Hoe Spanje steeds verarmde Het Zeemonster van Nagasaki <wm den daq H Slecht-Hoorend F 250.- F 750.- F 750.- H van De zorgen Jimmy miiiiiiiHiiifiii'Ufniiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiniiiiuiiiiniiiiiiiiii'i DOOR P C. WODEHOUSE Het tegenwoordige Japan K GOUD EN GENERAALS mt IR HET WESPENNEST""^ VRIJDAG 5 FEBRUARI 1937 sr De truc I >RT I Een opper-officier per 1OO manschappen Voor of tegen leger en vloot 11 u In het leger regeerde vroeger altyd een groote mate van avontuurlijkheid AANGIFTE MOET, OP STRAFFE VAN VERLIES VAN ALLE RECHTEN, GESCHIEDEN UITERUJK DRIE MAAL VIER EN TWINTIG UUR NA HET ONGEVAL i een 9 r voor hel. mijnheer. wat Collison kamer 3 ..Zit i Wordt vervolgd) alleen maar op jacht naar een ben ’em la Uo- 1 voeren, lat ,.SH" zeggen: „let even extra wel haar I m d« mater i van geen i Ko- a. schil, r met te voor- >men. erltfn rdlg- Onze e de 'aar- Lult. die slne- ‘ran- uit- and> ’em- tUd met re ter lann uten side Drive hü alleen maar In staat zijn, zich den in Pine Street tegenover Vol Khe Fe- tijn wielrijders, die bovenstaand kenteeken op hun flets („Steunt Hen" wil i fa tevens Vp!”) HU gaf Piet en Drein ook een paar soldaten mee om hen een eindje te beschermen. Zoo kwamen ze in het hartje van Azië terecht, bü den Mount Everest, den hoogsten berg van de wereld. „Daar is nog nooit iemand bovenop geklommen’’, zei Piet, „dus daar moeten wij ook maar niet aan beginnen.” Nog geen vijf minuten later was de groot-vizier al opge hangen aan den hoogsten boom van Perzië en de Sjah, die niet wist hoe hjj voldoende uiting kon geven aan zijn blüdschap en dankbaarheid, verleende Piet en Drein de buitengewone gunst ook eens een trekje te mogen doen aan zijn Turksche pijp. bij verlies van een hand, een voet of een oog. De eerste moeilijkheid die se ondervonden was met een in woner van dit land, een Tlbetaan, die niets anders te doen had dan op te passen, dat er geen ongewenachte vreemdelingen bin nenkwamen. Maar toen Plet en Drein allebei een vlaggetje had. oen laten zien, dat ze vroeger van huls hadden meegenomen, zei de Tibetaan: „Oa maar nr.ee." oe kwam het. dat Spanje, het land dat thans ieders Intense belangstelling heeft, zoo spoedig na de zestiende eeuw, waarin wereldrijk et conflict in de Japansche regeering was In den grond een oppositie tegen de enor me uitgaven door leger en vloot, die 46 procent van de begrooting uitn.aken. Deze op positie komt niet rechtstreeks van het volk. Het Japansche volk ageert uil- politici, die voor of tegen het leger arbeider zelf houdt zich bulten het Hei. moet dat? M’n vrouw heeft een stof zuiger. maar wij hebben geen electriciteit en daarom moet ik ’t kantoor aansluiten. Het radio-station op het Jan Mayen-eüand in de Noordelijke Ijszee, voornamelijk dienend voor het uitzenden van meteorologische berichten. Op den achtergrond de met Ijs bedekte vulkaan Beerenberg I alleen door zUn zijn. De JH. conflict, en leeft zoo sober mogelijk, om van zijn klein Over de schrijft Ogden zocht verder in zijn doos met toffees. „Ook wat hebben, paps?” „Nee." „U hebt nog gelijk. Op uw leeftijd moet men voorzichtig zijn.” „Nou, u schiet al op, hé? U bent zoo jong niet meer. Maar kom toch binnen paps, als je wil binnenkomen. Het tocht zoo met die deur open.” Meneer Pett droop af, kokend. HU vroeg zich af, hoe een andere man, in zUn plaats, in die situatie zou hebben gehandeld. De be- lachelUke wisselvalligheid van het menschelük karakter maakte hem woedend. Waarom moest hij toch een heel andere man zUn in River- dan in Pine Street? Waarom zou doen gel- /ölwassen men- schen. en niet capabel om een knaap van veer tien uit zün gemakkelUken stoel te jagen in Riverside Drive? Het kwam hem soms voor, alsof er een wilsverlammlng optrad, zoodra hü van zUn kantoor weg was. Intusschen moest hU nog altUd een rustig plekje zien te vinden om zijn krant te lezen. HU bleef een oogenblik in gedachten staan. Toen klaarde zijn gezicht op en hu begon trappen te klimmen. Toen hU op de boven ste verdieping kwam, ging hU daar de gang door en klopte op de deur aan het eind daar van. Evenals beneden, weerklonk van achter die deur gerucht, maar ditmaal scheen dit meneer Pett niet te ontmoedigen. HU hoorde het geluid van een schrijfmachine en hü luisterde er even naar, welwillend en goed- „Ja. juist.” herinnerde zich de chef in het geheel niet. „U had uw koffen reeds gepakt en uw vrouw waa overtuigd, dat haar schoenen niet waren medegepakt.” „Juist, nu u het zegt, dat herinner Ik me nog best,” loog de chef verder, die uit zakelUke overwegingen den cliënt niet meende te mogen teleurstellen. „Er werd gezocht en gezocht, de schoenen waren onvindbaar. Tenslotte besloot u den huisknecht te roepen.” „Ja, en dat deed ik dan ook.” waagde de chef te veronderstellen. ..Den huisknecht was niets bekend, niemand dan hü ging over de schoenen van de hotel gasten. Doch hU beloofde mevrouw, dat hu oo- middelUk zou in- fortneeren of mo gelük het vermis te paar schoenen zich bü den por tier bevond in de afdeellng gevon den voorwerpen." „Juist, juist.” knikte de chef en begreep niets van dit ongewoon en. naar zün meening, ont zettend onbelangrijk verhaal. De heer James Collison scheen echter zeer geamuseerd en ging verder: „Eenigen tUd later meldde zich de huisknecht aan uw kamer en deelde mevrouw mede, dat geen enkel paar dames-schoenen zich in de afdeellng gevonden voorwerpen bevond. Slechts een paar jongedames-schoenen was daar aan wezig. hü had ze meegebracht, maar het was uitgesloten, dat die van mevrouw konden zün. Het waren wel een paar hoogst elegante schoe nen. doch de maat toch te klein voor een da meevoel. Intusschen hield de huisknecht het paar schoenen voor zich uit zonder de büzon- dere belangstelling van uw vrouw daarvoor te vragen." De chef knipperde even met de oogleden; on aangename mogelükheden betreffende de gees- telüke capaciteiten van den heer James Colli son. die zoo juist een zeer kostbare limousine had gezegd te koopen. kwamen zün aandacht voor het verhaal hoogst bedenkelük verstoren. „O..., ja.... ja.” zei hij zwakjes. ..Maar, weet u. die beweging trok heel sterk de aandacht van uw vrouw en plotseling be merkte zu iets aan die schoenen. ..Maar, dat zün mUn schoenen!" en zü overtuigde zich van nabU. De huisknecht maakte aller innemendst zün excuus over zün fout, die me vrouw hem niet kwalük moest nemen, want hü had niet durven veronderstellen, dat mevrouw de bezitster was van een zoo kleinen voet als zelfs in zün praktUk hem niet bekend was. En uw vrouw, die voornemens was den huisknecht voor zün moeiten een dollar beloonlng te geven, gaf hem in deze omstandigheden driemaal zoo veel. Herinnert u zich dat nog?" „Neen, ik herinner mü er niets van." meende de chef thans van getü te kunnen wisselen. ,Maar herinnert u zich dan misschien den huisknecht?” hield de heer James Collison ge- moedelük aan. „Dien herinner ik me evenmin,” zei de chef thans vastbesloten. „Dat is jammer, want mü herinneren. Ik was knecht, - schoonmaakdagen, die een of soms meermalen in de maand onder politietoezicht gehouden worden, moet iedere huismoeder haar geheele huisraad op straat brengen. Dan wordt alles, van de stroomat tot het keukengerief, te kük gesteld en zoo blüven de buren altüd op de hoogte van hetgeen iedei bezit. Ook de winkelzaken staan hier vlak naast elkaar. Meestal zün ze goed gesorteerd in alle mogelüke waren. Zoo vindt men zaken met alle soorten planten, rüstwinkels, winkels met ge droogde visch, enz. Ook in de armste wüken verwonderde ik mü over het groote aantal fruitwinkels. Opgestapeld liggen hier bananen, sinaasappelen en appels. Al deze waren kos ten slechts een derde van den prijs in Cali- fomië. Talrijke zaken zün er te vinden, die alleen papier verkoopen. De Japanners koopen over het algemeen dun, wit papier, dat zü als zakdoeken, servet ten en handdoeken gebruiken. Ook het rooken neemt in het leven van den Japanner een voorname plaats in. De kwaliteit van de waren is in de armere wüken veel slechter dan In de groote warenhuizen, die naar Amerikaansch model gebouwd zün. Maar ook hier staat men verwonderd over de groote massa’s goederen die uit Europa geïmporteerd zün. Het grootste deel van de Japansche bevolking werkt <>P het land. Er is weinig vruchtbare grond beschikbaar en de bevolking is zóó toe genomen, dat leder slecht,, een klein lapje grond kan bewerken. Ofschoon de agrarische producten in Japen naar verhouding tamelijk duur zün. zün het toch niet de boeren die hiervan profiteered want op rijst komt b.v. 50 procent belasting. Toch zijn de Japdnsche boeren in staat om alle voedingsmiddelen voor de groeiende bevolking te leveren. Het is echter een moellük probleem om den lndustrie-art>eiders goedkoope eetwaren te verschaffen, want konden de Japansche boeren een zekere winst maken op hun producten, dan zou de Japansche industrie hoogere loo- nen moeten betalen en zou zü op de wereld markt niet meer kunnen concurreeren. Als voorbeeld neem ik een typische Japan sche familie van acht personen. Het hoofd van de familie is een goed Ingewerkt transport arbeider, die 62 yen per maand verdient. - Zün zuster verdient 25 yen bü een benzinepomp, terwül zün vrouw het huishouden doet. Haar zuster dient in een kousenzaak voor 90 yen per maand. De oude moeder van den man, zün kreupele broer en twee kleine kinderen maken het gezin volledig. De familie bewoont een huis van één verdie ping voor 30 yen. De vrouw des huizes zorgt a w w w-< A n/MkTKTr1 JC* op dit blad zijn ingevolge de verzekerlngsvoorwaarden tegen Ih' 7RO bü levenslange geheele ongeschiktheid tot werken door p *7^0 bü een ongeval met A I I h 131 l\ K O ongevallen verzekerd voor een der volgende uitkeerlngen «-FVZ» verlies van beide armen, beide beenen of belde oogen VFwZ» doodelkjken afloop „Op zoo'n ochtend als nu, hoorde je buiten in de frissche lucht te zün,” iel hü makjes. „Best. Laten we wat gaan wandelen. Als u gaat, ga ik mee.” „Ik ik heb andere dingen om handen,” zei meneer Pett, terugdeinzend voor het vooruit zicht „Och, men overdrijft altüd zoo verschrik- kelük met die frissche lucht. Waar blüft het nut van een huis, als je er niet binnen blüft?” „Toen ik zoo oud was als JU. zou ik op een morgen als vandaag al lang buiten zün ge weest eh met een hoepel of zooiets.” ,4a, en bekük u zelf nu eens!” „Wat bedoel je?” „Slachtoffer van het spit” ,Jk ben geen slachtoffer van het spit." zei meneer Pett, die gevoelig was op dit punt. „Denk er van wat u wilt Maar ik weet »ri....” Z, „Dat doet er niet toe!” „Nu. ik zeg alleen maar wat moeder... ■Houd je monfir Komt er ergens .waar ter wereld, ’n Mooie post, een baantje vrij, Dan zjjn daar veel candidaten Als de kippen meestal bij.... Thans is er een vacature Bij den Groeten rolkenbond. Waar men, trots *t een hooge post Nog geen mensch bereid toe vond. Wordt gevraagd een commissaris Voor een mooie, v r jj e stad. Ach. men zoekt in heel Europa, Maar men wou.dat men hem had' Een paleis om in te wonen Staat gemeubeld, kant en klaar. Men geeft vijf en dertig honderd Ponden Sterlii^g toe per kar. Dat werd alles aangeboden Aan een Hollandschen mijnheer. Die er echter niets voor voelde, Hij bedankte voor de eer. En men kan dat wél begrijpen: In Den Haag, daar zat hit best, Beter dan als Commissaris In het Danzigsch wespennest! Menigeen zou zeker zeggen. Als men hem voor t baantje vroeg: Neen, die vrij e stad, dat Danzig, Is me lang niet vrij genoeg! HERMAN KRAMER. dan zoudt u zich ook namelük die huis knecht,” lachte de heer Collison fijntjes en in aangename afwachting op het effect van zün mededeeling. Een oogenblik viel Inderdaad de chef uit den gebruikelüken toon: „Ooeie genade, is u huisknecht geweest in een der beste hotels op Long Island?” Daarop bestormden hem weder de veront rustende vermoedens. ,4a," zette de heer Collison de püniging voort, ,4k herinner me alle gasten uit al de jaren. dat ik er gewerkt heb. Ik maakte een studie van hen. speciaal van de vrouwelüke gasten.” De chef vertrok de wenkbrauwen en werd onrustig. Collison besloot de moeUükheid niet al te groot voor hem te maken. „Kük eens, waarde heer. Die geschiedenis van die schoenen staat niet op zich. Het is de truc die mü rijk maakte. Bü iedere vrouwelüke be zoekster paste ik dien truc, met altüd groot succes toe. Iedere dame is gestreeld door de opmerking, dat haar voeten zoo verrukkelük en opvallend klein zün. zelfs wanneer het in waar heid heelemaal niet opvallend is of zelfs het tegendeel. En leder dame geeft den huisknecht, die haar zoo ongevraagd aan haar eigen over tuiging een bewüs bübrengt een fooi, welke verschillende malen hooger is dan ze voorne mens was te geven. Dit trucje heeft mü in den loop der jaren. dag in en dag uit toegepast, duizenden dollars opgeleverd. Tenslotte heb ik mü uit mün „zaak" teruggetrokken en ben weer in mün geboorteplaats gaan wonen.” De chef stond verslagen, hü bleef eenlge oogenblikken sprakeloos. De heer James Col lison genoot van de verrassende uitwerking. „Het Palace-hotel mist dus nu zün voortref- felüken en mogelük meest ondernemenden huisknecht.” merkte de chef op. „Zeer zeker niet.” zeide de heer Collison, „wanneer u dit jaar mogelük weer het Palace- hotel bezoekt, heb ik de mogelükheid van een desillusie voor uw vrouw door mün schoonzoon verhinderd. Ik heb hem namelük als geschenk bü het huwelük met mün dochter mün truc cadeau gedaan en ik zou niet graag willen, dat die mislukte, wanneer hü hem voor de tweede maal op uw vrouw toepaste.” de rechterwang. Het was een ondernemende en uitdagende mond, de mond van iemand, die met een lach iets wanhopigs onderneemt, of eigenaardige samenzweringen onderneemt tegen de conventie. In de hoeken en in de vaste lün van de kin. lag meer dan eens «en zweem van heerschzucht uitgedrukt. Een phy- slonomlst zou uit alles te zamen hebben op gemaakt. dat Annie Chester haar eigen weg verkoos te gaan, en dat zü gewoon was, dat te doen óók. .Dag oom Peter,” zet ze, „wat scheelt er aan?” „Stoor ik je. Annie?” „Heelemaal niet. Ik ben alleen maar een verhaal aan het overtikken voor tante Nesta. Dat had ik haar beloofd. Wilt u er wat van hooren?” Meneer Pett zei van niet. „Dan mist u toch heusch wat." zei Annie, terwül zü de bladzüden omkeerde. ..Het ver haal heeft me werkelük gepakt. „BU hel ster ven van den Nacht" heet het en het staat vol misdaden en zoo. Je zou werkelük nooit denken, dat tante Nesta zoo'n koortsige ver beelding heeft. Er komen ook detectives in voor en menschen. die anderen schaken en nog een heeleboel meer. Ik denk, dat het van het lezen komt, maar u komt me op het oogenblik voor, alsof u iets op het spoor bent. U ziet er erg doelbewust uit." Meneer Pett's vriendelük gezicht vertrok tot iets, dat een bitteren glimlach moest voor stellen. het zün enorme machtspositie als wereldrük had, is vervallen en gekomen tot een staat van men mag wel zeggen, permanente revolutie en burgerkrijg? Earl J. Hamilton geeft er in zün werk .Ame rican Treasure and the Price Revolution in Spain 15011650", in 1935 verschenen bü de Harvard Un. Press de volgende verklaring voor: het goud, dat toestroomde door de ontdekking van de Nieuwe Wereld, heeft Spanje op ongehoorde WÜze verarmd. Hoe paradoxaal dat klinke, dr. Geers en Dr. Brouwer komen in hun werk over de Renaissance in Spanje tot dezelfde con clusie. Zü schrijven: ,Dit betrekkelük kleine vote, dat onder de leiding der Katholieke vorsten, door strategisch en diplomatiek beleid, door onoverwlnnelüken moed en godsdienstige vervoering, zün onaf- hankelükheid verwierf, had sindsdien vooma- melük deze drie Idealen: het zwaard, het kruis, het goud. Phantastisch en lyrisch heeft het over deze Idealen op zeer verscheiden wüze ge droomd en op zeer verschillende manier ge streefd om deze idealen te verwerven: groote strategen en vervaarlüke strulkroovers voerden het zwaard en voelden zich caballeros; fanatici die Jood, Moor, ketter en pasbekeerde haatten en verafschuwden, bogen -zich deemoedig en vroom voor het Kruis, doch mystici zooals de wereld ze nadien niet weer heeft voortgebracht, schreven in vervoering om het kruiswonder, werken waaraan de gansche menschheid zich laven kan. Het goud heeft conquistadorus naar vreemde gewesten gelokt, heeft nieuwe domei nen doen veroveren, oude beschavingen te niet gedaan en aan de wereld een nieuw bestaan ge geven, doch dezelfde begeerte naar het goud dat aanvankelük in ieders bereik lag, heeft hon derden en duizenden schelmen en misdadigers onder zün fatale bekoring gehouden. Individua listisch van aard, met ontembare begeerte naar vrüheld. schuw van alle gebondenheid aan ge dwongen regeknatigen arbeid in nuchter be drijf, phantast en luchthartig, gaven dezelfde karaktertrekken in verschillende omgeving en naar verschillend moreelen aanleg zeer uiteen- loopende uitingen. De arbeider liep weg van weefgestoelte en aambeeld; den ploeg liet men in de vore steken en het gereedschap wierp men in den hoek en men volgde als Crespo’s zoon de knappe zwierige soldaten naar vreemde lan den waar krüg en bult waren. De maatschappü werd door deze Idealen, die men in een ge droomde werkelükheid poogde te verwezênlüken, steeds meer ontwricht: het streven ging naar de marge der samenleving: het leger, het kloos ter, decoratief ambt, zwerverü en misdaad.” Een artikel in „De Stem" vestigt de aandacht op deze feiten en citeert ook Rlgel, die het aan tal landloopers en bedelaars in het Spanje van de eerste jaren der 19e eeuw op respectievelük 140.000 en 300.000 schatte. Meer dan een schat ting kan dit bezwaarlük zün, maar zü klinkt geloofwaardig voor wie b.v. de relsbeschrüvlng van den markies de Custine, die Spanje in 1831 langdurig bezocht, heeft gelezen en daaruit ver neemt, hoe nog in dit jaar de reis van Ma drid naar Sevilla slechts mogelük was, nadat de reiziger met de roovershoofdlieden, die den weg beheerschten en met destedelüke politie, die met deze heeren onder één deken lag en den buit deelde dien zü ook wel noodig had, daar noch politie, noch soldaten b.v. plachten te worden betaald een accoord had gesloten. Wat het ware, het echte leger betreft, ook daarin regeerde een groote mate van avontuur- lükheid. De generaals, thans door sommigen voor ware beschermengelen aangezien, hebben door hun optreden het land en zün burger bevolking onnoemelijk veel schade toegebracht. Geen maatschappelüke groep heeft in de 19e eeuw zulk een invloed op de Spaansche geschie denis uitgeoefend als de militare, het leger, en Het buitengewone in deze geschiedenis is de aanwezigheid van James Collison in de verkoop- afdeellng van één der belangrijkste automobie!- zaken in Philadelphia. Natuurlük speelt het toonee! zich af in Amerika; ook daar hebben voorvallen plaats, welke mogelük hoogst ultsonderiük schünen. doch daaron.' niet minder waar gebeurd zün. James Collison bezag de tdauw-zwarte limou sine nog eens bewonderend, de ruime zitplaat sen en uiterst luxueuze afwerking bevielen hem buitengewoon goed. Ook de kleur vond hü ge distingeerd en beschaafd, het was een pracht- wagen. „Wat "kost deae. heeft u geeegd?" vroeg hü- „Twintig duizend dollar, münheer," ant woordde de verkooper büna eerbiedig. „Accoord, te neem dezen." aeidë Collison een voudig. „O. uitstekend, münheer. Eén oogenblik. dan mag ik nu misschien den chef roepen voor de verdere afwikkeling?” kondigde de verkooper vragend beleefd aan. Zooals gebruikelük, trad even later de chef de verkoopruimte binnen om den cliënt even de hand te drukken wegens de gebrulkelüke erken, telükheld bü het koopen van een wagen. Zün entrée was ditmaal echter iets meer doordacht en berekend: zelfs in Philadelphia verkoopt men niet eens per dag een limousine van twintig duizend dollar. De chef trad op den geëerbledigden cliënt toe en stak, eenlgszins beschroomd toch, hem de hand toe met een meer verzorgd en ultge- breider woord van dank De heer James Col lison. kooper van een kostbare limousine uit de duurste serie, onderbrak echter dezen woor denstroom: .Maar.... Dat is toevallig! Kent u mü niet meer, münheer Perill?" De chef zag den heer Collison verbaasd aan. Het was hem op dat moment wat waard ge weest om bevestigend te kunnen antwoorden. „Neen, neemt u mü niet kwalük. ik heb niet de eer voor zoover te mü herinneren kan." „Herinnert u zich eens goed. Voor enkele Jaren logeerde u met uw vrouw een paar weken in het Palace-hotel van onze New Yorksche badplaats," kwam de rüke heer Collison hem te hulp. De chef herinnerde zich zün somervacantie. doch niet, dat de heer Collison daarin een rol gespeeld had. „Ik zal u op den goeden weg helpen.” selde de nieuwe cliënt gemeenzaam. „Herinnert u zich, dat bü uw vertrek uw vrouw een paar schoenen miste?" dikwüls heeft het- behoord tot de parasitaire groepen, die het land uitmergelden, volgens een systeem, waartegen ook het meest fantastisch door natuur en fortuin bevoorrechte land niet bestand zou wezen. Het leger bestond, volgens Rlgel. die zeker over de Juiste gegevens beschikte, in 1807 uit 675 leden van den Generalen Staf. 690 generaal- kapiteins (maarschalken), generaal-lultenants en .andere generaals, 270 oorlogscotnmissarissen. telde dus 1635 opper-officieren de andere hoogere rangen niet meegerekend voor een troepenmacht, die in t' geheel slechts 100.000 man Infanterie, 36.000 man land- en zeemilitie, 5000 man artillerie, 16.000 man linie en lichte rulterü en 9000 man gardetroepen bevatte. Meer dan 1500 generaals voor een leger, dat in zün geheel hoogstens 166.000 meerendeels niet of nauwelüks betaalde manschappen telde. Een generaal per 100 man! Waarlük: men hoeft er zich niet over te verbazen, dat deze heeren in het 19e-eeuwsche Spanje met hand en tand aan hun privilegies en sinecuren hebben vastgehou den en zü, door de gunst der omstandigheden geholpen, 100 jaar na 1807 nog machtiger, de machtigste kaste waren geworden. verbonden waren. Meneer Chester had heel wat bewonderenswaardige karaktertrekken, maar hulselük was hü heelemaal niet: de be trekkingen met zün dochter vroren beperkt tot brieven en geschenkjes. Daardoor was zü meneer Pett zoo'n beetje als haar vader gaan beschouwen. Haar aard was gevoelig voor vriendelükheid; en wül meneer Pett behalve vriendelük ook gevoelig was, voelde Annie zoo wel medelüden als liefde voor hem. De financier had nog altüd iets van een jongen’in zich. De jongensachtigheid, die door een vreeselük onsympathieke wereld haar be staan moet dragen en maar nooit iets goeds kan doen;>en het was deze eigenaardigheid, die bü Annie weerklank vond. Zü was in dien heer- lüken leeftijd, waarop men brandt van verlan gen om verkeerde dingen goed te maken en de onderdrukten te helpen. En zoo stond ook Annie direct gereed met de meest fantastische schema’s om haar kleine wereld onderste boven te zetten. Van het begin af aan, was zü. om zoo te zeggen *n op heete kolen staand toeschouwer geweest van dat huwelük van haar oom; en wanneer meneer Pett haar ooit om raad gevraagd en daarnaar ook gehan deld zou hebben, dan had hü zün huiselijke moeilükheden niet anders dan door middel van hevige uitbarstingen kunnen oplossen. Want in haar meisjesachtige overpeinzingen had Annie plannen gesmeed, die de grijze haren van meneer Pett overeind zouden hebben doen staan van ontzetting. glNIllll ^IIIIIIIHIIIIIIIIIIIIIIIllllllllllllllHIHIIIIIIIIIIHItlIllllUlllllllllHIIIIIHI salaris toch nog te kunnen sparen, toestanden onder de arbeiders correspondent ons het volgende: Waren de Japanners vroeger gedwongen door een langeren werktijd aan te vullen, wat hun aan technische hulpmiddelen ontbrak, om met de Europeanen te kunnen concurreeren. nu hebben zü óns reeds ingehaald en hun ma chines zün zelfs meermalen beter geoutilleerd dan die in Europa. Hun vakscholen zün ingericht naar de eischen des tüds, terwül de leerlingen dit voor deel hebben, dat zü leergierig zün en over meer uithoudingsvermogen beschikken dan de jon gere generatie in Europa. De Japanwche arbeiderswüken zün nauwe, maar heldere straatjes van huizen, met één verdieping, die büna alle electrisch licht heb ben. Achter of tusschen de huizen liggen klei ne tuintjes. Nu worden de nauwe straatjes uit veiligheldsoogpunt geleidelijk vervangen door breede straten. Nfergens ter wereld vindt mei. zooveel fietsen en radlo^apparaten als in deze wüken van de Japansche arbeiders. Nergens leest men zooveel kranten als ik hier gezien heb. En nergens, de groote Chlneesche havenplaat sen uitgezonderd misschien, zün er zooveel kapperszaakjes als hier. De kerkjes en bios copen zün voortdurend bezet. I> vrouwen dragen op straat haar kimono’s, de mannen loopen meestal in goedkoope kleeren van Euro- peesche makelü naar het werk, terwül zü thuis hun nationale kleederdracht dragen. In deze arbeiderswüken staan de schuif deuren van de kleine huisjes den geheelcn dag open. Men kan om zoo te zeggen voortdurend bü elkander binnen küken. Op de officleele reiziger, staan, meestentüds verbluf op de eenzaamste meeat woeste plekjes van den aardbodem bracht slechts nu en dan een bezoek New York. Hü had zün dochter büna geheel aan de zorgen ’tn meneer Pett toevertrouwd, met wien Annie's prettigste herinneringen rustig plekje om te lezen. Ik heb nog nooit zooiets meegemaakt als in dit huls hier. Van bulten gezien lükt het groot genoeg, desnoods om een heel regiment in te bergen; maar als je binnenkomt vind je in iedere kamer een dichter of soo iemand." .Nou en de bibliotheek dan? Die is toch heelemaal voor u alleen?" .Daar was die jongen Ogden." „Opgerold in mün besten stoel.” zei meneer Pett geme- lük. ,NÜ rookte sigaretten." „Rookte hü? Ik dacht, dat hü tante Nesta beloofd had. niet meer té zullen rooken?" ,4a, hü zei natuurlük, dat hü niet gerookt had. maar ik weet zeker van wel. Ik weet werkelük niet, wat ik met dien jongen moet aanvangen. Het geeft allemaal niets, of te hem ernstig toespreek. HU-... hü doet.... vader- lük tegen me." besloot meneer Pett veront waardigd. „Zit op zün schouderbladen, zün voeten op de tafel en spreekt tegen me. met een mond vol toffees, alsof ik zün. kleinzoon ben." „Die rakker.” Het speet Annie erg voor Pett. Die twee waren nu al jaren sinds den dood van haar moeder, onafscheidelük. Haar vader was een een ontdekkingsreiziger wel te ver en een jager op groot wild. Hü hield en en aan keurend. Hü hield van het geluid van een schrUfmachine. Hü voelde er zich bü thuis. Dat wil zeggen: dat geluid deed hem thuis zoo aan het kantoor denken. ,4a!” riep een meisjesstem. De kamer, waar meneer Pett binnentrad, was klein maar knus, en die knusheid leek op de gezellige eigenschappen van een vertrek, dat door een heer bewoond wordt, alhoewel deze kamer het rük van een vrouw was. Een groote boekenkast nam büna een halve züde van de kamer in beslag. De muren hingen overigens vol schilderijen, met smaak gekozen en gerangschikt. Door een raam, dat achter het huis uitzicht bood, stroomde heerlük zon licht naar binnen en men kon er het prettige geluid hooren van het verkeer op den boule vard. Voor den lessenaar, die recht voor het raam stond. zat het meisje, dat met de schrUfmachine bezig was geweest Haar rood gouden haar bewoog zachtjes in den tocht. Zü keerde zich om, toen meneer Pett binnentrad en lachte hem toe. Annie Chester, een nicht van meneer Pett, zag er het best uit als zü glimlachte. Alhoe- heur haar het meest opvallende was in verschünlng. was haar mond toch van zeer persoonlüken vorm. Het was een mond, die avontuurlüke mogelükheden deed veron derstellen. Als hü in rust was. zag hü er net uit, alsof er iets grappigs mee gezegd was. Als hü glimlachend stond, werd plotseling de aandacht gevestigd op een rij hagelwitte tan den; maar als de lippen niet vaneen gingen, dan kwam er, in zoo’n geval, een kuiltje in de financiën. Deze familie van acht per sonen kon goed rondkomen met twee derden van het peheele salaris. De Japanners hebben tegenover de Chl- neezen dit voordeel, dat zü g<een klassen onderscheid kennen. Een vreemdeling ziet hier geen verschil tusschen een arbeider, een rakenman en een geleerde. Hierdoor kan de Japanner verrassend snel omhoog komen cn zoo gebeurt het veel, dat zuinige gezinnen in betrekkelük korten tüd een eigen zaak begin nen, daar zü van nature ook graag op zich zelf staan. Veertig millloen Japanners hebben een ge middeld spaarbankboekje met ongeveer 70 yen, terwül 21 millioen het dubbele op de spaar bank hebben staan. Weekly Telegraph

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Noord-Hollandsch Dagblad : ons blad | 1937 | | pagina 19