wbfiaal van den tag
DREIN DRENTEL EN PIET PRIKKEL
LUX TOILET ZEEP
7-
F 250.-
F 750.-
BLOOKER'S
CACAO
„In Nederland gaat ieder per fiets”
MEENING VAN ORTEGA
Y GASSET
1
Wie doodde
i Marco Graffi?
Half elf -
Blookertijd
H®
*1
DINSDAG 1 DECEMBER 1936
7
7 Li
I
MBL;
Goedkoopte geeft den
doorslag
Naast de bekende bussen, thans
ook verkrijgb. Blooker's Cacao
in cartons van 1 ons ad 15 ct.
ZJLAL
^l^erras QZu» kennissen
mei een welkom. feestgeschenk
k Geef de sierlijke feestverpekking van Lux Toilet
B Zeep met waardevolle inhoudl 4 stukken
W toiletzeep van erkende kwaliteit voor slechts
y 50 ets. en dan nog een keurig shantung zak-
W doekje er bij cadeauI Maak een lijst van de
5 kennissen, die U hiermede wilt verrassen.
A HET ONGEVAL
\Het gouden
medaillon
AANGIFTE MOET, OP STRAFFE VAN VERLIES VAN ALLE RECHTEN, GESCHIEDEN QITERUJK DRIE MAAL VIER EN TWINTIG UUi
6S
4
tn ns-min
'C
[15]
I
i
38
genoeg
niets
bent.
hier."
:theid tot werken door
>lde beenen ot belde oogen
Daar binnen waren net eenige Vuurlanden aan X beraad
slagen, wat ze Plet en Drein zouden doen, als hun kameraad
straks met hen terugkwam. Ze keken echter raar op hun neus,
toen opeens een kist door het plafond kwam ploffen.
De kist maakte een paar flinke buitelingen en de Vuurlander
kon nog net zien, dat hy precies op zijn eigen hutje terecht
zou komen. Die was dus om zoo te zeggen uit en thuis. Als X
dak maar niet teveel beschadigt, jammerde de stakker.
lachte
kennen.
„Toch
te komen: het
w, van wie hy
gebruik vzlch
ike, waartoe
sneer er geen
beperktheid
„O Lewis, vlug! Maar X kan niet.,..** riep
s’n vrouw.
Mijnheer Shinton trok het portretje er uit
en bracht vervolgens een stijf opgevouwen bank
biljet van 1000 pond te voorschijn.
„XIs er.,., we hebben het terug,” zei hjj
met heesche stem. .Maar ik begrijp er niets
van.... waar is het geweest en hoe komt het
weer hier? Nu vrouw, het blijft geen oogenblik
langer in huis. Ik ga er direct mee naar de
bank.”
‘'■’J
„He/ gebruik van fietsen i» be
paald een misbruik, it iet»
te gennatuurlyks
bij verlies van een hand,
een voet ot een oog.
bjj een onge1
doodelljken
heb, dat Slgnor Grafff me mee naar
slaapkamer genomen heeft, om me een
mooi schilder^, dat daar hing, te laten
alleen een kwestie van gewoonte, het gaat niet
alleen om twee gedragingen, een, waaraan we
gewend zijn, bU toeval, en een andere onwen
nige, die ons alleen daardoor stoort. Wanneer
we onze bevreemding analyseeren, zien we, dat
ze gevoed wordt door geenszins accidenteele
oorzaken. Dat bejaarde en gezette personen zich
voortdurend per fiets In het verkeer van een
groote stad bewegen, Is botweg gevaarlijk, Is
ongemotiveerd vermoeiend en is betreurenswaar-
dig onaesthetlsch. De ranke lijn van de flets
verdraagt niet zonder dat de aesthetlca er on
der lijdt, het gewicht en den last van een vijf
tigjarige dikke dame of van een bierbulklg ma-
j- ewls Shinton verdiende een vry goed sa-
I laris, dat echter amper in de behoeften
van hem en z’n vrouw vóórzag. HU was
dus heel bil), toen een oud-tante hem 1000
pond in den vorm van één bankbiljet naliet.
„Duizend pond in één biljet!" zei s’n vrouw,
..pas maar goed op, Lewis!”
Dit werd In een autobus gezegd en ofschoon
mevrouw Shinton op gedempten toon sprak,
zoo had Sam Apps het toch gehoord. Die Sam
Apps was nu juist geen dief van beroep, maar
nam toch s’n kans waar, als hij onbemerkt
iets in de wacht kon sleepen. Sam bleef zitten
HU haalde, onbekend, wat de kerel van hem
wilde, de wenkbrauwen op, waarop de man
hem nog vertrouweiyker begon toe te lachen.
En zyn vuile wysvinger wees naar den versle
ten rand van zUn smerlgen hoed.
.Morgen, baas. U hebt mij gisteren dat aar
digheidje gegeven ben u zeer verplicht, baas.
En zeg. baas, als u soms nog iets van die
dame zou willen weten, die daar gisteren In die
taxi wegreed, dan kan ik u wel vertellen, waar
ze vandaan komt, want ik heb haar terug zien
komen, en toen heb ik er op gelet, waar ze
naar toe ging, ziet u!”
Graye bleef nijdig staan. HU keek den man
aan maar die begreep hem verkeerd.
„U hoeft me niets meer te geven, mynheer,”
haastte hy zich te zeggen. „Dat was gisteren
avond meer dan genoeg. Ik zal het u voor niks
vertellen. Om half elf is ze teruggekomen, die
dame met dien zwarten sluier, en daar ginds
op den hoek bleef ze staan, en toen ging ze
daar die achterdeur van Wargrave-huls bin
nen. Ik dacht, dat u dat misschien graag zou
willen weten.”
Graye dacht na. Op slot van rekening had
hu dien man eerst Iets gevraagd. Het was den
vent niet kwalyk te nemen, dat hy dacht, dat
hü er iets mee voor had. HU bleef staan en
keek, leunend op zyn parapluien den man eens
aan.
„Kük eens hier, man,” zei hfj.„Ik vroeg je
dat gisteren, omdat ik dacht, dat de dame, die
toen weggereden was, een kennis van me was,
en omdat ik wilde weten, waar ze naar toe
ging, daar ik haar nog moest spreken. Maar
sU om niet verpletterd te worden. Toch had hjj
een geduchten stoot tegen den schouder ge
kregen. Z’n schouder moest verbonden worden
en hu leed veel pün.
Nauwelijks was het schip weer In Londen
aangekomen, of Sam begaf zich direct op weg
naar mevrouw Shinton. Het gouden medaillon
brandde in z’n zak. HU moest en zou het kwüt
Maar hy moest ook voorzichtig wezen. HIJ
had een pakje van het gestolen kleinood ge
maakt en bleef bUna een kwartier om Xhuis
scharrelen, om zich te vergewissen dat dezelfde
menschen er nog in woonden. HU had zeker
heid, toen hy mevrouw Shinton voor X raam
zag. HU belde aan. de vrouw deed zelf open en
hU overhandigde het sieraad aan de eigenares.
„Wilt1 u dit aan uw man geven, mevrouw?"
verzocht hy, want als ze Xopen deed, voer hU
weg was, liep X nog mis.
Op weg naar huis haalde hy voor X eerst
sinds dagen vry adem. HU had een gevoel alsof
een looden last van hem afgewenteld was.
zich zelf staand wezen, doch enkel indirect, in
zoover dit bestaan samenvalt met een economi
sche relatie en haar gevolgen politieke, we
tenschappelijke, enz. en niet tegenover elkaar,
onbelemmerd, als mensch tegenover mensch?
Ik weet niet of dit zoo Is. Maar omdat ik
het niet weet, vraag Ik het, en maak Ik er een
kwestie van. Vast staat Inmiddels, dat het niet
onverschillig Is, of men een wel of niet buiten
sporig gebruik maakt van de fiets, om over de
groote verkeerswegen te circuleeren. Onder de
vele gevaren, die men daarby loopt, is er een,
den toerist den weg te wyzen naar bepaalde
diepe geheimen, die in de Hollandsche ziel
doorwerken. Ik heb er niets tegen in te brengen,
wanneer gU de fiets gebruikt, omdat het een
goedkoop middel van vervoer is. Maar wanneer
gU zulks doet, weest dan niet verrast, dat ik
dat observeer en daarmede ook andere gehei
men door dit feit geopenbaard. Ofschoon er
ons nog genoeg te zeggen overbluft over de
fietsen in Nederland.
Twee Vuurlanders vluchtten ylings heen en de derde met
den hoed bleef alleen staan. De kist spatte uit elkaar en de
Vuurlander met den kattestaart kwam te voorschyn. Deze zei
in het Vuurlandsch allerlei dingen, waaraan je duidelUk. kon
merken, dat hy geen goede opvoeding had genoten.
ivaf met
afloop
Deze jonge dame draagt een gebloemde jurk die eigenlijk niet gebloemd is!
Waarmee de stof dan wel bedrukt werd? Bij nadere beschouwing herkent men
het terstond: met motieven uit de wapens van onze Prinses en onzen
aanstaanden Prins-Gemaal. Vindingrijke stoffen-ontwerpers vonden in het
vorstelijk huwelijk blijkbaar een welkome aanleiding tot het bedenken van
deze patronen, die zoowel flatteus als oorspronkelijk zijn. Zij lieten zich daarbij
inspireeren door het Engelsche voorbeeldde „kronings"-stoffen bedrukt met de
merkwaardigste motieven (van de Britsche koloniën af tot het hoofd- des
Konings toe) zijn bij onze buren over zee de mode van den dag
.Met zou natuuriyk geen leugen zUn, als ze
de meid gezegd had, dit zoo aan den butler
te vertellen,’’ bedacht hy. ,4e mag zeggen, dat
je niet thuis bent, ook al zit je veilig en wel
vlak achter de deur. En ik ben een ploert om
zoo achterdochtig te zyn maar de hemel
weet, dat het enkel is, omdat ik zoo bezorgd
voor haar ben!”
Hy ging naar zyn club en probeerde al de
gebeurtenissen van dien dag te vergeten, met
het resultaat, dat hU, toen hy op zün kamers
terugkwam, er nog altUd over dacht Hy sliep
slecht, ontbeet haast niet, en besloot vóór den
middag nogeens naar Wargrave House te
Kaan nog eens onder het voorwendsel, naar
standigheden. HU den mensch is elke beslissing
in laatste Instantie lyrisch. Tenslotte doen wU
wat wy doen, omdat we er van houden, dat wil
zeggen, omdat intieme motlveerlngen ons deze
gedragsiyn doen verkiezen. Het is geen excuus
voor den Nederlander voor het onbehooriyke en
tegennatuuriyke gebruik van de flets, dat hy
de schuld schuift op zyn vlak grondgebied.
Neen, de Hollander is verantwoordeiyk voor
het feit.
Op dit punt gekomen gaat er in ons in
tellect plotseling een licht op. dat al eenigen
tyd trachtte inneriyk door te breken, maar dat
wy, zonder te weten waarom, verstikten. Ten
slotte denken we dit: de Hollander weet
het komt er niet op aan in welken graad van
weten dat zyn gebruik van de flets gevaar-
lyk, vermoeiend en on-aesthetisch is, evenals
wy dat weten; maar hy weet ook, dat het het
goedkoopste vervoermiddel is en in afwy king
van ons, verkiest hy goedkoopte boven schoon
heid. boven gemak en boven het vermyden van
gevaar. Uit deze voorkeur komt zyn absolute
verantwoordeiykheid voort.
Deze opmerking zou niet eenvoudiger kunnen
zyn, en toch voelen we het als een plotseling
lichtpunt. En het lykt ons, dat wy hierdoor, als
door een valluik zyn gevallen van een triviaal
en los thema, gelUk dit over de fietsen is. in een
gebied van belangryke vraagstukken met wyde
perspectieven. Het wil ons Inderdaad voorkomen,
dat wy, voor de eerste maal, hier niet raken
aan het een of ander toevallig verschynsel van
X Hollandsche leven, maar aan het elgeniyke
karakter van den Hollander, dat wy een stap
doen in het Interieur van zyn karakter als in
een crypte. Allengs wordt de oorzaak van onze
bevreemding opgehelderd. Deze zou waarlyk ón
mogelijk zyn, wanneer het feit, waardoor ze
werd opgeroepen, dit op zichzelf staande zou zün
dat de menschen fietsen. Maar nu zien wU
met alle duldeiykheid, zonder er een juist be
grip voor te hebben, dat dit feit bestaat uit den
vasten wil, te veel dingen te onderdrukken en
uit een enthousiasme voor spaarzaamheid.
Waarschyniyk lykt onze indruk belacheiyk
voor een goeden Hollander. Want, is het niet
belangrijk, wanneer een practlsch probleem op
de goedkoopst mogeiyke wUze wordt opgelost?
OngetwUfeld zullen wy zeggen de kwestie
op zichzelf is belangryker dan schoonheid of
gemak.
Maar de zaak is hiermee niet afgedaan. Onze
dialectiek, eenmaal op dreef, vervolgt haar weg
en denkt: Ziet deze respectabele mensch, die
met zUn lange jas en zyn komiek air van
grooten ernst, rechtop en plechtig zich inspant
op zyn pedalen, niet, dat hy een belacheiyk
figuur slaat. HU ziet het niet, omdat de preoc
cupatie, om geld te besparen, hem belet, zich
edelmoedig te verplaatsen op het standpunt van
den evenmensch, die hem aanschouwt. Wan
neer hy dit wel deed, kon hy zichzelf zien als
een object, als een schouwspel, en evenzeer iets
pUniyks voor zyn naaste. Waarom deze ergernis
niet ontweken? Waarom uit zichzelf niet een
beetje feest voor de oogen gemaakt voor den
evenmensch? Is dit ook geen humane plicht?
Of weet de Hollander, dat die evenmensch
evenmin op hem let, omdat hy evenzeer te veel
gepreoccupeerd is door den economischen kant
der dingen? dat wil zeggen, dat de eene Hol
lander niet voor den ander bestaat als een op
na voorzichtig, totdat ze aan hun woning ge
komen warén.
Wat zou hy doen? Brutaal naar binnen gaan
en X geld opeischen? Geen denken aan. Zou
hy wachten tot in den nacht en dan Inbreken?
HU had er niet veel zin in. Toch liep hy den
volgenden dag heen en weer in de straat, waar
bet echtpaar Shinton woonde. En zie, X toeval
was hem gunstig.
TerwUl Sam bulten stond en zich afvroeg
hoe hy zich voelen zou met 1000 pond in a'n
zak, zag hy eensklaps mevrouw Shinton met
d’r baby op den arm naar buiten stormen, naar
een paar straten verder. Haar kind had ge
probeerd een knoop in te slikken en was
daarin bUna geslaagd en nu rende z'n moedér
met hem naar den dokter.
Direct trad Sam Apps handelend op. In haar
verbouwereerdheid had mevrouw Shinton de
deur niet achter zich gesloten, zoodat Sam
ongehinderd toegang tot de woning had. Maar
z’n arbeid viel hem niet mee. Eén kamer had
hy al doorgesnuffeld en hU was aan de tweede
begonnen, zonder het bankbiljet van 1000 pond
te vinden. Toen kwam de.angst. De dame kon
direct terug komen en wat dan? Sam bezat
niet den moed van den echten inbreker en
verlangde nu slechts naar buiten te komen, ver
van het gevgnr. Snel stak hy een gouden me-
Lewis Shinton keek met gefronste wenkbrau
wen naar het pakje, dat hy in z'n hand hield.
Nieuwsgierig sneed hy het touwtje door en na
de papieren verwyderd te hebben, vond hy het
gouden medaillon. Mevrouw Shinton keek met
gespannen aandacht toe. Aan beiden ontsnapte
een uitroep van verbazing.
MUheer Shinton opende het kleinood met
bevende handen.
dat u bedoelt, daar nog zün zal; tenminste,
als die opvolger er nog is. Ik weet dat allemaal,
omdat ik Quarendon eens op straat ontmoet
heb, en toen ben ik ergens met hem gaan lun
chen en heeft hy me dat allemaal verteld.”
Graye trachtte zoo min mogelyk belangstel
ling te toonen.
.Het zou me verwonderen, als die man
daar nog woonde,” zei hy. .Het lykt me niet
waarschyniyk nu al dezen tyd. Weet u nog hoe
hy heette?”
„Laat met eens kyken.” antwoordde Wirles
combe nadenkend. .HU heette wacht eens
even ik heb het opgeschreven in een boekje,
waarin ik alles opgeschreven heb, wat op het
geval betrekking heeft. X Moet in deze la lig
gen. Ja. hier is het. En hier is de naam
Slgnor Dl Spada.”
,XÜ Spada,” herhaalde Oraye.
„D-i S-p-a-d-a,” spelde de detective. Xi Ita
liaan. vermoed ik. Ja, dien zult u daar nog
wel vinden, denk ik. Er wonen veel leeraren
in die buurt. Maar de oude Oraffl kon, zoo-
als ik gehoord heb, het werk niet meer af.”
Oraye stond op. Terwyi hy naar de deur
liep, bleef hü schynbaar even naar een paar
platen, die daar aan den muur hingen,
kyken.
,J> uitspraak van die jury is zeker
nog van kracht,” vroeg hy zoo none!
mogelyk.
„O, natuuriyk,” antwoordde Wlrles
„En het arrestatiebevel ook. Ik heb h
„U hebt het hier?" riep Oraye uit
(Wordt i
het was iemand anders. Wie er Wargrave-huls
in of uitgaat kan me niets schelen. Versta je?
Dus voor mU hoef je niet op te letten.”
De man lachte verlegen.
,MU best, baas,” zei hy. „Ik begryp het. Ik
dacht alleen maar, omdat u me dat gisteren
vroeg, en me er iets voor gaf, dat u iets van
Wargrave House wilde weten, ziet u, en omdat
ik nogal eens in deze buurt rondsjouw, allerlei
karweitjes opknap, en zoo, en ik u daar dlk-
wUls genoeg in en uit heb zien gaan, ziet
u....”
Oraye begon het belacheiyke, het dwaze van
de situatie in te zien. En toch was het alweer
schuld. Hy had den man laten
De Spaansche filosoof en cultuurhistoricus
Ortega y Gasset, schrüver van „De Opstand
der Horden”, die onlangs ons land heeft be
zocht, schryft thans geestige indrukken over
Holland in „La Nacioneen te Buenos Aires
verschünend dagblad. Wat hem het meest >s
opgevallen in Holland (en ook met andere be
zoekers van ons land schynt dit het geval) is
het overmatig gebruik dat wy maken van de
fiets.
De andere volkeren van de wereld beschou
wen de fiets als een apparaat bestemd voor spel
en sport. Het ontwikkelt een byzondere snel
heid door eenvoudige middelen, het verelscht
eenige kracht eh tegeiykertUd brengt het ge
bruik gevaar met zich mee. Al deze eigenschap
pen verwVzen de fiets naar het gebied van de
sportieve activiteit en dan naar die, welke jeugd
vereischt. Niettemin wordt het gebruik overal
uitgebreid in dienst van de nuttigheid. De
werkman, die in een afgelegen buitenwyk woont,
gaat en keert van zyn werk per fiets. De be
zorger van bepaalde kleine koopwaren, de be-
stfljongen maten er eveneens gebruik van. Des
te dakMUker onderstreept dit nuttig gebruik,
dat men overdt-waaroeemt, de overheerschende
wetenschap, dat niet dit het juiste doel is
Het opderiynt
gistraat. Dit is niet accidenteel noch gewoon,
maar onverbiddeiyk en essentieel.
Neen, neen. Het gebruik van fietsen in Hol
land is bepaald een misbruik, iets, dat niet be-
hooriyk is, iets tegennatuuriyke. Maar alles
binnen het menschelük gebied, zelfs het ergste,
kan gecompenseerd worden. En dese compen
satie, deze verklaring voor het misbruik van de
fiets is het, die de reiziger vraagt, en daarop
is hem dit voor den Hollander zoo simpele, zoo
vulgaire en zoo dageiyksche feit vreemd.
Het is een vlak land zegt men ons en
de verplaatsing per flets is er minder ver
moeiend dan in een oneffen land. Goed, maar
er zyn veel meer vlakke landen, waar men
vermeden heeft zyn toevlucht te nemen tot de
fiets. Deze verklaring is dus niet voldoende. In
dit verband aanvaardt de toerist in myn ge
val niet gemakkeiyk als radicale verklaring
voor eenlg menscheiyk gedrag, die. waarby de
houding mechanisch het gevolg is van de cm-
dalllon in z’n zak. dat op een tafel lag. De
vrouw des huizes had het daarop neer gewor
pen, vóór ze haar zoontje gre%>. Met bet sou
venir verliet Sam bet huis door de voordeur
en maakte dat hy weg kwam.
Nu was het een feit, dat de man, die zich
het gouden medaillon wederrechtelyk had toe
geëigend, seer bUgeloovig was. HU vreesde niets
zoozeer als een ontmoeting met een schele
vrouw, die een baby met rood haar droeg. Aan
dit bygeloof leed hy al van s’n jeugd af. Groot
was dus z’n schrik, toen hy een eind verder
mevrouw Shinton ontmoette en in X gezicht
tot het echtpaar uitstapte en volgde hen daar. t want die dame had twee oogen, die naar
verschillende kanten gericht waren en de baby
had beslist rood haar. Een huivering voer Sam
Apps door de leden en thuis gekomen, schreef
hü het mislukken van z’n onderneming toe aan
dié noodlottige ontmoeting. Het gouden medail
lon wierp hy direct 4n een kistje, om het bU
gelegenheid te verkoopen.
Een paar dagen
later werd hy zóó
door- een auto
aangereden, dat
hy een paar we
ken in een zieken
huis moest door
brengen. Daarna ““““ai
was hü zóó slecht bü kas. dat hy als los werk
man by de gemeenterelniging ging.
Vervolgens werd hU tremmer op een vracht
schip, dat van Londen naar Calais voer. Z’n
werk viel hem niet mee. In een rustpoos raakte
z’n hand toevallig het medaillon, dat in s’n
zak zat. Hy haalde het te voorschyn en bekeek
het. X Was van goud en X kettinkje ook. Hü
deed het open.... het medaillon bevatte een
portret van mevrouw Shinton en haar rood
harig kind.
.Hou.” mompelde Sam, „X is een wonder, dat
ik nog leef met zoo n ding in m'n zak.”
Hy stak z’n ongeluk weer by zich. Zou hü
’tin zee gooien? HU twyfelde en dacht na. Ein_
deiyk kwam hij- tot bet besluit dat er maar
één probaat middel was om, ook in de toe
komst, van alle narigheid af/t
ding terug geven aan de vrAiv
het gestolen had.
In Calais bleef het vrachtschip, waarop Sam
Apps tremmer was, twee dagen om vracht In
te nemen. HU stond er by de reeling naar te
kyken. Dicht by hem was de bemanning bezig
met inladen. Een groote koffer op een lossen
stapel stond gevaariyk te wiebelen. Niemand
lette er op, ook Sam niet. Opeens kwam de kof
fer naar beneden; juist op tyd sprong Sam op
zUn eigen
praten.
.Heb Je niets beters te doen, dan hier
achter taxi’s en bagage aam te loopen?” vroeg
hy. „Dat heb je toch zeker niet attyd gedaan?”
De man knikte.
„Zeker niet, baas! Als ik kleeren en schoenen
had. kon ik myn oude txumtje weer krUgen,
als kellner in een café in Zuid-Londen,” zei
hy. „Maar ik ben ziek geweest, en achteruit
gegaan, en u weet hoe dat gaat, baas.”
Graye stak zyn hand in zün zak, en zocht,
tot hy vüf goudstukken gevonden had. HU gaf
ze den verwonderden man.
.(Zie, dat Je je kleeren en je schoenen weer
terugkrygt, en maak dat Je Je baantje weer
krygt!” bromde hy. „Dat is beter, dan hier
rond te slenteren.”
Daarna liep hü weg, met zün hoofd in de
lucht, en hy probeerde het zoo onverschillig
mogelyk te doen. HU wilde niet, dat Lady War-
van de fiets, maar het andere,
ook het feit, dat dit secundaii
beperkt tot het strikt noodza)
men alleen zyn toevlucht neemt,
ander middel is, of wanneer
van de economische middelen het als een tries
te noodzakeiykheid opleggen. Daarom bevreemdt
het ons niet, den slecht gekleeden werkman
naar huis te zien fietsen, terwyi hü ons stll-
zwügendtoeroept, dat hy een ander vervoer
middel zou prefereeren en dat hy dit juist ge
bruikt, niet, omdar het verkiesiyk is, maar
uit trieste noodzaak. Hiermee wordt de tegen
spraak genivelleerd; ze wordt ons verklaard en
ze wekt in ons geen bevreemding.
Maar in Nederland gaat iedereen per fiets,
wat ook zün leeftyd, zUn sexe, zün gewicht, zün
rijkdom zy, en beweegt zyn voeten op de pe
dalen, daarmee cynisch te kennen gevend, dat
dit het meest natuuriyke ter wereld is, dat dit
behooriyk is. Welnu, dit irriteert den reiziger,
dit bevreemdt hem en dit kan hü niet begrij
pen. Hoe kan hy iets als natuuriyk en juist
beschouwen, dat hem onbehoorlyk en verkeerd
voorkomt?
Hier gekomen maakt ons Intellect, dat dialec
tisch met zichzelf strijdt, deze tegenwerping: Ik
beschouw toch niet enkel natuurlijk en correct,
datgene waaraan ik gewoon ben, dat wat ik in
andere landen gezien theb. Waarom zou Hol
land niet het door de Goden der fietsen uit
verkoren volk zün, aan hetwelk zyn meest
authentieke bestemming geopenbaard werd?
Op deze logische knock-out antwoordt ons
Intellect zichzelf met een zeker ontstemd onge
duld: O, neen! Niets van dit alles! Het Is niet
het kind te komen kyken. HU wist wel, dat
het een beetje vreemd was, wat hy deed. En
zün eenige hoop was dat lady Wargrave, als
ze soms in moeiiykheden mocht zyn gekomen,
vertrouwen genoeg in hem zou stellen, om zyn
hulp in te roepen.
T’oen hy op weg naar lady Wargrave door
South Street liep, zag Graye plotseling een man
naast zich komen loopen, die hem van opzü
*ertrouweiyk aankeek.
klaard
zyn
heel
zien?**
De detective krabde eens achter zUn oor.
„Dat zou ik niet durven beweren, mynheer
Graye. na al die jaren,” zei hy. „Een derge-
lyke kleinigheid zal me wel niet geïnteresseerd
hebben, tenzy er belangryker dingen het ge
volg van zouden zyn geweest.”
„In ieder geval Is dat zoo gebeurd,” ver
volgde Graye. „En ik heb nog dikwijls ge
dacht, dat, als ik ooit een flat In de stad zou
huren, wat Ik nu van plan ben, ik er graag dat
schilderij zou hebben hangen. Welnu, kunt u
me mischlen zeggen, wat er met de goederen
van Slgnor Graffl gebeurd is?”
,4a, heel toevallig weet Ik dat,” antwoordde
Wirlescombe. „U zult er wel niets meer van
weten, omdat u. zooals ik me nog kan herin
neren. al spoedig na dat geval uit Londen ver
trokken bent. Familieleden van den ouden
man zün niet op komen dagen. Ook hebben we
niet op kunnen sporen, waar hy zyn spaarcen
tjes liet als hy die tenminste had, wat In
verband met wat ik u vertellen zal erg te be
twijfelen valt. Want het bleek, dat hy aan den
huiseigenaar hoe heette hü ook weer? O, ja,
Quarendon nog meer dan een jaar huur
schuldig was. Toen heeft natuuriyk Quarendon
alles wat er was overgenomen. Daarna heeft
iemand, die den ouden Graffl van tyd tot tyd
assisteerde by het lesgeven, de flat in denzelf-
den staat overgenomen, en zyn werk daar
voortgezet. Dus Ik vermoed dat het schilderii
grave gade geslagen zou worden. En hy schold
zich uit, om wat hy den avond te voren ge
daan had. En weer ging hy naar Wargrave
House.
Maar hy kreeg haar niet te zien. Lady War
grave was den geheelen dag voor niemand te
spreken. Dus Graye ging maar weer teleur
gesteld weg. En plotseling kreeg hy een Idee.
HU riep een taxi aan, en reed naar Whitehall.
Daar drong hy door tot in het heilige der hei
ligen van New-Scotland-Yard, en vroeg naar
Wirlescombe. En terwyi men hem naar het
kantoor van den detective bracht, moest hy
lachen, toen hy er aan dacht, hoe knap hy
begon te worden in het verzinnen van
smoesjes.
Wirlescombe, die met den dag vrooiyker en
opgq^ümder scheen te worden, ontving zyn
bezoeker erg harteiyk.
,(Zoo, mynheer Graye,” zei hy lachend „en
wat brengt u in deze buurt? U hebt toch zeker
niets nieuws en opzienbarends ontdekt in ver
band met die zaak-Graffi? Neen, zooveel ge
luk bestaat er niet. Dat Is al lang in den doof
pot.’’
Graye vond het maar beter, den detective er
niet van op de hoogte te stellen, dat de zaak-
Graffi weer op het punt stond aan het dag
licht te komen. En daarom zweeg hy maar,
eens een beetje, zonder het te ont-
wilde ik eens komen spreken over
iets, dat met die zaak in verband staat," zei
hy. „Ik weet niet, of u zich nog -kunt herin
neren, dat ik by het eerste onderzoek ver-
A I I T A °p blad «ü*1 InseYOlge de verxekeringsvoorwaarden tegen p 7^0 b« levenslange geheels ongeschlki
<r< AA IllJI v IN r\ ongevallen verzekerd voor een der volgende uitkeeringen VV« verlies van belde armen, belde b