De avonturen van Stan en Pol oertaal aan den dag DE RUSSISCHE LUCHTMACHT F 250.- F 750.- F 750.- Een veeleischend genotmiddel DE GEHEIMZINNIGE Hl KAMERS Hl DOOR SVEN ELVESTAD DONDERDAG 27 MEI 1937 GEEN DEFENSIEF KARAKTER van een neef L C 1 i 4700 moderne vlieg tuigen sterk Doodenvereering te Haïti r ATT T? A 0,3 dlt blad z|Jn ingevolge de verzekerlngsvoorwaarden tegen |4* 7^0 b^ levenslange geheele ongeschiktheid tot werken door I4’ 7^f~l bü een ongeval met 4| «r1! AA T w aj ongevallen verzekerd voor een der volgende uitkeerlngen Uv» verlies van beide armen, beide beenen of belde oogen doodelljken afloop AANGIFTE MOET, OP STRAFFE VAN VERUES VAN ALLE RECHTEN, GESCHIEDEN UITERLIJK DRIE MAAL VIER EN TWINTIG UUR NA HET ONGEVAL Driekwart van het wapen ia naar het Weaten georiënteerd en vrywel geheel voor een aanval beachikbaar HONIG 5 BOUILLONBLOKJES thans 6 voor 8 ct. en 257. zwaarder dan de meeste andere. dit in en Pol vonden het erg mooi en ook de Maan vond het prachtig. Nu konden ze alles goed hooreru Schuin onder zich keken hem kunnen doen. Thans toonde de maan hun een ander huls. Hier ze In een kamertje, dat er erg armoedig uitzag. In een verve loos bedje zat een kindje rechtop en keek naar de Maan. Pol beslooot om het huisje waar het jongetje woonde, goed „Maantje tuurt, maantje gluurt,zong het kind zacht. Stan IV (Wordt vervolgd) „Het is een lief Jongetje," zei de Maan. „Eiken avond zingt hü een liedje voor' mU, tenminste als hü mij zien kan. was een groote kamer. Het licht was uit en ook de gordijnen waren dicht. De kabouters waren erg teleurgesteld. Twee hebben spanning en de dokter voelde, dat er nu.iets moest gebeuren. IN DEN WINTERNACHT, BUITEN GESTORVEN 1 1 1 1 ka ril lei de de de au va b h 1 <1 I v 11 o d t r C m U Ie ry el' ge ra dl OF e 1< 1 i i t 1 1 he vei .loc te 1 In 1936 werd in de Ver. Staten meer geld voor tabak dan voor brood uitgegeven HiiiiiiinniiHiiwHiiiiiiMiimiNiiii I Zoo 'n sukkel „AJs je eens wist hoe potslerlijk je er uitzag, toén je als een hardlooper dien trein achterna holde. X Is alleen maar jammer, dat je hem niet gehaald hebt." .Jk behoef je niet te zeggen,” ging Olly voort, „dat ik opgelucht was, toen ik Ella zag, maar haar spottende toon beviel me volstrekt niet, en,nog minder de blik, waarmede de lange be jaarde heer, die haar oom bleek te zijn, me van *t hoofd tot de voeten mat en duidelijk ver staanbaar zei: „Zoo’n sukkel van een neefl!" „Waarom vind je X zoo jammer, als Ik je vragen mag?” vroeg Ik aan m’n vrouw. Ze lachte en zei: „XSchijnt dat je den naam van dit station niet eens gezien hebt." .Heen, dat heb Ik ook niet.” Ik keek op en daar stond met groote letters: Vehvllle. Het was het station, waar we moesten uit stappen. Dat is alles. Maar om nu dagelijks door mijn oom voor een halven idioot, voor een sukkel te worden aangezien, neen, daar moest ik niets van hebben. Trouwens, die oom van Ella beviel me niets. Op den duur had ik toch niet met hem kunnen opschieten. Daarom be sloot ik de beenen te nemen en weer bjj jullie te komen. Nu weet Je de heele historie, maar spreek er met niemand over." Ik beloofde dit en hield woord, maar dat ik er niet over zou „schrijven” had Olly niet ge zegd. Dus.... Het Is een proef. We zijn overigens erg scep tisch ten opzichte van het resultaat. Zelden aanvaarden de menschen Ersatz voor een een maal ingeburgerd genotmiddel. Het woord vereering is hier eigenlijk mis plaatst, althans in onze Westersche oogen. De ceremoniën, die de aanhangers van den voedoe- cultus hun dooden doen ondergaan, zijn na melijk allesbehalve eerbiedig. Onder anderen worden de begravenen na enkele dagen wel eens <®>gegraven en men maakt bij die gele genheid uit hun hersens een soort zalf, waar aan dan het meedeelen van een zekere intel ligentie wordt toegeschreven. Het hart van het Hik wordt gedroogd en verleent aan dengenc, die er een stukje van eet, of het In een leeren zakje op zjjn borst draagt, den moed van een leeuw, en uit de overige deelen van het doode lichaam worden liefdesdranken en talismans voor alle mogelijke doeleinden geprepareerd. De voedoe-cultus, een oerpude, maar sterk verbasterde traditie uit den Soedan van het zwarte Afrika, vanwaar Immers de voorouders der huidige negerbevolking naar West Indlö werden getransporteerd, is echter op het eiland niet meer algemeen. De boeren op het land kennen aan de doo den niet meer zooveel tooverkracht en geheim zinnige Invloeden toe, maar staan met hen op een zeer vertrouwelijk te noemen voet. Seabrook, een goed kenner van deze streken en van de K M. per uu Tweepersot machinegewe weren, actief KM. per Alle Ji hujn mi De De oude heer werd steeds vroolljker. .Heen maar, dat Is 'n mop!” riep hij uit. .Hoor dat jongmensch eens! M’n beste jongen, heb je in je leven al wel eens kruit geroken?” .Schieten is mijn eenlggte liefhebberij,” ant woordde Krag, „en met ’n revolver heb Ik ’n tamelijk zuiver schot.” .Dat wil ik zien.” „Ik ben gaarne tot uw dienst. Als de heeren een oogenbllk geduld hebben...." en met deze woorden verliet hij de kamer. Spoedig kwam hij terug, het kleine zwarte kistje in de hand. HIJ opende dit en nam er twee revolvers uit, twee kleine dingetjes, met goud beslagen. De geringschatting van den ouden heer begon plaats te maken voor ontzag. HU bekeek ze nauwkeurig en geïnteresseerd en legde ze voorzichtig op zUn hand, als was hij bang, dat hü ze anders tot gruis zou knüpen. Wat een fün stuk werk was dat! ..Laat ons eens 'n schot zien!” riep hU uit en reikte Krag een der revolvers over. De andere hield hü zelf. Krag bevestigde een stukje papier aan den dikken eiken balk onder het bovenlicht van de veranda-deur. Daarna stapte hjj zoover moge- lük de tegenoverliggende, aangrenzende kamer binnen, mikte een oogenbllk en schoot. De kogel boorde een gaatje door het middelpunt van het kleine papiertje. Het was een prachtig schot. Aakerholm stond op en had Krag, uit louter bewondering, wel willen omhelzen. „Ik bied m’n excuses aan,” riep hU uit, „ver geef me. Dat was een voortreffelijk schot. Maar I nu wil ik X ook eens probeeren.” glasfabrikanten een onbreekbare flesch vervaardigd. Om nu hun uitvinding bij het pu bliek ingang te doen vin den, lieten zij zich in deze houding- fotografeeren. We vragen ons echter af, of zij wel ernstig gepoogd hebben, uit te maken, wie het langer zou uithouden: hun schedel of de flesch. luchtmacht, de passieve organiseert. eind 1936 4 „Zü is dus betrekkeluk nog jong en n knappe vrouw?” „Ja.” De detective keek Bengt doordringend aan, doch stelde zijn vragen op 'n ietwat schertsen den toon. „Zou X elgenlUk niet beter zün, als u met haar trouwde?” Bengt wilde het gesprek afbreken. HU stond op en toonde zich uiterst beleedlgd. Doch Krag hield hem tegen. „EerlUk gezegd, komt X mU voor,” ging Krag verder, „dat uw vader te oud is om nog te trou wen.” ,D*t vind ik ook,” antwoordde Bengt. Jute». Maar dan diende u toch die trouw plannen tegen te werken, of hebt u dat mis- i schien reeds gedaan?” Bengt aarzelde even. Dan antwoordde hjj: ,Jk heb vader natuurlUk gezegd, hoe ik er over denk. Maar,” ging hjj verder, terwUl hjj op i ■n komische wUze een overdadig gebruik van vreemde woorden maakte, „het was van mün kaart vast Het was hartenaas. HU schoot van uit de nevenkamer en trof de kaart midden in het hart. De kamer hing nu vol kruitdamp. Maar den ouden heer scheen de prikkelende reuk goed te doen. Met opgeheven hoofd trad hjj op Asbjöm Krag toe, om diens complimenten over zün meester! Uk schot in ontvangst te nemen. Krag echter bleef onverschillig en kalm in zUn stoel zitten. HU verzocht Aakerholm, hem het pistool even te laten zien. Deze reikte X hem over. Nadenkend liet de detective het pistool op zün hand rusten, las schUnbaar zonder eenlge inte resse de inscriptie op de kolf en zei dan plot seling, opkUkend naar Aakerholm: „Zoo, en dit pistool was X dus.” Deze woorden werkten op den ouden man als een dolksteek. Met van ontzetting wyd-openge- spalkte oogen staarde hü den detective aan en schreeuwde met heesche stem: „Wa.... wat.... wat wilt u daarmee zeggen?” Krag antwoordde onverschillig: „Wat ik daarmee zeggen wil? Niets bUzon- ders. Dit is dus uw pistool, wil ik zeggen. Het schiet zuiver.” De oude heer zweeg. Een halve minuut lang keek hü Krag onderzoekend en doordringend aan. Toen hü zich elndelUk in zün stoel liet vallen, waren de angst en schrik van zün ge zicht nog niet verdwenen. i Vensters en deuren werden door binnensnel lende bedienden geopend en de dikke rook zweefde in lange slierten naar bulten. bij verlies van een band, een voet of een oog. ret oily Parson werk ik op X zelfde kan lij toor. Toen Olly het kantoor verliet om -L’-t- bU een oom van z’n vrouw z’n geluk te beproeven, speet me dat geweldig, want met Olly en z’n vrouw Ella was ik zeer bevriend. M’n collega had dien oom nog wel nooit gezien, maar Ella verzekerde, dat d*r man daar een levenspositie zou krUgen. Een week na z’n vertrek met den Cumberley- express, toen we hem allen op X kantoor erg misten. want hü was niet alleen een knap zakenman, maar ook een joviale kerel kwam Olly op een morgen weer doodkalm binnenstap pen en vroeg beleefd en bedaard aan den direc teur of hU z’n hoed weer mocht ophangen. Sindsdien is hü weer een der onzen. Eenige dagen later vroeg ik aan Olly waarom hu weer zoo vlug teruggekomen was..’.. „Het spreekt van zelf,” zei ik, „dat we dolblU zUn, nu je weer bü ons bent, maar we hadden toch gedacht, dat je bü je oom een levens positie zou krügen.” „M’n oom,” begon Olly z’n verhaal. ,4s dlrec- teur-generaal en grootste aandeelhouder van de Bondelcund-Company, een prachtzaak. maar we konden het niet best met elkaar vinden. Ik geef toe,” grinnikte m’n collega, „dat de eerste indruk, dien hU van me kreeg, wellicht niet de snuggerste was, maar dit was mi. nog geen reden, om me aanhoudend te plagen en me aan z’n kennissen voor te stellen als „z’n sukkel van een neef.” Dat hield ik nog geen week uit; toen begon het me geweldig de keel uit te han gen, en dat heb ik duidelUk te kennen gegeven ook. „ElgenlUk kwam het zoo. In den trein zei ik tegen Ella, dat ik een beetje door de wandel gangen ging loopen om een sigaar te rooken. Toevallig trof ik een paar kennissen aan en onder X praten lette ik niet op den tUd. De trein begon langzamer te rüden en stopte. Ik vond toen, dat ik tegenover m’n vrouw niet al te hoffelUk geweest was. Dit wilde ik weer goed maken, begaf me naar de stationsrestauratie en kocht daar een groote doos met bonbons. Ik moest op wisselgeld wachten en, enfin, om X niet te lang te maken, toen ik weer op X perron kwam, had de trein zich reeds in beweging ge zet. Als een idioot rende ik het perron af, den trein achterna. X Was natuurlUk te laat. De trein reed al heel gauw „full speed”. Door X harde loopen op X uiterste puntje van X perron struikelde ik ook nog, en viel languit op den grond. M’n doos bonbons vloog open en de lek- et te bekend genoeg, dat Duitschland zich sterk voor Ruslands militaire macht in teresseert, in het bUzonder voor de lucht macht, die door Duitsche deskundigen tot de sterkste ter wereld gerekend wordt. Daarom zal er zeker belangstelling bestaan voor een aan Duitsche bronnen ontleende beschouwing in het Fransche blad L’Aéro, die we hier in hoofd trekken laten volgen. Rusland te het eenige land van Europa, dat door zUn geweldige uitgestrektheid nimmer uit de lucht alléén voldoende bestreden zou kunnen worden. Al zün industrieën zün ver van de grenzen verwUderd en beschermd door vele jia tuurlUke hindernissen. Moskou, de hoofdsnwi te op 700 K M. van de Poolsche grens verwüdero en de industrieele centra aan de Wolga. den Dom» in den Oeral en in Siberië liggen op zulke enorme afstanden van de naastbUzUnde grens, dat zü reeds daardoor tegen eiken luchtaanval Be schermd zün. Daarom heeft Rusland practise!) gesproken geen defensieve luchtmacht noodlg en niettemin heeft het zich een geweldig lucht wapen gesmeed, waarschUnlUk het machtigste ter wereld. De Sovjet-luchtmacht bestaat op het oogenbllk uit 4700 moderne vliegtuigen van ver schillende categorieën, en dit aantal wordt nog voortdurend uitgebreid. Politieke en geographteche factoren maken, dat Rusland zich op twee fronten moet kunnen ^verdedigen: vooreerst aan zUn Westgrens in Europa, en verder in het Verre Oosten. Tegen het einde yan 1936 waren nabU deze Westgrens ongeveer 3500 vliegtuigen samengetrokken, en 1300 aan de Oostgrens in Azië. In het Westen heeft Rusland vUf luchtmacht- centra geschapen: le. het centrum Leningrad dat 1000 vliegtuigen omvat en het NoordelUl gedeelte van de Oostzee, Finland en de Baltische staten bestrijkt; 2e. het centrum Smolensk (WitebskMinsk), gericht tegen Polen en War schau, dat 1000 vliegtuigen omvat; 3e. het cen trum in de Oekraïne (Klew. Odessa), dat Roe menië en de Zwarte Zee domineert en onge veer 400 vliegtuigen omvat; 4e. het centrum Moskou, dat zich achter de eerstgenoemde cen tra bevindt en een reserve voor hen beteekent; hier bevinden zich ongeveer 700 vliegtuigen; 5e het centrum Charkow, dat de Zwarte Zee be- heerscht en de bUzondere reserve van de Oekraïne vormt, hier bevinden zich ongeveer 400 vliegtuigen. De eerste linie van centra der luchtmacht volgt dus de Westgrens en strekt zich met regel matige tusschenrulmten uit tusschen Leningrad en Odessa. Daar achter bevindt zich een tweede linie, die zich uitstrekt van Charkow naar Mos kou. Deze verspreiding te uit strategisch oogpunt zeer-gunstig, omdat elke bedreiging van de flan ken uitgesloten is; de Noordkant wordt be schermd door de Ijszee en de zwakheid der Baltische staten, de Zuidkant door de Zwarte Zee en de onvoldoende militaire sterkte van Roemenië. Driekwart van Ruslands militaire luchtmacht is dus naar het Westen georiënteerd; voor de verdediging is zü. practlsch gesproken, niet noodlg, zU kan dus geheel voor een aanval ge bruikt worden. Het primaire element van de Russische lucht macht vormt het escadrille. Een eskader be staat uit verschillende escadrilles, terwUl de uit verschillende eskaders bestaande brigade de grootste tactische eenheid van de Russische luchtmacht vormt. Divisies en corpsen der lucht macht bestaan er niet. Een brigade bestaat uit formaties van aller lei categorie. Niettemin te men op het oogenbllk bezig brigades van homogene samenstelling te formeeren; in den sector Leningrad büvoor- beeld zün reeds verschillende brigades uitgerust met hetzelfde type zware bombardementsvlieg tuigen voor lange-afstandvluchten. De vorming van homogene brigades, jacht vliegtuigen en verkenners is in voorbereiding. In de omgeving der groote steden bevinden zich formaties jachtvliegtuigen en verkenners, die uitsluitend belast zün met de samenwerking met de luchtafweerafdeellngen op den grond; uit organisatorisch oogpunt zUn zü gescheiden van de aan het front opereerende luchtmacht. DergelUke beschermingsbrigades bevinden zich o. a. nabU Moskou en Leningrad. Buiten het kader der luchtmacht vallen voorts de speciale formaties, die tot de land macht behooren en alleen verbindingsdiensten verrichten, het richten der artillerie regelen enz. Deze zün ingedeeld bü de landmacht en de marine. Den Isten October 1936 omvatte de Sovjet- luchtmacht ongeveer 1400 zware bommenwer pers voor operatie over langen afstand, 1700 kemjjen buitelden over de rails. Ik krabbelde weer op en liep terug. Er zat niets anders op. NatuurlUk had ik geweldig X land. De statior». chef, die moeite had een spottend lachje te on derdrukken, vertelde me, dat de volgende trein eerst over 3 uren, 54 minuten vertrok. Even dacht ik na en besloot een telegram aan Ella te zenden. HU gaf me een formulier en vroeg: „Naar welke plaats?” .Haar Venville.” antwoordde ik. Op dit oogenbllk voelde Ik een hand op m*a schouder endaar stond Ella, met m’n hoed in d'r hand en m’n overjas over d’r arm, en daarnaast een kruier met de ba gage en vlak ach ter haar een lange, magere, grUzë heer. „Lieve schat," lachte m’n vrouw. -Ate i leen kant niet meer dan een gentlemanlike, fUnge- voelde oppositie.” Het woord .gentleman” gebruikte hü al heel vaak en soms in den meest zonderlingen samen hang. Krag ging onverstoord verder: „Van 'n zuiver financieel standpunt gezien, zou X 'n voordeeltje voor u zUn, als dat huwe- lUk niet tot stand kwam. De erfenis...." Maar nu stond Bengt ostentatief op en ver- wUderde zich met een gezicht, alsof hU wilde zeggen: Bah! wat 'n brutale kerel! Op hetzelfde oogenbllk lachte de dokter luid op, om een van Aakerholm’s verhalen. De oude heer was weer eens op de prairiën aangeland, temidden van Indianen, buffeljagers en wilde paarden. „Geen woord gelogen," beweerde hU met een ernstig gezicht, ,jk mikte op zUn linkeroog en trof hem juist in de pupil. En dat op ’n afstand van meer dan twee honderd pas.” Asbjöm Krag trad op de belde heeren toe en vroeg vriendelUk: „Pardon, was dat met een revolver?” „Welnee, hoor me nu toch zoo'n groentje eens aan. Met "n buks natuurlUk, jou onnoozele dwaas.” Aakerholm hield er een eigenaardige, zeker niet conventioneele titulatuur op na, als hu in ’n goede bul was. Dit was voor Krag echter geen aanleiding om zich beleedlgd te gevoelen, en hoewel hU Ui tikje minachting maar moeiljjk wist te onderdrukken zei hU slechts; „Wel zoo.” en dezer dagen heeft men te ParUs in het ["4^ Museum Galliera een tabakstentoonstel- ling geopend, waarop men de geschiede nis van de tabaksplant in den loop der eeuwen kan nagaan. In de laatste jaren zjjn in Frank- rük vaak stemmen opgegaan, die van de Fran sche regeering verlangen, dat den beroemden Jean Nlcot grootere eer zal worden bewezen door de oprichting van een standbeeld te ParUs. Thans heeft de ParUsche gemeenteraad einde- lijk opdracht gegeven tot het plaatsen van een gedenkteeken voor Jean Nicot. Ook andere mannen, die in den tUd van de opkomst van de tabaksplant een belangrUke rol speelden, zullen door FrankUk niet worden vergeten. Tot nu toe scheen het historisch vast te staan, dat Jean Nlcot, als gezant der Fransche regeering in Portugal, in het Jaar 1559 eerst met de tabaksplant naar Lissabon ging en van daaruit de plant naar FrankrUk bracht en Frans II een geschenk gaf in den vorm van zulk "n plant; een geschenk, dat overigens met achterdocht werd aanvaard, en waarover de vorst niet eens zoo bUzonder enthousiast was. Doch thans weet men, dat de historicus en cosmograaf van dienzelfden konlng reeds twee jaar voordien van een Braziliaansche reis te rugkeerde, op deze reis de tabak probeerde te rooken en als eerste de plant op Franschen bodem bracht. In Spanje was de plant reeds lang voordien de kronieken schrUven van het jaar 1550 door den Spaanschen arts Ric cardo de la Fuente ingevoerd. De Europeesche geschiedenis van de tabaks plant heeft een reeks duistere punten, welke zelfs niet uit den weg warden geruimd door de Interessante pUpen der groote zeeroovers, thans geëxposeerd in het Gallieramuseum te ParUs. De Portugeezen zUn schuldig aan het feit, dat de tabak over de geheele wereld bekendheid verwierf en ook naar Azië kwam en in de 17e eeuw in TurkUe en Duitschland werd gebracht. In mldden-Europa werd de tabak aanvankelük met achterdocht beschouwd. Men meende, dat men met langzaamwerkend vergif te doen had, doch toen men bemerkte, dat een matig ge bruik ervan geen schade, noch aan het lichaam, noch aan de hersenen deed, werd de plant in alle landen gekweekt en overal scheen zU goe den gedUgrond te vinden. Het zal voor ons, menschen der 20e eeuw, hetzelfde blUven, of de historici Catharina de Medici dan wel den Engelschen cavalier Sir Walter Raleigh aansprakelUk willen stellen voor het feit, dat het rooken in West-Europa en later ook in geheel Centraal-Europa en in het Oosten, een ware plaag werd. Want dat is het intusschen geworden, al zal men dit op het eerste gezicht ontkennen. Ouderdom speelt al lang geen rol meer bU het tabaksgebruik. Wat evenwel het ergste te: De statistieken der Ver- eenlgde Staten voor het afgeloopen jaar 1936 hebben uitgemaakt, dat gedurende dit jaar meer geld voor tabak dan voor brood werd uit gegeven! De tabak is dus een wel zeer veel etechend genotmiddel. Volgens de statistieken werden in die 366 da gen niet minder den 334.607.431.257 sigaretten gerookt. Verder veranderden 4.703.883.947 siga ren in asch. En tenslotte werden niet minder dan 95.875 ton tabak in de pUpen gestopt, als pruimtabak gebruikt of als snuiftabak in den neus opgesnoven. Ofschoon Amerika aan den tabakshandel jaarlUks belangrUk verdient, ziet de regeering der Vereenigde Staten de toekomst in deze toch allesbehalve rooskleurig in. Roo sevelt noemt het gebruik van de nlcotlana tabecum een ondergraving van de volksgezond heid en het zal niet lang meer duren, of Ame rika krUgt speciale Tabakswetten, welke vooral jeugdige personen zullen betreffen. Aan een tabaks-prohibitie wordt niet ge dacht. Men weet, dat men door dwangmiddelen op dit gebied niets zal bereiken; het zou gaan als gedurende de „droge” jaren van Amerika. Doch men gelooft een uitweg te hebben ge vonden, die de regeering zeker zal kunnen hel pen in haar streven op dit gebied. De commis sie, welke door de regeering werd samengesteld, en die opdracht had gekregen onderzoekingen te doen, heeft een kleine plant ontdekt, welke den naam van lobelia inflata draagt. Deze plant heeft tabakachtige bladeren. ZU laat zich verwerken als dë tabaksplant en heeft zelfs een tabakssmaak. Men zal er evenwel voor dienen op te passen, dat alle, de gezondheid schadende bestanddee- len, uit de plant worden verwUderd. Dat wil zeggen, dat de grootste vUand voor de gezond heid geen vat kan hebben op den mensch, die de lobalia inflata gebruikt in zün PÜP. zUn sigaar of sigaret. Het rooken van de sigaretten, waarin lobalia inflata wordt verwerkt zal bo vendien niet spoedig een hartstocht worden, zooals bü de gewone tabak het geval vaak te. Het is slechts nog de vraag, of het groote pu bliek de tabak zal willen gebruiken; of het genegen te de nicotiana tabacum te ruilen tegen de minder schadelüke, doch minder pittige lobalia Inflata. Amerika wil het in elk geval probeeren. En Indien het publiek zich in be ginsel niet genegen toont de regeering te hel pen bü haar bestrüdlng van het nlcotinespook, dan zal de overheid het probeeren met dwang, of zoo noodlg beslag leggen op de sigaren en sigarettenfabrieken in geheel de Vereenigde Staten. Allen wachtten met ongeduld den terugkeer van den ouden heer af. Bengt keek verward rond en speelde zenuwachtig met de rultendrie tus schen zün bevende vingers, waarvan Asbjöm Krag de oogen doorboord had met zün kogels, ’n Zóó vaste hand kwam hem ongeloofelük voor. Krag had, zonder dat de anderen het bemerk ten, zün stoel vlak naast dien van Aakerholm geschoven. ElndelUk kwam deze terug, trlomphantelük uitroepend: „Zie eens hier, müne heeren, dat noem ik tenminste ’n schietwapen.” En hü toonde hun een dubbelloops pistool van oud systeem. Schertsend mikte hü op de drie heeren, den een na den ander. Asbjöm Krag, die naast hem zat, duwde hü den loop vlak onder den neus. ,HU 1» geladen,” schreeuwde de oude heer quasi-dreigend, „wees op je hoede. Als u niet stil zit, scheer ik met één kogel allebei uw wenkbrauwen af. Dat is tenminste *n ander stuk werk, dan die dingetjes van u. Die zün goed om aan ’n horlogeketting te hangen, beste dokter.” HU schopte een van Krag’s revolvers, die op den grond gevallen was, minachtend opzü. Dan ging hü naar de deur en speldde een nieuwe Zün wangen hadden hun vroegere frissche kleur weer gekregen pn zün oogen schitterden. HU snoof den kruitdamp op, zooals een wild dier, dat een prooi ruikt. Aakerholm ging op dezelfde plaats staan, die Krag ingenomen had en schoot. Ook zün kogel trof X midden van het pa piertje. „Ik neem m’n hoed voor u af,” zei Krag en maaktg een buiging. Aakerholm beantwoordde de buiging en de belde heeren maakten elkaar wederzüds 'n compliment. „Een speelkaart!” riep Aakerholm plots. „Vlug een speelkaart." Men gaf ze hem en hü bevestigde ook deze boven de verandadeur. Het was Rultendrie. Hij schoot en trof de kaart op den rand. Nu gaf Krag vlug achter elkaar drie schoten. De dokter haalde de kaart naar beneden en X bleek, dat Krag juist de drie oogen wegge schoten had. Verschrokken en verbluft staarde Bengt den detective aan. Aakerholm echter wierp het kleine revolvertje minachtend op den vloer. „Nieuwerwetsche rommel!” riep hü uit. „Weg er mee. Néén, müne heeren, dan moet u mü met mün eigen oud pistool zien schieten.” Er lag een eigenaardige, weemoedige klank in zün stem. Het was, als sprak hü van een bemind, afgestorven kind. De dokter verloor Krag geen oogenbllk uit X oog. HU begreep direct, dat de detective deze scène met *n be paalde bedoeling uitgelokt had. Maar wat was dan zün bedoeling? Asbjöm Krag’s gezicht verried een sterke te onthouden, dan zouden ze later misschien wat voor heerschende gebruiken, vertelt, dat hü op ze keren avond in het bergland tusschen Mome Ruis en Les Verettes opeens geschreeuw, ge lach en gezang hoorde, zoodat hü meende, dat er ergens in de buurt feest werd gevierd. Zoo bleek het inderdaad, doch het was een lükfeest. De late ruiter werd vroolük begroet en naar binnen genoodigd met de woorden: „De oude man te dood, kom hem toch eens Mkljken!* Binnen in de hut was nauwelüks meer plaats, de geheele familie zat hier op alle beschikbare stoelen, krukjes' en oude kisten rondom de feesttafel, waarop gedroogde haringen, koek, suikergoed en een vüfliterpot landwün ston den. Men at, dronk en schertste naar hartelust, zich zelven af en toe onderbrekend met jam merklachten. Op de eereplaats aan de tafel, naast een ppt rum, zat de doode, in een blauw buis en blauwe wollen broek; hü had ook nette schoe nen aan en een stroohoed op den grijzen kroes kop. In een zeer natuurlüke houding zat hü daar, vastgebonden in een leunstoel, en het ge zelschap scheen de aanwezigheid van den doode niet grotesk of angstaanjagend te vinden. In tegendeel. Ik moest hem begroeten, zooals ik de overigen begroet had. Toen ik een doosje clgaretten uit mün zak haalde, zei een jonge man: „Vader zou misschien ook wel graag roo ken", en hü stak een van zün eigen clgaretten aan en schoof die den doode tusschen de lip pen. Later gaf men hem ook te drinken, en uit alles bleek, dat men ervan overtuigd was, dat de geest van den doode rondom de tafel waarde en deze kleine attenties aangenaam vond. Men noodigde mü uit voor den nacht, opdat ik den volgenden morgen de begrafenis zou kunnen bü wonen. Het moest een dansbegrafe- nls zün, een der eigenaardigste gebruiken op Haïti. Twee mannen dragen hierbü de doodkist op hun hoofd, haar met de handen vasthou dend en beginnen te dansen en te springen. De heele weg naar het kerkhof wordt op deze wüze afgelegd en dat zonder onderscheid, of het een geiükmatige ofwel een slecnte en steile bergweg te. DaarbU gaan de springers niet rechtuit, maar dansen in een zigzaglün, steeds met de kist op het hoofd. Achter hen volgen de rouwdragenden, schreeuwend, ja brullend, en zooveel lawaai en gedrulsch ma kend als maar mogelük is. Het doel van het gehuppel te, de booze geesten te ontwüken en hun te verhinderen, om hun intrek te nemen in het lük. Het afschuweUjk gekrüt, gegil en ander wangeluid moet dienen, om de booze geesten geheel op de vlucht te doen slaan. Seabrook vertelt verder, dat hü, daar hü al verscheidene dansbegrafenlssen had meege maakt, bedankte voor de ultnoodiging. ,Jk nam afscheid van de vroolüke rouwgasten, natuur lUk zonder te vergeten, om ook de koude hand van den doode te drukken en hem vaarwel te zeggen, hetgeen op de familie blükbaar een goeden indruk maakte. De weduwe gaf ik een kleine büdrage in de onkosten en reed daarna müns weegs, bedenkend, hoe moeilük het den welgeorganteeerden geest van een geciviliseerd man valt, om de ziel van de Haftiaansche boe ren te begrijpen...." lichte bommenwerpers, tevens bruikbaar als verkenners, en 1600 Jachtvliegtuigen. Hierbü zün niet inbegrepen de bovengenoemde forma ties, die tot het leger en de vloot behooren. Volgens de geheime agenten van Berlün be staat het effectief der luchtmacht uit 50 bri gades en 100 k 110 onafhankelüke formaties die tezamen ongeveer 4700 vliegtuigen van de eerste linie en de beste kwaliteit omvatten; de reserve wordt geschat op 1500 toestellen. In totaal te het effectief niet minder dan 6200 vliegtuigen. Tot 1929 was de Russische luchtmacht ge heel afhankelük van het buitenland, doch in 1933'34 maakte 'de luchtvaartindustrie zich onafhankelük. Van dit oogenbllk ging men typisch Russi sche methoden volgen en origlneele typen bouwen, vooral voor de constructie van reu zenvliegtuigen. Gedurende het tweede vüfjaren- plan werd het aantal bü de luchtvaart betrok ken fabrieken uitgebreid tot 74. nl. 28 voor de fabricage van vliegtuigen. 14 motorfabrleken, 32 fabrieken voor onderdeelen en bü^imdere uit rustingsstukken, terwUl het aantal arbeiders 190.000 bedraagt. De productie te (theoretisch) 8000 vliegtuigen per jaar. Hier volgt eer; overzicht van de modernste producten der Russische vliegtuigindustrie: Éénpersoons-jachtvliegtuigen: J13: vlet vaste machinegeweren, actieradius 700 K M snelheid 360 KM per uur, plafond 1011.000 meter; J-15: vier vaste machinegeweren, ac tieradius 750 K M snelheid 360 K.M. per uur. plafond 10.000 meter; J-16: vier vaste machi negeweren, actieradius 800 K.M., snelheid 450 plafond 9000 meter; ns jachtvliegtuigen: DJ-6; 4 vaste ;en, twee beweegbare machinege- adlus 850 K M snelheid 370—400 r, plafond 9500 meter. bfvllegtuigen kunnen 500 KG. bom- lemen. :ussische regeering getroost zich groote inspanning om personeel te oefenen voor deze enorme luchtvloot. De voornaamste instellingen voor de opleiding zün: acht luchtvaartscholen voor beginners, één school voor beginopleiding tot piloot van watervliegtuigen, 28 brigade-op- leldingsscholen, 16 scholen voor meer gevor derde vliegers, één school voor opleiding tot bestuurder van een watervliegtuig, 5 scholen voor waarnemer. 2 voor schutter en bombar- deur, 1 voor speciale diensten in de luchtmacht, 9 militalr-technlsche scholen voor de lucht macht te land, 1 militalr-technlsche school voor de watervllegerü, 1 academie voor lucht- navlgatie, 1 academie voor militaire chemie, 3 militaire luchtvaartscholen en 1 academie voor den luchtoorlog. Bulten het kader dezer opleidingsinstituten staat de wervlngsarbeld voor de de Ossoaviachim, die bovendien verdediging tegen luchtaanvallen Deze enorme organisatie omvatte meer dan 13 mlllioen leden; zü bestaat uit 122 aeroclubs, 60 luchtvaart- en 1500 vliegvelden. In 1935 heeft de Ossoaviachim 3500 vliegers op geleid, die opgenomen zün in den actleven dienst der luchtmacht of overgegaan tot de re serve. In 1936 zün er 8000 vliegers opgeleid. Voorts heeft de Ossoaviachim 241 zvteef vlieg- scholen gesticht, waarin van 1934 tot 1936 on geveer 3000 zweefvliegers opgeleid zün. Verder bemoeit deze organisatie zich steeds meer met de opleiding tot parachutist; in 1936 beschikte zü over 420 sprlngtorens en een aantal vlieg tuigen ter verdere oefening. Het aantal ge oefende parachutisten wordt geschat op 75.000. Deze parachutisten, waaronder zich vele vrou wen bevinden, zün georganiseerd tot batall- lons. Elke divisie infanterie zal binnenkort over een dergelük batalllon beschikken. Volgens buitenlandsche waarnemers te het personeel der Russische luchtmacht zeer goed geoefend. 18

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Noord-Hollandsch Dagblad : ons blad | 1937 | | pagina 26