Paters Capucijnen een kwart
SKdwiïfiaaL van den dag
eeuw in de h
fdstad
De avonturen van Stan en Pol
fE l Instantine
HET RAADSEL VAN
AZEPOOT
DEN
HARTELIJKE HULDIGING
MAANDAG 5 JULI 1937
-
Het standpunt van
den Koning
Pater Robertas
Wy werken door
Pater Rector spreekt
De verloren broeder
BOTSING TE GRONINGEN
Inzittende dame ernstig gewond
Voortreffelijke herders
WK
C. ROMME t
Instantine
De huldiging
nooit
DOOR THEO BLANKENSEE
0<A Doot* FusJt ftazt
Receptie zeer druk
bezocht
STAKING BIJ WERK
VERSCHAFFING
Wy bljjven ons best doen en ons
geven aan het werk, dat ons te
doen staat”
Heden opnieuw het werk neer
gelegd
Huldiging en receptie
REINIGT ALLES
v
ü5.
en
Het geschenk
gewisseld.
i
eerlijk.
en
heer
i
i
i
tij
i
i
l
en
De boosdoeners lieten echter hun vangst niet los en as be
sloten Stan mee naar huis te nemen. Doch ze kregen ruzie wie
zette een vervsarljjke keel op.
19
reer afwijs?”
Prijs 70 cent.
Stan mee mocht nemen, daar ze hem graag beiden wilden heb
ben. Toen begonnen se aan Stan s armen te trekken en deze
Uit hetgeen is bijeengebracht is een vernieu
wing der kerkverlichting bekostigd, hetgeen,
symbolisch, als een afspiegeling Is te beschou
wen van het lichtend voorbeeld, dat de Paters
hebben gegeven.
Dat hetkatholieke geloof desondanks in de
Jordaan nog bewaard is gebleven, is naast God
te danken aan de Capucijnen.
i
i
zü
Doch ik lette
Deze hadden inmiddels een anderen boom in het oog ge
kregen waar ook een nestje in zat, en besloten dit eruit te halen.
Ijlings kroop Stan In den boom en ging op een tak bjj het nestje
zitten. Hjj vergat echter dat hij thans zichtbaar was en toen een
der jongens in den boom klom, zag hij daar eensklaps een ka
boutertje zitten.
spraak besloot pater Robertus: Beter menschen
dan gullie, zijn d'r nie.
i
i
t
I
de
van
hun liefdadigheid, waardeerlng en bewonde
ring hebben gewekt.
katholieke
Tehuis
i
I
,.Ik
maal.
Moge, zoo besloot de heer Kuyper, bU het
gouden feest kunnen worden getuigd, dat het
werk der Paters zooveel vrucht heeft afgewor
pen, dat de Jordaan weer voor Christus' liefde
is gewonnen.
Het koor zette daarna een „Lang zullen zü
leven” in. hetgeen zonder aarzelen en met
groote geestdrift door de in de zaal verzamel
den werd overgenomen.
Half acht
Lof zUn, een lof met Pontl-
van sociale vereenlglngen werden aan Capu-
cUnen toevertrouwd en is het niet weer een
CapucUn, pater Alexander, die belast is met
het werk van de Hervorming in heel het Dio
cees
Niet alleen de Jordaan. maar geheel Am
sterdam heeft van de werkzaamheid der Ca
pucijnen mogen proflteeren.
En dit betreft dan nog alleen het werk naar
buiten, maar wie zal zeggen wat zU voor nog
ontelbaar velen zijn geweest, dien zü met raad
en daad hebben bügestaan, wien zü geestelU-
ken en maatschappelliken steun hebben ge
boden.
Den Paters voor dit alles openlUk en op
recht te danken was een behoefte van velen.
Dezen hebben het echter niet bU woorden wil
len laten maar ook gemeend een stoffelUk blük
te moeten aanbieden.
De geneigdheid om daaraan bü te dragen
was vrijwel algemeen en de armsten van de
armen hebben hun penningske geofferd.
weest voor de ..nederzetting’’ der Capucünen
in Amsterdam.
Als gU daarvoor met ons blijft bidden
werken, dan sal het wel gaan
Toen ging de receptie weer door en het
duurde nog geruimen tijd, voor zü was geëin
digd
Vlug stak hU zijn hand uit en Stan zat gevangen. De jongen
liet zich met zUn vangst naar beneden glijden en toonde deze
opgetogen aan zyn vriendje. „Kun je praten.” vroeg Kees aan
Stan. „Beker, zei Stan. Jullie zün een paar ondeugende jongens
om de nestjes der arme vogels uit te halen. Zet me dadeUJk neer,
anders zal het jullie slecht vergaan.
hooghartig wees zü mü terug met haar gloeiende
oogen.
„Ga,” siste zü tusschen de tanden. .Je hebt
me beleedlgd voor n volle balzaal. Ben je dan
gek geworden?”
.Marietta, ik kon 1 niet langer aanzien, dat
je zoo lief was tegen anderen,was m’n ant
woord.
.Dwaas!” riep se mü toe en verdween in haar
woning.
Voor haar raam smeekte ik 'om vergiffenis,
doch kU hoorde mü niet De dagen die nu volg
den waren voor mü één marteling. Steeds op
nieuw moest ik hooren. dat ik mü door m’n
gedrag onmogelijk gemaakt had en dat zU geen
enkele balzaal meer dorst binnengaan. Wie zou
trouwens nog met haar willen dansen, als daar
door z’n leven in gevaar kwam? Ik was als
razend. ZU liet zich haast niet meer zien! Als
ik overdag op m’n plantage het werk regelde
of door zaken in beslag genomen werd, reed
Marietta uit, dag aan dag. En ik. dwaas die ik
was. ik bemerkte niet, hoe opgewekt zü was.
als zU van haar wandelritten huiswaarts keerde.
Nog was ik blind, nog zag ik niets Ik wist niet,
vermoedde niet eens. dat zü mü bedroog. ZU had
een ander lief.
In m’n verlatenheid en m’n wanhoop Bocht
ik naar vrienden. Ik ontmoette een Dultscher.
een zekeren Fernau. HU was nog jong, 'n goede
dertig, maar had reeds een veelbewogen leven
richter zich. HU was hartelUk en vriendelUk voor
me. soodat ik mU dichter bU hem aansloot dan
verstandig was. Zün gezelschap was mü daarom
Zaterdagavond omstreeks half twaalf naderde
met geringe snelheid een Austln-auto het ge-
vaarlüke kruispunt Herman Colleniusstraat
Nieuwe Bleekerstraat ,te Groningen. Tegelüker-
tijd naderde van den anderen kant een Ford
auto. bestuurd door den heer Elzinga uit
Drachten, dit kruispunt.
Pater Rector Engelbertus sprak daarna een
woord van dank, gemoedelük en eenvoudig,
zooals de Paters altüd spreken, op den kansel
en bfj het huisbezoek.
Na den comlté-leden en hun helpers zün
erkentelükheid te hebben betuigd voor hetgeen-
zU. sinds maanden reeds, deden om dit feest
mogelük te maken en te doen slagen, sprak
pater Engelbertus er zün vreugde over uit. dat
pater Robertus hier als vlcaris-provinciaal aan
wezig was, omdat dit een ongezochte gelegen
heid bood hem eens te zeggen hoezeer zün
grondslagleggende arbeid van beteekenls is ge-
hebben zü contact gekregen met heel hun
kudde, waarvan zü zich voortreffelUke her
ders hebben getoond.
Hun toch al moeilUk werk werd nog ver
zwaard door de crisis, die ontevredenheid
bracht en geloofsafval.
Zaterdagavond is tn het St Josephgebouw te
Deventer een vergadering gehouden van de
arbeiders, die werkzaam zün aan de werkver-
schafflng nabü Almelo.
Zooals bekend, hadden zü voor 14 dagen na
een staking van eenlge weken het werk hervat.
Gedurende de laatste twee weken is hun een
toeslag op het loon verleend.
Thans werd met 86 tegen 3 stemmen, 1 blan
co en 1 ongeldig besloten. Maandag (heden)
opnieuw het sterk neer te leggen.
De Vlcaris-provinciaal besloot met den
wensch. dat het den Paters, met Gods hulp,
maar tóch ook trouw geholpen door de sympa
thie en den persoonlüken arbeid van velen,
gegeven mag zün nog veel te bereiken en vele
afgedwaalden te mogen terugbrengen naar God
De feestdag werd Ingezet met een Pontifi
cale H. Mis, welke Z. H. Exc. Mgr. dr. J. Buckx,
oud-apostolisch vicaris van Finland, tltulair-
bisschop van Doliche, In de versierde Recto-
raatskerk aan de Tichelstraat opdroeg.
Z. H. Exc. werd daarbü geassisteerd door den
HoogEerw Pater Robertus. vicaris-provinciaal
der Nederlandsche Capucünen en eersten rector
van de kerk van den H. Antonius, als presby
ter-assis tens.
troondlakens fungeerden de zeereerw.
Beraflnus, grondlegger van het Capu-
Een luchtfoto van de Roosevelt-autorace baan te New York, waar de strijd om de
Vanderbilt-bokaal zal gestreden worden
Om wat migraine, zoo's beetje schele
hoofdpijn de afspraek niet nakomen?
Zwl 1 *wea tabletten Instantine en de
P'jn verdwenen!
i Du* onthoudt
«tilt en voorkomt pijnen!
Namens deze organisatie sprak de heer Lam-
bregts, die, humoristisch beginnend, spoedig tot
ernst overging en eraan herinnerde hoe de
eerste preek in de Capucünenkerk gehouden
door pater Cajetanus tót tekst had: Ik kom
mijn broeder zoeken, die verloren is.
zicht niet naar de stad, maar naar de haven
stond.
„V vergist zich absoluut, mijnheer Stanton."
sprak hü dan ook met klem. „T gezicht van den
koning is naar de haven gekeerd."
.Bardon, münheer. naar de stad." hield Stan
ton hardnekkig vol.
„Wal bazelde die man toch?" dacht Murphy;
neen, ab moesten hém vertellen, hoe dat stand
beeld stond. Z’n eigen huls stond in de onmtd-
dellüke nabüheld. nog geen twee straten er van
daan. en weer trachtte hü z’n mede-passagler
er van te overtuigen, dat deze zich vergiste en
het mis had.
Maar Stanton was niet te overtuigen. HU
hield bij hoog en Mag vol. dat het standbeeld
van koning Edward in Colombo met X gezicht
naar de stad gekeerd stond, en eindigde met
het aanbod aan Murphy er een weddenschap
van te maken.
Het lag in Murphy's lün. niet te wedden, als
„Dan kom ik nog ‘n derde maal,” was mün
antwoord.
M’n smeekltigen werden verhoord en zü er
kende mü als haar verloofde.
Onze verloving werd gevierd met alle praal
en liftster. Het was voor mü een jubelfeest, zü
zou Immers mijn vrouw worden!
Ik zal niet verder uitweiden over m’n geluk,
de zonnigste jaren uit mUn leven.
Mün zuster had intusschen haar intrek ge
nomen bü een tante in Rio de Janeiro. Marietta
had zulks X beste gevonden.
In m’n llefdesroes merkte ik niet, dat ik leefde
als een blinde, als iemand zonder wil. Ik zelf
nam geen enkele schikking, stelde geen enkels
daad, in alles besliste Marietta Ik was dronken
van liefde.
En ook Marietta hield van mü. tenminste, dat
dacht ik. Maar de tüden veranderden. Marietta
hield van dansen. Zü wilde steeds weelde en
pronk om zich heen zien. Uitgaan was haar
grootste vreugde. Meer en meer voelde ik mü
op den achtergrond gedrongen; ik werd
jaloersch Zü danste met ieder die haar beviel.
Ik miste den moed en de kracht om haar op
1 onredelüke van haar gedrag te wüaen, doch
diep in m’n hart groeide n wrok tegen haar en
tegen hen, met wie Ik haar zag schertsen
tot zü weer glimlachend naar mü toe kwam en
een vriendelUk woord mü weer alles deed ver
geten.
Zoo verliep onze verlovingstüd. In dezelfde
mate, waarmede Marietta genoot van dans en
spel, groeide ook haar verlangen daarnaar Soms
scheen 1 me, alsof zü er behagen in schepte
„Buiig weer vanavond,”’ zei Stanton, en ging
zitten.
.Dat brengt me in herinnering." antwoordde
de andere, „de stormen die we op ons eiland
hebben."
„Op ons eiland, zegt u?”
,Ja, op Ceylon. Daar woon ik. U bent er ae-
ker wel eens geweest?" z
„Woont u dkAr?” vroeg Stanton weer, en vrü
overbodig. Er was een idee in z’n brein opge
schoten. een idee, dat mits goed geëxploiteerd,
hem geld in den zak zou kunnen brengen.
Z’n metgezel keek hem met eenigen wrevel
aan. .Ja.” zei hü kort. .Daar woon ik. En wat
zou dat?”
„O. niets; Ik dacht alleen maar tIs wel
mooi daar.”
.Ja. prachtig." verklaarde de man van Cey
lon. die antwoordde op den naam van Murphy.
„Ik heb Colombo altüd een heel aardige stad
gevonden. Jullie hebt daar een mooi stand
beeld."
„Standbeeld, zegt u?” verwonderde zich mün
heer Mürphy. „Welk bedoelt u? We hebben er
zooveel."
Stanton antwoordde niet direct. Toen sel hü
resoluut: .Dat van koning Edward. Dat beeld,
dat met z'n gezicht naar de stad staat."
Toen hU dit hoorde, keek Murphy z’n met
gezel verbaasd aan. Immers, iedereen wist, dat
het standbeeld van koning Edward met t ge-
mü te kwellen en te kwetsen in mün meest
teedere gevoelens Hoe meer ik duldde, des te
driester werd zü in haar optreden. En als ik een
razemü nabü was, kwam ze naast me geschoven
en kuste me.
Dat was allemaal in den tüd. dat zü zege
vierde, doch deze zou spoedig veranderen.
Wü waren ongeveer ‘n half jaar verloofd, toen
mü voor de eerste maal heel even de oogen
opengingen. Ik zat weer alleen in ’n balzaal,
terwül Marietta met de anderen danste. Ik
meende op te merken, dat zü met haar danser
koketteerde haar oogen lachten en keken haar
partner zoo vol liefde aan, dat ik opsprong en
mü midden tusschen de dansers stortte. Alles
wat mü in den weg trad stiet ik wild op zü en
uitdagend monsterde Ik zoowel Marietta als den
man met wien zü danste Marietta had dit be
merkt en hepi losgelaten. ZU 'ging tusschen mü
en hem instaan, als wilde zü hem beschermen
Nu ik zoo tegenover haar stond, oog In oog.
vermocht Ik geen woord uit te brengen. Het was
of mü de keel dicht geschroefd werd.
ZU keek me zoo doordringend en vol min
achting aan. dat Ik voelde hoe ik bloosde als een
verlegen schooljongen.
„Ik wü naar huis,” geide zü kortaf.
En ik.... ik gehoorzaamde. Zoo had zü mü
nog In haar macht. Nog steeds was ik blind en
een zwakkeling.
Vóór haar woning wilde ik met een kus af
scheid nemen; ze was toch mün verloofde. Doch
zü stiet mü terug. Ik meende dat 1 slechts
scherts was en trad weer op haar toe. Maar
Als
paters
cünenklooster in de hoofdstad en pater Anto
ninus. de voorlaatste rector der kerk. Diaken
en sub-diaken bü de H. Mis waren de eerw.
paters Fabianus en Eustachius.
De verdere functies werden vervuld door de
eerw paters Justinus, Antonius, Hermenigdus
O M. Cap., pater Boot S. C. J., pater Emma
nuel, rector te IJmulden. pater Theodorus en
pater Alexander.
Als cantotes fungeerden pater rector Engel
bertus en pater dr. Johannes.
Na het «H. Evangelie hield p. fr. Gllb. Lo-
huis O. F. M-, die ook het Trlduum had geleld,
een korte toespraak.
Het zangkoor onder leiding van den heer
Joh. H. Plekkers voerde de missa Stae Trini-
tatis van Hub. Cuypers uit en bracht na de
H Mis een feestcantate van pater Ellardus,
getoonzet door den dirigent, ten gehoore.
Zoo verliep m’n leven.... ik won. ik verloor,
ik won en verloor.
En Marietta vroeg nergens naar.
Fernau wakkerde m’n hartstocht in 1 spel nog
aan. Vaak was hü m’n partner en juist als ik
met hem speelde, verloor ik 1 meest. En niets
doet iemands speelwoede aoo oplaaien als voort
durend verlies.
Ik weet niet meer, hoe lang dit dwaze leven
geduurd heeft. Maar opeens werd ik klaar
wakker geschud. Ik weet ook niet meer wie mü
de oogen opende en ook niet, wanneer dat ge
beurde. maar plots stond het onbezonnen en
dwaze van mün leven mü helder en duidelük
enwreed voor oogen. Op een ochtend ging
ik weer naar huis. Een mü onbekend persoon
wandelde met mü op. Hü vertelde mü alles!
Welk een ontnuchtering!
Toen wist Ik, waarom Marietta er zich niet
om bekommerde, dat Ik een speler was.
Ik was het slachtoffer geworden van een ge
dineerd complot. Fernau was de vriend van
den man. die voortdurend met Marietta gedanst
had! Volgens een van te voren vastgesteld plan
hadden zü den hartstocht voor t spel in mü
aangekweekt en aangemoedlgd. om mü.... Het
was wreed, dit nu zelf te moeten erkennen.
Ik wankelde naar huls. Ik wist niet wat ik zou
doen. M’n eerste gedachte was X> vreeselüke
wraak Doch toen ik tegenover Marietta stond,
was ik te laf. Ik bezat niet eens den moed,
•ekenschap van haar te verlangen. Ik was n
’■’rak! Doch één gedachte had zich onwrikbaar
n mü vastcezet; nu zou Ik haar niet meer uit
t oog verliezen. (Wordt vervolgd)
zoo welkom, omdat ik m’n avonden thuis en
eenzaam moest doorbrengen.
Spoedig had Fernau 't zoover gebracht, dat hü
mü bulten m’n woning lokte; hü wist 'n verbor
gen lokaal, waar spelers elkaar regelmatig ont
moetten; hü troonde mü er heen. Wat was
natuurluker. dan dat ik mü met ’n waren
hartstocht op 't spel wierp, een hartstocht, die
mü al t andere deed vergeten. Ik speelde met
hooge Inzetten en won. Den eersten ochtend
kwam Ik thuis, met ongeveer vüftlen duizend
peseta's winst. Lachend had Fernau opgemerkt:
„Gelukkig in t spel, ongelukkig In de liefde.”
En ook ik lachteI Ik wist nog steeds niets.
Na X ontbüt bezocht ik Marietta. Zü stond
voor X venster en zong n vroofijk wüsje.
„Je schünt je nogal te kunnen troosten, hé?”
was haar eerste groet. ,Je kunt tenminste nogal
afleiding vinden.”
Nu eerst drong tot mü door, dat Ik den weg
naar X verderf was opgegaan. Ik wierp mü aan
haar voeten. smeekte en bad om vergiffenis.
Het 'gewonnen geld schonk ik haar, om naar
eigen inzicht te besteden.
Glimlachend nam zü X geld aan, doch zei:
.Maar daarmee laat ik me niet omkoopen. Je
weet trouwens, dat je geld me nooit geïnteres
seerd heeft”
En alles bleef als vroeger.
bezocht het speelhol voor een tweede
Het spel was m’n tweede liefde gewor
den en Fernau was nog steeds m'n vriend
M’n nachten bracht ik door aan de roulette
terwül ik m'n plantages meer en meer veron
achtzaamde.
Antwoordend op de lofbetuigingen dezen mid
dag gesproken verzekerde de Rector, dat de
Capucünen hun arbeid zullen blüven voort
zetten. ook al zouden waardeerlng en resul
taat uitblüven.
Wü, monniken, hebben als onnutte dienst
knechten Gods Züft wil te doen en wü sul
len dien doen.
Die taak, welke wü op ons genomen hebben
zullen wü volbrengen, maar het stemt tot
groote vreugde, dat ook tal van leeken ons daar
bij willen büstaan.
Voor dien steun dankte de rector allen, dje.
op welke wüe ook, de Paters hebben geholpen,
maar vooral degenen, die daarvoor ook hun
persoon gaven.
Sommigen zeggen: Pater, dit kunt u van mü
krügen. maar de rest moet u zelf doen, maar
liever zün ons degenen, die niet achter- of af-
züdlg blüven en ook hun persoon willen geven.
Wü zullen ons best blüven doen- en ons blüven
geven aan het werk, dat ons te doen staat.
(Applaus).
Het zangkoor zong vervolgens .Jleerlüke Ter-
we" van René de Clercq, waarop twee
schoolkinderen, door den heer Zeebregs inge
leid. een aardig versje opzegden, gevolgd door
de aanbieding van een kerkelük parament.
In deze hulpparochie bestaat ook een „we-
reldlüke" vereenlging, welke zich echter, vol
gens haar naam V. O. K. (Voor onze kerk) toch
heel sterk met de kerk verbonden voelt.
Nadat het zangkoor der kerk „Quam dllecta"
gezongen had. werd het woord verleend aan den
voorzitter van het huldlgingscomité, den heer
F. J. M. Kuyper, die zün toespraak aanving
met de verklaring, dat feltelük niet onder
woorden is te brengen wat Amsterdam, wat de
Jordaan in het büzonder aan de Paters is verr
schuldigd voor het heerlüke werk op geestelük
en maatschappelük gebied, dat deze zonen van
Franciscus voor zoo ontelbaar velen in de af-
geloopen 25 jaar hebben verricht.
Geen wonder is het. aldus spr., dat de ker-
kelüke feesten ter gelegenheid van dit vie-
renswaard jubileum gehouden door oud
jong worden bügewoond.
Spr. ging daarna de geschiedenis na van de
vestiging der Capucünen in de hoofdstad, een
vestiging, die niet zonder moeite tot stand
kwam.
Veel werk moesten de paters Seraflnus en
Servatius verzetten eer het zoover was, dat met
de zielzorg kon worden begonnen Dank zü hun
onvermoeid werk, dat in hoofdzaak uit een
omvangrüken bedeltocht bestond, kon op 1
'Mei 1911 de eerste spade worden gestoken on
geveer ter plaatse, waar de Karthuizers eeuwen
terug hun klooster hadden.
Van het begin af waren hier werkzaam de
broeders Julius en -Titus, wier bescheiden taak
geenszins onopgemerkt bleek te zün gebleven,
getuige het applaus, dat alleen al het -noemen
van hun namen aan de verzamelden ontlokte.
Al zün de Paters dan ook altüd wars van
verheerlüklng en hulde, hun moet, zoo ver
volgde de heer Kuyper, toch wel gebleken zün.
boe hun voorbeeld, hun geloofsovertuiging en
ver de verschansing van het sa. de „Vlc-
torlous” leunde in doodelüke verveling
een der passagiers. Henry Stanton. Hü
verveelde z»ch zoo. dat het prachtige zeegezicht
hem absoluut niet interesseerde en wenschte
maar dat het tüd werd naar kooi te gaan.
De tüd brak aan en langzaam slenterde hü
naar beneden, naar de rookkamer, om nog éven
een slaapmutsje te nemen. Stanton zat daar
met z’n glaasje aan X eenlge tafeltje, dat niet
geheel onbezet was. Al de andere passagiers
waren aan dek, om naar den opkomenden storm
te küken. of naar bed.
Aan dat tafeltje zat een Engelschman, dus
een landgenoot, met een whisky-soda voor zich.
Het was niet onopgemerkt gebleven, dat
Marietta Jorannas mü een dans weigerde.
Uit alle hoeken meende ik hatelüke spot
lachjes te hooren.
Dit alles droeg er toe bü. om het in mü ont
waakte gevoel van verlangen nog aan te wakke
ren. Ik kende ten slotte geen vuriger wensch
meer, dan haar mün vrouw te mogen noemen.
Enkele dagen later vroeg Ik haar, doch zü wees
mü af. Mün liefde voor haar laaide des te
feller op; Ik volgde haar overal en fladderde
rond haar als Xi verliefde knaap.
Broers had ik niet, slechts één zuster,
waarschuwde mü voor Marietta,
er niet op.
Luistert een verliefd jongmensch naar waar
schuwingen? Liefde maakt niet enkel blind, ook
doof. Ik was voor geen rede vatbaar, voor mü
bestond niets ter wereld dan Marietta.
Ik deed voor de tweede maal een aanzoek.
Toen vroeg zü me:
■Wat zul je doen, ais ik je
De Paters zün afgedaald in kelders en zün
geklommen tot zolderkamertjes en daardoor
De wagens botsten met groote kracht tegen
elkaar, waardoor een der inzittenden van de
Austin, de 21-jarlge mej. J. Abbring een her
senschudding opliep. Zü werd In emstlgen toe
stand naar het Diaconessen-zlekenhuis ver
voerd.
De bestuurder van den Ford-wagen bekwam
slechts lichte verwondingen.
De politie heeft de Ford In beslag genomen.
Na een driedaagsche kerkelijke voorbe
reiding is Zondagmiddag op openbare wüze
het feit herdacht, dat de Eerw. Paters Ca
pucünen zich 25 jaren geleden in de hoofd
stad vestigden.
Op ondubbelzinnige wüze is den eenvou-
digen zonen van St. Franciscus gebleken
hoezeer hun werk gedurende een kwart
eeuw in een van de bekendste Amsterdam-
ache volkswüken, de Jordaan, verricht, in
breeden kring wordt op prüs gesteld en
hoog wordt gewaardeerd.
Met hun bekenden eenvoud hebben zü
allen lof teruggewezen en op hun beurt
dank gebracht aan de velen, die hen bü
hun arbeid hebben gesteund.
Op 84-jartgen leeftijd is te 's-Hertogenbosch
overleden de heer C. Romme. die 34 jaar lang
administrateur geweest is van de Godshuizen
aldaar.
Voorts was hü lid van de Gezondheidscom
missie. president-commlsaris van de Trammü
s-HertogenboschVughtVoorburg en vervul
de nog verschillende andere functies.
z'n tegenpartü niet een klein kansje had om te
winnen. Maar dit zoo dacht hü
speciaal geval. Hü was boos en zenuwachtig.
Stanton had hem
te kennen gege- j
ven dat hü loog i
of geen oogen In
z'n hoofd had.
De zekerheid dien
dwarsdrüver een s
flink lesje te ge-
ven. zou wel opwegen tegen het feit, dat hü
geld zou aannemen vcor Iets, dab- hü heel ze
ker wist.
.Jtccoprd!” riep hü. „u zult uw zin hebben.
Ik verwedhü dacht even na Ik ver
wed om m'n huis met al wat er In Is. tegen
3000 pond, dat het standbeeld van den koning
met z’n gezicht naar de haven staat."
..Aangenomen.” zei Stanton
De „Victorious” was In de haven van Colombo
aangekomen en de heeren Stanton en Murphy
Heten zich, gedachtig asm hun weddenschap,
te samen de stad binnenrüden.
Al heel gauw bemerkte Murphy, dat er Iets
niet in orde was. De menschen in de straten
zagen er neerslachtig en vreesachtig uit. De
heesters, de bloemen en de planten, die er altüd
zoo frlsch uitzagen, leken hem stoffig en ver
waarloosd. Toen ze in de richting van de ha
ven reden, werd X hem vreemd te moede. Er
lagen steenen op de straat, en hü **8 scheuren
in de huizen, die ze voorbü kwamen.
Hü wendde zich tot Stanton en zei: ..Aard
beving.”
Een oogenbllk later hielden ze een politie
agent staande.
.Ja.” zei deze. ..aardbeving Een paar men
schen dood, een paar dozün gewond en een paar
gebouwen kapot.”
Ze reden verder. Met vreugde dacht Murphy
er aan dat hü precies op den dag af de ver
zekeringspremie voor z’n bezittingen op Ceylon
betaald had. Midden op een plein gekomen,
hielden ze stil, en nu wees Stanton naar bet
standbeeld van koning Edward VII, dat scheef
stond, maar toch nog overeind, en waar puin
omheen lag.
Op dit gezicht verbleekte Murphy. Jarenlang
had hü het standbeeld zien staren over de na
ven naar de zee. en nu ontkennen kon hü
het nietnu had de joviale koning hem In
den steek gelatennu stond hü met het ge- v
zicht naar de stad.
Maar nu ook, begreep hü, welke poets Stan
ton hem gebakken had. Deze had het geweten.
Hü werd vuurrood van kwaadheidmaar di
rect daarop glimlachte hü- Er was hem iets te
binnen geschoten.
..Stanton." zei hü. en tikte z’n metgezel op
den schouder. Toen deze zich omkeerde, wees
Murphy in een straat, waar ze een aantal werk
lieden bezig zagen een grooten puinhoop op te
ruimen.
.Daar staat je huis," zei Murphy.
(Nadruk verboden)
's Middags twee uur was er een feestelüke
büeenkomst in het 8t Elisabeth-patronaat aan
het Marnixplantsoen, in welke büeenkomst den
paters een stoffelUk huldeblük werd aangebo
den, doch waarin hun tevens de hartelüke ver
zekering werd gegeven van de dankbare erken
ning voor hun zegenrüken en opofferenden ar
beid.
De heer C. Raassen, die deze samenkomst
leidde, opende deze met een woord van welkom,
dat tevens een terugblik bood op de schitteren
de kerkelüke viering, die aan deze „wereld-
hjke” huldiging was voorafgegaan.
Extra dank mag hier wel worden gebracht
aan pater Robertus voor het enorme werk,
dat hu In de eerste twaalf jaren van het rec
toraat als rector en vicaris heeft verzet.
Vereenlging na vereenlging werd gesticht en
elk daarvan was weer büzonder gericht op de
speciale behoeften In deze hulpparochie.
Het zegt Iets, dat aan de Paters Capucünen
zielzorg over de kathoUeke Inwoners
het Gemeentelük Tehuis aan de
Roetersstraat werd toevertrouwd. de so
ciale cursussen van pater Fabianus trokken in
wüden kring aandacht, vele adviseurschappen
Zelfs bü degenen, die met het geloof hebben
gebroken Is nog eerbied voor deze werkers, wier
kerk en klooster geen schade zal worden ge
daan en wien persoonlük geen letsel zal over
komen, noch een beleediglng worden aange-
daan.
Aan het slot van zün toespraak dankte spr.
de Paters vooral ook voor al het vele, dat zü
voor het gezinsleven hebben gedaan.
Het zangkoor voerde daarna een naar Mld-
deleeuwsch motief gemelodleerd .Ave Maria”
uit en toen kwam, waar allen bftjkbaar op had
den gewacht. 9e gelegenheid om de Paters en
Broeders geluk te wenschen.
Hartelüke handdrukken werden
veel vriendelüke woorden werden gesproken.
Het konden niet meer dan woorden zün, want
bulten de „receptiezaal” stonden nog honder
den te wachten.
Eh wachten Is er bü de Capucünen niet bü
Dus ook die gingen binnen.
Maar voor alles staat een tüd.
zou er o.a. weer
ficale assistentie.
En dus vroeg de heer Raassen even stilte,
hetgeen gaarne opgevolgd werd, toen men be
sefte. dat het ging om Pater Robertus, die nog
enkele woorden spreken wou. Pater Robertus,
de eerste rector, thans de vertegenwoordiger
van Pater Provinciaal, namens wien hü de ka
tholieke Amsterdammers bedankte voor den
steun en de sympathie, welke zü wel aan in
Amsterdam onbekende monniken hadden wil
len schenken.
Toen ik de opdracht kreeg, zoo biechtte Pa
ter Robertus eerlük. voelde Ik het als een
zware taak.
Van de Jordaan wordt vaak zooveel verteld,
dat later gelukkig onjuist blükt.
Maar hü kende Amsterdam niet, werd bü
zün eerste bezoek niet erg vriendelUk ontvan
gen Büna tot het station toe. zoo vertelde hü.
werden we met allerlei projectielen bekogejd
En daaronder waren er, die niét heel en al
versch waren.
Maar het is anders geworden.
Er Is een band gelegd tusschen de Capucünen
en Amsterdam.
Wü. Capucünen, hebben ervaren, dat er In
Amsterdam. In de Jordaan vooral, goede, heel
goede menschen wonen, menschen, die alles
voor ons. Paters, over hebben
Hoe moellük het werk misschien ook wel
eens moge geweest zün. geen der Paters, noch
een der Broeders is er. die niet graag In Am
sterdam heeft gewerkt.
Zooals wü hier geholpen worden, ondervin
den wü het büna nergens en in Zuldelüke
Xer\
a
BAYER
E 7