aan den dag
een
Het Zeemonster van Nagasaki
I
Revolverschoten op
voetbalveld
s
De Ka-Tong-Loeang’s opgespoord
F 750.-
F 750.-
Kloosters branden
Barcelona
in
IN DE OERWOUDEN VAN
NOORD-SIAM
en
ppc«
leeafr
Isten.'
DONDERDAG 28 JANUARI 1937
concurrent
D
EN
L
door DON LOIS ALBARON
1
Een huwelijks- I
Avontuurlijke rei» van
Duitschen onderzoeker
AANGIFTE MOET, OP STRAFFE VAN VERLIES VAN ALLE RECHTEN, GESCHIEDEN UITERLIJK DRIE MAAL VIER EN TWINTIG UUR NA HET ONGEVAL
„Temperamentvol” spel
r
■Böse
iet.
Je
'EN
Jen
te
4.
ZEVENDE HOOFDSTUK
r
17
gegrepen:
de
'.Wordt vervolgd)
J
•n
te
d
U
r
ug.
en-
Het was dan ook geen wonder, dat Drein, toen hU vUf
minuten op het tooneel stond, heelemaal vergeten was wat hij
te seggen had. Drein stond wat je noemt met z'n mond vol
tanden en zoowel hy als Piet maakten een paar benauwde
oogenbllkken door. Daaraan kwam een einde, doordat ze allebei
hard van het tooneel wegliepen.
te denken
ik met
bij levenslange geheele
verlies van beide armen.
en
iw
■n
ie
1
t
l
i
het
wel
te
het
alle
ie be-
ahaye,
O op-
ahays
1 wa-
tomo*
SU-
o <->
rend
sren.
leeft
r en
iinnaq
con-
haar
strijd
Van
naar
'oor
n-
rleg
■ni-
pen
leid
bren-
wagen
n kou
irtocht
oor-
rt te
ïan-
den,
sou
>ed.“
van
idat
inst.
hikt
“Ws.
Men
wat
ook
alle
tdje
laar-
1Jn
en.
nsch
tg te
Volgens de berichten uit Schotland heeft de smidse te Gretna Green haar privilege
verloren. Sedert eeuwen kon de smid van dit gehucht, dat vlak aan de Engelsche
grens ligt, trouwlustigen in den echt verbinden. Deze praktijk gaf echter
aanleiding tot te veel misbruiken en zoo is thans de smidse van Gretna Green
teruggebracht tot het peil van een gewone dorpssmederjj Hierboven een ceremonie
in vroeger tijd
Schuilplaatsen van een by na
uitgestorven volk in een
onherbergzaam land
bij verttee van een hand,
een voet at een «ge
zit daar zoo-
en er uiterst
Ook al zou zijn voorraad films en foto's be
trekkelijk gering zijn en ook al zouden zijn aan-
teekeningen over de taal, de gedachtenwereld
en de gebruiken der Ka-Tong-Loeang's niet
zeer volledig zijn, dan nóg blijft zijn ontdekking
van groot belang, dat de Ka-Tong-Loeang's
werkelijk bestaan, dat zij noch pygmeeën, noch
negrito's, doch verre afstammelingen an een
Mongoolsch ras zjjn; bovendien kunnen de zui
verste tot. nu toe bekende vertegenwoordigers
der bamboe-cultuur niet anders dan een zeer
waardevol studiemateriaal zijn voor de weten
schappelijke wereld.
ren." zeide Gaston tactvol, „maar...onge
lukkig in bet spel.... Nietwaar? Nu moest u
nog alleen een Italiaan leeren kennen....**
„O, die ken ik al," onderbrak Ivonne hem
lachend. ..Dezen zomer komt hij hierheen! Ik
lieb zoo'n schitterende foto van hem."
Toen vijf minuten daarna orsson aan Ivonne
een goede nachtrust wenschte had hij ecn
stemmend antwoord ontvangen op zijn verzoek
uit beleefdheid natuurlijk in de volgende
week naar een theater te gaan.
Buurman: Ik heb de mijne maar
meegebracht, dan kunnen ze elkaar
gezelschap houden. (Smith’s Weekly)
Dat is tamelijk dichtby Men went aan schie
ten ais aan onweer De strijd ontwikkelt zich
over een groot terrein, van hier tot aan de
brandende kerk van O. L. V. ter Zee. De groot
ste moeilijkheid is bij zoo’n gelegenheid niet, om
weg te komen maar om te weten in welke rich
ting men zal vluchten. Het was een geheel
nieuwe combinatie die slaags was geraakt. De
troepen van de regeering vochten tegen de
Arbelders-mllitle. De inzet was het College. De
hardhandige confiscatie, waartoe men over wilde
gaan zoo hoorde Ik later was in strijd met
de persoonlijke gevoelens van den President van
het Uitvoerend Comité, zoodat we hier te maken
hebben met een intieme knokpartij, om zoo te
zeggen, in den boezem van de regeering zelf.
De president heeft hier zyn opvoeding genoten.
Dit is een daad van treffende piëteit en tenge
volge hiervan ligt het heele huis in puin.
t Was eigenlijk meer een vergissing dan boefachtigheid,
dat Piet Prikkel en Drein Drentel vergaten hun tooneelpakjes
uit te trekken. Ze hadden allebei een hoop levensmoed en
trokken dus verder. „Als t moet, dan loopen we naar Naga
saki zei Piet, .dat zeemonster loopt niet weg."
hoopen te zien ronddolen. Maar hjj was nergens
te Alen. Een der muren van de kapel was Inge
stort en het tongewelf hing als geblakerd spaan-
derhout omlaag. Gebroken beelden lagen naast
de weggebrande voetstukken. Het was een groote
ruïne.
Aan den kant van den geopenden muur moes
ten de zusters liggen. Er waren vermoedelyk
enkele vrouwelijke hyena's geweest, want de
lijken waren reeds gedeeltelijk beroofd van haar
poover bezit. Sluiers waren afgerukt en kleeding-
stukken weggeroofd. Thans liggen de lijken half
bedolven onder den ingestorten muur.
Uit de grotten van het puin sloop onver
wacht een donkere gedaante naar mij toe. Het
spreekt vanzelf, dat ik eerst aan Don Pedro
dacht, maar ik zag den omtrek van een andere
figuur. De man strompelde gebogen door de
heete asch en porde met zijn stok in de flarden
en smeulende resten, die overal te walmen lagen.
Hfj had mij gehoord en zocht in de richting
van het geluid. Toen hij mij zag. kwam hij
rechtstreeks naar mij toe. Orinnekend wees hij
op de lijken in het puin. Ik zag opeens, dat ik
te doen had met een halven ididoot. De man
had een dringende behoefte om zijn onklesche
praatjes te luchten. Om hem kwijt te raken,
ging ik heen, maar hij liep broederlijk met mij
mee Aanvankelijk had hij weinig mee te deelen.
daf rich voor publicatie leent. Het was trouwens
ook niet nieuw of interessant en zelfs op zijn
rellefdkoosd terrein toonde deze imbeciel ontstel
lend weinig geest te bezitten.
Spanje praat: zelfs als het wordt platgebrand
en doodgemarteld. De discussie om de discussie.
.Juan," begon ik, .met hoogere geestelijke
waarden bedoel ik niet de kunst, niet de weten
schap en niet de literatuur. Ik bedoel nog heel
iets anders. Ik wil zeggen, dat de kloosterlingen
op den hoogsten top staan van de samenleving.
Dat in hun leven in de hoogst mogeiyke vol
komenheid wordt uitgedrukt, wat God met de
schepping en de verlossing van de menschen
bedoeld heeft"
„Huy,” zei Juan. ,Kun je dat niet wat duide
lijker zeggen?"
„Misschien wel.”
Het was doodstil in de kamer.
„God schiep de zonnebloem
„God?” zei Juan. „Nou ja.
Juan was breed van opvatting. God mocht
er dan wel by komen om mij een pleiziertje te
doen In werkelijkheid dacht Juan:
„HU is niet wijzer."
•Als bet zaad van de zonnebloem ontkiemt,
Het spreekt vanzelf, dat de directeur van den schouwburg hee
lemaal niet tevreden was en tegen hen zei, dat ze maar beter
deden met onmiddellijk te vertrekken. Dan gebeurden er geen
ongelukken, zei-ie. Piet en Drein vonden het natuurlijk wel
treurig, maar niettemin gaven ze terstond gevolg aan deze
uitnoodiging
inds eenigen tijd reeds maakte de Duitsche
pers zich ongerust over den heer en me
vrouw Bernatzik, twee ontdekkingsreizigers.
--1 zoo popu-
het echtpaar Vlsser-van
„Dit is mijn moeder, dit is mijn vader en
hier is mijn hondje." stelde Ivonne eenige we
ken later Gaston voor, toen hjj zijn eerste be
zoek aan de familie bracht door toevallige om
standigheden. want htf had meermalen zich
zelf beloofd, niettegenstaande alles, vrijgezel te
blijven. Zoo by een kopje thee deed zich de
uitnemende gelegenheid voor, dat ivonne een
foto aan Gaston liet zien van een eleganten
Jongeman met zwart haar en een onleesbaar
onderschrift.
„Wie is dat?” vroeg Gaston met bepaalde
vermoedens.
'.Dat is nu de Italiaan, waarover ik sprak."
zei Ivonne bekoorlijk lachend.
„O, de Italiaan, die ideale man. En intus-
schen ben ik zoo'n ezel geweest om
dat je dien kerel zou vergeten, als
ging wandelen, een theater bezocht en je &n-
0enaam trachtte te zijn. Een Italiayi, een
buitenlander, is echter veel interessanter, niet
waar?" En Gaston bemerkte in zijn opgewon
denheid niet een* dat Ivonne hem ditmaal
geen antwoord gaf
Gaston had al enkele vergaderingen afgezegd,
nu verliet hjj zelfs enkele vereenlgingen, om
maar rijd te besteden aan Ivonne. maar hij
bleef volhouden dat hjj tóch vrijgezel zou blij*
ven.
„Kijk eens," juichte Ivonne op een avond,
.ik heb een brief gekregen van mijn Italiaan!"
en zij hield hem een enveloppe onder den neus.
.Moet je eens hooren, hoe heerlijk dat klinkt,
wat hjj schrijft," ging Ivonne verder, terwijl
ze den brief openvouwde. „Hier lees eens:
„tutto 11
Juan. dan dringen de worteltjes In den grond.
Het zjjn sappige, sterke stengels, die in de diepte
voedsel zoeken voor de kiemende plant en zij
brengen het over naar den stengel, die krachtens
zijn instinct.krachtens zijn ingeschapen ver
langen omhoog dringt naar het licht."
Met dat licht wordt natuurlijk God be
doeld....” viel Juan my in de rede.
.Duister: de stengel ontwikkelt zich, hij groeit
omhoog en er schieten bladeren uit, die hun
eigen doel nastreven voor het Instandhouden
van de heele plant."
Juan luisterde opeens in ernstige aandacht.
Een der zustertjes had de oogen opgeslagen en
ving een hartelijken glimlach van Chlqulta op.
.Maar in den top van den stengel, op de
uiterste grens tusschen plant en licht, daar ont
luikt de bloem: de stille zwijgende bloem. In die
bloem eindigt de hevige drang van het instinct
van het verlangenen zij heeft niets anders
meer te doen dan het licht te vangen en Gods
schoonheid te verkondigen. En in het rijkste deel
daarvan, in het hart.... daar ligt het zaad te
rijpen/’
Chlqulta knikte tevreden.
Juan was er stil van geworden. Voor het eerst
zag hij het ideaal van een Christelijke samen
leving duidelijk voor oogen staan.
„U wilt zeggen." ze hjj na een poos, „de plant
is de maatschappij en de bloemen zijn de kloos
terlingen."
.Natuurlijk." bromde Sebastian „dat ligt er
dik genoeg op. zou ik denken."
jn de stilte zaten we te luisteren naar bet
verwijderde gedonder van kanonnen.
dlum, toen de ontdekking van het wonder der
radio een zoo kolossale onderneming overbodig
maakte.
In dit onherbergzame land zochten en vonden
de laatste resten van overwonnen en schier uit
geroeide volken in lang vervlogen tijden een
toevluchtsoord. Het leven was daar hard en
onverbiddelijk, maar het lot, dat hen onder de
slagen van ópdringende, krachtiger rassen uit
de vruchtbare dalen van Burma, Siam en Chins
verdreven had. liet hun geen andere keuze.
De wetenschap legt voor deze schamele over
schotten van wat eens groote en machtige vol
ken waren, een levendige belangstelling aan den
dag. Die wilde bergbewoners Immers bewijzen
zonneklaar, door wie de aangrenzende landen
oorspronkelijk werden bewoond.
Wat Achter-Indië betreft is men er nog
steeds niet in geslaagd een afdoend antwoord
te geven op de vraag, hoe ver de met de Mon
golen verwante oerbewoners naar het Zuiden
zijn doorgedrongen. Het is niet onwaarschijn
lijk. dat de Maleiers. die de eilanden van Ach-
ter-Indlë bevolken, een sterken Mongoolschen
Inslag hebben. Is dit inderdaad het geval, dan
moeten er ook Mongoolsche volksstammen tot
hier toe doorgedrongen zjjn en kan het niet an
ders. of in de eensaamheld van het oerwoud
moeten er nog late afstammelingen opgespoord
kunnen worden van die Mongoolsche oerbevol
king.
Het succes der expeditie van het echtpaar
Bernatzik ligt nu daarin dat de aanwezigheid
der oorspronkelijk Mongoolsche Ka-Tong-Loe
ang’s in het uiterste Noorden van Siam kon
worden vastgesteld.
Het zal wel niet zoo heel eenvoudig geweest
zijn om met deze wilden in contact te komen.
Van vader op zoon hebben zy geleerd, dat heel
de buitenwereld hun vijandig gezind ia. Daar
komt nog bij. dat zU ook heden ten dage niet
I beschermd worden en iedere inboorling, die
toevallig een Ka-Tong-Loeang aantreft, deaen
als een schadelijk dier zonder meer vermoordt.
De Ka-Tbng-Loeang’s, die niet over wapenen
van eenige beteekente beschikken en die weer
loos zijn overgeleverd aan de wreedheid der
vele tijgers, welke hun wouden onveilig maken,
kennen dan ook geen andere methode om het
veege lijf te redden, dan altijd maar te vluch
ten en zich zooveel mogelijk onzichtbaar te hou
den. Zij zijn zoo schuw als geen der dieren van
het oerwoud.
Hun zonderling gedrag en vooral de manier,
waarop zij zich in geval van ontdekking als het
ware op slag onzichtbaar maken, heeft er toe
geleld dat de inboorlingen een soort bUgeloovlge
vrees voor hen koesteren. ZU noemen hen de
.geesten der gele bladen”, omdat vrijwel het
•enige bewijs van hun bestaan dat zU ooit in
handen kregen windschermen zUn van ver
droogde bladen die ruw gevlochten zijn rondonf
stukken bamboe.
Dr. Hugo Adolf Bematzik. die niet alleen
over veel ervaring, doch ook over een voldoende
technische uitrusting voor zijn werk beschikt,
zal. nadat hU den lichaamsbouw, de taal, het
peil van beschaving, de gedschtenwereld en de
gebruiken der Ka-Tong-Loeang’s, zij het mis
schien ook eenigszlns voorloopig bestudeerde,
met de resultaten van zijn arbeid ongetwijfeld
ook bulten den kring van het krantenlezend
publiek de aandacht trekken.
„Nu moet ik een Alpinist van u hebben,
oom." zei Pauline tot haar oom Marcel, wien
ze glimlachend de foto teruggaf van den Ita
liaan Benjamino Brado. aooals zfj hem vroeger
de foto van den Engetechen uitvinder Walter -
Statson had teruggebracht.
Oom Marcel deed de foto in zUn verzame
ling en zocht naar de foto van een Zwitser.
Daarop reikte Pauline enkele uren later aan
haar vriendin Constance een foto over van den
Alpinist Wilhelm Stolzer en diens daarbU be-
hoorend handschrift
Wederom zou een verstokte vrUgeael tegen
zyn concurrent vechten en uit een succesvollen
.'■tryd als overwinnende held te voorschUn tre
den.
„Ik moet de stad nog in,” zei ik opeens
,De stad in? Nu?"
„Ik ga den Rector zoeken."
Een van de zusters stond op.
„BlUft u niet hier?" stamelde zU-
Ze waren bang als vogeltjes.
Sebastian vroeg echter:
„Komt er nog meer volk in huls?"
Ik haalde de schouders op.
,Jk weet het niet. Don Pedro del Torres....
MisschienEn als u hem hebben kunt."
.MUn huls is al overbevolkt," grinnikte hU.
terwUl hy met zUn wijsvinger een kringetje
teekende rond twee platgeslagen wandluizen op
den muur. En hU ging voort:
.Al* de zusters genoegen kunnen nemen met
boven-achterdan loopen ze niemand in den
weg."
En Chlqulta knikte:
.Ja, kindertjes. Sebastian zal je wel verwen
nen. Maar hy heeft gelyk. We zyn geen logée's
gewend zie je.... Maar de wil is goed. De wil
is goed.”
De zusters stommelden het trapje op.
.Dn gee* spektakel maken," riep de zeeman
haar achterna
Met een gerustgesteld gemoed daalde ik het
Uzeren trapje af naar de straat. Tot zoover was
het goed gegaan. De zusters waren onderdak.
Ik weet, dat het bU Sebastian 'wemelt van de
wandluizen.
Nou ja....
Men kan wel viool spelen, al is het instrument
geen Stradivarius.
ongeschiktheid tot werken door Ie' 7^0 b*J een ongeval met fê* OtwO
a, beide beenen of beide oogen sJ\JdoodeUJken afloop fcévFKZa"
-j-w eeds eenigen tijd waren Paul en Pauline
IV getrouwd en ze waren overgelukkig. Zoo
zelfs dat Pauline niet anders wilde dan ook
anderen gelukkig te zien. IMarotn zei ze op
een avond tegen Paul:
•Die vriend van je. Gaston bedoel ik. dat 1*
een aardige jongen, Paul."
.Doo. vind je?” vroeg Paul heelemaal niet
ge In t e reet er d.
^fa, en ik weet dat Ivonne hem heel graag
mag.”
„O, juist. Nou. dat is dan wel prettig voor
liaar." vond Paul.
„Maar ik geloof ook, dat ze van hem houdt,
zie Je. en ik denk dat ae het heerlUk zou vin
den als hU haar vroeg."
„Zeg eens” aei Paul, ,Je weet toch dat Paul
een verstokte vrijgezel is en niet aan vrouwen
of trouwen denkt?”
.Dat dacht JU vroeger immers ook niet, Paul.
Maar daarom kan hu toch Zaterdagavond wel
eens bU ons komen bridgen?” meende Pauline.
.Met drie man kun je niet bridgen." zei
Paul volkomen logisch.
„Dan zullen we Ivonne ook ultnoodigen
vind je dat goed?"
Aldus ontvingen den volgenden Zaterdag
Paul en Pauline een ouden vriend en een
jeugdvriendin als bridge-gasten en ontmoetten
Ivonne en Gaston elkander voor het eerst tij
dens een langen genoeglijken avond in hulse-
lijken kring.
Pauline vond Ujd om tusschen het kaarten
door een enthousiast verhaal te doen over de
schoonheid van Italië, waarheen zU naet Paul
haar huwelUksrels had gemaakt, en Ivonne
deed de opmerking:
.Jk zou alleen van een Italiaan kunnen hou
den. Italianen lUken my ideale menschen.
.Dat zei Pauline vroeger van de Britten ook.
en toch heeft ae my genomen.” merkte Paul
eenigszlns zegevierend op. Gaston hoorde dit
alles aan en hU nam opnieuw het onwrikbaar
besluit voor altijd vrijgezel te blUven.
.Je weet dat Ivonne maar vUf minuten van
hier woont, dus breng ju haar wel even thuis,
nietwaar Gaston?” vroeg Pauline als een vol
leerd diplomaat bU het afscheid. De beleefd
heid deed Gaston aan zUn plan verzaken om.
in uiterste instantie, Ivonne slechts tot de
tramhalte te vergezellen.
De kaartavond had aan Gaston echter bU-
gebracht, dat Ivonne bulten een slecht bridge-
spe elster. een alleraardigst, bescheiden, blond
meisje was, dat tegelUk intellectueel en vat
baar was voor humor. Tien minuten na het
vertrek bU Paul en Pauline, liepen Ivonne en
Gaston nog vroolUk pratend hun „blokje rond",
om even van de frissche lucht te genieten.
„U heeft één gulden rijf en twintig verlo-
Over de geheele stad ligt een roze gloed ver
spreid.
Het Carnaval van Satan dreunt nog door de
straten. -
BU de havens is het een drukte als bU een
nationaal feest. Het brandt overal, aan alle
zijden en langs het donkere water staat een
zwarte zoom van menschen met een oneindigheid
als achtergrond. De gezichten staren als gloeien
de maskers naar de vlammende stad. Ik zie de
koppen naast en boven elkaar als de noten en
accoorden op een muziekbalk staan
Anders kalme geesten zUn door de sensatie
het besef een dag te beleven, die
eeuwig in de Historie zal blUven. heeft velen al
verzoend met de vernietiging van zooveel
grootsch en zooveel schoons.
Vrouwen staan in troepen bU elkaar tegen
de hekken aan. ZU stellen zich het meest aan.
Ze gillen en krtjschen en joelen lachend wilde
grappen in het rond.
In de duistere diepte daarachter, op het em
placement, glijden verliefde j>aren rond, en
dwepen met de sterren die hier nog zichtbaar
zUn. Van de oude, strenge Spaansche opvatting
dat vrouwen zich na den ondergang van de zon
niet meer op straat zullen begeven, is niet veel
meer over hier: in deze stad is zU reeds lang
weggesleten onder de zolen van de slenteraars
die met de nieuwe tUden nieuwe zeden brachten.
Een eind verderop is het preludium van een
nieuw gevecht. Het begint als een veelbelovend
▼uurwerk met den knal van een granaat.
aan gene zyde onzer Oostergrenzen
lair als ten onzent
t Hooft.
Thans te uit Bangkok te Beriyn een telegram
ontvangen, volgens hetwelk dr. Hugo Adoif
Bernatzik en zUn vrouw, na ruim drie maan
den niets meer van zich te hebben laten hooren.
behouden zUn aangekomen te Nan, de oude
koningsstad der Lao’s, in het Noorden van Siam.
TUdens een moeizame en gevaarlijke expeditie
is het hun gelukt, in de oerwouden, welke ds
woeste berghellingen van Noord-Siam bedek
ken, de Ka-Tong-Loeang's op te sporen, een
wilden volksstam, waarvan tot nu toe niet met
zekerheid viel te zeggen, of hU bestond of niet.
De bergketen, die de grens vormt tusschen
Siam en Annam, te uiterst steil en dicht begroeid
met vrüwel nog onbetreden wouden. Het echt
paar Bernatzik waagde zich, slechts van een
zeer klein aantal dragers vergezeld. In deze wil
dernis. waar het ondanks alle ontberingen, een
ondraaglijk klimaat en groote wederspannlgheid
van de zUfle zUner bUgeloovlge inheemsche rete-
genooten. een marsch van vier lange weken
wist vol te houden. Deze enorme inspanning en
dit bewonderenswaardlge doorzettingsvermogen
werden rykelük beloond.
Dr Hugo Adolf Bernatzik en zUn vrouw ont
moetten vier verspreid wonende troepen Ka-
Tong-Loeang's.
ZU slaagden er in, het vertrouwen van deze
Wilden te winnen. Ze leefden eenige maanden
^met hen tezamen en waren op die wyze in
staat om diepgaande antropologische, linguïs
tische en ethnologische studies te maken.
Dr. Hugo Adolf Bernatzik, die de onkosten
zUner expeditie voor een belangrijk deel bestrijdt
uit de opbrengst van de bUdragen. welke hU
regelmatig aan verschillende Duitsche kranten
levert, kon in het korte telegram, waarmee hU
de redacties der bladen, wier geregelde mede
werker hU te, gerust stelde omtrent zUn lot,
mededeelen, dat de Ka-Tong-Loeang’s de ut-
stammellngen zUn van een Mongoolsch ras. die
een zeer primitieve, doch eigen e^zMMtandige
taal spreken en die de zuiverste riiog^Sevein!.
vertegenwoordigers zUn der zoogenaamde bam
boe-cultuur. y
Het te voor den tweeden keer, dat dA Hugo
Adolf Bernatzik tydens zUn huidige expMltie
een onbekend volk ontdekt. Alvorens hU de'bin
nenlanden van Siam in trok, stelde hU op oen
oever van den Indischen Oceaan het bestaan
vast der Seloeng's, een volk, dat uitsluitend op
het water, niet in paalwoningen of iets derge-
lUks. doch op booten leeft. Deze ontdekking
baarde nogal eenig opzien, daar de Seloeng's niet
in de schier onbegaanbare en nog ondoor-
igpchte gebieden, welke in den regel t reisdoel
van exploratie-reizigers zyn, ontdekt werden,
doch In tegendeel, om zoo te zeggen, aan den
rand der beschaving leven.
Het was geen bloot toeval, dat dr. Hugo Adolf
Bematzik op de grens van Steun en Annam in
contact kwam met de Ka-Tong-Loeang's. Reeds
eerder was het bestaan dezer wilden gesigna
leerd. Intusschen wist de wetenschap echter
nog steeds niet, wat zy aan de Ka-Tong-
Loeang's had. Waren het primitieve menschen
of een onbekend soort Intelligente apen? Be
stonden zy alleen maar in de verbeelding van
bUgeloovlge inboorlingen of dankten zy hun
ontstaan aan de grootspraak van een paar
jagers-op-grof - wild
Het te de verdienste van het echtpaar Ber
natzik ook al kan men op het oogenbllk nog
niet* zeggen omtrent de waarde van het ver
zamelde wetenschappelijke materiaal dat het
bestaan, de verblijfplaats en het peil der be
schaving van de Ka-Tong-Loeang's thans geen
raadsel meer te.
Wanneer men fanult Bangkok de Me-nam op
vaart. komt men na een lange en vermoeiende
reis in de aloude Koningsstad Nan aan. Nan
ligt op de grens van een gebied, zoo onbekend
als de wereld er maar weinige meer telt. Vier
staten raken hier elkaar; het Achter-Indiscne
Burma. Siam, het Fransche Indo-Chlna en de
Zuideiykste uitlooper van het Chineesche RUk,
maar niettemin te het een niemandsland, geen
grens te er scherp getrokken, men vindt er geen
soldaten en geen politie, er bestaat geen ge
schreven wet.
De woeste, steile bergen, die grootendeels
schuil gaan onder de woekerende wildernis van
bet oerwoud en de grillige kloven, waardoor on
tembare stroomen hun weg naar de dalen zoe
ken, hebben practlsch nooit de belangstelling
van de buitenwereld genoten behalve dan in de
dagen, dat men er over dacht om Indo-Chlna
telefonisch met Siam te verbinden. Deze pio
niersarbeid was echter nog in zyn eerste sta-
Men heeft mü wel eens verteld, dat een land
schep. waarover een wolk van sprinkhanen te
fatsen gewaald, zóó troosteloqe en leeg er uit
ziet, dat men feiteiyk niet meer van een land
schep spreken kan. Zoo was het ook met het
klooster van St. Joseph. Na den aftocht van de
roode sprinkhanen, en nadat de gewone roode
haan had uitgewoed, was het moeliyk om nog
van êen klooster te spreken Er stond een puin
hoop te rocken, het had ook een fabriek kunnen
*Un. Een vleugel van het gesticht brandde nog
maar er was niemand meer in de buurt, die
zich ervoor interesseerde.
Ook Don Pedro niet.
Ik had gehoopt hem hier nog by de puin-
„Carissima!” en dan aan het slot:
mlo suore Prachtig, niet Gaston?"
„Onzinnig." zei Gaston.
„Onzinnig?” herhaalde Ivonne verbaasd.
.Matuurlyk, Ik versta heelemaal geen Ita-
liaansch. hoe zou ik 't dan kunnen lezen?”
bromde Gaston.
„Och ja! Nu er staat in dat hU beslist hier
heen komt. En dan wil hy ook myn hand
vragen en.,..”
„En dan ge je hier weg. uit je land vandaan,
om naar zoo'n stelletje bergen en wat blauwe
lucht te kyken. Zooiets noem ik ongehoord,
zoolets
.Met schelden zul je 't niet erger maken,"
meende Ivonne. en Gaston zweeg.
Des avonds be
sloot hU eerst met
Paul te gaan pra
ten
„Hoe heb JU
eigeniyk je vrouw
leeren kennen?"
begon Gaston het
interview.
.DU haar vriendin Marianne op een bridge
avond,” zei Paul
.Nou ja, dat te vriendschappciyk. Je kent
elkaar, leert elkaar beter kennen en wordt
vrienden. Ik bedoel, wanneer kreeg je idee,
dat ze wel eens je vrouw kon worden?”
„O, eenige weken later,*’ geloofde Paul.
..En wanneer heb je haar gevraagd?" Bet
Gaston meedoogenloos het verhoor voorgaan.
.Ja, eigeniyk hoi over bei! Dst kon niet
anders, zie je. Ze had nameiyk kennis aan een
Engelschman, die haar uitstekend scheen te be
vallen. Ze had me zyn foto laten zien en 'twas
werkelyk een patente kerel. En ze vertelde
me dat hü haar geschreven had. dat hU over
kwam om haar te vragen. Toen heb ik afge
zworen vrygezel te zyn. omdat ik het hopeloos
jammer zou vinden, als soon aardig vrouwtje
hier werd weggehaald, om altyd in een dikken
mist te wonen Je begrüpt. dat ik anders nog
wel eenigen tyd noodig zou hebben gehad om
alle nadeelen rustig te overwegen, maar by zoo
groote concurrentie moet je niet lang talmen,
nietwaar? Overigens, beste kerel, heb ik er
niets, niets geen spyt van. hoor!"
Gaston sprong overeind en holde naar de
telefoon en even later het huis uit. Paul was
verbluft over een dergeiyk optreden, doch toen
bij den volgenden dag vernam dat Ivonne en
Gaston zich dienzelfden avond met toestem
ming van haar ouders hadden verloofd, be
greep hU de situatie eenigszlns.
T n Zuid-Amerika gaat het bU voetbalwed-
I strijden niet zoo behoorlUk toe als by ons.
waar de Engelsche sportge woon ten. het
falr-play en het respect voor den tegenstander,
vrU algemeen ingeburgerd zün. Ei
veel heet bloed, dat de wedstry,
temperamentvol zyn, zullen we taaar zeggen.
Wie meespeelt mag zich en de zünen wel erg
goed verzekeren, alvorens binnen de krytiynen
te treden. Ook schijnt het meedragen van een
machinegeweer geen overbodige luxe.
Dit alles bleek ons bü de lectuur van het
relaas, dat ,De Maandagmorgen" geeft vkn de
wedstrijden om het kampioenschap van Zuid-
Amerika.
Argentinië en Paraguay pleegden het fraaiste
stuk.
Reeds «*eken van te voren wqp deze wedstrijd
op groote affiches geafficheerd en zooate het
goeden vaderlanders betaamt, voorspelden alle
heeren sportredacteuren van de Argentijnsche
bladen een groote overwinning voor Argentinië,
terwijl hun Paragueesche collega's niet anders
schreven dan: „You never can teil", maar dan
in het Portugeesch of Spaansch.
Eerlyk gezegd hadden de Argentijnen het
meeste gelyk, want nog nooit was het in de
geschiedenis van de Zuld-Amerikaansche voet
balwereld voorgekomen, dat Paraguay van
Argentinië gewonnen had. Paraguay was in
deze competitie veruit de zwakste en Argen
tinië zou hoogstwaarschynluk wel kampioen
worden. Het zou dus idioot geweest zyn om
vooral nu, nu de Argentynen voor eigen publiek
'dus voor eigen revolvers) speelden, een over
winning van Paraguay te voorspelleh.
Enfin, te midden van een intlemen en gezel-
ligen toeschouwerskring van ®60.000 bezoekers
begonnen de beide landen te voetballen, althans
zy trachtten dit te doen, maar het lukte niet.
Want nauwelüks een minuut na het begin
maakte Paraguay het eerste doelpunt. Het ge
volg hiervan was, dat de Argentynen nerveus
werden en niet meer wisten hoe ze verder
moesten .spelen, maar Paraguay was nog ner
veuser. omdat ze bang waren voor de gevolgen
van dit stoute stukje (Paraguay ligt nJ. niet
aan zee).
En jawel, nauweUjks was er weer afgetrapt
of de eerste revolverschoten knalden, alle spe
lers vielen op aanwyzing van hun resp trainers
plat op hun buik om niet gewond of gedood
te worden en het publiek stroomde het veld op.
Het beweerde het niet eens te sUn met de lei
ding. De Argentynsche spelers die in deze
overstrooming een prachtgelegenheid zagen om
de gelederen van hun tegenstanders te deci-
meeren, openden een offensief op de Para-
gueezen.
Pas uit den oorlog tegen Bolivia wisten de
laatsten echter hoe men zulke offensieven moet
Opknappen, met het gevolg, dat na een veld
slag van ongeveer een kwartier de scheids
rechter den bal moest opst uiten tusschen twee
ploegen van negen spelers. Van elke party wa
ren twee spelers zwaar gewond naar het zie
kenhuis vervoerd.
Indien wy U het verloop van den wedstryd
precies zouden moeten vertellen, zou U twaalf
maal zoo'n kort Intermezzo tegenkomen. Intus
schen had Paraguay met 43 de leiding geno
men en had dezen voorsprong kort voor het
einde nóg. Enkele spelen van Argentinië gin
gen hiermee niet accoord en trachtten door
een nieuw offensief nog enkele tegenstanders
buiten gevecht te stellen.
Toen greep echter de politie in. Enkele in
specteurs kwamen het terrein op en terwyi ae
hun sabels trokken, verzochten zy twee spelers
vrlendeiyk het terrein te willen verlaten, omdat
zy voor de samenleving gevaarlUk werden. De
spelers verzochten den Inspecteurs hetzelfde,
aangezien zü tot geen van de belde ploegen be
hoorden en dus niets op het terrein te mazen
hadden Daar echter In zulk een wedstrijd ge-
wooniyk het recht van den sterkste geldt, namen
de wetsdienaars de spelers onder den arm en
verdwenen er mee In een politiewagen. 2too had
Argentinië nog maar 7 en Paraguay nog steeds
9 spelers over. Dat Argentinië zyn achterstand
niet meer kon Inloopen spreekt van zelf. Het
verloor den wedstrijd, omdat het dacht stukken
sterker te zyn, maar daarbU één ding vergat,
nJ. te voetballen.
ATT C A TT/^ATAT^1 °p bllM1 *4° mceTOlge da veraekeringsvoorwaarden tegen
I <1 <r< r\ IN T*« ongevallen verzekerd voor een der volgende ultkeerlngen