Paters Capucijnen een kwart SKdwiïfiaaL van den dag eeuw in de h fdstad De avonturen van Stan en Pol fE l Instantine HET RAADSEL VAN AZEPOOT DEN HARTELIJKE HULDIGING MAANDAG 5 JULI 1937 - Het standpunt van den Koning Pater Robertas Wy werken door Pater Rector spreekt De verloren broeder BOTSING TE GRONINGEN Inzittende dame ernstig gewond Voortreffelijke herders WK C. ROMME t Instantine De huldiging nooit DOOR THEO BLANKENSEE 0<A Doot* FusJt ftazt Receptie zeer druk bezocht STAKING BIJ WERK VERSCHAFFING Wy bljjven ons best doen en ons geven aan het werk, dat ons te doen staat” Heden opnieuw het werk neer gelegd Huldiging en receptie REINIGT ALLES v ü5. en Het geschenk gewisseld. i eerlijk. en heer i i i tij i i l en De boosdoeners lieten echter hun vangst niet los en as be sloten Stan mee naar huis te nemen. Doch ze kregen ruzie wie zette een vervsarljjke keel op. 19 reer afwijs?” Prijs 70 cent. Stan mee mocht nemen, daar ze hem graag beiden wilden heb ben. Toen begonnen se aan Stan s armen te trekken en deze Uit hetgeen is bijeengebracht is een vernieu wing der kerkverlichting bekostigd, hetgeen, symbolisch, als een afspiegeling Is te beschou wen van het lichtend voorbeeld, dat de Paters hebben gegeven. Dat hetkatholieke geloof desondanks in de Jordaan nog bewaard is gebleven, is naast God te danken aan de Capucijnen. i i zü Doch ik lette Deze hadden inmiddels een anderen boom in het oog ge kregen waar ook een nestje in zat, en besloten dit eruit te halen. Ijlings kroop Stan In den boom en ging op een tak bjj het nestje zitten. Hjj vergat echter dat hij thans zichtbaar was en toen een der jongens in den boom klom, zag hij daar eensklaps een ka boutertje zitten. spraak besloot pater Robertus: Beter menschen dan gullie, zijn d'r nie. i i t I de van hun liefdadigheid, waardeerlng en bewonde ring hebben gewekt. katholieke Tehuis i I ,.Ik maal. Moge, zoo besloot de heer Kuyper, bU het gouden feest kunnen worden getuigd, dat het werk der Paters zooveel vrucht heeft afgewor pen, dat de Jordaan weer voor Christus' liefde is gewonnen. Het koor zette daarna een „Lang zullen zü leven” in. hetgeen zonder aarzelen en met groote geestdrift door de in de zaal verzamel den werd overgenomen. Half acht Lof zUn, een lof met Pontl- van sociale vereenlglngen werden aan Capu- cUnen toevertrouwd en is het niet weer een CapucUn, pater Alexander, die belast is met het werk van de Hervorming in heel het Dio cees Niet alleen de Jordaan. maar geheel Am sterdam heeft van de werkzaamheid der Ca pucijnen mogen proflteeren. En dit betreft dan nog alleen het werk naar buiten, maar wie zal zeggen wat zU voor nog ontelbaar velen zijn geweest, dien zü met raad en daad hebben bügestaan, wien zü geestelU- ken en maatschappelliken steun hebben ge boden. Den Paters voor dit alles openlUk en op recht te danken was een behoefte van velen. Dezen hebben het echter niet bU woorden wil len laten maar ook gemeend een stoffelUk blük te moeten aanbieden. De geneigdheid om daaraan bü te dragen was vrijwel algemeen en de armsten van de armen hebben hun penningske geofferd. weest voor de ..nederzetting’’ der Capucünen in Amsterdam. Als gU daarvoor met ons blijft bidden werken, dan sal het wel gaan Toen ging de receptie weer door en het duurde nog geruimen tijd, voor zü was geëin digd Vlug stak hU zijn hand uit en Stan zat gevangen. De jongen liet zich met zUn vangst naar beneden glijden en toonde deze opgetogen aan zyn vriendje. „Kun je praten.” vroeg Kees aan Stan. „Beker, zei Stan. Jullie zün een paar ondeugende jongens om de nestjes der arme vogels uit te halen. Zet me dadeUJk neer, anders zal het jullie slecht vergaan. hooghartig wees zü mü terug met haar gloeiende oogen. „Ga,” siste zü tusschen de tanden. .Je hebt me beleedlgd voor n volle balzaal. Ben je dan gek geworden?” .Marietta, ik kon 1 niet langer aanzien, dat je zoo lief was tegen anderen,was m’n ant woord. .Dwaas!” riep se mü toe en verdween in haar woning. Voor haar raam smeekte ik 'om vergiffenis, doch kU hoorde mü niet De dagen die nu volg den waren voor mü één marteling. Steeds op nieuw moest ik hooren. dat ik mü door m’n gedrag onmogelijk gemaakt had en dat zU geen enkele balzaal meer dorst binnengaan. Wie zou trouwens nog met haar willen dansen, als daar door z’n leven in gevaar kwam? Ik was als razend. ZU liet zich haast niet meer zien! Als ik overdag op m’n plantage het werk regelde of door zaken in beslag genomen werd, reed Marietta uit, dag aan dag. En ik. dwaas die ik was. ik bemerkte niet, hoe opgewekt zü was. als zU van haar wandelritten huiswaarts keerde. Nog was ik blind, nog zag ik niets Ik wist niet, vermoedde niet eens. dat zü mü bedroog. ZU had een ander lief. In m’n verlatenheid en m’n wanhoop Bocht ik naar vrienden. Ik ontmoette een Dultscher. een zekeren Fernau. HU was nog jong, 'n goede dertig, maar had reeds een veelbewogen leven richter zich. HU was hartelUk en vriendelUk voor me. soodat ik mU dichter bU hem aansloot dan verstandig was. Zün gezelschap was mü daarom Zaterdagavond omstreeks half twaalf naderde met geringe snelheid een Austln-auto het ge- vaarlüke kruispunt Herman Colleniusstraat Nieuwe Bleekerstraat ,te Groningen. Tegelüker- tijd naderde van den anderen kant een Ford auto. bestuurd door den heer Elzinga uit Drachten, dit kruispunt. Pater Rector Engelbertus sprak daarna een woord van dank, gemoedelük en eenvoudig, zooals de Paters altüd spreken, op den kansel en bfj het huisbezoek. Na den comlté-leden en hun helpers zün erkentelükheid te hebben betuigd voor hetgeen- zU. sinds maanden reeds, deden om dit feest mogelük te maken en te doen slagen, sprak pater Engelbertus er zün vreugde over uit. dat pater Robertus hier als vlcaris-provinciaal aan wezig was, omdat dit een ongezochte gelegen heid bood hem eens te zeggen hoezeer zün grondslagleggende arbeid van beteekenls is ge- hebben zü contact gekregen met heel hun kudde, waarvan zü zich voortreffelUke her ders hebben getoond. Hun toch al moeilUk werk werd nog ver zwaard door de crisis, die ontevredenheid bracht en geloofsafval. Zaterdagavond is tn het St Josephgebouw te Deventer een vergadering gehouden van de arbeiders, die werkzaam zün aan de werkver- schafflng nabü Almelo. Zooals bekend, hadden zü voor 14 dagen na een staking van eenlge weken het werk hervat. Gedurende de laatste twee weken is hun een toeslag op het loon verleend. Thans werd met 86 tegen 3 stemmen, 1 blan co en 1 ongeldig besloten. Maandag (heden) opnieuw het sterk neer te leggen. De Vlcaris-provinciaal besloot met den wensch. dat het den Paters, met Gods hulp, maar tóch ook trouw geholpen door de sympa thie en den persoonlüken arbeid van velen, gegeven mag zün nog veel te bereiken en vele afgedwaalden te mogen terugbrengen naar God De feestdag werd Ingezet met een Pontifi cale H. Mis, welke Z. H. Exc. Mgr. dr. J. Buckx, oud-apostolisch vicaris van Finland, tltulair- bisschop van Doliche, In de versierde Recto- raatskerk aan de Tichelstraat opdroeg. Z. H. Exc. werd daarbü geassisteerd door den HoogEerw Pater Robertus. vicaris-provinciaal der Nederlandsche Capucünen en eersten rector van de kerk van den H. Antonius, als presby ter-assis tens. troondlakens fungeerden de zeereerw. Beraflnus, grondlegger van het Capu- Een luchtfoto van de Roosevelt-autorace baan te New York, waar de strijd om de Vanderbilt-bokaal zal gestreden worden Om wat migraine, zoo's beetje schele hoofdpijn de afspraek niet nakomen? Zwl 1 *wea tabletten Instantine en de P'jn verdwenen! i Du* onthoudt «tilt en voorkomt pijnen! Namens deze organisatie sprak de heer Lam- bregts, die, humoristisch beginnend, spoedig tot ernst overging en eraan herinnerde hoe de eerste preek in de Capucünenkerk gehouden door pater Cajetanus tót tekst had: Ik kom mijn broeder zoeken, die verloren is. zicht niet naar de stad, maar naar de haven stond. „V vergist zich absoluut, mijnheer Stanton." sprak hü dan ook met klem. „T gezicht van den koning is naar de haven gekeerd." .Bardon, münheer. naar de stad." hield Stan ton hardnekkig vol. „Wal bazelde die man toch?" dacht Murphy; neen, ab moesten hém vertellen, hoe dat stand beeld stond. Z’n eigen huls stond in de onmtd- dellüke nabüheld. nog geen twee straten er van daan. en weer trachtte hü z’n mede-passagler er van te overtuigen, dat deze zich vergiste en het mis had. Maar Stanton was niet te overtuigen. HU hield bij hoog en Mag vol. dat het standbeeld van koning Edward in Colombo met X gezicht naar de stad gekeerd stond, en eindigde met het aanbod aan Murphy er een weddenschap van te maken. Het lag in Murphy's lün. niet te wedden, als „Dan kom ik nog ‘n derde maal,” was mün antwoord. M’n smeekltigen werden verhoord en zü er kende mü als haar verloofde. Onze verloving werd gevierd met alle praal en liftster. Het was voor mü een jubelfeest, zü zou Immers mijn vrouw worden! Ik zal niet verder uitweiden over m’n geluk, de zonnigste jaren uit mUn leven. Mün zuster had intusschen haar intrek ge nomen bü een tante in Rio de Janeiro. Marietta had zulks X beste gevonden. In m’n llefdesroes merkte ik niet, dat ik leefde als een blinde, als iemand zonder wil. Ik zelf nam geen enkele schikking, stelde geen enkels daad, in alles besliste Marietta Ik was dronken van liefde. En ook Marietta hield van mü. tenminste, dat dacht ik. Maar de tüden veranderden. Marietta hield van dansen. Zü wilde steeds weelde en pronk om zich heen zien. Uitgaan was haar grootste vreugde. Meer en meer voelde ik mü op den achtergrond gedrongen; ik werd jaloersch Zü danste met ieder die haar beviel. Ik miste den moed en de kracht om haar op 1 onredelüke van haar gedrag te wüaen, doch diep in m’n hart groeide n wrok tegen haar en tegen hen, met wie Ik haar zag schertsen tot zü weer glimlachend naar mü toe kwam en een vriendelUk woord mü weer alles deed ver geten. Zoo verliep onze verlovingstüd. In dezelfde mate, waarmede Marietta genoot van dans en spel, groeide ook haar verlangen daarnaar Soms scheen 1 me, alsof zü er behagen in schepte „Buiig weer vanavond,”’ zei Stanton, en ging zitten. .Dat brengt me in herinnering." antwoordde de andere, „de stormen die we op ons eiland hebben." „Op ons eiland, zegt u?” ,Ja, op Ceylon. Daar woon ik. U bent er ae- ker wel eens geweest?" z „Woont u dkAr?” vroeg Stanton weer, en vrü overbodig. Er was een idee in z’n brein opge schoten. een idee, dat mits goed geëxploiteerd, hem geld in den zak zou kunnen brengen. Z’n metgezel keek hem met eenigen wrevel aan. .Ja.” zei hü kort. .Daar woon ik. En wat zou dat?” „O. niets; Ik dacht alleen maar tIs wel mooi daar.” .Ja. prachtig." verklaarde de man van Cey lon. die antwoordde op den naam van Murphy. „Ik heb Colombo altüd een heel aardige stad gevonden. Jullie hebt daar een mooi stand beeld." „Standbeeld, zegt u?” verwonderde zich mün heer Mürphy. „Welk bedoelt u? We hebben er zooveel." Stanton antwoordde niet direct. Toen sel hü resoluut: .Dat van koning Edward. Dat beeld, dat met z'n gezicht naar de stad staat." Toen hU dit hoorde, keek Murphy z’n met gezel verbaasd aan. Immers, iedereen wist, dat het standbeeld van koning Edward met t ge- mü te kwellen en te kwetsen in mün meest teedere gevoelens Hoe meer ik duldde, des te driester werd zü in haar optreden. En als ik een razemü nabü was, kwam ze naast me geschoven en kuste me. Dat was allemaal in den tüd. dat zü zege vierde, doch deze zou spoedig veranderen. Wü waren ongeveer ‘n half jaar verloofd, toen mü voor de eerste maal heel even de oogen opengingen. Ik zat weer alleen in ’n balzaal, terwül Marietta met de anderen danste. Ik meende op te merken, dat zü met haar danser koketteerde haar oogen lachten en keken haar partner zoo vol liefde aan, dat ik opsprong en mü midden tusschen de dansers stortte. Alles wat mü in den weg trad stiet ik wild op zü en uitdagend monsterde Ik zoowel Marietta als den man met wien zü danste Marietta had dit be merkt en hepi losgelaten. ZU 'ging tusschen mü en hem instaan, als wilde zü hem beschermen Nu ik zoo tegenover haar stond, oog In oog. vermocht Ik geen woord uit te brengen. Het was of mü de keel dicht geschroefd werd. ZU keek me zoo doordringend en vol min achting aan. dat Ik voelde hoe ik bloosde als een verlegen schooljongen. „Ik wü naar huis,” geide zü kortaf. En ik.... ik gehoorzaamde. Zoo had zü mü nog In haar macht. Nog steeds was ik blind en een zwakkeling. Vóór haar woning wilde ik met een kus af scheid nemen; ze was toch mün verloofde. Doch zü stiet mü terug. Ik meende dat 1 slechts scherts was en trad weer op haar toe. Maar Als paters cünenklooster in de hoofdstad en pater Anto ninus. de voorlaatste rector der kerk. Diaken en sub-diaken bü de H. Mis waren de eerw. paters Fabianus en Eustachius. De verdere functies werden vervuld door de eerw paters Justinus, Antonius, Hermenigdus O M. Cap., pater Boot S. C. J., pater Emma nuel, rector te IJmulden. pater Theodorus en pater Alexander. Als cantotes fungeerden pater rector Engel bertus en pater dr. Johannes. Na het «H. Evangelie hield p. fr. Gllb. Lo- huis O. F. M-, die ook het Trlduum had geleld, een korte toespraak. Het zangkoor onder leiding van den heer Joh. H. Plekkers voerde de missa Stae Trini- tatis van Hub. Cuypers uit en bracht na de H Mis een feestcantate van pater Ellardus, getoonzet door den dirigent, ten gehoore. Zoo verliep m’n leven.... ik won. ik verloor, ik won en verloor. En Marietta vroeg nergens naar. Fernau wakkerde m’n hartstocht in 1 spel nog aan. Vaak was hü m’n partner en juist als ik met hem speelde, verloor ik 1 meest. En niets doet iemands speelwoede aoo oplaaien als voort durend verlies. Ik weet niet meer, hoe lang dit dwaze leven geduurd heeft. Maar opeens werd ik klaar wakker geschud. Ik weet ook niet meer wie mü de oogen opende en ook niet, wanneer dat ge beurde. maar plots stond het onbezonnen en dwaze van mün leven mü helder en duidelük enwreed voor oogen. Op een ochtend ging ik weer naar huis. Een mü onbekend persoon wandelde met mü op. Hü vertelde mü alles! Welk een ontnuchtering! Toen wist Ik, waarom Marietta er zich niet om bekommerde, dat Ik een speler was. Ik was het slachtoffer geworden van een ge dineerd complot. Fernau was de vriend van den man. die voortdurend met Marietta gedanst had! Volgens een van te voren vastgesteld plan hadden zü den hartstocht voor t spel in mü aangekweekt en aangemoedlgd. om mü.... Het was wreed, dit nu zelf te moeten erkennen. Ik wankelde naar huls. Ik wist niet wat ik zou doen. M’n eerste gedachte was X> vreeselüke wraak Doch toen ik tegenover Marietta stond, was ik te laf. Ik bezat niet eens den moed, •ekenschap van haar te verlangen. Ik was n ’■’rak! Doch één gedachte had zich onwrikbaar n mü vastcezet; nu zou Ik haar niet meer uit t oog verliezen. (Wordt vervolgd) zoo welkom, omdat ik m’n avonden thuis en eenzaam moest doorbrengen. Spoedig had Fernau 't zoover gebracht, dat hü mü bulten m’n woning lokte; hü wist 'n verbor gen lokaal, waar spelers elkaar regelmatig ont moetten; hü troonde mü er heen. Wat was natuurluker. dan dat ik mü met ’n waren hartstocht op 't spel wierp, een hartstocht, die mü al t andere deed vergeten. Ik speelde met hooge Inzetten en won. Den eersten ochtend kwam Ik thuis, met ongeveer vüftlen duizend peseta's winst. Lachend had Fernau opgemerkt: „Gelukkig in t spel, ongelukkig In de liefde.” En ook ik lachteI Ik wist nog steeds niets. Na X ontbüt bezocht ik Marietta. Zü stond voor X venster en zong n vroofijk wüsje. „Je schünt je nogal te kunnen troosten, hé?” was haar eerste groet. ,Je kunt tenminste nogal afleiding vinden.” Nu eerst drong tot mü door, dat Ik den weg naar X verderf was opgegaan. Ik wierp mü aan haar voeten. smeekte en bad om vergiffenis. Het 'gewonnen geld schonk ik haar, om naar eigen inzicht te besteden. Glimlachend nam zü X geld aan, doch zei: .Maar daarmee laat ik me niet omkoopen. Je weet trouwens, dat je geld me nooit geïnteres seerd heeft” En alles bleef als vroeger. bezocht het speelhol voor een tweede Het spel was m’n tweede liefde gewor den en Fernau was nog steeds m'n vriend M’n nachten bracht ik door aan de roulette terwül ik m'n plantages meer en meer veron achtzaamde. Antwoordend op de lofbetuigingen dezen mid dag gesproken verzekerde de Rector, dat de Capucünen hun arbeid zullen blüven voort zetten. ook al zouden waardeerlng en resul taat uitblüven. Wü, monniken, hebben als onnutte dienst knechten Gods Züft wil te doen en wü sul len dien doen. Die taak, welke wü op ons genomen hebben zullen wü volbrengen, maar het stemt tot groote vreugde, dat ook tal van leeken ons daar bij willen büstaan. Voor dien steun dankte de rector allen, dje. op welke wüe ook, de Paters hebben geholpen, maar vooral degenen, die daarvoor ook hun persoon gaven. Sommigen zeggen: Pater, dit kunt u van mü krügen. maar de rest moet u zelf doen, maar liever zün ons degenen, die niet achter- of af- züdlg blüven en ook hun persoon willen geven. Wü zullen ons best blüven doen- en ons blüven geven aan het werk, dat ons te doen staat. (Applaus). Het zangkoor zong vervolgens .Jleerlüke Ter- we" van René de Clercq, waarop twee schoolkinderen, door den heer Zeebregs inge leid. een aardig versje opzegden, gevolgd door de aanbieding van een kerkelük parament. In deze hulpparochie bestaat ook een „we- reldlüke" vereenlging, welke zich echter, vol gens haar naam V. O. K. (Voor onze kerk) toch heel sterk met de kerk verbonden voelt. Nadat het zangkoor der kerk „Quam dllecta" gezongen had. werd het woord verleend aan den voorzitter van het huldlgingscomité, den heer F. J. M. Kuyper, die zün toespraak aanving met de verklaring, dat feltelük niet onder woorden is te brengen wat Amsterdam, wat de Jordaan in het büzonder aan de Paters is verr schuldigd voor het heerlüke werk op geestelük en maatschappelük gebied, dat deze zonen van Franciscus voor zoo ontelbaar velen in de af- geloopen 25 jaar hebben verricht. Geen wonder is het. aldus spr., dat de ker- kelüke feesten ter gelegenheid van dit vie- renswaard jubileum gehouden door oud jong worden bügewoond. Spr. ging daarna de geschiedenis na van de vestiging der Capucünen in de hoofdstad, een vestiging, die niet zonder moeite tot stand kwam. Veel werk moesten de paters Seraflnus en Servatius verzetten eer het zoover was, dat met de zielzorg kon worden begonnen Dank zü hun onvermoeid werk, dat in hoofdzaak uit een omvangrüken bedeltocht bestond, kon op 1 'Mei 1911 de eerste spade worden gestoken on geveer ter plaatse, waar de Karthuizers eeuwen terug hun klooster hadden. Van het begin af waren hier werkzaam de broeders Julius en -Titus, wier bescheiden taak geenszins onopgemerkt bleek te zün gebleven, getuige het applaus, dat alleen al het -noemen van hun namen aan de verzamelden ontlokte. Al zün de Paters dan ook altüd wars van verheerlüklng en hulde, hun moet, zoo ver volgde de heer Kuyper, toch wel gebleken zün. boe hun voorbeeld, hun geloofsovertuiging en ver de verschansing van het sa. de „Vlc- torlous” leunde in doodelüke verveling een der passagiers. Henry Stanton. Hü verveelde z»ch zoo. dat het prachtige zeegezicht hem absoluut niet interesseerde en wenschte maar dat het tüd werd naar kooi te gaan. De tüd brak aan en langzaam slenterde hü naar beneden, naar de rookkamer, om nog éven een slaapmutsje te nemen. Stanton zat daar met z’n glaasje aan X eenlge tafeltje, dat niet geheel onbezet was. Al de andere passagiers waren aan dek, om naar den opkomenden storm te küken. of naar bed. Aan dat tafeltje zat een Engelschman, dus een landgenoot, met een whisky-soda voor zich. Het was niet onopgemerkt gebleven, dat Marietta Jorannas mü een dans weigerde. Uit alle hoeken meende ik hatelüke spot lachjes te hooren. Dit alles droeg er toe bü. om het in mü ont waakte gevoel van verlangen nog aan te wakke ren. Ik kende ten slotte geen vuriger wensch meer, dan haar mün vrouw te mogen noemen. Enkele dagen later vroeg Ik haar, doch zü wees mü af. Mün liefde voor haar laaide des te feller op; Ik volgde haar overal en fladderde rond haar als Xi verliefde knaap. Broers had ik niet, slechts één zuster, waarschuwde mü voor Marietta, er niet op. Luistert een verliefd jongmensch naar waar schuwingen? Liefde maakt niet enkel blind, ook doof. Ik was voor geen rede vatbaar, voor mü bestond niets ter wereld dan Marietta. Ik deed voor de tweede maal een aanzoek. Toen vroeg zü me: ■Wat zul je doen, ais ik je De Paters zün afgedaald in kelders en zün geklommen tot zolderkamertjes en daardoor De wagens botsten met groote kracht tegen elkaar, waardoor een der inzittenden van de Austin, de 21-jarlge mej. J. Abbring een her senschudding opliep. Zü werd In emstlgen toe stand naar het Diaconessen-zlekenhuis ver voerd. De bestuurder van den Ford-wagen bekwam slechts lichte verwondingen. De politie heeft de Ford In beslag genomen. Na een driedaagsche kerkelijke voorbe reiding is Zondagmiddag op openbare wüze het feit herdacht, dat de Eerw. Paters Ca pucünen zich 25 jaren geleden in de hoofd stad vestigden. Op ondubbelzinnige wüze is den eenvou- digen zonen van St. Franciscus gebleken hoezeer hun werk gedurende een kwart eeuw in een van de bekendste Amsterdam- ache volkswüken, de Jordaan, verricht, in breeden kring wordt op prüs gesteld en hoog wordt gewaardeerd. Met hun bekenden eenvoud hebben zü allen lof teruggewezen en op hun beurt dank gebracht aan de velen, die hen bü hun arbeid hebben gesteund. Op 84-jartgen leeftijd is te 's-Hertogenbosch overleden de heer C. Romme. die 34 jaar lang administrateur geweest is van de Godshuizen aldaar. Voorts was hü lid van de Gezondheidscom missie. president-commlsaris van de Trammü s-HertogenboschVughtVoorburg en vervul de nog verschillende andere functies. z'n tegenpartü niet een klein kansje had om te winnen. Maar dit zoo dacht hü speciaal geval. Hü was boos en zenuwachtig. Stanton had hem te kennen gege- j ven dat hü loog i of geen oogen In z'n hoofd had. De zekerheid dien dwarsdrüver een s flink lesje te ge- ven. zou wel opwegen tegen het feit, dat hü geld zou aannemen vcor Iets, dab- hü heel ze ker wist. .Jtccoprd!” riep hü. „u zult uw zin hebben. Ik verwedhü dacht even na Ik ver wed om m'n huis met al wat er In Is. tegen 3000 pond, dat het standbeeld van den koning met z’n gezicht naar de haven staat." ..Aangenomen.” zei Stanton De „Victorious” was In de haven van Colombo aangekomen en de heeren Stanton en Murphy Heten zich, gedachtig asm hun weddenschap, te samen de stad binnenrüden. Al heel gauw bemerkte Murphy, dat er Iets niet in orde was. De menschen in de straten zagen er neerslachtig en vreesachtig uit. De heesters, de bloemen en de planten, die er altüd zoo frlsch uitzagen, leken hem stoffig en ver waarloosd. Toen ze in de richting van de ha ven reden, werd X hem vreemd te moede. Er lagen steenen op de straat, en hü **8 scheuren in de huizen, die ze voorbü kwamen. Hü wendde zich tot Stanton en zei: ..Aard beving.” Een oogenbllk later hielden ze een politie agent staande. .Ja.” zei deze. ..aardbeving Een paar men schen dood, een paar dozün gewond en een paar gebouwen kapot.” Ze reden verder. Met vreugde dacht Murphy er aan dat hü precies op den dag af de ver zekeringspremie voor z’n bezittingen op Ceylon betaald had. Midden op een plein gekomen, hielden ze stil, en nu wees Stanton naar bet standbeeld van koning Edward VII, dat scheef stond, maar toch nog overeind, en waar puin omheen lag. Op dit gezicht verbleekte Murphy. Jarenlang had hü het standbeeld zien staren over de na ven naar de zee. en nu ontkennen kon hü het nietnu had de joviale koning hem In den steek gelatennu stond hü met het ge- v zicht naar de stad. Maar nu ook, begreep hü, welke poets Stan ton hem gebakken had. Deze had het geweten. Hü werd vuurrood van kwaadheidmaar di rect daarop glimlachte hü- Er was hem iets te binnen geschoten. ..Stanton." zei hü. en tikte z’n metgezel op den schouder. Toen deze zich omkeerde, wees Murphy in een straat, waar ze een aantal werk lieden bezig zagen een grooten puinhoop op te ruimen. .Daar staat je huis," zei Murphy. (Nadruk verboden) 's Middags twee uur was er een feestelüke büeenkomst in het 8t Elisabeth-patronaat aan het Marnixplantsoen, in welke büeenkomst den paters een stoffelUk huldeblük werd aangebo den, doch waarin hun tevens de hartelüke ver zekering werd gegeven van de dankbare erken ning voor hun zegenrüken en opofferenden ar beid. De heer C. Raassen, die deze samenkomst leidde, opende deze met een woord van welkom, dat tevens een terugblik bood op de schitteren de kerkelüke viering, die aan deze „wereld- hjke” huldiging was voorafgegaan. Extra dank mag hier wel worden gebracht aan pater Robertus voor het enorme werk, dat hu In de eerste twaalf jaren van het rec toraat als rector en vicaris heeft verzet. Vereenlging na vereenlging werd gesticht en elk daarvan was weer büzonder gericht op de speciale behoeften In deze hulpparochie. Het zegt Iets, dat aan de Paters Capucünen zielzorg over de kathoUeke Inwoners het Gemeentelük Tehuis aan de Roetersstraat werd toevertrouwd. de so ciale cursussen van pater Fabianus trokken in wüden kring aandacht, vele adviseurschappen Zelfs bü degenen, die met het geloof hebben gebroken Is nog eerbied voor deze werkers, wier kerk en klooster geen schade zal worden ge daan en wien persoonlük geen letsel zal over komen, noch een beleediglng worden aange- daan. Aan het slot van zün toespraak dankte spr. de Paters vooral ook voor al het vele, dat zü voor het gezinsleven hebben gedaan. Het zangkoor voerde daarna een naar Mld- deleeuwsch motief gemelodleerd .Ave Maria” uit en toen kwam, waar allen bftjkbaar op had den gewacht. 9e gelegenheid om de Paters en Broeders geluk te wenschen. Hartelüke handdrukken werden veel vriendelüke woorden werden gesproken. Het konden niet meer dan woorden zün, want bulten de „receptiezaal” stonden nog honder den te wachten. Eh wachten Is er bü de Capucünen niet bü Dus ook die gingen binnen. Maar voor alles staat een tüd. zou er o.a. weer ficale assistentie. En dus vroeg de heer Raassen even stilte, hetgeen gaarne opgevolgd werd, toen men be sefte. dat het ging om Pater Robertus, die nog enkele woorden spreken wou. Pater Robertus, de eerste rector, thans de vertegenwoordiger van Pater Provinciaal, namens wien hü de ka tholieke Amsterdammers bedankte voor den steun en de sympathie, welke zü wel aan in Amsterdam onbekende monniken hadden wil len schenken. Toen ik de opdracht kreeg, zoo biechtte Pa ter Robertus eerlük. voelde Ik het als een zware taak. Van de Jordaan wordt vaak zooveel verteld, dat later gelukkig onjuist blükt. Maar hü kende Amsterdam niet, werd bü zün eerste bezoek niet erg vriendelUk ontvan gen Büna tot het station toe. zoo vertelde hü. werden we met allerlei projectielen bekogejd En daaronder waren er, die niét heel en al versch waren. Maar het is anders geworden. Er Is een band gelegd tusschen de Capucünen en Amsterdam. Wü. Capucünen, hebben ervaren, dat er In Amsterdam. In de Jordaan vooral, goede, heel goede menschen wonen, menschen, die alles voor ons. Paters, over hebben Hoe moellük het werk misschien ook wel eens moge geweest zün. geen der Paters, noch een der Broeders is er. die niet graag In Am sterdam heeft gewerkt. Zooals wü hier geholpen worden, ondervin den wü het büna nergens en in Zuldelüke Xer\ a BAYER E 7

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Noord-Hollandsch Dagblad : ons blad | 1937 | | pagina 17