EEN ONTZETTEND TAFEREEL <Kctwrfiaal van den dag Het Zeemonster van Nagasaki I f F 750.- F 250.- van De zorgen Jimmy 13 lem EN DE ONTPLOFFINGSRAMP TE NEW-L0ND0N ■a WOENSDAG 31 MAART 1937 es Invloed van. rumoer De kastijding Tweelingen Merkwaardige ontdekkingen Een Frans Hals ontdekt Oorzaak gelegen in het reuklooze nat-gas De werkkracht kan door méér stilte worden opgevoerd Beschrijving door een ooggetuige, den Franschen journalist Jacques Transalès Aï I? A D/^NTA.TU’ *CJ °P blad xljn ingevolge de verzekenngsvoorwaarden tegen p 7^0 - blJ levenslange geheele ongeschiktheid tot werken door p 7CCO bjj een ongeval met rA I ,1 <r< ZA HUI X| I W I, O onKevallen verzekerd voor een der volgende uiEceeringen WWe verlies van beide armen, belde beenen of belde oogen «2VFe“ doode lijken afloop AANGIFTE MOET, OP STRAFFE VAN VERLIES VAN ALLE RECHTEN, GESCHIEDEN UITERLIJK DRIE MAAL VIER EN TWINTIG UUR NA HET ONGEVAL Dr" stst Af 1 PTT ‘P iet 60, ng. In het naastbyzijnde dorp stuurde de treinconducteur een telegram naar den stationschef van station: het volgende den trein „Groote vertraging.... zeemonster sleept achter aan.... gaat zoo niet!" mee," zei de stationschef. ,Oa maar loepen met dat beest.** len Hlllllllllll b een (Wordt vervolgd) b t aan een touwtje meevoerde. Ze gingen maar loopen. Maar hoe zouden ze de Gele Zee over moeten komen? *t Was dus begrijpelijk, dat btf bet volgende station Piet en Drein uit den trein werden gezet en de*wagen me> het zee monster weer werd afgehaakt. ,Jk bemoei me er niet langer auto in een vtfver verdiept in m’n n »t ikool Hnet iter- 2000 20— Lsche uien sem ieten tot ibo- prijs iart. elen 3.80, 1.90, Itlof 20— 1 en -150. elen I 80 kg. per 1 fr is: I per 18P L. 13 17: ren 10: 300, 245, iöö, 160, 60. per MtmilIlllllliiiuiuilllllllHllllllllllllllllllllllllllllllllllllfilllll'flflIllllllH DOOR P G WODEHOUSE kg. kg. Tien ct. cool >900 cool S 1, 866, tere nig- 51A een ettci, 38 50, lar- per 7.30 :ool k ie z 14 La >1 12 1’Or Mu- RTiS- Nar- Ex- 2.00 -—25 tiet roepen van de bestellingen naar de keuken een ^rumoerigheid ontstaat, die iL— kweekt en heel wat scherven maakt. Men gaat in het laatste geval dan ook, zeer tot voordeel van hst bedrijf, over tot lichtsignalen. Ook een typiste is nu eenmaal geen levend geheet met haar schrijfmachine; en haar ar beid, waarvan een vlot tempo verlangd wordt, stelt hooge eischerr aan het concentratievermo- Bjmiettw de errarlng opgedaan, dat *»rf*M*zestleaée., eeuw, «ehleedUa eergroen Er zat niets anders op. Hand In hand zetten Drein Drentel en Plet Prikkel hun tocht voort, terwijl Drein het zeemonster bij verlies van een hand, een voet of een oog. om nog bulten al die nonsens te kunnen. Nu, hoe staat het er mee? Spreek duidelijk. Als ik me Iaat ontvoeren door je, deelen we dan of niet? Meer hoef je niet te zeggen." .„Dat Is gemakkeljjk genoeg. Ik zal je zeker de helft geven, van al wat het mjj oplevert." Ogden keek beteekenisvol naar de schrijftafel. „Ik wou, dat Ik dat eigenlijk op schrift kon hebben. Maar ik geloof, dat het stuk toch geen wettelijke waarde zou hebben. Dus ik zal je HUis” een aardige klant Sam Fisher ging er de moeten vertrouwen op je woord." „Eergevoel onder dieven.” „Niks te dieven. Dit Is zuiver een handelszaak. Ik kan ergens iets mee verdienen en'ik zou dus wel gek moeten-wezen, als Ik het niet deed. Dat is dus afgesproken. De rest laat ik aan jou over Zoek zelf maar uit. hoe je het aanlegt!" HU werkte zich uit de diepte van den stoel en verliet X vertrek. Annie kwam de trap af en vond Jimmy in diep nadenken verzonken. Hjj keek op. toen hjj haar tred hoorde. zy ontstelde toen Jimmy zijn gesprek met Ogden weergaf. „Nu, dat schijnt het al erg gemakkelijk voor ons te maken, niet waar?” zei hij. „Het lost ons probleem op over de manier, waarop wy het zouden aanleggen.” „Maar dat is Immers verschrikkelijk. Dat ver andert alles. Het Is beslist niet veilig voor je, hier te blijven. Ze zijn er achter gekomen, dat je niet echt bent Je kunt ieder oogenbllk ge arresteerd worden.” ..Dat is een bijzaak. De hoofdzaak is, dat we nu eerst dit varkentje wasschen. Dan kunnen we naderhand nog overwegen, wat er met mij zal gebeuren.” .Maar maar, wanneer?” ..Daarnet.... een paar minuten geleden, toen ik hem naar zijn hotel heb gereden. HU had me gevraagd, met hem te trouwen, voordat ik naar welke de hoofd windstreken «ijn. Zoon van den sta tionchef: Eh NoordWest 'Zeid... en Centraal. (Marius). kg. in- 2e gende generaties met minder gelui) held zullen zUn uitgerust. Doch daar leven in vele opzichten sloopend is biykens de statistieken, de bevolking - provincie is. welke met versch en gezonc punsge wicht de omstan digheden die bulten de erfelykheld gelegen rjjn. Uit het psychologisch onderzoek bleek dat het oriënteeringsvermogen voor een groot ge deelte als erfeiyk moet worden beschouwd. Bovendien kwam men tot de ontdekking dat de meeste tweelingen linksch zijn. Als een zeer opzienbarend verschijnsel werd verder geconstateerd, dat tweelingen het spie gelbeeld van elkaar zijn. Wanneer bjj dein) een een lichamelijke afwijking aan den rechter kant wordt geconstateerd, dan is het zoo goed als zeker dat de ander dezelfde afwijking aan den linkerkant bezit. Verder kwam vast te staan dat tweelingen meestal in de laagste klassen over het algemeen achterbiyven in verstandelijke ontwikkeling by de andere klas- genooten, doch dat dese achterstand langzaam wordt ingehaald, zoodat daarvan op 14-Jarigen leeftijd weinig of niets meer te bespeuren valt. Hoe langer hij hem bestudeerde, hoe enthou siaster hy begon te voelen voor Annie’s plan. Het kwam hem voor, dat alleen een kort aange bonden houder van een hondenhospitaal met dezen merkwaardlgen jongeling kon omgaan. „Zeg erts,” zei Ogden, „onderneem je dat voor eigen rekening, of 'werk je met iemand samen. Misschien met Buck Maginnis en zUn bende?” ,Jk geloof niet, dat ik meneer Maginnis ken.” .NU is de man, die me het eerst ontvoerde. Een ingezetene van Dunedin In Nieuw-Zee land heeft onlangs voor een gering bedrag een schilderij gekocht dat, naar de bekende Lon- densche schllderljenhandelaar Barnett heeft kunnen vaststellen, vrijwel zeker afkomstig is van Frans Hals. Het doek stelt voor een Nederlandsch edelman «6. 22 Door dr. Julius DarAnyl, professor aan de Pazmany-Unlversltelt te Budapest, werden met medewerking van zijn assistenten reeds geruimen tyd in de afdeeling Erfelijkheidsleer en Euge- netlek van het Instituut voor den Openbaren Gezondheidsdienst bijzondere studies gemaakt omtrent de merkwaardige overeenkomsten en afwijkingen die men by tweelingen kon waar nemen. Thans zyn door dr. Jankovics ver schillende interessante resultaten Mntrent deze onderzoekingen gepubliceerd. In bedoeld instituut heeft men tot dusver 350 tweellngsparen onderzocht. Aan dit onder zoek werd door 30 specialisten deelgenomen, waarbij vooral in het oog werd gehouden en men zich speciaal ten doel stelde, een ant woord te kunnen krijgen op de vraag, welke eigenschappen, kenteekenen of ziekten over erf elljk zouden zijn. Zoo werd door den anthropoloog vastgesteld, j wambuis, een scharlaken mantel, met een me- Een feit is, dat Frans Hals een groote schil dersschool had en dat hij gewend was de laat ste hand te leggen aan de werken zijner leer lingen. doch volgens Barnett vertoont het schil derij alle kenmerken van de techniek van den meester. Een auto, dia rechts van dan weg stilstaat, be hoeft gaan andere verlichting te voeren dan aan zijn llnkerzljwand een naar voren wk en naar achteren rood licht gevende lamp (gerekend van da bestuurderultplaau af. (Indien geen enkel deel van den wagon verder dan 30 meter van oen brandende straatlantaarn verwijderd Is. mogen MIe lichten gedoofd zijn.) .80, int. tweede maal met mij van door. Misschien ben je van Sam?” „Nee.” .Nee. Ik dacht het al. Ik heb gehoord, dat hij getrouwd is en zich uit de zaken heeft terug getrokken. Ik wou, dat je van Buck's bende was. De houd van Buck. Toen hij me den vorigen keer ontvoerde, heb ik een goeden tijd bij hem gehad. Goed eten en drinken. Toen ik by hem wegging, kwam er een dame van een van de kranten en die Interviewde me. Een gek ver haal was het. Het heette: „Zelfs Ontvoerders Bergen Een Teeder Hart Onder Een Ruw Utter ly k." Ik heb het boven In mijn verzameling pers knipsels. Buck Maginnis had heelemaal geen goed, teeder hart onder zijn ruw ulteriyk, maar hij was toch een goeie kerel. Ik mocht hem wel. Wl) schoten musschen en h(j leerde me pruimen Tk wou, dat Buck me nog eens kwam stelen. Maar, als je heelemaal voor eigen rekening werkt, is dat me natuurlijk ook goed. Vooropge zet, dat Je op de voorwaarde ingaat.’’ „Je bent inderdaad een verrukkelijk kind.” .Nou, niet overdrijven. Ik heb genoeg zorgen, I n onzen tyd is het rumoer, vergeleken by een zestig jaar geleden, zoodanig toegeno men, dat men van een gevaar voor de volksgezondheid kan spreken en dit dan ook langzamerhand begint te beseffen, zooals antl- lawaal-liga’s en -campagnes wel bewijzen. Toch wordt de rulneerende Invloed, dien het rumoer van de hedendaagsche jachtige levenswijze doet gelden, In het algemeen nog sterk onderachat, en slechts de zenuwartsen weten, hoeveel van hun patiënten ziek zijn geworden omdat het ze nuwstelsel den dagelljkschen strijd tegen het brute lawaai niet meer volhield. Bijna alle gemechaniseerde beweging gaat met mln of meer rumoer gepaard, van de schrijfmachine af tot de motorfiets en de fa briek toe. En men vergelijke eens de geluiden van een landelijke herberg met die, welke men in een steedsche lunchroom op de spitsuren te hooren krijgt. Of een modern bedrijf, wasu een goed dozijn schrijf- en rekenmachines te gen elkander optikken en de telefoon eiken ge dachtengang onderbreekt, met de rust van een ouderwetsch kantoor! Het is waar, dat de stadsbewoner zich sterk heeft aangepast in dit opzicht, zoodat men de verwachting wel eens hoort uitspreken, dat vol- idsgevpellg- het stads en het. lit de bloed de stadsbevolking op peil houdt, zal waarschyn- lljk eer het tegendeel geschieden en de degene ratie op den duur toenemen. Intusschen gaat de strijd tegen het rumoer vooral van de Industrieele ondernemingen uit en dan natuurlijk geenszins uit menschlievend- beld. maar eenvoudig, omdat men met de men- schelljkc arbeidskracht, die duur is, rationeel wil omgaan. Het is'door voorbeelden practisch aangetoond, dat de werkkracht nijpt enkel die van den geestelijken arbeider belangrijk kan worden opgevoerd door meer stilte in de omgeving. Men kan hier ernstig rekening mee houden als met een factor der efficiency. De prestatie van fabrieksarbeiders, die in een kort tempo dezelfde bewegingen herhalen, kan door storend rumoer, dat het eigen rhyth- me van het werk doodslaat, met een tiende en meer dalen, terwijl het aantal fouten belangrijk stijgt. In groote restaurants en hotels wordt gen. BU onderzoek is gebleken dat de prestaties van typistes met veertig, zestig, ja met tachtig procent verbeterden, naar gelang het rumoer in haar omgeving verminderd werd. In hoeverre de gezondheid dezer vrouwen erbU gespaard werd, is niet in cUfers asm te geven, maar de hoofdzaak is, dat ze gespaard werd. De posterUen te BerlUn hebben zich derge- HJke ervaringen ten nutte gpmaakt. In het dl- rectlegebouw kan van alle vertrekken uit ge dicteerd worden, dsmr zij met de typekamer te lefonisch in verbinding staan. Een bijzondere in richting zorgt ervoor, dat degeen, die aan het dicteeren is, het geluld van de tikkende «chrljf- machlne niet hoort. Daardoor wordt dé pres tatie buitengewoon vergroot. In de toekomst zal men er wellicht aan gaan denken, dat niet enkel de arbeid, maar ook de rust van den mensch beaphermd moet worden tegen storende invloeden. Doch op het oogen- bllk is men hiervan nog verre. In alle steden der wereld verrijzen wonlngblocs. die aan een mazimalen elsch van comfort voldoen en toch op den duur onbewoonbaar blijken, omdat men er, zooals een collega het onlangs noemde, „op eikaars schoot leeft”. De gehoorigheld der mo derne bloes is berucht, maar bUzönder berucht in Amsterdam, wsult geen politie-verordenlng verbiedt, gedrulsch van allerlle asud te ma ken, desnoods midden in den nacht, als leder de zwasu*begeerde rust zoekt Hier is Ieders huls zijn kasteel, naar het schUnt Maar daar flatwoningen toch allesbehalve door kasteel- muren omgrensd worden, integendeel op de meest lichtzinnige wijze gebouwd blUken, ware het niet kwaad, indien ook te Amsterdam eens het verbod kwam, om na negen of tien uur de omgeving nog van pianospel, gehamer of an der doordringend geluld te laten genieten. Een weinig orde en zelfbeheersching op dit gebied zou niemand schaden en daarbU zeer ten goede komen aan de nachtrust van kinderen en zwakken, terwijl ook de zenuwen van de ge zonden zich beter zouden ontspannen in de hulselUkheld der avonden. Het is echter een probleem waaraan wel veel juridische haken en oogen zullen zitten. af kan hierin geen wijziging worden gebracht. I Daar tegenover staat dat het 11c' voor 75 procent afhankelijk is val -» yj- Ijn broer Klaas en z*n vrouw waren met f\/l een reisvereeniging op stap naar Noor- A. wegen> en hadden gedurende hun af wezigheid hun spruiten Flip en Dolf, een veél- belovenden tweeling, aan onze goede zorgen toe vertrouwd. M’n vrouw en ik Zaten aan X ontbijt. „FUp heeft weer gelogen.” begon m’n weder helft de conversatie en sloeg grimmig tegen het kopje Van haar el. het product van een Barne- veldsche kip. „Heb je gelezen, dat er een gereden is?” antwoordde Dc, kranten! ectuur. ^k zeg dat Flip weer gelogen heeft,” her haalde m’n vrouw met klem. Nu wist ik hoe laat het was. Het kranten nieuws was een nutteloos wapen. Ik sloeg m’n oogen op. ,Ja. t wordt erg.” zei ik. „Dat wordt t altijd, als je op je genomen hebt op andermans kinderen te passen. Vooral als t een tweeling is. „Onbegrijpelijk, dat tweelingen zóó verschil lend kunnen zijn,” filosofeerde m’n vrouw. ,J3olf heeft nog nooit gelogen, zoolang hij hier In huls is. maar van Flip Is t van de week al vier keer.” „Nou. en 1 Is pas Woensdag,” mompelde ik bedenkelijk. ,Nr moet iets gebeuren. Jonas." „Daar zeg je zoo wat.” „Wanneer pak Je hem nu eens aan? Wanneer straf je hem nu eens?” vroeg m’n vrouw met klimmende drift. „1 Zal gebeuren. Maar laten we nu verder ontbijten." Ik nam m’n krant weer op. „Stel je voor, Truus. een auto in een vijver.” Ik merkte dadelijk dat ze niet luisterde, want ze vroeg alleen of het paard verdronken was. Het ontbfjt verliep verder in stilte. „Zal je om Flip denken. Jonas?" vroeg m’n vrouw, toen ze opstond. „Ik beloof het je.” Ik zat er aan vast. Ik zou natuurlijk probee- ren Flip uit m’n geheugen te bannen, maar ik wist heel goed, dat Truus dat niet zou toelaten, t Kwam ook precies zoo uit. Tegen een uur of tien, toen ik juist aan X werk wilde gaan, stormde ze half verschrikt, half zegevierend, m’n kantoor, dat ik aan huis heb, binnen. „Weer een!” riep ze. „Een wat?” vroeg ik. in de hoop dezen keer dat ze een nieuwen hoed bedoelde. „Een leugen! Flip vertelde me net dat hij geen marmelade gezien heeft en z’n vingers zitten vol! Je moet hem straffen. Jonas.” Ik zag geen uitweg .Dat spreekt vanzelf.” zei Ik. „De vraag Is alleen maar: hoe zal ik hem straffen? Zal Ik hem in een hoek zetten?” „In een hoek zetten?” smaalde m’n vrouw. Alsof dit wat zou helpen. Neen, je moet hem een pak slaag geven." „Inderdaad," zei ik. Ik voelde, dat ze gelijk had. Maar ik had nog nooit een kind geslagen en ik had er nog nooit een zien slaan. Ik wist dus niet goed hoe dat ging. Ik kende de plaats, maar niet de manier waarop. „Hand of pantoffel?” vroeg ik. .pantoffel." Ik dacht na. Pantoffel halen. Flip zoeken, pak slaag geven. Dat was de volgorde. Bjj de deur gekomen, keerde ik me om en vroeg nog iets. .Neem Je ze over de knie tegenwoordig? Of pak je ze zóó maar beet? Of doe je zooals X uitkomt?” .JPraat er me alsjeblieft niet meer over!” riep m’n vrouw. „Ga maar direct naar boven en zorg "‘to ^ZüS^achtï'ïócttlitate even m’n dBt buiten brein. Waarom deed ze X Zelf niet? Maar neen, straffen is mannenwerk. Vastbesloten vefflfef Ik de kamer. De gang was leeg. Ik liep naar de trap en keek naar boven. „Flip!" riep ik, en legde zooveel gemoedelijk heid als ik maar kon, in dien éénlettergrepi- gen naam. Jimmy vond het moeilijk om daar iets op te •ëtten. Hij had de mogelijkheden van Ogden’r •“•kter nog niet heelemaal kunnen peUen. dellijk gevaar, zich niet langer meer meester te blijven. Heel 'plotseling, zonder eenige waar schuwing. was zjj tot de ontdekking gekomen, dat Jimmy eene eigenschap bezat, die corres pondeerde met een eigenschap van haarzelf Zij zou niet hebben kunnen omschrijven, wat het eigenlijk was. Maar sinds zU de kunst van zelf-analyse was machtig geworden, wist zij, dat de kwaliteit, die zU van een man zou verlangen. o, jat ook zou herkennen, als zj) het ontmoette en zjj herkende het in Jimmy. Het was een zekere roekeloosheid, een lichthartige durf al llgheid. „Annle!” zei Jimmy. „Het is te laat!” ZU had niet de bedoeling gehad dit te zeg gen. ZU had willen zeggen, dat er geen Sprake van kon zUn, dat het ocunogelUk was. Maar haar hart was haar geest voorgeweest. Er viel een sluier voor haar oogen weg, zU voelde nu. waarom zjj zich tot Jimmy aangetrokken had gevoeld. ZU hoorden bU elkaar, en zU had haar geluk weggegooid. „Ik heb beloofd, met Lord Wlsbeach te zullen trouwen." Jimmy bleef staan en werd koud als lijk. „Heb je Lord Wlsbeach beloofd.... met hem te zullen trouwen.” „Maar zie Je dan niet, welk gevaar je loopt?" „Het kan me niet schelen. Ik wil je helpen.” ,Jk wil het niet hebben.” „Je moet.” .Maar wees toch redelijk. Wat zou Je wel van me moeten denken, als Ik toestond, dat je een dergelUk gevaar....” „Ik zou heelemaal niet anders over je den ken, dat tot nu toe Mijn meening over jóu staat nu eenmaal vast. Niets kan die veranderen, Ik ieta was. -dat. zU altijd, had «ekwta Tïeti geprctïSëFt!,'Je dat'alop' de “boot te ver- - - tellen, maar je wilde er niet van hooren. Ik vind, dat je het meest verrukkelijke meisje ter wereld bent Ik hield van Je. het eerste moment, dat ik je zag. Ik wist wie ik voor had, toen we elkaar een halve minuut gezien hadden, in Londen. Wij waren volmaakt vreemd voor el kaar, maar toch kende tk je. JU was het meisje, waar ik mijn heele leven lang naar gezocht had Goede hemel, en dan spreek JU nog van gevaar. Begrijp je dan niet, dat in jouw omgeving te ZUn. met je te praten en met je samen te wer ken aan het uitvoeren van dat plannetje, alle gedachte aan gevaar verre houdt? Ik zou alles voor Je willen doen, en dan verlang je van me. dat ik me terugtrek, zoodra er sprake is van een beetje gevaar?” Annle was achteruitgeloopen tot bU de deur en stond hem met groote open oogen aan te kijken. Met andere jongelui, die allen wel onge veer hetzelfde gezegd hadden, had zU altijd goed weten om te springen. ZU hield zich koel en was vastbesloten, op hun pleidooien niet in te gaan. Maar nu klopte haar hart sneller, en de koele vastbeslotens Annle Chester was in onmid- l y-. e afschuwelUke schoolramp, die te New I 1 London is gebeurd en waarbij honderden kinderen onder puin zUn bedolven of door het vuur omgekomen, heeft ieder, die er van hoorde met ontzetting vervuld. De Fransche journalist Jacques Transalès, die direct na de ramp het terrein van het drama heeft bezocht, vertelt in het onderstaande pre cies hoe het daar is toegegaan. Plotseling, even voor vier, verscheurde een fantastische vlam de lucht. Dak en muren van het ontzaglUk groote gebouw werden als door een vulcanlsche uitbarsting in de lucht geslin gerd. Met een hel^ch gekraak viel het opge heven gebouw te pletter; toen was er één oogen- blik van vreeselUke stilte.... Wanneer rampen op een dergelUken grooten afstand plaats hebben, maken ze minder indruk op ons. Men is er eenigszins aan gewoon ge worden dat bepaalde streken steeds het terrein zijn waar zich natuurrampen en aardbevingen afspelen. Maar stel u eens voor het leed van die honderden moeders, wier kind, of waarvan zelfs meerdere kinderen bij deze ramp om het leven kwamen. Wanneer men zich den omvang van deze ver schrikkelijke ramp, die aan bijna 000 leerlingen het leven kostte, wil reallseeren, moet men we ten, dat de scholen daar in Amerika er heel anders uitzien dan in Europa. Het zUn deer meer gerieflijk gemeubileerde kazernes, die vaak door meerdere duizenden leerlingen be zocht worden. Een dergelUk gebouw was ook de school van New London, een klein stadje in Texas, waar de petroleum als het ware uit den grond opborrelt. Heel deze streek is als een reusachtig woud van boortorens en de lucht is er altUd vervuld met een petroleumgeur. De school van New London was een model voor de heele streek. Drie of vier jaar geleden werd zjj gebouwd en er werd onderricht gegeven in boekhouden, stenografie, en alle soorten van wetenschappen die het piónleuMfflf1 hief noodlg heeft. Tegen vier uur in den namiddag (de leer lingen stonden reeds gereed om naar huls te gaan) sloeg de onmetelUke vlam op en heel de school werd als het ware met één slag verbrij zeld. Het is onmogelUk een beschrijving te geven van den angst en de ontzetting, waarmede de omstanders vervuld werden. Een groot aantal leerlingen (de school wordt door 1500 scholieren bezocht) was met hun leeraren in de groote aula bijeen. In een ander gebouw, op 30 meter afstand gelegen, waren in de gymnastiekzaal *n 50-tal moeders bijeen, die op hun kind, wachtten. Vandaar uit sagen zU hoe de n zich afspeelde. Toen ze de ontploffing hoon liepen ze naar het raam en zagen daar *n schuwwekkend schouwspel. Ineens stond, gebouw in brand en met een ontzettewt EbVi verdween dé mtóssa in een zuif varTrojfc en stof. [2 Een der vrouwen, die da ramp zag afspelen, vertelde het volgencfe: „De ontploffing maakte betrekkelUk weinig geraas: “n soort doffen knal en nog eenlg onder- aardsch gerommel en de muren werden als door een onderaardsche golf opgeheven. Het dak rees omhöog als het deksel van een bus en stortte later op de puinhoopen ineen. Dat alles duurde slechts enkele seconden, en toen stond de boel reeds in brand. Van alle zijden kwamen de ar beiders. die in de buurt aan het werk waren, toesnellen. Razend van smart stortten zij zich op de puinhoopen, om te trachten nog enkele bebloede resten van hun kinderen te vinden.” Toen de nacht viel, ontrolde zich voor het oog der toeschouwers een fantastisch schouwspel. De rookende puinhoopen, waaruit nu en dan vlammen lekten, werden verlicht door het felle licht van carbidlampen, welker geelachtig schijn sel aan heel het tooneel een spookachtig aan zien gaf. De directeur van de school trachtte de bedroefde ouders te helpen en te troosten, maar telkens als een lijk van onder de puinhoopen te voorschijn werd gehaald, speelden zich hart roerende tooneelen af. De kerk van de plaats werd onmiddellijk tot nood-hospltaal Ingericht en weldra waren ze ven en twintig dokters uit de naburige stad Dallas op de plaats van de ramp aanwezig. Roode-Kruis-auto’s reden met hun droeven last af en aan. De meeste slachtoffers waren kinde ren van 9 tot 14 jaar. Een moeder trok een stuk van een klnder- beentje uit de puinhoopen en schreeuwde: .Ach. dat is van Jlm, mijn kleinen Jim. Ik herken het aan zijn tennisschoentjes!” „Weineen,” zeide de vader. .Je weet tech wel, dat Jim vóór hij naar school ging nog an dere schoenen heeft aangetrokken HU is het ze ker niet!” En de ouders denken bU zich zelf: ,MUn God, misschien is hU nog wel In leven!” De streek waar de school stond is vervuld van een soort aardgas, dat daar „nat-gas" wordt ge- noemd. Dit gas is reukloos en om ongelukken te 40 ----- .Dus, kyk nu eens hier," zei Ogden, ,JU en Ik weten dus, wat we aan elkaar hebben. Ik ben al twee keer geschaakt in mUn leven en de eenigén. die er wat mee verdienden, waren de ontvoerders. Het is heel gemakkelUk voor hen. Maar zonder my, zouden zU geen cent gekregen hebben en z’y hebben er nooit aan gedacht, my voor die bewezen diensten wat te laten deelen in de winst. Ik kryg er nu zoö’n beetje genoeg ’*n, om me voor het pleizier van anderen te laten ontvoeren. En Ik heb besloten, dat de eerstvolgende, die my zou willen ontvoeren, over, de brug zal moeten komen. BegrUp je? Myn voorstel is: half om half. Als je er op Ingaat, ben ik geneigd, je je gang te laten gaan. Mocht Je er niet voor voelen, dan is die zaak afgedaan, en dan zul Je werkeiyk weinig kans hebben, om *ny te pakken te krUgen. Toen ik de vorige ■naai ontvoerd werd, was ik nog maar een kleine Jongen, maar ik kan nu wel op mezell I Pelsen. Nu, wat zeg Je daarop?” Engeland ging, en ik had hem beloofd, op zUn vraag te antwoorden, als ik terug was. Maar toen ik terug was. kon ik maar niet tot een besluit komen. De dagen verliepen, en er scheen iets te zyn, dat me nog terughield. Het leek vreemd, om nog langer geen vast besluit te nemen en toen heb ik op zyn aandringen ge zegd. dat ik met hem zou trouwen.” „Maar je kunt toch niet van hem houden? QngetwyfeM. Annle keek hem aan. „Het lUkt wel, alsof er jets met me gebeurd is. de laatste vyf minuten,” zei ze, .en ik kan niet duideiyk denken, op het oogenbllk. Een tydje geleden leek het my er niet veel op «on te komen. Ik mocht hem wel. Hy zag er goed uit en leek wel een goed karakter te hebben ook. Ik voelde, dat we best met elkander zouden kunnen ópschieten en gelukkig zyn. zooals de meeste menschen Dat maakt het volmaakte zoo veel mogelyk naby. voor zoover men dat tegen woordig bereiken kan, dus.... wel, zoo ging het.” .Maar Je kunt niet met hem trouwen. Sat M uitgesloten!” „Ik heb het beloofd!” .Dan moet je Je belofte breken!” ,Dat kan ik niet doen!” „Je moet.” „Ik kan niet.” Jimmy snakte naar woorden. .Maar in dat geval.... dat moet je niet doenhet is verschrikkeiy kin dit speciale geval.... voorkomen Iaat men het ge woon 1 Uk in de open lucht verbranden, in kullen, die men in den grond heeft gegraven. Dit gas heeft ook de schoolgebouwen vervuld en is plotseling tot ont ploffing gekomen. Texas is het nieuwe dorado, waar petroleum- zoekers hun fortuin trachten te maken. Het is een heel eigenaardig land. WU ryden met een snelheid van 100 Kilometer over den eindeloos langen weg. die sinds enkele jaren is aangelegd. Vroeger kende men hier slechts een aaneenscha keling van kullen en gaten in de roode aarde. Het landschep biedt een verschrikkeiyk aan zicht. Geen boom, geen rivier. Links en rechts van den weg en voor ons, tot in het oneindige, de uitgestrekte vlakte, waaraan de oorspronke- lyke bewonen van dit land zoo gehecht zyn, doch die op een Europeaan den Indruk maakt van een troostelooze woestyn en geen enkele bekoring heeft, zooals de vriendeiyke land streken, die wy in Europa zoo talryk kennen. Nu en dan ziet men een houten hut. zoo ellen dig en primitief, dat men eerder aan een stal dan aan een woning zou denken. En toch hulzen daar menschen, meestal negers, wy weten niet waarvan ze bestaan, want rond deze „woningen” groeit niets. Er is geen levend wezen te bespeu ren, men ziet alleen een hoop vuilnis en een hoop oud roest, dat door geen enkelen vuilnis man zal worden weggehaald. Deze armoedige hutten met hun vuilnisbelten, die gewooniyk boven het dak uitsteken en waar boven meestal het armzalig geraamte staat van een oud fordje, maken een ongeloofiyk trooste- loozen indruk. Op ordelooze wyze ryzen de stee nen muren uit den grond. Links en rechts, overal, rond de boorputten, staan de huizen, winkels, eafé’s, een kerk en'een school, alles schots en scheef door elkaar. Vlak voor de kerk staat een boortoren en dan nog een midden op het kerkhof. Dit kerkhof maakt een vreeselyken indruk Omringd door een hekwerk, tracht het te gelyken op al de andere kerkho ven van de wereld, en ongetwyfeld zou het daar mee ook eenige overeenkomst vertoonen, wan neer er niet die stalen toren stond, met die ge weldige pomp, die dag en nacht het vloeibare goud naar boven pompt. Tk heb een school gezien, een mooi steenen gebouw, dat veel overeenkomst vertoont met een Europeesche Unlversiteit. Enkele jaren geleden was die school nog een armzalige barak, maar de onderwijzer sloeg een’ put-*en vond pe troleum, zoodat hy schatryk werd en deze prachtige gebouwen kon oprichten. In hun vrijen tUd spelen een vyftigtal groote Jongens verstoppertje achter den boorput en de pomp, die voortdurend de kostbare vloeistof naar boven brengt, stelt het schoolbestuur In staat atlassen, boeken en schriften te koopen. Midden op het station, tusschen een heele ry rails, staat al weer een boorput. Heel ver in den omtrek, zoo wyd het oog rijkt, is hier als het ware een stalen woud uit den grond gerezen. Daar komt de rykdom uit den grond, maar soms ook dood en verderf.... Geen antwoord. Ik liep de trap op. Geen spoor van Flip. Toen dacht ik er aan, dat ik onge wapend was. Ik ging m’n slaapkamer in en nam een pantoffel. Zoo behooriyk uitgerust, ging ik de gang weer in en riep. Weer geen antwoord. Ik steeg boo ger, naar de kamer der tweelingen, aarzelde even en wierp toen de deur open. Flip stond voor me. „Flip kom eens hier,” beval Ik. Maar hy kwam niet. Hy keek me alleen aan met groote oogen, met iets Oftandigs er in. „WU Je niet?” vroeg ik. „Neen,” lispelde hy zacht, maar duldeiyk. Ik greep Flip by z’n broek en In één wip bad ik hem over m’n knieën. .Dat valt mee.” dacht ik. Maar.... ik had te vroeg gejuicht. Flip kronkelde. Ook1 alen en pa lingen kronke len, maar ik ge loof dat hun kronkelen niets Is. vergeleken by X kronkelen van Flip. Ik kon hem met geen mogeiykheld weer plat krygen. En toen ontdekte ik dat ik m’n pantoffel kwyt was. Ze lag op den grond en lag buiten m’n bereik. Ik riep: „Truus!" maar m’n vrouw hoorde X niet. Ze zat op m’n kamer met dX vingers in dr ooren. En ik kon Flip niet vragen eventjes te wachten, totdat ik de pantoffel gepakt had. Ik kon maar één ding doen: den stoel, waarop ik zat, langzaam naar voren schuiven en zoo by mb pantoffel komen. Zoo gedacht, zoo gedaan. Ik raapte baar op en hield Flip stevig vast. „Een, twee drie....” Toen schreeuwde een schelle jongensstem „Ik ben Flip niet! Ik ben Dolf!” „Waarom zei je dat niet direct?" vroeg ik. en liet verbouwereerd m’n „pantoufle de luxe” vallen. De jongen rukte zich los en nam de beenen. Ik ging naar m’n kantoor. „En....” vroeg m’n vrouw, „heb je Flip ge zien?” Ua,” antwoordde ik woedend, „en hy heeft weer gelogen!”

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Noord-Hollandsch Dagblad : ons blad | 1937 | | pagina 3