tKdwtóaal van De avonturen Stan en Pol van den dag I F 750.- AZEPOOT HET RAADSEL VAN DEN Een belangrijke brochure Verleiding WOENSDAG 23 JUNI 1937 l Maya-schrift Ka rd. Mundelein ,»A1 te stadig*’ DOOR THEO BLANKENSEE IJ* met een laag smeltpunt 87 1 Over Spanje Poging tot ontraadseling (Nadruk verboden» be- ontraadseling En de Duitse he regeering voor zün **Txi I heeft een Meester haalde de blaadjes weer op. Hü kon aan Jan's ge zicht wel zien dat het meegevallen was. In zjjn vreugde over van het schuine tafelblad op den grond. 4 bij levenslange geheele ongeschiktheid tot werken door onbewogen den oogen van de goedgemaakte sommen, zwaaide Jan met zijn arm over het tafelblad en o, wee. daar veegde hij zijn arm klein vriendje Er volgde een plof Jan’s buurman zag hem voorzichtig buk ken. Iets oprapen en naast hem neerzetten. „Wat doe jij raar" zei hij tegen Jan. Deze schrok en zei: „Bemoei Je met Je eigen. Daarna fluisterde hjj tegen Pol. „Neem me niet kwaljjk hoor. Heb ik je pijn gedaan. r Pol. onzichtbaar, wreef zijn bezeerde knie, .Je moet wat voor zichtiger zijn, zei hjj tegen Jan, want anders zou er wel eeru> een groter ongeluk kunnen gebeuren. Jans buurman boog zich over zUti bank heen, want hu vertrouwde het zaakje niet erg. Jan wasj erg benauwd dat hü Pol er af zou gooien of het ventje zou kunnen ontdekken. „Hulle is maar al te stadig, al te stadig, bet president Paul Krilger van die Nederlanders gesé. ..Toe ek geld wou hé vlr die Delagnahaaive spoor- lyn stuur die Hollanders myn kabel om te aê dat ck n bletjie geduld moes hé. want daar was gerugte van oorlog En weet jullie wat ek ge antwoord het? Ek het 'n telegram gestuur uit Deuternomlum„Gü die uw goederen opbergt op geruchten van oorlog, bergt ae op tot den dag des oordeels, als wanneer er geen gerucht van oorlog meer zal sUn.“ i Rudolf Hallstein 'ken op z’n kamer ■•ff te> rt «- gain sa g meter »en straathoeken e >tife e naan met auto's en andere voertuigen te> gerwvoordlg verboden! Mj verlies van een hand, een voet of een oo*. gehad hebben Afgezien van eenlge kleine ver anderingen is dan ook de taal vrij goed be waard gebleven Dat wil zeggen. zU spreken nog precies eender als de oude Maya’s. Slechts de kunst van het schrUven en lezen hebben zU Intusschen verleerd. sou de zaak niet zoo erg zijn. Mis schien laat nu mu dan wel vrijuit gaan! Ik ben dan mUn betrekking wel kwut, maar bluf bulten de ge in den dierentuin te Frankfort aa-\ den Main heeft men een der grootste giraffen uit Kuropa. Dit geweldige dier bereikt een hoogte van vijf meter A I I 17 A ’Q blad zlJn de verzekenngsvoorwaarden tegen p* *7^0 b« levenslange geheele ongeschiktheid tot werken door 17 7^0 bij ongeval met P PRO /Al «I Tl AK IllJI 1 IN F*, sj ongevallen verzekerd voor een der volgende uttkeerlngen tJV» verlies van belde armen, belde beenen of belde oogen vrVFe“ doodelljken afloop ssVVt AANGIFTE MOET, OP STRAFFE VAN VERUES VAN ALLE RECHTEN, GESCHIEDEN UITERUJK DRIE MAAL VIER EN TWINTIG UUR NA HET ONGEVAL .Dan weet ik genoeg. Ik dank u voor uwe inlichtingen Mag ik nu misschien de kamer van den overledene nog even zien?" Daar aangekomen onderzocht Robbl eerst het door Werner aangebrachte zegel en consta teerde. dat dit nog onbeschadigd was. „U kunt intusschen gerust uw gang gaan, en als de politie komt om het Hjk gerechtelük te vervoeren, wilt u hen wel hierheen sturen - Mary Hallstain ging. zal weten te houden, voor de belemmering in den groei van een van belde stroomingen een yraarborg zal willen en aal moeten zün. Het Is om deze reden, dat ik de houding van een groot aantal Spaansche katholieken, die zich hebben uitgesproken ten gunste der Volksfrontregeerlng. niet kan begrijpen of en dit is de uiterste konsekwentie van deze houding niet anders kan zien dan als een hardnekkig vasthouden aan waarden. In wier deugdelijkheid In sociaal en economisch opzicht een groot deel der Spaansche bevolking moei! Uk meer kan geloo- ven. dit op grond van de lange reeks van bit tere ervaringen, opgedaan gedurende den tüd dat deze waarden In Spanje voor gemeengoed dóór gingen, en niet omdat, zooals de schrüver van wlen men overigens geen objectief oor deel In pollticis behoeft te verwachten be weert. dat een aantal .militaire en fascistische opstandelingen'' zou trachten aan de bewezen hechtheid dier waarden te tomen. Want al be rust hetgeen de heer Semprün mededeelt om trent de ernstige nalatigheden. voornamelUk op sociaal gebied, der Spaansche geestelükheid grootendeels op waarheid, het staat tevens on- omstootelUk ^yast. dat de regeering der Spaan sche republl*! In gebreke bleef. In de door deze fouten ontstane wantoestanden op afdoende wUze, met de haar toch beschikbare middelen, te voorzien. Een deel der sombere nalatenschap van dictatuur en monarchie was het zeer groot percentage aan analphabetlsme, de bestrUdlng en beperking waarvan tot een minimum slechts aan een volk ten goede kan komen. Welnu, wat heeft de Spaansche regeering meer gedaan dan een einde maken aan de spreekwoordelUk ge worden armoede van den Spaanschen onder- wUzer, door diens hongerloon van enkele pe setas te veranderen in een behoorlUk salaris? Het hier bedoelde gezegde bestaat werkelUk; in het Spaansch luidt het: „tlene més hambre que un maestro de escuela", de vertaling ervan is: aanikng een asbooimeas»-1 EkL- In den onhoudbaren toestand van het school- wezen en de verschillende inrichtingen van onderwijs zelf, werden maar weinig verbeterin gen aangebracht. Daarentegen blUkt uit de statistische gegevens voor begin 1936, dat de ka tholieke of bUsondere school er. vooral in Madrid en provincie, steeds op vooruit ging, voortdu- rend naar expansie zocht en dat de organisaties belast met de verbreiding van het onderwUs op reeds in Januari 1923 U de dankbaarheid be tuigd van bet Dultsche volk tg «tel ar prijs op deze dankbetuiging te herhalen en tegelükertüd strek Ik haar uit over de daarop gevolgde pe riode gedurende welke Uw EminéMie op waar lijk grootmoedige wUze hebt deelgenomen in de verzachting van het leed In Duitachland. Dat deze boeken, welke in Duitachland zUn samen gesteld en ernstige Dultsche wetenschapwbieden. aan allen, die ze zien en lezen, mogen verkon digen. dat het Dultsche volk altijd hun gedach tig is. die In den dienst der naastenliefde zUn lijden en zün nood hebben gelenigd.” Dat het Dultsche volk In zün geheel even min als eenlg ander volk ter wereld ooit zün weldoeners zou miskennen of zelfs maar ver geten. weigeren wü te gelooven, aoo slechts aan één voorwaarde is voldaan: dat het nageslacht over het lüden en strüden van het voorgeslacht op de juiste wUze wordt ingelicht. Dat er nog ooit een tüd zou komen, dat het laatste niet zou gebeuren en dat een weldoener van het Dultsche volk door een Dultsche re geering gehoond sou worden, kon men tien jaar geleden niet weten. AJs ik ronduit beken dat ik er met de vüftien honderd pond vandoor wil gaan, dacht Jim dan I Robbl opende nu de deur en daarna direct ook de beide vensters. De frissche lucht en geur van planten en bloemen stroomden naar binnen. Ook Robbl constateerde op het eerste gezicht, dat de verslagene onverhoeds en van achter aangevallen was geworden. Volgde Robbl het spoor terugop. dan moest de moordenaar even voor z'n gruwelüke daad In Edith Beuth's kamer geweest zün, had daar den dolk geno- jnen en was toen hierheen geslopen, met de kennelüke bedoeling om te dooden. De moorde naar moest derhalve met de inrichting van dit huis vertrouwd zün. anders had hü bezwaarlük den dolk kunnen vinden. Nu besteedde Robbl z'n aandacht aan het schrüfbureau. Alles lag hier aoo precies afge meten op z'n plaats, als slechts voorkomt, wan neer het bureau zelden of nooit gebruikt wordt. De inkt was büna totaal opgedroogd. Dit klopte dus niet met de bewering van me vrouw Hallstein, volgens welke zich veertien dagen of drie wel opsloot, om ongestoord te kunnen schrUven. De schuifladen bleken afgesloten te zün. zoo- dat de detective eerst de sleutels diende op te zoeken. HU knielde naast het luk neer en achtereenvolgens kwamen te voorschün een por- temonnale met geld, een zakmes, een leege porte feuille. een étui met naamkaartjes en paspoorten en uit een der vestzakken een ring met kleine sleuteltjes. Deze laatste bleken van het schrijf bureau te zün. In de laden lag niets dat van eenlge beteekenls was. De meeste waren leeg, in één er van bevonden zich een potje lijm. w w r anneer men asm koolzuurgas door af- Vy koeling veel warmte onttrekt, kan het vloeibaar gemaakt worden en daarna zelfs in vasten toestand gebracht worden, de zg. koolzuursneeuw. Deze koolzuursneeuw heeft een zeer lage temperatuur (-90 gr Bovendien is ae -Met duur en ook niet moellük te verkrijgen. Vloeibare koolzuur wordt in groote cylinders in den handel gebracht Wanneer men uit zulk een cylinder, schuin nasu* beneden gehou den. vloeibaar koolzuur laat stroomen in een je of een wollen deken, dan verdampt een 'wr mt "MBH rekt HlIgWMWHtowl warmte, dat die rest als een vaste stof de l overgt iux nide.-MOlgUVrap^qw, gf^irblüft vooe koel technische doeleinden zou deze stof piWchtlge diensten kunnen bewijaen, ware het niet, dat ze een eigenschap bezat die haar daar toe toch weer ongeschikt maakt ze Vervluchtigt namelük te snel. Dfarom perst men deze sneeuw onder hoogen druk tot blokken. In dezen vorm verdampt dit vast koolzuur slechts langzaam In den hsmdel gebracht onder den naam droog jjs heeft het zich spoedig een vrij groote bekendheid verwor ven en zün weg gevonden naar tal van bedrü- ven als blerbrouwerUen, slachthuizen enz. Voor korten tüd heeft het hier echter concurrent gekregen in üs met een smelt punt van -20 gr Dit büzondere üs wordt verkre gen. doordat men een sterk geconcentreerde pe- keloplosslng tot bevriezen brengt. Dit tjs kan weliswaar niet voor het bereiden van üsdranken gebruikt worden, maar in koel kasten en koelwagens kan men er veel lagere temperaturen mee bereiken dan tot nu toé. Voor koelkasten in dienst van onze normale huishoudingen heeft het gebruik van dit üs geen zin. doch het bedrUfsleven zal het ongetwijfeld dankbaar aanvaarden I „U zoudt m« enkele vragen kunnen beant woorden." .Daartoe ben ik gaarne bereid -Wie is toch eigenlUk die Brulio?" Mary Hallstein verbleekte: «Hoe komt u aan dien naam?" -Wel. toen Wilhelm Köhler gisteravond bin- nentrad. hebt u hem toch bü vergissing zoo ge doemd?" •Js dat dan van zoo groot belang?" .Dat niet," gaf Robbl ontwijkend 'ten ant woord. „U zag Wilhelm Köhler öp 't eerste ge dicht voor een ander aan, is t niet zoo?" „Inderdaad zoo is t. Ik zag trouwens zelf in. t een vergissing was.” -Maar wie is dan de echte Emilio?" Zoo heette m|jn eerste verloofde, Emilio Afrerez: hü is echter in Brazilië geatorven." -Daar valt niet aan te twüfelen?” -Wat stelt u toch zonderlinge vragen! Natuur- y »*lt daar niet aan te twüfelen; hü is al *«en dood." n het seminarie van St. Mary of the Lake te Madison op een afstand van ongeveer 60 K M van Chicago, bevindt zich een noten houten boekenkast met meer dan 100 deelen In prachtband van wit varkensleer gebonden. Een inscriptie op deze boekenkast geeft aan, dat dit alles- is een: Eeregift van de Dultsche Regeering.. Tien jaar geleden, aldus de Universe, bood de toenmalige Dultsche Rükskanseller deze kast en deze boeken Kardinaal Mundelein aan als een dankbare erkenning voor zün „ware christelüke naastenliefde.” In den brief, van welken hü zün schenking vWgeMUf» dééd' W***.’ •cHMW’ W «MMUrr' Uwe anlim>0k deze boekenkast en haar tnhoud moge beschqig^mM iu igdtuueMlig ttefcsw van - - den grooten en oprechten dank, welken het Dultsche volk U verschuldigd is. daar U in de moeilüke na-oorlogsjaren met ware christelüke naastenliefde zulk een onvermoeibaar mede leven hebt getoond in het lüden van de groote massa In Dtiitschland en voornamelUk in dat van de ondervoede Dultsche kinderen. Een müner voorgangers in dit ambt „Weet u niet aan wien die brieven geadree seerd waren?” .Dat kan ik me niet herinneren. Was altijd aan een ander adres, maar altüd poste restante.” ..En Rudolf Hallstein had nooit post, als hü na een onzichtbare periode weer voor den dag kwam?" Nooit" „Wanneer verdween hü voor de laatste maal?” .Dit is geweest, ongeveer einde Mei of begin Juni. Toen zagen we hem in geen vier weken." „U weet den datum niet precies?" Neen, zoo precies niet' ..Bent u gisteren in den namiddag op de logeerkamer geweest?" „Tegen twee uur Mevrouw Beuth had me gebeld en zü zelde. dat ae vrat wilde slapen en niet gestoord wilde worden. Omdat ik toen toch niets te doen had. ging ik op mijn beurt ook “n uiltje knappen, in de keuken." .Juist Hebt u er misschien nog op gelet, of de Malelsche dolk nog in de schede stak?” .Die ivoren hazenpoot?" Ja" .Die was er nog.” „Hebt u heel den middag door geslapen?" .Ja, 't was warm." „Waar was de keukenmeid?" „Op haar kamer Ze schreef een brief haar familie. „Hoe laat werd u wakker?” ,Dat zal tegen half zes geweest zün, toen me vrouw ons de verschrikkelijke boodschap kwam brengen vangenls! Jim dacht en zweette, hü was tot stlkkens toe benauwd. De man tegenover hem haalde zün horloge voor den dag. „Nog vier minuten." eet hü- „Ellendig, dat lange wachten!" Jim Oaklands keek hem een oogenblik aan. Alles draalde voor zün oogen. IMn greep hü de tasth. die vlak naast hem stond, smeet het portier open en sprong den coupé uit. Als een waanzinnige rende hü het perron over, naar den uitgang Zenuwachtig aocht hü naar zün kaartje vond het tenslotte la zün portemonnaie en duwde het den beambte in de hand. ,jUs u nog op tüd terug wilt zün. moet u zich haasten, münheer!" riep deze hem na Jim Oaklands boorde hem niet. Drie, vier treden tegelük sprong hü de trap af, wierp zich in een taxi en schreeuwde den verbaasden chauffeur het adres toe. „Gered.” jubelde het 1» hem. toen bü »*n den vloer opkrabbelde en voor op de kussens ging zitten Met alle onverwachte wendingen en kronkelingen, een taxi eigen, snorde Jim Oak- lands naar de Regentstreet, waar hü voor bet onooglüke kantoor van de firma Benahor uit stapte. „Zoo bent u daar elndeiuk. münheer Oak lands?” brome de patroon. „Ik vind, dat u nog al lang weggebleven bent Ik wilde al naar de bank telefoneeren! U ziet er miserabel uit. wat scheelt u?”.... „Ik heb het ontzettend warm....” steunde Jim Oaklands. „Ziet ft. münheer, vüftien hon derd pond precies!" Misschien trachtte hü wel naam te maken als romanschrüver en heeft hü de manuscripten allemaal verzonden.” .Dat is heel goed mogelljk. Wie bracht z’n correspondentie naar de post?” „Tjaik meen dat Franz daarmee belast was." „U weet, met welk wapen uw echtgenoot ver moord is geworden en ook waar dat wapen van daan gehaald ia?" .Ja .Hoe laai kwam Edith Beuth bü de in den salon?" „Even over vüf Zü zei. dat ze geslapen had." .Bemerkte u niets opvallends aan haar, of was zü volkomen rustig?" vroeg de detective verder „Ik kon niets aan haar merken." „U verdenkt niemand?" „Neen" .Hoeveel toegangen heeft dit slot?” „Eén. langs welke u binnengekomen bent" .Dus door de deur komt men in de corridor, vlakbü is de trappenhall en daarnaast de logeerkamer Is dat juist?" doordringende detective. „Een treffende gelükenis tusschen twee per sonen komt zeker wel meer voor,” merkte Robbl op. .Dan zon ik graag van u willen weten, of u met zekerheid kunt zeggen, dat de brief, welken de commissaris u gisteren liet zien. Inderdaad door uw overleden echtgenoot geschreven is." ,Ja. Het was zün hand „Uw echtgenoot verliet dit slot nooit?” .Nooit” „U alleen mocht z'n kamer betreden, als bü zich voor enkele weken .Ja." „Wat deed hü dan?" ,Jk weet 1 niet” ..Als u hem z'n maaltüden bracht, waar was hü dan mee bezig?" ,HÜ zat steeds aan z'n schrüfbureau.” Hebt u er ooit op aangedrongen, dat hü z'n kamer voor 'n paar uurtjes zou verlaten, om wat frissche lucht te hebben en de kamer te reini gen?” .Ja. maar daar lette hü nog niet eens op. HU at wat ik hem bracht, en dan kon ik weer ver trekken „Gelooft u. dat hü al dien tüd schreef?" „Ik moet zulks wel veronderstellen.” „Liet hü u nimmer iets van zün werk zien?” .Nooit” „Vroeg u daar ook nooit naar?" „Verscheidene malen heb ik daar op aange drongen, maar ik kreeg zelfs geen antwoord." .HU moet in dien tüd heel wat geschreven Mary Hallstein ontweek 14 «tew woesdsn del hebben. Waar liet bü dat allemaal?” u de uitgeverij .De Gemeenschap" te Bllt- 1-4 hoven verscheen onlangs in brochurevorm Lr ae Nederlandsche vertaling van het ook in Katholieke dag- en weekbladen al eens gesig neerde. zeer belangrüke .artikel, dat de heer josé Maria de Semprün y Gurrea, vertegen woordiger der regeering van Valencia te Den Kaag, onder den titel „La question d’Espagne gieonnue”. liet opnemen in een der laatste afle veringen van het katholieke Fransche tfjd- eehrift .Espritjrg. 1936. Bü de Nederlandsche uitgave, die .Ben Katholiek Spanjaard over Spanje" heet, schreef de bekende hispanist Dr. J. Brouwer een kort voorbericht, waarin hü vooral wüst op het feit, dat „velen ondanks de gecompliceerdheid van het Spaansche pro bleem tegen alle eischen van voorzichtigheid en redelükheid in een beslissend oordeel over feiten en toestemden hebben uitgesproken en anderen opgelegd zonder voldoende kennis van inzicht." HU gaf deze brochure een aanbe veling mee. omdat, meent hü zeer terecht, „de religie alleen met de waarheid, gerechtigheid «n eerbied voor den naaste kan worden gediend”. Behalve een bewonderenswaardlge bijdrage tot de kennis, dieper en grondiger, van bepaalde faastten der Spaansche volksziel, b.v. hoe het apaansche volk zün geloof ondergaat, hoe het, sneller dan de gedachte, meedoogenloos reageert op al wat In Katholiek Spanje het Christendom naar de letter neemt en niet naar den geest en boe dit volk, tenslotte want armoede kkn een voorrecht zün! veel dichter bü een zuivere beleving van het Christendom staat dan men ZOO oppervlakkig wel zou meenen. behalve een ziet oprechtheid en katholieke overtuiging ge schreven introductie tot deze, voor niet-Span jaarden en onlngewüden welhaast ontoeganke lijke uithoeken der Spaansche psyche, wil dit boekje óók zün: een aannemelüker uiteenzetting der eigenlüke oorzaken en het zün er vele, zeer vele, vooral wanneer men. zooals de schrü ver doet. Spanje’s tragiek mede in het onder zoekt betrekt van den bloedlgen broederstrijd, die er nu toch reeds langer dan tien maanden gaande is. In hoever schrüvers zlenswüze. steeds waar deze den louter polltleken kant van de zaak betreft. afwUkt van die, welke sommige katho lieken. die met de Spaansche toestanden van vóór den burgeroorlog niet geheel onbekend zün. plegen te aanvaarden op waarlUk niet minder reëele gronden van eveneens onloochen bare feiten, kan en mag niet worden nagegaan, zonder eerst te wüzen op de aanwezigheid van bepaalde factoren, die den schrüver ten dienste stonden en het uitgangspunt vormden voor de conclusies aan het eind van zün boek. Op blz 14 dan merkt hü scherp op, dat het een karakteristieke eigenschap Is van de Span jaarden om te overdrüven. Een klein détail; maar dat zeker niemand, die met Sevlljanen heeft mogen omgaan, zal onderschatten: bü de eerste, oppervlakkige kennismaking met deze Zuid-Spanjaarden. krügt men al te vaak het onaangename gevoel beleedigd te worden, zon der dat daarvoor eenlgerlel reden bestaat; pas later, als men heeft geleerd, de uitingen van deze menschen te ontdoen van haar te veel aan overdrijving, surplus aan leven, zou men haast willen zeggen, wordt de omgang normaal en de „beleediglng" niet meer gevoeld. Op deze ka rakteristiek baseert de schrüver den volgenden, als voorlichting bedoelden passus: „In leder land van Europa zou een aanval tegen de Kerk een duidelük teeken van gods diensthaat zün. In Spanje kan het een ruwe manier züraMBEMEBNBIBMHVfWMW^MMHif geven of een middel om ztch aTdOend te bevei ligen tegen min of^jneer denkbeeldige gevaren. Ik wil dergelijke handelingen In t geheel niet rechtvaardigen. Ik stel er echter prüs op met een zuiver geweten te verklaren, dat zü niet be antwoorden of niet behoeven te beantwoor den aan de geestesgesteldheid, waaruit zü schünen voort te komen, en dat het een groote dwaling zou zün om ze buiten hun verband te willen beoordeelen volgens een criterium, dat voor andere landen geldig Is". Tegen deze mee ting van den heer Semprün y Gurrea, die hier mede bewijst de Spaanschheid van het conflict niet uit het oog te verliezen, kan hoegenaamd niets worden ingebracht; men zou er slechts aan willen toevoegen, dat zü ook geldt bü de beoordeellng door de Spanjaarden van bepaalde antl-godsdlenstlge stroomingen communisme, anarchisme welke beoordeellng dan, op z'n minst, overdreven gunstig moet zün geweest. Want niet alleen in den aanval, doch ook In den büval pléegt de Spanjaard te overdrijven. De heer de Semprün heeft deze mogelijkheid niet over het haofd gezien: op blz. 34 schrijft hü: .het communisme is op 't oogenblik (Octo ber 1936) In Spanje zeker niet het gevaar van het oogenblik”. En inderdaad, op het moment van het uitbreken van den burgeroorlog, was het aantal werkelüke communisten ongeveer even groot als dat der echte fascisten, d.wx. Verhoudingsgewüs zeer gering De voor den In houd van zün boekje zoo beslissende karak teristiek geldt voor het geheele Spaansche volk al blüft men geneigd de Basken. wier gees telijk leven naar bulten een aanmerkelük. gun stig te noemen verschil vertoont met dat der bewoners van Zuld-Spanje. er buiten te houden zoodat men mag aannemen, dat. waar de •anhankelükheld der Spanjaarden voor het oommunlsme geringer Is dan zü. zelfs op het «ogenblik, lükt, het Spaansche fascisme, op dezelfde wüze tot zijn ware proporties terugge bracht. evenmin zoo gevaarlük Is als de schrijver wel wil doen vóórkomen en dat In belde ge vallen het Spaansche volk het juiste midden christelüken grondslag geen kans onbenut he ten voor het stichten van nieuwe scholen Hler- bü valt nog op te merken, dat de Staat jaarlüks per schoolkind 225.60 pesetas noodlg bad. ter- wül de katholieken, bü zuiniger beheer, voor ieder kind niet meer dan 159 pesetas per jaar behoefden uit te geven. Kort na de verkiezingen van 16 Februari moesten deze scholen van re- geeringswege worden gesloten, waardoor aan het büzonder onderwijs een gevoelige slag werd toegebracht, dien het allerminst had ver-, diend. Nu beweert de schrüver dat zü. die het raderwerk der contrarevolutie in beweging brsuhten. in het beleid der regeering t a. v. de Kerk en hare instellingen, moeilik voldoende reden kannen hebben gevonden voor een oorlog als de Spaansche er eene is. Om dit te bewijzen merkt hü op. dat het. tot kort voor het uitbre ken van den strijd, in Madrid betrekkelük en in Barcelona selfs zeer rustig was en dat men in de Paaschweek ongehinderd zün kerkelUken - plicht kon vervullen. Dit laatste kan ik niet anders dan bevestigen, er was zelfs voor politie toezicht gezorgd. Op zichzelf zün deze feiten van geringe Op het jaarlüksche congres van de Anthro- pologlsche Vereenlglng te Parijs werd medege deeld, dat het B. L. Whorf. een nog betrekke lük Jong geleerde, gelukt was. het geheim van het tot nog toe volkomen raadselachtige Maya- schrift op het spoor te komen. WU1 er slechts drie boeken uit den Maya- tüd tot ons gekomen zün. Is de bestudeerlng van dit schrift natuurlük zeer moellük Be doelde drie boeken liggen in Parijs. Dresden en Madrid, Whorf heeft deze boeken grondig bestudeerd. Ander dan dit materiaal, dat ook aan vroegere onderzoekers bekend was. stond hem niet ten dienste. Bü de bestudeerlng ging hü echter van een geheel andere these uit. Hü Het zich niet beïnvloeden door het feit, dat de Spaansche bisschop Landa steeds hard nekkig beweerd had. dat het Maya-alphabet uit 27 letters bestond. Whorf was veeleer van mee- nlng. dat er bü de Maya's geen sprake was van een letterschrift, maar wel van een pho- netlsch schrift VUftlg Jaren lang waren namelük alle Pin gen. om het schrift met behulp van het alpha bet van bisschop Landa te ontraadselen mis lukt. Met behulp van het phonetlsche schrift systeem echter en aan de hand van bepaalde hypothesen, welke later bevestigd werden, maakte Whorf snelle vorderingen. Op het oogenblik kan men reeds een hon derdtal geschreven woorden, dus samenstellin gen uit phonetlsche teekens. lezen en verklaren. Maar men heeft nog met eenlge Interessante moeilükheden te kampen. Voor hetzelfde grip schiepen namelük de Maya's verschillende teekens Maar in leder geval heeft men nu de eerste etappe bü de ontraadseling van het Maya-schrift bereikt. Thans heeft Whorf zich tot taak gesteld, het Maya-schrift te leeren leaen. dwz ook defjuls- te uitspraak te beheerschen Daarbü heeft Whorf het intusschen veel gemakkelüker dan de geleerden, die zich met andere oude talen bezighouden. Want tenslotte wonen er in Yu catan en in de aangrenzende gebieden nog steeds een paar honderd Maya's, die met de in een ander 'n paar boeken, meest reislectuur De onderste lade verdiende echter meer aan dacht. Robbl vond daarin *n stapeltje bankpa pier. meest Fransche en Engelsche biljetten. Ook n klein, groen strookje papier, achteloos samen- gefrommeld. De detective vouwde het voorzichtig open, las het met niet geringe verbazing en legde het voorzichtig in z'n portefeuille, terwül hü het geld liet liggen. Hü opende nu ook nog even het geheime vak. Robbl stond even te peinzen. Het was den moordenaar blükbaar te doen geweest om den Inhoud van dit vakje, want het geld had hü onaangeroerd laten liggen. *n Roofmoord was dus uitgesloten Maar wat kon dan wql de drüfveer tot dese gruwelüke daad geweest zün? Robbl geloofde niet, dat hü In deze kamer nog lets van belang zou kunnen ontdekken, behalve dan het kleine, groene strookje papier, dat hü In z'n portefeuille geborgen had Zoojuist was een politle-auto gearriveerd, om het lük te vervoeren. Robbl volgde de belde dragers tot bü den uitgang en zag de twee be dienden van Hallstein in den tuin, waar zü een praatje maakten. „Wie van u Is Franz Herbet?" vroeg hü- „Dat ben ik. meneer .Zorgt u niet altüd voor de jyost?" .Ja. dat wil zeggen, als er post is. Maar dat gebeurt maar zelden.” Moest u dan niet vaak groote stukken naar het postkantoor brengen, als meneer Hallstein zich zoo eens voor ‘n paar weken onzichtbaar had gemaakt?” „Neen wel togen den tijd dat hü zooiets van et had' Jim Oaklands geen hoofdbrekens gekost om den datum van zün vacantie te bepalen. Het was even gemakkelük ge gaan als alle voorgaande vier en twintig jaren Jim Oaklands Het het aan zün patroon over Jim Oaklands had al kopeorg genoeg hoe Ml elke week de eindjes aan elkaar moest knoopen En wie maakt er dan vacantleplannen? Toch dacht Jim Oaklands wel eens, hoe heerlük het moest zün aoo’n volle week, zeven dagen lang, „buiten” te zün. .Bulten”, dat was overal waar niets hem aan Blrmlngshare. het kantoor van mr Harold Samstroog en mevr Oaklands en de drie kinderen kon herinneren. Dan zou hü vrü zün en kunnen doen en laten wat hü «elf wilde. De vrijheid zou voor Jim Oaklands dagen van ongestoord viachgenot be- lee kenen En daar hunkerde hü naar, want mevr. Oaklands meende dat een getrouwde man en vader al zün vrijen tüd aan tiaar züde moest doorbrengen En daar bleef het bü Op zün wekelükschen tocht naar de plaat- selüke bankinstelling piekerde Jim Oaklands over vacantie en visschen en dat deed hü nog toen hü voor het loket stond en wachtte op 1500 pond sterling. „Warm weertje, münheer Oaklands,” zuchtte de employé, toen hü aanstalten maakte het bedrag in banknoten uit te tellen „En of!” beaamde Jim. „Prachtig weer om op vacantie te gaan. Nog vjjf dagen en dan is het gelukkig aoo ver.” .Boo?" weifelde Jim Oaklands „Ja. dan ga ik een weekje naar Schotland. Schitterend is het daar!” Een vreugdeglans kwam op het bolronde kale hoofd van den be diende. „Hm,” was het eenlge. dat Jim Oaklands Het hooren In gedachte maakte hü het reisje, zooals hü vond, dat het wel zün moest. Toen de ander zei: „Ziet u wel. münheer Oaklands, vüftien honderd pond", schrok hü. zei auto matisch „dank u wel" en stak het geld bü zich. Binnen tien minuten had een taxi hem aan het station gebracht. Een kaartje koopen was het werk van een oogenblik. En nu zat Jim Oaklands in den trein, die binnen enkele mi nuten moest vertrekken. In den coupé zat Jim Oaklands alleen, half verscholen achter een gordüntje De raampjes had hü open gezet. Maar de frissche wind bracht den eenzamen reiziger geen koelte, het zweet perste zich door alle poriën. I> deurknop khkte omlaag Jim Oaklands had een fata morgana van een vacantieweek In Schotland. „Plaats vrü." een breed-geschouderde man stond in de deuropening, keek even naar Jim en duwde dan een city-bag naar binnen. Een oogenblik later volgde hü aelf, hügend en trans- plreerend. „Goeden middag." Een zakdoek verborg zün gezicht voor enkele oogenbllkken. Jim groette verlegen terug en wachtte tot de zakdoek «Un verkwikkend werk had gedaan Dan keek hü mede-passagler schuw aan en schrok. Waar ter wereld had hü dat ge zicht eerder gezien? Nu ging Jim's bereisdheid niet verder dan Blrmlngshlre, zoodat hü met zün conclusie gauw gereed was: die man was van de politie, een rechercheur. Was hü het niet geweest, die den diefstal bü Ouardaon had weten op te helderen. Neen, dat was een ander omliggende wereld zoo goed als geen contact geweest. Maar hü had dien bank looper, die er met tweeduizend pond van door was gegaan, weten te grijpen! Een rilling kroop over Jim Oaklands’ rug tot aan zün boordenknoopje. Jim voelde, dat hü van pompoenrood lükbleek werd, hü zat als een rat in een val. Geknipt. Jim bonsde het door zün hersenen en nu eerst drong zakje 'Ilët tot 9!hi DMMnds dó&-. 8at hü eerf*HHM«S' begaan had. 1 <1 in. beweging was. WUratt» tnan tegenover hem een paar handboeien voor den dag halen en danWaarom ben je ook zoo dom geweest. Jim?” verweet hü zich zelf „Zoo slecht had Je het toch niet bü je patroon En Je vrouw en je kinderenWat een schan- 7de.... vreeselük." Jlm s mede passagier haalde een tüdschrift 1 uit zün binnenzak. Als gefascineerd keek Jim Oaklands er naar In een oogopslag had hü bet herkend het poUUefclad! Mlaschlen Maar dat is onzin. Jim. trachtte hü meteen zich zelf te kalmeeren. Pas een kwartier ge leden kwam je van de bank, er is nog niet sens aangifte gedaan! En toch waqz die man verdachtdat was een poUtle-agent. Waarom maakte hü nu toch geen einde aan die ondraaglüke spanning? Waar om haalde hü zün boelen niet voor den dag Waarom «ei hü niet -In naam der wet. gü «Ut mün gevangene”? echter, t want de middelen om de Kerk te bestrijden zün vele al wil Ik hiermee niet beweren, dat de Span jaarden hun toevlucht zouden hebben genomen tot de meest achünheillge en wat. tenslotte, de rust In de hoofdstad betreft, mü wil het vóórkomen, dat zü een stilte vóór den storm is geweest, een angst voor wat gebeuren ging, ge beuren moest en die viel af te lezen van het voorhoofd van lederen Spanjaard Men onder scheidde de politieke richtingen elgenlük niet meer, nam. om zoo te zeggen, slechts één enkele richting waar: die naar de catastrophe, die naar Spanje's ruïne. Het Ujkt zeer aannemelük. zooals de heer de Semprün het doet, de anarchisten aanspra- kelük te stellen voor de terreurdaden, welke vóór en tüdena den burgeroorlog werden ge pleegd, temeer waar men mag aanvoeren „dat leder Spanjaard een zekere dosis anarchie in zich omdraagt" (blz. 35). Bedenkelük echter wordt deze stelling, wanneer men haar zou gaan toepassen op het geval-Calvo Sotelo. Im mers. deze staatsman werd gearresteerd en af gemaakt door twaalf stormgardlsten en een ka pitein van de civiele garde In een offlcleelen aanvalswagen. s Ik héb deze brochure belangrijk genoemd. En zü is dat Inderdaad. Niet om de beschuldi gingen over en weer. Evenmin cm de onaan- vechtbaarheld van veel wat er in beweerd wordt Neen, belangrük is dit kleine boekje in hoofd zaak om de laatste. onvergetelUke bladzüden. waar de schrüver zün keuze: het Spaansche volk, motiveert en die alleen geschreven kunnen zün door een echt Christen. Maar waarom, vraag ik, is het noodzakelük. het volk, dat deze keuze waard is. een donkeren troostelooaen ach tergrond te geven? M. L.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Noord-Hollandsch Dagblad : ons blad | 1937 | | pagina 3