H Het Zeemonster van Nagasaki ïïtatwbAaal aan den daq van De oorzaken kanker O t ZATERDAG 17 APRIL 1937 j Generaal Bertrand In het Britsch museum De grootste kabeljauw, welke ooit in de wateren van Santa Catalina gevangen zou zijn Russische onderzoekingen bU verlies van een hand, een voet of een oog. Kardinaal en dictator 1 F» A °p blad ^gevolge de verzekerlngsvoorwaarden tegen IJ 7^0 bij levenslange geheele ongeschiktheid tot werken door p 7^0 bU een ongeval met p I /A J vj I v| r\ ongevallen verzekerd voor een der volgende ultkeerlngen vve verlies van belde armen, beide beenen o£ beide oogen aJve" doodelijken afloop fcdWe AANGIFTE MOET, OP STRAFFE VAN VERUES VAN ALLE RECHTEN, GESCHIEDEN ÜITERL1JK DRtE MAAL VIER EN TWINTIG UUR NA HET ONGEVAL De charmante kennissen Belangryke nagelaten manuecrip- ten over Napoleon „Medicus". alle gezwellen op van een methoden gescherpte en voorzichtigheid M. B. te Maar er gebeurde niets. Den volgenden morgen werden Drein en Plet om vyf uur gewekt en vervolgden ze hun weg. Het it op dit blad zijn ingevolge de verzekerlngsvoorwaarden tegen erg, (Wordt vervolgd) echter ook ^gezwellen dieren, die stammen uit families. zeemonster was thans reeds aan belden gehecht, zoodat ze er niet veel moeite mee hadden. aan moet i wordt kwam de h< geen Gertr opgewekter dan I, de diner-zaal woordlg algemeen het ontstaan van zekere bereidheid dat deze neiging rijke getuigenissen zoo geheel aan de pu it onttrokken zijn gebleven? ik u dat u wel eenigszins vragen, waar hij geweest was en wat hy gedaan had?.... Waarom niet?.... Mijn nieuwsgierig heid was niet meer dan natuurlijk; dus vroeg ik hem dan ook „Waar heb je je zoo lang schuil gehouden sinds Maandag?” „Schuil gehouden?” vroeg hjj en keek wat ver rast bij die uitdrukking. ,Ja. zeker. Ik kan er geen anderen term voor vtndqpl" f Soms pen Val?.... Ook Plet Prikkel stapelde van alles voor zijn deur. Bovendien legde hij achter de deur een blaasbalg, waaraan een trompet was verbonden. Als er nu een strulkrooover sou komen, trapte hij op de blaasbalg en dan zou de trompet Piet Prikkel wakker maken. Nu kwamen er weer andere moeilijkheden voor de beide vrienden, die Intusschen Arabië hadden bereikt. Men was daar echter niets gesteld op vreemde Indringers en reeefe aan de grens werden ze door een soldaat aangehouden, die zet. dat ze niet verder mochten. oe het Britsch Museum te Londen niet alleen belangwekkend Is door den steen van Rosette, het gebeeldhouwde fries van het Parthenon en zooveel andere kunstschat ten, door Albion’s zonen uit vrijwel alle lan den ter wereld met evenveel verzamelwoede al\ „Ik kan u niet aeggen. Edelachtbare,” ver- klaarde ds gravin von Zwlnzler later voor het zoeken, al was het alleen maar omdat deze gerecht, Jhoe biy ik waf eénlge voorzorgsmaat regelen te hebben genomen. De gedachte, die madame Laranche mij ontvouwde, heb Ik aan vankelijk als bijzonder oorspronkelijk gewaar deerd. Ik besloot toen de comedle te vervolma ken en betrok twee vrienden in mijn plannetje. Zjj zouden zich op de gang verdekt opstellen en Leon Duvalier by het verlaten van mijn karier op hun beurt mijn toiletten ontnemen. Ik voel de er niets voor die solrée In ..Westminster” ter- mannen Inderdaad al zéér moeilijk met elkaar te vergelijken zyn! Maar toch leek het ons, of we In den volgeling van Benedlctus van Nurcia en In den Ruroischen revolutionnalr de symbolen konden zien van krachten, welke de wereld kunnen genezen of tot onherstel bare ziekten kunnen voeren. Inzichten om te smeden. Dezelfde smeuling, die ruitlaaide In den brand van duizenden kerken: een heldensch offervuur bij de hekatomben van zoovelen, die hun leven aan God hadden toe gewijd. Twee moeilijk te vergelijken figuren, hoe wel ze allebei wel zeer vreedzaam, als gewone bezoekers van een beroemd museum, herhaalde malen naast elkaar zullen hebben plaats ge nomen. De man der gehoorzame, pijnlijk consciëntieuze arbeid, de goede knecht die met zijn geestestalenten wist te woekeren, naast de man In wlen toen reeds een vulkanisch vuur moet hebben gegloeid. Maar die toch ook een man was van scherp, logisch Inzicht, die vol keren omvatte met zijn blik en geheime werkin gen wist te bespeuren, welke pas na jaren ten volle openbaar zouden worden. En die In ijzeren training van den eigen wil de kracht moet hebben gevonden, om als een transfor mator deze spanningen te kunnen opvoeren tot onweers-sterkte. Aan wlen zal het nageslacht met meer liefde denken? Aan den toegewijden beschrijver van zooveel eerbiedwaardlge-traditles, die altijd nog levenskracht aan het grijzende Europa schen ken? Of aan den ras-omwentelaar, die een ge heel nieuwe wereld op rookende pulnhoopen wilde grondvesten? Wij zullen deze vragen niet verder onder- ravin von Zwlnzler had de knappe dame, f die in hetzelfde hotel als zij logeerde, al meermalen aandachtig gadegeslagen. ZU herkende pertinent in haar het boeiende type van een geboren aristocrate, die volkomen de kunst verstond zich zoo te gedragen, als haar omgeving noodzakelijk maakte. En Gravin von Zwlnzler hield uitermate van dit genre, daar ook zij een Ingeboren afkoer had van alle stijve conventie en onnatuurlijke, protocolalre om gangsvormen. Van haar kamenierster was ze te weten gekomen, dat de dame in kwestie zich Genevieve Laranche noemde en de echtgenoote van een vooraanstaand antiquair was. Of se Inderdaad van voorname afkomst was, was haar niet met zooveel woorden medegedeeld, maar in dit opzicht vertrouwde gravin von Zwlnzler volkomen op haar eigen waarnemingen. En zoo was het de gravin In het geheel niet onwelgevallig, toen op den derden middag van haar verblijf te Nice madame Laranche op het frapie hotelterras een gesprek met haar aan knoopte. dat zoo afwisselend en zoo charmant werd gevoerd, dat eerst de bel voor bet diner er een einde aan maakte. ,Jk houd het dus voor afgesproken, madame, dat mij morgenochtend de eer te beurt valt met u een wandeling te gaan maken," toen had gravin von Zwlnzler haar nieuwe kennlsse har- teljjk de hand gedrukt en i zij zich In weken gevoeld binnen gegaan VWas den heeren heuach niet kwalijk te ne men als zij even langer dan de goede manieren gedoogden, hun blik gevestigd hielden op de belde dames, die, gekleed In een met verfijnden smaak samengesteld wandelcostuum, vroolyk en ongedwongen langs den breeden boulevard wan delden. Nu en dan weerklonk een krlstal-hel- dere gulle lach, die aan de jongste der belde da mes werd toebedacht, hoewel dit lang niet ze ker behoefde te zijn. Het gesprek had juist zijn climax bereikt, de nieuwste modesnufJes waren ter sprake geko men, toen madame Laranche In eens enkele pas jes ter zijde deed en dan met een verrukt ge baar hagr hand vooruitbracht. „Dag Leon! Dat is waarlijk een verrassing. Jou hier te ontmoeten. Hoe komt het eigenlijk Wat had breuk?, dachte .Bunny, mijn kind, begin niet achterdochtig te warden I Ik geloof niet méér In geheimen dan Jij, maar ik denk, dat Brentmore’s stilzwijgen het gevolg is van overhaasting en vergeetachtig heid. Morgen zal je van hem hooren, of anders zal hy je alles vertellen, wanneer hy terug Is. Weigert hy dit. dan is bet nóg tyds genoeg, om over .geheimhouding.” enz. te gaan praten. Roep geen moeiiykheden op, kleine meld!” .Dat zil Ik ook niet doen!” riep Ik vastbeslo ten. „Met het grootste geduld zal ik wachten, tot hij terugkomt en ik zal naar geen enkele booae toespeling luisteren! HU zal my zeker alles vertellen, als ik er hem naar vraag." HOOFDSTUK II Val bleef drie dagen weg en toen hy terug was. kwam hy regelrecht van het station by my aan. Toen Ik hem op het tuinpad zag, voelde ik. dat al myn twyfel en mijn achterdocht een groot onrecht waren geweest jegens hem; en toen hy zijn krachtige armen om my heensloeg en my vasthield, of hy my niet meer wilde laten gaan, voelde ik my bitter beschaamd over myzelve. Maar toen wy al byna een half uur byeen waren geweest, zich reeds een paar pauzes in het gesprek hadden voorgedaan en hy nog niets verteld had van de reden van zyn afwezig heid, begon Ik te denken, dat mUn twyfel mis schien toch nog niet zoo ongegrond was. Hy hield zich In leder geval niet aan onze overeenkomst, dat wy geen geheimen voor elkaar zouden hebben. £ou Ik hem nu op den man af wel, dat JU hier in de Rlvléra toeft? Ik dacht dat je In Londen was. Maar excuseer, laat me je eerst even aan deze dame voorstellen: mr. Leon Duvaliergravin von Zwlnzler.” Over en weer werd „heel aangenaam” gezegd, waarop Loon Duvalier den dames verzocht hem de eer té trillen aandoen, met hem een kop koffie te drinken, een ultnoodlglng die niet dan na eenig tegenstribbelen werd aanvaard. Toen moe«t Oravln von Zwlnzler erkennen, dat de kennissen van madame Laranche minstens even interessant waren als zy zelf. Leon Duvalier zag er uit als door een ringetje te halen en was een vlot, maar Dor zwel amusant causeur, die het gezelschap met zyn gevatte opmerkin gen uitstekend wist te vermaken. Benige dagen later het weer leende zich allerminst tot een wandeling zaten de beide dames weer bijeen in de tuinsaai van bet res taurant. Een onverwachte wending in bet ge sprek bracht Leon Duvalier in het geding. we toch over hebben. wU Iets zeggen. mannen In het algemeen en ook kan Ik niet voorgeven, dat ik met iets Ingenomen ben, als dit in waarheid niet zoo is; dus Is het je eigen schuld, als hier onaangenaamheden tusschen ons uit voortkomen." HU nam zyn hoed en het hart klopte my in de keel by de gedachte, dat hy, zonder een woord meer te zeggen, zou gaan; maar hy kwam terug, toen hy halverwege de deur was en zich over my hcenbulgend. kuste hij mijn koud, half-afge- wend gezicht. ,Jk zou geen onaangenaamheden tusschen ons kunnen velen, liefste! Om by je te zyn en toch op een afstand te biyven. zou my een Tantalus kwelling wezen; dus. totdat deze onverkwikke- lyke zaak van de baan is, geloof ik, dat ik maar bU je wegbUjf." .-Blijf dan maar weg. zoolang als je wilt!" sei ik nydlg, geprikkeld door zyn kalmte, „en kom geen oogenblik eerder terug, dan je eigen gevoe lens je dit Ingeven I’ „Wreede, kleine; Bunny!" was al wat hy zei. ging, en trok de deur achter zich toe. Ik stond met de hand op myn kloppend hart, tot ik de voordeur hoorde dichtslaan en een paar minuten later het tuinhek eveneens.... Hy was weg; onherroepeiyk wég!.... Ik liet my in een stoel vallen, hevig ontsteld. d ik gedaan? Was dit een volslagen O, wat een onuitstaanbare ge- Mlsschien dat hy nu Gertrude Man ning het hof maakte.... zUn, over de laatste regeerlngsjaren In de Tul- lerieën, over het keizeriyke hof en de dagen der ballingschap op St. Helena. Wat nu deze mémoires betreft, zU zUn hoege naamd onbekend gebleven en slechte weinig biografen van Napoleon maken melding van het feit dat zy bestaan. Hoe komt bet, dat deze belai blicii Toen Bertrand In '44 stierf (een soldaat van het oude slag heeft zUn vooroordeelen, en Ber trand was er ook in rijn ouderdom niet toe te bewegen warm ondergoed te dragen, zoodat een gewone verkoudheid de oorzaak werd van zUn dood) heeft hy bU testament zUn mémoires ver maakt aan zUn dochter. En tegeiyk beschikt, dat zy niet gepubliceerd mochten wtorden. De dochter van Napoleon's grootmaarschalk huwde met den Amerikaan Tayer, die zich In Frankrijk liet naturalleeeren en op hoogen leeftUd lid ran den Franschen Senaat werd. Het manuscript over Napoleon werd nu nog strenger bewaakt dan vroeger. Na den dood van baar man wilde Madame Tayer het geheim zinnige werk niet langer In huls bewaren en zy gaf het aan een ouden en toegewyden vriend, een beambte op het Ministerie van Financiën. Vier Jaar later stierf Madame Tayer. De huis vriend hield het hem toevertrouwde pand in zyn brandkast en beschikte In zUn testament, dat zyn soon hetzelfde zou doen. Deae zoon van Madame Tayer» vertrouwden vriend, een Monsieur R. beeft tot op vandaag 't manuscript nog In zUn bezit. Het spreekt vanzelf, dat bet niet ontbroken heeft aan pogingen om hem dit kostbaar stuk te ontlokken: beroemde bibliotheken hebben er groote sommen voor geboden, Amerikaanache verzamelaars nog grootere. Ook de Fransche Staat heeft zich niet onbetuigd gelaten. Maar dit alles heeft niet de minste uitwerking gehad op mijnheer R„ die, volgens zijns vaders laat- sten wil, het manuscript getrouwsiyk aan de oogen van zyn medemenschen onttrekt en eer der van zins schynt, het gedeeltelijk te ver nietigen, dan het ter publicatie te geven. Natuurrijk zUn er rondom deae verborgen mé moires allerlei geruchten ontstaan. Als waar- schyniyk neemt men aan, dat de Napoleon van Bertrand niet identiek is met den held, dien alle schoolkinderen ter wereld In hun geschie denisboeken vinden. Men zegt, dat deae Napo leon niets anders is, dan een gewoon, al te ge woon, door avonturen en ziekte gesloopt mensch vol leeiyke trekken en bitterheid. Ook wk>rdt wel vermoed, dat er een geheel ander pUnlyk geheim door Bertrand werd opgeteekend, nd. 't gahelm van Hapglsea’s dnnsls -vaa zyn verwrikte Wge wanden, die door db Mtstb. die de 'verachtten, verwonderd bekeken werden; van bet testament, waarin de keizer, door donkere voorgevoelens gedreven, de sectie zelf geëlscht had. Maar dit zUn slechts gissingen. De oplossing van het raadsel zal wellicht een volgende gene ratie hooren. Op dit oogenblik liggen de mé moires van generaal Bertrand welbewaard in een safe van een groote bank te Parijs. ..Ik ben het grootste deel van den tyd in Lon den geweest.” Op onverklaarbare wyze wist ik. dat mUn vraag hem niet aanstond. Toen ik'dit besefte, kwam myn achterdocht met vernieuwde kracht boven. Maar ml stond het dan ook by my vast, dat ik alles weten zou. .Dit is al een heel welnig-zeggende toelichting voor een afwezigheid van drie dagen. Val," zei ik. met een poging tot glimlachen. .Heb je my niet wat meer te vertellen, dan dat je het groot ste deel van den tyd in Londen bent geweest?" In plaats van dadeiyk te antwoorden, stond hy op en trad aan het venster: „Om zyn schuld bewust gelaat te verbergen," klonk er een stem in my. „Hoor eens hier, Bunny.” zei hy. zich ineens weer tot mU wendend. ,Jk heb niet graag, dat je my verder vragen doet betreffende mUn uit stapje.” „Zoo?" zei Ik sarcastisch. .Diet alleen, dat ik je vragen zal doen, ik heb ze ook graag beant woord! jyzelf hebt toch die afspraak gemaakt, dat er geen geheimen tusschen ons zouden zyn? Nu moet je er je ook aan houden!” ,A* Ik het Je vertelde. Bunny, dan zou ik maar eindigen met Je ongelukkig te maken en dkt zou ik niet graag doen!” .Door die hatelyke geheimzinnigheid maak Je my jülst ongelukkig! Daardoor ga ik denken, dat er iets achter schuilt, waar Je je over schaamt!” „Maar Bunny!" .«Ja, natuurlijk, dat is zoo!” draafde ik door. Je houdt je doen en laten niet zoo verborgen, als er niets achter steekt.” Alweer trad hy naar het venster, maar, toen hy nu ditmaal terugkwam, legde hy my de han den op de schouders en zei met grooten nadruk: „In je drift zeg je dingen, waar je spyt van zult hebben, als je weer tot kalmte bent geko men. Er is niets „minder fraais" aan dit bezoek van mU aan Londen; maar Ik heb er myn rede nen voor, om te verlangen, dat je er liever nog niet alles van weet. Misschien gaat het my nog meer ter harte dan Jod. dat Ik de eerste moet zyn. die onze afspraak van wederzydachen onbe grensd vertrouwen moet schenden. Kan Je nu niet zonder nadere toelichting in mij gelooven, Bunny?" Terwyi ik hem in de oogen keek, voelde ik gedurende een halve minuut, dat ik hem ook waariyk vertrouwen kón Maar, helaas, daar Innering weer by my op aan het- :e gezegd had, en vrij onstuimig riep Ik nu weer: „Natuuriyk! Ik kan je niet dwingen, het my te vertellen. Bewaar Je geheim dan! Ongelukkiger- wys hoor Ik niet tot die zachte, lieve schep seltjes, die een blind vertrouwen hebben in de derd jaren na zUn dood zulk een omvang aan genomen, dat zU slechts nog door specialisten in haar geheel te oversten is. Des te eigenaar diger moet men wtel het feit vinden, dat er tot op den huldigen dag een verzameling mémoires aan ontbreekt, welke ongetwyfeld tot de be langrijkste behooren, namelUk die van Generaal Bertrand. Bertrand is het, van wlen de Keizer eenmaal gezegd heeft: „zyn naam is onafscheideUjk verbonden met den mUnen. Zoolang ik In de herinnering voortleef, zoolang zal ook Bertrand herdacht worden.” Bertrand Is als grootmaarschalk een der meest Intieme vrienden van den keizer geweest en hem menscheiyk nog nader gekomen gedu rende de jaren In ballingschap; Bertrand was het ook, die tezamen met Montholon en Mar chand, door Napoleon tot voltrekker van zyn testament werd aangewezen. j. Welnu, generaal Bertrand, die den Keizer 23 Jaar overleefde, heeft een belangrijke reeks van manuscripten nagelaten. Het zUn werken over strategie, berichten ovex-sUn veldtochten, de geschiedenis van zyn eigen leVen en derge- lyke. Maar het belangrijkste daarvan moeten ongetwyfeld zjjn mémoires over Napoleon boek geea andere verlichting te voeren dan aan zijn llnkerzljwand een naar varen wk en naar achteren rood licht gevende lamp (gerekend van de bestuurderzzltplaats af. (Indien geen enkel deel van den wagen verder dan 30 meter van een brandende ttraatlantaarn verwijderd Is. mogen Me lichten gedoofd zijn-) heengaat en om welke reden; hy heeft ook niet geschreven, dat hy graag wat van my zou willen hooren gedurende zyn afwezigheid." Vader trok my naar zich toe en zei hoogst- ernstlg: Alom, ook in de leekenwereld. Is de vrees voor den kanker algemeen en met een zekere beklem ming zien wy, dat er ran jaar tot Jaar wre-- menschen aan overleden. Hoe kan men deze ontwikkeling stuiten? Dit js tot nu toe nog niet bekend. Men weet dit kwaad dus nog niet radicaal te bezweren, al zyn er met de chirurgische the rapie, vooral in de begln-stadla, zeer fraaie re sultaten te boeken, die in vele gevallen tot biy- vende genezing lelden. Natuuriyk te men hiermede nog leng niet tevreden, maar stelt men als uiteindelijk doel een geneeswUze te vinden die de ziekte In de kiem aantast en nfet slechts door verwUderlng van de ziekte deelen genezing brengt. Dat men hierin nog niet slaagde, Is vooral te wyten aan onvoldoende bekendheid van het mechanisme van het ontstaan. Men weet nog niet van welken kant men de riekte grUpen. In alle wetenschappelyke centra dan ook naarstig naar de oorzaken van het ontstaan van kanker gezocht, omdat men dit terecht beschouwt als de eerste schrede den weg die voert naar een doeltreffende the- zal verbazen’" Gtamueeerrt zag madame Laran che de gravin aan. .Zoo? Laat maar eens hooren.” „Toen u Leon gisteren ontmoette, hebt u met hem klaartiykeiyk gesproken over het bal- champétre, dat morgenavond in Westminster gegeven wordt.” .Dat kan wel zijn. En wat sou dat?” .Het heeft hem wel eenigszins teleurgesteld, dat u daar heen ging met een ander dan hem. Ik weet niet waaraan hy het recht ontleende tot het maken van deze opmerking, maar hy beeft het my precies soo gezegd." De gravin trok even met haar wenkbrauwen. „En weet u wat die naïeveling nu van plan Is?” Even zweeg madame Laranche en observeerde haar dtechgenoote scherp. Dan vervolgde ze nutaterend „HU wil morgenavond, kort voor u zich naar het solrte denkt te begeven. bU u Inbreken en uw baltoiletten rooven. zoodat u niet kunt uit gaan! Elgeniyk had Ik dit krijgsplan voor u geheim moeten houden, maar van den anderen kant wil ik u toch een onaangename sensatie, die elgeniyk niets te beduiden heeft, bespsuen. Ik sou u willen advteeeren: gaat u rustig op die comedle In. Leon brengt u den volgenden dag uw japonnen toch weer terug!” Voelde Gravin von Zwlnzler eerst niet veel voor dit denkbeeld, allengs helde ze er toch naar over. En soo wachtte ze den volgenden avond met ongeveinsde belangstelling op de dingen die komen zouden. Hoe zeker se ook was van Leon Duvalier's komst, toch schrok ze wel even, toen een ge maskerd man door het geopende venster haar hotelkamer binnendrong. Onmlddeliyk richtte hy een revolver op de gravin en beval: .Draait u zich oogenbllkkelyk om, madame. Waagt het niet om hulp te roepen, want dan zal ik geen moment aarzelen van myn vuur wapen gebruik te maken!" Gedwee volgde de gravin het bevel op en hoorde hoe achter haar rug de man de kasten opende en daar eenlgen tyd In rond zocht. Dan verdween hy even schleiyk uit de kaber als hy er gekomen was. Het volgende oogenblik hoorde zy op de gang een oorverdoovend lawaai, be sloten met een hartstochteiyken woedenden schreeuw. Twee mannen hadden den „Inbreker" gerat en hem zyn bult afhandig gemaakt. Waarom was Val zoo in alle stilte weggegaan; waarom had hy, ook In zijn brief, een volkomen zwygen bewaard omtrent het elgeniyk doel van rijn reis, de plaats van zyn bestemming en den dag, dat hy terugkeerde?Als hy self niet soo geheimzinnig was geweest, dan zou kl wat Gertrude gezegd had. totaal z'n Indruk op mU gemist hebben; maar nu voelde Ik my diep ellendig, want steeds weerklonk in mUn ooren die opmerking van den dominee: .Den verbor- «en verleden staat byna altijd geiyk met een slecht verleden!" Gedurende de ses weken, die achter my lagen, had Ik Val Brentmore steeds meer lief gekre- gep, met al de warmte van mijn vurig tempe rament; Ik had hem zóó hoog verheven, dat de vrees alleen, dat hy van zUn voetstuk zou kun nen vallen, my een verschrlkkeiyke kwelling was. Zóó verdiept was Ik In myn leed, dat ik In bet geheel niet lette op den voortgang van den tyd en dat Ik steeds voor mU uit was gebrek aan piëteit hierheen gesleept, leerde ons een belangwekkend stukje van John Gib bons in de Universe. De bekende journalist be schrijft hierin verschillende bezoekers, die hU vroeger geregeld in het Britsch Museum ont moette. De twee voornaamste daaronder, die later leder op eigen terrein zich be roemdheid zouden verwerven, waren een ze kere „Abbé" Gasquet en een zekere mynheer Lenin. „Jaren geleden, toen hy nog gewoon .Jtbbé" was, zag ik geregeld een reeds bejaarden heer in het Britsch Museum. Ik behoorde daar zelf tot de vaste bezoekers; het hoorde zoo by myn vak daar te zyn -en anderen terecht te helpen, en aldus leerde men de stamgasten goed ken nen. Daar zag men den man die later de Lenln zou worden, wiens lichaam wordt be waard op het Roode Plein te Moskou en wiens naam door miiUoenen wordt gekend, en ik heb vaak naast hem gezeten. En daar was ook de priester met het onvermydeiyke kalotje, wiens naam maar weinig bekend is, en hy zit daar als het ware nog, gebogen over zyn monumen taal wetenachappeUJk werk." Wonderlijke samenloop van omstandigheden, en byna symbolische tegenstelling! WU kennen den geleerden Benedlctyner-Kardinaal slechts uit zyn „Korte geschiedenis der Katholieke Kerk In Engeland", maar de lezing van dit In zyn soort bewonderenswaardlge werkje, deed ons reeds iets begrijpen van diens geheel byzondere gaven en verdiensten. Hier spreekt de man der gerypte Inzichten, die eeuwen overziet en In hartstochtlooee. maar niet on bewogen bewoordingen ons een hooger licht weet te toonen, dat telkens door de duister nissen en nevels der geschiedenis groot volk komt heenbreken. De fyne, door wetenschappelyke verhelderde geest, wiens gevolgtrekkingen juist öoor hun weloverwogen voorzichtigheid de r scherpte krijgen van een mes dat verdeelt, en I wasu-held' én dwaling weten te schiften met de zekerhei^, ZMSumee een ervaren expert "rijn edelsteenen keurt. en naast hem: Lenln. De ondanks alles heroïsche figuur, wiens invloed men lezen kan uit den verbeten trek op het bleeke gericht van een werklooze, waaronder een geheim vuur schynt te smeulen. Hetzelfde vuur dat deze man als een bekwaam smid wist te bezigen om een groot deel van Europa en Azië naar zyn «UMU«e resultaten bereikte men ook by Infecties met een serum dat men met deae trypanosomen bereidde. De gezwellen mtken den Indruk langzaam weg te smelten. Nu moet men na lezing van bovenstaande niet meenen dat de therapeutische zijde van het kankervraagstuk hiermede opgelost is. Er zal nog een lange weg van proefnemingen te bewandelen zyn voor men op een ongevaariyke manier deze nieuwe geneeswyze ook by men- sebeu kan toepassen. Bovendien Is het natuur iyk nog de vraag of deze by den mensch ook effect heeft. Maar al zou onverhoopt blijken dat dit niet het geval is, dan mag men toch hopen, dat de door deze Russische onderzoekers aangegeven richting de oogen van andere ge- leerden voor nieuwe mogelykheden zal openen en zoodoende tech zal medewerken tot het ver krijgen van de reeds lang verbelde, doeltref fende geneeswUze. biyven staren, tot de terugkeer van rader my uit myn droomeryen wekte. „Wel, Bunny," riep hU opgeruimd als altyd, wanneer hy zyn „oogappel" toesprak, „wat is er gebeurd, kindje? Er is byna geen vuur meer In den haard en je ziet er uit, of het leed van heel de wereld op je schouders rustte!" Ik belde, dat ze den haard nog zouden red den ran den ondergang en zei toen: .Het spilt my erg, vader, dat ik het vuur ver geten heb...." „Vergèten?Terwyi je er vlak by zat? Hoor eens. Bunny,” en hU hield de hand onder mijn kin en trok myn gericht naar zich toe, „wat heeft je zoo ongelukkig gemaakt?" Ik zou hem niet hebben kunnen antwoorden, zonder in snikken uit te barsten; dus overhan digde Ik hem Val’s briefje, zonder een woord te spreken en bleef hem gadeslaan, terwyi hy las. .Dwaas kindje, dat je bent! Is die tragische uitdrukking op je gezichtje te voorschyn geroe- door zoo’n onbeduidende afwezigheid van Ik dacht op z’n minst, dat hy naar Australië was vertrokken, of dat Je er hem op betrapt had, dat hy het hof maakte aan een ander.” .Het gaan op zichzelf vond ik nu niet zoo vader, maar het geheimzinnige van het geheel. HU zegt er geen woord van, waar hy °P De litteratuur over Napoleon heeft In de hon- raple, een therapie nJ. die de zaak In de kern aanvat. Ondertusschen biyft de riekte dageUJks haar slachtoffers elschën. Des te vreugdevoUer stemt ons dus het be richt uit het Microbiologische Etorachungs- Institut te Moskou, dat men daar, met over slaan van bovenbeschreven eerste etappe, er in geslaagd zou zyn, sommige, kunstmatig ver wekte gezwellen by dieren op een orlglneele manier te doen verdwUnen. Voor we echter in nadere byzonderheden hier over treden, zullen we eerst In enkele korte trekken schetsen wat ons tegenwoordig over kanker bekend Is. Zooalg de meeste lezers wel zuilen weten Is kanker een bepaald soort kwaadaardig gezwel Voor goed begrip diene het volgende: Cellen zyn microscopisch kleine levende deel tjes van ons organisme. Zooals de steenen een huls bouwen, zoo bouwen de cellen het men- scheiyk lichaam op. Men heeft verschillende Bootten cellen. Een groep geiykvormige cellen vormt tezamen een weefsel. Verschillende weefsels groepeeren zich op bepaalde wyze tot organen. By een gezwel zien we nu, dat één soort cel len in het een of andere orgaan zich uitermate sterk vermeerdert. Dit geschiedt niet bU dezelfde manier. Er rijn twee verschillende soorten. We moeten namelyk onderscheid maken tusschen goed aardige en kwaadaardige gezwellen. Ze verschil len In gedrag tegenover de omringende weefsels. De goedaardige gezwellen verdringen deze, schuiven se opzy, maar groeien er niet fti. ver nietigen ze dus niet. BU de kwaadaardige gezwellen zien we daaren tegen. dat de gezwelcellen tusschen de cellen van het andere weefsel Ingroeien en door niets te bedwingen voortwoekeren. Zelfs van orgaan tot orgaan! Wat Is nu de oorzaak ran het ontstaan van deae gezwellen? Men kent er verschillende; om slechts twee te noemen: 1. Chronische prikkeling (Virchow). 3. Het gaan woekeren van cellen die op een of andere wyze te midden van een weefsel te recht zyn gekomen waar ze niet thuishooren. Hoe of het nu echter komt dat de normale eel de eigenschappen van een gezwel aanneemt, weet men niet. Soms zyn er erfeiykheids- factoren in vaak, want verwekken 1 waarin geen gezwellen voorkomen. Dan Is er dus van erfelykheld geen sprake. Een gezwel kan men ook van het ééne op het andere dier over dragen door het overenten van gezwelcellen. Van een overdracht in den zin van Infectie is echter geen sprake. Men neigt daarom tegen- tot de meening, dat er tot kwaadaardige gezwellen een by de weefsels bestaat en tot gezwelvorming kan zUn aangeboren of verworven (b.v. door chronische prikkeling). De mogeiykheld, een gezwel wille keurig te verwekken, maakt een nauwkeurige studie van verschillende problemen mogelUk daar men op deze wyze den groei, den Invloed van geneeskrachtige preparaten, enz. kan be- studeeren. Na deze lange inleiding thans lets over de onderzoekingen, die in bovengenoemd instituut In Moskou verricht zyn door G. Roskin en K. Romanowa. Zy gingen van de wetenschap uit, dat de kankercel zich In vele opzichten van normale cellen onderscheidt, byzondere eigen schappen heeft, zy vermenigvuldigt zich snel ler. verbruikt veel meer voedingsstoffen, enz. ZU hoopten nu ónder deze nieuwe eigenschap pen er één te vinden, die de cel voor bepaalde invloeden gevoeliger maakte dan de normale cellen. Inderdaad slaagden zy er in zoo’n zwakke piek te vinden. Hierop richtten zy hun aanval. ZU besmetten 45 muizen met Schlzotrypamum cruzf, een parasiet die zeer nauw verwant Is aan den verwekker van de gevreesde slaapziekte in Afrika HU leeft in het bloed en In de organen van het besmette dier. Tegelykertyd werden deze muizen geënt met kanker. Nu bleken de gezwellen by 30 van de 45 muizen geheel te verdwUnen. (Veel plezier beleefden de muizen daarvan evenwel niet, want na verloop van tUd overleden zU aan gevolgen van de Infectie). Voor contróle had men ook 45 muizen alleen met kanker geënt. Deze overleden hier alle aan. De Infectie bad dus wel degehjk invloed op de gezwellen. 220 hoewel myn vrienden vanzelf- wllle van zoo’n naïeveling mis te loopen. En zie, de verliefde Leon heeft zich zoo vergist, dat hy in plaats van myn Japonnen, myn Juweelen meenam. En sprekend daar ook niet op waren voorbereid, geloof Ik toch wel, dat za zich mot meer ple zier dan anders van hun opdracht hebben ge kweten 4 Met Leon Duvalier, die een geroutineerde ho- teldlef van Internationale reputatie bleek te zyn, werd madame Laranche als zyn echtgenoote en medeplichtige ontmaskerd en gevonnist. It u. en en ie or or it 1- n te

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Noord-Hollandsch Dagblad : ons blad | 1937 | | pagina 7