H
DREIN DRENTEL EN PIET PRIKKEL
Benedictijnsche martelaren
uan (Un dag
en l<Jven. ik ga terug, ik zal mün weekend wel
Ion! thuis uithuilen.”
V O O R B IJ
-,1
DE UREN GAAN
KW
I
PRESTATIES
ZATERDAG 10 OCTOBER 1936
I
a
a
a
a
a
a
'Wiï.--,
a
D
IN HET HUIDIGE
SPANJE
-
SM
Dartelheden
- van Amor I
I
sss
van
c
6
iiiiiiiinrnnn
*'1111111111111111
t
J
A
len tegen
A
37
ft
(Wordt vervote*
A
A
1
UIT HET FRAN8CH VERTAALD
DOOR CHRISTINE KAMP
Met zün tweetjes slenterden ze het villapark in en ontmoet
ten daar een heer, die een reusachtige viool bü zich had. Deze
heer riep Piet Prikkel, en zei: „Zeg eens, vriend, wil JU die
vlooi een* voor me naar het concertgebouw brengen? Hier heb
Je twee kaartjes voor het concert van vanavond.”
Zoo slenterde Plet Prikkel troosteloos den winkel uit en vond
Drein, die nog altyd stond te tellen. „Ik zal Je helpen tellen”,
zei Plet. Maar toen het avond werd en de rr.enschen van de
baggermachine naar huls gingen, was het laatste emmertje
nog altijd niet te voorschijn gekomen.
de
5000
1
I
1
1
I
1
1
I
1
I
I
1
t
t
<1
d
r
L
<1
e
z
s
2
V
C
V
t
1
o
ti
1
8
1
l
I
1
l
1
1
I
I
1
1
1
1
van
van
22sten
dr.
Mo-
had
dt
te doen vergeaellen.
bij verlies van een hand,
een voet of een oog.
Intusschen ging het Plet Prikkel In den winkel niet voor den
vind. Nog dienselfden dag liep hij een groote dame onderste
boven, die woedend opsprong en hem een stevig en klap om zijn
ooren gaf. „Zeg eens, Prikkel", zei de baas tegen hem. „Je
moest maar eens Iets anders zoeken. Ik kan Jou hier niet meer
hebben.”
Beuren, dat zoo broederlijk deze vluchtelingen
opnam, voelen ook wij ons aangespoord om ons
daadwerkelijk solidair te toonen met al wie
vervolging lijdt om wille van ons door zijn on
vergankelijke waarheid zoo heerlijke geloof in
Christus. Zooals onze Bisschoppen ons dezei
dagen weer herinnerden aan dat katholieke
sondarlsme van alle ledematen van Christus
mystieke Lichaam I
Herstelwerken aan
de wegen in Spanje,
die door de voort
durende bombarde
menten teer veel te
lijden hebben gehad
Onze plaat vroeg aan den gulden:
„Vogel, waarheen ie uw vlucht?”
Wie zal daarop 't antwoord geven?
Alles hangt nog.... in de lucht.
Toch is dat zelfs een prestatie.
Die er waarlijk wel mag zijn;
Bn hier past eerbiedig hulde
Aan den president, Colijn.
Want wie anders van onz’ helden
Levert het, zoo koen, too stout,
Dat hij zulk een topzwaar voorwerp
Zóó lang dapper zwevend houdt?
Daarvoor past slechts een erkenning:
Men benoeme, fier en blU,
Den minister tot beschermheer
Van de sport-zweef vliegerij I
Sr
bracht door de regeerlng der Oeneralldad en
begeleid door hun artsen en ziekenoppassers.
De zieken werden in de groote infirmerie
(zlekenafdeeling) van het klooster, die als 'n
model-Inrichting mag beschouwd worden, on
dergebracht, en op de torens van het klooster
zooals ook op de hoogste spitsen van den berg
Roode
het
Aï r A ’Q op rilt blad zijn ingevolge de verzekeringsvoorwaarden tegen I? 7^0 - &U levenslange geheels ongeschiktheid tot werken doorvp 7^*0 bil een ongeval met P 9^0
AI «I «Te O ongr™11611 verzekerd voor een der volgende ultkeeringen MVe" verlies van belde armen, beide beenen of belde oogen VV»“ doodelljken afloop
AANGIFTE MOET, OP STRAFFE VAN VERLIES VAN ALLE RECHTEN, GESCHIEDEN UITERUJK DRIE MAAL VIER EN TWINTIG UUR NA HET ONGEVAL
reneeen niet tot stilstand kwam, moesten
monniken ook daar hun huis prijsgeven,
het land te verlaten.
Abt van Montserrat zelf kon met
het vierde deel van de schaar zijner zonen te
samen, door de hulp van den Itallaanschen
consul-generaal naar Italië vluchten.
„De vluchtelingen boden een deerniswaardl-
gen aanbllk. Van het kloosterkleed natuurlijk
geen spoor. Niet eens een overjas, gedeeltelijk
zonder schoenen, zoo kwamen zU naar Rome
In het Benedictijner college St. Anselmo op
den Aventljn.
De hoogwaardige Abt zelf schrijft den 12den
Augustus van daar:
„Zie, zoo zijn wü verdreven van den Mont
serrat en vertoeven als vluchtelingen op den
Aventljn voor eenlge dagen. Na een verschrik-
keljjken dag moesten wj) ons met weinigen,
tot nu toe rond de dertig, die aan het ongeluk
Als bewaakster van den haard, waar het vuur
niet mag ultdooven, voedt rij haar zoon op,
opdat hü een waardige opvolger van «ün voor
vaderen moge zün. Maar als het kind den
mannelUken leeftijd heeft bereikt, ontmoet hij
een ander ras en ondanks de vermaningen,
den weerstand zijner moeder trouwt hu met
de bultenlandache en verlaat met baar zijn
vaderland om er slechts enkele keeren als
terloops terug te komen. Dominica wil echter
niet aan de wanhoop toegiven, haar groot ge
loof ondersteunt haar. De verloren zoon zal
terugkeeren met zün aoons en voor hen onder
houdt rij het vuur in den baard. Geheel den
dag, nadat rij uit de vroegmU thu.» U geko
men, wjjdt zij zich aan haar nederige werk-
aaamheden; sü geeft leiding aan haar perso
neel, zorgt, dat de grond zoo vruchtbaar, niet
braak blijft liggen, bezeekt de ongelukklgen
en gedraagt zich zoo. dat haar geheeie omge
ving voortgaat den naam te zegenen, dien haar
man haar in bet huwelijk beeft gegeven. Als ken
„elukkig zUr. zij, zij hebben een moeder!”
De voorstelling was ten einde, reeds hoorde
men het geronk van de auto's, die ga'tan naar
Parijs vervoerden. Nu kwam Hugo naar zijn
vrouw en vroeg: ..Ben Je niet vermoeid!"
HU zag er zeer bleek uit en zü btgreep, dat
hU zün aenuMen niet meester kon b'Uven en z.j
antwoordde: ,Jk zou graag dadelUk naar huls
gaan.”
In den auto werd de ongesteldheid van Hugo
steeds erger. Het scheen, dat hu dien avond
onaangenaamheden had ondervonden. Waren
zUn gedichten niet zoo uitbundig toegejuicht
geworden als hü het gewenscht had of was er
iemand, die hem In de vriendschap van de
hertogin trachtte te verdringen?
Toen het echtpaar thuiskwam, viel hU in
zwüm. Margalta wierp haar avondmantel van
de schouders en geknield op het tapUt gaf zU
haar man de inspuiting, die hem tot bewustsUn
moest brengen. Toen hu de oogen opende, bad
zij den moed niet hem te spreken over
Chenard en hem te vragen of die geschiedenis
van bet plagiaat waar was. Zachtjes veegde zü
zUn voorhoofd af, waarop het koude sweet
parelde, maar bet was alsof hU baar gedachten
geraden had. want nog hUgend van benauwd
heid fluisterde hü: .Chenard Is een nare kerel!
Ik beb van avond gehoord, dat hü een be-
spottelUke ceschiedenls rcndver.elt die hU
zelf gefabriceerd heeft. HU beweert, dat ik net
onderwerp van „Het Diepe Meer” gestolen heb
van Robert Janel! Maar de ld:e«n sUn eigen
dom van het algemeen! Het sUn de woorden,
die er de waarde van uitmaken. En de woor-
Hebt u 't nieuws ook reeds vernomen
Dat een aanbod is gedaan
Den minister, om onmidd lijk
In ‘t confectiepak te gaan?
't Lijdt geen twijfel, zoo'n gewiekste
Zou ook slagen in dat vak:
HU verkoopt van T zelfde laken
Aan hitl Nederland een pak!
HU bewijst dat zorg en moeite
Thans zelfs overbodig is,
Daar aanpasten voor zijn klanten
Nu ook niet meer noodig is!
HBRMAN KRAMBR
den, die Janel had gebruikt, waren wel onbe
duidend en die heele roman was een vertel
seltje voor zoete kinderen, dat elndlcde met den
triomf der deu'-d."
Margalta wilde daarop niet ingaan maar
kon zich toch niet weerhouden te zeggen:
„De woorden maken toch niet dc r'hoon beid
van een werk uit. Zooals je self zegt. sUn de
woorden het omhulsel. Het idee, dat is als het
lichaam, dat aan bet kleed de slerlUke plooien
verleent. Waarom zou dat dan niet het eigen
dom zün van dengene, die bet ontwierp?”
HU richtte zich op, woedend om dien weer
stand. „De deugd, dat is Je stokpaardje," riep
hU spottend uit. .Daaiom is hst, dat je b™’
pathiseert met Janel. Hoe sou Je genieten van
,JDe Behoedster van den Haard" den roman,
waarmede de pers zich op bespottelüke wü*
bezig houdt!"
„Inderdaad heeft men vanavond mU daar
over gesproken.”
„Wie?"
,,Onse oude vriend. André Bonnard.”
„En Rlgal, heeft hü Je begroet?”
„Ja....”
„Heb Je met hem gesproken om A»
'bescheurde Sluier?”
„HU begon er het eerst over.”
,Ben je vrtendelUk jegens hem geweest?
„HU was het te..., erg. Ik heb mU tarugga-
houden."
de avond valt, sit sU op baar strooien stoel bU
den haard, laat do kralen'van den rozenkrans
tusschen haar vingers glUden en bidt voor
hen, die haar verlaten hebben. Het lijkt, dat
ik Je beuzelachtige dingen vertel, maar als Je
wist, hoe dat beschreven is...."
„Ja,” fluisterde Margalta, „dat moet wel een
landgenoot van ons zün, die schrUver!”
„Het slot is subliem. De aoon van Dominica
sterft ver van zün moeder en de weduwe haast
zich te hertrouwen. Haar twee zoons uit het
eerste huwelijk sUn haar tot last en zü stuurt
ze naar de grootmoeder. De Jongste Ujkt op sUn
vader, maar de oudste heeft avontuurlijke nei
gingen. Het is een vurig karakter, wiens
hartstochten hem zeker ten gronde zullen
lichten. Dominica put zich uit om de gevaar-
lUke kanten van dat vurig karakter af te
slUpen. Dat is een onophcud.lUks strUd, dis
al baar energie eisebt. Op een ochtend onder
de H. MIs als s|j aan het einde van haar krach
ten is gekomen,, offert sU zich aan God op
voor het heil van haar kleinkind.... Kort
daarna komt er een Jonge kapelaan in de
parochie, hU weet de vriendschap van het kind
te verkrUgen en langzamerhand wordt *Un
karakter anders. Dan komt er een boofastok,
waatin hu aan zUn gro:tmoeder den wensch
te kernen geeft om priester en mlssiongris
te worden: die scène is grootacb van ouaet en
opent heerlijke perspectieven. Als men du ge
lezen heeft, bluft de herinnering er lang van
bU-... Dominica beeft haar taak volbra'-bt. er
blijft baar niets over dan te sterven. D» klok
luiden bU het eindigen van ck. eerste
Dat werd gezegd op een spottenden toon,
waarin iets vUandelUks zich bet voelen. Mar
galta moest den vlijen dcorgang 'Inslaan, de
gefluisterde woorden, die baar komst uitlokte,
de vriendelUke groeten ondergaan van de
twee adeUUke dames, waartusschen sU zich
geplaatst vond, de heeren toelachen, die voor
haar bogen en de teekenen van vrlendschap-
pelUke herkenning bsantwoorden, die haar
van alle kanten werden gebracht.
ZU kon slechts tot kalmte komen, toen het
gordUn opging. Maar zu luisterde niet naar de
verzen, geschreven om den grooten Konlng te
vleien en die dien avond zioh schenen te rich
ten tot de kleine tconeelspeelster, die nu gravin
de Maubemy heette. ZU was met baar ge
dachten ver van het tegenwoordige, ook dacht
zu niet aan het kasteel in Schotland, waar
haar plotseling duideUjk was geworden, wat een
armzalig, zenuwziek weaen haar man was. zU
dacht ook niet aan haar eigen tehuis in het
Baskenland maar ging hocg*r op, naar Dhal-
dla, waar z(j zoo dlkwUls de moeder van Domi
nique gezien had, zich wijdend aan haar
menlgvuldl'e bezigheden of zittend bj den
haard op een eenvoudigen strooien stoel, daar
haar verstorvenheid het te croote gemak van
een fauteuil versmaadde.
ZU was schoon en S'Cht, soms glimlachte
zU maar lachen deed sU nooit. In haar mooie,
donkere oogen lag de melancholie van den
rouw, die pas eindigt met het leven. Als haar
kinderen naast haar s onden, eerbiedig en
teeder, drukte «U soms een kus op hun voor
hoofd en dan had Margalta gedacht: JHoe
plechtige H. Mie door haar kleinzoon opge
dragen. ZU is alleen met een bu i-vrouw.
Optens gaat de deur open en voorafgegaan
door den misdienaar, die d_- schel hanteert,
kuurt hU, voor w'en z'j zich aan Gol heelt
cpreofferd haa: cct leven b.engm dat ncJii
eindigt.... Ik zeg dat alles wel heel gebrekkig,
daarmee doe ik afbreuk aan een werk, <rsarvsn
de minste woorden waarde hebben. Men be
grijpt, Jat die Ourar.la een schrijver h. die
wee* na te denken, die de woorden p.tr uit
sUn stel, uit de diepste bronnen van sUn
weaen.”
„En hoe eindigt het?”
„O, heel eenvoudig I Dominica wendt zich tot
den jongsten kleinzoon, die nu de erfgenaam is
van bet huls. ZU legt hem de hand op het
hoofd, om hem te zegenen. „Wees een echte
Baskièr,” zegt sU- Dan verwarren slch haar
gedacht en sU fluistert: .Jlakel het vuur op,
cpdat bet nle’ gedurende den nacht ultdoove!"
Margalta weende Bonder te letten op het
blanketsel, dat haar wangen bedekte. Het leek
haar, dat heel de wel van haar dierbaar
vaderland besloten was in dat b:ek waarover
haar oude vriend met zooveel geestdrift sprak.
Haar ontroering was zoo groot, dat «J büna
terugdeinsde, toen sU zich bsvend voor het
openluchttheater, waar oen men.gte van
gasten sich verdrong, maar de gravin de
Maubemy had haar gezien en sol: .Mevtouw
Llserolles. er is een plaats voor u gereeervend
tusschen de hertogin en lady Kinross, met wie
u aangename herinneringen aan uw witte
broodsweken kunt ophalen.”
11Teelcen^- De trein stopt zuchtend
Vy stootend aan een klein bergstath
VroolUk en welgemoed springt Hans
Berger op, grUpt in het bagagenet naar zün
rugzak en zwaait dien met een geroutineerden
slag over de schouders, dan neemt hU sU»
bergstok en springt den coupé uit. Met volle
teugen ademt hu de frissche berglucht in en
stapt naar zUn hotel, waar hu een heerlUk
weekend tegemoet gaat.
In het hotel heerscht levendige drukte, doch
Hans ziet onopgemerkt zUn kamer te bereiken
om zich eerst wat te „solgneeren". Voor alles
wasschen en scheren dus. HU grUpt in sUn rug
zak naar sUn spullen. Opeens weifelt zUn hand.
hU voelt iets ongewoons. Iets vreemds. Dan
grUpt hU snel toe en trekt bet voorwerp met
een ruk uit den rugzak. Een Jumper, een gele
wollen dames jumper! Ontsteld ziet Hans Ber
ger het zaehte wollen kleedlngstuk aan, dat
dwaas in zU" hand bengelt. Plotseling werpt
hu het ding op tafel en grijpt opnieuw in den
rugzak. Een doosje verschUnt, dat een aller
aardigst nagel-gamltuur bevat. NUdig grUpt
Hans den grauw-groenen zak en schudt reso
luut den Inhoud op tafel om. Daar verschUnen
alle benoodlgdheden voor een dames-weekend
in dwaze wanorde voor zUn verbaasde oogen.
.AfschuwelUk,” barst Hans uit, „hoe is t
mogelijk, dat ik een verkeerden zak uit den
trein heb kunnen meenemen. In mUn coupé
zat niet eens een dame. Die moet in de vol
gende afdeellng haar rugzak naast den mUnen
gedeponeerd hebben."
Woedené komt Hans Berger tot de conclusie,
dat aan scheren nu niet te denken valt en ook
alle andere noodzakelUke dingen voor een
weekend zUn verdwenen. EindelUk komt hU tot
het besluit: „Dan maar den heelen rommel
doorzoeken of ik een adres kan vinden of een
gegeven om mUn spullen terug te krUgen, want
er moet toch ook iemand anders nu in moei
lijkheden zUn.”
Inderdaad, Hilde Bachstein, VroolUk ont
vangen door een tweetal vriendinnen aan een
zelfde bergstatlon als Hans Berger, was uit
gestapt, ging eveneens een prettig week-end
tegemoet. Met de meisjes holde sU naar boven,
waar zU een groote hotelkamer met elkander
deelden, om zich wat te verfrisschen en op te
maken voor den gezamenlUken maaltUd. Vol
trots verhaalt Hilde haar vriendinnen, wat een
prachtige wollen* jumper ze heeft gekocht om
na de wandeling te dragen als ze gezellig in
het restaurant zullen bUeenzitten. Nieuwsgierig
wachten de meisjes op de verrassing, die Hilde
uit haar rugzak grUpt. Een oogenblik later
staren allen verbijsterd op een heeren-pyama 1
„VreeselUk!” stamelt tenslotte Hilde en met
vrouwelUke zenuwachtigheid grUpt ze opnieuw
in den rugzak. Te voorschUn komt een blikje
conserven.
.AfschuwelUk, wat een hongerlUderl”, klaagt
een der meisjes. Radeloos ziet Hilde op de
voorwerpen neer:
„Ik moet weten van wien die rugzak ia.Ik
moet mUn spullen terug hebben. Wat denkt die
kwast wel! MUn prachtige Jumper, mün foto
toestel!” en onstuimig grijpt zU den grauw-
groenen zak beet en schudt den inhoud op tafel
leeg. Niets vinden de meisjes wat in de verte
kan wijzen op nadere inlichtingen betreffende
den eigenaar.
„Wat een dief!” meent één der meisjes.
JStil wat,” vermaant de ander, .^nlsschlen
zit die eigenaar even verlegen als Hilde met
zoo’n nare verwisseling van eigendommen.”
,,’t Kan me allemaal niets schelen," Jammert
Hilde, „maar zóó zonder tets kan ik hier niet
door de bergen,
stevig stappend
met een bergstok
in de hand, een
goed gevulden
rugzak op.. Ach
ja, die nare rug- I
zak, die al haar
genoegen van dit weekend had bedorven.
PUnlUk kwam ze uit haar droomende ge
dachten terug tot de werkelUkheid en nu be
dacht ze ook opeens, dat ze heelemaal nog niet
gegeten had. De idee alleen al gaf haar honger.
Daar schoot haar te binnen: in den rugzak,
het blikje conserven van den „hongerlijder"!
ZU greep naar den rugzak naast haar op de
bank en maakte, zonder naar haar handen te
zien, met van gewoonte getuigende vingers de
sluiting los. Een snelle greep in den zak, dan
trok zu UUhgz haar band terug:
„Nee maar, dat Is., dat te...." riep Hilde
ontsteld en tegelijk half juichend uit. In haar
hand klemde zU een prachtige gele wollen
Jumper I
„MUn jumper, mün jumper!” lachte ze hard
op, ,jcük eens, mün jumper!"
En opnieuw greep zU in den rugzak.
„Zie eens, mün foto-toestel. mün garnituur,
mün kousen, al mün spullen zün volledig!" En
bü lederen uitroep klinkt haar biUde stem min
stens een terts hoeger.
,Js dat tooverU, of..., of....”
.Jfeen, dame.” klinkt dan Hans Berger’s stem,
„geen tooverU of goochelen, maar een nieuwe
verwisseling, doch thans een heel wat aange
namer geval.”
Hilde hoort nu een leuken, helderen lach.
Hans is zün slechte humeur vergeten en geen
van belden denkt nog aan het mislukte week
end. Zij praten en lachen om hun verontwaar
diging bü de ontdekking van de verwisselde
rugzakken op hun hotelkamers en wat eerst
hopeloos scheen, krijgt nu den blUden vorm
van een humoristisch, dwaas geval. De tüd
vervliegt, de trein boemelt verder van halte
naar halte zonder dat zu er zich thana ook
maar in het minst over ergeren.
Een jaar later, als de lucht en stralende
schoonheid der bergen opnieuw de menschen
uit de steden lokken voor een verfrisschend en
blU weekend, is een verwisseling der rugzakken
van Hans Berger en Hilde Berger van geen
belang meer. Een maand geleden hebben ae
besloten hun. „spullen” liever gelükeluk over
de belde graüwgroene zakken te verdeelen tn
het vervolg.
et te optnerkelük, boe in een zeker ge
deelte ook van onze Nederlandsehe
pers een algeheel stllzwügen wordt be
waard omtrent de gruwelen, dia bedreven zün
en worden tegen de Katholieken in Spanje,
vooral tegen priesters en kloosterlingen. Daar
van te niets te lezen in bedoelde dagbladen, om
maar te zwügen van die, welke openlijk één lün
trekken met de Moscovltlsche misdadigers in
het Spaansche land.
Intusschen vindt men een verslag van oog
getuigen in de jongste aflevering van 't tüd-
schriit „Benediktlnlsche Monatschrllt”, uit
gegeven door de Aartsabdü van Beuron. Toe
stemming tot vertaling van die regels en tot
publicatie ervan in de bladen der V. K. P.
werd ons door de Redactie welwillend ver-
teend. Wellicht is een kleine inleiding tot het
relaas, dat hierna volgt, voor de lezers
nut.
Ook de Benedlctünen in Spanje hebben zich
de onvergeUjkelüke eer verworven, in de hui
dje revolutie martelaren aan de Kerk gele
verd te hebben. Het zün de monniken van de
kloosters van Montserrat en El Pueyo. die
bloedgetuigen van Christus geworden zijn.
El Pueyo is (of liever: was) een conventueele
priorij in Aragonlü. gesticht in 1892. De com
muniteit. die nagenoeg geheel werd uitge
moord. bestond uit 8 paters, 13 fraters en 8
broeders.
Montserrat is de beroemde abdij pp den
berg van dien naam in Catalonlë, niet ver van
Barcelona. Gesticht in 1031, werd zü geweld
dadig opgeheven in 1811, maar wist zich na
derhand weer te herstellen en op te werken tot
een zeer grooten bloei. Een voorbeeldige tucht
heerschte in dit klooster van ruim 180 monni
ken, waarvan 86 paters, 43 fraters en 53 broe
ders. De studies stonden er op erkenffl' hoog
wetenschappelük peil; nog pas enkele maan
den geleden werd een monnik van Montserrat.
Dom Anselmus Albareda, tot prefect van de
Vatlcaansche Bibliotheek benoemd.
Het klooster is in Spanje de groote nationale
bedevaartplaats van O. L. Vr. van Montserrat,
wtear indertüd o.a. ook St. Ignatius het besluit
nam tot het religieuze leven en er zün ridder-
lüke wapenrusting neerlegde op het Maria-
altaar der abdijkerk. En nu? Het Benedlktl-
nlsche Monalschrift van Beuron vertelt in de
kroniek, waarin van het wel en wee der Ben.e-
dlctüner orde aan - de lezers wordt verhaald
J3eze regels werden geschreven op den
^s*vond van den dag. waarop Abt Antonio Mar-
eet van Montserrat met tien van zün jonge
monniken den drempel van ons klooster (Beu-
ron) overschreden heeft. Het te büna ongeloof-
\U)k, dat deze medebroeders onder ons ver-
itoeven. Een uur geleden vertelde de verdre
ven Abt (in het Itallaansch) van, de beest-
j achtige wreedheden in zün zwaar beproefd va-
deriand, maar met stralend oog vertelt hü ook
van de heldhaftige standvastigheid en vreugde
van vele martelaren en van bet biddend geloof
""van het volk, dat zich zün trouw niet ont-
rooven laat."
Zonder eenlg verder commentaar laten wU
het verhaal van de gebeurtenissen te Mont
serrat volgens ooggetuigen thans volgen.
Van een ooggetuige der eerste gebeurtenissen
_ta het volgende bericht afkomstig:
„Gedurende de maanden Juli, Augustus en
September bedraagt in normale tüden het ge
tal pelgrims of bezoekers, die op den Mont-
eerret verblijven, voor het grootste ge
deelte pracnmsrende Katholieken nooit
minder dan tweeduizend.* Tengevolge van de
verontrustende geruchten over een min of meer
onmiddeliük dreigende revolutie bevonden Zich
dit Jaar op den 19en Juli, den dag waarop In
Barcelona de revolutie uitbrak, op den heili
gen berg evenwel -‘et meer dan 450 tot 500
géloovlgen. Ofschoon op den 18en de telefoon
verbindingen verbroken werden, en op Zondag
den 19en slechts de eerste morgentreinen aan
kwamen, heerschte op den Montserrat volko
men nut tot aan den namiddag van den 2 len
Juli. Op dezen namiddag k»um de eerste par
ticuliere auto aan met communisten uit Barce
lona, die zich voor toeristen uitgaven, maar
slechte het eerste onderzoek verrichtten naar
de mogelükbeld van een mogelük gewapend
verzet der bewoners tegen een aanval op
het klooster. Tegelükertüd kwsmen op
windende berichten uit Barcelons over den
brand der kloosters en kerken van Barcelona.
Dientengevolge zond Vader Abt den 22sten
Juli twee jonge artsen, die in het klooster
geestelüke oefeningen hielden, naar Barcelona,
om aan de zelfstandige regeering van Catalonlë
hulp te vragen. Intusschen was de kerk var.
Montserrat alle uren met geloovlgen gevuld
en de vrouwen organiseerden haar uren van
ononderbroken gebed voor het beeld van de
Heilige Maagd (Montserrat is een beroemd
genade-oord der Moeder Gods).
Het was 2 uur In den namiddag, den 22sten.
toen voor de poorten van het klooster de eer
ste groep communisten uit Barcelona ver
scheen, gewapend en met handbommen gereed,
om kerk en klooster in de lucht te doen
springen. Toen de communist, die opdracht
bad de eerste bom te werpen, uit den auto
stapte, ontmoette hü een Jongen kameraad, die
met rijn moeder eenige dagen op den Mont
serrat doorbracht. Dank zfj de vermaning en
het verzoek van moeder en zoon werd de com
munist bang en met de bom in de hand stapte
hü weer in den auto en zei tot zün kamera
den: ,Jk wil en ik kan de bom niet werpen."
Ondertusschen stonden op geringen afstand
ontsnappen konden, ergens vereenigen, om
ons wederkeerig te troosten. Na Maria Hemel
vaart zullen wü uiteengaan" (naar verschillen
de kloosters).
Ondertusschen zün de gebeurtenissen verder
voortgegaan. Men weet thans, dat 30 monni
ken werden doodgeschoten, 21 paters, 7 clerici
en 1 leekenbroeder. Iets meer dan 60 leden van
het convent bevinden zich nog in de macht of
in het gevaar van de roode moordenaarsben-
<no. Het inwendige van de kerk van Mont
serrat en alles, wat ook maar een religieus ka
rakter droeg, werd vernietigd.
Hoe schokkend ook deze berichten zün, hun
gruwzaamheid wordt overstemd door de vreug
de en geestdrift voor het martelaarschap,
waarvan onze vluchtelingen vertellen. Het is
iets ongehoord groots, dat de Kerk ook in onze
dagen martelaarsakten schrüven kan, zooals ze
ten tüde van Tertullianus geschreven werden.
Ons tijdschrift zal daarvan eerlang bijzon
derheden brengen. Beuron verheugt zich, aan
eenlge der monniken van Montserrat, met wie
het in trouwe vriendschap verbonden is, een
onderdak te verleenen. Ja het rekent zich tot
een eer, zulke^medebroeders te herbergen, die
voor hun geaiql geleden hebben en reeds zoo
dicht bü het? martelaarschap stonden. Van de
kleine communiteit van het Benedlctünenkloos-
ter El Puyo in Aragonlé luidt het even ont
zettende als korte bericht: het klooster ver
woest en alle leden (ongeveer 25) gedood. Hun
aandenken evenwel straalt in het licht van het
bloedgetulgenisschap voor Christus.
Tot zoover het artikel in liet „Benediktlnlsche
Monatschrift”. Er behoeft wel niets aan toege
voegd te worden. Het /spreekt voor zich. Uit
particuliere corresponctebtie zün wü echter in
staat hier een korte aanvulling aan toe te voe
gen betreffende het lot van enkele andere
Benedlctünerkloosters in Spanje.
De abt der AbdU van Silos (plm. 60 KM
van Burgos verwijderd) schreef dezer dagen,
dat er zich geen enkel incident had voorge
daan; het conventsleven was in niets onder
broken of gehinderd. En wat de van Sllos af
hankelijke prioraten betreft: de monniken van
Estibaliz, dat in bet Noorden ligt in het Bas
kenland, zün op het oogenblik in Sllos zelf, ter-
wül men tonaal niets weet van hetgeen den
monniken van Madrid overkomen is. Ook u
het lot onbekend van den novioenmeester, die
afwezig was en niet meer tijdig thuis kon ko
men. Hetzelfde is den Abt van Belloc (In Zuld-
Franknjk) overkomen, die in Juli juist in
Spanje vertoefde. Van een andere Benedictijner-
priorij heeft men bericht ontvangen, dat de
geheeie communiteit te uitgemoord.
WU voelen ons gesticht door den heldenmoed
van deze BenedictUner monniken, die met blü-
moedlgheld voor Christus streden en nog UJden.
Van hen kan gezegd aarden, wat geschreven
staat van de apostelen: „dat zü heengingen uit
den Hoogen Raad, verheugd, dat ze waardig
waren bevonden, versmading te lüden voor den
naam van Jezus”. En door het voorbeeld van
Hoe de vriendinnen ook troosten en bereid
zün van haar bezit te leenen, Hilde is onver-
zettelük: „Neen, dat kan ik niet aannemen
Jelui hebt zelf maar het strikt noodige voor
Je weekend meegenomen, daar kan ik ook niet
mee geholpen worden. Een volgende maal beter
nu ga ik weg en liefst maar meteen, want voor
mu te alle pret er al voorgoed af en ik verjaag
Jelui goede stemming anders ook nog.
Twee vriendinnen deden Hilde uitgeleide en
toen ze plaats nam in een hoekje van een
leëgen coupé, had ze graag eigenlük wel eens
echt willen uithuilen. Twee halten verder werd
de coupé-deur met geweld opengerukt....
Nüdlg stapte een flinke, krachtige Jongeman
binnen, die zün rugzak op de bank smeet an
venolgens zichzelf daarnaast Het vallen.
Het geval leidde Hilde af van haar sombere
vooruitzichten. „Hoe was 't mogelük.” bedacht
ze. „zoo’n leuke Jongen met zoo’n prettige ge-
rulnde tint en zulke leuke lachende oogen Ver
wonderd vroeg se zich af, hoe iemand zoo
nüdlg kon doen, als hü een heerlük weekend
tegemoet ging. Voor haar was het iets anders
als zü nu eens nüdlg deed! Ze zou het heerlük
gevonden heben als ae, büvoorbeeld met zoo'n
aardlgen kameraad of een broer, als ae dien
maar had gehad, lange tochten te ondernemen
ittsmmsmtntttittuiiimstifmtmnmttHi
aan de tegenovergestelde züde van het kloos
ter diie andere auto's met bolsjewisten uit
Barcelona, die op de ontploffing der eerste
bom Wachtten, om kerk en klooster aan te
vallen. Op denzelfden tüd kwam uit Barcelona
de afgevaardigde dr. Solé y Pla aan, die door
de regeerlng der „Generalldad" (de zelfstandi
ge regeerlng van Catalonlë) gestuurd was, om
het klooster te'redden. De afgevaardigde, be-
hoorend tot de. linkerpartü. maar geen com
munist. speelde het klaar, de bolsjewisten te
overreden, zoodat zü van hun plan afzagen en
naar Barcelona terugkeerden. Dr. Solé y Pla
rprak onmiddeliük daarop met Vader Abt af en
binnen twee uren hadden de monniken in bur
gerlijke kleeding het klooster verlaten: de kerk
werd voor het publiek gesloten en alle gebou
wen werden van een opschrift voorzien, dat te
kennen gaf, dat het klooster door de Genera-
lidad van Catalonlë in beslag genomen was.
Nadat eenmaal de militairen en nationalis
ten van Barcelona op Zondag 19 Juli verslagen
en de bolsjewisten meester der straat gewor
den waren, begonnen deze reeds op den avond
van den ISden met het verbranden van de
kloosters en kerken van Barcelona. Spoedig
volgden de dorpen dit voorbeeld, zoodat zU
eveneens de kerken in brand staken en de voor
name huizen, waarvan ae bewoners practisee-
rende Katholieken waren, plunderden. In leder
dorp had zich een revolutle-comlté gevormd,
datr zich van de macht meester maakte.
Het meest nabü gelegen dorp bü Montserrat
te Monlstrol en het was bekend, dat een deel
der InwtSners zich sedert eenige Jaren door
vijandschap en haat tegen Montserrat, tegen
de goederen en het bezit van het klooster on
derscheidde. Ofschoon de afgevaardigde
Solé y Pla aan het revolutiecomlté van
nistrol het uitdrukkelüke bevel gegeven
den Abt op denzelfden Woensdag door
politie naar Barcelona
bleek dit niet mogelük wegens het verzet der
radicalen van Monlstrol. Zü dorstten er naar,
zich met het bloed van den Abt en het leven
mijner monniken te wreken.
De benarde positie van den Abt. van zün
monniken en van alle bewoners van Montsei-
rat gedurende den 23sten Juli is niet te be-
schrüven. Vader Abt was besloten, zün leven
te geven, om dat van zün monniken te redden
Met martelaarsmoed was hü bereid, zich aan de
moordenaars over te leveren, opdat zü met zün
bloed hun dorst naar wraak op het leven der
monniken zouden lesschen. Doch dat was geen
oplossing; met den herder aouden ook de scha
pen vallen. Nu gebeurde bet, dat het een goed
vriend van het klooster gelukte, enkelen der
leiders van het comité van Monlstrol van het
onmenscheiüke en misdadige van zulk een
aanslag te overtuigen, die zich' ten slotte te
gen het dorp zelf zou kunnen keeren. Einde
lijk kon Vader Abt op den avond van dten-
zelfden 23stcn Juli Monserrot in „hoedanig
heid van gevangene" verlaten, begeleid door
zün broer. Pater Adeodatus. Hü werd naar de
regeering van Catalonlë gevoerd.
Den 24sten Juli begon de uittocht der mon
niken en der zomergasten. ZU werden in af-
zonderlüke auto’s naar Barcelona gevoerd,
bewaakt door de politie der autonome regee
rlng en door de bewapende vertegenwoordigers
van het revolutle-comlté van Monlstrol. Om
de verhitte gemoederen van zoo vele commu
nisten van Barcelona en van de dorpen tn de
buurt van den Montserrat tot bedaren te
brengen, die nog steeds vasthielden aan hun
plan cm het klooster en de kerk te verwoesten,
rond de Oeneralldad, van den nieuwen etech
op de hoogte gebracht, twtee van haar meest
op den voorgrond tredende vertegenwoordigers
naar Montserrat. Het waren de reeds genoem
de dr. Solé y Pla en een andere afgevaardigde
nu minister J. Puig y Ferrates. De
laatste onderhandelde volgens de ontvangen
orders met eenlge van de paters en vrienden
van het klooster, die nog aanwezig waren, en
maakte een nauwkeurig verslag van den toe
stand van kerk en klooster. Ter zelfder tüd
het was reeds nacht, kwam in Montserrat "n
eerste zending tuberculose-lüders uit een der
ziekenhuizen van Barcelona aan, officieel ge
verschenen weldra de vlaggen van het
Kruis. Door deze tactiek gelukte bet,
klooster Montserrat met de ontelbare kunst
schatten die het bergt, onbeschadigd te be
houden.
OngelukklgerwUze kon niet het leven
alle monniken gered worden. Tengevolge
den angst en de verschrikking Van den
Juli waren eenige van hen verdwenen, terwü!
zU in het bergland vluchtten. Velen van hen
konden den 24sten weer terugkomen, om dan
met de overigen In den loop van den 24sten
en 25sten naar Barcelona, Tarragona, Gerona
en naar de respectlevehjke dorpen gebracht te
worden. Drie van hen werden door de com
munisten gegrepen, die rich op den heiligen
berg zelf met hun bloed verzadigden. Vele
andere bleven In Barcelona als gevangenen, 'V
eenige werkdadlge wapen, dat aan de regeerlng
van het door de Bolsjewisten overstroomde Ca-
talonië nog bleef, om het leven der klooster
lingen zoowel als dat van de politici en aan
hangers der rechtsche partijen te redden. Even
wel hebben wü reden aan te nemen, dat nog
meer slachtoffers gevallen zün, hetzü in Bar
celona zelf, hetzü in andere plaatsen'tan Ca
talonlë."
Tot zoover gaat het bericht. Dat net met de
aan het slot uitgesproken vrees helaas gelüK
heeft, vernemen wü uit een brief van een Pa
ter van Montserrat uit Andorra, waar de abdü
een college bezit. Hü schrijft onder dagteeke-
nlng van den 3en September:
„VUftien van onze paters en broeders zün
reeds doodgeschoten. Eenigen verblüven nog in
de gevangenis te Barcelona."
Daar de communistische vloedgolf voor
bergdalen der kleine, slechts ongeveer
inwoners tellende boeren-republiek in de Py-
de
om
De hoogvaardige Heer
ongeveer