H
gil
332C
[~pïaatTdan een „Omroeper”
gezinnen
HF <3
Zoekt gij betrouwbaar
Personeel?
voor 80.
DONDERDAG 28 JANUARI 1937
L
F
Een inktlap
Waar komen onze groenten
vandaan?
Ml
fH
-
UIT DE KLAS
Jrr-
inmmmmnnmmmniniinnmiiiw
FOTOREPORTAGE
den werktuig-
h
een
Je kunt niet wetennou!
dat weten Jullie nog
Itjes ze
G
di
U
D
der
neel
met *n
iet hok
de
Ti
wt
vo
ge
m<
h»
De
ZAN1
vlnge
denli
dezer
nifem
hU n
nleu,
Partt
De
tnr. 1
reeds
nlew
Orde
■en i
men
tholli
•chet
de o>
In ee
■Icht»
dtgeri
„Wel, wel, hoe gaat het, kleine Piep,
Voel Hf je heusch zoo naar?
Steek nu je tongetje een» uit....
Heel goed, dat is al klaar!
Be
lets
dergelijks onmiddellijk op, zoodat je geen
gevaar kunt loopen vlekken te maken.
Nadat je het Ingesmeerde kleine vier
kant op het groote hebt gelegd,' druk je
dat goed aan, door er een schoone krant
op te leggen en hier flink overheen
Kt
inert
dergi
de K
nlg i
het,
BUtx
gron
De
ger 1
optrt
zien
somt
teere
dterfc
ralen
wat 1
bare
dach
De
■an
wel z
stemi
was
geno<
.moes
gevot
parti,
het i
settel
Me
accoc
geeru
van
en j
ning;
rw
aa
on
ov<
fer
bei
Op
lev
ovt
vul
er
nie
ma
toe
ons
wea
der
gev
var
Ult(
hot
Op de begraafplaats Crooswijk te Rotterdam b Woensdag het stoffelijk overschot van
kundige A. Hoeven, die bij de ramp van de P.H. M. AG. bij Senlb om het leven kwam, ter aardebesteld.
was, b benoemd tot Hooge Commis
saris van Danzig
Je snijdt een vierkant van &c.M. en eentje
van 5% c.M. van gekleurd karton en plakt
ze op elkaar.
Wat dit plakken betreft, moet je er om
denken, dat Je bij het insmeren er voor
zorgt, dat je het papier niet draait. Daar
om moet je he{ ffitijd met twee vingers
vasthouden. Na het Insmeren vouw Je het
papier, dat je als onderlegger hebt
brulkt meestal een oude krant of
de leden dar regeering een groote
troepenparade gehouden. In verband met de ziekte van Kroonprins Michael woonde Koning Carol de
plechtigheid niet bij
4--_ VaU-l --.-J.
strijken. Ben jp zoover, dan knip je
paar lapjes en met behulp van een zooge
naamde splitpen dat is zoo’n koperen
pennetje, waarvan Je de beide punten om
kunt buigen knip Je het heele zaakje op
het karton vast. Op het karton kun Je een
versiering aanbrengen met waterverf, of
door er gekleurd papier op te plakken, zoo-
als ik dat op de teekening met arceerlng
heb aangegeven.
Nu nog je pootje.... ja dat klopt
Warempel wat te vlug....
Zoo, draai je om, dan luister ik,
Nog even op je rug!
anneke logeert op de groote heeren-
boerderlj van Oom Jaap. Hanneke
vindt het heerlijk. Van alles is er te
zien. Ze kent nu de koelen bij haar namen
en is er bij, wanneer er gemolken wordt,
en de heerlijke blanke melk schuimend in
den emmer valt. Ze mag de eieren uit de
nesten der kippen halen. Ze hoort hoe de
haan kukeleku roept en hoe de hennen
tok-tok zeggen. Het allerliefste zit Han
neke bij het kippenhok. Ze knort op Witje
omdat ze Bontje *n pik in haar halsje ge
geven heeft en Trekkebeentje met het
manke pootje krijgt zoowaar ook knorren.
,4e* doet heelemaal je best niet om netjes
te loopen. Kijk eens naar den haan, hoe
parmantig hij stapt," zegt Hanneke vol be
wondering voor haantje Pik.
Witje trekt er zich niets van aan.
„Wij leggen de gitjes en de haan niet,”
zegt Witje kwaad. Ze lart haar rood mutsje
slap neerhangen en gaat op één poot
staan. Trekkebeentje schijnt bedroefd, ze
doet niets dan met haar oogen knippen.
Hanneke doet net of ze de kippentaal ver
staat. „Tok-tok-tók 1" roept ze flard.
Ineens wat is dat? Daar komen alle kip
pen naar haar toegeloopen en de haan
komt aangedraafd. Hanneke steekt de tong
uit. Foei, hoe leelijk!
„Och dokter Muis komt u eens vlug,
Want Piepte is zoo naar.
Z’n hoofdje bonst, z'n maag doet pijn.
Verschrikkelijk.... werkelijk waar!
Ik stopte hem maar vlug in bed,
Je kunt niet weten.... nou!
Men kan niet te voorzichtig zijn,
Toe, komt u nu maar gauw!"
„Wel juffrouw Muis, ik kom al hoor.
Waar heb ik nu m’n bril?
V snapt, dat ik den kleinen Piep,
Eens goed bekijken wil!"
De delegatie van den Sultan van Djokjakarta bracht Woensdag een bezoek aan een der Amsterdamsche
diamantslijperijen. - Het gezelschap tijdens de bezichtiging
Den volgenden dag komt tante aan het
ontbijt met ’n leeg mandje uit het hok van
haantje Pik. Hanneke had niet mee willen
gaan naar de kippen.
„Vreemd, hè kindje, we hebben vandaag
geen één eitje!”
Hanneke schrikt. Ze wordt vuurrood.
Groote tranen komen in haar blauwe kij
kers. O lieve help, denkt Hanneke, dat
komt erjum, ik heb te veel gebromd giste
ren op de kipjes en Haantje Pik heeft ze
gezegd, geen eitjes meer te leggen.
Hanneke barst in snikken uit. „Tante,
tante, het is mijn schuld hu, hu....!”
Hanneke schokt telkens.
„Wat,” zegt tante verbaasd, „hoe kan dat,
jouw schuld? Ik.ik begrijp er niets van,
kindje!”
Door haar snikken heen vertelt Hanneke
alles, ze verzwfjgt niets, ook niet, dat ze
haar tong heeft uitgestoken.
„Foei,” zegt tante, „dat is ook wel héél
erg en de kippen hebben gelijk; niemand
Is graag voor den gek gehouden. Wij zul
len het weer goed maken Hanneke, er) dan
zal je eens zien, watr voor mooie
morgen leggen!”
Tante kust de kleine meid hart
Na het ontbijt mag Hannek<
bord vol heerlijke graantjes naar
De voortbrengselen van de$ bodem zijn
wel altijd door de menschen op prijs ge
steld en zoo schjjnt er ook wel altijd groen
te gegeten te zijn.
Het Is tenminste bekend, dat reeds om
streeks 4000 Jaar voor Christus erwten en
boonen bekend waren bij de toen nog in
paalwoningen huizende Zwitsers.
En dat ook de linzen al heel lang bekend
zijn, weet Je nog wel uit de BUbelsche ge
schiedenis, die Immers vertelt dat Jacob
voor een bord linzen-soep het eerstgeboor
terecht van zijn ouderen broer kocht?
Iets later begon men met het verbouwen
van boonen.
De Romeinen kenden echter al fijnere
gerechten en zij brachten die op hun ver
overingstochten naar Noord-Europa over.
Ook hebben de Romeinen de groenten, die
de Germanen hier teelden, verbeterd en
veredeld.
Van Keizer Tiberias bijvoorbeeld lezen
we, dat ie worteltjes en ramenas uit Ger
manic ontving.
De Germanen dat weten jullie nog
wel uit de Vaderlandsche Geschiedenis
waren echte Jagers en visschers en dus
vooral vleescheters. Om groenten bekom
merden ze zich niet veel, maar langzamer
hand gingen ze wat meer den landbouw
beoefenen en aten toen vanzelf ook meer
groenten.
Het was vooral Karei de Groote, die het
eten van groenten aanmoedlgde, terwijl
de monniken overal aan de boeren de
groententeelt leerden en ze zelf ook druk
beoefenden. Sla bijvoorbeeld klaar maken
haar tong tegen die arme kipjes uit.
En laat den bengel maar in bed.
Vooral nu niet op straat.
Dan kom ik morgen nog eens zien,
Hoe het met Piepte gaat!"
Kleine Piet Is met z’n auto’tje uit rijden gegaan. HU kwam in een dorp en toen hij
er midden in op het marktplein was, konhU er niet meer uit.
Wie van Jullie wijst hem even den weg?
van Haantje Pik gaan.
Gelukkig, de kippen zijn zoo kwaad niet.
Integendeel, vol vreugde wordt Hanneke
verwelkomd.
Als ’t heele bord graan is opgepikt, gaat
de haan boven op *n omgekeerden emmer
staan en roept hard: Kukeleku, kukeleku!
En Hanneke weet zeker dat hij vertelt aan
al z‘n kipjes, dat er nog nooit zooVi heer
lijk bordje graan aan kippen gegeven is,
als vandaag door Hanneke.
„Nu hebben we morgen weer eitjes uit
het hok van Haantje Pik,” zegt de kleine
meld blij en ze vindt het héérlijk, dat alles
weer in orde is met Witje en Trekkebeen
tje en alle andere kippen.
RENé RENATO
Ja, ja, ik hoor het al.... hm.... hm..,.
Uw zoontje heeft de griep.
Hij heeft het flink te pakken hoor,
Die arme kleine Piep!
Geeft u hem maar elk uur wat stroop,
Heusch. die smaakt lekker zoet.
Dat doet, u zult het spoedig zien.
Uw zoontje stellig goed!
Op het Sparta-terrein te Rotterdam
■peelde Woensdag een elftal van den
Rotterdamschen voetbalbond een wed
strijd tegen Noord-Roemenië. Spel
moment voor het doel der gasten
„Waar is het lekkere hapje nu?”
„Tok-tok-tók, dat beteekent: hier Is ’n
lekker hapje.” En nu zijn de kippen teleur
gesteld en bovendien steekt dat stoute kind
nog naar tong tegen die arme kipjes uit.
Haantje Pik vindt het héél erg. Zé kijken
allen boos
schUnt *n
kippen.
Hanneke
naar. De kippen staren haar aan, precies
alsof ze zeggen willen: „Wacht maar, wij
zullen jou wel krygen!" -
„Jan, als ik vier eieren heb en je vader
legt er drie bü, hoeveel eieren zijn er dan?"
„Och, meester, vader legt toch geen
eieren!"
Spanjaarden leerden ze van de Arabieren
het eerst kennen en vandaar kwam ze naar
overig Europa.
Bloemkool kwam het eerst in de zeven
tiende eeuw uit Griekenland naar Italië!
In den loop der tijden zijn daar nog heel
wat nieuwere soorten van groenten bijge
komen. Maar de bovengenoemde, die al
eeuwen bekend zijn, worden ook nu nog
het meest gebruikt en prijken op de tafel
van rijk en arm.
V I
naar Hanneke en de haan
afspraakje te maken met de
niken in Italië. Hetzelfde was het geval
in Duitschland. Daar, waar kloosters wa
ren, teelde men de beste groente.
Asperges kenden zelfs de oude Egypte-
naren al en van hen leerden de Romeinen
ze weer kennen. In andere landen van
Europa vond deze groente echter niet al
gemeen ingang. Hoe dit kwam, Is niet be
kend, maar de asperges zullen altijd, net
als tegenwoordig, voor menige beurs te
duur geweest zijn. Eerst in de achttiende
eeuw begon de asperge-teelt ook in Frank
rijk, Duitschland, Nederland, enz. alge-
meener te worden.
De Romeinen hielden ook veel van
artisjokken, die ze eveneens in Egypte
hadden leeren kennen. De Mooren brach
ten dit gewas over naar Spanje en van
daar werd het op het einde der vijftiende
eeuw naar Italië en naar verdere Noorde
lijke landen overgeplant.
Ook de spinazie kwam door de Arabieren
in Europa. Al voor de geboorte van Chris
tus was deze groente in Penië bekend. De
V
’S*S. -■
vindt het nu wel ’n beetje
