<KdueïAaal den daq wm Het Zeemonster Nagasaki van DELFTSCHE SLAOLIE Victoria F 250.- ■T Een week I vol verschrikkingen L NAAR het encelsch J Geleerde, die 290 talen spreekt HET CHRISTENDOM P.K.STAATSPART'J ZATERDAG 15 MEI 1937 Ik, die de swart? aarde draag, kies 't allerbeste biscuits en chocola. Ik vraag: Berlijn al* luchtvaart- I centrum Stalin bewaakt Verborgen stad CALVÉ-KWALITEIT Bibliotheek met 14000 boeken vrije” Rusland ziwnen F-' \Het voor mijn maag: aww wre a TX^'NTIKT'C’>C! °P f*1* blad f11*6’01®6 de verxekenngsvoorwaarden tegen by levenslange geneele ongeschiktheid tot werken door p bU een ongeval met /X n(_Jlll li O ongevallen verzekerd voor een der volgende ultkeeringen verlies van belde armen, belde beenen of belde oogen B vPVFa doodelijk en afloop AANGIFTE MOET, OP STRAFFE VAN VERUES VAN ALLE RECHTEN, GESCHIEDEN UIT ER LUK DRIE MAAL VIER EN TWINTIG UUR NA HET ONGEVAL S 291 290 OORDBSmf deze ontvangsthal ligt in B Ik maakte s s i Hen heel eind ver op het strand zagen Piet Prikkel en Drein Drentel het zeemonster in het warme zand liggen. 1 Lag er niet veel van dien zoo 24 t> 1 daar Wordt vervolgd) groote worden t r 5 bij levenslange geneele ongescblktheld tot werken door verlies van belde armen, beide beenen of belde oogen 1 tot sreu- l. s u Q S 3 t Ook Plet Prikkel en Drein Drentel gingen naar de badplaats om te kijken of ze daar helpen konden. Tot hun verbazing zagen ze, dat de treinen, die hier vertrokken, heelemaal met badgasten gevuld waren. Dat waren de vluchtelingen voor het zeemonster. bij verlies van een hand, een voet of een oog. it ■w~x e voltooiing van een katholieke Unl- 1 verslteit zal al uw Inspanning eischen. maar het is Mijn vurige en Innige wensch^dat,gij dit groote werk, van zoo'n verstrenend belang voor uw land en uw geloof, tot een goed einde zult brengen. Paus Plus XI op de audiëntie b« de heiligverklaring van Petrus Canislus, 20 Mei 1925. 'lütz aan een groot le van zoovele talen vreemde talen i en aan wij- dienen medewerkten. In de pauze luisterde hij naar het gesprek der Indianen en zei hun in hun moedertaal: „Waarom geven Jullie Je voor Sloux-Indianen uit, terwijl Je Pawnee-Indlanen bent?" Waarop de roodhuiden hem natuurlijk verbijsterd aanstaarden. tevreden om zich heen te kijken, net als een hondje in zijn tr.anèje. Het zag er op dat oogenbllk nog al vreedzaam uit. Sedert jaren werkt Dr. 8ch> werk: .Hoe Ik tot de studie kwam." waarin hij hun, die willen leeren, practlsche wenken zingen geeft. Op weg naar het strandhotel kwamen ze ook nog 'n heele hoop heeren tegen, die allemaal op de vlucht waren. Ze liepen als hazen, en toen Piet en Drein iets wilden vragen, kregen ze niet eens gelegenheid Zóó bang waren de menschen al ge worden. wu door de menigte heengingen, wy tal van opmerkingen over mijn er voor, dat zij dtt heill- van groot- waren Ralssa. zij de dochter was van dochter der grootmoeder. Zoo gebeurde het •Br zullen touwen noodig zijn.” fluisterde ik, toen r zijden aXHJtaM^de M. zal dit geheel 1.2 KM. hebben. De> gebouw is hieraan te rr vliegdemonstratles niet schouwers een plaats zulk vliegveld toe is deze landii zoodat geen enkel steunsel der machines zal belemmi daarom alleen aan den buitenkant door zware ijzeren draagbalken ih z.g. kraagconstructle ge dragen De trappen, die naar de tribunes op het dak voeren, zijn in torenvormige aan bouwsels aan den buitenkant ondergebracht. Het vliegveld zelf zal, als het gereed is, een lengte-as van meer dan 25 en een breedte-as van meer dan 1.7 KM hebben. De geweldige opeet maakt het ook mogelijk, dat de aanko mende post niet eerst naar een centraal post kantoor ter sortatle behoeft te worden ge bracht, doch ineens van hieruit over de ver schillende wijken van de stad kan worden ge distribueerd. p. aissa Pokrovskaia was onderwijzeres en Lr godsdienstig. Onderwijzer zijn is in Rus- A*’land een eerepoat. doch godsdienst is uit den boeae. Trouw echter ging Ralssa naar school en deed haar plicht, doch trouw ook bad zij haar gebeden thuis. Haar lessen waren steeds verzorgd en haar taal was de taal van een Rus sische vrouw in dienst van het proletariaat De bestuurder van de school was er echter niet gerust op Dat de kinderen leerden wat zij wilden dat zij desnoods niet leerden, was hun recht, het recht van de vrije Jeugd. Maar zijn onderdanen moesten les geven volgens het vrije en ware principe. De bestuurder was ook een goed man. want hij bultte zijn onderdanen niet uit. zooals het de .loffelijke" gewoonte was. Hij poetste zelf zijn schoenen en borstelde eigen handig zjjn Jas. en hjj redeneerde met alleman en iedereen, doch het curieuze in zijn redenee- ring was. dat zjjn gedachte alleen telde. Op een dag nu was het ondcrwijzersvergade- rlng. Aan de tafel zat de bestuurder en hu groette eerbiedig het portret van Stalln den Leider. De onderbestuurder zat naast hen) en ook deae groette den Leider. Zoo ook groetten alle onderwijzers, want allen waren zij onder danen van Stalin. Toen zei de bestuurder: „Van daag zullen wjj den tekst van de nieuwe Grond wet beatudeeren. want wij moeten die aan de kinderen leeren!" Alle onderwUzers knikten eerbiedig bij dat bevel; hoe zouden ze anders doen in het vrije" land, dat Rusland heet? Van onder zün wenkbrauwen keek de be stuurder naar Ralssa. de onderwUseres, en hu dacht het middel gevonden te hebben, om haar te beschamen en zoodoende te kunnen ontslaan. Ralssa." zei hjj. en allen keken naar het meisje. ..mag een priester volgens de nieuwe grondwet kiezer zijn?" Ralssa voelde dat de bestuurder haar op een verkeerd antwoord wil de betrappen en voorzichtig antwoordde zU: .Ja. dit kan, als de priester sinds meerdere ja ren zijn ambt niet meer uitoefent." Bedoeld of niet, de bestuurder scheen het ontwijkende antwoord niet opgemerkt te heb ben. De nieuwe grondwet staat Immers het stemrecht toe aan priesters». Ralssa Pokrowskala was niet gerust, want de bestuurder vroeg dat niet zonder reden. Nu lachte hU even, toen wendde hij zich weer tot Ralssa en vroeg haar op den man af: Mag een onderwijzer geloovig zUn, ja dan neen?" Wat kon Ralssa antwoorden? Zei ze ..neen," dan zou hij haar zeggen: „Wat doet gij dan in ons midden?" Zei ze „Ja," dap zou dit bestem peld worden als contra-rcvolutlonnalr Doch een Rus is behendig en daarom antwoordde Ralssa: .Ben paedagoog moet in principe geen geloo- vige zijn, maar als hu het toch is. mag hü zUn overtuiging in school niet doen kennen." Toen sloeg de bestuurder met zijn vuist op pakken, sloeg hü den arm om mü heen en leidde mjj uit het vertrek. .Dién kant uit!” wees ik, Jangs den achter kant van het huis; dat is nog de kortste weg." .Maar we moeten eerst naar de hall gaan,” antwoordde hU. ..Ik heb een man meegebracht *n we zullen zjjn hulp wel noodig hebben.” Ik vrees, dat ik erg in den weg zat. maar Val wilde mü natuurlijk geen angst laten uitstaan -en hü hield dan ook steeds het oog op mü. terwijl ze zich voorzagen van touwen en een lantaren en ook wel degelijk gebruik maakten Van het bereidvaardig aanbod van een stal knecht, om mee te gaan, ofschoon die zeer ver schrikt keek, toen hij hoorde, dat de persoon, loop van’dlt jaar in gebruik worden genomen, terwijl het geheels complex eerst eind 1938 ge reed zal zün. Bij dit ronde plein sluit zich, tusschen twee der gebouwen in Zuld-Oostelüke richting loo pend. het elgenlUke voorplein van het lucht- havengebouw aan, dat. 30 M hoog, op den achtergrond oprijst. Dit plein krijgt een opper vlakte van 90 bjj 80 M. en zal dus eiken denk baren toestroom van verkeer het hoofd kun nen bieden; bovendien zijn de gebouwenfron ten aan beide zijden van arcaden voorzien, waaronder de voorrijdende auto's bij slecht weer beschutting kunnen vinden Ook het ge bouw op den achtergrond, het elgenlUke haven gebouw, heeft een hallenfront, doch hier loopt de hal over vier verdiepingen door. In het ha vengebouw, dat 29 M. lang en 9 M. diep is. zullen reisbureaus, winkels en ook de verzamelplaats der reisgezelschappen ondergebracht. Aansluitend de en dan zou- Mrs. Garbutt wéér hem te duchten hebben! Wat zal zij nu doen, vroeg Ik mU af. Ik was zóó vervuld geweest van mUn angst, dat we hier te lakt zouden zUn. dat ik haast in het ge heel niet meer aan haar gedacht had. Ze lag zeker nog te bed. als ze zich dien vorigen avond wel ter ruste had begeven, want ze verkeerde natuurlUk in één angst voor de ontdekking, die onvermUdelük volgen moest, nu Val en ik elkaar ontmoet hadden. ElndelUk werd de stilte verbroken. Er kwam iemand de treden af in den toren. Het was de stalknecht. Op het oogenbllk. dat ik de uit drukking van zUn gezicht gewaar werd, be greep ik, dat wel haast het ergste zou zün gebeurd. w|) redden wilden, onder in den Friar's Tower lag. „Hoe is hU daar met mogelijkheid gekomen?” riep hü ontzet. „Iedereen hier uit de streek schuwt dien toren!" „Maar hü was een vreemde." antwoordde Val, ,'en hü wist niet, dat die tore< zoo'n slechten naarn had." i De afstand tusschen het huis in de ruïne leek mü op dien grauwen ochtend langer dan ooit. Val en de man, dien hü meegebracht had het verwonderde mü op het oogenbllk niet eens. dat hü daar was sloegen de handen ineen en droegen mü; ik kon niet geloopen hebben; en de stalknecht ging vooruit, maar trok zich weer even terug, toen wü onderaan de toren trap waren, en liet ons éérst gaan. Val nam de lantaren van hem over en wendde zich tot mü: ,JÜ moet hier blüven. Bunny! Ik begrüp je aanwüzlngen volkomen. Bluf hier maar gedul dig wachten." Ik zag de drie mannen achter elkaar inde kromming van de trap verdwünen en ging 'op de onderste trede zitten, terwül ik luisterde naar hun voetstappen. De koude nevel van den Maartschen morgen verdween onder de stralen van de opkomende zon. De rüp glinsterde en schitterde als dia mantpoeder op den harden, steenachtigen weg en overal kweelden en sjilpten de vogels. Daar had dat arme slachtoffer, nu al dien tüd gelegen, misschien in de hevigste pünen en uitgéput van honger en dorstMisschien was hü ook krankzininggeworden van ellende ,Ja. Miss." zei hü. in antwoord op mün onuitgesproken vraag, „er ligt iemand beneden in die diepte, maar we kunnen niet zeggen of hü dood of levend ia Ik ga nu naar het huls, om daar te waarschuwen, dat ze dekens en brandewijn en meer hulp moeten sturen en dan ga ik naar den dokter." „Zün ze alle twee, bü hem?" .Ja. Miss, alle twee." Hü ging en ik bleef zitten, terwül er nu al meer personen naderbü kwamen, eerst be dienden uit het huls en later menschen uit het dorp. Ze staarden mü allen aan; één man hoorde ik vragen, wie ik was. waarop het dienstmeisje, dat mü op den avond van mün komst op de Abbey had opengedaan, zei, dat ik: „de gezel- een zeer zwaar en tegelük moeilük werk, want men moest de grootste voorzichtigheid be trachten. dat de heele toren niet Instortte. Tegen dat de opening ruim genoeg was. om er een baar door te laten die intusschen van het naaste politiestation op een drie mülen af stand was gehaald stonden er zeker wel twee honderd toeschouwers. Van bovenaf waren er toortsen neergelaten in de gapende opening en tegen dat de baar door de weggebroken treden naar beneden gelaten werd, kwam het bericht, dat er eenig teeken van leven bü* den ongelukkige viel waar te nemen. ingespannen stllzwügen wachtte de menigte het oogenbllk af. dat de baar weer héél, héél MTigzaam opdook. Toen die allerbehoedzaamst op het gras ge zet was en de dokter en Val. die den last zoo ver gedragen hadden, in het volle zonlicht traden, was ook duidelük waarneembaar, wat een inspanning die behandeling hun beiden had gekost. De dokter overzag de schare eens en wenkte drie of vier mannen bü zich. Ze gaven onmid- dellük gehoor aan zün oproep, begrepen, wat die beduidde en schaarden zich aan weerskan ten van de bav „Bedenkt wel.” zei hU. „bü lederen stap, dien je doet, wét Je draagt: een man met de helft van zün beenderstelsel gebroken of gekneusd, die dagen lang in totale duisternis heeft ge legen. zonder eten of drinken, met niets dan padden én ratten en muizen om zich heen! Bedenkt, hoe pünluk ieder van jullie bewegin- en toen ze klaai waren met mü op de zorgvuldigste wüze m te sloeg hü den arm om mü heen en T'v e vorige week "vertelden we, hoe Adolf I 1 Hitler met veiligheidsmaatregelen wordt omgeven. Ook zün collega-dictator Sta lin kan het echter niet zonder speciale bewa king stellen. Dat blükt uit het onlangs versche nen werk: „Ik was werkman in Sovjet-Rus- land André Smith, die van 1932—1935 In de Ver. Sovjet-Republleken vertoefde. beschrüft hoe Stalln wordt bewaakt. wanneer -hü het Kremlin verlaat om een begrafenis van een hooggaplaatst Sovjet-bestuurder bü ta. wonen. De begrafenis had plaats In den namiddag, zoo schrüft André Smith. De urn met de asch van den overledene, die reeds eerder naar Le ningrad werd vervoerd. was thans terugge bracht Ik maakte deel uit van de veiligheids wacht. Met een geweer dat niet geladen was stond ik op post op het Centrale Plein, dicht bü de ,Bom Soynzoff”, het gebouw der vak verenigingen. vanwaar de begrafenisstoet zou vertrekken. veiligheidswacht bestond -uit zes rüen be trouwbare mannen, die aan weerszüden de stra ten hadden afgezet, vanaf het Vakvereenlglngs- gebouw tot aan het Roode Plein. Twee rijen communistische officieren uit het Roode leger, twee rüen soldaten en twee rüen arbeiders die tot de Stootbrigaden behoorden, deel uit van deze laatste groep. Om drie uur zette de stoet zich In beweging. De straatsteenen waren bedekt met een laagje fUn wit zand. De lUkstoet werd geopend door een militaire kapel, die treurmuziek speelde. Dan volgden verscheidene rütuigen met bloe men en kransen. Daarachter Stalln. Woroachl- loff. Kalinin en Molotoff, vergezeld van de overige leden van het Centraal Comité, die de versierde urn droegen. Als voorzorgsmaatregel stond voor leder ven ster van elk huls waar de stoet moest passeeren een soldaat opgesteld, gewapend met een lichte mitrailleur De arbeiders waren allen naar het Roode Plein gedirigeerd. Daar stonden meer dan een millioen arbeiders opgesteld, allen in groepen büeen. volgens de fabriek waar ze werkten. Ze stonden daar zoo dicht opeengepakt als sar dientjes In een busje: van den stoet konden ze niets zien; alleen de luidsprekers verkondigden wat er zich buiten hun gezichtskring afspeelde. Meer dan 3 uur aan één stuk werd door de di verse sprekers tejkens weer herhaald, dat de oppositie vernietigd moest worden. want zü wks de vüand van de arbeiders. En dicht naast mü mopperden de arbeiders: „Weg met de vüanden van de arbeidersklasse, die thans het volk toespreken!" 1 Op bepaalde momenten werd door de menig te als op commando geapplaudisseerd en wat er innerlük in de harten van het volk omging was niet te peilen. En wat gebeurde er den volgenden dag, zal de lezer wellicht vragen. André Smith geeft ons het antwoord: „Daags daarna begon de menschenjacht. Tal van arbeiders werden des nachts door de Ge- poe van hun bed gelicht en gearresteerd. Sinds dien heeft men niets meer van hen vernomen. Onder hen bevond zich mün oude vriend Vas- sll. de monteur van de reparatie-ploeg.” Prettig en onbekommerd leven Is anders.... De dictatuur handhaaft zich door terreur en het verwekken van angst. De stok achter de deur! ae o- dat de bestuurder naar den inspecteur schreef: Ralssa Pokrovskaia is geloovig. Zü hitst dc kinderen op om voor de priesters te '■temmen en zelfs hier in de vergadering doet zü aan contra-revolutlonnatre propaganda.' De Inspecteur schreef aan den hoofdinspec teur; deze weer aan het gewestelük bestuur en allen waren het erover eens. dat het een schan de was voor de revolutie en het communisme. Zoo werd Ralssa ontslagen maar ook zü schreef Ze stuurde brief op brief naar het ge westelijk bestuur, naar den inspecteur, den hoofdinspecteur en alle mogelüke heeren van het communistisch gezag. Ze zond een protest- nota aan de vereeniging van onderwUzers. doch al die menschen waren plots doof en blind geworden, want niemand antwoordde. Zes maanden duurde deze toestand en Ralssa had geen brood meer voor haar twee kinderen. Toch was haar man een vurig aanhanger ge weest van het communistisch regiem en hü had meerdere onderscheidingen gekregen in dienst van dc beweging. Maar hü was uit de partij gestooten omdat men ta weten was ge komen. dat hu Uit een geloovtge familie voort sproot. Zoo staat Raisaa nu op straat. Op haar borst kan zü de onderscheidingen van haar man dragen en op haar armen de twee kinderen. Het zal zwaar dragen zün. maar niemand zal haar helpen, want Ralssa had een beeld in huis, een heiligenbeeld en zü heeft gezegd, dat ook de pope mag stemmen. Dan Is het gevaarlük. om zich met die vrouw op te houden, zelfs In het land der z.g. vrüheld. v-'x e Berlünsche luchthaven heeft het aeld- zame voordeel, dat zü niet, zooals de vliegvelden van de meeste andere we- reldsteden vele kilometers bulten de stad moest worden aangelegd, doch dat er "n terrein voor kon worden gevonden, dat sléchts 3 KM. van het centrum van de stad, van de wük der regee- ringsgebouwen en van Unter den Linden ver wijderd is. De boven verwachting snelle ont wikkeling van het vliegverkeer in de Berlün- sche luchthaven maakte echter uitbreiding van den geheelen opzet dringend noodzakelük. want in 1936 telde de Berlünsche luchthaven reeds 220.000 aankomende en vertrekkende rei zigers. Terwül de accommodatie voor ’t passa- giersverkeer op het oude vliegveld nog vol doende is. laat in het büzonder de onderbren ging' der vliegtuigen aldaar te wenschen over. Ook het vliegveld zal op den duur uitbreiding moeten ondergaan, evenals de oprit voor de auto's, want reeds thans komt het voor, dat 's morgens In een paar kwartier tüds tien vliegtuigen met In totaal 170 passagiers de luchthaven verlaten, zoodat men op een ont vangst van over de 150 automobielen berekend moet zün. In den winter van 1936 heeft men dan ook een begin van uitvoering gemaakt met de plannen van Professor Dr. Sagebiel tot uitbreiding van het geheele complex. Uitgaande van de gedachte, dat, nu de ult- I breiding eenmaal ter hand zou worden geno men, deae zoodanig zou moeten geschieden, dat zü voor jaren voldoende zou zün en boven dien een representatief geheel voor 'n wereld stad als Berlün zou scheppen, heeft men be sloten, het oude vliegveld naar het Zuiden uit te breiden tot aan de spoorbaan, naar het Westen het terrein van het Maifeld er bü te trekken, en .ook naar het Noorden- het terrein tot aan de grens van het voormalige vliegveld Tempelhof uit te breiden, waardoor een drie voudige vergrooting wordt verkregen. Dit bracht met zich mede, dat de gebouwen van het Oude vliegveld moesten worden opgeofferd. Voor de oprichting van de noodige nieuwe gebouwen werd de Noord-Westhoek van het terrein geko zen wegens de gunstige ligging, zoowel uit vliegtechnisch als uit stedenbouwkundig oog punt. De as van het nieuwe complex loopt dien tengevolge Noord-WestZuid-Oost. Kamende van de stad, heeft men aan de lin kerhand een reusachtig cirkelvonnlg plein van 250 M. middellün, dat begrensd wordt door de reeds büna tot het dak opgetrokken admini stratiegebouwen. waarin de civiele luchtvaart, het bureau voor luchtfotografie en de meteoro logische dienst zullen worden ondergebracht. De met gladde tufsteen bekleede muren en met gele kalksteen omlijste vensters zullen het ge heel een rustig en monumentaal uiterlük ver- leenen. Deze gebouwen zullen reeds in den aan middenas van het gebouw, doch 2.50 M. lager, een tweede hal, 100 M. lang, 50 M. breed en 19 M. hoog, waar de passagebureaux, doua- ne-inklaring en passencontröle, gesplitst in een binnenlandsche en buitenlandsche afdeeling, zullen worden ondergebracht. Van deze hal heeft men door geweldige ramen een prachtig uitzicht op het vliegveld. Onder deze statige hal komen de bureaux voor goederen-, post- en vrachtverkeer. Voor deze hal ligt de boogvormige, overdekte vlieghangar van 380 M. lengte en 22 M. hoogte. Hierin zullen zelfs de grootste vliegmachines van de naaste toekomst kunnen binnengaan, teneinde de passagiers overdekt te doen in- en uitstappen, een voordeel dat op nog geen ander vliegveld te vinden is. Met de hierbij ter weers- hangars ter lengte van 400 bouw een lengte van itgeatrektheld van dit wn. dat op het dak bij m^jder dan 60.000 toe vinden. Naar het Vxxis geheel open. A in- en uitrollen m. Het dak wordt gen hem zal zün. Schuift hem daarom zachtjes en behoedzaam mogelü.k voort.” Allervoorzichtigst hieven de mannen de baar van den grond en in droeven optocht de dokter liep eenlge schreden vooruit ging het naar de Abbey, terwül de meeeten van de toeschouwers de hoofden ontblootten: „of het al een begrafenis was." dacht ik zenuwachtig. Zoodra zü weg waren, wendde Val zich tot mü: „Kom," zei hü en trok mün hand door zijn arm Terwül hoorden aandeel in de tragedie, maar alle waren bezij den de waarheid. Eenlge minuten Hepen wü langzaam en zwij gend voort, want ik was nog niet in st veel Inspanning, maar, toen wü bü he! pelboschje waren, vroeg ik: ..Hoe is het nu met hem. Val?” „Verschrikkelük!" .Bal hü het leven houden?” „Ik vrees er voor.” .Heeft hü gesproken?" „Gespróken?.... Hü haalt nauwelüks adem, kindje! Gedurende het eerste half uur wisten wü niet, of hü levend of dood was. „Val. waarom wilde Mrs. Garbutt hem toch dood hebben?" „Welke reden heb je verlangde’" In zün bibliotheek met 14.000 boeken, een van de belangrükste particuliere verzamelingen op taalkundig gebied, treffen wü hem «en bü het lezen van een Chineesch gedicht: Dr Ha rald Schütz, den man, di? 290 talen spreken en zchrüven kan. Zün grootvader, de beroemde sanskritist^e. Schütz, sprak 12 talen en ook zün vader beheerschte verscheidene klassieke en moderne talen. Onze eerste vraag aan den 63-Jarigen ge leerde Is: ,Hoe hebt U het toch klaargespeeld 290 talen te leeren?" Glimlachend haalt hü de schouders op: .Dat weet ik ook niet! Maar een onfeilbaar recept kan ik U geven: drie dingen hebt U noodig om talen te leeren. n.l. lust, ge- legenheid en tüd. De laatste twee had Ik en de liefde voor talen heb Ik van mün voorvaderen geérfd. Ja, het is meer dan Hefde, het is een soort koorts ik maak Jacht op talen!” En dan verhaalt Dr. Schütz hoe hü tot zün talen studie kwam. ,Jiog voor ik op het gymnasium kwam, kon ik een Italiaansch volksliedje en het begin van de Odyssee in het Grleksch uit het hoofd voor dragen. Op het gymnasium leerde ik Latün en Grleksch en de drie groote moderne talen. Mün liefde voor phüologie verliet mü niet, toen ik aan de Üniverslteit wiskunde, natuurweten schappen er. philosofie studeerde en later leeraar in de wis- en natuurkunde werd. Nadat ik mü reeds Jong had laten pensionneeren, ging ik mü weer aan de talenstudie wüden. Ik leerde er een aantal tegelük, maakte vertalingen uit het Chineesch en Sanskriet, schreef een werk over de voornaamste talen van tegenwoordig en vroeger en een boek over de talen, die in de Dultsche koloniën werden gesproken. Ik hield mü ook bezig met de talen der inboorlingen van Noord-, Midden- en Zuld-Amerlka. Van de Oostersche talen heb ik mü vooral gewüd aan het Arabisch, Perzisch, Indisch, Chineesch en Japansch. Dr. Schütz staat op en neemt de door hem geschreven werken van een boekenplank; het is een fiksch aantal. Een beetje verlegen be kent hü zün liefde voor de lyriek en büzonder interessant is een boekje „Liefde en Lyriek bü vüftig volkeren”. Het Intéressantst is echtet een zwart boek in folioformaat, waarin Dr. Schütz in den loop der jaren alle talen, die hü vond en leerde, in alphabetlsche volgorde, op- geteekend heeft. Dit boek bevat niet minder dan 290 talen, maar is hiermede niet afge sloten nog steeds Jaagt de geleerde op nieuwe talen en hü hoopt er nog menige te leeren en de 300 te overschrüden. Slaan wü in dit hoogst merkwaardige boek de A op, dan begint het: Abessinisch, Ainoe (de taal der oerbewoners van Japan*. Alba- nisch, Altallsch (Centraal-Azië), Algonkin (In dianentaal), enz. Zoo gaat ’t bü alle talen: Rus sisch, Turksch, Chineesch, Japansch, Neder- landsch. Flnsch, Baskisch, Hebreeuwsch niets ontbreekt. En hierbü komen nog talrüke (dialecten in vete talen. De geheele wereld schünt in deze stille studeerkamer vertegen woordigd te zün.... „Neen,” wekt de geleenle ons uit ons gepeins, ,jk ben heusch geeft- wonder. Vlüt. systeem, een beetje talent en veel liefde dat is het heele geheim.” „Ja, maar hoe léért U nu die talen?’,' vragen wü- En hü geeft ons het recept. De grondslag wordt gevormd door een uittreksel uit een leertioek. dan komen woorden. Bte' verbonden worden en daarna leert hü de re gels der uitspraak. Bü dit laatste helpt ook dikwüls de gramofoon. Bestaat er van een of andere taal geen grammatica, dan maakt hü er zelf een. Wanneer iemand 290 talen kent, kan hü zich met behulp van de litteratuur en een woordenboek de grammatica van de 291ste zelf maken. Uit zün ontzaglüke verzameling woordenboeken toont hü ons eep Armeensch- Russlsch, een Armeensch-Latünsch, een Bas kisch -Spaansch, een Tibetaansch-Engelsch. enz. „Welke taal houdt U voor de moellükste?” vragen wü. .X>e moeilükheid van een taal hangt af van wie haar leert. Een Chinees zal natuurlük gemakkelüker Japansch leeren dan een Nederlander. In het algemeen kan men echter als zeer moellüke talen beschouwen de talen der Indianen en Eskimo's, verder Bas kisch en Groesinlsch, welke laatste taal in den Kaukasus gesproken wordt. Heel moeilük is ook het Hongaarsch. omdat deze taal zooveel onregelmatigheden heeft. Merkwaardig is, dat het Hongaarsch dichter bü het Japansch, dan bü het Duitsch of het Nederlandsch staat. Daarentegen zün de Slavische talen lang niet zoo moeilijk als over het algemeen wordt aan genomen: Russisch is een Indo-Germaansche taal, Arabisch is moeilüker dan Perzisch. Bü- zondere moeilükheden biedt ook het Chineesch, wanneer men het geheel beheerschen wil, wat nauwelüks mogelük is." Op onze vraag, hoevele talen hü volledig beheerscht, schudt Pr. Schütz het hoofd: vol ledig beheerschen kan iemand behalve zün moedertaal nog slechts één, hoogstens twee talen, meent hü en de meeste menschen be heerschen hun moedertaal niet eens volkomen. Jk heb mü In het büzonder toegelegd op Hon gaarsch en Engelsch ook op de dialecten, b.v. Pidgin-Engelsch en Neger-Engelsch. Tus schen twee haakjes: weet U, dat U Arowakisch spreekt?" En op onzen verwonderden blik: ,Ja, er zün verschillende woorden uit die taal in de onze overgegaan: mals, tabak, kano, enz." En nog een grappige geschiedenis vertelt ons de geleerde. Enkele jaren geleden bezocht hü een circusvoorstelling, waaraan Sloux-In- De „Daily Telegraph" meldt uit Aden, dat een Britsche missie voor het eerst een bezoek heeft gebracht aan Shabwa, de „verborgen stad van Arabië", de vroegere hoofdstad van de se- mletlsche Himyarleten, welke in de woestün is gelegen aan de grens van Brltsch en Saoedisch Arabic. Vier vliegtuigen der koninkluke luchtstrüd- krachten zün Zaterdagavond van hun expeditie naar Shabwa teruggekeerd. Shabwa Is per vliegtuig van Adeh uit in een Ui* té^bereMen. Een der officieren verklaarde dat de vliegers, voor zü daalden, in een met lange gekleurde linten versierden zak 'n boodschap hebben la ten zakken, welke vermeldde, dat de vliegers een vreedzaam en vriendschappeluk bezoek kwamen brengen. Bü de daling constateerden de militairen, dat hun boodschap bevestigd was aan een paai op een paar honderd meter hoogen heuvel, een teeken van eerbewüs en welkom. De intxxirlingen waren primitief, vriendeiük, opgewekt, zeer arm, doch van een krachtig soort. Er doen zich evenwel nogal veel oogziek ten voor. De officieren troffen er overblüfselen aan van een vroegere beschaving. Ruïnes van groote gebouwen, blükbaar tempels, waren er, heu veltjes wüzen op een bedolven stad. Er zün sporen gevonden van vele vroegere karavaan wegen van en naar de stad, welke het bewijs leveren, dat eertüds de weg van de kust van Hadramaut naar Palestina over Shabwa liep. De zegsman achtte de theorie dat Shabwa de hoofdstad zou zün geweest van het rük van de koningin van Shebe niet onwaarschünlük. De voornaamste bezigheid der bevolking is het del ven van rotszout. De vrouwen zün niet ge sluierd. Zü werken op het veld of hoeden de kudden. tafel en schreeuwde: .Biet gü wel. zü voert contra-revolutionnaire propaganda en noodigt ons uit voor de geesteiüken te stemmen.” Sinds lang hadden de aanwezigen geleerd geen ver band meer te zoeken tusschen de woorden van de ondervraagde en het antwoord van den be stuurder. „En Ja." tierde deze laatste, „thuis hebt gü een kapel vol beelden; gü züt dus geloovig. en een geloovige is niet geschikt om de jonge com munisten op te voeden." Maar een Jonge onder- wüzer. die nog durfde spreken, antwoordde dat Ralssa maar een heel bescheiden heiligenbeeldje bezat. Ralssa's grootmoeder had een kapel, ja. maar Ralssa was toch de grootmoeder niet en de grootmoeder was Ralssa niet. Doch de be stuurder was het hiermee niet eens. Heiligen beelden zün heiligenbeelden en grootmoeders wel grootmoeders, maar de genbeelden Ra Issa 's moeder ook van omdat Collins neerknielde, om mün schoenen »ast te maken. „Touwen en een lantaren; want het is een heele diepte! Je zult er hulp bü noodig. hebben. Val. Je kunt er hem nooit al leen uithelpen." Hü knikte stilzwügend schapsdame van Mrs. Garbutt was en dat ik ziek was." Ze staken echter geen van allen een hand uit, om te helpen, maar elndelük kwam de dokter, een flinke man, levendig en beslist in zün optreden. Hü kwam regelrecht naar mü toe en werd gevolgd door twee mannen met touwen en dekens. „U weet hier iets van?” vroeg hü. beleefd den hoed af nemend. .John Burton zegt, dat u hem hierheen verwezen hebt. Hoe lang heeft deze man hier al gelegen?" „Sinds Dinsdagmiddag." .Hinds Dinsdag? En u hebt daarvan gewe ten?.'. Maar we zullen geen tüd verpraten. Ga Jü vooruit met de lantaren. Burton. U zult zeker wachten, tot ik terugkom?" Ik knikte zwijgend. Hü zou gauw genoeg weten, al wat er te weten was. dacht ik. Het leek een zeer lange tüd, éér er verder iets gebeurde. Toen kwamen Burton en de -man. die de touwen had gedragen, terug en John zei dadelijk: ,Hü is nog In leven. Miss zün hart klopt nog: maar we moeten twee van de treden er hier uitbreken, want de dokter wil niet, dat hü eerst heelemaal naar boven gesleept wordt, om dan weer naar beneden gedragen te worden: dan «aiijj» pwHIfot te veel dooreengeschud wor den." w Ik knikte en ging een eindje uit den weg in de zon. Zoodra men wist, wat er gedaan moest wor den, schenen de breeküzers en de houweelen als uit den grond te verrüsen, maar het was

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Noord-Hollandsch Dagblad : ons blad | 1937 | | pagina 7