<KdueïAaal
den daq
wm
Het Zeemonster
Nagasaki
van
DELFTSCHE
SLAOLIE
Victoria
F 250.-
■T Een week
I vol verschrikkingen
L NAAR het encelsch J
Geleerde, die 290
talen spreekt
HET CHRISTENDOM
P.K.STAATSPART'J
ZATERDAG 15 MEI 1937
Ik, die de swart? aarde draag,
kies 't allerbeste
biscuits en chocola. Ik
vraag:
Berlijn al* luchtvaart-
I
centrum
Stalin bewaakt
Verborgen stad
CALVÉ-KWALITEIT
Bibliotheek met 14000
boeken
vrije”
Rusland
ziwnen F-'
\Het
voor mijn maag:
aww wre a TX^'NTIKT'C’>C! °P f*1* blad f11*6’01®6 de verxekenngsvoorwaarden tegen by levenslange geneele ongeschiktheid tot werken door p bU een ongeval met
/X n(_Jlll li O ongevallen verzekerd voor een der volgende ultkeeringen verlies van belde armen, belde beenen of belde oogen B vPVFa doodelijk en afloop
AANGIFTE MOET, OP STRAFFE VAN VERUES VAN ALLE RECHTEN, GESCHIEDEN UIT ER LUK DRIE MAAL VIER EN TWINTIG UUR NA HET ONGEVAL
S
291
290
OORDBSmf
deze ontvangsthal ligt in
B
Ik maakte
s
s
i
Hen heel eind ver op het strand zagen Piet Prikkel en Drein
Drentel het zeemonster in het warme zand liggen.
1 Lag
er
niet veel van
dien
zoo
24
t>
1
daar
Wordt vervolgd)
groote
worden
t
r
5
bij levenslange geneele ongescblktheld tot werken door
verlies van belde armen, beide beenen of belde oogen
1 tot
sreu-
l.
s
u
Q
S
3
t
Ook Plet Prikkel en Drein Drentel gingen naar de badplaats
om te kijken of ze daar helpen konden. Tot hun verbazing
zagen ze, dat de treinen, die hier vertrokken, heelemaal met
badgasten gevuld waren. Dat waren de vluchtelingen voor het
zeemonster.
bij verlies van een hand,
een voet of een oog.
it
■w~x e voltooiing van een katholieke Unl-
1 verslteit zal al uw Inspanning
eischen. maar het is Mijn vurige
en Innige wensch^dat,gij dit groote werk,
van zoo'n verstrenend belang voor uw
land en uw geloof, tot een goed einde zult
brengen.
Paus Plus XI op de audiëntie b« de
heiligverklaring van Petrus Canislus,
20 Mei 1925.
'lütz aan een groot
le van zoovele talen
vreemde talen
i en aan wij-
dienen medewerkten. In de pauze luisterde hij
naar het gesprek der Indianen en zei hun in
hun moedertaal: „Waarom geven Jullie Je voor
Sloux-Indianen uit, terwijl Je Pawnee-Indlanen
bent?" Waarop de roodhuiden hem natuurlijk
verbijsterd aanstaarden.
tevreden om zich heen te kijken, net als een hondje in zijn
tr.anèje. Het zag er op dat oogenbllk nog al vreedzaam uit.
Sedert jaren werkt Dr. 8ch>
werk: .Hoe Ik tot de studie
kwam." waarin hij hun, die
willen leeren, practlsche wenken
zingen geeft.
Op weg naar het strandhotel kwamen ze ook nog 'n heele
hoop heeren tegen, die allemaal op de vlucht waren. Ze liepen
als hazen, en toen Piet en Drein iets wilden vragen, kregen
ze niet eens gelegenheid Zóó bang waren de menschen al ge
worden.
wu door de menigte heengingen,
wy tal van opmerkingen over mijn
er voor, dat zij dtt
heill-
van
groot-
waren
Ralssa.
zij de
dochter was van
dochter der grootmoeder. Zoo gebeurde het
•Br zullen touwen noodig zijn.” fluisterde ik,
toen r
zijden aXHJtaM^de
M. zal dit geheel
1.2 KM. hebben. De>
gebouw is hieraan te rr
vliegdemonstratles niet
schouwers een plaats zulk
vliegveld toe is deze landii
zoodat geen enkel steunsel
der machines zal belemmi
daarom alleen aan den buitenkant door zware
ijzeren draagbalken ih z.g. kraagconstructle ge
dragen De trappen, die naar de tribunes op
het dak voeren, zijn in torenvormige aan
bouwsels aan den buitenkant ondergebracht.
Het vliegveld zelf zal, als het gereed is, een
lengte-as van meer dan 25 en een breedte-as
van meer dan 1.7 KM hebben. De geweldige
opeet maakt het ook mogelijk, dat de aanko
mende post niet eerst naar een centraal post
kantoor ter sortatle behoeft te worden ge
bracht, doch ineens van hieruit over de ver
schillende wijken van de stad kan worden ge
distribueerd.
p. aissa Pokrovskaia was onderwijzeres en
Lr godsdienstig. Onderwijzer zijn is in Rus-
A*’land een eerepoat. doch godsdienst is uit
den boeae. Trouw echter ging Ralssa naar school
en deed haar plicht, doch trouw ook bad zij
haar gebeden thuis. Haar lessen waren steeds
verzorgd en haar taal was de taal van een Rus
sische vrouw in dienst van het proletariaat
De bestuurder van de school was er echter
niet gerust op Dat de kinderen leerden wat zij
wilden dat zij desnoods niet leerden, was
hun recht, het recht van de vrije Jeugd. Maar
zijn onderdanen moesten les geven volgens het
vrije en ware principe. De bestuurder was ook
een goed man. want hij bultte zijn onderdanen
niet uit. zooals het de .loffelijke" gewoonte was.
Hij poetste zelf zijn schoenen en borstelde eigen
handig zjjn Jas. en hjj redeneerde met alleman
en iedereen, doch het curieuze in zijn redenee-
ring was. dat zjjn gedachte alleen telde.
Op een dag nu was het ondcrwijzersvergade-
rlng. Aan de tafel zat de bestuurder en hu
groette eerbiedig het portret van Stalln den
Leider. De onderbestuurder zat naast hen) en
ook deae groette den Leider. Zoo ook groetten
alle onderwijzers, want allen waren zij onder
danen van Stalin. Toen zei de bestuurder: „Van
daag zullen wjj den tekst van de nieuwe Grond
wet beatudeeren. want wij moeten die aan de
kinderen leeren!" Alle onderwUzers knikten
eerbiedig bij dat bevel; hoe zouden ze anders
doen in het vrije" land, dat Rusland heet?
Van onder zün wenkbrauwen keek de be
stuurder naar Ralssa. de onderwUseres, en hu
dacht het middel gevonden te hebben, om haar
te beschamen en zoodoende te kunnen ontslaan.
Ralssa." zei hjj. en allen keken naar het
meisje. ..mag een priester volgens de nieuwe
grondwet kiezer zijn?" Ralssa voelde dat de
bestuurder haar op een verkeerd antwoord wil
de betrappen en voorzichtig antwoordde zU:
.Ja. dit kan, als de priester sinds meerdere ja
ren zijn ambt niet meer uitoefent."
Bedoeld of niet, de bestuurder scheen het
ontwijkende antwoord niet opgemerkt te heb
ben. De nieuwe grondwet staat Immers het
stemrecht toe aan priesters».
Ralssa Pokrowskala was niet gerust, want de
bestuurder vroeg dat niet zonder reden. Nu
lachte hU even, toen wendde hij zich weer tot
Ralssa en vroeg haar op den man af: Mag een
onderwijzer geloovig zUn, ja dan neen?"
Wat kon Ralssa antwoorden? Zei ze ..neen,"
dan zou hij haar zeggen: „Wat doet gij dan in
ons midden?" Zei ze „Ja," dap zou dit bestem
peld worden als contra-rcvolutlonnalr Doch een
Rus is behendig en daarom antwoordde Ralssa:
.Ben paedagoog moet in principe geen geloo-
vige zijn, maar als hu het toch is. mag hü zUn
overtuiging in school niet doen kennen."
Toen sloeg de bestuurder met zijn vuist op
pakken, sloeg hü den arm om mü heen en
leidde mjj uit het vertrek.
.Dién kant uit!” wees ik, Jangs den achter
kant van het huis; dat is nog de kortste weg."
.Maar we moeten eerst naar de hall gaan,”
antwoordde hU. ..Ik heb een man meegebracht
*n we zullen zjjn hulp wel noodig hebben.”
Ik vrees, dat ik erg in den weg zat. maar Val
wilde mü natuurlijk geen angst laten uitstaan
-en hü hield dan ook steeds het oog op mü.
terwijl ze zich voorzagen van touwen en een
lantaren en ook wel degelijk gebruik maakten
Van het bereidvaardig aanbod van een stal
knecht, om mee te gaan, ofschoon die zeer ver
schrikt keek, toen hij hoorde, dat de persoon,
loop van’dlt jaar in gebruik worden genomen,
terwijl het geheels complex eerst eind 1938 ge
reed zal zün.
Bij dit ronde plein sluit zich, tusschen twee
der gebouwen in Zuld-Oostelüke richting loo
pend. het elgenlUke voorplein van het lucht-
havengebouw aan, dat. 30 M hoog, op den
achtergrond oprijst. Dit plein krijgt een opper
vlakte van 90 bjj 80 M. en zal dus eiken denk
baren toestroom van verkeer het hoofd kun
nen bieden; bovendien zijn de gebouwenfron
ten aan beide zijden van arcaden voorzien,
waaronder de voorrijdende auto's bij slecht
weer beschutting kunnen vinden Ook het ge
bouw op den achtergrond, het elgenlUke haven
gebouw, heeft een hallenfront, doch hier loopt
de hal over vier verdiepingen door. In het ha
vengebouw, dat 29 M. lang en 9 M. diep is.
zullen reisbureaus, winkels en ook de
verzamelplaats der reisgezelschappen
ondergebracht.
Aansluitend
de
en dan zou- Mrs. Garbutt wéér
hem te duchten hebben!
Wat zal zij nu doen, vroeg Ik mU af. Ik was
zóó vervuld geweest van mUn angst, dat we
hier te lakt zouden zUn. dat ik haast in het ge
heel niet meer aan haar gedacht had. Ze lag
zeker nog te bed. als ze zich dien vorigen avond
wel ter ruste had begeven, want ze verkeerde
natuurlUk in één angst voor de ontdekking, die
onvermUdelük volgen moest, nu Val en ik
elkaar ontmoet hadden.
ElndelUk werd de stilte verbroken. Er kwam
iemand de treden af in den toren. Het was de
stalknecht. Op het oogenbllk. dat ik de uit
drukking van zUn gezicht gewaar werd, be
greep ik, dat wel haast het ergste zou zün
gebeurd.
w|) redden wilden, onder in den Friar's
Tower lag.
„Hoe is hU daar met mogelijkheid gekomen?”
riep hü ontzet. „Iedereen hier uit de streek
schuwt dien toren!"
„Maar hü was een vreemde." antwoordde Val,
,'en hü wist niet, dat die tore< zoo'n slechten
naarn had." i
De afstand tusschen het huis in de ruïne leek
mü op dien grauwen ochtend langer dan ooit.
Val en de man, dien hü meegebracht had
het verwonderde mü op het oogenbllk niet eens.
dat hü daar was sloegen de handen ineen en
droegen mü; ik kon niet geloopen hebben; en
de stalknecht ging vooruit, maar trok zich
weer even terug, toen wü onderaan de toren
trap waren, en liet ons éérst gaan.
Val nam de lantaren van hem over en
wendde zich tot mü:
,JÜ moet hier blüven. Bunny! Ik begrüp je
aanwüzlngen volkomen. Bluf hier maar gedul
dig wachten."
Ik zag de drie mannen achter elkaar inde
kromming van de trap verdwünen en ging 'op
de onderste trede zitten, terwül ik luisterde
naar hun voetstappen.
De koude nevel van den Maartschen morgen
verdween onder de stralen van de opkomende
zon. De rüp glinsterde en schitterde als dia
mantpoeder op den harden, steenachtigen weg
en overal kweelden en sjilpten de vogels.
Daar had dat arme slachtoffer, nu al dien
tüd gelegen, misschien in de hevigste pünen en
uitgéput van honger en dorstMisschien
was hü ook krankzininggeworden van ellende
,Ja. Miss." zei hü. in antwoord op mün
onuitgesproken vraag, „er ligt iemand beneden
in die diepte, maar we kunnen niet zeggen of
hü dood of levend ia Ik ga nu naar het huls,
om daar te waarschuwen, dat ze dekens en
brandewijn en meer hulp moeten sturen en
dan ga ik naar den dokter."
„Zün ze alle twee, bü hem?"
.Ja. Miss, alle twee."
Hü ging en ik bleef zitten, terwül er nu al
meer personen naderbü kwamen, eerst be
dienden uit het huls en later menschen uit het
dorp.
Ze staarden mü allen aan; één man hoorde
ik vragen, wie ik was. waarop het dienstmeisje,
dat mü op den avond van mün komst op de
Abbey had opengedaan, zei, dat ik: „de gezel-
een zeer zwaar en tegelük moeilük werk, want
men moest de grootste voorzichtigheid be
trachten. dat de heele toren niet Instortte.
Tegen dat de opening ruim genoeg was. om
er een baar door te laten die intusschen van
het naaste politiestation op een drie mülen af
stand was gehaald stonden er zeker wel twee
honderd toeschouwers.
Van bovenaf waren er toortsen neergelaten in
de gapende opening en tegen dat de baar door
de weggebroken treden naar beneden gelaten
werd, kwam het bericht, dat er eenig teeken
van leven bü* den ongelukkige viel waar te
nemen.
ingespannen stllzwügen wachtte de menigte
het oogenbllk af. dat de baar weer héél, héél
MTigzaam opdook.
Toen die allerbehoedzaamst op het gras ge
zet was en de dokter en Val. die den last zoo
ver gedragen hadden, in het volle zonlicht
traden, was ook duidelük waarneembaar, wat
een inspanning die behandeling hun beiden
had gekost.
De dokter overzag de schare eens en wenkte
drie of vier mannen bü zich. Ze gaven onmid-
dellük gehoor aan zün oproep, begrepen, wat
die beduidde en schaarden zich aan weerskan
ten van de bav
„Bedenkt wel.” zei hU. „bü lederen stap, dien
je doet, wét Je draagt: een man met de helft
van zün beenderstelsel gebroken of gekneusd,
die dagen lang in totale duisternis heeft ge
legen. zonder eten of drinken, met niets dan
padden én ratten en muizen om zich heen!
Bedenkt, hoe pünluk ieder van jullie bewegin-
en toen ze klaai
waren met mü op de zorgvuldigste wüze m te
sloeg hü den arm om mü heen en
T'v e vorige week "vertelden we, hoe Adolf
I 1 Hitler met veiligheidsmaatregelen wordt
omgeven. Ook zün collega-dictator Sta
lin kan het echter niet zonder speciale bewa
king stellen. Dat blükt uit het onlangs versche
nen werk: „Ik was werkman in Sovjet-Rus-
land André Smith, die van 1932—1935 In de
Ver. Sovjet-Republleken vertoefde. beschrüft
hoe Stalln wordt bewaakt. wanneer -hü het
Kremlin verlaat om een begrafenis van een
hooggaplaatst Sovjet-bestuurder bü ta. wonen.
De begrafenis had plaats In den namiddag,
zoo schrüft André Smith. De urn met de asch
van den overledene, die reeds eerder naar Le
ningrad werd vervoerd. was thans terugge
bracht Ik maakte deel uit van de veiligheids
wacht. Met een geweer dat niet geladen was
stond ik op post op het Centrale Plein, dicht
bü de ,Bom Soynzoff”, het gebouw der vak
verenigingen. vanwaar de begrafenisstoet zou
vertrekken.
veiligheidswacht bestond -uit zes rüen be
trouwbare mannen, die aan weerszüden de stra
ten hadden afgezet, vanaf het Vakvereenlglngs-
gebouw tot aan het Roode Plein. Twee rijen
communistische officieren uit het Roode leger,
twee rüen soldaten en twee rüen arbeiders die
tot de Stootbrigaden behoorden,
deel uit van deze laatste groep.
Om drie uur zette de stoet zich In beweging.
De straatsteenen waren bedekt met een laagje
fUn wit zand. De lUkstoet werd geopend door
een militaire kapel, die treurmuziek speelde.
Dan volgden verscheidene rütuigen met bloe
men en kransen. Daarachter Stalln. Woroachl-
loff. Kalinin en Molotoff, vergezeld van de
overige leden van het Centraal Comité, die de
versierde urn droegen.
Als voorzorgsmaatregel stond voor leder ven
ster van elk huls waar de stoet moest passeeren
een soldaat opgesteld, gewapend met een lichte
mitrailleur
De arbeiders waren allen naar het Roode
Plein gedirigeerd. Daar stonden meer dan een
millioen arbeiders opgesteld, allen in groepen
büeen. volgens de fabriek waar ze werkten. Ze
stonden daar zoo dicht opeengepakt als sar
dientjes In een busje: van den stoet konden ze
niets zien; alleen de luidsprekers verkondigden
wat er zich buiten hun gezichtskring afspeelde.
Meer dan 3 uur aan één stuk werd door de di
verse sprekers tejkens weer herhaald, dat de
oppositie vernietigd moest worden. want zü
wks de vüand van de arbeiders.
En dicht naast mü mopperden de arbeiders:
„Weg met de vüanden van de arbeidersklasse,
die thans het volk toespreken!" 1
Op bepaalde momenten werd door de menig
te als op commando geapplaudisseerd en wat
er innerlük in de harten van het volk omging
was niet te peilen.
En wat gebeurde er den volgenden dag, zal
de lezer wellicht vragen.
André Smith geeft ons het antwoord:
„Daags daarna begon de menschenjacht. Tal
van arbeiders werden des nachts door de Ge-
poe van hun bed gelicht en gearresteerd. Sinds
dien heeft men niets meer van hen vernomen.
Onder hen bevond zich mün oude vriend Vas-
sll. de monteur van de reparatie-ploeg.”
Prettig en onbekommerd leven Is anders....
De dictatuur handhaaft zich door terreur en
het verwekken van angst. De stok achter de
deur!
ae o-
dat de bestuurder naar den inspecteur schreef:
Ralssa Pokrovskaia is geloovig. Zü hitst dc
kinderen op om voor de priesters te '■temmen
en zelfs hier in de vergadering doet zü aan
contra-revolutlonnatre propaganda.'
De Inspecteur schreef aan den hoofdinspec
teur; deze weer aan het gewestelük bestuur en
allen waren het erover eens. dat het een schan
de was voor de revolutie en het communisme.
Zoo werd Ralssa ontslagen maar ook zü
schreef Ze stuurde brief op brief naar het ge
westelijk bestuur, naar den inspecteur, den
hoofdinspecteur en alle mogelüke heeren van
het communistisch gezag. Ze zond een protest-
nota aan de vereeniging van onderwUzers.
doch al die menschen waren plots doof en
blind geworden, want niemand antwoordde.
Zes maanden duurde deze toestand en Ralssa
had geen brood meer voor haar twee kinderen.
Toch was haar man een vurig aanhanger ge
weest van het communistisch regiem en hü
had meerdere onderscheidingen gekregen in
dienst van dc beweging. Maar hü was uit de
partij gestooten omdat men ta weten was ge
komen. dat hu Uit een geloovtge familie voort
sproot.
Zoo staat Raisaa nu op straat. Op haar borst
kan zü de onderscheidingen van haar man
dragen en op haar armen de twee kinderen.
Het zal zwaar dragen zün. maar niemand zal
haar helpen, want Ralssa had een beeld in huis,
een heiligenbeeld en zü heeft gezegd, dat ook
de pope mag stemmen. Dan Is het gevaarlük.
om zich met die vrouw op te houden, zelfs In
het land der z.g. vrüheld.
v-'x e Berlünsche luchthaven heeft het aeld-
zame voordeel, dat zü niet, zooals de
vliegvelden van de meeste andere we-
reldsteden vele kilometers bulten de stad moest
worden aangelegd, doch dat er "n terrein voor kon
worden gevonden, dat sléchts 3 KM. van het
centrum van de stad, van de wük der regee-
ringsgebouwen en van Unter den Linden ver
wijderd is. De boven verwachting snelle ont
wikkeling van het vliegverkeer in de Berlün-
sche luchthaven maakte echter uitbreiding
van den geheelen opzet dringend noodzakelük.
want in 1936 telde de Berlünsche luchthaven
reeds 220.000 aankomende en vertrekkende rei
zigers. Terwül de accommodatie voor ’t passa-
giersverkeer op het oude vliegveld nog vol
doende is. laat in het büzonder de onderbren
ging' der vliegtuigen aldaar te wenschen over.
Ook het vliegveld zal op den duur uitbreiding
moeten ondergaan, evenals de oprit voor de
auto's, want reeds thans komt het voor, dat
's morgens In een paar kwartier tüds tien
vliegtuigen met In totaal 170 passagiers de
luchthaven verlaten, zoodat men op een ont
vangst van over de 150 automobielen berekend
moet zün. In den winter van 1936 heeft men
dan ook een begin van uitvoering gemaakt
met de plannen van Professor Dr. Sagebiel tot
uitbreiding van het geheele complex.
Uitgaande van de gedachte, dat, nu de ult-
I breiding eenmaal ter hand zou worden geno
men, deae zoodanig zou moeten geschieden,
dat zü voor jaren voldoende zou zün en boven
dien een representatief geheel voor 'n wereld
stad als Berlün zou scheppen, heeft men be
sloten, het oude vliegveld naar het Zuiden uit
te breiden tot aan de spoorbaan, naar het
Westen het terrein van het Maifeld er bü te
trekken, en .ook naar het Noorden- het terrein
tot aan de grens van het voormalige vliegveld
Tempelhof uit te breiden, waardoor een drie
voudige vergrooting wordt verkregen. Dit bracht
met zich mede, dat de gebouwen van het Oude
vliegveld moesten worden opgeofferd. Voor de
oprichting van de noodige nieuwe gebouwen
werd de Noord-Westhoek van het terrein geko
zen wegens de gunstige ligging, zoowel uit
vliegtechnisch als uit stedenbouwkundig oog
punt. De as van het nieuwe complex loopt dien
tengevolge Noord-WestZuid-Oost.
Kamende van de stad, heeft men aan de lin
kerhand een reusachtig cirkelvonnlg plein van
250 M. middellün, dat begrensd wordt door de
reeds büna tot het dak opgetrokken admini
stratiegebouwen. waarin de civiele luchtvaart,
het bureau voor luchtfotografie en de meteoro
logische dienst zullen worden ondergebracht. De
met gladde tufsteen bekleede muren en met
gele kalksteen omlijste vensters zullen het ge
heel een rustig en monumentaal uiterlük ver-
leenen. Deze gebouwen zullen reeds in den
aan
middenas van het gebouw, doch 2.50 M.
lager, een tweede hal, 100 M. lang, 50 M. breed
en 19 M. hoog, waar de passagebureaux, doua-
ne-inklaring en passencontröle, gesplitst in een
binnenlandsche en buitenlandsche afdeeling,
zullen worden ondergebracht. Van deze hal
heeft men door geweldige ramen een prachtig
uitzicht op het vliegveld. Onder deze statige
hal komen de bureaux voor goederen-, post- en
vrachtverkeer.
Voor deze hal ligt de boogvormige, overdekte
vlieghangar van 380 M. lengte en 22 M. hoogte.
Hierin zullen zelfs de grootste vliegmachines
van de naaste toekomst kunnen binnengaan,
teneinde de passagiers overdekt te doen in- en
uitstappen, een voordeel dat op nog geen ander
vliegveld te vinden is. Met de hierbij ter weers-
hangars ter lengte van 400
bouw een lengte van
itgeatrektheld van dit
wn. dat op het dak bij
m^jder dan 60.000 toe
vinden. Naar het
Vxxis geheel open.
A in- en uitrollen
m. Het dak wordt
gen hem zal zün. Schuift hem daarom
zachtjes en behoedzaam mogelü.k voort.”
Allervoorzichtigst hieven de mannen de baar
van den grond en in droeven optocht de
dokter liep eenlge schreden vooruit ging
het naar de Abbey, terwül de meeeten van de
toeschouwers de hoofden ontblootten: „of het
al een begrafenis was." dacht ik zenuwachtig.
Zoodra zü weg waren, wendde Val zich tot
mü:
„Kom," zei hü en trok mün hand door zijn
arm
Terwül
hoorden
aandeel in de tragedie, maar alle waren bezij
den de waarheid.
Eenlge minuten Hepen wü langzaam en zwij
gend voort, want ik was nog niet in st
veel Inspanning, maar, toen wü bü he!
pelboschje waren, vroeg ik:
..Hoe is het nu met hem. Val?”
„Verschrikkelük!"
.Bal hü het leven houden?”
„Ik vrees er voor.”
.Heeft hü gesproken?"
„Gespróken?.... Hü haalt nauwelüks adem,
kindje! Gedurende het eerste half uur wisten
wü niet, of hü levend of dood was.
„Val. waarom wilde Mrs. Garbutt hem toch
dood hebben?"
„Welke reden heb je
verlangde’"
In zün bibliotheek met 14.000 boeken, een
van de belangrükste particuliere verzamelingen
op taalkundig gebied, treffen wü hem «en bü
het lezen van een Chineesch gedicht: Dr Ha
rald Schütz, den man, di? 290 talen spreken en
zchrüven kan. Zün grootvader, de beroemde
sanskritist^e. Schütz, sprak 12 talen en ook zün
vader beheerschte verscheidene klassieke en
moderne talen.
Onze eerste vraag aan den 63-Jarigen ge
leerde Is: ,Hoe hebt U het toch klaargespeeld
290 talen te leeren?" Glimlachend haalt hü de
schouders op: .Dat weet ik ook niet! Maar een
onfeilbaar recept kan ik U geven: drie dingen
hebt U noodig om talen te leeren. n.l. lust, ge-
legenheid en tüd. De laatste twee had Ik en de
liefde voor talen heb Ik van mün voorvaderen
geérfd. Ja, het is meer dan Hefde, het is een
soort koorts ik maak Jacht op talen!” En
dan verhaalt Dr. Schütz hoe hü tot zün talen
studie kwam.
,Jiog voor ik op het gymnasium kwam, kon
ik een Italiaansch volksliedje en het begin van
de Odyssee in het Grleksch uit het hoofd voor
dragen. Op het gymnasium leerde ik Latün en
Grleksch en de drie groote moderne talen.
Mün liefde voor phüologie verliet mü niet, toen
ik aan de Üniverslteit wiskunde, natuurweten
schappen er. philosofie studeerde en later
leeraar in de wis- en natuurkunde werd. Nadat
ik mü reeds Jong had laten pensionneeren, ging
ik mü weer aan de talenstudie wüden. Ik leerde
er een aantal tegelük, maakte vertalingen uit
het Chineesch en Sanskriet, schreef een werk
over de voornaamste talen van tegenwoordig
en vroeger en een boek over de talen, die in de
Dultsche koloniën werden gesproken. Ik hield
mü ook bezig met de talen der inboorlingen
van Noord-, Midden- en Zuld-Amerlka. Van de
Oostersche talen heb ik mü vooral gewüd aan
het Arabisch, Perzisch, Indisch, Chineesch en
Japansch.
Dr. Schütz staat op en neemt de door hem
geschreven werken van een boekenplank; het
is een fiksch aantal. Een beetje verlegen be
kent hü zün liefde voor de lyriek en büzonder
interessant is een boekje „Liefde en Lyriek bü
vüftig volkeren”. Het Intéressantst is echtet
een zwart boek in folioformaat, waarin Dr.
Schütz in den loop der jaren alle talen, die hü
vond en leerde, in alphabetlsche volgorde, op-
geteekend heeft. Dit boek bevat niet minder
dan 290 talen, maar is hiermede niet afge
sloten nog steeds Jaagt de geleerde op
nieuwe talen en hü hoopt er nog menige te
leeren en de 300 te overschrüden.
Slaan wü in dit hoogst merkwaardige boek
de A op, dan begint het: Abessinisch, Ainoe
(de taal der oerbewoners van Japan*. Alba-
nisch, Altallsch (Centraal-Azië), Algonkin (In
dianentaal), enz. Zoo gaat ’t bü alle talen: Rus
sisch, Turksch, Chineesch, Japansch, Neder-
landsch. Flnsch, Baskisch, Hebreeuwsch
niets ontbreekt. En hierbü komen nog talrüke
(dialecten in vete talen. De geheele wereld
schünt in deze stille studeerkamer vertegen
woordigd te zün....
„Neen,” wekt de geleenle ons uit ons gepeins,
,jk ben heusch geeft- wonder. Vlüt. systeem,
een beetje talent en veel liefde dat is het
heele geheim.”
„Ja, maar hoe léért U nu die talen?’,' vragen
wü- En hü geeft ons het recept. De grondslag
wordt gevormd door een uittreksel uit een
leertioek. dan komen woorden. Bte'
verbonden worden en daarna leert hü de re
gels der uitspraak. Bü dit laatste helpt ook
dikwüls de gramofoon. Bestaat er van een of
andere taal geen grammatica, dan maakt hü
er zelf een. Wanneer iemand 290 talen kent,
kan hü zich met behulp van de litteratuur en
een woordenboek de grammatica van de 291ste
zelf maken. Uit zün ontzaglüke verzameling
woordenboeken toont hü ons eep Armeensch-
Russlsch, een Armeensch-Latünsch, een Bas
kisch -Spaansch, een Tibetaansch-Engelsch. enz.
„Welke taal houdt U voor de moellükste?”
vragen wü. .X>e moeilükheid van een taal
hangt af van wie haar leert. Een Chinees zal
natuurlük gemakkelüker Japansch leeren dan
een Nederlander. In het algemeen kan men
echter als zeer moellüke talen beschouwen de
talen der Indianen en Eskimo's, verder Bas
kisch en Groesinlsch, welke laatste taal in den
Kaukasus gesproken wordt. Heel moeilük is
ook het Hongaarsch. omdat deze taal zooveel
onregelmatigheden heeft. Merkwaardig is, dat
het Hongaarsch dichter bü het Japansch, dan
bü het Duitsch of het Nederlandsch staat.
Daarentegen zün de Slavische talen lang niet
zoo moeilijk als over het algemeen wordt aan
genomen: Russisch is een Indo-Germaansche
taal, Arabisch is moeilüker dan Perzisch. Bü-
zondere moeilükheden biedt ook het Chineesch,
wanneer men het geheel beheerschen wil, wat
nauwelüks mogelük is."
Op onze vraag, hoevele talen hü volledig
beheerscht, schudt Pr. Schütz het hoofd: vol
ledig beheerschen kan iemand behalve zün
moedertaal nog slechts één, hoogstens twee
talen, meent hü en de meeste menschen be
heerschen hun moedertaal niet eens volkomen.
Jk heb mü In het büzonder toegelegd op Hon
gaarsch en Engelsch ook op de dialecten,
b.v. Pidgin-Engelsch en Neger-Engelsch. Tus
schen twee haakjes: weet U, dat U Arowakisch
spreekt?" En op onzen verwonderden blik: ,Ja,
er zün verschillende woorden uit die taal in de
onze overgegaan: mals, tabak, kano, enz."
En nog een grappige geschiedenis vertelt
ons de geleerde. Enkele jaren geleden bezocht
hü een circusvoorstelling, waaraan Sloux-In-
De „Daily Telegraph" meldt uit Aden, dat
een Britsche missie voor het eerst een bezoek
heeft gebracht aan Shabwa, de „verborgen stad
van Arabië", de vroegere hoofdstad van de se-
mletlsche Himyarleten, welke in de woestün is
gelegen aan de grens van Brltsch en Saoedisch
Arabic.
Vier vliegtuigen der koninkluke luchtstrüd-
krachten zün Zaterdagavond van hun expeditie
naar Shabwa teruggekeerd.
Shabwa Is per vliegtuig van Adeh uit in een
Ui* té^bereMen.
Een der officieren verklaarde dat de vliegers,
voor zü daalden, in een met lange gekleurde
linten versierden zak 'n boodschap hebben la
ten zakken, welke vermeldde, dat de vliegers
een vreedzaam en vriendschappeluk bezoek
kwamen brengen.
Bü de daling constateerden de militairen, dat
hun boodschap bevestigd was aan een paai
op een paar honderd meter hoogen heuvel,
een teeken van eerbewüs en welkom.
De intxxirlingen waren primitief, vriendeiük,
opgewekt, zeer arm, doch van een krachtig
soort. Er doen zich evenwel nogal veel oogziek
ten voor.
De officieren troffen er overblüfselen aan
van een vroegere beschaving. Ruïnes van groote
gebouwen, blükbaar tempels, waren er, heu
veltjes wüzen op een bedolven stad. Er zün
sporen gevonden van vele vroegere karavaan
wegen van en naar de stad, welke het bewijs
leveren, dat eertüds de weg van de kust van
Hadramaut naar Palestina over Shabwa liep.
De zegsman achtte de theorie dat Shabwa de
hoofdstad zou zün geweest van het rük van de
koningin van Shebe niet onwaarschünlük. De
voornaamste bezigheid der bevolking is het del
ven van rotszout. De vrouwen zün niet ge
sluierd. Zü werken op het veld of hoeden de
kudden.
tafel en schreeuwde: .Biet gü wel. zü voert
contra-revolutionnaire propaganda en noodigt
ons uit voor de geesteiüken te stemmen.” Sinds
lang hadden de aanwezigen geleerd geen ver
band meer te zoeken tusschen de woorden van
de ondervraagde en het antwoord van den be
stuurder.
„En Ja." tierde deze laatste, „thuis hebt gü
een kapel vol beelden; gü züt dus geloovig. en
een geloovige is niet geschikt om de jonge com
munisten op te voeden." Maar een Jonge onder-
wüzer. die nog durfde spreken, antwoordde dat
Ralssa maar een heel bescheiden heiligenbeeldje
bezat. Ralssa's grootmoeder had een kapel, ja.
maar Ralssa was toch de grootmoeder niet en
de grootmoeder was Ralssa niet. Doch de be
stuurder was het hiermee niet eens. Heiligen
beelden zün heiligenbeelden en grootmoeders
wel grootmoeders,
maar de
genbeelden
Ra Issa 's
moeder
ook van
omdat
Collins neerknielde, om mün schoenen
»ast te maken. „Touwen en een lantaren; want
het is een heele diepte! Je zult er hulp bü
noodig. hebben. Val. Je kunt er hem nooit al
leen uithelpen."
Hü knikte stilzwügend
schapsdame van Mrs. Garbutt was en dat ik
ziek was."
Ze staken echter geen van allen een hand
uit, om te helpen, maar elndelük kwam de
dokter, een flinke man, levendig en beslist in
zün optreden. Hü kwam regelrecht naar mü
toe en werd gevolgd door twee mannen met
touwen en dekens.
„U weet hier iets van?” vroeg hü. beleefd
den hoed af nemend. .John Burton zegt, dat
u hem hierheen verwezen hebt. Hoe lang heeft
deze man hier al gelegen?"
„Sinds Dinsdagmiddag."
.Hinds Dinsdag? En u hebt daarvan gewe
ten?.'. Maar we zullen geen tüd verpraten.
Ga Jü vooruit met de lantaren. Burton. U
zult zeker wachten, tot ik terugkom?"
Ik knikte zwijgend. Hü zou gauw genoeg
weten, al wat er te weten was. dacht ik.
Het leek een zeer lange tüd, éér er verder
iets gebeurde. Toen kwamen Burton en de -man.
die de touwen had gedragen, terug en John zei
dadelijk:
,Hü is nog In leven. Miss zün hart klopt
nog: maar we moeten twee van de treden er
hier uitbreken, want de dokter wil niet, dat hü
eerst heelemaal naar boven gesleept wordt, om
dan weer naar beneden gedragen te worden:
dan «aiijj» pwHIfot te veel dooreengeschud wor
den." w
Ik knikte en ging een eindje uit den weg in
de zon.
Zoodra men wist, wat er gedaan moest wor
den, schenen de breeküzers en de houweelen
als uit den grond te verrüsen, maar het was