gespeeld, doet weinig ter zake. Het is ongetwijfeld slechts een heel kleine episode geweest in het variatle-volle leven vah Jan Fabricius. Wü twüfelen er echter geen oogenbllk aan, of hü herinnert het zich, zooals sluwe intrigant en laat zich door geen scru pule» weerhouden.” „HU te bü zün moeder in een goede school geweestl Zü weet hoe zü aan de touwtjes moet trekken om de marionetten naar haar püpen te laten dansen.” ,,Ja, zü alleen is in staat de romans van haar zoon, die zoo diep bedorven zün, te verklaren. Hoe vindt u ze. mijnheer Rigal?” „Zoo, soo....” „Ik houd er heelemaal niet van. Maar als ik zoo iets in het publiek zou zeggen, zouden de menschen denken, dat ik jaloersch ben. Het is nu eenmaal de mode om in verrukking te ge raken over ,,Het Diepe Meer" of De Gescheurde Sluier,” te verzekeren, dat het Iets exquis is, het neusje van den zalm, dat niemand ooit zoo ver de analyse heeft doorgezet van de intiemste emoties. Ik erken, dat er in zün eersten roman „Het Kind met den bleeken Glimlach” mooie dingen voorkomen, maar da volgende boeken lüken daar niet op. Me dunkt zü zün als die boeken over de geneeskunde, die heel precies de verschillende symptomen beschrijven van iedere ziekte, en die aan de onwetenden, die dat lezen den vreeselüken Indruk geven, dat zü aan al die ziektep tegelük lüdende zün. Koevele vrouwen, na die romans gelezen te hebben, meenen, dat zü zün als die Miriam, die Jac queline. tot groot onheil van hun man en de maatschappü!" t' „Om te beginnen met »ün eigen vrouw.... Ik heb medelüden met haar, dat arme vrouwtje: De zee, waarop zü moet varen, te bezaaid met klippen. Tot nu toe hééft s0 ae weten te ont- 'IINMUI ^KNIPOOGEN... zü stapten in hun auto en gingen den weg op naar Soissons: de avondlucht was lauw en de lucht vol sterren. Geen mooier weer kon men bedenken. •.Vooral,” zei Hugo, „moet je lief doen en glimlachenin het bijzonder tegenover Rigal. Hü heeft een elechte crltiek geschreven over •De Gescheurde Sluier." Masson beweert seH». dat sedert de verkoop van het boek verminderd I», maar aotns trekt hü wel eens zUn woorden *n- Tot eiken prijs moet je hem daartoe over halen..,. daarin kun je mü veer nuttig zün.” zü beloofde niets. Zü voelde zich zoo vermoeid en dan di« Rigal mishaarde haar zoozeer. ZU verwonderde er zich over, dat haar man de ernstige redenen niet vatte, die haar afkeer wettigden. Bellefontaine is een van die dwaasheden van rijke edellieden, zooals er in vorige eeuwen zoo- v*>e in Parus waren. Het ’wn een hoefüsar, werd g« tooneel in den r ieuweren tüd door zün schouwstukken, in de beroepstheaters opge voerd. Daarnaast kennen velen hem uit de dilettantenvereeniglngen. Is er onder deze laat ste wel één, die in den loop der Jaren niet .Dolle Hans” ten tooneele bracht? Maar ook tusschen vaktooneelgezelschappen en dilettan- tengroepen In had Fabricius in het geval, dat we gaan vertellen, ten aantrekkelüke plaats. Dat is uit den tüd van nu ongeveer een kwart eeuw geleden. Het herinnert aan oude tooueel- toestanden, toen de troep nog den boer op trok onder de meest oncomfortabele omstandigheden. Een dier laatste episodes heeft zich wel afge speeld in het noorden van Noord-Holland, in West-Friesland, met als centrum het oude Hoorn. Vóór, tüdens en na de oorlogsjaren be stond daar een seml-beroepstooneelgezelschap, •De Wilsons”. Vrüwel de geheel* troep werd gevormd door leden van de Hoomsche familie Wilson. Leiders en hoofdpersonen waren de twee gebroeders Johan en Jacques Wilson, die in het oude stadje van J. P, Coen ieder een sigarenhandel dreven, maar in hart en nieren tooneelspelers waren. Deze eerzame sigaren winkeliers vormden met hun echtgenooten, doch ters en zonen en toegevoegde krachten een too- neelgrcep, ,De Wilsons”. Zoo maar niet een wijken met een waardigheid, die boven haar leeftüd te.” „Och, zü te een Basktechel In dat land hebben ze allen koninklijk bloed in de aderen. Ja ik beklaag haar. Llsérolles zal voor haar niet altüd getnakkelük zün.” „Daarbü. zü kent hem nog niet tot in den frond. Onder voorwendsel van letterkundige büeenkotnsten, gaat hü alleen uit en als hü thuis komt, vertelt bü haar niet, wat hü heeft ultgcvoerd. „Die het aangaat, hooren er pas later iets van Ik ben er zeker van. dat zü ook niet die tchan- delüke geschiedenis kent, die haar man dwong bü Chenard weg te gaan om naar Maasot over te loopen met zün letterkundig bagage.” „Wat voor ’n geschiedenis? Ik heb er niets van gehoord.” T Is waar, toen waart gü «P tournee in Ame rika. Welnu, ziedaar het fait: Onder de manuscripten, die aan Liserolles werden voor gelegd ter beoordeeling. bevond zich aen van dien armen Robert Janel, die sedert in het armenhuis Is gestorven. Liserolles keurde den roman af. maar noteerde het onderwerp en de voornaamste scènes. Toen „Het Diep* Meer" verscheen, herkende mevr. Janel het werk van haar zoon, dat toon, zooals ik meen den titel droeg van: „Tot diep in den afgrond Hier en daar waren er veranderingen in aangebracht en wat betreft de moraal wu het geheel ver- valaeht. Zü wilde reclameeren, den plaglaatplege voor het gerecht dagen, maar zü én baar doch ter waren doodarm. LlasroUaa alqot hun den mond met een bankbiljet van dulnend francs. a v v a fbAMLnkTr1 JO op dit blad «Mn ingevolge de verxekeringsvoorwaarden tegen p 7^0 - levenslange geheele ongeschiktheid tot werken door p 7^10 6611 overal met ’p OEFi Kt llw Im 1*1 O ongevallen verzekerd voor een der volgende uitkeeringan hJhJe verlies van belde armen, belde beenen of belde oogen v*\J* doodelljken afloop asaBV* AANGIFTE MOET, OP STRAFFE VAN VERLIES VAN ALLE RECHTEN, GESCHIEDEN UIT ER LUK DRIE MAAL VIER EN TWINTIG UUR NA HET ONGEVAL

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Noord-Hollandsch Dagblad : ons blad | 1936 | | pagina 5