‘SMwtfwA can den dag De avonturen van Stan en Pol X E" •feit F 250.- I I Uit onzen grooten woordenschat MIVA krachtig MISSIE machtig M'! hl HET RAADSEL VAN DEN AZEPOOT HEREXAMEN x VERKEERS-ORDENING i Si K3’ DOE DIT ndÓlT. ZATERDAG 26 JUNI 1937 ONS PRIJSRAADSEL V /a „Beter naar den zin** De vreemdeling Oplossing vorig raadsel in Berlijn Kath. Dem. Partij Mr. Peters treedt af Prijswinnaars Het nieuwe raadsel 'o. DOOR THEO BLANKENSEE Onze puzzelaars kunnen zich - thans met een invulraadsel bezig houden i 4 /S'. G. Z <P. J? Taak voor den nieuwen Waterstaatsminister btj werUea van een hand, een voet et een oog. De eerste litteraire avond I eeveeseeeeeeeeeeease»»»! wonérs waren zeker even kleinburgeriyk als de menschen van het stadje, waar hy vroeger ge woond had. De Krugers? Ja, die vormden waar- schyniyk een heele uitzondering. ATT T7 A ‘’P blad z^n tokens® de verzekeringsvoorwaarden tegen p *7^0 by levenslange geheele ongeschiktheid tot werken door p bU ongeval met I al rVDv/llllLi O ongevallen verzekerd voor een der volgende uitkeerlngen WV« verlies van belde armen, belde beenen of belde oogen doodeiyken afloop AANGIFTE MOET, OP STRAFFE VAN VERUES VAN ALLE RECHTEN. GESCHIEDEN UITERLIJK DRIE MAAL VIÈR EN TWINTIG UUR NA HET ONGEVAL X X ,Ï6 X X X hand het wederzydsche gevoel, vreemden voor X X X X X X X X X Ik X X X X altijd zoo ernstig?" onderbrak de als voor i Inderdaad is de ordening van het verkeer den (Nadruk verboden) <56 96 Meester begreep er niets van Misschien schaamt hij zich, dat Jan slaakte een zucht van verlichting. Voorloopig was alles in hij nog met poppen speelt, dacht hy. Hij greep in Jans lesse- geweest. Toen meester om twaalf uur de klas had uitgelaten. zei hy tot Jan. zat Jan daar nog in de bank. Pol zat by hem. bij levenslange geheele ongeschiktheid tot werken door Er staat ons toch niets niet werd hij vermoord," IX. spoor gaf u aanleiding hierheen te (Vfordt vervolgd) naar, maar vond natuurlijk niets." jy blijft om twaalf uur maar eens in school om alles op te helderen en die pop te vertoonen,” orde. Weldra zat Pol weer onzichtbaar op Jan's lessenaar. En de taalles verliep even vlot als met de sommen hef geval was Daar was meester weer terug. .Nu Jan, vroeg hy vriendelyk. vertel me nu eens wgar je die pop gelaten hebt. „Jan kreeg een kleur. „Het was geen pop, mijnheer. .Geen pop," vroeg meester verbaasd. Wat was het dan. „Een kabouter, mynheer." E O uiterst bank Het remplaceerwerk moest als volgt worden Verricht: /z. wy Rudolf er 1®, I X Uitbundig O n b 1 I 1 y k Eenzydig Onhandig Gevoelvol Bevredigd Behoorlijk Vermagerd Vernageld Bezadigd Trouwhartig Verzekerd - Onbreekbaar Beschouwend Older de inzenders van een goede oplossing worden weer zes fraaie prijzen verloot. Oplossingen worden tot Donderdagmiddag 13 ttur ingewacht by den heer G. M. A. Jansen, Ruysdaelstraat 60, Utrecht. demts- omtrent de werk- Deze ver- Robbl had intusschen een uitvoerig telegram af gegeven en spoedde* zich nu naar hotel „Con tinental". 'n ryk gebouw in een der voornaamste straten. Hier konden' alleen menschen met 'n ruime beurs hun intrek nemen. Hy informeerde by den portier of mevrouw Edith Beuth het hotel reeds verlaten had. .Nog niét", luidde het antwoord. .Dank u”. Robbl zocht in een tegenoverliggende straat een schuilhoek op, van waaruit hy den ingang vant hotel ongemerkt kon zien. Hy wachtte met taai geduld, zonder op tyd te letten. Z*n plan was eenmaal gemaakt en diende eerst en voor alles uitgevoerd te worden. Trouwens hy con gerust zjjn. Immers, hotel Union werd even- Zn krygen dus als dien anderen naam „echtgenoote"; LEVENSGEZELLIN De uitgeloofde pryzen werden door het lot toege wezen aan:- P J. Altena,Huldecoperstraat 16 hs., Am sterdam (C). J. van Breukelen, Praamgracht 23. Soestdyk. Mej. J. M. Jansma, Bankastr. 41 I, Amster dam (O.). Mej. R. van Kesteren, Oranjeboomstraat 154, Haarlem. J. W. Laebregts. Bloemstraat 74. Arnhem. v. Verlaat. Merenstraat 40, Hoorn. trams en begrafenisstoeten hebben - ongeacht of zij op voorrangswegen rijden- of niet - ook voorrang al naderen zij a van H n k s I Niettemin Is een beperking van de vrij heid om vrachtautodlensten op te richten noodzakelijk, wil men tot een eenigszins blijvende gezondmaking van het landver- keer komen. Ofschoon de organisaties, welke by het auto-verkeer belang hebben, hun vrijheid wel ongaarne willen prijsge ven, "bal er toch een regeling «etroffen moe ten worden. Slechts is het noodlg garan ties te scheppen voor de grootst mogelijke onpartijdigheid opdat de automobiel-on- dernemers niet met recht kunnen volhou den dat hun belangen aan de spoorwegen worden opgeofferd. Maar by algeheele vrij heid zal men ook hier niet kunnen blijven. De overname van 130 mlllioen spoorweg- schulden is slechts een voorbereiding ge weest voor een bedryfs-reorganlsatie, waar bij mogelijk het spoorwegtekort eenigszins beperkt kan worden. Die reorganisatie, als onderdeel van een meer-omvattende ver- keersordenlng. bUjft de moeilijke maar zeer belangrijke taak van den nieuwen minister van Waterstaat. uitnoodigden, is hieraan te danken, dat we al eenlg werk van u kenden." Tydens dit onderhoud verdween langzamer- ölllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllinillHllllllllllllllllllllllllllllllllic ze naar zullen Toch deelde hy z'n Londenschen collega alle by- zonderheden omtrent den moord op Rudolf Hallstein mede, en gaf zich de moeite, zelfs de geringste details breed uit te meten. Hy meende zulks verplicht te zyn aan de goede reputatie, welke de Dultsche politie genoot en zeker ver diende. Harvey knikte nu en dan of liet mompelend een kort afgebeten „Yes” hooren. Toen Wemer zyn relaas geëindigd had, stond Harvey met 'n ruk op: ,Jk ben nu met alles op de hoogte. Als u my terugziet, breng ik den moordenaar mee". Werner kon z'n spotlachje niet bedwingen, doch de Engelschman stapte met haastigen tred de deur uit Het was hem ernst. trad. Naar zyn signalement te oordeelen moest hy Wilhelm Köhler zijn. Zy wachte dus op Wilhelm Kohier! En Edith Beuth had hem ten stelligste ver zekerd. dat zy Wilhelm Köhler niet kende. De oplossing van het duistere raadsel Hallstein kwam hoe langer hoe meer in zicht. De detec tive gaf z'n collega n wenk en zy begroetten elkander als twee vrienden, die elkaar in geen Jaren ontmoet hadden. „Is hy t?” fluisterde Robbl. ,4a." ..Kwam hy pas uit z’n hotel?” .Ja. en wandelde recht naar de afgesproken plaats." „In orde. We zullen hen nog verder achter volgen.” Gearmd wandelden Köhler en Edith Beuth weg. De belde detectlven volgden. „Heb je Wilhelm Köhler nog van dichtby ge zien?" vroeg Robbl. •HU Hep vlak langs me." .Rn? Welk costuum droeg hy?” .Donkergrijs, met achtkantige knoopen met zwarte stippeltjes. Den ondersten knoop heeft hij biykbaar verloren, die ontbrak." „Weet Je dat zeker!” juichte Robbl. .Natuuriyk. Ik wist, dat ik daar speciaal op letten moest" .Dan is hy de moordenaar!" of alleen f' gezien i -Hy wantrou- j Schoonoord een van de punten die voor een toekomstige regeering zUn biyven liggen en niettemin urgent rijn. Het onder één hand brengen van alle aangelegenheden, de binnenvaart betreffende, kan daartoe zeker by dragen. Maar de ordening van het verkeer om vat veel méér. Hoofdschotel zal moeten zijn de coördinatie van het spoorweg- en het vrachtauto-verkeer. Zooals men weet heeft minister Réljmer in 1932 een ontwerp in gediend dat tot strekking had een con- cessie-stelsel voor het frachtauto-verkeer in te voeren. Het ontwerp vond echter in de Kamer niet veel weerklank en de volgen de ministers van Waterstaat trokken er hun handen van af, zoodat het ontwerp nog steeds by de onafgedane kamerstukken rust. „In dezen tyd van kabinetsformatie en ver- deeling van minlsterleele portefeuilles is het gewenscht. een meer dan gewone- aandacht te schenken aan een uitlating van den sionnairen Minister van Waterstaat een wenscheiyke uitbreiding van zaamheden van zyn departement. andertng zou zich in dier voege moeten vol trekken. dat de uitvoering van de wet nopens de evenredige vrachtverdeeling niet meer zou behooren tot het ressort van het departement van handel, nyverheid en scheepvaart. maar tot dat van het departement van waterstaat. De wenschelykheid van een dergeiyke wyzi- glng werd reeds lang in verkeerskrlngen ge voeld. Naarmate niet slechts theoretisch de sa menhang der onderscheidene takken van ver keer betoogd werd, maar ook practisch by de pogingen tot samenwerking van verkeersge- nooten het inzicht zich baan brak, dat het ver keer een eenheid is. werd de wensch levendiger om onder het departement van waterstaat alle verkeersvraagstukken te vereenigen. Op het oogenbllk is het ten aanzien van de binnenscheepvaart zoo gesteld, dat de oecono- misch diep ingrijpende wet nopens-' de even redige vrachtverdeeling -ressorteert onder het departement van handel, nyverheid en scheep vaart, dat de verbetering van de vaarwegen o.a geschiedt door de goede zorgen van het mi nisterie van waterstaat, terwyl de heffingen op die vaarwegen moeten, worden goedgekeurd door het ministerie van blnnenlandsche zaken. Uit deze schets biykt, dat zeer belangryke vraagstukken, waarmede de binnenvaart telken dage te maken heeft, geregeld worden door drie verschillende departementen. En indien men dan nog tfeet, dat de minis ter van waterstaat de ordening vanhet ver keerswezen krachtdadig heeft te bevorderen en dat by die verkeerspolitlek de onder het de partement van minister Gelissen ressorteeren- de wilde vaart het moeiiyke* punt vormt, waar over de knapste deskundigen rich het hoofd, breken, dan is de wenschelykheid van het bren gen van alle verkeerstakken onder één dirigee- rende hand zonder meer duideiyk.” U i t L a n d i g OnEeriyk •nVoudlg «Eindig GeNotvol Be 8 B e G V rJ 1 Velen schijnen ook te denken Maar die velen hebben 't mis Dat ’t op 't einde van het leven Oók nog herexamen is Mhar als ‘t einde is gekomen Krijgt men heusch die kans niet meer, Ook al wil men nieuw beginnen, Leven doet men slechts één keer! Op den dag van 't Laatste Oordeel Wordt m&n Anders aangepakt: Ddar bestaat geen herexamen. ’t Is: geslaagd of 't is: gezakt! Herexamen in het leven? Daarvoor is de^jcans zóó klein Dat het beter is7>naar tijdig voorbereid, en klaar te zijn! HERMAN KRAMER Harvey ging verder. „In een der beste hotels naby Hyde Park ont dekte ik 'n verdacht uitziend tweetal. Zy hadden zich ingeschreven als gebroeders Headon en John Chagmann. Toen ik hen echter wilde arresteeren, kwam ik Juist te laat. Zy hadden blykbaar lont geroken en waren gevlucht, met achterlating van cd hun bagage, enkel bestaande uit linnen goed en inbrekerswerktuigen. Ik had me dus niet vergist.” „Hebt u geen van beiden gezien?" ,Ja. een van hen heel even, iemand van mid delbare gestalte met 'n grijs puntbaardje en donkere oogen Wemer antwoordde hierop niet; hy dacht er aan. dat dit signalement wonderwel paste op Rudolf Hallstein en dat deze dus waarschyn- iyk een der inbrekers was. Dan was ook het raadsel van zyn herhaalde verdwynen opge lost. ..Welk komen?” „Op hun kamer vond ik stukken van een verscheurd visitekaartje. Ik kon ze nog gedeel- teiyk aan elkaar passen en Iels toen den naam Rudolf Lemper. Uit verdere nasporlngen bleek, dat beiden naar Duitschland uitgeweken waren. Daarmede natuuriyk niet tevreden, heb ik nog weten te achterhalen, dat deze Rudolf Lemper onder den naam Hallstein *n landgoed be woonde. Toen was ik waar ik wezen wilde. Een bevel tot Inhechtenisneming heb ik reeds by me en t is daarvoor, dat ik uwe medewerking kom verzoeken.” JDat zal helaas niet meer baten.” In de kranten ziet de lezer 't Dezer dagen dikwijls staan Dat door dezen en door genen Herexamen wordt gedaan; Herexamen, dat beteekent: Éénmaal komt de kans nog weer. Éénmaal mag men 't nog probeeren. Éénmaal nog. en dan niet meer; Alles hebt ge zelf in handen, Eén keer krijgt ge nog de kans, 't Zat tóch een mislukking worddh. Of g’ ontspringt nog juist den dans. Veel, die zich verloren waanden. Krijgen nu weer land in zicht. Veel, die in het duister tastten, Zien nog plots één straaltje licht Beriynsche Ned. dentiebureau vreemdeling^ in een mental heeren van dj In zyn brié weleerw. heei kerkvervolgm kend.” In Nederland is van die kerkvervol ging wel iets bekend. Hier mochten de Encycliek „Mit brennender Sorge,” de her- deriyke brieven, de protesten en redevoe ringen der Dultsche Bisschoppen vrij ge publiceerd worden. In Duitschland werden ze onderdrukt en in beslag genomen. Het is daarom mogeiyk, dat pastoor Leonards niets bekend is van een kerkvervolging in Duitschland. Maar het biyft toch zonder ling, dat deze vreemdeling Th Beriyn ons in Nederland moet komen Inlichten over Dultsche dingen, waarvan hy ten eenen- male niets afweet. w astoor Leonards, die directeur van het r' Beriynsche Ned. Kath. Correspon- ‘“bureau heet, is nochtans 11 Beriyn. Hy correspondeert .Iftelt, welke aan dié der brood- IA Dultsche pers niet mishaagt. ITVan 15 Juni onderstreept de !r. Leonards: .MU is van een ig in Duitschland niets be- oen de schrijver 's middags In het stadje Schoonoord aankwam, werd hy ontvan gen door een vriendelyk ultzlenden heer .Myn naam is Kruger." stelde hy zich voor. ..Ik ben de voorzitter van het Nut.” „Aangenaam.” antwoordde de pas aangeko mene. .Het is werkelyk pryzenswsLardlg. dat In het kleine Schoonoord een vereeniglng welke litteraire avonden organiseert." ^Ja. we gaan hier met onzen tyd mee. wel we zoo gezegd erg afgelegen wonen.” vestigde nemen? Het station ligt n.l. tamelyk ver de stad af.” „Zooals u wilt. Ik ben hier vreemd; misschien kunt u me ook een hotel aanbevelen, waar overnachten kan." De Nuts-voorzitter monsterde den kleinen be scheiden koffer, welken de schryver in de hand hield, en zyn blik gleed van de schoenen over de dunne jas naar het gezicht van zyn gast. Deze begon het ondersoek al pljgiyk te vinden, toen de heer Kruger welwillend voorstelde: „Wilt u by ons logee ren? Het is er zeker zoo goed als*ln heg hotel, en u zult er myn vrouw een genoegen mee doen.” Onder dank nam de schryver de uitnoodlglng aan. en ze reden de stad in. tot de wagen voor een mooi, oud huls stilhield. Toen zy uitstapten, werd boven hen een raam geopend en een vrou wenstem riep: .Heb Je hem meteen meegeno men? Enfin, het is goed." Een paar seconden later begroette mevrouw Kruger haar gut met een bartel yken hand druk en leidde hem naar de woonkamer, waar een groote ronde tafel feesteiyk gedekt stond De schryver moest zich nog eenmaal een zy het ook absoluut niet onvriendelyke monstering van zyn persoon laten welgevallen. een monste ring. die met een glimlach beëindigd werd. .Dus zóó ziet u er uit. Ik heb u me welis waar anders voorgesteld niet zoo krachtig en met bleeke wangen doch dat hindert niets. Maar dat u een bril draagt •Ja. ik ben helaas byriende.” gaf hy toe. Wat moest hy anders antwoorden? De ongewone omgeving en de geheel onverwachte ultnoodl- ging hadden hem in de war gebracht, en hy dacht opeens met schrik aan den avond, wel ke hem wachtte. Het was niet alleen de eerste litteraire avond van de vereeniglng. maar ook was hy nog nooit in het openbtiar opgetre den. afgezien dan van eenlge lezingen voor de radio. Maar dan zag Je nooit de toehoorders en omgekeerd ..Bent u huisvrouw zyn gedachten. „Oh neen.” zei hy en voegde er half glim lachend aan toe: .Het idee, vanavond myn eigen werk te moeten voordragen, is een beetje eigenaardig, begrypt u Als een opluchting verscheen op dit oogen bllk de dienstbode met de koffie. De kleine wolk van verlegenheid vervloog snel. „U bent zeker nog heel Jong?” vroeg mevrouw Kruger en presenteerde hem een broodje. „Tamelyk, even dertig.” „U riet er echter veel jonger uit." bracht de huisvrouw in het midden. „En vertelt u nu eens precies: wat schrijft u eigenlyk?" „Gedichten, novellen het is niet In een paar woorden te verklaren. Nu en dan vervaar dig ik hoorspelen of draag voor. Een boek heb ik ook al geschreven." De schrijver talmde met zyn antwoorden, want hy sprak niet graag over zichzelf en zyn werk. ,Js dat niet vreeselyk moeiiyk? En als u nu eens niets invalt, waarover u zou kunnen schryven?" vroeg zy deelnemend. „Kan men er eigenlyk wel van bestaan?" „Gemakkeiyk is het niet.” gaf hy toe, .het schryven evenmin als het verdienen. Maar nu moet ik u toch eens iets vragen: hoe komt het. dat u juist my hebt ultgenoodlgd?” sJa. de zaak zit zoo.” deelde de heer Kruger mede. .Ris leden van het Nut ontvangen wy geregeld tydschriften. in een waarvan wy meer malen verhalen van uw hand gelezen hebben. En kortgeleden beluisterden wy uw radiovoor dracht over het leven in een kleine stad. Reeds lang hadden wy besloten, dat er eens een ech te schrijver by ons moest komen dat we u Deze week kunnen de puzzelaars rich bezig houden met een invul-raadsel. Het zyn een vyftiental woorden, welke we ter invulling in de horizontale rijen vragen, naar de volgende beteekenissen of omschrijvin gen. En men begrijpt wel, dat met de plaatsing dier beide schuine kruisjes-rijen nog iets by- sonders is bedoeld. Inderdaad: zullen de 15 ge vraagde woorden de juiste zyn. dan geeft de bovenste kruisjes-rij te lezen: naam vul een Europeesch Ryk, hi de benedenste kruisjes-rij den naam der hoofdstad van dit Ryk. eens bewaakt. Z'n gedachten hielden zich door- loopend bezig met den gehelmzinnigen moord. Hy combineerde en rangschikte .alle mogeiyk- heden op iedere denkbare wyze en kwam tot de conclusie, dat de meest aannemelyke veron derstelling in de richting van Edith Beuth wees. De knoop! Zy moest toch weten, vin wlen die knoop was. Misschien had zy dien man ge waarschuwd.misschien.... Daar was ze! Edith Beuth. gekleed in een elegant wandel- costuum, verliet het hotel. Robbl kreeg vaag den indruk, alsof haar oogen iemand zochten. Mogeiyk ook, vreesde zy bespied te worden. De detective volgde haar op zekeren afstand, zorgvuldig by elke geboden gelegenheid dek king zoekend, zy stak plots dwars over en ging in de richting van het Schouwburgplein. By een krantenkiosk bleef zy staan wachten. Robbl zou dus toch geiyk krygen. Edith Beuth had blyk baar met iemand afgesproken, dat zy elkaar hier zouden ontmoeten. Wie kon dat wel zyn? Byna zeker de eigenaar van den gevonden knoop.... dus de moor- dermar. Hoe koortsig Robbl's gedachten ook werkten, zyn waakzaamheid werd er niet te minder om; Edith Beuth keek zoekend rond, alsof zy iemand verwachtte. Ook Robbl keek rond. Wat was dat? Stohr, de man die het „Union” hotel moest bewaken, kwam in zyn richting gewandeld. Wat kwam hy doen? Maar.... Robbl zas. dat een heer on Edith Beuth toe- i3 .Zeer aangeruiam. Gaat u even ritten. Wat is wel het doel van uw reis?” .Neendank u. Heb maar weinig tyd. Ik wilde u enkel meedeelen. dat ik uw hulp noodlg heb.” .Daar kunt u op rekenen.” .Eenlgen tyd geleden werd te Londen *n geraffineerde inbraak gepleegd in een in de Norfolk-street, waarby ongeveer twintig duizend pond aan Engelsche en Fran- sche bankbiljetten werd buit gefeaakt. Dit gebeurde op den 8en Juni. De methode, volgens welke by deze inbraak te werk werd gegaan, deed vermoeden, dat er geen Londensche misdadigers by betrokken waren. Zy waren slecnts met tweeën, 'n Uur na de mis daad waren wij reeds gealarmeerd. Wy herin nerden ons. dat enkele maanden vroeger in 'n bankgebouw te Parijs op dezelfde wijze ingebro ken was. Ons eerste werk was. de hotelregisters na te snuffelen.” Werner luisterde met klimmende interesse. ftobbl’s vermoedens zouden dus bewaarheid wor- Beide rijen te lezen van boven naar beneden. Onze 15 beteekenissen of omschrijvingen zyn leze: 1. iemand, die in het water is geval len; 2. medelijden; 3. artist; 4. verzet; 5. mo- errywiel; 6. bezitter van een flink vermogen; t. het niet nakomen van gedane belofte; I. aanvoerders van een opstandige partij; I. groot vaartuig; 10. plaats in Gelderland: II. verwarmingsmiddel in de woningen vooral; 13. waar men heen gaat na afloop van verga dering. feest, enz.; 13. sterrenwichelarij; 14. lailleur; 15. bewoner van Europeeschen Staat. Het bleek thans elen puzzelaars beter naar den zin te zyn dan by een paar vorige nummers, die volgens het zeggen van som migen, hun wai te zwaar op de hand waren Doch nu wel een bewys, dat men het onmogeiyk allen naar den zin kan maken kregen we weer een paar geluiden te hooren inzake het „ietwat te gemakkeiyk". dat men .graag het kluifje een beetje vetter had,” enz. Met deze en .dergeiyke gedachten liep hy op en neer in het vertrek, waarin men hem ver zocht had. te wachten. Eindeiyk kwam de se cretaris. die zich moeite gaf. om zyn opwinding achter een waardig uitertyk te verbergen; hu verzocht hem te beginnen, terwyl hy tegeiyker- tyd de deur naar het podium opende. Langzaam trad de schrijver naar voren, stel de zich met een buiging voor, ontdekte daarbij in de eerste ry het echtpaar Kruger, en ging ritten. Rustig nam hy een der voor hem lig gende schriften ter hand, sloeg dit open en be gon te lezen; eerst drie gedichten, dan eei^kort verhaal. Toen hy hiermee gereed was. pauzeer de hy even, maar het bleef nog eenlge secon den stil, voor hy een zwak applaus vernam. Hm. men verveelde zich dus. constateerde hy en zag naar de menschen. Zyn blik ging vlug van de voorste tot aan de achterste rif. maar hy kon de gezichten nauwelyks onderscheiden, omdat alleen de kleine tafellamp brandde. Op eens overviel hem zoo iets als een strijdlust: ter eener rijde zaten de menschen. die hem be leefd. maar zonder inneriyk meeleven aan hoorden; »an den anderen kant degenen, die hy niet alleen met den woordklank van zyn ge dichten en proza bekend wilde maken, maar wlen hy ook het bewustzyn wilde bybrengen, wat voor hem zin en beteekenls van zyn leven en daarmee van zyn werken waren. Zou het hem nog gelukken, dit begrypen op te wekken? Was dat. wat hy tot nu toe geschreven had. zoo goed, dat het voor zyn toehoorders iets beteekenen kon? En zoo streed hy wel een uyr en langer, las gedichten, een novelle en tot besluit twee hoofdstukken uit zyn roman. Langzamerhand bemerkte hy. dat men hem opmerkzamer volg de en hy voelde, hoe de menschen zich in de stof van zyn roman inleefden. Toen hy het boek dichtsloeg, werd er luid geapplaudisseerd en geroepen. Eerst nu drong het tot hem door, dat hy zeer heesch was geworden en na een laatste buiging verdween hy in de zykamer. Maar reeds kwam de secretaris vreugdestralend op hem af en verzocht hem. een kleine toegift te geven. Glimlachend ging de schryver nog eens achter het tafeltje ritten, nam een' slok van het klaar staande water, en las. ditmaal vryer en beter dan tevoren, een door hem zelf beleefde eenvoudige, vrooiyke geschiedenis uit zyn geboortestad. Als een kind, dat na een heldendaad het mid delpunt van zyn omgeving geworden is. stond hy na afloop in een kring van menschen. die hem de hand drukten, om autogrammen ver zochten en nu al wilden weten, wanneer hy weer eens zou komen. Toen behalve de Krugers en eenlge kennissen van dezen, allen waren heengegaan, stelde men voor, by Kruger nog even na te biyven. Hoewel de schrijver na zyn avondiyken. wapenloozen strUd meer dan ver moeid was. nam hy met grsiagte en niet alleen omwille van de beleefdheid het voorstel aan. want hy was zoo verheugd en gelukkig, dat hy vandaag overal in toegestemd had. Het was al last, toen de gasten heengingen en hy zyn kamer betrok. Een heldere maan verlichtte het vertrek, zoodat hy de meubelen duldeiyk kon onderscheiden. Aan het open raam ademde hy diep de frlssche nachtlucht in. Buiten was alles doodstil. Hoeveel lawaai en onrust heerscht er om de zen tud nog in de straten van de grootstad, dacht hy en hy voelde, hoe ook hy rustig werd en een zekere weldadige vermoeidheid over mande hem. elkaar te zyn, en toen na het eten de secreta ris van de vereeniglng kwam, had de schrijver veel van zyn schuchterheid verloren. Geza- meniyk gingen ze naar een café, waar de ver eeniglng een zaal had gehuurd. Voor den in gang nam hy afscheid van het echtpaar en wierp daarby een blik in de zaal: de stoelen waren byna alle bezet; van het plafond wierp een lamp helder licht naar beneden; op het eenvoudige podium stond een tafeltje met een lamp en er achter een stoel. Een plotselinge ingeving volgend, drukte me vrouw Kruger hem bemoedigend de hand en zei zacht: .Jk verheug me zeer op dezen avond.” Zoo. zy verheugde zich maar die vele an dere menschen daarbinnen? Waren allen uit belangstelling ge komen L. maar om te' worden? kreeg wen. was maar 'n klein stadje en de be- Evenals indertijd ’prof. Veraart, die voorzitter aftrad, heeft thans mr. A. P. J. Peters genoeg van de Kath. Dem. Party. Ook hy gaat als voorzitter heen. Uit ideëele-democratlsche redenen had hy zich by haar aangesloten, maar hy heeft er niets dan teleurstellingen beleefd. De laatste was het overloopen van duizenden naar de R.K. Staatsparty en het verlies van den éénen partyzetel in de Kamer tegeiyk met de waarborgsom, voor welke ook hy als borg had geteekend. Tenslotte hebben de politieke, organisatorische en financiee- le tegenslagen der ontredderde party mr. Peters genoopt, zich terug te trekken. Het had reeds de aandacht getrokken, dat hy na de verkiezingen de redactie van Onze Vaan geheel aan den heer C. D? Wes seling overllet, die thans tracht de restan ten van de toekomstlooze organisatie met allerlei lapmiddelen tegen het laatste uit eenvallen te behoeden. Respice flnem, let op het einde. Dat men echter deze opgaven-soort heel .ge zellig vond, en nog wel graag eens een paar dito's wil te bewerken krygen, zegt ons, dat zoon paar dito's, reeds gereed, dus niet ver geefs zyn ontworpen, vooral omdat voorgenqemden wensch wat „vetter" biyken. Inzender schreef in de Nieuwe Rotterdamsche Courant over de uit breiding van het ressort van den minister van Waterstaat: e. hoe- be de heer Kruger. „Zullen we een auto van .Niet meer baten? in den weg?” ,Jk twyfel er niet aan, of u hebt t juiste spoor gevolgd. We vonden <by Rudolf Hallstein, alias Lemper, 'n stapeltje Engelsche en Fransche bankbiljetten en nog een omnibuskaartje van 8 Juni. U hebt dus nog eens bevestigd, wat ons reeds bekend was.” .Maar waarom kunnen wy hem dan direct arresteeren?” „Twee dagen geleden antwoordde Werner dof. Harvey sloeg zich met de vuist tegen 't voor hoofd. ,Duc ik ben te laat", riep hy vol teleurstel ling uit .Hebt u den moordenaar al?” .Neen., wy vermoeden dat t zyn bondge noot is. met wlen hy gezamenlyk z'n inbraken pleegde”. „Wat jammer! Juist van hem weten totaal niets. Wy hadden gehoopt van Hallstein iets naders te vernemen.” „Te laat! En ook wy weten niets. Geen enkel spoor". ,.’n Beroerde historie! Maar ik ben niet van plan naar Londen terug te gaan, zonder een van beiden mee te brengen!" ,,'t Zal niet lukken. Wy zoeken nu al twee dagen en zyn'nog geen streep gevorderd”. „Ik biyf hier en zal aan de jacht deelnemen en zal u eens laten zien, hoe wy in Londen mis dadigers weten op te sporen”. Om Wemer’s lippen krulde *n minachtend lachje om zooveel zelfbewustsyn. Hy hield de Dultsche politie voor de best georganiseerde. Be S\c h a d 1 g d e e r 1 y k VerErgerd Verzegeld BeEedlgd TrouwLustlg VerLekk erd Oninbaar BeNauwend

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Noord-Hollandsch Dagblad : ons blad | 1937 | | pagina 21