Hoe Spanje steeds verarmde
Het Zeemonster van Nagasaki
<wm den daq
H
Slecht-Hoorend
F 250.-
F 750.-
F 750.-
H
van
De zorgen
Jimmy
miiiiiiiHiiifiii'Ufniiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiniiiiuiiiiniiiiiiiiii'i
DOOR P C. WODEHOUSE
Het tegenwoordige
Japan
K
GOUD EN GENERAALS
mt
IR
HET WESPENNEST""^
VRIJDAG 5 FEBRUARI 1937
sr
De truc
I
>RT
I
Een opper-officier per
1OO manschappen
Voor of tegen leger
en vloot
11
u
In het leger regeerde vroeger
altyd een groote mate van
avontuurlijkheid
AANGIFTE MOET, OP STRAFFE VAN VERLIES VAN ALLE RECHTEN, GESCHIEDEN UITERUJK DRIE MAAL VIER EN TWINTIG UUR NA HET ONGEVAL
i
een
9
r
voor
hel.
mijnheer.
wat
Collison
kamer
3
..Zit
i Wordt vervolgd)
alleen maar op jacht naar een
ben
’em
la
Uo-
1 voeren,
lat ,.SH"
zeggen: „let even extra
wel
haar
I
m d«
mater
i van
geen
i Ko-
a.
schil,
r met
te
voor-
>men.
erltfn
rdlg-
Onze
e de
'aar-
Lult.
die
slne-
‘ran-
uit-
and>
’em-
tUd
met
re ter
lann
uten
side Drive
hü alleen maar In staat zijn, zich
den in Pine Street tegenover Vol
Khe
Fe-
tijn wielrijders, die bovenstaand
kenteeken op hun flets
(„Steunt Hen" wil i fa
tevens
Vp!”)
HU gaf Piet en Drein ook een paar soldaten mee om hen een
eindje te beschermen. Zoo kwamen ze in het hartje van Azië
terecht, bü den Mount Everest, den hoogsten berg van de wereld.
„Daar is nog nooit iemand bovenop geklommen’’, zei Piet, „dus
daar moeten wij ook maar niet aan beginnen.”
Nog geen vijf minuten later was de groot-vizier al opge
hangen aan den hoogsten boom van Perzië en de Sjah, die niet
wist hoe hjj voldoende uiting kon geven aan zijn blüdschap en
dankbaarheid, verleende Piet en Drein de buitengewone gunst
ook eens een trekje te mogen doen aan zijn Turksche pijp.
bij verlies van een hand,
een voet of een oog.
De eerste moeilijkheid die se ondervonden was met een in
woner van dit land, een Tlbetaan, die niets anders te doen had
dan op te passen, dat er geen ongewenachte vreemdelingen bin
nenkwamen. Maar toen Plet en Drein allebei een vlaggetje had.
oen laten zien, dat ze vroeger van huls hadden meegenomen,
zei de Tibetaan: „Oa maar nr.ee."
oe kwam het. dat Spanje, het land dat
thans ieders Intense belangstelling heeft,
zoo spoedig na de zestiende eeuw, waarin
wereldrijk
et conflict in de Japansche regeering was
In den grond een oppositie tegen de enor
me uitgaven door leger en vloot, die 46
procent van de begrooting uitn.aken. Deze op
positie komt niet rechtstreeks van het volk.
Het Japansche volk ageert uil-
politici, die voor of tegen het leger
arbeider zelf houdt zich bulten het
Hei.
moet dat?
M’n vrouw heeft een stof
zuiger. maar wij hebben geen
electriciteit en daarom moet ik
’t kantoor aansluiten.
Het radio-station op het Jan Mayen-eüand in de Noordelijke Ijszee, voornamelijk
dienend voor het uitzenden van meteorologische berichten. Op den achtergrond
de met Ijs bedekte vulkaan Beerenberg
I
alleen door zUn
zijn. De
JH. conflict,
en leeft zoo sober mogelijk, om van zijn klein
Over de
schrijft
Ogden zocht verder in zijn doos met toffees.
„Ook wat hebben, paps?”
„Nee."
„U hebt nog gelijk. Op uw leeftijd moet men
voorzichtig zijn.”
„Nou, u schiet al op, hé? U bent zoo jong
niet meer. Maar kom toch binnen paps, als je
wil binnenkomen. Het tocht zoo met die deur
open.”
Meneer Pett droop af, kokend. HU vroeg
zich af, hoe een andere man, in zUn plaats, in
die situatie zou hebben gehandeld. De be-
lachelUke wisselvalligheid van het menschelük
karakter maakte hem woedend. Waarom moest
hij toch een heel andere man zUn in River-
dan in Pine Street? Waarom zou
doen gel-
/ölwassen men-
schen. en niet capabel om een knaap van veer
tien uit zün gemakkelUken stoel te jagen in
Riverside Drive? Het kwam hem soms voor,
alsof er een wilsverlammlng optrad, zoodra hü
van zUn kantoor weg was.
Intusschen moest hU nog altUd een rustig
plekje zien te vinden om zijn krant te lezen.
HU bleef een oogenblik in gedachten staan.
Toen klaarde zijn gezicht op en hu begon
trappen te klimmen. Toen hU op de boven
ste verdieping kwam, ging hU daar de gang
door en klopte op de deur aan het eind daar
van. Evenals beneden, weerklonk van achter
die deur gerucht, maar ditmaal scheen dit
meneer Pett niet te ontmoedigen. HU hoorde
het geluid van een schrijfmachine en hü
luisterde er even naar, welwillend en goed-
„Ja. juist.” herinnerde zich de chef in het
geheel niet.
„U had uw koffen reeds gepakt en uw vrouw
waa overtuigd, dat haar schoenen niet waren
medegepakt.”
„Juist, nu u het zegt, dat herinner Ik me
nog best,” loog de chef verder, die uit zakelUke
overwegingen den cliënt niet meende te mogen
teleurstellen.
„Er werd gezocht en gezocht, de schoenen
waren onvindbaar. Tenslotte besloot u den
huisknecht te roepen.”
„Ja, en dat deed ik dan ook.” waagde de
chef te veronderstellen.
..Den huisknecht was niets bekend, niemand
dan hü ging over de schoenen van de hotel
gasten. Doch hU beloofde mevrouw, dat hu oo-
middelUk zou in-
fortneeren of mo
gelük het vermis
te paar schoenen
zich bü den por
tier bevond in de
afdeellng gevon
den voorwerpen."
„Juist, juist.” knikte de chef en begreep niets
van dit ongewoon en. naar zün meening, ont
zettend onbelangrijk verhaal.
De heer James Collison scheen echter zeer
geamuseerd en ging verder:
„Eenigen tUd later meldde zich de huisknecht
aan uw kamer en deelde mevrouw mede, dat
geen enkel paar dames-schoenen zich in de
afdeellng gevonden voorwerpen bevond. Slechts
een paar jongedames-schoenen was daar aan
wezig. hü had ze meegebracht, maar het was
uitgesloten, dat die van mevrouw konden zün.
Het waren wel een paar hoogst elegante schoe
nen. doch de maat toch te klein voor een
da meevoel. Intusschen hield de huisknecht het
paar schoenen voor zich uit zonder de büzon-
dere belangstelling van uw vrouw daarvoor te
vragen."
De chef knipperde even met de oogleden; on
aangename mogelükheden betreffende de gees-
telüke capaciteiten van den heer James Colli
son. die zoo juist een zeer kostbare limousine
had gezegd te koopen. kwamen zün aandacht
voor het verhaal hoogst bedenkelük verstoren.
„O..., ja.... ja.” zei hij zwakjes.
..Maar, weet u. die beweging trok heel sterk
de aandacht van uw vrouw en plotseling be
merkte zu iets aan die schoenen. ..Maar, dat
zün mUn schoenen!" en zü overtuigde zich
van nabU. De huisknecht maakte aller
innemendst zün excuus over zün fout, die me
vrouw hem niet kwalük moest nemen, want hü
had niet durven veronderstellen, dat mevrouw
de bezitster was van een zoo kleinen voet als
zelfs in zün praktUk hem niet bekend was. En
uw vrouw, die voornemens was den huisknecht
voor zün moeiten een dollar beloonlng te geven,
gaf hem in deze omstandigheden driemaal zoo
veel. Herinnert u zich dat nog?"
„Neen, ik herinner mü er niets van." meende
de chef thans van getü te kunnen wisselen.
,Maar herinnert u zich dan misschien den
huisknecht?” hield de heer James Collison ge-
moedelük aan.
„Dien herinner ik me evenmin,” zei de chef
thans vastbesloten.
„Dat is jammer, want
mü herinneren. Ik was
knecht, -
schoonmaakdagen, die een of soms meermalen
in de maand onder politietoezicht gehouden
worden, moet iedere huismoeder haar geheele
huisraad op straat brengen.
Dan wordt alles, van de stroomat tot het
keukengerief, te kük gesteld en zoo blüven de
buren altüd op de hoogte van hetgeen iedei
bezit.
Ook de winkelzaken staan hier vlak naast
elkaar. Meestal zün ze goed gesorteerd in alle
mogelüke waren. Zoo vindt men zaken met alle
soorten planten, rüstwinkels, winkels met ge
droogde visch, enz. Ook in de armste wüken
verwonderde ik mü over het groote aantal
fruitwinkels. Opgestapeld liggen hier bananen,
sinaasappelen en appels. Al deze waren kos
ten slechts een derde van den prijs in Cali-
fomië. Talrijke zaken zün er te vinden, die
alleen papier verkoopen.
De Japanners koopen over het algemeen
dun, wit papier, dat zü als zakdoeken, servet
ten en handdoeken gebruiken. Ook het rooken
neemt in het leven van den Japanner een
voorname plaats in. De kwaliteit van de waren
is in de armere wüken veel slechter dan In de
groote warenhuizen, die naar Amerikaansch
model gebouwd zün. Maar ook hier staat men
verwonderd over de groote massa’s goederen
die uit Europa geïmporteerd zün.
Het grootste deel van de Japansche bevolking
werkt <>P het land. Er is weinig vruchtbare
grond beschikbaar en de bevolking is zóó toe
genomen, dat leder slecht,, een klein lapje
grond kan bewerken. Ofschoon de agrarische
producten in Japen naar verhouding tamelijk
duur zün. zün het toch niet de boeren die
hiervan profiteered want op rijst komt b.v. 50
procent belasting. Toch zijn de Japdnsche
boeren in staat om alle voedingsmiddelen
voor de groeiende bevolking te leveren.
Het is echter een moellük probleem om den
lndustrie-art>eiders goedkoope eetwaren te
verschaffen, want konden de Japansche boeren
een zekere winst maken op hun producten,
dan zou de Japansche industrie hoogere loo-
nen moeten betalen en zou zü op de wereld
markt niet meer kunnen concurreeren.
Als voorbeeld neem ik een typische Japan
sche familie van acht personen. Het hoofd van
de familie is een goed Ingewerkt transport
arbeider, die 62 yen per maand verdient. - Zün
zuster verdient 25 yen bü een benzinepomp,
terwül zün vrouw het huishouden doet. Haar
zuster dient in een kousenzaak voor 90 yen per
maand. De oude moeder van den man, zün
kreupele broer en twee kleine kinderen maken
het gezin volledig.
De familie bewoont een huis van één verdie
ping voor 30 yen. De vrouw des huizes zorgt
a w w w-< A n/MkTKTr1 JC* op dit blad zijn ingevolge de verzekerlngsvoorwaarden tegen Ih' 7RO bü levenslange geheele ongeschiktheid tot werken door p *7^0 bü een ongeval met
A I I h 131 l\ K O ongevallen verzekerd voor een der volgende uitkeerlngen «-FVZ» verlies van beide armen, beide beenen of belde oogen VFwZ» doodelkjken afloop
„Op zoo'n ochtend als nu, hoorde je buiten
in de frissche lucht te zün,” iel hü makjes.
„Best. Laten we wat gaan wandelen. Als
u gaat, ga ik mee.”
„Ik ik heb andere dingen om handen,” zei
meneer Pett, terugdeinzend voor het vooruit
zicht
„Och, men overdrijft altüd zoo verschrik-
kelük met die frissche lucht. Waar blüft het
nut van een huis, als je er niet binnen blüft?”
„Toen ik zoo oud was als JU. zou ik op een
morgen als vandaag al lang buiten zün ge
weest eh met een hoepel of zooiets.”
,4a, en bekük u zelf nu eens!”
„Wat bedoel je?”
„Slachtoffer van het spit”
,Jk ben geen slachtoffer van het spit." zei
meneer Pett, die gevoelig was op dit punt.
„Denk er van wat u wilt Maar ik weet
»ri....” Z,
„Dat doet er niet toe!”
„Nu. ik zeg alleen maar wat moeder...
■Houd je monfir
Komt er ergens .waar ter wereld,
’n Mooie post, een baantje vrij,
Dan zjjn daar veel candidaten
Als de kippen meestal bij....
Thans is er een vacature
Bij den Groeten rolkenbond.
Waar men, trots *t een hooge post
Nog geen mensch bereid toe vond.
Wordt gevraagd een commissaris
Voor een mooie, v r jj e stad.
Ach. men zoekt in heel Europa,
Maar men wou.dat men hem had'
Een paleis om in te wonen
Staat gemeubeld, kant en klaar.
Men geeft vijf en dertig honderd
Ponden Sterlii^g toe per kar.
Dat werd alles aangeboden
Aan een Hollandschen mijnheer.
Die er echter niets voor voelde,
Hij bedankte voor de eer.
En men kan dat wél begrijpen:
In Den Haag, daar zat hit best,
Beter dan als Commissaris
In het Danzigsch wespennest!
Menigeen zou zeker zeggen.
Als men hem voor t baantje vroeg:
Neen, die vrij e stad, dat Danzig,
Is me lang niet vrij genoeg!
HERMAN KRAMER.
dan zoudt u zich ook
namelük die huis
knecht,” lachte de heer Collison fijntjes en in
aangename afwachting op het effect van zün
mededeeling.
Een oogenblik viel Inderdaad de chef uit den
gebruikelüken toon:
„Ooeie genade, is u huisknecht geweest in
een der beste hotels op Long Island?”
Daarop bestormden hem weder de veront
rustende vermoedens.
,4a," zette de heer Collison de püniging
voort, ,4k herinner me alle gasten uit al de
jaren. dat ik er gewerkt heb. Ik maakte een
studie van hen. speciaal van de vrouwelüke
gasten.”
De chef vertrok de wenkbrauwen en werd
onrustig. Collison besloot de moeUükheid niet
al te groot voor hem te maken.
„Kük eens, waarde heer. Die geschiedenis van
die schoenen staat niet op zich. Het is de truc
die mü rijk maakte. Bü iedere vrouwelüke be
zoekster paste ik dien truc, met altüd groot
succes toe. Iedere dame is gestreeld door de
opmerking, dat haar voeten zoo verrukkelük en
opvallend klein zün. zelfs wanneer het in waar
heid heelemaal niet opvallend is of zelfs het
tegendeel. En leder dame geeft den huisknecht,
die haar zoo ongevraagd aan haar eigen over
tuiging een bewüs bübrengt een fooi, welke
verschillende malen hooger is dan ze voorne
mens was te geven. Dit trucje heeft mü in den
loop der jaren. dag in en dag uit toegepast,
duizenden dollars opgeleverd. Tenslotte heb ik
mü uit mün „zaak" teruggetrokken en ben
weer in mün geboorteplaats gaan wonen.”
De chef stond verslagen, hü bleef eenlge
oogenblikken sprakeloos. De heer James Col
lison genoot van de verrassende uitwerking.
„Het Palace-hotel mist dus nu zün voortref-
felüken en mogelük meest ondernemenden
huisknecht.” merkte de chef op.
„Zeer zeker niet.” zeide de heer Collison,
„wanneer u dit jaar mogelük weer het Palace-
hotel bezoekt, heb ik de mogelükheid van een
desillusie voor uw vrouw door mün schoonzoon
verhinderd. Ik heb hem namelük als geschenk
bü het huwelük met mün dochter mün truc
cadeau gedaan en ik zou niet graag willen,
dat die mislukte, wanneer hü hem voor de
tweede maal op uw vrouw toepaste.”
de rechterwang. Het was een ondernemende
en uitdagende mond, de mond van iemand, die
met een lach iets wanhopigs onderneemt, of
eigenaardige samenzweringen onderneemt
tegen de conventie. In de hoeken en in de
vaste lün van de kin. lag meer dan eens «en
zweem van heerschzucht uitgedrukt. Een phy-
slonomlst zou uit alles te zamen hebben op
gemaakt. dat Annie Chester haar eigen weg
verkoos te gaan, en dat zü gewoon was, dat te
doen óók.
.Dag oom Peter,” zet ze, „wat scheelt er
aan?”
„Stoor ik je. Annie?”
„Heelemaal niet. Ik ben alleen maar een
verhaal aan het overtikken voor tante Nesta.
Dat had ik haar beloofd. Wilt u er wat van
hooren?”
Meneer Pett zei van niet.
„Dan mist u toch heusch wat." zei Annie,
terwül zü de bladzüden omkeerde. ..Het ver
haal heeft me werkelük gepakt. „BU hel ster
ven van den Nacht" heet het en het staat
vol misdaden en zoo. Je zou werkelük nooit
denken, dat tante Nesta zoo'n koortsige ver
beelding heeft. Er komen ook detectives in
voor en menschen. die anderen schaken en nog
een heeleboel meer. Ik denk, dat het van het
lezen komt, maar u komt me op het oogenblik
voor, alsof u iets op het spoor bent. U ziet er
erg doelbewust uit."
Meneer Pett's vriendelük gezicht vertrok
tot iets, dat een bitteren glimlach moest voor
stellen.
het zün enorme machtspositie als wereldrük
had, is vervallen en gekomen tot een staat van
men mag wel zeggen, permanente revolutie en
burgerkrijg?
Earl J. Hamilton geeft er in zün werk .Ame
rican Treasure and the Price Revolution in
Spain 15011650", in 1935 verschenen bü de
Harvard Un. Press de volgende verklaring voor:
het goud, dat toestroomde door de ontdekking van
de Nieuwe Wereld, heeft Spanje op ongehoorde
WÜze verarmd. Hoe paradoxaal dat klinke, dr.
Geers en Dr. Brouwer komen in hun werk over
de Renaissance in Spanje tot dezelfde con
clusie. Zü schrijven:
,Dit betrekkelük kleine vote, dat onder de
leiding der Katholieke vorsten, door strategisch
en diplomatiek beleid, door onoverwlnnelüken
moed en godsdienstige vervoering, zün onaf-
hankelükheid verwierf, had sindsdien vooma-
melük deze drie Idealen: het zwaard, het kruis,
het goud. Phantastisch en lyrisch heeft het
over deze Idealen op zeer verscheiden wüze ge
droomd en op zeer verschillende manier ge
streefd om deze idealen te verwerven: groote
strategen en vervaarlüke strulkroovers voerden
het zwaard en voelden zich caballeros; fanatici
die Jood, Moor, ketter en pasbekeerde haatten
en verafschuwden, bogen -zich deemoedig en
vroom voor het Kruis, doch mystici zooals de
wereld ze nadien niet weer heeft voortgebracht,
schreven in vervoering om het kruiswonder,
werken waaraan de gansche menschheid zich
laven kan. Het goud heeft conquistadorus naar
vreemde gewesten gelokt, heeft nieuwe domei
nen doen veroveren, oude beschavingen te niet
gedaan en aan de wereld een nieuw bestaan ge
geven, doch dezelfde begeerte naar het goud
dat aanvankelük in ieders bereik lag, heeft hon
derden en duizenden schelmen en misdadigers
onder zün fatale bekoring gehouden. Individua
listisch van aard, met ontembare begeerte naar
vrüheld. schuw van alle gebondenheid aan ge
dwongen regeknatigen arbeid in nuchter be
drijf, phantast en luchthartig, gaven dezelfde
karaktertrekken in verschillende omgeving en
naar verschillend moreelen aanleg zeer uiteen-
loopende uitingen. De arbeider liep weg van
weefgestoelte en aambeeld; den ploeg liet men
in de vore steken en het gereedschap wierp men
in den hoek en men volgde als Crespo’s zoon
de knappe zwierige soldaten naar vreemde lan
den waar krüg en bult waren. De maatschappü
werd door deze Idealen, die men in een ge
droomde werkelükheid poogde te verwezênlüken,
steeds meer ontwricht: het streven ging naar
de marge der samenleving: het leger, het kloos
ter, decoratief ambt, zwerverü en misdaad.”
Een artikel in „De Stem" vestigt de aandacht
op deze feiten en citeert ook Rlgel, die het aan
tal landloopers en bedelaars in het Spanje van
de eerste jaren der 19e eeuw op respectievelük
140.000 en 300.000 schatte. Meer dan een schat
ting kan dit bezwaarlük zün, maar zü klinkt
geloofwaardig voor wie b.v. de relsbeschrüvlng
van den markies de Custine, die Spanje in 1831
langdurig bezocht, heeft gelezen en daaruit ver
neemt, hoe nog in dit jaar de reis van Ma
drid naar Sevilla slechts mogelük was, nadat
de reiziger met de roovershoofdlieden, die den
weg beheerschten en met destedelüke politie,
die met deze heeren onder één deken lag en den
buit deelde dien zü ook wel noodig had, daar
noch politie, noch soldaten b.v. plachten te
worden betaald een accoord had gesloten.
Wat het ware, het echte leger betreft, ook
daarin regeerde een groote mate van avontuur-
lükheid. De generaals, thans door sommigen
voor ware beschermengelen aangezien, hebben
door hun optreden het land en zün burger
bevolking onnoemelijk veel schade toegebracht.
Geen maatschappelüke groep heeft in de 19e
eeuw zulk een invloed op de Spaansche geschie
denis uitgeoefend als de militare, het leger, en
Het buitengewone in deze geschiedenis is de
aanwezigheid van James Collison in de verkoop-
afdeellng van één der belangrijkste automobie!-
zaken in Philadelphia.
Natuurlük speelt het toonee! zich af in
Amerika; ook daar hebben voorvallen plaats,
welke mogelük hoogst ultsonderiük schünen.
doch daaron.' niet minder waar gebeurd zün.
James Collison bezag de tdauw-zwarte limou
sine nog eens bewonderend, de ruime zitplaat
sen en uiterst luxueuze afwerking bevielen hem
buitengewoon goed. Ook de kleur vond hü ge
distingeerd en beschaafd, het was een pracht-
wagen.
„Wat "kost deae. heeft u geeegd?" vroeg hü-
„Twintig duizend dollar, münheer," ant
woordde de verkooper büna eerbiedig.
„Accoord, te neem dezen." aeidë Collison een
voudig.
„O. uitstekend, münheer. Eén oogenblik. dan
mag ik nu misschien den chef roepen voor de
verdere afwikkeling?” kondigde de verkooper
vragend beleefd aan.
Zooals gebruikelük, trad even later de chef de
verkoopruimte binnen om den cliënt even de
hand te drukken wegens de gebrulkelüke erken,
telükheld bü het koopen van een wagen. Zün
entrée was ditmaal echter iets meer doordacht
en berekend: zelfs in Philadelphia verkoopt men
niet eens per dag een limousine van twintig
duizend dollar.
De chef trad op den geëerbledigden cliënt
toe en stak, eenlgszins beschroomd toch, hem
de hand toe met een meer verzorgd en ultge-
breider woord van dank De heer James Col
lison. kooper van een kostbare limousine uit
de duurste serie, onderbrak echter dezen woor
denstroom:
.Maar.... Dat is toevallig! Kent u mü niet
meer, münheer Perill?"
De chef zag den heer Collison verbaasd aan.
Het was hem op dat moment wat waard ge
weest om bevestigend te kunnen antwoorden.
„Neen, neemt u mü niet kwalük. ik heb niet
de eer voor zoover te mü herinneren kan."
„Herinnert u zich eens goed. Voor enkele
Jaren logeerde u met uw vrouw een paar weken
in het Palace-hotel van onze New Yorksche
badplaats," kwam de rüke heer Collison hem
te hulp.
De chef herinnerde zich zün somervacantie.
doch niet, dat de heer Collison daarin een rol
gespeeld had.
„Ik zal u op den goeden weg helpen.” selde
de nieuwe cliënt gemeenzaam. „Herinnert u
zich, dat bü uw vertrek uw vrouw een paar
schoenen miste?"
dikwüls heeft het- behoord tot de parasitaire
groepen, die het land uitmergelden, volgens een
systeem, waartegen ook het meest fantastisch
door natuur en fortuin bevoorrechte land niet
bestand zou wezen.
Het leger bestond, volgens Rlgel. die zeker
over de Juiste gegevens beschikte, in 1807 uit
675 leden van den Generalen Staf. 690 generaal-
kapiteins (maarschalken), generaal-lultenants en
.andere generaals, 270 oorlogscotnmissarissen.
telde dus 1635 opper-officieren de andere
hoogere rangen niet meegerekend voor een
troepenmacht, die in t' geheel slechts 100.000
man Infanterie, 36.000 man land- en zeemilitie,
5000 man artillerie, 16.000 man linie en lichte
rulterü en 9000 man gardetroepen bevatte. Meer
dan 1500 generaals voor een leger, dat in zün
geheel hoogstens 166.000 meerendeels niet of
nauwelüks betaalde manschappen telde. Een
generaal per 100 man! Waarlük: men hoeft er
zich niet over te verbazen, dat deze heeren in
het 19e-eeuwsche Spanje met hand en tand aan
hun privilegies en sinecuren hebben vastgehou
den en zü, door de gunst der omstandigheden
geholpen, 100 jaar na 1807 nog machtiger, de
machtigste kaste waren geworden.
verbonden waren. Meneer Chester had heel
wat bewonderenswaardige karaktertrekken,
maar hulselük was hü heelemaal niet: de be
trekkingen met zün dochter vroren beperkt
tot brieven en geschenkjes. Daardoor was zü
meneer Pett zoo'n beetje als haar vader gaan
beschouwen. Haar aard was gevoelig voor
vriendelükheid; en wül meneer Pett behalve
vriendelük ook gevoelig was, voelde Annie zoo
wel medelüden als liefde voor hem.
De financier had nog altüd iets van een
jongen’in zich. De jongensachtigheid, die door
een vreeselük onsympathieke wereld haar be
staan moet dragen en maar nooit iets goeds
kan doen;>en het was deze eigenaardigheid, die
bü Annie weerklank vond. Zü was in dien heer-
lüken leeftijd, waarop men brandt van verlan
gen om verkeerde dingen goed te maken en
de onderdrukten te helpen. En zoo stond ook
Annie direct gereed met de meest fantastische
schema’s om haar kleine wereld onderste
boven te zetten. Van het begin af aan, was
zü. om zoo te zeggen *n op heete kolen staand
toeschouwer geweest van dat huwelük van
haar oom; en wanneer meneer Pett haar ooit
om raad gevraagd en daarnaar ook gehan
deld zou hebben, dan had hü zün huiselijke
moeilükheden niet anders dan door middel van
hevige uitbarstingen kunnen oplossen. Want in
haar meisjesachtige overpeinzingen had Annie
plannen gesmeed, die de grijze haren van
meneer Pett overeind zouden hebben doen
staan van ontzetting.
glNIllll
^IIIIIIIHIIIIIIIIIIIIIIIllllllllllllllHIHIIIIIIIIIIHItlIllllUlllllllllHIIIIIHI
salaris toch nog te kunnen sparen,
toestanden onder de arbeiders
correspondent ons het volgende:
Waren de Japanners vroeger gedwongen
door een langeren werktijd aan te vullen, wat
hun aan technische hulpmiddelen ontbrak, om
met de Europeanen te kunnen concurreeren.
nu hebben zü óns reeds ingehaald en hun ma
chines zün zelfs meermalen beter geoutilleerd
dan die in Europa.
Hun vakscholen zün ingericht naar de
eischen des tüds, terwül de leerlingen dit voor
deel hebben, dat zü leergierig zün en over meer
uithoudingsvermogen beschikken dan de jon
gere generatie in Europa.
De Japanwche arbeiderswüken zün nauwe,
maar heldere straatjes van huizen, met één
verdieping, die büna alle electrisch licht heb
ben. Achter of tusschen de huizen liggen klei
ne tuintjes. Nu worden de nauwe straatjes uit
veiligheldsoogpunt geleidelijk vervangen door
breede straten. Nfergens ter wereld vindt mei.
zooveel fietsen en radlo^apparaten als in deze
wüken van de Japansche arbeiders. Nergens
leest men zooveel kranten als ik hier gezien heb.
En nergens, de groote Chlneesche havenplaat
sen uitgezonderd misschien, zün er zooveel
kapperszaakjes als hier. De kerkjes en bios
copen zün voortdurend bezet. I> vrouwen
dragen op straat haar kimono’s, de mannen
loopen meestal in goedkoope kleeren van Euro-
peesche makelü naar het werk, terwül zü thuis
hun nationale kleederdracht dragen.
In deze arbeiderswüken staan de schuif
deuren van de kleine huisjes den geheelcn dag
open. Men kan om zoo te zeggen voortdurend
bü elkander binnen küken. Op de officleele
reiziger,
staan,
meestentüds verbluf op de eenzaamste
meeat woeste plekjes van den aardbodem
bracht slechts nu en dan een bezoek
New York. Hü had zün dochter büna geheel
aan de zorgen ’tn meneer Pett toevertrouwd,
met wien Annie's prettigste herinneringen
rustig plekje om te lezen. Ik heb nog nooit
zooiets meegemaakt als in dit huls hier. Van
bulten gezien lükt het groot genoeg, desnoods
om een heel regiment in te bergen; maar als
je binnenkomt vind je in iedere kamer een
dichter of soo iemand."
.Nou en de bibliotheek dan? Die is toch
heelemaal voor u alleen?"
.Daar was die jongen Ogden." „Opgerold
in mün besten stoel.” zei meneer Pett geme-
lük. ,NÜ rookte sigaretten."
„Rookte hü? Ik dacht, dat hü tante Nesta
beloofd had. niet meer té zullen rooken?"
,4a, hü zei natuurlük, dat hü niet gerookt
had. maar ik weet zeker van wel. Ik weet
werkelük niet, wat ik met dien jongen moet
aanvangen. Het geeft allemaal niets, of te hem
ernstig toespreek. HU-... hü doet.... vader-
lük tegen me." besloot meneer Pett veront
waardigd. „Zit op zün schouderbladen, zün
voeten op de tafel en spreekt tegen me. met
een mond vol toffees, alsof ik zün. kleinzoon
ben."
„Die rakker.”
Het speet Annie erg voor Pett. Die twee
waren nu al jaren sinds den dood van haar
moeder, onafscheidelük. Haar vader was een
een ontdekkingsreiziger wel te ver
en een jager op groot wild. Hü hield
en
en
aan
keurend. Hü hield van het geluid van een
schrUfmachine. Hü voelde er zich bü thuis.
Dat wil zeggen: dat geluid deed hem thuis zoo
aan het kantoor denken.
,4a!” riep een meisjesstem.
De kamer, waar meneer Pett binnentrad,
was klein maar knus, en die knusheid leek
op de gezellige eigenschappen van een vertrek,
dat door een heer bewoond wordt, alhoewel
deze kamer het rük van een vrouw was. Een
groote boekenkast nam büna een halve züde
van de kamer in beslag. De muren hingen
overigens vol schilderijen, met smaak gekozen
en gerangschikt. Door een raam, dat achter
het huis uitzicht bood, stroomde heerlük zon
licht naar binnen en men kon er het prettige
geluid hooren van het verkeer op den boule
vard. Voor den lessenaar, die recht voor het
raam stond. zat het meisje, dat met de
schrUfmachine bezig was geweest Haar rood
gouden haar bewoog zachtjes in den tocht. Zü
keerde zich om, toen meneer Pett binnentrad
en lachte hem toe.
Annie Chester, een nicht van meneer Pett,
zag er het best uit als zü glimlachte. Alhoe-
heur haar het meest opvallende was in
verschünlng. was haar mond toch van
zeer persoonlüken vorm. Het was een mond,
die avontuurlüke mogelükheden deed veron
derstellen. Als hü in rust was. zag hü er net
uit, alsof er iets grappigs mee gezegd was.
Als hü glimlachend stond, werd plotseling de
aandacht gevestigd op een rij hagelwitte tan
den; maar als de lippen niet vaneen gingen,
dan kwam er, in zoo’n geval, een kuiltje in
de financiën. Deze familie van acht per
sonen kon goed rondkomen met twee derden
van het peheele salaris.
De Japanners hebben tegenover de Chl-
neezen dit voordeel, dat zü g<een klassen
onderscheid kennen. Een vreemdeling ziet
hier geen verschil tusschen een arbeider, een
rakenman en een geleerde. Hierdoor kan de
Japanner verrassend snel omhoog komen cn
zoo gebeurt het veel, dat zuinige gezinnen in
betrekkelük korten tüd een eigen zaak begin
nen, daar zü van nature ook graag op zich
zelf staan.
Veertig millloen Japanners hebben een ge
middeld spaarbankboekje met ongeveer 70 yen,
terwül 21 millioen het dubbele op de spaar
bank hebben staan.
Weekly Telegraph