tKdwtóaal
van
De avonturen
Stan en Pol
van
den dag
I
F 750.-
AZEPOOT
HET RAADSEL VAN
DEN
Een belangrijke
brochure
Verleiding
WOENSDAG 23 JUNI 1937
l
Maya-schrift
Ka rd. Mundelein
,»A1 te stadig*’
DOOR THEO BLANKENSEE
IJ* met een laag
smeltpunt
87
1
Over Spanje
Poging tot ontraadseling
(Nadruk verboden»
be-
ontraadseling
En de Duitse he regeering
voor zün
**Txi I
heeft
een
Meester haalde de blaadjes weer op. Hü kon aan Jan's ge
zicht wel zien dat het meegevallen was. In zjjn vreugde over
van het schuine tafelblad op den grond.
4
bij levenslange geheele ongeschiktheid tot werken door
onbewogen
den
oogen
van
de goedgemaakte sommen, zwaaide Jan met zijn arm over het
tafelblad en o, wee. daar veegde hij zijn arm klein vriendje
Er volgde een plof Jan’s buurman zag hem voorzichtig buk
ken. Iets oprapen en naast hem neerzetten. „Wat doe jij raar"
zei hij tegen Jan. Deze schrok en zei: „Bemoei Je met Je eigen.
Daarna fluisterde hjj tegen Pol. „Neem me niet kwaljjk hoor.
Heb ik je pijn gedaan.
r
Pol. onzichtbaar, wreef zijn bezeerde knie, .Je moet wat voor
zichtiger zijn, zei hjj tegen Jan, want anders zou er wel eeru>
een groter ongeluk kunnen gebeuren. Jans buurman boog zich
over zUti bank heen, want hu vertrouwde het zaakje niet erg.
Jan wasj erg benauwd dat hü Pol er af zou gooien of het
ventje zou kunnen ontdekken.
„Hulle is maar al te stadig, al te stadig, bet
president Paul Krilger van die Nederlanders gesé.
..Toe ek geld wou hé vlr die Delagnahaaive spoor-
lyn stuur die Hollanders myn kabel om te aê dat
ck n bletjie geduld moes hé. want daar was
gerugte van oorlog En weet jullie wat ek ge
antwoord het? Ek het 'n telegram gestuur uit
Deuternomlum„Gü die uw goederen opbergt
op geruchten van oorlog, bergt ae op tot den
dag des oordeels, als wanneer er geen gerucht
van oorlog meer zal sUn.“
i Rudolf Hallstein
'ken op z’n kamer
■•ff te> rt «-
gain sa g meter »en
straathoeken e >tife
e naan met auto's en
andere voertuigen te>
gerwvoordlg verboden!
Mj verlies van een hand,
een voet of een oo*.
gehad hebben Afgezien van eenlge kleine ver
anderingen is dan ook de taal vrij goed be
waard gebleven Dat wil zeggen. zU spreken nog
precies eender als de oude Maya’s. Slechts de
kunst van het schrUven en lezen hebben zU
Intusschen verleerd.
sou de zaak niet
zoo erg zijn. Mis
schien laat nu mu
dan wel vrijuit
gaan! Ik ben dan
mUn betrekking
wel kwut, maar
bluf bulten de ge
in den dierentuin te Frankfort aa-\
den Main heeft men een der grootste
giraffen uit Kuropa. Dit geweldige dier
bereikt een hoogte van vijf meter
A I I 17 A ’Q blad zlJn de verzekenngsvoorwaarden tegen p* *7^0 b« levenslange geheele ongeschiktheid tot werken door 17 7^0 bij ongeval met P PRO
/Al «I Tl AK IllJI 1 IN F*, sj ongevallen verzekerd voor een der volgende uttkeerlngen tJV» verlies van belde armen, belde beenen of belde oogen vrVFe“ doodelljken afloop ssVVt
AANGIFTE MOET, OP STRAFFE VAN VERUES VAN ALLE RECHTEN, GESCHIEDEN UITERUJK DRIE MAAL VIER EN TWINTIG UUR NA HET ONGEVAL
.Dan weet ik genoeg. Ik dank u voor uwe
inlichtingen Mag ik nu misschien de kamer van
den overledene nog even zien?"
Daar aangekomen onderzocht Robbl eerst het
door Werner aangebrachte zegel en consta
teerde. dat dit nog onbeschadigd was.
„U kunt intusschen gerust uw gang gaan, en
als de politie komt om het Hjk gerechtelük te
vervoeren, wilt u hen wel hierheen sturen -
Mary Hallstain ging.
zal weten te houden, voor de belemmering in
den groei van een van belde stroomingen een
yraarborg zal willen en aal moeten zün. Het Is
om deze reden, dat ik de houding van een groot
aantal Spaansche katholieken, die zich hebben
uitgesproken ten gunste der Volksfrontregeerlng.
niet kan begrijpen of en dit is de uiterste
konsekwentie van deze houding niet anders
kan zien dan als een hardnekkig vasthouden
aan waarden. In wier deugdelijkheid In sociaal
en economisch opzicht een groot deel der
Spaansche bevolking moei! Uk meer kan geloo-
ven. dit op grond van de lange reeks van bit
tere ervaringen, opgedaan gedurende den tüd
dat deze waarden In Spanje voor gemeengoed
dóór gingen, en niet omdat, zooals de schrüver
van wlen men overigens geen objectief oor
deel In pollticis behoeft te verwachten be
weert. dat een aantal .militaire en fascistische
opstandelingen'' zou trachten aan de bewezen
hechtheid dier waarden te tomen. Want al be
rust hetgeen de heer Semprün mededeelt om
trent de ernstige nalatigheden. voornamelUk op
sociaal gebied, der Spaansche geestelükheid
grootendeels op waarheid, het staat tevens on-
omstootelUk ^yast. dat de regeering der Spaan
sche republl*! In gebreke bleef. In de door deze
fouten ontstane wantoestanden op afdoende
wUze, met de haar toch beschikbare middelen,
te voorzien. Een deel der sombere nalatenschap
van dictatuur en monarchie was het zeer groot
percentage aan analphabetlsme, de bestrUdlng
en beperking waarvan tot een minimum slechts
aan een volk ten goede kan komen. Welnu, wat
heeft de Spaansche regeering meer gedaan dan
een einde maken aan de spreekwoordelUk ge
worden armoede van den Spaanschen onder-
wUzer, door diens hongerloon van enkele pe
setas te veranderen in een behoorlUk salaris?
Het hier bedoelde gezegde bestaat werkelUk; in
het Spaansch luidt het: „tlene més hambre que
un maestro de escuela", de vertaling ervan is:
aanikng een asbooimeas»-1
EkL-
In den onhoudbaren toestand van het school-
wezen en de verschillende inrichtingen van
onderwijs zelf, werden maar weinig verbeterin
gen aangebracht. Daarentegen blUkt uit de
statistische gegevens voor begin 1936, dat de ka
tholieke of bUsondere school er. vooral in Madrid
en provincie, steeds op vooruit ging, voortdu-
rend naar expansie zocht en dat de organisaties
belast met de verbreiding van het onderwUs op
reeds in Januari 1923 U de dankbaarheid be
tuigd van bet Dultsche volk tg «tel ar prijs op
deze dankbetuiging te herhalen en tegelükertüd
strek Ik haar uit over de daarop gevolgde pe
riode gedurende welke Uw EminéMie op waar
lijk grootmoedige wUze hebt deelgenomen in de
verzachting van het leed In Duitachland. Dat
deze boeken, welke in Duitachland zUn samen
gesteld en ernstige Dultsche wetenschapwbieden.
aan allen, die ze zien en lezen, mogen verkon
digen. dat het Dultsche volk altijd hun gedach
tig is. die In den dienst der naastenliefde zUn
lijden en zün nood hebben gelenigd.”
Dat het Dultsche volk In zün geheel even
min als eenlg ander volk ter wereld ooit zün
weldoeners zou miskennen of zelfs maar ver
geten. weigeren wü te gelooven, aoo slechts aan
één voorwaarde is voldaan: dat het nageslacht
over het lüden en strüden van het voorgeslacht
op de juiste wUze wordt ingelicht.
Dat er nog ooit een tüd zou komen, dat het
laatste niet zou gebeuren en dat een weldoener
van het Dultsche volk door een Dultsche re
geering gehoond sou worden, kon men tien jaar
geleden niet weten.
AJs ik ronduit beken dat ik er met de vüftien
honderd pond vandoor wil gaan, dacht Jim dan
I
Robbl opende nu de deur en daarna direct ook
de beide vensters. De frissche lucht en geur van
planten en bloemen stroomden naar binnen.
Ook Robbl constateerde op het eerste gezicht,
dat de verslagene onverhoeds en van achter
aangevallen was geworden. Volgde Robbl het
spoor terugop. dan moest de moordenaar even
voor z'n gruwelüke daad In Edith Beuth's
kamer geweest zün, had daar den dolk geno-
jnen en was toen hierheen geslopen, met de
kennelüke bedoeling om te dooden. De moorde
naar moest derhalve met de inrichting van dit
huis vertrouwd zün. anders had hü bezwaarlük
den dolk kunnen vinden.
Nu besteedde Robbl z'n aandacht aan het
schrüfbureau. Alles lag hier aoo precies afge
meten op z'n plaats, als slechts voorkomt, wan
neer het bureau zelden of nooit gebruikt wordt.
De inkt was büna totaal opgedroogd.
Dit klopte dus niet met de bewering van me
vrouw Hallstein, volgens welke
zich veertien dagen of drie wel
opsloot, om ongestoord te kunnen schrUven.
De schuifladen bleken afgesloten te zün. zoo-
dat de detective eerst de sleutels diende op te
zoeken. HU knielde naast het luk neer en
achtereenvolgens kwamen te voorschün een por-
temonnale met geld, een zakmes, een leege porte
feuille. een étui met naamkaartjes en paspoorten
en uit een der vestzakken een ring met kleine
sleuteltjes. Deze laatste bleken van het schrijf
bureau te zün. In de laden lag niets dat van
eenlge beteekenls was. De meeste waren leeg,
in één er van bevonden zich een potje lijm.
w w r anneer men asm koolzuurgas door af-
Vy koeling veel warmte onttrekt, kan het
vloeibaar gemaakt worden en daarna
zelfs in vasten toestand gebracht worden, de
zg. koolzuursneeuw. Deze koolzuursneeuw heeft
een zeer lage temperatuur (-90 gr Bovendien
is ae -Met duur en ook niet moellük te verkrijgen.
Vloeibare koolzuur wordt in groote cylinders
in den handel gebracht Wanneer men uit
zulk een cylinder, schuin nasu* beneden gehou
den. vloeibaar koolzuur laat stroomen in een
je of een wollen deken, dan verdampt een
'wr mt "MBH rekt HlIgWMWHtowl
warmte, dat die rest als een vaste stof de
l overgt iux nide.-MOlgUVrap^qw, gf^irblüft
vooe koel technische doeleinden zou deze stof
piWchtlge diensten kunnen bewijaen, ware het
niet, dat ze een eigenschap bezat die haar daar
toe toch weer ongeschikt maakt ze Vervluchtigt
namelük te snel.
Dfarom perst men deze sneeuw onder hoogen
druk tot blokken. In dezen vorm verdampt dit
vast koolzuur slechts langzaam In den hsmdel
gebracht onder den naam droog jjs heeft het
zich spoedig een vrij groote bekendheid verwor
ven en zün weg gevonden naar tal van bedrü-
ven als blerbrouwerUen, slachthuizen enz.
Voor korten tüd heeft het hier echter
concurrent gekregen in üs met een smelt
punt van -20 gr Dit büzondere üs wordt verkre
gen. doordat men een sterk geconcentreerde pe-
keloplosslng tot bevriezen brengt.
Dit tjs kan weliswaar niet voor het bereiden
van üsdranken gebruikt worden, maar in koel
kasten en koelwagens kan men er veel lagere
temperaturen mee bereiken dan tot nu toé.
Voor koelkasten in dienst van onze normale
huishoudingen heeft het gebruik van dit üs geen
zin. doch het bedrUfsleven zal het ongetwijfeld
dankbaar aanvaarden
I
„U zoudt m« enkele vragen kunnen beant
woorden."
.Daartoe ben ik gaarne bereid
-Wie is toch eigenlUk die Brulio?"
Mary Hallstein verbleekte:
«Hoe komt u aan dien naam?"
-Wel. toen Wilhelm Köhler gisteravond bin-
nentrad. hebt u hem toch bü vergissing zoo ge
doemd?"
•Js dat dan van zoo groot belang?"
.Dat niet," gaf Robbl ontwijkend 'ten ant
woord. „U zag Wilhelm Köhler öp 't eerste ge
dicht voor een ander aan, is t niet zoo?"
„Inderdaad zoo is t. Ik zag trouwens zelf in.
t een vergissing was.”
-Maar wie is dan de echte Emilio?"
Zoo heette m|jn eerste verloofde, Emilio
Afrerez: hü is echter in Brazilië geatorven."
-Daar valt niet aan te twüfelen?”
-Wat stelt u toch zonderlinge vragen! Natuur-
y »*lt daar niet aan te twüfelen; hü is al
*«en dood."
n het seminarie van St. Mary of the Lake te
Madison op een afstand van ongeveer 60
K M van Chicago, bevindt zich een noten
houten boekenkast met meer dan 100 deelen
In prachtband van wit varkensleer gebonden.
Een inscriptie op deze boekenkast geeft aan,
dat dit alles- is een: Eeregift van de Dultsche
Regeering..
Tien jaar geleden, aldus de Universe, bood
de toenmalige Dultsche Rükskanseller deze
kast en deze boeken Kardinaal Mundelein aan
als een dankbare erkenning voor zün „ware
christelüke naastenliefde.”
In den brief, van welken hü zün schenking
vWgeMUf» dééd' W***.’ •cHMW’ W «MMUrr'
Uwe anlim>0k deze boekenkast en haar tnhoud
moge beschqig^mM iu igdtuueMlig ttefcsw van - -
den grooten en oprechten dank, welken het
Dultsche volk U verschuldigd is. daar U in de
moeilüke na-oorlogsjaren met ware christelüke
naastenliefde zulk een onvermoeibaar mede
leven hebt getoond in het lüden van de groote
massa In Dtiitschland en voornamelUk in dat
van de ondervoede Dultsche kinderen.
Een müner voorgangers in dit ambt
„Weet u niet aan wien die brieven geadree
seerd waren?”
.Dat kan ik me niet herinneren. Was altijd
aan een ander adres, maar altüd poste restante.”
..En Rudolf Hallstein had nooit post, als hü
na een onzichtbare periode weer voor den dag
kwam?"
Nooit"
„Wanneer verdween hü voor de laatste maal?”
.Dit is geweest, ongeveer einde Mei of begin
Juni. Toen zagen we hem in geen vier weken."
„U weet den datum niet precies?"
Neen, zoo precies niet'
..Bent u gisteren in den namiddag op de
logeerkamer geweest?"
„Tegen twee uur Mevrouw Beuth had me
gebeld en zü zelde. dat ae vrat wilde slapen en
niet gestoord wilde worden. Omdat ik toen toch
niets te doen had. ging ik op mijn beurt ook
“n uiltje knappen, in de keuken."
.Juist Hebt u er misschien nog op gelet, of
de Malelsche dolk nog in de schede stak?”
.Die ivoren hazenpoot?"
Ja"
.Die was er nog.”
„Hebt u heel den middag door geslapen?"
.Ja, 't was warm."
„Waar was de keukenmeid?"
„Op haar kamer Ze schreef een brief
haar familie.
„Hoe laat werd u wakker?”
,Dat zal tegen half zes geweest zün, toen me
vrouw ons de verschrikkelijke boodschap kwam
brengen
vangenls! Jim dacht en zweette, hü was tot
stlkkens toe benauwd.
De man tegenover hem haalde zün horloge
voor den dag.
„Nog vier minuten." eet hü- „Ellendig, dat
lange wachten!"
Jim Oaklands keek hem een oogenblik aan.
Alles draalde voor zün oogen. IMn greep hü
de tasth. die vlak naast hem stond, smeet het
portier open en sprong den coupé uit. Als een
waanzinnige rende hü het perron over, naar den
uitgang Zenuwachtig aocht hü naar zün kaartje
vond het tenslotte la zün portemonnaie en
duwde het den beambte in de hand.
,jUs u nog op tüd terug wilt zün. moet u zich
haasten, münheer!" riep deze hem na Jim
Oaklands boorde hem niet. Drie, vier treden
tegelük sprong hü de trap af, wierp zich in een
taxi en schreeuwde den verbaasden chauffeur
het adres toe.
„Gered.” jubelde het 1» hem. toen bü »*n den
vloer opkrabbelde en voor op de kussens ging
zitten Met alle onverwachte wendingen en
kronkelingen, een taxi eigen, snorde Jim Oak-
lands naar de Regentstreet, waar hü voor bet
onooglüke kantoor van de firma Benahor uit
stapte.
„Zoo bent u daar elndeiuk. münheer Oak
lands?” brome de patroon. „Ik vind, dat u nog
al lang weggebleven bent Ik wilde al naar de
bank telefoneeren! U ziet er miserabel uit. wat
scheelt u?”....
„Ik heb het ontzettend warm....” steunde
Jim Oaklands. „Ziet ft. münheer, vüftien hon
derd pond precies!"
Misschien trachtte hü wel naam te maken
als romanschrüver en heeft hü de manuscripten
allemaal verzonden.”
.Dat is heel goed mogelljk. Wie bracht z’n
correspondentie naar de post?”
„Tjaik meen dat Franz daarmee belast
was."
„U weet, met welk wapen uw echtgenoot ver
moord is geworden en ook waar dat wapen van
daan gehaald ia?"
.Ja
.Hoe laai kwam Edith Beuth bü de in den
salon?"
„Even over vüf Zü zei. dat ze geslapen had."
.Bemerkte u niets opvallends aan haar, of was
zü volkomen rustig?" vroeg de detective verder
„Ik kon niets aan haar merken."
„U verdenkt niemand?"
„Neen"
.Hoeveel toegangen heeft dit slot?”
„Eén. langs welke u binnengekomen bent"
.Dus door de deur komt men in de corridor,
vlakbü is de trappenhall en daarnaast de
logeerkamer Is dat juist?"
doordringende
detective.
„Een treffende gelükenis tusschen twee per
sonen komt zeker wel meer voor,” merkte Robbl
op. .Dan zon ik graag van u willen weten, of u
met zekerheid kunt zeggen, dat de brief, welken
de commissaris u gisteren liet zien. Inderdaad
door uw overleden echtgenoot geschreven is."
,Ja. Het was zün hand
„Uw echtgenoot verliet dit slot nooit?”
.Nooit”
„U alleen mocht z'n kamer betreden, als bü
zich voor enkele weken
.Ja."
„Wat deed hü dan?"
,Jk weet 1 niet”
..Als u hem z'n maaltüden bracht, waar was
hü dan mee bezig?"
,HÜ zat steeds aan z'n schrüfbureau.”
Hebt u er ooit op aangedrongen, dat hü z'n
kamer voor 'n paar uurtjes zou verlaten, om wat
frissche lucht te hebben en de kamer te reini
gen?”
.Ja. maar daar lette hü nog niet eens op. HU
at wat ik hem bracht, en dan kon ik weer ver
trekken
„Gelooft u. dat hü al dien tüd schreef?"
„Ik moet zulks wel veronderstellen.”
„Liet hü u nimmer iets van zün werk zien?”
.Nooit”
„Vroeg u daar ook nooit naar?"
„Verscheidene malen heb ik daar op aange
drongen, maar ik kreeg zelfs geen antwoord."
.HU moet in dien tüd heel wat geschreven
Mary Hallstein ontweek 14 «tew woesdsn del hebben. Waar liet bü dat allemaal?”
u de uitgeverij .De Gemeenschap" te Bllt-
1-4 hoven verscheen onlangs in brochurevorm
Lr ae Nederlandsche vertaling van het ook in
Katholieke dag- en weekbladen al eens gesig
neerde. zeer belangrüke .artikel, dat de heer
josé Maria de Semprün y Gurrea, vertegen
woordiger der regeering van Valencia te Den
Kaag, onder den titel „La question d’Espagne
gieonnue”. liet opnemen in een der laatste afle
veringen van het katholieke Fransche tfjd-
eehrift .Espritjrg. 1936. Bü de Nederlandsche
uitgave, die .Ben Katholiek Spanjaard over
Spanje" heet, schreef de bekende hispanist Dr.
J. Brouwer een kort voorbericht, waarin hü
vooral wüst op het feit, dat „velen ondanks
de gecompliceerdheid van het Spaansche pro
bleem tegen alle eischen van voorzichtigheid
en redelükheid in een beslissend oordeel over
feiten en toestemden hebben uitgesproken
en anderen opgelegd zonder voldoende kennis
van inzicht." HU gaf deze brochure een aanbe
veling mee. omdat, meent hü zeer terecht, „de
religie alleen met de waarheid, gerechtigheid
«n eerbied voor den naaste kan worden gediend”.
Behalve een bewonderenswaardlge bijdrage
tot de kennis, dieper en grondiger, van bepaalde
faastten der Spaansche volksziel, b.v. hoe het
apaansche volk zün geloof ondergaat, hoe het,
sneller dan de gedachte, meedoogenloos reageert
op al wat In Katholiek Spanje het Christendom
naar de letter neemt en niet naar den geest en
boe dit volk, tenslotte want armoede kkn een
voorrecht zün! veel dichter bü een zuivere
beleving van het Christendom staat dan men
ZOO oppervlakkig wel zou meenen. behalve een
ziet oprechtheid en katholieke overtuiging ge
schreven introductie tot deze, voor niet-Span
jaarden en onlngewüden welhaast ontoeganke
lijke uithoeken der Spaansche psyche, wil dit
boekje óók zün: een aannemelüker uiteenzetting
der eigenlüke oorzaken en het zün er vele,
zeer vele, vooral wanneer men. zooals de schrü
ver doet. Spanje’s tragiek mede in het onder
zoekt betrekt van den bloedlgen broederstrijd,
die er nu toch reeds langer dan tien maanden
gaande is. In hoever schrüvers zlenswüze. steeds
waar deze den louter polltleken kant van de zaak
betreft. afwUkt van die, welke sommige katho
lieken. die met de Spaansche toestanden van
vóór den burgeroorlog niet geheel onbekend
zün. plegen te aanvaarden op waarlUk niet
minder reëele gronden van eveneens onloochen
bare feiten, kan en mag niet worden nagegaan,
zonder eerst te wüzen op de aanwezigheid van
bepaalde factoren, die den schrüver ten dienste
stonden en het uitgangspunt vormden voor de
conclusies aan het eind van zün boek.
Op blz 14 dan merkt hü scherp op, dat het
een karakteristieke eigenschap Is van de Span
jaarden om te overdrüven. Een klein détail;
maar dat zeker niemand, die met Sevlljanen
heeft mogen omgaan, zal onderschatten: bü de
eerste, oppervlakkige kennismaking met deze
Zuid-Spanjaarden. krügt men al te vaak het
onaangename gevoel beleedigd te worden, zon
der dat daarvoor eenlgerlel reden bestaat; pas
later, als men heeft geleerd, de uitingen van
deze menschen te ontdoen van haar te veel aan
overdrijving, surplus aan leven, zou men haast
willen zeggen, wordt de omgang normaal en de
„beleediglng" niet meer gevoeld. Op deze ka
rakteristiek baseert de schrüver den volgenden,
als voorlichting bedoelden passus:
„In leder land van Europa zou een aanval
tegen de Kerk een duidelük teeken van gods
diensthaat zün. In Spanje kan het een ruwe
manier züraMBEMEBNBIBMHVfWMW^MMHif
geven of een middel om ztch aTdOend te bevei
ligen tegen min of^jneer denkbeeldige gevaren.
Ik wil dergelijke handelingen In t geheel niet
rechtvaardigen. Ik stel er echter prüs op met
een zuiver geweten te verklaren, dat zü niet be
antwoorden of niet behoeven te beantwoor
den aan de geestesgesteldheid, waaruit zü
schünen voort te komen, en dat het een groote
dwaling zou zün om ze buiten hun verband te
willen beoordeelen volgens een criterium, dat
voor andere landen geldig Is". Tegen deze mee
ting van den heer Semprün y Gurrea, die hier
mede bewijst de Spaanschheid van het conflict
niet uit het oog te verliezen, kan hoegenaamd
niets worden ingebracht; men zou er slechts
aan willen toevoegen, dat zü ook geldt bü de
beoordeellng door de Spanjaarden van bepaalde
antl-godsdlenstlge stroomingen communisme,
anarchisme welke beoordeellng dan, op z'n
minst, overdreven gunstig moet zün geweest.
Want niet alleen in den aanval, doch ook In
den büval pléegt de Spanjaard te overdrijven.
De heer de Semprün heeft deze mogelijkheid
niet over het haofd gezien: op blz. 34 schrijft
hü: .het communisme is op 't oogenblik (Octo
ber 1936) In Spanje zeker niet het gevaar van
het oogenblik”. En inderdaad, op het moment
van het uitbreken van den burgeroorlog, was
het aantal werkelüke communisten ongeveer
even groot als dat der echte fascisten, d.wx.
Verhoudingsgewüs zeer gering De voor den In
houd van zün boekje zoo beslissende karak
teristiek geldt voor het geheele Spaansche volk
al blüft men geneigd de Basken. wier gees
telijk leven naar bulten een aanmerkelük. gun
stig te noemen verschil vertoont met dat der
bewoners van Zuld-Spanje. er buiten te houden
zoodat men mag aannemen, dat. waar de
•anhankelükheld der Spanjaarden voor het
oommunlsme geringer Is dan zü. zelfs op het
«ogenblik, lükt, het Spaansche fascisme, op
dezelfde wüze tot zijn ware proporties terugge
bracht. evenmin zoo gevaarlük Is als de schrijver
wel wil doen vóórkomen en dat In belde ge
vallen het Spaansche volk het juiste midden
christelüken grondslag geen kans onbenut he
ten voor het stichten van nieuwe scholen Hler-
bü valt nog op te merken, dat de Staat jaarlüks
per schoolkind 225.60 pesetas noodlg bad. ter-
wül de katholieken, bü zuiniger beheer, voor
ieder kind niet meer dan 159 pesetas per jaar
behoefden uit te geven. Kort na de verkiezingen
van 16 Februari moesten deze scholen van re-
geeringswege worden gesloten, waardoor aan
het büzonder onderwijs een gevoelige slag
werd toegebracht, dien het allerminst had ver-,
diend. Nu beweert de schrüver dat zü. die het
raderwerk der contrarevolutie in beweging
brsuhten. in het beleid der regeering t a. v. de
Kerk en hare instellingen, moeilik voldoende
reden kannen hebben gevonden voor een oorlog
als de Spaansche er eene is. Om dit te bewijzen
merkt hü op. dat het. tot kort voor het uitbre
ken van den strijd, in Madrid betrekkelük en
in Barcelona selfs zeer rustig was en dat men
in de Paaschweek ongehinderd zün kerkelUken
- plicht kon vervullen. Dit laatste kan ik niet
anders dan bevestigen, er was zelfs voor politie
toezicht gezorgd. Op zichzelf
zün deze feiten van geringe
Op het jaarlüksche congres van de Anthro-
pologlsche Vereenlglng te Parijs werd medege
deeld, dat het B. L. Whorf. een nog betrekke
lük Jong geleerde, gelukt was. het geheim van
het tot nog toe volkomen raadselachtige Maya-
schrift op het spoor te komen.
WU1 er slechts drie boeken uit den Maya-
tüd tot ons gekomen zün. Is de bestudeerlng
van dit schrift natuurlük zeer moellük Be
doelde drie boeken liggen in Parijs. Dresden
en Madrid, Whorf heeft deze boeken grondig
bestudeerd. Ander dan dit materiaal, dat ook
aan vroegere onderzoekers bekend was. stond
hem niet ten dienste. Bü de bestudeerlng ging
hü echter van een geheel andere these uit.
Hü Het zich niet beïnvloeden door het feit,
dat de Spaansche bisschop Landa steeds hard
nekkig beweerd had. dat het Maya-alphabet uit
27 letters bestond. Whorf was veeleer van mee-
nlng. dat er bü de Maya's geen sprake was
van een letterschrift, maar wel van een pho-
netlsch schrift
VUftlg Jaren lang waren namelük alle Pin
gen. om het schrift met behulp van het alpha
bet van bisschop Landa te ontraadselen mis
lukt. Met behulp van het phonetlsche schrift
systeem echter en aan de hand van bepaalde
hypothesen, welke later bevestigd werden,
maakte Whorf snelle vorderingen.
Op het oogenblik kan men reeds een hon
derdtal geschreven woorden, dus samenstellin
gen uit phonetlsche teekens. lezen en verklaren.
Maar men heeft nog met eenlge Interessante
moeilükheden te kampen. Voor hetzelfde
grip schiepen namelük de Maya's verschillende
teekens Maar in leder geval heeft men nu de
eerste etappe bü de ontraadseling van het
Maya-schrift bereikt.
Thans heeft Whorf zich tot taak gesteld, het
Maya-schrift te leeren leaen. dwz ook defjuls-
te uitspraak te beheerschen Daarbü heeft
Whorf het intusschen veel gemakkelüker dan
de geleerden, die zich met andere oude talen
bezighouden. Want tenslotte wonen er in Yu
catan en in de aangrenzende gebieden nog
steeds een paar honderd Maya's, die met de
in een ander 'n paar boeken, meest reislectuur
De onderste lade verdiende echter meer aan
dacht. Robbl vond daarin *n stapeltje bankpa
pier. meest Fransche en Engelsche biljetten. Ook
n klein, groen strookje papier, achteloos samen-
gefrommeld. De detective vouwde het voorzichtig
open, las het met niet geringe verbazing en legde
het voorzichtig in z'n portefeuille, terwül hü het
geld liet liggen. Hü opende nu ook nog even het
geheime vak. Robbl stond even te peinzen. Het
was den moordenaar blükbaar te doen geweest
om den Inhoud van dit vakje, want het geld had
hü onaangeroerd laten liggen. *n Roofmoord
was dus uitgesloten Maar wat kon dan wql de
drüfveer tot dese gruwelüke daad geweest zün?
Robbl geloofde niet, dat hü In deze kamer nog
lets van belang zou kunnen ontdekken, behalve
dan het kleine, groene strookje papier, dat hü
In z'n portefeuille geborgen had
Zoojuist was een politle-auto gearriveerd, om
het lük te vervoeren. Robbl volgde de belde
dragers tot bü den uitgang en zag de twee be
dienden van Hallstein in den tuin, waar zü een
praatje maakten.
„Wie van u Is Franz Herbet?" vroeg hü-
„Dat ben ik. meneer
.Zorgt u niet altüd voor de jyost?"
.Ja. dat wil zeggen, als er post is. Maar dat
gebeurt maar zelden.”
Moest u dan niet vaak groote stukken naar
het postkantoor brengen, als meneer Hallstein
zich zoo eens voor ‘n paar weken onzichtbaar
had gemaakt?”
„Neen wel togen den tijd dat hü zooiets van
et had' Jim Oaklands geen hoofdbrekens
gekost om den datum van zün vacantie
te bepalen. Het was even gemakkelük ge
gaan als alle voorgaande vier en twintig jaren
Jim Oaklands Het het aan zün patroon over
Jim Oaklands had al kopeorg genoeg hoe Ml
elke week de eindjes aan elkaar moest knoopen
En wie maakt er dan vacantleplannen?
Toch dacht Jim Oaklands wel eens, hoe
heerlük het moest zün aoo’n volle week, zeven
dagen lang, „buiten” te zün. .Bulten”, dat was
overal waar niets hem aan Blrmlngshare. het
kantoor van mr Harold Samstroog en mevr
Oaklands en de drie kinderen kon herinneren.
Dan zou hü vrü zün en kunnen doen en laten
wat hü «elf wilde. De vrijheid zou voor Jim
Oaklands dagen van ongestoord viachgenot be-
lee kenen En daar hunkerde hü naar, want
mevr. Oaklands meende dat een getrouwde man
en vader al zün vrijen tüd aan tiaar züde moest
doorbrengen En daar bleef het bü
Op zün wekelükschen tocht naar de plaat-
selüke bankinstelling piekerde Jim Oaklands
over vacantie en visschen en dat deed hü nog
toen hü voor het loket stond en wachtte op
1500 pond sterling.
„Warm weertje, münheer Oaklands,” zuchtte
de employé, toen hü aanstalten maakte het
bedrag in banknoten uit te tellen
„En of!” beaamde Jim.
„Prachtig weer om op vacantie te gaan. Nog
vjjf dagen en dan is het gelukkig aoo ver.”
.Boo?" weifelde Jim Oaklands
„Ja. dan ga ik een weekje naar Schotland.
Schitterend is het daar!” Een vreugdeglans
kwam op het bolronde kale hoofd van den be
diende.
„Hm,” was het eenlge. dat Jim Oaklands Het
hooren In gedachte maakte hü het reisje, zooals
hü vond, dat het wel zün moest. Toen de ander
zei: „Ziet u wel. münheer Oaklands,
vüftien honderd pond", schrok hü. zei auto
matisch „dank u wel" en stak het geld bü zich.
Binnen tien minuten had een taxi hem aan
het station gebracht. Een kaartje koopen was
het werk van een oogenblik. En nu zat Jim
Oaklands in den trein, die binnen enkele mi
nuten moest vertrekken. In den coupé zat Jim
Oaklands alleen, half verscholen achter een
gordüntje De raampjes had hü open gezet.
Maar de frissche wind bracht den eenzamen
reiziger geen koelte, het zweet perste zich door
alle poriën.
I> deurknop khkte omlaag Jim Oaklands had
een fata morgana van een vacantieweek In
Schotland.
„Plaats vrü." een breed-geschouderde man
stond in de deuropening, keek even naar Jim en
duwde dan een city-bag naar binnen. Een
oogenblik later volgde hü aelf, hügend en trans-
plreerend.
„Goeden middag." Een zakdoek verborg zün
gezicht voor enkele oogenbllkken.
Jim groette verlegen terug en wachtte tot
de zakdoek «Un verkwikkend werk had gedaan
Dan keek hü mede-passagler schuw aan
en schrok. Waar ter wereld had hü dat ge
zicht eerder gezien? Nu ging Jim's bereisdheid
niet verder dan Blrmlngshlre, zoodat hü met
zün conclusie gauw gereed was: die man was
van de politie, een rechercheur. Was hü het
niet geweest, die den diefstal bü Ouardaon had
weten op te helderen. Neen, dat was een ander
omliggende wereld zoo goed als geen contact geweest. Maar hü had dien bank looper, die er
met tweeduizend pond van door was gegaan,
weten te grijpen! Een rilling kroop over Jim
Oaklands’ rug tot aan zün boordenknoopje. Jim
voelde, dat hü van pompoenrood lükbleek werd,
hü zat als een rat in een val. Geknipt. Jim
bonsde het door zün hersenen en nu eerst drong zakje
'Ilët tot 9!hi DMMnds dó&-. 8at hü eerf*HHM«S'
begaan had.
1 <1 in. beweging was. WUratt»
tnan tegenover hem een paar handboeien voor
den dag halen en danWaarom ben je
ook zoo dom geweest. Jim?” verweet hü zich zelf
„Zoo slecht had Je het toch niet bü je patroon
En Je vrouw en je kinderenWat een schan-
7de.... vreeselük."
Jlm s mede passagier haalde een tüdschrift 1
uit zün binnenzak. Als gefascineerd keek Jim
Oaklands er naar In een oogopslag had hü bet
herkend het poUUefclad! Mlaschlen
Maar dat is onzin. Jim. trachtte hü meteen
zich zelf te kalmeeren. Pas een kwartier ge
leden kwam je van de bank, er is nog niet
sens aangifte gedaan!
En toch waqz die man verdachtdat was
een poUtle-agent. Waarom maakte hü nu toch
geen einde aan die ondraaglüke spanning? Waar
om haalde hü zün boelen niet voor den dag
Waarom «ei hü niet -In naam der wet. gü «Ut
mün gevangene”?
echter,
t want
de middelen om de Kerk te bestrijden zün vele
al wil Ik hiermee niet beweren, dat de Span
jaarden hun toevlucht zouden hebben genomen
tot de meest achünheillge en wat. tenslotte,
de rust In de hoofdstad betreft, mü wil het
vóórkomen, dat zü een stilte vóór den storm is
geweest, een angst voor wat gebeuren ging, ge
beuren moest en die viel af te lezen van het
voorhoofd van lederen Spanjaard Men onder
scheidde de politieke richtingen elgenlük niet
meer, nam. om zoo te zeggen, slechts één enkele
richting waar: die naar de catastrophe, die naar
Spanje's ruïne.
Het Ujkt zeer aannemelük. zooals de heer
de Semprün het doet, de anarchisten aanspra-
kelük te stellen voor de terreurdaden, welke
vóór en tüdena den burgeroorlog werden ge
pleegd, temeer waar men mag aanvoeren „dat
leder Spanjaard een zekere dosis anarchie in
zich omdraagt" (blz. 35). Bedenkelük echter
wordt deze stelling, wanneer men haar zou
gaan toepassen op het geval-Calvo Sotelo. Im
mers. deze staatsman werd gearresteerd en af
gemaakt door twaalf stormgardlsten en een ka
pitein van de civiele garde In een offlcleelen
aanvalswagen. s
Ik héb deze brochure belangrijk genoemd.
En zü is dat Inderdaad. Niet om de beschuldi
gingen over en weer. Evenmin cm de onaan-
vechtbaarheld van veel wat er in beweerd wordt
Neen, belangrük is dit kleine boekje in hoofd
zaak om de laatste. onvergetelUke bladzüden.
waar de schrüver zün keuze: het Spaansche
volk, motiveert en die alleen geschreven kunnen
zün door een echt Christen. Maar waarom,
vraag ik, is het noodzakelük. het volk, dat deze
keuze waard is. een donkeren troostelooaen ach
tergrond te geven? M. L.