Ruïnes in het woestijnland van den dag De’’avonturen van Stan en Pol F 750.- F 250. %üCï)itTioott! HET RAADSEL VAN DEN AZEPOOT OPGEGRA VEN STEDEN WOENSDAG 16 JUNE 1937 Oplagecijfers Een statistiek Kasteel van Tripolis N van Max Carton kalmte. Studenten-werkkamp levenslange getieele ongeschiktheid tot werken door DOOR THEO BLANKENSEE om de bewoners van wat flrons vervolg»» Duitschland veilt kunstwerken Ml wette» wn «m hand, een voet «t aan oog. I In Noord-Afrika vindt men tal van bouwvallen uit den Romeinachen tyd 'Eucharistisch Congres te Boedapest bil levenslange geheele ongeschiktheid tot werken door E* 7^0 b*J oose*»1 met verlies van beide armen, beide beenen of beide oogen 4JV» doodeljjken afloop AANGIFTE MOET. OP STRAFFE VAN VERUES VAN ALLE RECHTEN. GESCHIEDEN UITERLIJK DRIE MAAL VIER EN TWINTIG UUR NA HET ONGEVAL i Het waagstuk Een aan van middelbaren teettQ d, fcocb ezk „Mag ik misachten den inhond van dat achrjj- i ITT A °P dlt blad de verzekenngsvoorwaarden tegen AAI <1 A W lv F*. O onKevallen verzekerd voor een der volgende uitkeeringen J alle dagbladen der aan- mompelde hü. (Nadruk verboden.) «e- hl)' heesch. dat be- De chef, een keurig net gekleed heer wist zich geen raad, De chef kon echter niet verhinderen dat even later een biefstuk lag in de soep van een deftige dame en evenmin dat want hij kon niet zien wie die baldadigheden uithaalde. Echter in de thee van drie meisjes die naar de weegschaal waren ge was de arme man nog niet aan het einde van zijn lijdensweg. ten er echter meer van.' te voorkomen, tijdig aan te melden. B III inyhalm hem Wfl U t De baan laan: beneden schemerde dus om de laatste jaren katholieke kran- andere bladen dat de ot «3 Tong Zet- 3.10 teleurge- oogpunt Ple- Vlsch nldd. i per uilen «tuk. Het sluitingsuur was aangebroken en ieder haastte zich naar den uitgang. Ook de chef. Toen hü echter in een smallen doorgang was gekomen waar veel menschen bij elkaar stonden, gingen de beide deugnieten aan het werk. In een wip zat zijn das scheef, zijn haar in de war, uit zürf zakhing de punt van een groote witte zakdoek. Wat zag de arme man er uit. weest, zout, peper en mosterd was gekomen. Stan en Pol wis- iden 340 aden aan- Lngs- l kg. Prijs 8 en van aan zakt, orige f 26 hier van (L000 exemplaren 2ad Dit blad >Jad. doch in den f, aangevuld met 'nacht, naar het .Neen." „Waarom niet?" „Ambtsgeheimen. Zulks mag alleen geschieden Tn zeer bijzondere gevallen.als de omstandlg- heden daartoe dwingen." Dit antwoord was voor langhalen een hevige teleurstelling: Hij had zoo graag iets meer ver nomen, en inplaate daarvan werd z'n nieuwsgie righeid nog meer geprikkeld. Werner ging verder met vragen: u ook, of Rudolf Hallstein vijanden Door het openstaande venster stroomde het tintelende zonnelicht binnen. van dezen stralenden, zomerschen dag. En onder deze tril lende zonnestralen flitste het blanke staal van den dolk, vlamde het rood van het bloed. Meer zagen de beide vrouwen niet.... tot zij gelijktijdig het hoofd omwendden en hun oogen elkaar ontmoetten. En welk een uitdrukking lag er in die oogen? Van schuld, aanklacht, haat, angst? Lang keken zij elkaar aan en het Scheen, als stonden zij hier, bij het lijk van den .vermoorde, tegenover elkaar als doodsvijandinnen. Stom en wankelend verliet Edith de kamer en Mary Hallstein volgde haar met brandende oogen, brandend van haat en wraakzucht. SMSSMSSSSSSSMSMSSMMMSSSSSMMM dat het waarschuwend etlquet droeg. zullen t nooit weten," Het is een vaste gewoohte, dat de staat houdt wat hij eenmaal verworven heeft. Wanneer hier van den regel afgeweken wordt, aldus de woon groot aantal werken uit alle eeuwen en zeer verschillende soort kunst, kan als reden opgegeven worden, dat in de laatste jaren de Berljjnsche verzamelingen door gelukkige aan- koopen zeer zijn uitgebreid. Er moeten „overbodige” werken opgeruimd worden plaats te maken voor de belangrijke nieuwe aan winsten. Deskundigen weten echter niet, wat hiervan te denken, zegt Het Vaderland, aangezien de te koop aangeboden collectie eerste klas werken omvatte van oude meesters, waaraan de Berlljn- sche musea niet bijzonder rijk zijn. De veilings- HJst bevatte WO oude schilderijen van Fra Ange lico, Giovanni Bellini, Botticelli en Tintoretto, alsmede van Pieter Brueghel, Van Dyck en Ter- borch. Men verwachtte, dat deze en andere schilderijen aanzienlijke bedragen zouden op brengen. kamp- Geul- gaarae gewenschte inlichtingen verstrekt. Men wordt dringend verzocht zich, om teleurstelling Langhalm had zijn eigendom, villa Ambach bereikt. Toen hij door het ijzeren hek den voor tuin binnenstapte, kwam een van zijn bedienden hem reeds tegemoet gesneld. „Wat' is er toch, Martin?” riep toe. „Er zit een heer op u te wachten, hij dringend spreken.” „Zoo!” Langhalm scheen dit onverwachte bezoek verre van aangenaam te vinden. „Hoe heet hij?” .Meneer wenscht zijn naam niet te noemen.” Langhalm trad binnen en ging rechtstreeks naar de woonkamer. „Hoe zijn de Hallsteins aan hun groot ver mogen gekomen?” Langhalm haalde de schouders op. .Misschien was zijn vrouw rijk. Ik weet t niet." „Hoe leven zij?” „Ik denk van zeer goed:” „Is X u nooit vreemd vóórgekomen, dat zij hun slot nog nooit verlaten hebben? Zoo geven zij tenminste voor!" „Ieder denkt er natuurlijk ’t zijne van. Doch niemand weet wat isij daarmee voor hebben.” ,Js 1 niet mogelijk, dat zij zoo nu en dan uit stapjes maken, zonder dat iemand er iets van merkt?" Deze vraag scheen Langhalm te verrassen Hü staarde Werner even verbaasd aan en ant woordde dan: .Aan die mogelijkheid heb ik nog nooit ge dacht" Werner scheen met den uitslag maar matig tevreden te zijn. Mismoedig merkte hij op: •Het is voor ons van heel veel belang alle bijzonderheden omtrent deze menschen te weten te komen." „Veroorloof mij, nu één wedervraag, geachte heer commissaris. Zijn er feiten aan X licht ge komen, die deze nasporingen noodzakeljjk maken?” .Neen, dat niet Maar er Is bij de politie een zeer eigenaardig schrijven binnengekomen en daarom achten wjj X wenscheljjk nadere infor maties in te winnen." -a w-en heeft er destijds schande over gespro- [V| ken, dat de machthebbers in het nieuwe Rusland een aantal kostbare kunstwer ken uit de musea verkochten, om „geld te ma ken”. In Duitschland is echter de verige week precies hetzelfde geschied. Te München is een veiling gehouden van kunstvoorwerpen uit het Duitsche bladen, en nog wel met zoo n onge- bezit van de BerliJnsche staatsmusea, waarbij niet minder dan 800 nummers onder den hamer kwamen. In het weekblad De Groene Amsterdammer werd reeds eenlge weken geleden de aandacht gevestigd op deze veiling, die op een eenlgszins bedekte wijze werd aangekondlgd, nj. als een veiling van werken die „overbodig” waren ge worden, doordat bepaalde ruime aanwinsten waren verworven, waarbij dezelfde soorten van kunst voldoende zijn vertegenwoordigd. De ver koop heeft thans inderdaad plaats gevonden en er waren geïnteresseerden aanwezig om. uit Engeland, Nederland, Frankrijk, Italië. Oosten rijk, Tjecho-SlowakiJe en Scandinavië. Het lijkt niet twijfelachtig dat vooral het doel is ge weest zooveel mogelijk .vreemde deviezen „aan te trekken”, en dit geeft geen uitermate hoog idee van den stand van Het geld in Duitschland. om mee te nemen en in z'n haast had een kleine hoeveelheid over goten in het eer ste fleschje hem voor hand kwam. Een goed uit gespoeld fleschje, maar „Ze .Max en Margareth.” Eensklaps stokten z’n gedachten: hjj was ge schrokken. „Verbeeld je, dat ze lijkschouwing houden." dacht hij, „dan blijkt het verhaal van Max niet waar te zijn. Dan beschouwen en behan delen ze hem als een leugenaar, een lafaard. Ik moet zien dat ik levend aan den grond kom. ter wille van Margareth.” De monoplane daalde snel. Short gaf vol gas. Er veranderde niets. Hjj verloor snel hoogte, kwam neer in een lange glijvlucht. Toen zat hü opeens met een ruk recht. Recht voor hem verscheen een baan van licht. een te regelen hebben, dan laten zij mij meestal roepen." „Wanneer was u er ’t laatst?" „De laatste keer? Dat is al een poosje geleden. Misschien al wel drie of vier weken." „Hoeveel personen huisvest het slot?” ,De beide Hallstein's, twee bedienden, Frans en Heinz en een bejaarde keukenmeid.” .Anders niemand?" .Neen. Ik heb er tenminste nooit iemand anders gezien.” „Is X mogelijk, dat gedurende die laatste drie of vier weken, dat u niet op Hallstein geweest bent, iemand daar een bezoek gebracht heeft?" „Ik weet X werkelijk niet. Ik kan X me echter moeilijk voorstellen, want voorzoover ik me kan herinneren, ontvingen de Hallsteins nooit gasten." „Waar komen zij eigenlijk vandaan?” „Uit Brazilië.” .Maar hij is toch een Duitscher?” ,4a. Maar hij heeft enkele jaren in Brazilië doorgebracht en toen hij repatrieerde, bracht hij zjjn vrouw mee.” „En zijn vrouw?" .Daarvan weet eigenlijk niemand hier uit den omtrek iets met zekerheid. De een weet dit en de ander dat te vertellen. Maar het juiste weet, geloof ik, niemand. Zij schijnt in Brazilië ver loofd geweest te zijn met een zekeren Emello Alvarez. Dat is alles! Welke historie daar echter aan verbonden is, weet niemand Sommigen beweren dat hjj vergiftigd is, anderen weer praten «an vermoord et ontvoerd," l»en weten?" stem: .Dan staat de politie voor een raadsel! Ik aal zelf naar Hallstein gaan, om me persoonlijk op de hoogte te stellen." .Misschien zou ik u meer kunnen zeggen als ik maar wist, waar X eigenlijk om gaat." Ook Langhalm stond nu rechtop. .Neen, ik mag X u nu nog niet zeggen. Weet u ook, of de belde echtgenooten het goed met elkaar kunnen vinden?" abnormaal. „Integendeel! kop.” Werner stond nu met een heftige beweging van z’n stoel op, zoodat deze enkele meters terugrolde en riep, met iets wanhopigs tn s*n Madonna met Kind, een schilderij van den Annamietischen kunstenaar Le- Ban-De, die te Rome katholiek gedoopt werd. Een vruchtbaar voorbeeld van assimilatie, van verbinding tusschen christelijke motieven en inlandschen kunststijl gespierd van gestalte, stond beleefd buigend op. Langhalm trad op hem toe en zeide: „U wenscht mij te spreken? Mijn naam is Fritz Langhalm." s De andere stelde zich voor: „Edmund Werner. Commissaris van politie.” „Aangenaam. Waarmee kan ik u van dienst zijn?” „Hoe lang woont u hier reeds?” ,Nou.... ongeveer 'n jaar of zes.” „Dan bent u zeker wel op de hoogte hoe hier in de omgeving de verhouding der menschen onderling is.” .Misschien wel." .Net gaat eigenlijk Hallstein." „Aha.... de twee kluizenaars.” „Waarom noemt u hen zoo?” ,Die menschen wonen daar nu al ruim *n jaar of tien en er wordt beweerd, dat zij nog nooit buiten het slot geweest zijn.” Beiden namen 'n stoel, om rustig te kunnen praten. Commissaris Werner stelde z’n vragen op uiterst kalmen toon, haast zonder eenlge inte resse; toen bleek, dat hij naar Ambah gekomen was voor een zeer ernstige aangelegenheid. Hoewel Langhalm hem steeds met de grootste bereidwilligheid op al z'n vragen antwoord gaf, beloerde hij den politieman toch met wantrou wenden blik. Wat mocht wel het doel van Wer- ner's bezoek zijn? En nu het over Hallstein ging, was Langhalm dubbel nieuwsgierig. „Kent u de bewoners persoonlijk?” «Ja. Als zü een zaak van eenlge importantie „Weet heeft?” „Vijanden?” Langhalm schudde het hoofd. ,MU niets van bekend. Hij komt nergens en op Hallstein komt niemand. Hoe zou hjj zich dan vijanden kunnen maken?” Js hij misschien.... eb.... geestelijk niet geheel toerekenbaar?” *n Buitengewoon schrandere n de Engelsche dagbladpers werd dezer da gen een statistiek gepubliceerd, waarin ver meld stonden de oplage-cijfers der verschil lende groote dagbladen der wereld, die tevens als maatstaf kunnen gelden voor de populari teit waarin bedoelde bladen zich al dan niet kunnen verheugen. De grootste oplage van wereld heeft de „Daily Express", een blad dat betrekkelUk nog van zeer jongen datum is, want het werd eerst in 1900 opgericht, doch waarvan lederen dag 3.100.000 exemplaren ge drukt worden. Daarop volgt de ..Scottish Dally Expresss" met 1 500 000 exemplaren. Tot dit concern behoort ook de „Sunday Express” die een oplage heeft van 1300.000 exemplaren. Voor den oorlog was de .Daily Mail” het meest gelezen dagblad (750.000 exemplaren in 1913), doch na den oorlog kreeg het blad een meer locale beteekenis. Aan de spits staan thans nog «ft .News Chronicle" (1.300.000 exem plaren), de „Daily Chronicle” met nog meer dan 1 mlllloen abonné's en de .Daily News”, met een oplage van 500.000 exemplaren. De oplage der Amerikaansche dagbladen is niet zoo groot als men wel sou -^«grwachten, bovendien moet men niet uit het ooè verlie zen, dat er in Amerika geen enkel dagblad Is, dat over heel het gebied der Vereenjgde Sta ten algemeene verspreiding vindt. De pers in de Vereenigde Staten heeft slechts locale of hoogstens gewestelijke beteekenis. Op de eerste plaats komt de .New York Daily News” met 1.600.000 exempt.; dan volgen de ..Chicago Tri bune" <750 000) en de „New York Times” <450000). Dit Zijn allemaal ochtendbladen, doch de eerste edities van deze kranten kan men reeds 's avonds tevoren, kort voor middernacht koopen In Argentinië staat .Da Pensa" aan de spits met 240.000 exempt, en „L* Nacion" met 210.000 exemplaren. Beide verschijnen in Buenos Aires. In Frankrijk was tot voor korten tijd „Paris Soir” met een oplage van 1.8J het meest gelezen BoulevgKLl verschijnt in Parijs als avondt vroegen morgen wordt dit bla< het laatste nieuws van dien l platteland verzonden. De Duitsche Pers heeft ji/ leelijke klappen gekregen. De ten zijn welhaast verdwenen, gingen een fusie aan om nog te redden wat er te redden valt, terwijl weer andere kranten door de regeering werden opgekocht of zoodanig ge subsidieerd. dat zij onder de gewone partij pers gerekend kunnen worden. Tengevolge van de uniformiteit van de be richtgeving. en de sterke tendens die haast uit lederen regel spreekt, is de lx-langstelling voor het krantenlezen sterk gedaald. X Orgaan van Hitler, de „Völkische Beobach- ter”, heeft een oplage van 450 000. Dan volgt de „Berliner Morgenpost” met 330.000, terwijl het bekende blad van Goebbels een meer be scheiden oplage van 95.000 exemplaren heeft. In Italië heeft de „Corriere della Sera” te Milaan, een blad met ochtend- en avond-editle, de grootste oplage. Van dit blad worden lederen dag 500 000 exemplaren verkocht. Het grootste blad van Rome is de .Messagero” (200.000 exemplaren). De „Glomale d'Italla", die wel als de spreekbuis van de regeering beschouwd kan worden, heeft niet meer dan 100.000 abonné’s. De dagbladpers in Japan, die op een breede basis is geschoeid, heeft veelal bladen die een zeer vreemdsoortigen naam dragen. Bij deze kranten is een kluwen van andere zaken ge ïnteresseerd, waarbij winstbejag het eenlge oogmerk is. We noemen slechts „Asahl Shtm- bun” (950 000) en .Nichi Nichl” (800.000). Deze kurtnen het echter niet halen bij de dagbladen die in Osaka verschijnen nJ. .Asahi Shimbun” en .Malnichl Shimbun” die beide een oplage hebben van 2 mlllloen exemplaren per dag. coch dan met ochtend- en avondeditie ver schijnen. Neen.” Mary Hallstein sprong als T getergd dier voor Edith Beuth. „Wilt u m(j tegenhouden?” «Je hebt Rudolf niet te waarschuwen!" Doch Edith liet zich hierdoor niet afschrikken. Ejj weerde de krijschende vrouw met één arm van zich af en wandelde rustig de corridor door; Mary volgde haar als 'n furie. Op het einde van de gang, naast de trappen- hall lag Rudolf Hallstein's kamer. Edith Beuth opende de deur en trad binnen. Doch tegelijk stiet zij een doordringenden gil bit. Mary Hallstein bleef als verlamd in de deur opening staan. Beiden staarden met holle, wijd opengesperde angstoogen de kamer in. Midden op het tapijt, het gezicht op den vloer. *•8 de groote, breede gestalte van Rudolf Hall stein. Uit een gapend^ wonde in den hals sijpelde bloed, in het felle zonlicht fonkelend en hel-rood van kleur. In de wonde stak nog het moordwapen, wEKumede de gruwzame dood voltrokken was. uit groeide, werd groene grond. De motor stopte, maar Short had hem niet meer noodig. Hij wist dat hij X vliegveld be reikt had. V k „Ik zal X Max wel uitleggen, als hjj komt," dacht hij. .Nu is hU nog grooter held. HU is niet gevlucht, maar hU heeft een waagstuk uitgehaald." met een schoone moskee en de typische over dekte .soeks”, waarin zich het bonte leven der Arabieren en Joden afspeelt. Ook het aan zee gelegen Kasteel van Tripo li^, staat hier naar alle waarschUnlUkheid op Romeinsche fundamenten. Maar zijn oudste mu ren stammen uit «Jen Spaanschen tijd (16de eeuw). Later kwam het in handen der Arabie ren en Turken en was het de zetel van de <iy- nastle der Caramanll. Een bijzonder mooi uit zicht had men hier, toen ter gelegenheid van het bezoek van Mussolini de kruisers, torpedo jagers en onderzeebooten op de reede lagen. Ongeveer 100 Kilometer ten Oosten van Tri polis liggen de ruines van Leptis Magna Met de opgravingen is men in het jaar 1920 begon nen en daarmede heeft men in het bijzonder in de laatste jaren onder maarschalk Balbo’s heer schappij groote vorderingen gemaakt. Reeds thans wekken deze nog niet geheel vrU gelegde ruïnes door hun enormen omvang ieders be wondering op. Leptis werd in het jaar 25 vóór Christus in de Romeinsche provincie Africa ondergebracht en een deel der ruines stamt nog uit den tijd van Augustus. In het jaar 146 na Christus werd hier Septi mus Severus geboren, die in 193 Imperator werd en zijn geboortestad met schitterende gebouwen tiet verfraaien. Een deel van deze bouwwerken is onder het droge zand schitterend bewaard ge bleven. Het forum en de Basillka van Septimus Severus herinneren aan het Romeinsche forum van Trajanus, maar zü zün belde nog grooter: een zümuur van het forum is büv. 180 meter lang en 15 meter hoog, de basillka bedekt een oppervlakte van 38 bij 92 meter. Helaas hebben wij hier geen gelegenheid, om op de artistieke versiering van deze gebouwen in te gaan, welke inderdaad zeer Interessant is. Men kan de wandeling tusschen de ruïnes van Lepsis uren lang voortzetten: men kan markten en straten, theaters en baden, tempels en woonhuizen bezoeken. En daarbij zal men eenig begrip van de beteekenis der oude wereld krijgen. Niet zoo uitgestrekt is «ie ruïnestad Sabratha. die eveneens aan de kust gelegen is, ongeveer 70 K M ten Westen van Tripolis. Sabratha overvleugelde Lepels in den laat-Romeinschen en Byzantlschen tijd. Een bijzonder karakter krijgen de omvang rijke opgravingen bij Sabratha door de zeer geslaagde restauratie van het Romeinsche the ater. Hier vinden thans verschillende opvoe ringen van klassieke drama's plaats. Het Nederlandsch Comité van International Student-Service heeft ook dit jaar, Jn samen werking met de bekende Amsterdams«üie Stu- dentenvereeniging .Ntudloal luvare Delectamur” een werkkamp te Diever' in Drente georgani seerd. In dit werkkamp, zal, onder leiding van het Staatsboschbeheer, de weg, waarmede reeds door vorige werkkampen begonnen was, vol tooid worden. De te verrichten arbeid is niet zwaar, maar vereiacht een goede gezondheid en veel werklust. Dat het werkkamp niet alleen uit werken bestaat, bewijzen wel de vele gezellige gemeenschappelijke tochten, welke vooral In de middag- en avonduren gehouden worden. Zjj dragen er toe bij dat er een gezellige geest In het kamp heerscht. Wij moeten er de aandacht op vestigen dat alleen studenten toegang tot het werkkamp hebben. Vorige jaren moesten de talloos velen, die zoo gaarne mee hadden gedaan, - steld worden. Uit pfopagandistis«üi mogen ook leerlingen van HBS., Gymnasia. M.T.S., die dit jaar eindexamen doen, in het werkkamp meewerken. Voor de voeding wordt door een bepaald aan tal vrouwelüke studenten gezorgd. Ook meisjes van huishoudscholen komen in aanmerking voor deelname. De sanitaire afdeeling is in goede handen van een dokter uit Diever, die geassisteerd wordt door meerderejaars medische studenten. Het werkkamp is verdeeld in twee etappen van le«ler drie weken: van 11 Juli tot 31 Juli en van 1 Augustus tot 21 Augustus. Aanmelding kan geschieden bü «ien secretaris, den heer O. G. L. J. Küster, straat 15, Amsterdam (Z.), die tevens alle •w -veem «ie paratüiute. Max, en spring er 1X1 uit!” riep Short DavU. de piloot, z'n vriend Max Carton den marconist toe, Hü b«x>g zich voorover, hield z'n hand tegen z'n kaak, waar pas een tand was uitgetrokken en ging voort: „Vooruit Max! Maak voort! We kunnen er niet allebei uit met één parachute en de motor houdt X niet lang meer uit. Schiet «>p!" HU keek strak naar voren, en zocht, maar vergeefs, naar een scheur in den mist, die hep in de lucht had gehouden tot hun benzine op was. Dat de groote monoplane zqlu neerstorten en minstens één hunner er X leven bü zou in schieten. was een kwestie van seconden. Nog geen twee uren geleden waren ze opgestegen met een in allerijl verzamelde lading genees- en levensmiddelen voor de slachtoffers der overstroomlng In Pennsylvanië. Ze hadden zich daarbij niet den tüd gegund, hun tanks te vul len, ze wisten, dat ze meer dan genoeg benzine hadden voor him korte vlucht. En nu. nu wa ren ze gevangen in dien mist, verdwaald, en het radio-toestel wezkte niet meer; met maar één parachute, en straks zou de machine vallen. „Spring Jü er maar uit!” schreeuwde Max, .geef X stuur hier! Ik hou 'm wel boven, tot ie X heelemaal opgeeft.” Uitdagend keek hü z'n vriend aan. Short Davis keek om. Ze staarden elkaar in de oogen. waarin te lezen stond, dat ze geen van beiden zouden wüken. „Wees niet kinderachtig. Max. neem de para chute!" drong Short aan. X Is niet noodig, «lat we alle twee verongelukken." „Gelük heb je: nergens voor noodig. maar ik blüf Short Davis antwoordde niet. Hü keek recht voor zich uit. Er kwam geen eind aan den mist De motor sputterde, kuchte en begon tg stoo- ten. Short dacht aan Margareth, de lieftallige Margareth. Z'n lippen plooiden zich tot een flauw lachje. Hü had zich gelukkig gevoeld tot Max kwam. Max. die Margareth óók lief had gekregen. Maar hun vriendschap had er niet onder geleden. Het meisje, *oo hadden ze afge sproken. moest vrü zün in haar keus. X Scheen dat die keus op Max zou vallen. Deze had zich onderstüielden bü een ongeluk, dat een ramp zou zün geworden, als hü niet ztxiveel koelbloe digheid en tegenwoordigheid van geest had ge toond. Max was in Margareth's oogen eenheid! En daarom wilde Max er niet uitspringen. Short wist het. Max vreesde als een lafaard te worden uitgekreten, omdat hü z'n vriend in den steek had gelaten, zich zelf gered had ten koste van z'n mededinger. Short Davis keek tersluiks naar z'n vriend, den marconist, die onbewogen op z'n plaats zat. Eensklaps liet Short de handles los, stond op en riep: .Nier, pak aan!” Opgeschrikt uit z'n gespannen hoorzaamde Max en riep: „Wat ga je doen?" .Doen? Ik ga er een eind aan maken. Ik hou X niet uit; als ik denk dat ik val, word ik gek. Zie je dat?" De piloot haalde een klein flescüije uit z'n zak en hield het Max voor oogen. Op het etl quet stond het woord: vergift, met een zwar ten doodskop en gekruiste roode beenderen er onder. „Ik houd X niet uit!" gilde hü. „Sterf jü dan maar in de machine vol vlammen; ik maak er een eind aan!” Hü bracht het fleschje aan z'n mond en dronk van X bruine vocht, juist toen Max de handles losliet en naar X fleschje greep. Het vliegtuig kreeg een schok en dook. Short Davis sloeg z'n armen wüd uit en viel op den vloer. Met Inspanning van al z'n krachten richtte Max de machine. Hü keek om naar Short. Die i lag daar roerloos. Het fleschje was uit z'n vin gers gerold en Max zag weer het dreigend etiquet. Hü huiverde. ,jk geloof het niet!” fluisterde „Short kin geen lafaard zün." Hü stond op. Het koude zweet parelde op z'n voorhoofd. Het was dwaas om in de machina te blüven. De motor werkte nog sle«üits zwakjes. De mist was nog ondoordringbaar. Snel gespte hü de panuüiute om en opende de deur. Een oogenblik staarde hü naar X beweglnglooae lichaam van z’n vriend Toen, liet hü zich in de ruimte neer. Het vliegtuig dook alsof het dol geworden was. Een rukwind sloeg de «leur «licht. OnmlddeUük kwam er leven in X lichaam, «lat op den vltrer der cabine lag. Short Davis stond op. greep de handels, wrong de machine om en liet haar toen schieten. Een grünslach gleed over zün bleek gezicht; z'n tong ging naar de open ruimte in z'n be nedenkaak. waar de tandarts den vorigen dag getrokken had. Hü keek naar X fleschje op den vloer. De tandarts had hem geraden, de holte nu en dan uit te spoelen met een on schuldig antiseptisch middeltje en hü had een flesch er van gekocht. Maar die flesch was te groot hü Voor het Intern. Eucharistisch Congres volgend jaar in Boedapest gehouden wordt, blykt een buitengewone belangstelling te staan. Toen met de v«x>rbereidende werkzaam heden werd begonnen dacht men wel dat er op een groote deelname gerekend moest wor den. Het is Immers reeds 14 jaar geleden se dert er op het Europeesche vasteland een Eucharistisch Congres werd gehouden. De cü- fers betreffende de pelgrims die waarschijnlyk uit Amerika zullen overkomen zün werkelük verbluffend. Mgr. Shvoy, Bisschop van Stuhl- Weissenburg die op het oogenblik een reis «toor de Ver. Staten maakt om belangstelling te wekken voor het Eucharistisch Congres in Boe dapest wüst er op, dat men met de komst van 50.000 pelgrims uit Amerika rekening zal moe ten houden. Reeds thans zün onderhandellngen gaande ^usschen de groote scheepvaart-maat- •chappüen "voor het massa-vervoer dezer con gresgangers Voor «ie periode van half Mei 1938 «Ün reeds 12 tot 14 s«hepen gereserveerd. Verschillende Hongaarsche gedelegeerden heb ben alle landen van Europa bezocht om op de groote beteekenis van het Eucharistisch Congres te wüzen, «lat samenvalt met het Nationale Eeuwfeest van den H. Stephanus, KonTng van Hongarüe. Ook het Hongaarsche volk is zich de groote beteekenis van «ilt Congres volkomen bewust, niet alleen met het oog op het groot aantal pel grims dat bü die gelegenheid naar Boedapest komt, maar ook verwacht men groote geestelü- ke en moreele gevolgen en een opbloei van het geloofsleven der Hongaarsche katholieken. w j an de drie bloeiende Noord-AfrikB«nsch.e steden, die in de oudheid de tri-polls vormden, leeft er nog een, Oea. onder den naam Tripolis verder. De beide andere, Leptis Magna en Sabratha, gingen ten gronde, stier ven uit en werden onder het woestünzand be- dolven. Na een duizendjarigen slaap zullen hun ruïnen nu door de Italianen worden bloot ge legd Wanneer men in het eenzame woestünland- achap aan de kust de ruïnes ziet oprijzen, kan men zich moellük v<x>rstellen, dat dit eetis een rijk, zeer belangrijk deel van de oude wereld was. Aan deze door Lybiërs en Berbers be woonde kust stichtten reeds de Phoeniclërs hun nederzettingen. waar zü ivoor, goud. struis- veeren en slaven verhandelden. Hoe begeerig men naar het bezit van het land was, blykt het best uit zün geschiedenis: Na den val van Car thago. in het jaar 146 vóór Christus, liet Rome het gebied tüdelük aan den Numlschen koning over, om het echter later in de Romeinsche pro vincie .Africa Nova” te veraderen. Nog onder Romeinsche heerschappü bloWe de neo-Punl- •Che cultuur. Z«x> heeft b.v. de familie Septimus Severus, die zooals bekend uit Leptis Magna stamde, nog Punisch gesproken. Onder Dtocle- tlanus werd de provincie .Numidia Tripolltana" genoemd; in 455 viel zü in handen van de Vandalen en in 533 werd het land door Beli sarius voor Byzantium veroverd. Maar reeds in 644 onderwierpen de Arabieren het gebied, «iie bij deze gelegenheid Leptis en Sabratha geheel plunderden en den ondergang van het land be zegelden. In het midden van de 12e eeuw oefen den de Noormannen 15 jaren lang de heer schappü uit en in 1510 veroverde Karel V het land, om het daarna aan de van Rhodos ver dreven Johanniter ridders ten geschenke te ge ven. Maar reeds in 1551 begon de Turksche heerschappü. waaraan eerst in 1912 door «Ie Ita lianen een einde werd gemaakt. En sindsdien is er voor dit in den meest waren zin van het w«x>rd „verwoeste" land een tüd van nieuwen bloei begonnen. De belangstelling van de Italianen gaat na tuur! ük hooftlzakelük uit naar de overblüfselen uit den Romeinschen tüd. Romeinsche keizers, zooals Marcus Aurelius, Commodus, Septimus Severus, enz., schonken aan de Noord-Afrikaan- sche steden schoone gebouwen, schitterende straten en goede havens. Aan de kust verhieven zich de schoone villa's en diep in «ie Sahara vindt men nog Romeinsche grafkelders. Ter ge legenheid van Mussolini's bezoek aan Lybië werd de triomfboog van Marcus Aurelius in Tripolis weer hersteld. Deze goed bewaard gebleven poort ligt slechts weinige meters van de zee kust verwüderd. In de oudheid verhief zich in zijn nabüheid een tempel, welke aan de godin Minerva gewijd was en waarvan nog schoone marmer-rellefs bewaard gebleven zün. Op het oogenblik wordt de achtergrond vaq den triomf boog gevormd door de oude inboorlingenwük NCDCML he toe w 67

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Noord-Hollandsch Dagblad : ons blad | 1937 | | pagina 17