aan den dag een Het Zeemonster van Nagasaki I Revolverschoten op voetbalveld s De Ka-Tong-Loeang’s opgespoord F 750.- F 750.- Kloosters branden Barcelona in IN DE OERWOUDEN VAN NOORD-SIAM en ppc« leeafr Isten.' DONDERDAG 28 JANUARI 1937 concurrent D EN L door DON LOIS ALBARON 1 Een huwelijks- I Avontuurlijke rei» van Duitschen onderzoeker AANGIFTE MOET, OP STRAFFE VAN VERLIES VAN ALLE RECHTEN, GESCHIEDEN UITERLIJK DRIE MAAL VIER EN TWINTIG UUR NA HET ONGEVAL „Temperamentvol” spel r ■Böse iet. Je 'EN Jen te 4. ZEVENDE HOOFDSTUK r 17 gegrepen: de '.Wordt vervolgd) J •n te d U r ug. en- Het was dan ook geen wonder, dat Drein, toen hU vUf minuten op het tooneel stond, heelemaal vergeten was wat hij te seggen had. Drein stond wat je noemt met z'n mond vol tanden en zoowel hy als Piet maakten een paar benauwde oogenbllkken door. Daaraan kwam een einde, doordat ze allebei hard van het tooneel wegliepen. te denken ik met bij levenslange geheele verlies van beide armen. en iw ■n ie 1 t l i het wel te het alle ie be- ahaye, O op- ahays 1 wa- tomo* SU- o <-> rend sren. leeft r en iinnaq con- haar strijd Van naar 'oor n- rleg ■ni- pen leid bren- wagen n kou irtocht oor- rt te ïan- den, sou >ed.“ van idat inst. hikt “Ws. Men wat ook alle tdje laar- 1Jn en. nsch tg te Volgens de berichten uit Schotland heeft de smidse te Gretna Green haar privilege verloren. Sedert eeuwen kon de smid van dit gehucht, dat vlak aan de Engelsche grens ligt, trouwlustigen in den echt verbinden. Deze praktijk gaf echter aanleiding tot te veel misbruiken en zoo is thans de smidse van Gretna Green teruggebracht tot het peil van een gewone dorpssmederjj Hierboven een ceremonie in vroeger tijd Schuilplaatsen van een by na uitgestorven volk in een onherbergzaam land bij verttee van een hand, een voet at een «ge zit daar zoo- en er uiterst Ook al zou zijn voorraad films en foto's be trekkelijk gering zijn en ook al zouden zijn aan- teekeningen over de taal, de gedachtenwereld en de gebruiken der Ka-Tong-Loeang's niet zeer volledig zijn, dan nóg blijft zijn ontdekking van groot belang, dat de Ka-Tong-Loeang's werkelijk bestaan, dat zij noch pygmeeën, noch negrito's, doch verre afstammelingen an een Mongoolsch ras zjjn; bovendien kunnen de zui verste tot. nu toe bekende vertegenwoordigers der bamboe-cultuur niet anders dan een zeer waardevol studiemateriaal zijn voor de weten schappelijke wereld. ren." zeide Gaston tactvol, „maar...onge lukkig in bet spel.... Nietwaar? Nu moest u nog alleen een Italiaan leeren kennen....** „O, die ken ik al," onderbrak Ivonne hem lachend. ..Dezen zomer komt hij hierheen! Ik lieb zoo'n schitterende foto van hem." Toen vijf minuten daarna orsson aan Ivonne een goede nachtrust wenschte had hij ecn stemmend antwoord ontvangen op zijn verzoek uit beleefdheid natuurlijk in de volgende week naar een theater te gaan. Buurman: Ik heb de mijne maar meegebracht, dan kunnen ze elkaar gezelschap houden. (Smith’s Weekly) Dat is tamelijk dichtby Men went aan schie ten ais aan onweer De strijd ontwikkelt zich over een groot terrein, van hier tot aan de brandende kerk van O. L. V. ter Zee. De groot ste moeilijkheid is bij zoo’n gelegenheid niet, om weg te komen maar om te weten in welke rich ting men zal vluchten. Het was een geheel nieuwe combinatie die slaags was geraakt. De troepen van de regeering vochten tegen de Arbelders-mllitle. De inzet was het College. De hardhandige confiscatie, waartoe men over wilde gaan zoo hoorde Ik later was in strijd met de persoonlijke gevoelens van den President van het Uitvoerend Comité, zoodat we hier te maken hebben met een intieme knokpartij, om zoo te zeggen, in den boezem van de regeering zelf. De president heeft hier zyn opvoeding genoten. Dit is een daad van treffende piëteit en tenge volge hiervan ligt het heele huis in puin. t Was eigenlijk meer een vergissing dan boefachtigheid, dat Piet Prikkel en Drein Drentel vergaten hun tooneelpakjes uit te trekken. Ze hadden allebei een hoop levensmoed en trokken dus verder. „Als t moet, dan loopen we naar Naga saki zei Piet, .dat zeemonster loopt niet weg." hoopen te zien ronddolen. Maar hjj was nergens te Alen. Een der muren van de kapel was Inge stort en het tongewelf hing als geblakerd spaan- derhout omlaag. Gebroken beelden lagen naast de weggebrande voetstukken. Het was een groote ruïne. Aan den kant van den geopenden muur moes ten de zusters liggen. Er waren vermoedelyk enkele vrouwelijke hyena's geweest, want de lijken waren reeds gedeeltelijk beroofd van haar poover bezit. Sluiers waren afgerukt en kleeding- stukken weggeroofd. Thans liggen de lijken half bedolven onder den ingestorten muur. Uit de grotten van het puin sloop onver wacht een donkere gedaante naar mij toe. Het spreekt vanzelf, dat ik eerst aan Don Pedro dacht, maar ik zag den omtrek van een andere figuur. De man strompelde gebogen door de heete asch en porde met zijn stok in de flarden en smeulende resten, die overal te walmen lagen. Hfj had mij gehoord en zocht in de richting van het geluid. Toen hij mij zag. kwam hij rechtstreeks naar mij toe. Orinnekend wees hij op de lijken in het puin. Ik zag opeens, dat ik te doen had met een halven ididoot. De man had een dringende behoefte om zijn onklesche praatjes te luchten. Om hem kwijt te raken, ging ik heen, maar hij liep broederlijk met mij mee Aanvankelijk had hij weinig mee te deelen. daf rich voor publicatie leent. Het was trouwens ook niet nieuw of interessant en zelfs op zijn rellefdkoosd terrein toonde deze imbeciel ontstel lend weinig geest te bezitten. Spanje praat: zelfs als het wordt platgebrand en doodgemarteld. De discussie om de discussie. .Juan," begon ik, .met hoogere geestelijke waarden bedoel ik niet de kunst, niet de weten schap en niet de literatuur. Ik bedoel nog heel iets anders. Ik wil zeggen, dat de kloosterlingen op den hoogsten top staan van de samenleving. Dat in hun leven in de hoogst mogeiyke vol komenheid wordt uitgedrukt, wat God met de schepping en de verlossing van de menschen bedoeld heeft" „Huy,” zei Juan. ,Kun je dat niet wat duide lijker zeggen?" „Misschien wel.” Het was doodstil in de kamer. „God schiep de zonnebloem „God?” zei Juan. „Nou ja. Juan was breed van opvatting. God mocht er dan wel by komen om mij een pleiziertje te doen In werkelijkheid dacht Juan: „HU is niet wijzer." •Als bet zaad van de zonnebloem ontkiemt, Het spreekt vanzelf, dat de directeur van den schouwburg hee lemaal niet tevreden was en tegen hen zei, dat ze maar beter deden met onmiddellijk te vertrekken. Dan gebeurden er geen ongelukken, zei-ie. Piet en Drein vonden het natuurlijk wel treurig, maar niettemin gaven ze terstond gevolg aan deze uitnoodiging inds eenigen tijd reeds maakte de Duitsche pers zich ongerust over den heer en me vrouw Bernatzik, twee ontdekkingsreizigers. --1 zoo popu- het echtpaar Vlsser-van „Dit is mijn moeder, dit is mijn vader en hier is mijn hondje." stelde Ivonne eenige we ken later Gaston voor, toen hjj zijn eerste be zoek aan de familie bracht door toevallige om standigheden. want htf had meermalen zich zelf beloofd, niettegenstaande alles, vrijgezel te blijven. Zoo by een kopje thee deed zich de uitnemende gelegenheid voor, dat ivonne een foto aan Gaston liet zien van een eleganten Jongeman met zwart haar en een onleesbaar onderschrift. „Wie is dat?” vroeg Gaston met bepaalde vermoedens. '.Dat is nu de Italiaan, waarover ik sprak." zei Ivonne bekoorlijk lachend. „O, de Italiaan, die ideale man. En intus- schen ben ik zoo'n ezel geweest om dat je dien kerel zou vergeten, als ging wandelen, een theater bezocht en je &n- 0enaam trachtte te zijn. Een Italiayi, een buitenlander, is echter veel interessanter, niet waar?" En Gaston bemerkte in zijn opgewon denheid niet een* dat Ivonne hem ditmaal geen antwoord gaf Gaston had al enkele vergaderingen afgezegd, nu verliet hjj zelfs enkele vereenlgingen, om maar rijd te besteden aan Ivonne. maar hij bleef volhouden dat hjj tóch vrijgezel zou blij* ven. „Kijk eens," juichte Ivonne op een avond, .ik heb een brief gekregen van mijn Italiaan!" en zij hield hem een enveloppe onder den neus. .Moet je eens hooren, hoe heerlijk dat klinkt, wat hjj schrijft," ging Ivonne verder, terwijl ze den brief openvouwde. „Hier lees eens: „tutto 11 Juan. dan dringen de worteltjes In den grond. Het zjjn sappige, sterke stengels, die in de diepte voedsel zoeken voor de kiemende plant en zij brengen het over naar den stengel, die krachtens zijn instinct.krachtens zijn ingeschapen ver langen omhoog dringt naar het licht." Met dat licht wordt natuurlijk God be doeld....” viel Juan my in de rede. .Duister: de stengel ontwikkelt zich, hij groeit omhoog en er schieten bladeren uit, die hun eigen doel nastreven voor het Instandhouden van de heele plant." Juan luisterde opeens in ernstige aandacht. Een der zustertjes had de oogen opgeslagen en ving een hartelijken glimlach van Chlqulta op. .Maar in den top van den stengel, op de uiterste grens tusschen plant en licht, daar ont luikt de bloem: de stille zwijgende bloem. In die bloem eindigt de hevige drang van het instinct van het verlangenen zij heeft niets anders meer te doen dan het licht te vangen en Gods schoonheid te verkondigen. En in het rijkste deel daarvan, in het hart.... daar ligt het zaad te rijpen/’ Chlqulta knikte tevreden. Juan was er stil van geworden. Voor het eerst zag hij het ideaal van een Christelijke samen leving duidelijk voor oogen staan. „U wilt zeggen." ze hjj na een poos, „de plant is de maatschappij en de bloemen zijn de kloos terlingen." .Natuurlijk." bromde Sebastian „dat ligt er dik genoeg op. zou ik denken." jn de stilte zaten we te luisteren naar bet verwijderde gedonder van kanonnen. dlum, toen de ontdekking van het wonder der radio een zoo kolossale onderneming overbodig maakte. In dit onherbergzame land zochten en vonden de laatste resten van overwonnen en schier uit geroeide volken in lang vervlogen tijden een toevluchtsoord. Het leven was daar hard en onverbiddelijk, maar het lot, dat hen onder de slagen van ópdringende, krachtiger rassen uit de vruchtbare dalen van Burma, Siam en Chins verdreven had. liet hun geen andere keuze. De wetenschap legt voor deze schamele over schotten van wat eens groote en machtige vol ken waren, een levendige belangstelling aan den dag. Die wilde bergbewoners Immers bewijzen zonneklaar, door wie de aangrenzende landen oorspronkelijk werden bewoond. Wat Achter-Indië betreft is men er nog steeds niet in geslaagd een afdoend antwoord te geven op de vraag, hoe ver de met de Mon golen verwante oerbewoners naar het Zuiden zijn doorgedrongen. Het is niet onwaarschijn lijk. dat de Maleiers. die de eilanden van Ach- ter-Indlë bevolken, een sterken Mongoolschen Inslag hebben. Is dit inderdaad het geval, dan moeten er ook Mongoolsche volksstammen tot hier toe doorgedrongen zjjn en kan het niet an ders. of in de eensaamheld van het oerwoud moeten er nog late afstammelingen opgespoord kunnen worden van die Mongoolsche oerbevol king. Het succes der expeditie van het echtpaar Bernatzik ligt nu daarin dat de aanwezigheid der oorspronkelijk Mongoolsche Ka-Tong-Loe ang’s in het uiterste Noorden van Siam kon worden vastgesteld. Het zal wel niet zoo heel eenvoudig geweest zijn om met deze wilden in contact te komen. Van vader op zoon hebben zy geleerd, dat heel de buitenwereld hun vijandig gezind ia. Daar komt nog bij. dat zU ook heden ten dage niet I beschermd worden en iedere inboorling, die toevallig een Ka-Tong-Loeang aantreft, deaen als een schadelijk dier zonder meer vermoordt. De Ka-Tbng-Loeang’s, die niet over wapenen van eenige beteekente beschikken en die weer loos zijn overgeleverd aan de wreedheid der vele tijgers, welke hun wouden onveilig maken, kennen dan ook geen andere methode om het veege lijf te redden, dan altijd maar te vluch ten en zich zooveel mogelijk onzichtbaar te hou den. Zij zijn zoo schuw als geen der dieren van het oerwoud. Hun zonderling gedrag en vooral de manier, waarop zij zich in geval van ontdekking als het ware op slag onzichtbaar maken, heeft er toe geleld dat de inboorlingen een soort bUgeloovlge vrees voor hen koesteren. ZU noemen hen de .geesten der gele bladen”, omdat vrijwel het •enige bewijs van hun bestaan dat zU ooit in handen kregen windschermen zUn van ver droogde bladen die ruw gevlochten zijn rondonf stukken bamboe. Dr. Hugo Adolf Bematzik. die niet alleen over veel ervaring, doch ook over een voldoende technische uitrusting voor zijn werk beschikt, zal. nadat hU den lichaamsbouw, de taal, het peil van beschaving, de gedschtenwereld en de gebruiken der Ka-Tong-Loeang’s, zij het mis schien ook eenigszlns voorloopig bestudeerde, met de resultaten van zijn arbeid ongetwijfeld ook bulten den kring van het krantenlezend publiek de aandacht trekken. „Nu moet ik een Alpinist van u hebben, oom." zei Pauline tot haar oom Marcel, wien ze glimlachend de foto teruggaf van den Ita liaan Benjamino Brado. aooals zfj hem vroeger de foto van den Engetechen uitvinder Walter - Statson had teruggebracht. Oom Marcel deed de foto in zUn verzame ling en zocht naar de foto van een Zwitser. Daarop reikte Pauline enkele uren later aan haar vriendin Constance een foto over van den Alpinist Wilhelm Stolzer en diens daarbU be- hoorend handschrift Wederom zou een verstokte vrUgeael tegen zyn concurrent vechten en uit een succesvollen .'■tryd als overwinnende held te voorschUn tre den. „Ik moet de stad nog in,” zei ik opeens ,De stad in? Nu?" „Ik ga den Rector zoeken." Een van de zusters stond op. „BlUft u niet hier?" stamelde zU- Ze waren bang als vogeltjes. Sebastian vroeg echter: „Komt er nog meer volk in huls?" Ik haalde de schouders op. ,Jk weet het niet. Don Pedro del Torres.... MisschienEn als u hem hebben kunt." .MUn huls is al overbevolkt," grinnikte hU. terwUl hy met zUn wijsvinger een kringetje teekende rond twee platgeslagen wandluizen op den muur. En hU ging voort: .Al* de zusters genoegen kunnen nemen met boven-achterdan loopen ze niemand in den weg." En Chlqulta knikte: .Ja, kindertjes. Sebastian zal je wel verwen nen. Maar hy heeft gelyk. We zyn geen logée's gewend zie je.... Maar de wil is goed. De wil is goed.” De zusters stommelden het trapje op. .Dn gee* spektakel maken," riep de zeeman haar achterna Met een gerustgesteld gemoed daalde ik het Uzeren trapje af naar de straat. Tot zoover was het goed gegaan. De zusters waren onderdak. Ik weet, dat het bU Sebastian 'wemelt van de wandluizen. Nou ja.... Men kan wel viool spelen, al is het instrument geen Stradivarius. ongeschiktheid tot werken door Ie' 7^0 b*J een ongeval met fê* OtwO a, beide beenen of beide oogen sJ\JdoodeUJken afloop fcévFKZa" -j-w eeds eenigen tijd waren Paul en Pauline IV getrouwd en ze waren overgelukkig. Zoo zelfs dat Pauline niet anders wilde dan ook anderen gelukkig te zien. IMarotn zei ze op een avond tegen Paul: •Die vriend van je. Gaston bedoel ik. dat 1* een aardige jongen, Paul." .Doo. vind je?” vroeg Paul heelemaal niet ge In t e reet er d. ^fa, en ik weet dat Ivonne hem heel graag mag.” „O, juist. Nou. dat is dan wel prettig voor liaar." vond Paul. „Maar ik geloof ook, dat ze van hem houdt, zie Je. en ik denk dat ae het heerlUk zou vin den als hU haar vroeg." „Zeg eens” aei Paul, ,Je weet toch dat Paul een verstokte vrijgezel is en niet aan vrouwen of trouwen denkt?” .Dat dacht JU vroeger immers ook niet, Paul. Maar daarom kan hu toch Zaterdagavond wel eens bU ons komen bridgen?” meende Pauline. .Met drie man kun je niet bridgen." zei Paul volkomen logisch. „Dan zullen we Ivonne ook ultnoodigen vind je dat goed?" Aldus ontvingen den volgenden Zaterdag Paul en Pauline een ouden vriend en een jeugdvriendin als bridge-gasten en ontmoetten Ivonne en Gaston elkander voor het eerst tij dens een langen genoeglijken avond in hulse- lijken kring. Pauline vond Ujd om tusschen het kaarten door een enthousiast verhaal te doen over de schoonheid van Italië, waarheen zU naet Paul haar huwelUksrels had gemaakt, en Ivonne deed de opmerking: .Jk zou alleen van een Italiaan kunnen hou den. Italianen lUken my ideale menschen. .Dat zei Pauline vroeger van de Britten ook. en toch heeft ae my genomen.” merkte Paul eenigszlns zegevierend op. Gaston hoorde dit alles aan en hU nam opnieuw het onwrikbaar besluit voor altijd vrijgezel te blUven. .Je weet dat Ivonne maar vUf minuten van hier woont, dus breng ju haar wel even thuis, nietwaar Gaston?” vroeg Pauline als een vol leerd diplomaat bU het afscheid. De beleefd heid deed Gaston aan zUn plan verzaken om. in uiterste instantie, Ivonne slechts tot de tramhalte te vergezellen. De kaartavond had aan Gaston echter bU- gebracht, dat Ivonne bulten een slecht bridge- spe elster. een alleraardigst, bescheiden, blond meisje was, dat tegelUk intellectueel en vat baar was voor humor. Tien minuten na het vertrek bU Paul en Pauline, liepen Ivonne en Gaston nog vroolUk pratend hun „blokje rond", om even van de frissche lucht te genieten. „U heeft één gulden rijf en twintig verlo- Over de geheele stad ligt een roze gloed ver spreid. Het Carnaval van Satan dreunt nog door de straten. - BU de havens is het een drukte als bU een nationaal feest. Het brandt overal, aan alle zijden en langs het donkere water staat een zwarte zoom van menschen met een oneindigheid als achtergrond. De gezichten staren als gloeien de maskers naar de vlammende stad. Ik zie de koppen naast en boven elkaar als de noten en accoorden op een muziekbalk staan Anders kalme geesten zUn door de sensatie het besef een dag te beleven, die eeuwig in de Historie zal blUven. heeft velen al verzoend met de vernietiging van zooveel grootsch en zooveel schoons. Vrouwen staan in troepen bU elkaar tegen de hekken aan. ZU stellen zich het meest aan. Ze gillen en krtjschen en joelen lachend wilde grappen in het rond. In de duistere diepte daarachter, op het em placement, glijden verliefde j>aren rond, en dwepen met de sterren die hier nog zichtbaar zUn. Van de oude, strenge Spaansche opvatting dat vrouwen zich na den ondergang van de zon niet meer op straat zullen begeven, is niet veel meer over hier: in deze stad is zU reeds lang weggesleten onder de zolen van de slenteraars die met de nieuwe tUden nieuwe zeden brachten. Een eind verderop is het preludium van een nieuw gevecht. Het begint als een veelbelovend ▼uurwerk met den knal van een granaat. aan gene zyde onzer Oostergrenzen lair als ten onzent t Hooft. Thans te uit Bangkok te Beriyn een telegram ontvangen, volgens hetwelk dr. Hugo Adoif Bernatzik en zUn vrouw, na ruim drie maan den niets meer van zich te hebben laten hooren. behouden zUn aangekomen te Nan, de oude koningsstad der Lao’s, in het Noorden van Siam. TUdens een moeizame en gevaarlijke expeditie is het hun gelukt, in de oerwouden, welke ds woeste berghellingen van Noord-Siam bedek ken, de Ka-Tong-Loeang's op te sporen, een wilden volksstam, waarvan tot nu toe niet met zekerheid viel te zeggen, of hU bestond of niet. De bergketen, die de grens vormt tusschen Siam en Annam, te uiterst steil en dicht begroeid met vrüwel nog onbetreden wouden. Het echt paar Bernatzik waagde zich, slechts van een zeer klein aantal dragers vergezeld. In deze wil dernis. waar het ondanks alle ontberingen, een ondraaglijk klimaat en groote wederspannlgheid van de zUfle zUner bUgeloovlge inheemsche rete- genooten. een marsch van vier lange weken wist vol te houden. Deze enorme inspanning en dit bewonderenswaardlge doorzettingsvermogen werden rykelük beloond. Dr Hugo Adolf Bernatzik en zUn vrouw ont moetten vier verspreid wonende troepen Ka- Tong-Loeang's. ZU slaagden er in, het vertrouwen van deze Wilden te winnen. Ze leefden eenige maanden ^met hen tezamen en waren op die wyze in staat om diepgaande antropologische, linguïs tische en ethnologische studies te maken. Dr. Hugo Adolf Bernatzik, die de onkosten zUner expeditie voor een belangrijk deel bestrijdt uit de opbrengst van de bUdragen. welke hU regelmatig aan verschillende Duitsche kranten levert, kon in het korte telegram, waarmee hU de redacties der bladen, wier geregelde mede werker hU te, gerust stelde omtrent zUn lot, mededeelen, dat de Ka-Tong-Loeang’s de ut- stammellngen zUn van een Mongoolsch ras. die een zeer primitieve, doch eigen e^zMMtandige taal spreken en die de zuiverste riiog^Sevein!. vertegenwoordigers zUn der zoogenaamde bam boe-cultuur. y Het te voor den tweeden keer, dat dA Hugo Adolf Bernatzik tydens zUn huidige expMltie een onbekend volk ontdekt. Alvorens hU de'bin nenlanden van Siam in trok, stelde hU op oen oever van den Indischen Oceaan het bestaan vast der Seloeng's, een volk, dat uitsluitend op het water, niet in paalwoningen of iets derge- lUks. doch op booten leeft. Deze ontdekking baarde nogal eenig opzien, daar de Seloeng's niet in de schier onbegaanbare en nog ondoor- igpchte gebieden, welke in den regel t reisdoel van exploratie-reizigers zyn, ontdekt werden, doch In tegendeel, om zoo te zeggen, aan den rand der beschaving leven. Het was geen bloot toeval, dat dr. Hugo Adolf Bematzik op de grens van Steun en Annam in contact kwam met de Ka-Tong-Loeang's. Reeds eerder was het bestaan dezer wilden gesigna leerd. Intusschen wist de wetenschap echter nog steeds niet, wat zy aan de Ka-Tong- Loeang's had. Waren het primitieve menschen of een onbekend soort Intelligente apen? Be stonden zy alleen maar in de verbeelding van bUgeloovlge inboorlingen of dankten zy hun ontstaan aan de grootspraak van een paar jagers-op-grof - wild Het te de verdienste van het echtpaar Ber natzik ook al kan men op het oogenbllk nog niet* zeggen omtrent de waarde van het ver zamelde wetenschappelijke materiaal dat het bestaan, de verblijfplaats en het peil der be schaving van de Ka-Tong-Loeang's thans geen raadsel meer te. Wanneer men fanult Bangkok de Me-nam op vaart. komt men na een lange en vermoeiende reis in de aloude Koningsstad Nan aan. Nan ligt op de grens van een gebied, zoo onbekend als de wereld er maar weinige meer telt. Vier staten raken hier elkaar; het Achter-Indiscne Burma. Siam, het Fransche Indo-Chlna en de Zuideiykste uitlooper van het Chineesche RUk, maar niettemin te het een niemandsland, geen grens te er scherp getrokken, men vindt er geen soldaten en geen politie, er bestaat geen ge schreven wet. De woeste, steile bergen, die grootendeels schuil gaan onder de woekerende wildernis van bet oerwoud en de grillige kloven, waardoor on tembare stroomen hun weg naar de dalen zoe ken, hebben practlsch nooit de belangstelling van de buitenwereld genoten behalve dan in de dagen, dat men er over dacht om Indo-Chlna telefonisch met Siam te verbinden. Deze pio niersarbeid was echter nog in zyn eerste sta- Men heeft mü wel eens verteld, dat een land schep. waarover een wolk van sprinkhanen te fatsen gewaald, zóó troosteloqe en leeg er uit ziet, dat men feiteiyk niet meer van een land schep spreken kan. Zoo was het ook met het klooster van St. Joseph. Na den aftocht van de roode sprinkhanen, en nadat de gewone roode haan had uitgewoed, was het moeliyk om nog van êen klooster te spreken Er stond een puin hoop te rocken, het had ook een fabriek kunnen *Un. Een vleugel van het gesticht brandde nog maar er was niemand meer in de buurt, die zich ervoor interesseerde. Ook Don Pedro niet. Ik had gehoopt hem hier nog by de puin- „Carissima!” en dan aan het slot: mlo suore Prachtig, niet Gaston?" „Onzinnig." zei Gaston. „Onzinnig?” herhaalde Ivonne verbaasd. .Matuurlyk, Ik versta heelemaal geen Ita- liaansch. hoe zou ik 't dan kunnen lezen?” bromde Gaston. „Och ja! Nu er staat in dat hU beslist hier heen komt. En dan wil hy ook myn hand vragen en.,..” „En dan ge je hier weg. uit je land vandaan, om naar zoo'n stelletje bergen en wat blauwe lucht te kyken. Zooiets noem ik ongehoord, zoolets .Met schelden zul je 't niet erger maken," meende Ivonne. en Gaston zweeg. Des avonds be sloot hU eerst met Paul te gaan pra ten „Hoe heb JU eigeniyk je vrouw leeren kennen?" begon Gaston het interview. .DU haar vriendin Marianne op een bridge avond,” zei Paul .Nou ja, dat te vriendschappciyk. Je kent elkaar, leert elkaar beter kennen en wordt vrienden. Ik bedoel, wanneer kreeg je idee, dat ze wel eens je vrouw kon worden?” „O, eenige weken later,*’ geloofde Paul. ..En wanneer heb je haar gevraagd?" Bet Gaston meedoogenloos het verhoor voorgaan. .Ja, eigeniyk hoi over bei! Dst kon niet anders, zie je. Ze had nameiyk kennis aan een Engelschman, die haar uitstekend scheen te be vallen. Ze had me zyn foto laten zien en 'twas werkelyk een patente kerel. En ze vertelde me dat hü haar geschreven had. dat hU over kwam om haar te vragen. Toen heb ik afge zworen vrygezel te zyn. omdat ik het hopeloos jammer zou vinden, als soon aardig vrouwtje hier werd weggehaald, om altyd in een dikken mist te wonen Je begrüpt. dat ik anders nog wel eenigen tyd noodig zou hebben gehad om alle nadeelen rustig te overwegen, maar by zoo groote concurrentie moet je niet lang talmen, nietwaar? Overigens, beste kerel, heb ik er niets, niets geen spyt van. hoor!" Gaston sprong overeind en holde naar de telefoon en even later het huis uit. Paul was verbluft over een dergeiyk optreden, doch toen bij den volgenden dag vernam dat Ivonne en Gaston zich dienzelfden avond met toestem ming van haar ouders hadden verloofd, be greep hU de situatie eenigszlns. T n Zuid-Amerika gaat het bU voetbalwed- I strijden niet zoo behoorlUk toe als by ons. waar de Engelsche sportge woon ten. het falr-play en het respect voor den tegenstander, vrU algemeen ingeburgerd zün. Ei veel heet bloed, dat de wedstry, temperamentvol zyn, zullen we taaar zeggen. Wie meespeelt mag zich en de zünen wel erg goed verzekeren, alvorens binnen de krytiynen te treden. Ook schijnt het meedragen van een machinegeweer geen overbodige luxe. Dit alles bleek ons bü de lectuur van het relaas, dat ,De Maandagmorgen" geeft vkn de wedstrijden om het kampioenschap van Zuid- Amerika. Argentinië en Paraguay pleegden het fraaiste stuk. Reeds «*eken van te voren wqp deze wedstrijd op groote affiches geafficheerd en zooate het goeden vaderlanders betaamt, voorspelden alle heeren sportredacteuren van de Argentijnsche bladen een groote overwinning voor Argentinië, terwijl hun Paragueesche collega's niet anders schreven dan: „You never can teil", maar dan in het Portugeesch of Spaansch. Eerlyk gezegd hadden de Argentijnen het meeste gelyk, want nog nooit was het in de geschiedenis van de Zuld-Amerikaansche voet balwereld voorgekomen, dat Paraguay van Argentinië gewonnen had. Paraguay was in deze competitie veruit de zwakste en Argen tinië zou hoogstwaarschynluk wel kampioen worden. Het zou dus idioot geweest zyn om vooral nu, nu de Argentynen voor eigen publiek 'dus voor eigen revolvers) speelden, een over winning van Paraguay te voorspelleh. Enfin, te midden van een intlemen en gezel- ligen toeschouwerskring van ®60.000 bezoekers begonnen de beide landen te voetballen, althans zy trachtten dit te doen, maar het lukte niet. Want nauwelüks een minuut na het begin maakte Paraguay het eerste doelpunt. Het ge volg hiervan was, dat de Argentynen nerveus werden en niet meer wisten hoe ze verder moesten .spelen, maar Paraguay was nog ner veuser. omdat ze bang waren voor de gevolgen van dit stoute stukje (Paraguay ligt nJ. niet aan zee). En jawel, nauweUjks was er weer afgetrapt of de eerste revolverschoten knalden, alle spe lers vielen op aanwyzing van hun resp trainers plat op hun buik om niet gewond of gedood te worden en het publiek stroomde het veld op. Het beweerde het niet eens te sUn met de lei ding. De Argentynsche spelers die in deze overstrooming een prachtgelegenheid zagen om de gelederen van hun tegenstanders te deci- meeren, openden een offensief op de Para- gueezen. Pas uit den oorlog tegen Bolivia wisten de laatsten echter hoe men zulke offensieven moet Opknappen, met het gevolg, dat na een veld slag van ongeveer een kwartier de scheids rechter den bal moest opst uiten tusschen twee ploegen van negen spelers. Van elke party wa ren twee spelers zwaar gewond naar het zie kenhuis vervoerd. Indien wy U het verloop van den wedstryd precies zouden moeten vertellen, zou U twaalf maal zoo'n kort Intermezzo tegenkomen. Intus schen had Paraguay met 43 de leiding geno men en had dezen voorsprong kort voor het einde nóg. Enkele spelen van Argentinië gin gen hiermee niet accoord en trachtten door een nieuw offensief nog enkele tegenstanders buiten gevecht te stellen. Toen greep echter de politie in. Enkele in specteurs kwamen het terrein op en terwyi ae hun sabels trokken, verzochten zy twee spelers vrlendeiyk het terrein te willen verlaten, omdat zy voor de samenleving gevaarlUk werden. De spelers verzochten den Inspecteurs hetzelfde, aangezien zü tot geen van de belde ploegen be hoorden en dus niets op het terrein te mazen hadden Daar echter In zulk een wedstrijd ge- wooniyk het recht van den sterkste geldt, namen de wetsdienaars de spelers onder den arm en verdwenen er mee In een politiewagen. 2too had Argentinië nog maar 7 en Paraguay nog steeds 9 spelers over. Dat Argentinië zyn achterstand niet meer kon Inloopen spreekt van zelf. Het verloor den wedstrijd, omdat het dacht stukken sterker te zyn, maar daarbU één ding vergat, nJ. te voetballen. ATT C A TT/^ATAT^1 °p bllM1 *4° mceTOlge da veraekeringsvoorwaarden tegen I <1 <r< r\ IN T*« ongevallen verzekerd voor een der volgende ultkeerlngen

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Noord-Hollandsch Dagblad : ons blad | 1937 | | pagina 7