Het ezelsfeest
JCet oertaal aan den day
DREIN DRENTEL EN PIET PRIKKEL
r
a
Hi
V I
li
i
F 750.-
Kloosters branden
Barcelona
in
F
I
Tegen GRIEP
el
ZATERDAG 16 JANUARI 1937
Eertijds in Noord-Frankrijk
I
l
-
t
l
door DON LOIS ALBARON
I*
Feestbrood in mid
wintertijd
I.
Peter uit
Australië
zyn
aan.
AANGIFTE MOET, OP STRAFFE VAN VERUES VAN ALLE RECHTEN, GESCHIEDEN UITERUJK DRIE M.
1
dien
■r
ge-
De skitocht door het gebergte
i
verbaasd
Het meest bekende en door den spotlust
l'
boom.
ook hier te recht kan tegenover
J. R,
ezel
a
I
I
w
29o
Tqen Piet Prikkel en Drein Drentel den volgenden morgen
wild en de gendarmes
I
Het heele stelletje dansje nu springend en zingend het deftige
hotel binnen, tot groote ergernis der bezoekers, die gauw een
gdÉd heenkomen zochten.
leverd, o.a. uit Noord-Frankryk, --
jaar de ezel zijn feest had tot vermaak
geestelijkheid en geloovigen.
Een boekje, dat voor liefhebbers van oude ge
bruiken en zeden veel wetenswaardigs bevat en
dat op onderhoudende wijze is geschreven.
Bijna v<
de schuué
rookte an
tig en <x^c het hek om het weiland, dat Peter
op verzoek van Tom had getimmerd, mocht
gezien worden.
electrische wafelijzers aan te schaffen, om aan
•k op Nieuwjaarsdag te
volgens de oude tra-
voor-
1 in
Dat men
stellen, dat uit één feit men het geheet niet
kan beoordeelen, zal blijken uit eenlge notities
over het ezelsfeest, zijn geschiedenis en zijn
Jtk geloof, dat hy het meteen door had.' ael
de pseudo-Peter tot -Bill Jones een’ dag later,
toen ze elkaar in Londen ontmoetten. ..De oude
schavuit heeft me laten werken als een .paard
en geen halve cent Heb ik verdiend. Als je weer
eens een prachtplan hebt om hem er te laten
inloopen, dan Boud ik me aanbevolen...”
meer „Libellen” schreef, waarvan er eenigen
tijd geleden o.m. nog een werd besproken in ons
blad.
„Feestbrood in Midwintertijd” bevat verschei
dene afbeeldingen, op het onderwerp betrekking
hebbend; afbeeldingen, zoowel uit ons land als
uit het buitenland, met name Zweden, waar in
Joeltijd op elke Zweedsche hoeve het Joelbrood
wordt gebakken.
De schrijver vertelt uitvoerig van zijn folklo
ristische omzwervingen in het hooge Skandina-
vische Noorden, doch het grootste gedeelte* van
het onderwerp heeft hjj gewijd aan eigen land,
en meer in het bijzonder aan Twente, waar het
landvolk de mystiek van den Joeltijd dien wy
in Nederland als de twaalf nachten in net volks
geloof nog altyd zulk een groote rol zien spe
len nog steeds onderbewust zeer sterk voelt.
Huis en haard plaatst het gedurende de „murre-
wlntertle’jd” in het centrum van zyn gedachten,
waarvan Cato Elderink o.m. dichtte:
bij verlies van een hand,
een voet of een oog.
Simeon, te an-
‘ofeten. Ook de
profeten en met
myn verbeelding de
magere gestalte van Don Quljote door het héele
land. Don Quljote staat buiten op de straat te
dreigen, hy beukt op de deuren,
ruiten in en gaat in zyn ridiculi
door de vestibule, om de zqjen te
niet heel doorzichtig
genomen. Het plein si
het duurde geruimer
Et heerdvuur, dat van oolds in onze
kleenheid scheen met glood en heldere
vlammen.
,Xope is altyd zoo lastig," deelde hy my lief
deloos mede.
Ik wilde de zaal verlaten om een zuster te
roepen, maar juist trad een van de pleegzusters
blnygn door de' breede bopg-deur aan het'einde
van de zaal.
Myn aandacht was nu verdeeld tusschen het
werk van de zuster, die met engelengeduld al
het gesar en alle grillen van de oude zieke man
nen verdroeg, en de gebeurtenissen op straat,
die ik kon volgen door de kleine in lood ge-
*vatte ruitjes van het venster. Het vensterglas
had door den ouderdom een zacht-groene kletir
gekregen, zoodat het van
de straaf af gezien
A drukte was toe
vol met volk, maar
tyd, voor Ut door een,
Het was op een zonnigen zomerdag, dat een
het voetbalveld betraden, was het niet noodig om aan te van
gen, daar het publiek reeds zeer ontevreden was over den
scheidsrechter, tengevolge waarvan eenhevige vechtpartij
ontstond. -
In dat vuur nu (wy citeeren den schryver).
worden met de „eigen yzers” de .Jsenkoken”
gebakken. En deze gehechtheid brengt met zich
dat het voor meer dan één kunstzinnigen smid
loonend is. deze nog te vervaardigen.
Het historisch onderzoek hééft uitgewezen,
dat er reeds voor drie eeuwen fcoekyzérs be-
stonden. Op een boerdery in Exel werd een
koekyzer gevonden, dat het jaartal 1644 voerde
en waarop behalve afbeeldingen van verschil
lende dieren als koe, varken, kip en gans en
van gereedschappen als haarhamer en zeis, een
paar harten waren Ingesmeed. Dit thans in
Zutphen in het museum te bewonderen koek
yzer geeft op het yzer in negatief en op de
nieuwjaarskoeken in positief symbolische voor
stellingen van huwelijksgeschenken, terwyi het
koekyzer zelf ook als zoodanig een groote rol in
volksleven en volksgeloof heeft gespeeld.
De harten van het Twentsche nieuw jaars-
koekyzer vonden wy tot voor weinige jaren
terug op de deuren van 3rabantsche dorpjes,
als Borkel, Valkenswaard en Dommelen! een
enkelen keer versierd met Liefdessymbolen en
dikwyis fraai geverfd. De aangebeden Dulcinea
waardeerde dit nachteiyk geschenk door het
schenken van een „mlkje” of tarwe-broodje van
10 cent. Met het schryven dezer figuren begon
nen de vryers voor de eene helft aan den eenen
hoek van dorp of gehucht, terwyi de tweede
party van den anderen kant naar het centrum
van'het dorp werkte. Hadden zy van te voren
reeds hun broodjes ontvingen, dan aten zy
I tZGJyXL-
De feestmaaltyd, dien Piet Prikkel had laten aanrichten,
was nog in vollen gang, toen er een paar heeren binnenkwa
men, die Piet en Drein vroegen of zo geen zin hadden om mee
te spelen in het A.BC-elftal.
troepje menschen werB opgemerkt. Plotseling
echter ging er uit een kleine groep aan den
overkant een luid gejoel op. Ik zag dreigende
vuisten en handen, die wenkten om naar bene
den te komen. Er waren enkele gendarmes van
de Guardia Civil, die de opdrlngdbde men
schen met hun paarden achteruit duwden. Maar
de belhamels greppn de paarden by bun staart.
De dieren trappelden
ontblootten hun sabels.
Geheel rechts van de plaza wgs een kleine
callejoncllla. een slopje. dat naar de achter
straat voerde. Hier was een schermutseling ont
staan.
Eenlge soldaten wilden een man zyn geweer
ontnemen. Het 'publiek nam het op voor den
„arbelder-milicien” en het trad zóó dreigend
op. dat de soldaten het hazenpad kozen, waarby
het slopje hun goede diensten bewees. De
Guardia Civil liet het Incident bedaard passee-
ren en bezette slechts de smalle calleja om het
volk tegen te houden.
De •franc-tlreur. een onguur type, een rood
harige Bask was nog steeds in het bezit van het
wapen. a -
Verschillende zusters waren naar de zieken
zaal teruggekeerd. Ze waren zeer opgewonden
en haar handen beefden. De Eerwaarde Moeder
had den verpleegsters opdracht gegeven, gewoon
aan het werk te gaan, een opdracht, die men
va» iedere goede geestelyke leidsvrouwe mocht
verwachten.
Het leek wel of opeens alle oude mannen even
lastig waren geworden. Ze zeurden om de zuster
en de een gunde den ander biykbaar het licht
in de oogen niet.
Hun vergeelde, gebruinde gezichten, alle op
een rytje langs den muur, herinnerden my aan
de haven, aan den kuil achter de dokken, waar
oude schepen worden opgelegd.
De zusters hadden haar handen vpl.
De oude heeren, die het er thans blykbaar
allemaal over eens waren, dat men hen gedu
rende het laatste uur schromeiy^ verwaarloosd
had, bedachten telkens iets anders om hun ver
pleegsters aan den gang te houden. In myn
onmlddeliyke nabyheid wilde ik my verdienste-
lyk maken door een paar gevraagde kleinig
heden aan te geven, maar Ik scheen hen on-
mogeiyk te kunnen voldoen.
Ze moesten de lepeltjes of schoteltjes met
alle geweld uit de handen van de zusters ont
vangen en er was 'een voortdurende styglng in
mijn bewondering voor den moed van deze non
netjes, die met eindeloos geduld alle wenschen
vervulder^ X,
Neendit was gejHfeinecure.
Toch ben ik er vanKive
de veelbesproken erfenissen waren, die dezen
vrouwen den moed gaven om zoo voort te gaan.
Er was niet veel menachenkennis voor noodig,
om in te zien, dat deze erfenissen uit niet veel
meer bestonden, dan uit de blikken snuifdoosen.
die op de kastjes lagen.
De kleine, oude portierster had onder den
indruk van de gebeurtenis allen ^elevrede in
het portaal gelaten err ze kwam de zaal binnen
stormen met de boodschap, dat er mannen
waren, die het gesticht kwamen visiteeren.
Door haar liektekiemdoodende eigenschap,
haar hoeststillende werking, haar gunstigen
invloed op borst, keel en ademhalingsor
ganen is het beproefde middel in griep-iijd
akkers Abdijsiroop
Overal verkrijgbaar. In flacons vanaf f 0.75
Ook in Chester in Engeland was het een
houten ezelin, daar de spreker zich ,Jn asina”,
dus in het houten gevaarte bevond.
Dit zoo geliefde tooneeltje schynt dan de
aanleiding te zyn geweest voor de andere, lang
niet altyd stichtende ezelsfeesten.
liet minst stichtende was wel de viering van
de vlucht der H. Familie naar Egypte op 14
Januari te Beauvais. Op een ryk opgetuigden
en versierden ezel, mogelyk ook wel weer een
houten figuur, werd een meisje met een kind
op haar schoot van de kathedraal naar de
kerk van St. Stephanus gevoerd en daar met
ezel en al aan de Evangelie-zyde van het al
taar opgesteld. Introïtus, Kyrie, Gloria en Cre
do van de mis, die nu volgde, werden besloten
met een Hihan of Hlnham, (den ezelsroep; de
h sprak men niet uit) met welk gebalk ook de
geheele plechtigheid beëindigd werd, daar
zoowel priester als volk in plaats van Ite Missa
moest balken”;
i, ninham, hln-
.<^2
hy gooit de
len hoogmoed
.J visiteeren.
Don Quljote heeft een nieuw Ideaal ontdekt.
Hy heeft een ander harnas aangetrokken en
gaat ten strijde tegen den windmolen, die niets
anders is dan bet eigen spiegelbeeld.
(Wordt vervolgd)
banderollen geschilderd met Gothlsche voluten.
Zy bevatten teksten en spreuken in roode en
zwarte letters, die alle aanspoorden tot geduld
en zachtmoedigheid.
Myn patiënt ginds kon alleen de andere zyde
van deze balken zien en misschien waren er
déér andere teksten op aangebracht. In leder
geval: in zyn heele optreden was niets, dat op
geduld en zachtmoedigheid leek.
Het .Hoek des Gebeds," dit oude Spaansche
meesterwerk, zat al los in den band als bewijs,
dat'^iy daar op zyn manier al dikwyis een nut
tig gebruik van had gemaakt.
.Kan ik u van dienst zyn?” vroeg Ik.
De dan wendde zich echter af als een nukkig
'kind en begon wol uit zyn deken te plukken,
buurman echter keek my glimlachend
- w. hu mil n.f-
j-a de „Libellen-serie” (ultghveL Bosch Keu-
I ning te BaSrn) is als nummer 204 onlangs
verschenen „Feestbrood in
van den Oosterbeekschen folkli
Ven, die over folkloristische
Het was de vierde week van zijn bezoek.
Peter had juist een nieuw konynenhok gereed
gekregen en het tuintje achter het huls had
hy omgespit toen de hardzwoegende meet,
in de vroege morgenuren beneden komend, den
ouden Tom verdiept vond in een brief.
„Belangryk nieuws, oom?”, informeerde Peter.
„Dat zou ik denken, jongen.” antwoordde
Tom en hy staarde hem raadselachtig aan.
..Heel belangryk nieuws. Nieuws uit Canberra.
Deze brief is van je vader, jy zei toch, dat hy
dood was. niet?”
Peter werd akelig bleek. „Toen ik wegging,
was hy dood.” stotterde hy. «Dan moet de dok
ter zich vergist hebben....”
..Dat moet hy zeker.” ael Tom nadenkend.
..Maar In elk geval ben ik bly. hem spoedig
weer te den. Volgende week kan hy hier al
arriveeren. Hy zal gelukkig zyn, je by mij aan
te treffen.’
.Heeriyk.” murmelde Peter en hy sloop naar
buiten.
Met een grijnslach zag Tom Keene hem Ir.
dt* richting van het station verdwynen. „Jam
mer," mompelde hy. „dat hy meteen vertrok
ken Is. Hy had nog de sloot moeten baggeren.
De jonge booswicht moest eens weten, dat ik
nooit een broer gehad heb.”
gebruiken.
Den oorsprong van het latere ezelsfeest
meent men te moeten zoeken In een preek,
welke waarschyniyk in de zesde eeuw reeds is
samengesteld. Ten onrechte heeft men deze
graag gelezen en gehoorde verhandeling tegen
Joden, Heidenen en Arianen over het geloof en
de geloofsbeiydenls op naam gezet van St.
Augustinus. De preek zelf is reecte tooneel-
matig: de prediker stelt de Joodsche prophe-
ten voor, wier Messlaansche voorspellingen hij
samenweeft tot een bewijs voor de godheid
van Christus.
Na de Joden met de woorden hunner eigen
leeraren weerlegd te hebben, wendt hy zich
tot de heidenen en haalt met groote welspre
kendheid het getuigén aan van Vlrgllius, Nabu-
chodonosor en de Sibylle ten gunste van zyn
stelling.
Reeds in de elfde eeuw, zooals blykt uit een
handschrift van de St. Martialis te Limoges,
was deze preek omgewerkt tot een dialoog, een
spel, waarin de prediker den verschillenden
profeten gebiedt hun voorspellingen uit te
spreken. By de profeten nu is ook Balaam met
zyn ezelin, welk gedeelte wel het meest in den
smaak viel.
Twee „vocatores”, herauten, vermaanden Jo
den en Heidenen tot oplettendheid, waarna zy
Zich tot de profeten richtten, die dan na el
kaar hun profetieën naar voren brachten. De
geheele plechtigheid stond onder leiding van
den voorzanger, den precentor, die hier St.
Aiigustlnus, den vermeenden vervaardiger der
preek, voorstelde.
Nadat allen hun beurt hadden gehad, zong
men gezamenlyk een hymne ter eere van den
langverwachten Verlosser, waarna onmlddeliyk
de mis Puer natus est volgde.
Men zal moeten erkennen, dat de inhoud
van dit spel inderdaad zeer leerryk en stich
tend was. Met zulk een vertooning moesten de
geloovigen wel beter onderricht worden, dan
met de wertoogen der predikers, zooals de 11-
turgle-hlstorlcus Marténe het eenlge eeuwen ge
leden eens zei.
Ook te Rouen was. zooals gezegd, Balaam met
zyn ezelin. Men weet, dat dezen profeet, door
Balac, kouing der Moahieten, werd verzocht de
Joden te vervloeken. Gaarne had hy het om
de beloonlng gedaan, maar God deed hem Juist
de Joden zegenen. Op weg naar Balac wil in
een nauwe passage tusschen de muren der
wynbergen de ezelin plotseling niet verder, hoe
Balaam het dier ook afranselt. God laat nu
de ezelin spreken en den profeet vragen waar
om hy haar slaat. De profeet doet haar slechte
verwyten, en wenscht zelfs, dat hy ‘n zwaard by
de hand had om haar te dooden. Dan ziet ook
Bala<m den engel met het getrokken zwaard,
waarop de profeet zyn schuld bekent en aan
biedt terug te keeren. Hy moet echter* toch
gaan, maar slechts Gods woorden spreken.
Dat deze gebeurtenis een dankbaar onder
werp was voor het mysteriespel is duldelyk
Twee boden van koning Balac brachten den
profeet naar voren, rydend op een- opgesier
de houten ezelin, geen levend dier, daar im
mers de rubriek voorschreef, dat iemand on
der de ezelin de antwoorden moest geven. Ba
laam werd bovendien verondersteld, zyn ry-
dier flink de sporen te geven, wat vanwege
den man er onder wel eenlge voorzichtige han
digheid zal hebben verelscht. Na de samen
spraak tusschen profeet, ezelin en Engel, voor
spelde dan Balaam, dat een ster zou opgaan
uit Jacob epz.
est en Deo Gratias „drie maal
van weerskanten dus: Hlnham
ham.
Na het epistel zong men de fameuze ezels-
hymne, waarin de lof des ezels gezongen werd,
herinnerend aan verschillende schriftuurplaat
sen. Na elk Latynschc couplet zong hel volk
een Fransch refrein, en aan het eind een
Fransch slotcouplet.
Dit is tot nog toe steeds het enkele vc
beeld van deze buitensporfge plechtigheid
verband met een ezel.
Mogelyk speelde ook te Beauvais de
nog zyn rol bovendien in het Kerstspel.
Het ezelsfeest schynt langzaam aan zyn eigen
aard verloren te hebben en opgegaan te zyn
in het buitensporige „gekkenfeest” tegen wel
ken uitwas door de kerkelyke overheid streng
werdropgetreden. Dit feest was een der byzon-
dei
thj
sef
feest op 2den Kerstdag, 8t. Stephanus, diaken;
de priesters op 27 December, St. Jan Evange
list; de koorzangertjes op 28 December, On-
noozele Kinderen, ook de subdiakens hadden
hun dag, op of na 1 Januari.
1
Mldwintertyd”.
lortst D. J. van der
gebruiken reeds
Uit een ordinarium van de kerk van Rouen,
een leidraad voor de kerkelyke plechtigheden
in den loop .van bet jaar, blykt, dat ook daar
in de 14de eeuw dit spel werd opgevoerd. Dit
zeer dichterlyke en vrome Kerstspel, dat op
Kerstdag voor de Dageraadsmis werd vertoond,
verliep ongeveer als volgt:
Na de terts trok een stoet van 28 profeten
de kerk in onder het zingen van een hymne en
begaf zich naar de aangewezen plaatsen in het
koor; te eener zyde Mozes, Amos, Isaias, Aaron
Balaam en zyn ezelin.... Zacharias en
Elisabeth, Jan de Dooper *>p
derer zyde de drie heiden-Jffoi
drie jongelingen waren by dl j
hen wa^en er de vuuroven en het afgodsbeeld,
dat zy weigerden te vereeren. Midden in het
koor waren de Joden en Heidenen voorgesteld
door zes vertegenwoordigers van elke party.
T r an de benoodlgdheden Woor de mysterle-
spelen, waarmee‘onze voorouders in de
middeleeuwen zich stichtten en ver
maakten, was de ezel geenszins de minste en
zeker niet dé zonderlingste. Uiterst realistisch
als de middeleeuwer was, stond hy er op, dat
de uitbeelding van gebeurtenissen uit de ge
wijde geschiedenis zoo goed mogelyk aan de
werkelykheid zou beantwoorden. Zoo ver ging
deze drang naar een getrouwe weergave der
feiten, dat men tot de naïefste middelen zyn
toevlucht nam en soms b.v. den engel Gabriel
in een stoel aan stevige touwen uit de gewel
ven liet neerdalen in het spel van de bood
schap aan Maria.
deze by kofle of bier gezamenlyk op in de her
berg.
Wat wy in dit uitermate Interessante Noord-
Brabantsche nieuwjaarsgebrulk nog gescheiden
zien, is in den Twentschen yzerkoek reeds ver-
eenigd. De nleuwjaarsyzers, Je veel weg hebben
van een lange schaar met groote cirkelronde of
langwerpige yzeren bladen, zyn dan ook voor
werpen van groote folkloristische en cultuur
historische beteekenls.
Meen niet, zoo merkt de schryver op, dat
men thans de koekyzers alleen maar in Musea
of Oudheidkamers aantreft. Nog altyd wordt
er in de Achterhoeken van Overysel en Gel
derland druk aan nieuwjaars-koeken gedaan,
zóó druk zelfs, dat men er toe is overgegaan.
deAtehoefte van veel koek
kunnen voldoen. Immers,
dlties hebben in menig dorp van het Bentheim-
sche alle kinderen, knechts en meiden (en ook
de pastoor) elk recht op 100 stuks, zoodat er
wel een voorraad van 1200 A 1500 koeken per
dag gemaakt moet worden, waarby het moderne
mansgereedsc happen.
„Die drie schuurtjes moeten noodzakeiyg
eens gerepareerd woeden.” begon hy. „Ik blyf
er vandaag maar aan werken. En. o ja, boe zyn
je voornamen voluit? Ik wil mUn testament
veranderen, zie je. nu jy hier gekomen bent.*
„Peter. Thomas. Richard, oom," antwoordde
de jongeling, .en die schuurtjes knap ik na-
tuuriyk op. Dat is geen werk voor u. Ze moe
ten grootendeels afgebroken worden. Gaat u
maar alleen naar Jim Allen. Ik maak het wel
in orde.”
„Precies Dtck,” mompelde Tom en hy ging,
ertien dagen lang werkte Peter aan
:jes en Tom «at voor het huis en
pypje. De schuurtjes werden prach-
stevlge jongeman het café van Jim Allen bin-
iienstapte. Het gebeurde niet dlkwyis, dat een
vreemdeling het dorp bezocht en de belang
stelling voor den jongeling was dan ook alge
meen. Maar hy trok zich van de nieuwsgierige
blikken niets aan en nadat Jim hem een glas
bier had gebracht, vroeg de bezoeker: .Kent u
soms den braven ouden Tom Keene?”
„Natuurlyk.” lachte Jim. „Wie aou
braven ouden Tom niet kennen."
„Ik wil hem opeoeken. Ik ben Peter Keene,
zyn neef uit Australië.”
„Zyn neef uit Australië?” Jim Allen werd
bleek. „Dus dan bent u een zoon van zyn
broer Dtck. Goede hemel, wat zal die-arme Tom
schrikken, wanneer hy u daar Ineens voor zich
ziet. Ik aou maar hier wachten, want Tom
kan elk oogenblik binnen komen.””
En vyf minuten
later kwam Tom
binnen. Hy wan
delde naar het
buffet en wilde
een frisschen
dronk bestellen,
toen de jonge
man op hem toetrad.
„Goede oom Tom," mompelde hy.
„Ga weg dronken individu,” zei Tom en hy
duwde den vreemdeling opzy.
,-Maar ik ben heelemaal niet dronken, oom."
verdedigde de jongen Jch.
.Jloem me geen oom en ga je roes uitslapen.
Ik ken je niet.”
„Ik ben Peter, de eenlge zoon van uw broer
Dick uit Canberra Ik ben uit Australië geko
men om u op te zoeken.' oom."
,J> zoon van Dick?” Tom bleef
staan kyken.
„Wel. wel.... En je vader?”
•Dood,” mompelde de jongeman. „Hy stierf
twee dagen voor myn vertrek uit Canberra.
Zyn laatste woorden waren een groet voor u.”
.Arme Dick.” ael Tom en hy slikte Iets weg.
„Vertel me meer van hem.”
Wel een uur lang vertelde Peter over zyn
onvergeteiyken vader en de tientallen café
bezoekers luisterden met ongeveinsde belang
stelling toe.
..Het spyt me, dat -jullie zooveel financieels
stroppen hebben - gehad.” sprak Tom tenslotte.
„Ik zal bly zyn, wanneer ik Iets kan doen voor
den zoon van Dtck. Ga met me mee naar huls,
je zult by my onderdak vinden.”
En zoo nam Peter zfln Intrek by oom *R>m.
De eerste dagen brachten zy samen door in het
rtamlokaal van Jim Allen en Jim Allen maak
te geen slechte zaken, want Peter was een
boeiend verteller en er scheen sinds zyn ge
boorte heel wat gebeurd te zyn in Australië.
Maar Op'den vyfden dag na zyn komst vond
Peter den ouden Tom des morgens vroeg reeds
electrlsche wafel yzer” thans goéde diensten bê^< rbeneden met een stapel planken en timmer-
De zusters kropen verslagen In een'hoek en
een oogenblik scheen de ontevredenheid van
alle patiënten geluwd.
Ik ging naar beneden In dwlpop daar ergens
Don Pedro te vipden. Ik verwachtte, dat hy
nog in de kapel zou zyn. In het portaal vond
ik echter de portierster met de Eerwaarde» 4
Moeder, die zeer boos was. dat de arme werk
zuster Het nieuwtje'aj overal had rondgebracht.
Ergeps achter een van #e deuren, die ip de
gang uitkwamen, hoorde ik den kolonel razen.
Hy ging te keer als een duivel en zei, dat we
maar komen moesten.
De Eerwaarde Moeder, die een nieuwen'
zenuwaanval vreesde, glntf* naar hem toe, om
hem te kalmeeren. Zy had veel achting vóór
den kolonel, omdat hy een ridder van den ouden
stempel was.
Ik hoorde de stem van den ouden man over
gaan in een dof en ontevreden gemompel. Toen
de deur openging, zag ik hem staan en by het
ontwaren van den langen, mageren en machte-
loozen ridder had ik opeens een visie van den
>vertuigd, dat het niet’ puren Don Quljote.
En plotseling zie ik
Had de ezel by verschillende voorvallen in
het leven van den Zaligmaker zyn deel
had, dan was het niet meer dan billyk, dat hU
ook in de nabootsing der gescNiedenis zyn rol
zou spelen. Zoo trok men op Palm-Zondag den
palm-ezel in optocht door de stad rond„ een
houten beeldengroep op rollen, voorstellend den
Christus rydend op den ezel by zyn glorieuzen
intocht in Jeruzalem; zoo voerde men ook met
Maria-Lichtmis b.v. te Amsterdam een meisje
met een kind in haar arm rond op „een ezel
of een klein paardje”, aan den teugel geleid
door een jongeman met een mandje vol tim
mergereedschap in de hand. Behalve deze
voorbeelden van het betrekken van den ezel
Ir. de godsdienstige volksgebruiken, zyn er nog
andere, waarvan eenlge gegevens zyn overge
leverd, o.a. uit Noord-Frankryk, waar eens per
Jaar de ezel zyn feest had tot vermaak van
/dagen, welke voor de middeleeuwsche ka-
Iraal- en kapittel-geesteiykheid de jaarwis-
ig kenmerkten. Hadden de diakens hun
nei merac ueaenae en door den spotlust van
andersdenkenden ook meest beruchte van deze
zonderlinge ezelsfeesten is wel de uiterst bi
zarre en in haar byzonderheden zeer oneerbie
dige vertooning, welke in de 13de eeuw op 14
I Januari te Beauvais ter herdenking van de
vlucht van het H. Huisgezin naar Egypte plaats
vond.
Wanneer wij in de katholieke encyclopedie
vermeld vinden dat men het ezelsfeest op
Palm-Zondag vierde, dan meenen wy dat onze
encyclopedie hier in haar taak te kort schiet.
De palmezel Immers heeft met het ezelsfeest
niets uit te staan, wy hadden een Juistere
voorlichting verwacht, daar het gevaar toch
altyd nog biyft bestaan, dat kwaadwilligen den
ezel van Beauvais weer van stal halen om hem
te laten paradeeren als een der uitingen van
een „verworden" katholicisme; aan de vruch
ten Immers, wordt dan gedacht, kent men den
aww U °P dlt blad zUn ingevolge de verzekerlngsvoonvaarden tegen K» *7 Ml levenslange gëheele ongeschiktheid tot werken-door
H r. /X l>L/l w Iw ongevallen verzeke^ voor een der volgende uitkeeringen verlies van belde armen, beide beenen of beide oqgen
p ongeval met p 2S0 -
VFCJa doodeiyken afloop «vxz»
fVIER EN TWINTIG UUR NA HET ONGEVAL
elke gewelddaad streng zou gestraft worden.
Maar men was niet in staat het gezag te hod
haven.
De Anarchisten-federaties hadden de elgen-
lyke macht in handen en het leger, dat de wei
felende houding van de regeering terugvond in
'zyn eigen commandanten, had geen lust zyn
vingers te branden aan hét onderdrukken van
de zoogenaamde .Incidenten”, die Spanje eenlge
duizenden menschenlevens en nenorme ryk-
dommen aan kunstschatten zullen kosten.
Het lykt my bovendien zegr begrypelyk, dat
de regeering er wel mee was ingenomen, dat de
volkswoede zich voomameiyk tegen de kerk
richtte, zy voerde de politiek, die vanaf Nero
steeds met succes is toegepast.
4
Aan het andere einde van de ziekenzaal van
het gesticht van Sint Joseph lag een kleine,
oude man. zyn pezige polsen staken boven de
dekens uit en zjjh uitgeteerde gele vingers
gleden voortdurend over zyn gezicht, alsof hy
de groeven en kullen wilde KIen.
Ik had juist mfln aandacht op hem gericht,
toen ik zag, dat hy naar hek Boek Ses Gebeds
greep, dat naast hem op tafel lag en dat hy
met dit eerbiedwaardige werk een paar flinke
meppen gaf op het rinkelend tafelblad.
Heel in de verte hoorde ik, dat’ de zusters
in de kapel begonnen te reclteeren.
„Is er dan niemand hier?” vroeg de oude
patiënt. „Wéér zyn de zusters?"
De ziekenzaal was bedekt met een donker
plafond, dat geschraagd werd door zwére bal
ken, Op al deze balken had een schilder fraaie
x r was maar één ding, dat de dorpelingen
H Tom Keene kwalyk namen en dat was
het voortdurende gebluf over zyn broer
Dtck uit Australië. Als Tom maar even in het
café van Jim Allen was en dat gebeurde
nogal eens dan zag hy kans dien voortreffe-
lyken Dick ter sprake te brengen. Alles kon
Dick en alles wist Dick en wanneer de ver
halen van Tom voor een tiende waarheid aou-
den hebben bevat, dan nog zou Dick Keene het
meest volmaakte schepsel kunnen worden ge
noemd, dat ooit op dit ondermaansche beeft
rondgewandeld.
De dorpelingen zouden graag den wonder-
broer eens van dichtby hebben willen aanschou
wen, maar dat was niet mogelyk. Want de
groote man was op achttien-jarigen- leeftyd
naar Australië vertrokken en sinds dertig jaren
had hy niets meer van zich laten hooren. Maar
des te meer liet Tom van hem hooren en zoo
werd Dick’s roem toch wijd en zijd verbreid.
Eén was er die minder dan de anderen
waarde hechtte aan de verhalen van Tom
Keene en die aelfs twijfelde aan het bestaan
van een broer en die ééne was Bill Jones. Hy
twyfelde soms openlyk en dat had wrevel by
Tom en ongerustheid by de verdere café-be-
zoekers opgewekt. Want al namen zy Tom het
bezit van een volmaakten broer kwalyk, zy
wisten tevens, dat het gelaten aanvaarden van
het feit en het publiekelyk erkennen van de
heerlykheid ervan dlkwyis met een glas bier
beloond werd. En daarom wilden zy gelooven.
T
Het zal my echter benieuwen, hoe ze daar be
handeld worden. De ziekenhuizen raken door
den stryd overvol. De hoofdoorzaak van deze
moordparty schynt gezocht te moeten worden
in de opvallende wreedheid der volksvrouwen,
die steeds aan den dag treedt zoodra er een
burgerstryd ontbrandt. De geschiedenis van de
Fransche revolutie maakt volop melding van
het optreden van deze furies en ik herinner
my ook, dat het voomameiyk de vrouwen
waren, die zich in Italië aan excessen over
gaven, -toen het staatsbestuur begon te wan
kelen. Het wordt my voortdurend duidelyker,
dat de regeering de macht heeft laten glippen
en dat de laatste beslissing op de straat zal
vallen.
Ik zag nu ook, dat we reeds verscheidene
dagen geleefd hadden in den waan, dat we een
regeering hadden en dat deze de teugels in
handen hield. De radio had niet opgehouden te
berichten, dat de regeering den toestand mees
ter was. Er waren communiqué s verspreid, dat
Uit een handschrift, bevattend het officie
voor Nieuwjaar, het feest van de Besnydenls
des Heeren, van de hand van den aartsbisschop
Petrus van Corbell, gestorven in 1222, blykt
dat te Sens het ezelsfeest op 1 Januari gevierd
en met nogal uitbundige vermaken besloten
werd.
Behalve de ezelshymne, twee coupletten kor
ter dan te Beauvais en zonder het Fransche
slotcouplet, is er slechts nog één vers, dat
aan den ezel herinnert. Er blykt dan ook niet,
dat een ezel mee naar binnen ging.
In dit verband moge eraan herinnerd wor-
deen, dat ook in de heldensche nieuwjaarsvie
ring de ezel te pas kwam. Het is echter ge-
makkeiyker gezegd dan bewezen, dat het mid
deleeuwsche ezelsfeest hiermee verband houdt
en dat de ezelshymne een vervanging en ker
stening was van oudere liederen.
Eveneens is moeiiyk te bewyzen de veron
derstelling, dat met den ezel de Synagoog, het
Jodendom dus, zou zfln bedoeld in de eerste
strophen van de hymne en Christus zelf in de
laatste. Het zou het ezelsfeest tot een veel
hooger plan verheffen. Indien ook hier de ezel
het symbool was van het Jodendom en zelfs
van den Zaligmaker.
Er zyn bovendien nog vele vragen te be
antwoorden betreffende dit ezelsfeest der mid
deleeuwen. dat toch eens zoo veel vat op volk
en geesteiykheid moet hebben gehad. Of nog
eens duldelyk zal worden bewezen, dat er wer-
keiyk verband is tusschen de saturnalia der
Romeinen, hun buitensporigheden en de „vrij
heid van December” om bizarre dingen te doen,
moet worden afgewacht. Het ezelsfeest wacht
nog steeds op zyn beschryver^ Wel is reeds
afgerekend met de zotste veronderstellingen en
beweringen voortkomend uit pure onwetend
heid over middeleeuwsche technische termen
voor de kerkmuziek, maar de vragen en moei-
lykheden zyn nog groot en talrijk.
wjjst
De schryver herinnert dan aan hét feit, daf
in het jaar 1770 het vredige nieuwjaars-koeken-
bakken aanleiding heeft gegeven tot heftige
tooneelen, die te Coevorden de bevolking in vol
slagen opstand hebben gebracht.
pe heer van der Ven besluit zyn mededeelln-
gen als volgt:
Zweedsche en Twentsche beelden hebben zich
innig verweven in myn herinneringen aan myn
omzwervingen door het mistige land van Da-
lame (Zweden) en Tubantia De nieuwe tijd
met zyn machines en fabrieken had ik in Fa
lun en Hengelo ver achter my gelaten. En ik
heb in Twente zoo goed als in Zweden getoefd
in het zuiverst denkbare boerenland met zyn
verspreide hoeven, zyn boomryke wallen en zyn
boschpaden, die my in den Decembemevel al
verder en verder lokten, het geheimzinnige
sagenland in.
En hy herinnert aan bet in Twente veel-ge-
hoorde: .Jenneken, woor zeens west? Hen
kauken, hen kauken