Ruïnes in het woestijnland
van den dag
De’’avonturen van Stan en Pol
F 750.-
F 250.
%üCï)itTioott!
HET RAADSEL VAN
DEN
AZEPOOT
OPGEGRA VEN STEDEN
WOENSDAG 16 JUNE 1937
Oplagecijfers
Een statistiek
Kasteel van Tripolis
N
van Max Carton
kalmte.
Studenten-werkkamp
levenslange getieele ongeschiktheid tot werken door
DOOR THEO BLANKENSEE
om de bewoners van
wat
flrons vervolg»»
Duitschland veilt
kunstwerken
Ml wette» wn «m hand,
een voet «t aan oog.
I
In Noord-Afrika vindt men tal
van bouwvallen uit den
Romeinachen tyd
'Eucharistisch Congres
te Boedapest
bil levenslange geheele ongeschiktheid tot werken door E* 7^0 b*J oose*»1 met
verlies van beide armen, beide beenen of beide oogen 4JV» doodeljjken afloop
AANGIFTE MOET. OP STRAFFE VAN VERUES VAN ALLE RECHTEN. GESCHIEDEN UITERLIJK DRIE MAAL VIER EN TWINTIG UUR NA HET ONGEVAL
i Het waagstuk
Een aan van middelbaren teettQ d, fcocb ezk
„Mag ik misachten den inhond van dat achrjj-
i
ITT A °P dlt blad de verzekenngsvoorwaarden tegen
AAI <1 A W lv F*. O onKevallen verzekerd voor een der volgende uitkeeringen
J
alle dagbladen der
aan-
mompelde hü.
(Nadruk verboden.)
«e-
hl)' heesch.
dat
be-
De chef, een keurig net gekleed heer wist zich geen raad,
De chef kon echter niet verhinderen dat even later een
biefstuk lag in de soep van een deftige dame en evenmin dat
want hij kon niet zien wie die baldadigheden uithaalde. Echter
in de thee van drie meisjes die naar de weegschaal waren ge
was de arme man nog niet aan het einde van zijn lijdensweg.
ten er echter meer van.'
te voorkomen, tijdig aan te melden.
B
III
inyhalm hem
Wfl U
t
De baan
laan: beneden schemerde
dus
om
de laatste jaren
katholieke kran-
andere bladen
dat
de
ot «3
Tong
Zet-
3.10
teleurge-
oogpunt
Ple-
Vlsch
nldd.
i per
uilen
«tuk.
Het sluitingsuur was aangebroken en ieder haastte zich naar
den uitgang. Ook de chef. Toen hü echter in een smallen
doorgang was gekomen waar veel menschen bij elkaar stonden,
gingen de beide deugnieten aan het werk. In een wip zat zijn
das scheef, zijn haar in de war, uit zürf zakhing de punt van
een groote witte zakdoek. Wat zag de arme man er uit.
weest, zout, peper en mosterd was gekomen. Stan en Pol wis-
iden
340
aden
aan-
Lngs-
l kg.
Prijs
8 en
van
aan
zakt,
orige
f 26
hier
van
(L000 exemplaren
2ad Dit blad
>Jad. doch in den
f, aangevuld met
'nacht, naar het
.Neen."
„Waarom niet?"
„Ambtsgeheimen. Zulks mag alleen geschieden
Tn zeer bijzondere gevallen.als de omstandlg-
heden daartoe dwingen."
Dit antwoord was voor langhalen een hevige
teleurstelling: Hij had zoo graag iets meer ver
nomen, en inplaate daarvan werd z'n nieuwsgie
righeid nog meer geprikkeld.
Werner ging verder met vragen:
u ook, of Rudolf Hallstein vijanden
Door het openstaande venster stroomde het
tintelende zonnelicht binnen. van dezen
stralenden, zomerschen dag. En onder deze tril
lende zonnestralen flitste het blanke staal van
den dolk, vlamde het rood van het bloed.
Meer zagen de beide vrouwen niet.... tot zij
gelijktijdig het hoofd omwendden en hun oogen
elkaar ontmoetten.
En welk een uitdrukking lag er in die oogen?
Van schuld, aanklacht, haat, angst?
Lang keken zij elkaar aan en het Scheen, als
stonden zij hier, bij het lijk van den .vermoorde,
tegenover elkaar als doodsvijandinnen.
Stom en wankelend verliet Edith de kamer en
Mary Hallstein volgde haar met brandende
oogen, brandend van haat en wraakzucht.
SMSSMSSSSSSSMSMSSMMMSSSSSMMM
dat het waarschuwend etlquet droeg.
zullen t nooit weten,"
Het is een vaste gewoohte, dat de staat houdt
wat hij eenmaal verworven heeft. Wanneer
hier van den regel afgeweken wordt, aldus de
woon groot aantal werken uit alle eeuwen en
zeer verschillende soort kunst, kan als reden
opgegeven worden, dat in de laatste jaren de
Berljjnsche verzamelingen door gelukkige aan-
koopen zeer zijn uitgebreid. Er moeten
„overbodige” werken opgeruimd worden
plaats te maken voor de belangrijke nieuwe aan
winsten.
Deskundigen weten echter niet, wat hiervan
te denken, zegt Het Vaderland, aangezien de
te koop aangeboden collectie eerste klas werken
omvatte van oude meesters, waaraan de Berlljn-
sche musea niet bijzonder rijk zijn. De veilings-
HJst bevatte WO oude schilderijen van Fra Ange
lico, Giovanni Bellini, Botticelli en Tintoretto,
alsmede van Pieter Brueghel, Van Dyck en Ter-
borch. Men verwachtte, dat deze en andere
schilderijen aanzienlijke bedragen zouden op
brengen.
kamp-
Geul-
gaarae
gewenschte inlichtingen verstrekt. Men
wordt dringend verzocht zich, om teleurstelling
Langhalm had zijn eigendom, villa Ambach
bereikt. Toen hij door het ijzeren hek den voor
tuin binnenstapte, kwam een van zijn bedienden
hem reeds tegemoet gesneld.
„Wat' is er toch, Martin?” riep
toe.
„Er zit een heer op u te wachten, hij
dringend spreken.”
„Zoo!”
Langhalm scheen dit onverwachte bezoek
verre van aangenaam te vinden.
„Hoe heet hij?”
.Meneer wenscht zijn naam niet te noemen.”
Langhalm trad binnen en ging rechtstreeks
naar de woonkamer.
„Hoe zijn de Hallsteins aan hun groot ver
mogen gekomen?”
Langhalm haalde de schouders op.
.Misschien was zijn vrouw rijk. Ik weet t
niet."
„Hoe leven zij?”
„Ik denk van zeer goed:”
„Is X u nooit vreemd vóórgekomen, dat zij
hun slot nog nooit verlaten hebben? Zoo geven
zij tenminste voor!"
„Ieder denkt er natuurlijk ’t zijne van. Doch
niemand weet wat isij daarmee voor hebben.”
,Js 1 niet mogelijk, dat zij zoo nu en dan uit
stapjes maken, zonder dat iemand er iets van
merkt?"
Deze vraag scheen Langhalm te verrassen Hü
staarde Werner even verbaasd aan en ant
woordde dan:
.Aan die mogelijkheid heb ik nog nooit ge
dacht"
Werner scheen met den uitslag maar matig
tevreden te zijn. Mismoedig merkte hij op:
•Het is voor ons van heel veel belang alle
bijzonderheden omtrent deze menschen te weten
te komen."
„Veroorloof mij, nu één wedervraag, geachte
heer commissaris. Zijn er feiten aan X licht ge
komen, die deze nasporingen noodzakeljjk
maken?”
.Neen, dat niet Maar er Is bij de politie een
zeer eigenaardig schrijven binnengekomen en
daarom achten wjj X wenscheljjk nadere infor
maties in te winnen."
-a w-en heeft er destijds schande over gespro-
[V| ken, dat de machthebbers in het nieuwe
Rusland een aantal kostbare kunstwer
ken uit de musea verkochten, om „geld te ma
ken”. In Duitschland is echter de verige week
precies hetzelfde geschied. Te München is een
veiling gehouden van kunstvoorwerpen uit het Duitsche bladen, en nog wel met zoo n onge-
bezit van de BerliJnsche staatsmusea, waarbij
niet minder dan 800 nummers onder den hamer
kwamen.
In het weekblad De Groene Amsterdammer
werd reeds eenlge weken geleden de aandacht
gevestigd op deze veiling, die op een eenlgszins
bedekte wijze werd aangekondlgd, nj. als een
veiling van werken die „overbodig” waren ge
worden, doordat bepaalde ruime aanwinsten
waren verworven, waarbij dezelfde soorten van
kunst voldoende zijn vertegenwoordigd. De ver
koop heeft thans inderdaad plaats gevonden
en er waren geïnteresseerden aanwezig om. uit
Engeland, Nederland, Frankrijk, Italië. Oosten
rijk, Tjecho-SlowakiJe en Scandinavië. Het lijkt
niet twijfelachtig dat vooral het doel is ge
weest zooveel mogelijk .vreemde deviezen „aan
te trekken”, en dit geeft geen uitermate hoog
idee van den stand van Het geld in Duitschland.
om mee te nemen en in z'n haast had
een kleine
hoeveelheid over
goten in het eer
ste fleschje
hem voor
hand kwam.
Een goed uit
gespoeld fleschje,
maar
„Ze
.Max en Margareth.”
Eensklaps stokten z’n gedachten: hjj was ge
schrokken.
„Verbeeld je, dat ze lijkschouwing houden."
dacht hij, „dan blijkt het verhaal van Max
niet waar te zijn. Dan beschouwen en behan
delen ze hem als een leugenaar, een lafaard.
Ik moet zien dat ik levend aan den grond kom.
ter wille van Margareth.”
De monoplane daalde snel. Short gaf vol gas.
Er veranderde niets. Hjj verloor snel hoogte,
kwam neer in een lange glijvlucht. Toen zat
hü opeens met een ruk recht. Recht voor hem
verscheen een baan van licht.
een
te regelen hebben, dan laten zij mij meestal
roepen."
„Wanneer was u er ’t laatst?"
„De laatste keer? Dat is al een poosje geleden.
Misschien al wel drie of vier weken."
„Hoeveel personen huisvest het slot?”
,De beide Hallstein's, twee bedienden, Frans
en Heinz en een bejaarde keukenmeid.”
.Anders niemand?"
.Neen. Ik heb er tenminste nooit iemand
anders gezien.”
„Is X mogelijk, dat gedurende die laatste drie
of vier weken, dat u niet op Hallstein geweest
bent, iemand daar een bezoek gebracht heeft?"
„Ik weet X werkelijk niet. Ik kan X me echter
moeilijk voorstellen, want voorzoover ik me kan
herinneren, ontvingen de Hallsteins nooit
gasten."
„Waar komen zij eigenlijk vandaan?”
„Uit Brazilië.”
.Maar hij is toch een Duitscher?”
,4a. Maar hij heeft enkele jaren in Brazilië
doorgebracht en toen hij repatrieerde, bracht
hij zjjn vrouw mee.”
„En zijn vrouw?"
.Daarvan weet eigenlijk niemand hier uit den
omtrek iets met zekerheid. De een weet dit en
de ander dat te vertellen. Maar het juiste weet,
geloof ik, niemand. Zij schijnt in Brazilië ver
loofd geweest te zijn met een zekeren Emello
Alvarez. Dat is alles! Welke historie daar echter
aan verbonden is, weet niemand Sommigen
beweren dat hjj vergiftigd is, anderen weer
praten «an vermoord et ontvoerd," l»en weten?"
stem:
.Dan staat de politie voor een raadsel! Ik aal
zelf naar Hallstein gaan, om me persoonlijk op
de hoogte te stellen."
.Misschien zou ik u meer kunnen zeggen als
ik maar wist, waar X eigenlijk om gaat."
Ook Langhalm stond nu rechtop.
.Neen, ik mag X u nu nog niet zeggen.
Weet u ook, of de belde echtgenooten het goed
met elkaar kunnen vinden?"
abnormaal.
„Integendeel!
kop.”
Werner stond nu met een heftige beweging
van z’n stoel op, zoodat deze enkele meters
terugrolde en riep, met iets wanhopigs tn s*n
Madonna met Kind, een schilderij van
den Annamietischen kunstenaar Le-
Ban-De, die te Rome katholiek gedoopt
werd. Een vruchtbaar voorbeeld van
assimilatie, van verbinding tusschen
christelijke motieven en inlandschen
kunststijl
gespierd van gestalte, stond beleefd buigend op.
Langhalm trad op hem toe en zeide:
„U wenscht mij te spreken? Mijn naam is Fritz
Langhalm." s
De andere stelde zich voor:
„Edmund Werner. Commissaris van politie.”
„Aangenaam. Waarmee kan ik u van dienst
zijn?”
„Hoe lang woont u hier reeds?”
,Nou.... ongeveer 'n jaar of zes.”
„Dan bent u zeker wel op de hoogte hoe hier
in de omgeving de verhouding der menschen
onderling is.”
.Misschien wel."
.Net gaat eigenlijk
Hallstein."
„Aha.... de twee kluizenaars.”
„Waarom noemt u hen zoo?”
,Die menschen wonen daar nu al ruim *n jaar
of tien en er wordt beweerd, dat zij nog nooit
buiten het slot geweest zijn.”
Beiden namen 'n stoel, om rustig te kunnen
praten. Commissaris Werner stelde z’n vragen
op uiterst kalmen toon, haast zonder eenlge inte
resse; toen bleek, dat hij naar Ambah gekomen
was voor een zeer ernstige aangelegenheid.
Hoewel Langhalm hem steeds met de grootste
bereidwilligheid op al z'n vragen antwoord gaf,
beloerde hij den politieman toch met wantrou
wenden blik. Wat mocht wel het doel van Wer-
ner's bezoek zijn? En nu het over Hallstein
ging, was Langhalm dubbel nieuwsgierig.
„Kent u de bewoners persoonlijk?”
«Ja. Als zü een zaak van eenlge importantie
„Weet
heeft?”
„Vijanden?” Langhalm schudde het hoofd.
,MU niets van bekend. Hij komt nergens en op
Hallstein komt niemand. Hoe zou hjj zich dan
vijanden kunnen maken?”
Js hij misschien.... eb.... geestelijk
niet geheel toerekenbaar?”
*n Buitengewoon schrandere
n de Engelsche dagbladpers werd dezer da
gen een statistiek gepubliceerd, waarin ver
meld stonden de oplage-cijfers der verschil
lende groote dagbladen der wereld, die tevens
als maatstaf kunnen gelden voor de populari
teit waarin bedoelde bladen zich al dan niet
kunnen verheugen.
De grootste oplage van
wereld heeft de „Daily Express", een blad dat
betrekkelUk nog van zeer jongen datum is,
want het werd eerst in 1900 opgericht, doch
waarvan lederen dag 3.100.000 exemplaren ge
drukt worden. Daarop volgt de ..Scottish
Dally Expresss" met 1 500 000 exemplaren. Tot
dit concern behoort ook de „Sunday Express”
die een oplage heeft van 1300.000 exemplaren.
Voor den oorlog was de .Daily Mail” het
meest gelezen dagblad (750.000 exemplaren in
1913), doch na den oorlog kreeg het blad een
meer locale beteekenis. Aan de spits staan
thans nog «ft .News Chronicle" (1.300.000 exem
plaren), de „Daily Chronicle” met nog meer
dan 1 mlllloen abonné's en de .Daily News”,
met een oplage van 500.000 exemplaren.
De oplage der Amerikaansche dagbladen is
niet zoo groot als men wel sou -^«grwachten,
bovendien moet men niet uit het ooè verlie
zen, dat er in Amerika geen enkel dagblad Is,
dat over heel het gebied der Vereenjgde Sta
ten algemeene verspreiding vindt. De pers in de
Vereenigde Staten heeft slechts locale of
hoogstens gewestelijke beteekenis. Op de eerste
plaats komt de .New York Daily News” met
1.600.000 exempt.; dan volgen de ..Chicago Tri
bune" <750 000) en de „New York Times”
<450000). Dit Zijn allemaal ochtendbladen, doch
de eerste edities van deze kranten kan men
reeds 's avonds tevoren, kort voor middernacht
koopen
In Argentinië staat .Da Pensa" aan de spits
met 240.000 exempt, en „L* Nacion" met 210.000
exemplaren. Beide verschijnen in Buenos Aires.
In Frankrijk was tot voor korten tijd „Paris
Soir” met een oplage van 1.8J
het meest gelezen BoulevgKLl
verschijnt in Parijs als avondt
vroegen morgen wordt dit bla<
het laatste nieuws van dien l
platteland verzonden.
De Duitsche Pers heeft ji/
leelijke klappen gekregen. De
ten zijn welhaast verdwenen,
gingen een fusie aan om nog te redden wat er
te redden valt, terwijl weer andere kranten door
de regeering werden opgekocht of zoodanig ge
subsidieerd. dat zij onder de gewone partij pers
gerekend kunnen worden.
Tengevolge van de uniformiteit van de be
richtgeving. en de sterke tendens die haast uit
lederen regel spreekt, is de lx-langstelling voor
het krantenlezen sterk gedaald.
X Orgaan van Hitler, de „Völkische Beobach-
ter”, heeft een oplage van 450 000. Dan volgt
de „Berliner Morgenpost” met 330.000, terwijl
het bekende blad van Goebbels een meer be
scheiden oplage van 95.000 exemplaren heeft.
In Italië heeft de „Corriere della Sera” te
Milaan, een blad met ochtend- en avond-editle,
de grootste oplage. Van dit blad worden lederen
dag 500 000 exemplaren verkocht. Het grootste
blad van Rome is de .Messagero” (200.000
exemplaren). De „Glomale d'Italla", die wel
als de spreekbuis van de regeering beschouwd
kan worden, heeft niet meer dan 100.000
abonné’s.
De dagbladpers in Japan, die op een breede
basis is geschoeid, heeft veelal bladen die een
zeer vreemdsoortigen naam dragen. Bij deze
kranten is een kluwen van andere zaken ge
ïnteresseerd, waarbij winstbejag het eenlge
oogmerk is. We noemen slechts „Asahl Shtm-
bun” (950 000) en .Nichi Nichl” (800.000). Deze
kurtnen het echter niet halen bij de dagbladen
die in Osaka verschijnen nJ. .Asahi Shimbun”
en .Malnichl Shimbun” die beide een oplage
hebben van 2 mlllloen exemplaren per dag.
coch dan met ochtend- en avondeditie ver
schijnen.
Neen.”
Mary Hallstein sprong als T getergd dier voor
Edith Beuth.
„Wilt u m(j tegenhouden?”
«Je hebt Rudolf niet te waarschuwen!"
Doch Edith liet zich hierdoor niet afschrikken.
Ejj weerde de krijschende vrouw met één arm
van zich af en wandelde rustig de corridor
door; Mary volgde haar als 'n furie.
Op het einde van de gang, naast de trappen-
hall lag Rudolf Hallstein's kamer. Edith Beuth
opende de deur en trad binnen.
Doch tegelijk stiet zij een doordringenden gil
bit. Mary Hallstein bleef als verlamd in de deur
opening staan. Beiden staarden met holle, wijd
opengesperde angstoogen de kamer in.
Midden op het tapijt, het gezicht op den vloer.
*•8 de groote, breede gestalte van Rudolf Hall
stein. Uit een gapend^ wonde in den hals
sijpelde bloed, in het felle zonlicht fonkelend
en hel-rood van kleur. In de wonde stak nog
het moordwapen, wEKumede de gruwzame dood
voltrokken was.
uit
groeide, werd
groene grond.
De motor stopte, maar Short had hem niet
meer noodig. Hij wist dat hij X vliegveld be
reikt had. V k
„Ik zal X Max wel uitleggen, als hjj komt,"
dacht hij. .Nu is hU nog grooter held. HU is
niet gevlucht, maar hU heeft een waagstuk
uitgehaald."
met een schoone moskee en de typische over
dekte .soeks”, waarin zich het bonte leven der
Arabieren en Joden afspeelt.
Ook het aan zee gelegen Kasteel van Tripo
li^, staat hier naar alle waarschUnlUkheid op
Romeinsche fundamenten. Maar zijn oudste mu
ren stammen uit «Jen Spaanschen tijd (16de
eeuw). Later kwam het in handen der Arabie
ren en Turken en was het de zetel van de <iy-
nastle der Caramanll. Een bijzonder mooi uit
zicht had men hier, toen ter gelegenheid van
het bezoek van Mussolini de kruisers, torpedo
jagers en onderzeebooten op de reede lagen.
Ongeveer 100 Kilometer ten Oosten van Tri
polis liggen de ruines van Leptis Magna Met
de opgravingen is men in het jaar 1920 begon
nen en daarmede heeft men in het bijzonder in
de laatste jaren onder maarschalk Balbo’s heer
schappij groote vorderingen gemaakt. Reeds
thans wekken deze nog niet geheel vrU gelegde
ruïnes door hun enormen omvang ieders be
wondering op. Leptis werd in het jaar 25 vóór
Christus in de Romeinsche provincie Africa
ondergebracht en een deel der ruines stamt nog
uit den tijd van Augustus.
In het jaar 146 na Christus werd hier Septi
mus Severus geboren, die in 193 Imperator werd
en zijn geboortestad met schitterende gebouwen
tiet verfraaien. Een deel van deze bouwwerken
is onder het droge zand schitterend bewaard ge
bleven. Het forum en de Basillka van Septimus
Severus herinneren aan het Romeinsche forum
van Trajanus, maar zü zün belde nog grooter:
een zümuur van het forum is büv. 180 meter
lang en 15 meter hoog, de basillka bedekt een
oppervlakte van 38 bij 92 meter. Helaas hebben
wij hier geen gelegenheid, om op de artistieke
versiering van deze gebouwen in te gaan, welke
inderdaad zeer Interessant is.
Men kan de wandeling tusschen de ruïnes
van Lepsis uren lang voortzetten: men kan
markten en straten, theaters en baden, tempels
en woonhuizen bezoeken. En daarbij zal men
eenig begrip van de beteekenis der oude wereld
krijgen.
Niet zoo uitgestrekt is «ie ruïnestad Sabratha.
die eveneens aan de kust gelegen is, ongeveer
70 K M ten Westen van Tripolis. Sabratha
overvleugelde Lepels in den laat-Romeinschen
en Byzantlschen tijd.
Een bijzonder karakter krijgen de omvang
rijke opgravingen bij Sabratha door de zeer
geslaagde restauratie van het Romeinsche the
ater. Hier vinden thans verschillende opvoe
ringen van klassieke drama's plaats.
Het Nederlandsch Comité van International
Student-Service heeft ook dit jaar, Jn samen
werking met de bekende Amsterdams«üie Stu-
dentenvereeniging .Ntudloal luvare Delectamur”
een werkkamp te Diever' in Drente georgani
seerd. In dit werkkamp, zal, onder leiding van
het Staatsboschbeheer, de weg, waarmede reeds
door vorige werkkampen begonnen was, vol
tooid worden. De te verrichten arbeid is niet
zwaar, maar vereiacht een goede gezondheid en
veel werklust. Dat het werkkamp niet alleen uit
werken bestaat, bewijzen wel de vele gezellige
gemeenschappelijke tochten, welke vooral In de
middag- en avonduren gehouden worden. Zjj
dragen er toe bij dat er een gezellige geest In
het kamp heerscht.
Wij moeten er de aandacht op vestigen dat
alleen studenten toegang tot het werkkamp
hebben. Vorige jaren moesten de talloos velen,
die zoo gaarne mee hadden gedaan, -
steld worden. Uit pfopagandistis«üi
mogen ook leerlingen van HBS., Gymnasia.
M.T.S., die dit jaar eindexamen doen, in het
werkkamp meewerken.
Voor de voeding wordt door een bepaald aan
tal vrouwelüke studenten gezorgd. Ook meisjes
van huishoudscholen komen in aanmerking
voor deelname.
De sanitaire afdeeling is in goede handen van
een dokter uit Diever, die geassisteerd wordt
door meerderejaars medische studenten.
Het werkkamp is verdeeld in twee etappen
van le«ler drie weken: van 11 Juli tot 31 Juli en
van 1 Augustus tot 21 Augustus.
Aanmelding kan geschieden bü «ien
secretaris, den heer O. G. L. J. Küster,
straat 15, Amsterdam (Z.), die tevens
alle
•w -veem «ie paratüiute. Max, en spring er
1X1 uit!” riep Short DavU. de piloot, z'n
vriend Max Carton den marconist toe,
Hü b«x>g zich voorover, hield z'n hand tegen
z'n kaak, waar pas een tand was uitgetrokken
en ging voort:
„Vooruit Max! Maak voort! We kunnen er
niet allebei uit met één parachute en de motor
houdt X niet lang meer uit. Schiet «>p!"
HU keek strak naar voren, en zocht, maar
vergeefs, naar een scheur in den mist, die hep
in de lucht had gehouden tot hun benzine op
was. Dat de groote monoplane zqlu neerstorten
en minstens één hunner er X leven bü zou in
schieten. was een kwestie van seconden. Nog
geen twee uren geleden waren ze opgestegen
met een in allerijl verzamelde lading genees-
en levensmiddelen voor de slachtoffers der
overstroomlng In Pennsylvanië. Ze hadden zich
daarbij niet den tüd gegund, hun tanks te vul
len, ze wisten, dat ze meer dan genoeg benzine
hadden voor him korte vlucht. En nu. nu wa
ren ze gevangen in dien mist, verdwaald, en
het radio-toestel wezkte niet meer; met maar
één parachute, en straks zou de machine vallen.
„Spring Jü er maar uit!” schreeuwde Max,
.geef X stuur hier! Ik hou 'm wel boven, tot ie
X heelemaal opgeeft.”
Uitdagend keek hü z'n vriend aan. Short
Davis keek om. Ze staarden elkaar in de oogen.
waarin te lezen stond, dat ze geen van beiden
zouden wüken.
„Wees niet kinderachtig. Max. neem de para
chute!" drong Short aan. X Is niet noodig, «lat
we alle twee verongelukken."
„Gelük heb je: nergens voor noodig. maar ik
blüf
Short Davis antwoordde niet. Hü keek recht
voor zich uit. Er kwam geen eind aan den mist
De motor sputterde, kuchte en begon tg stoo-
ten. Short dacht aan Margareth, de lieftallige
Margareth. Z'n lippen plooiden zich tot een
flauw lachje. Hü had zich gelukkig gevoeld tot
Max kwam. Max. die Margareth óók lief had
gekregen. Maar hun vriendschap had er niet
onder geleden. Het meisje, *oo hadden ze afge
sproken. moest vrü zün in haar keus. X Scheen
dat die keus op Max zou vallen. Deze had zich
onderstüielden bü een ongeluk, dat een ramp
zou zün geworden, als hü niet ztxiveel koelbloe
digheid en tegenwoordigheid van geest had ge
toond. Max was in Margareth's oogen eenheid!
En daarom wilde Max er niet uitspringen.
Short wist het. Max vreesde als een lafaard te
worden uitgekreten, omdat hü z'n vriend in den
steek had gelaten, zich zelf gered had ten koste
van z'n mededinger.
Short Davis keek tersluiks naar z'n vriend,
den marconist, die onbewogen op z'n plaats
zat. Eensklaps liet Short de handles los, stond
op en riep:
.Nier, pak aan!”
Opgeschrikt uit z'n gespannen
hoorzaamde Max en riep:
„Wat ga je doen?"
.Doen? Ik ga er een eind aan maken. Ik hou
X niet uit; als ik denk dat ik val, word ik gek.
Zie je dat?"
De piloot haalde een klein flescüije uit z'n
zak en hield het Max voor oogen. Op het etl
quet stond het woord: vergift, met een zwar
ten doodskop en gekruiste roode beenderen er
onder.
„Ik houd X niet uit!" gilde hü. „Sterf jü dan
maar in de machine vol vlammen; ik maak er
een eind aan!”
Hü bracht het fleschje aan z'n mond en
dronk van X bruine vocht, juist toen Max de
handles losliet en naar X fleschje greep. Het
vliegtuig kreeg een schok en dook. Short Davis
sloeg z'n armen wüd uit en viel op den vloer.
Met Inspanning van al z'n krachten richtte
Max de machine. Hü keek om naar Short. Die i
lag daar roerloos. Het fleschje was uit z'n vin
gers gerold en Max zag weer het dreigend
etiquet. Hü huiverde.
,jk geloof het niet!” fluisterde
„Short kin geen lafaard zün."
Hü stond op. Het koude zweet parelde op z'n
voorhoofd. Het was dwaas om in de machina
te blüven. De motor werkte nog sle«üits zwakjes.
De mist was nog ondoordringbaar. Snel gespte
hü de panuüiute om en opende de deur. Een
oogenblik staarde hü naar X beweglnglooae
lichaam van z’n vriend Toen, liet hü zich in
de ruimte neer. Het vliegtuig dook alsof het dol
geworden was. Een rukwind sloeg de «leur «licht.
OnmlddeUük kwam er leven in X lichaam, «lat
op den vltrer der cabine lag. Short Davis stond
op. greep de handels, wrong de machine om en
liet haar toen schieten.
Een grünslach gleed over zün bleek gezicht;
z'n tong ging naar de open ruimte in z'n be
nedenkaak. waar de tandarts den vorigen dag
getrokken had. Hü keek naar X fleschje op
den vloer. De tandarts had hem geraden, de
holte nu en dan uit te spoelen met een on
schuldig antiseptisch middeltje en hü had een
flesch er van gekocht. Maar die flesch was te
groot
hü
Voor het Intern. Eucharistisch Congres
volgend jaar in Boedapest gehouden wordt,
blykt een buitengewone belangstelling te
staan. Toen met de v«x>rbereidende werkzaam
heden werd begonnen dacht men wel dat er
op een groote deelname gerekend moest wor
den. Het is Immers reeds 14 jaar geleden se
dert er op het Europeesche vasteland een
Eucharistisch Congres werd gehouden. De cü-
fers betreffende de pelgrims die waarschijnlyk
uit Amerika zullen overkomen zün werkelük
verbluffend. Mgr. Shvoy, Bisschop van Stuhl-
Weissenburg die op het oogenblik een reis «toor
de Ver. Staten maakt om belangstelling te
wekken voor het Eucharistisch Congres in Boe
dapest wüst er op, dat men met de komst van
50.000 pelgrims uit Amerika rekening zal moe
ten houden. Reeds thans zün onderhandellngen
gaande ^usschen de groote scheepvaart-maat-
•chappüen "voor het massa-vervoer dezer con
gresgangers Voor «ie periode van half Mei 1938
«Ün reeds 12 tot 14 s«hepen gereserveerd.
Verschillende Hongaarsche gedelegeerden heb
ben alle landen van Europa bezocht om op de
groote beteekenis van het Eucharistisch Congres
te wüzen, «lat samenvalt met het Nationale
Eeuwfeest van den H. Stephanus, KonTng van
Hongarüe.
Ook het Hongaarsche volk is zich de groote
beteekenis van «ilt Congres volkomen bewust,
niet alleen met het oog op het groot aantal pel
grims dat bü die gelegenheid naar Boedapest
komt, maar ook verwacht men groote geestelü-
ke en moreele gevolgen en een opbloei van het
geloofsleven der Hongaarsche katholieken.
w j an de drie bloeiende Noord-AfrikB«nsch.e
steden, die in de oudheid de tri-polls
vormden, leeft er nog een, Oea. onder den
naam Tripolis verder. De beide andere, Leptis
Magna en Sabratha, gingen ten gronde, stier
ven uit en werden onder het woestünzand be-
dolven. Na een duizendjarigen slaap zullen hun
ruïnen nu door de Italianen worden bloot ge
legd
Wanneer men in het eenzame woestünland-
achap aan de kust de ruïnes ziet oprijzen, kan
men zich moellük v<x>rstellen, dat dit eetis een
rijk, zeer belangrijk deel van de oude wereld
was. Aan deze door Lybiërs en Berbers be
woonde kust stichtten reeds de Phoeniclërs hun
nederzettingen. waar zü ivoor, goud. struis-
veeren en slaven verhandelden. Hoe begeerig
men naar het bezit van het land was, blykt het
best uit zün geschiedenis: Na den val van Car
thago. in het jaar 146 vóór Christus, liet Rome
het gebied tüdelük aan den Numlschen koning
over, om het echter later in de Romeinsche pro
vincie .Africa Nova” te veraderen. Nog onder
Romeinsche heerschappü bloWe de neo-Punl-
•Che cultuur. Z«x> heeft b.v. de familie Septimus
Severus, die zooals bekend uit Leptis Magna
stamde, nog Punisch gesproken. Onder Dtocle-
tlanus werd de provincie .Numidia Tripolltana"
genoemd; in 455 viel zü in handen van de
Vandalen en in 533 werd het land door Beli
sarius voor Byzantium veroverd. Maar reeds in
644 onderwierpen de Arabieren het gebied, «iie
bij deze gelegenheid Leptis en Sabratha geheel
plunderden en den ondergang van het land be
zegelden. In het midden van de 12e eeuw oefen
den de Noormannen 15 jaren lang de heer
schappü uit en in 1510 veroverde Karel V het
land, om het daarna aan de van Rhodos ver
dreven Johanniter ridders ten geschenke te ge
ven. Maar reeds in 1551 begon de Turksche
heerschappü. waaraan eerst in 1912 door «Ie Ita
lianen een einde werd gemaakt. En sindsdien
is er voor dit in den meest waren zin van het
w«x>rd „verwoeste" land een tüd van nieuwen
bloei begonnen.
De belangstelling van de Italianen gaat na
tuur! ük hooftlzakelük uit naar de overblüfselen
uit den Romeinschen tüd. Romeinsche keizers,
zooals Marcus Aurelius, Commodus, Septimus
Severus, enz., schonken aan de Noord-Afrikaan-
sche steden schoone gebouwen, schitterende
straten en goede havens. Aan de kust verhieven
zich de schoone villa's en diep in «ie Sahara
vindt men nog Romeinsche grafkelders. Ter ge
legenheid van Mussolini's bezoek aan Lybië werd
de triomfboog van Marcus Aurelius in Tripolis
weer hersteld. Deze goed bewaard gebleven
poort ligt slechts weinige meters van de zee
kust verwüderd. In de oudheid verhief zich in
zijn nabüheid een tempel, welke aan de godin
Minerva gewijd was en waarvan nog schoone
marmer-rellefs bewaard gebleven zün. Op het
oogenblik wordt de achtergrond vaq den triomf
boog gevormd door de oude inboorlingenwük
NCDCML
he toe w
67