Pfarrer Martin Niemöller
den daq
ïïietwtóaal
aan
JU
De avonturen van Stan en Pol
H
'SM
J
F 750.-
F 250.
HET RAADSEL VAN
AZEPOOT
DEN
I IJ
5
EEN SCHETS VAN ZIJN
PERSOON
ZATERDAG 10 JULI 1937
t
■R
A
VIS
n
c
ale
De Aya Sophia
131
DOOR THEO BLANKENSEE
n
-
Drie Ruysdaels geveild
V
V rouwenijdelheid
Een goede
buur.
u-
•n.
en
en
en
n.
er
en
AANGIFTE MOET, OP STRAFFE VAN VERLIES VAN ALLE RECHTEN. GESCHIEDEN UITERLUK DRIE MAAL VIER EN TWINTIG UUR NA HET ONGEVAL
•5%
V
itet
en
i
hg
u
Interieur der Aya Sofia
Restauratie op groote schaal
om
de
Daar klonk opeen* een fijn stemn.etje: ..En wie zün schuld Is
het dan wel, dat je hier in bed Hg. jou kleine sloddervos. Hoe
komt het dat JU in bed Hg. terwijl het nog geen bedtijd is en
je niet ziek bent?”
Op het laatst werd hij zoo bang, dat hjj onder de dekens kroop.
en
afschuw
ia
Harvey trad hun lachend tegemoet. Na hen
ENDS
n
I
de Jongen. „Nu lig ik maar steeds in bed en ik ben niet eens
ziek. „Wat is het toch vreeselUk!’’ en hU begon zoowaar te hullen.
Steeds maar door ging het
stemmetje en beknorde hem, omdat hü zoo ondeugend waa
De jongen keek verschrikt in het rond, toen hU het stem
metje hoorde en niemand zag.
et Katholicisme kan zün goddelUke
sending in deae wereld niet vol
ledig ontplooien zonder Unlversi-
telten. Het is daarom plicht van lederen
katholiek zijn eigen Unlversltelt naar ver
mogen te steunen.
ik
>u
van
nej.
m
oorwaarden tegen
:nde uitkeerlngen
bij levenslange geneele ongeschiktheid tot werken door
verlies van belde armen.
strlj-
:wam
i be-
kul-
uns
gen
i en
ér-
k
lu-
der
It-
en
de
Slaaf
uche
was
n dit
inlng
luer-
le te
e ds
Ujkt:
slden
1 set
dden
irque
nede
o de
die
irke-
■oor-
ulje-
een
art Ij.
den
ache
n
k
al
en
9'
et
m
d-
s-
i en
ban
wol
9.
ng-
jen,
ge-
op
en
ub-
L
pel
lin
e—
die
sorts
ren-
o de
7—5.
Ne-
tiale.
leeft
Igste
ver-
bbel
par-
ielte
U te
8
Pfarrer
Berlijn—
de
bomvrije kelders te maken Het onderzoek heeft
echter uitgewezen, dat de verbouwing tot dit
doel meer sou kosten dan wanneer Ineens nieu
we kelders werden aangelegd Het is nu zeker
dat dit byzantUnsche bouwwerk, dat eenlg ia
in zün soort, in zijn oorspronkelUken vorm be
houden zal blijven.
In een proces, of een bepaalde compositie van
den overleden baron György BAnffy dan wel
van den 80- jarigen componist Serly afkomstig
was, moest voor de Boedapester rechtbank de
voor den oorlog beroemde tooneelspeelster Hka
Pil mal getuigenis afleggen. Op de vraag van
den voorzitter, hoe oud zü was. gaf de vroegere
primadonna geen antwoord, maar overhandigde
hanr geboorte-acte. met het verzoek, het daarin
voorkomende jaartal niet luid te willen voor
lezen. waarop de voorzitter aanbood zoolang
de deuren te sluiten. De tooneelspeelster aar
zelde een oogenblik. waarop de advocaat de slui
ting verzocht, die daarop ook door de recht
bank bevolen werd. Eerst nadat deze van den
leeftijd van de vrouw had kennis genomen, wer
den de deuren weer geopend.
een
de
hadden,
wel
dln-
t als
arenlang is men reeds aan het werk
de schitterende mozaïeker in het beroem
de byzantUnsche godshuis, de Aya Sophia
van Constantinopel, weer bloot te leggen. In
het wonderlijke licht stralen weer in den Nar-
tex (voorhal) en op de galerUen de schoone
voorstellingen van weleer, die eeuwenlang onder
ue kalk verborgen waren.
Naar men weet hebben de Turken toen zü
Byzantium hadden Ingenomen, de Aya Sophia
te een moskee veranderd en alle christelüke
afbeeldingen, kruisen en symbolen met kale
besmeerd. Nu het oude gebouw een museum
is geworden, is men V reeds eenige jaren mee
bezig om het zijn oud aanzien weer terug te
bq verlies van een band,
een voet of een oog.
[geschiktheid tot werken door p 7^0 bü een onKeTSÜ met
belde beenen of belde oogen e-FVra" doodelljken afloop
Drie schilderijen van Ruysdael. toebehoorende
aan Lord Lonsdale, zijn bjj Christie geveild. ZU
brachten in totaal 3360 Pond Sterling op. Het
hoogste bedrag werd betaald voor een land-
schap met waterval. Benige doeken van Van
Ostade, die tevens in veiling gebracht werden,
brachten verscheidene honderden ponden ster
ling op.
In het geheel bedroeg de opbrengst van de
verzameling van Lord Lonsdale 9353 Pond
Sterling.
Plotseling begon de jongen te roepen. ..Mama! Mamal* Maar
er kwam geen antwoord. „Bah, wat ia het hier vervelend,” zei
nej.
C'er-
en.
en
•talte. HU heeft het lange, smalle,
verweerde gezicht van wat wij
TTlftn” pnonvon >14
94
Aan den scherpgebogen neus, de oogen. en ook
aan de gestalte herkende Harvey in hem den
man, die hem overvallen had. Nu had Harvey
■zekerheid wie de schuldige was, niemand anders
dan Langhalm-Femau. Het geld dat vóór hem
lag, had hjj daags te voren op de bank omge
wisseld.
Het felle zonlicht belichtte z’n trekken scherp.
Nu was 1 ook te verklaren, waarom Mary Hall
stein en Köhler hem nimmer herkend hadden.
De pokken hadden zijn gelaat danig geschon
den en alle haarwortels als ’t ware wegge
vreten. Z’n gezicht was daardoor zoodanig ver
anderd. dat hU niet meer te herkennen was.
Geruischloos schoof Harvéy de kamer binnen -
en stond dan met één sprong vlak naast Lang- van Femau
halm. Z’n hand plofte zwaar op diens schouder.
„Femau, Je bent m’n gevangene!"
Langhalm sprong verschrikt op en bjj den
eersten oogopslag herkende hij reeds z’n tegen
stander. Een plotselinge angst scheen hem ’n
oogenblik als waanzinnig te maken en gillend
schreeuwde hij
.Maar alle donders! Ben je dan weer levend
geworden?’’
Als ’n getergde leeuw maakte hU zich gereed
Voor den sorong, doch Harvey wachtte z’n aan
val koelbloedig af, met de ónvërelëöïlsnw'kalmte
den Engelschman eigen.
moedde niet, hoe begeerige ooren hem aflulster-
den.
Nu sprong Harvey uit z’n schuilhoek en riep:
„Moordenaar! Je hebt bekend.”
Langhalm keek verdwaasd op, sidderend over
geheel z'n lichaam.
Ook Werner en Robbl traden naderbij.
Uit het volgend verhoor bleek, dat Fernau
in Brazilië twintigduizend Peseta's had ontvan
gen van Rudolf Semper, nadat hij Emilio
Alvarez uit de Maatschappij had doen verdwij
nen. Het oorspronkelijk plan was geweest dezen
te dooden. doch Marietta had zich daartegen
verzet. Toen hadden zü hem naar de binnen
landen vervoerd en overgeleverd aan wilde
volksstammen. Femau was in Brazilië gebleven,
waar z’n geld spoedig verbrast was. En eenmaal
op t hellend vlak, zonk hij dieper en dieper.
HU begon valsch te spelen en toen in Brazilië
z’n leven met meer veilig jras. week h(j uit
naar Noord-Amerika. Daar maakte hü zich
schuldig aan enkele ernstige diefstallen, waar
voor hU eenige Jaren gevangenisstraf moest
ondergaan.
Wederom op vrije voeten, keerde hü terug naar
Dultschland, z’n vaderland. Intusschen had hu
ernstig aan de pokken geleden, en z’n gelaat
werd hierdoor zóó geschonden, dat hU onher
kenbaar was geworden. Dit «maakte t hem
mogelUk z'n vaderland weer binnen te gaan,
waaruit hü tezamen met Rudolf Semper had
moeten vluchten, wegens 'n reeks ernstige mis
daden.
In Dultschland aangekomen nam hij den naam
Langhalm aan. Na veel nasporingen gelukte t
hem Rudolf Semper te ontmoeten, die hém
echter niet herkende Langhalm wist hem geld
af te persen, waarvoor hu de villa Ambach
kocht.
Toen rijpte In Langhalm het plan, om onder
het mom van eerzaam renteniertje z'n mis
op het oogenblik, dat zij de oorlogshaven van
het overwonnen Dultschland binnenvoer.
Een week later kreeg Niemoeller bevel om zün
onderzeeër naar Scapa Flow te brengen en aan
de Engetochen uit te leveren
„Laat degenen, die onze schepen aan de En-
maar zelf
„U meende, dat de Dultsche politie de beste
is?"
.Juist."
„Och, zoo denken al onze collega's over hun
eigen superioriteit. Mijn opinie is. dat 'n corps
in z'n geheel buiten beschouwing kan blUven.
't Gaat er maar om, of voor ’n bepaald geval,
de Juiste man gekozen wordt.”
„Dat ben ik met u eens; u hebt ’t ons maar al
te duldelUk aangetoond.’’
Beiden drukten Harvey respectvol de hand.
Nu vroeg Werner: -
„Waarom hebt u hem elgenlUk hierheen laten
brengen?” doelend op Langhalm.
„Omdat ik wil trachten, hem op deze manier
tot een bekentenis te dwingen."
„Gelooft u. dat u dat zal gelukken?”
.Laten we t hopen."
De bewustelooze begon zich langzaam aan wat
te bewegen.
HU opende de oogen en keek verwonderd rond.
De drie politiemannen trokken zich terug,
zoodat de geboeide hen niet kon zien.
EindelUk scheen Langhalm de kamer waarin
hU lag te herkennen. HU rilde even en sloot vol
de oogen. Dan sperde hU de oogen
weer ver open en staarde als 'n krankzinnige
rond.
„Waar ben ik?" kreunde hU.
Er kwam geen antwoord.
„Waar ben ik?” klonk ’t luider, als *h angst
kreet.
.Dat is zUn kamer," beefden de bleeke lippen
ontzet
Het hoofd zonk weder en hu stamelde onver
klaarbare klanken, het gelaat van *n martelen
den angst verwrongen.
.Hoe ben ik hier gekomen? HU 1* toch dood?”
Dan gilde hU weer wild:
„Hoe moet dood lUnl”'
Dit was een bekentenis en langhalm ver-
schadlgd werd, doch ontplofte niet. Duiken!*
beval NiemoeUer, doch hu vond toch nog tUd
<m den Franschman, die nauwelijks twintig
meter van hem verwUderd lag. een „den vol
genden keer beter" toe te wenschen.
Maltin NiemoeUer. HU heeft de gevangenis
ieeren kennen, toen bU bet bolsjewisme met de
v apenen in de hand bestreed Thans keen hU
in de gevangenis terug, nadat het Dultschland
der ..nationale Erhebung" de Republiek heeft
af gelost.
Er is een groote tragiek in het feit, dat de
n-an, die jaren achtereen zijn leven vefl hau
voor zUn vaderland, thans als een misdadiger
wordt behandeld door een - oeweglng. waarvan
vele aanhanger* met hem bet hoofd hebben
geboden aan een overmacht van vUanden. waar
van vele aanhangers met hem gevochten heb
ben tegen den binnenlandsclien vUand, die vi
tale deelen van het vaderland probeerde los te
echeuren of Dultschland onder een wreede
tirannie wilde brengen.
Wanneer het tot een proces komt, dan zal
voor het eerst een der prominente leden van
het Dultsche protestantisme voor de rechtbank
komen. Het H)dt geen twüfel of een dergelUk
proces zou minstens evenzeer de aandacht trek
ken als indertUd de geruchtmakende zaak tegen
Mgr. Dr. Peter Legge. Bisschop van Meissen.
gelachen cadeau gedaan hebben, ze
wegbrengen!" klonk zUn antwoord.
Daarmee was hu ontslagen uit den dienst,
verloor hU elk recht op hulp en steun, wierp
hU zich practlsch op tot „den verklaarden
vUand der Republiek", natuurlijk met alle ge
volgen van dien.
HU sloot zich aan bU een Freikorps HU vocht
tegen de rooden in het RUnland en in Oost-
Pruisen. Toen Dultschland langzaamaan wat tot
rust begon te komen voorzag hU in de behoef
ten van zUn vrouw en zUn beide kinderen zoo
goed en zoo kwaad als dat ging met het magere
salaris van een los-werkman bu de „Deutsche
Relchsbahn”. De oud-offider was wegwerker ge
worden en studeerde voor geestelUke In zijn
vrUen tüd
Vier jaren lang verzamelde Martin Niemoel-
lei mannen rondom zich, niet alleen wanneer
de scheepsgramofoon het .Deutschland Uber
alles" speelde, omdat er alweer een vUandelUit
schip in den grond was geboord, maar nok wan
neer de slepende tonen weerklonken van „Ich
hatt’ ein' Kameraden", dat telkens gespeeld
werd, wanneer uit de punten en de strepen van
den Morsesleutel de naam ontcUferd werd van
een goeden vriend, een familielid, een wapen
broeder
Martin Niemoeller verloor zUn zeUbeheer-
schlng niet, toen hU tachtig meter diep in den
Atlantlschen Oceaan sat en men hem kwam
meedeelen, dat zUn onderzeeër, die de volle la
cing had gekregen van een gecamoufleerd oor
logsschip, niet meer naar de oppervlakte wou
en zinkende was Met een afgeschoten periscoop
maakte hU de reis van Gibraltar naar Pola
waar men hem reeds had herdacht als een
gevallen held. In de Middellandsche Zee werd
bU bUna In tweeën gevaren door een Ameri-
laanschen kruiser, die hem probeerde te ram
men. Een ketelontploffing joeg den cruiser de
lucht in en Niemoeller maakte er zUn mannen
op opmerkzaam, dat het weggeslagen dek een
piacht van een zwembassin vermde. Terwül hij
met een defect znelvuurkanon en zonder tor
pedo's in de Adria tische Zee dreef, werd hU
plotseling getorpedeerd door een Franschen on
cerzeeër. De torpedo vloog met zoo veel geweld
tegen den scheepswand, dat deze ernstig be-
tUs-Klrche is klein als een kapel en zUn ge
meente komt ’s Zondags zoo trouw ter kerke,
dat er voor vreemden zelden een paar plaat
sen overblUven, ook al komen ze meer dan een
uur te vroeg.
En gesteld, dat men er in slaagt een plaatsje
onder zUn spreekstoel te veroveren, wat dan
nog?
Niemoeller is heel klein en tenger van ge-
7“ Uchteiuk
J een „buiten-
noemen. ZUn gebaren zUn onbeholpen,
hU spreekt zoo onwennig, zoo bUna bleu, als
men nauwelUks van een neomist zou verwach
ten. Een machtig opgebouwde preek ligt hem
niet. HU spreekt zacht, zonder gloed, zonder
eenlg pathos en drukt zijn gedachten uit met
een primitiviteit, welke hem elgenlUk onmoge-
lUk zóu moeten maken in het deftige Dahlem,
in de voorname gemeente, waarvan onze land
genoot, de NobelprUs-winnaar Prof. dr. Debye,
de minister van Oeeonomlsche Zaken en Pre
sident van de Relchsbank dr HJalmar Schacht
en de minister van Financiën Schwerin von
Kroeslgk leden zUn.
ElgenlUk hebben de tUdschriften, die wel eens
ultvlschten, dat hU onoirbare dingen zeide en
schreef, tot zekere hoogte gelUk. Martin Nie
moeller was gepredestineerd om een heel klei
ne, doodgezwegen .Dunkelmann” en „Pfaffe”
te wezen. Dat hU niettemin grooter werd dan
allen, die overliepen naar de breede rangen der
lauwe protestanten of die meeliepen in den
triomftocht van het neopaganlsme, is iets, dat
men aanvaarden moet en dat men niet verkla
ren kan.
Thans heeft zUn naam In kolossale letters op
de eerste pagina van all* Dultsche kranten ge
staan. HU 1* gearresteerd en gevangen gezet.
Men beschuldigt hem van de overtreding van
vrUwel alle wetten en verordeningen, welke het
Derde RUk op kerkelUk terrein heeft uitgevaar
digd. Niets is juister dan dat. Martin Niemoel
ler heeft zich niet aan één van die wetten en
verordeningen gehouden; hU heeft ze altud en
overal volslagen genegeerd. Men beschuldlgdt
hem er schUnbaar ook van, dat hU de aan
stoker was van een bepaald soort anti-natio-
naal-socialistische berichtgeving in de bulten-
landsche pers. Zou dit het geval zUn. het
communiqué betreffende zUn arrestatie is hier
niet zeer duldelUk; dan geschiedt dit ten
onrechte. Niemoeller heeft zeer zeker een goed
georganlseerden persdienst gehad, welke zelfs
nog een voorbeeld had kunnen zUn voor den
huldigen persdienst der katholieken, omdat hU
«ich niet beperkte tot voor het Dultsche pro
testantisme uiterst belangrijke centra als het
Roergebied, Pruisen en „den Waterkant". gelUk
de persdienst der katholieken zich uitsluitend
tot het RUnland en Beieren bepaalt, doch heel
geven. De opgravingen van het vorig jaar brach
ten die gedeelten van de Aya Sophia aan het
licht, die op dezelfde plaata stonden, voor
Justinlanus de machtige kerk bouwde. Nu wil
men alles wat na dien tUd gebouwd is afbre-
zen. en ook de klokketorens voor zoover die
-log bestaan, blootleggen Reeds In het voor
jaar heeft men de groote tapUten uit de moskee
verwijderd, zoodat de prachtige marmeren vloer
weer zichtbaar is geworden. Voorts heeft men
ook de Arabische en Turksche opschriften ver-
wl’derd, die het gebouw zoo'n onruetigen aan-
bdk gaven. De ontzaglijk»1 afmetingen van het
oude godshuis komen nu beter uit. en al* bin
nenkort ook de mozaïeken dc wanden sieren
kan men zich weer een juist beeld vormen van
oe onovertroffen pracht der ByzantUnsche
kunst. De kosten van deze restauratie* zullen
ongeveer 300 000 gulden bedragen.
In de onmiddellUke nabUheid van de Aya
Fophla ligt de beroemde Yerebatan-Clsteme.
«en van de wonderlUkste byzantUnsche water-
vargaarbakken. waarvan de plafond* en de koe-
l>els door schitterende byzantUnsche zuilen ge
dragen worden.
Eenigen tUd geleden heeft men voorgesteld,
van deze geweldige onderaardache ruimten
evangelie van St. Johannes hoorde: ,Dn het
licht schUnt in de duisternis", kon ik me geen
andere donkerte voorstellen dan die van dezen
angstigen middag, en geen ander licht dan het
warme en troostende lamplicht van onze buur
vrouw. Het geweld van den storm nam toe,
maar onze angst nam af. Evenals moeder
maakte ook mUn buurvrouw een krulsteeken
btj het huilen van den wind en het roofdlerge-
hull van den donder Daartusschen door zei ze
een paar woorden over stormen op de zee of
onweeren in Afrika, welke zU beleefd had en
daarbU verloor het noodweer, dat wU mee
maakten. meer en meer van *Un heel bijzon
dere heftigheid. Het bleef nog wel een machtig
onweer, maar in andere landstreken was het
nog heel anders
toegegaan, en de f’
wereld was blU
ven bestaan en
de sterren waren
aan den hemel
gebleven, en
daardoor had de
zon niet opgehouden te schUnen. en de vogel*
hadden er hun lied niet door vergeten.
Aan vankei Uk hadden we met een al te ang
stig hart tegenover het onweer gestaan en we
waren naar het hui* van onze buren gegaan,
en In de groeiende gemeenschap was ook onze
moed gegroeid. Nog een heele poos duurde het
onweer en mogelUk zelfs nam het nog in hevig
heid toe. Maar eindelUk stroomde de regen op
de wachtende aarde neer, en het wa*. alsof de
losgewoelde natuurkrachten in dezen regen ge
legenheid vonden, zich in te toornen. De don
derslagen werden zwakker en de brandende
bliksemstralen verflauwden tot een beetje weer
lichten. Ook de regen begon te minderen. De
vogels begonnen plotseling weer te fluiten en
dan viel in de langzamerhand ophelderende
duisternis de eerste zonnestraal WU waren «eer
vroolUk geworden, moeder en buurvrouw met
ons. Dan werd de dag weer licht en stralend.
Het was nog vroeg, en nog vele uren van hel
derheid en zonneschUn werden, voor de nacht
viel, geschonken aan de verfriachte aarde en
aan onze verfrischte zielen.
Toen wU het vreemde en nu zoo vertrouwde
huls der buren verlieten, overviel ons een lichte
weemoed, zooals bU het afscheid van een trou
wen vriend En ik ben er later Hooit voorbijge
gaan. zonder te denken aan dat troostvolle uur,
dat ik te danken had aan dit huls en zUn na
buurschap. iNadruk verboden)
HU zag in Langhalm’s hand een mes flitsen.
Harvey deed 'n stap terug en op t moment dat
het mes toegestooten werd, suisde z'n vuist door
de lucht en beukte op Langhalm’s ongedekten
bovenarm. De arm zakte slap langs 't lichaam
neer, verlamd van pUn, terwUl het me* op den
grond kletterde. Maar nog gaf Langhalm zich
niet gewonnen.
Harvey wierp zich op den woesteling en
opeens, midden in ’n hevige worsteling, klonk 'n
schot Harvey's revolver was uit het foudraal ge
vallen en afgegaan. Op z’n voorhoofd sUpelde een
straaltje bloed.
Langhalm maakte van dit oogenblik gebruik
om opnieuw z'n me* te grUpen. Maar tegelijk
dat hu zich voorover boog, gaf Harvey hem zulk
een geweldigen slag tegen een der slapen, dat hU
bewusteloos neerstortte. Nu kon de detective z'n
gevangene boeien en nu pas bemerkte hU. dat
hU bloedde. Doch hU lette er verder niet op
en stak de bankbiljetten welke op tafel lagen
bU zich en begon daarna den koffer te onder
zoeken. Daarin vond hU zelfs meer, dan hU had
durven verwachten. HU haalde achtereenvol
gens te voorschUn een pakje valsche baarden,
ook den langen. grUzen baard van gisteren. Ver
der valsche paspoorten, waaronder een ten name
i en een ten name van Langhalm.
Maar de meest verbazingwekkende vondst was
wel een vel beschreven papier, de eigenhandig
geschreven bekentenis van Rudolf Semper,
waarop deze In z'n waarschuwing aan de politie
gezinspeeld had en die verborgen had gelegen
In de geheime lade van z’n schrUfbureau.
Inderdaad bewijsmateriaal voldoende. Harvey
borg deze papieren in z'n portefeuille. Inmiddels
waren enkele veldarbeiders en de tuinknecht op
t hooren van 't schot komen toesnellen. Ontzet
en verslagen bleven zU in de deuropening
w-s fn kortgeleden plaat* gehad hebbend on-
H weer deed me opeen* herinneren aan een
voorval in mUn klndertUd. dat ik hier wil
verhalen Ik zal vuf of aes jaar oud zUn ge
weest. en dat is nu al een heelen tijd geleden,
maar het bewuste uurtje zal ik nooit vergeten
MUn broer en ik «aren samen met moeder in
de keuken. mUn zuster was bU grootmoeder en
met meerderen waren wU destUds niet De
zomermiddag was stralend begonnen, mlsachien
wat te warm en stralend en opeen* zagen we
de eerste wolkenschaduw in de kamer. De scha
duw verdween, en er kwam een tweede en dan
volgden *U elkaar spoedig op. In korten tijd
was het eerst duister en al gauw aelfs donker
De dag scheen volkomen in den nacht te «Un
overgegaan. De wind huilde en de eerste don
derslag dreunde, alsof hU het einde van de
wereld wilde aankondigen. Alles, wat leefde,
was verstomd en er was niet* anders te hooren
dan de stem van het ongewone onweer, dat ons
deed beven.
We waren eraan gewoon, dat moeder ons
lederen schrik verminderde en iedere vrees
wegpraatte, maar nu begon zü zelf ook te tril
len. Na lederen slag maakte zU het teeken de*
krulses, maar hield spoedig weer de handen
voor haar oogen. om ze te beschermen tegen
het al te plotselinge weerlichten. Het was het
hevigste onweer, dat *U ooit beleefd had en
het leek nog erger, omdat er geen regen wilde
vallen en de hemel inktzwart was. De storm
wind raasde en bliksem en donder pUnlgden
telkens opnieuw oogen en ooren. Plotseling
volgde er een slag, waardoor het hul* scheen te
schudden. „MUn hemel, die is Ingeslagenzei
moeder, en dan hield zé het niet meer uit. WU
belden, bevende tnenschjes. waren haar niet
meer voldoende in deze machtig bewogen we
reld. of liever: het is beter het zoo uit te druk
ken: zU achtte zichzelf geen voldoende bescher
ming voor ons. ZU verlangde naar een beetje
meer menschel Uken steun voor ons. En dan
nam ze ons vlug bu de hand en „vloog" onder
de dreigende, maar nog steeds niet stroomende
lucht naar het huls van een buur, dat een paar
passen van het onze was gelegen. Hier was
niemand thuis behalve dezyrouw. die een stuk
ouder was dan moeder, maar dat was voldoen
de. Het was in deze keuken zeker zoo donker
als in de onze, maar aangezien hier nu vier
menschen bu elkaar waren, leek hetlamplicht
veel troostrUker in de duisternis te schUnen dan
het onze ooit gedaan had. Toen ik later voor
den eersten keer de schoone woorden uit het
(Van onzen Berlfjnschen correspondent)
-v—v n zoo heeft Martin Niemoeller,
H der Jesus-Christus-Klrche te
-•-* Dahlem, het plotseling gebracht tot
uitzonderlüke eer der .Leadlines".
Een week geleden nog was Niemoeller
volslagen onbekende, iemand aan wien
kranten nog nooit een regel gewUd L_J
iemand van wlen een of ander tUdschrlft
eens had uitgevischt, dat hU onoirbare i
gen zeide of schreef, en die dan natuurlUk
„Dunkelmann” en ..Pfaffe” werd gekraakt
Zóó’n man te verheffen tot de eer der .Lead
line*’’ zonder dat LU een wereldrecord verbe
terd of een sensatloneelen moord begaan heeft,
lUkt onmogelUk; en het is ook onmogelUk. ten
zij men veronderstelt, dat hU heelemaal niet
zoo onbekend is. als degenen, die hem dood
zwegen, schenen te veronderstellen of wilden
veronderstellen
De naam Niemoeller is een begrip geworden
in Dultschland en daar bulten. Voor het recht
zinnige Dultsche protestantisme is Pfarrer
Martin Niemoeller een pionier, een onverschrok
ken belUder Voor het buitenland is hU de lei
der der BelUdenlskerk, de bezielende kracht
van het Belijdenisfront, het orthodoxe Dultsche
protestantisme zelf.
Niemoeller wU niet een „leider” *Un en tel
kens en telkens weer herhaalt hU, dat de Lei
der der BelUdenlskerk" niemand anders is dan
de Christus. HU draagt ook niet den titel van
leider. HU 1* geen voorzitter of wat dan ook
der commissie van dominee’s, die de BelUdenls
kerk besturen.
Naast hem «taan gezaghebbende figuren als
de vroegere RUksblsschop Bodelschwlngh. Men
schen met een internationale reputatie als de
vroegere Reichssuperintendent Sibelius. Harde
werkers, onvermoeide strUders en invioedrUke
figuren als een Jacoby, een Rabenow, een Mül
ler.
En toch is Niemoeller „de” leider. Waarom?
HU zelf wil het niet weten en zUn tienduizen
den aanhangers volgen hem zonder naar het
waarom te vragen. HU heeft alles tegen zich
ZUn brochures worden in beslag genomen.
Spreken mag hU nergens, behalve zoo nu en
dan eens in zUn eigen parochie. VrUwel nie
mand wordt door hem ontvangen. ZUn portret
hangt niet in de boekwinkels. De Jesus-Chris-
Dultschland besloeg. Dezen persdienst heeft hu
echter al lang opgeheven. En zulks niet, om
dat de Geheime Staatspolitie telkens en tel
kens weer zUn kerk en zijn pastorie onderst
boven haalde om documenten te zoeken en re
gelmatig zUn bescheiden en kantoormeubelen
in beslag nam. zun medewerkers arresteerde en
hem dag e.. nacht bewaakte. want ondanks
dit alles bleef zUn persdienst functionneeren
en langen tUd trotseerde hU de Gestapo;
doch om heel andere redenen. Niemoeller was
plotseling tot het inzicht gekomen, dat zUn
A I I TT A °p cUt blad *Un ingevolge de verzeke:
ZVI 11 T< ZA OVjI 111 b O on8evallen verzekerd voor een der
berichten voor een goed deel terecht kwamen
ln kranten, van wie de godsdienst niets, maar
dan ook niets te verwachten had. Dat deze
bladen plotseling zoo begaan waren met het
lot der Dultsche protestanten, had maar één
oorzaak, namelUk dat ze er politieke munt uit
konden slaan. Ze Ijverden niet voor het chris
tendom, doch ageerden tegen Dultschland en
dat was voor den patriot Niemoeller voldoende
om een anderen weg ln te slaan.
De patriot Niemoeller! Het te moeilUk ln het
huidige Dultschland een beter bewUs te vin
den dan deze man voor het schreeuwend on
recht. dat men dengenen aandoet, die men voor
landverraders, volksverrader* en nationaliteits-
loozen uftmaakt. omdat zU zich niet onvoor-
waardelUk scharen achter de roode vlag met
het zwarte hakenkruis ln wit veld.
Wanneer er iemand een smetteloos patriotlsch
verleden heeft, dan is het Martin Niemoeller!
Het was de Jonge Martin Niemoeller, die in
de eerste Augustusdagen van 1914 de rustige
pastorie van zUn vader verliet om zich als vrU-
willlger aan te melden bU de kelzerlUke armee.
HU bood zich aan als vlieger in een tUd. dat
men er bU de gevechtsvllegerU hoogstens door
een dom toeval het leven af kon brengen. Toen
dat niet lukte, aanvaardde hu den gevaarlUken
post van dulkbootofflcler. Een Jaar later was hu
commandant. HU vocht boven de Faroer-eilan-
den, achter Ierland, ln het Kanaal, op den zee
weg naar Amerika, voor Madeira, in de Straat
van Gibraltar, in de Middellandsche Zee, in de
Adrla. In 1917 vestigde hU een record, dat bUna
twintig jaren later eerst door onze K. 18 ver
beterd zou worden. Echter wel onder eenigs-
zins andere omstandigheden. Midden ln den
oorlog was het niet zoo makkeluk pm vier maan
den in zee te bluven. opgeloopen averU zelf te
repareeren, dag en nacht op zUn qul vive te zUn
voor oorlogsschepen, vliegtuigen. mUnen. dlep-
zeebommen, spernetten en bult! Want Nie
moeUer maakte op zun U 51 geen pleizlertochtjes
en alles wat hU noodlg had. moest hu verove
ren. Zoolang hU geen schip torpedeerde, had hU
voor zich en zUn bemanning geen proviand en
voor sUn motoren geen stookolie.
Martin Niemoeller heeft zUn dagboek uit die
jaren gepubliceerd ln „Vom U-Boot zur Kanzei",
een klein boekje, dat niet de minste litteraire
pretentie heeft, dat zleh met een paar droge
opmerkingen van de mooiste dramatische stof
afmaakt en dat desondanks een der meest tref
fende en aangrupende stukken oorlogsllttera-
tuur uitmaakt, die wU ooit onder de oogen kre
gen.
Martin Niemoeller was ook één van hen, die
in de radeloosheid der November-revolutle zUn
leven waagde ln het eigen vaderland voor de
vlag, die hU jaren lang trouw verdedigd had op
de eindelooze zee.
HU voer Kiel btnnen, toen daar alle schepen
reeds de roode vlag ln top hadden. HU streek
echter zUn zwart-wlt-roode banier om het zwarte
oorlogskruis niet en hü commandeerde alle hens
zwaar gewapend aan dek, toen het gepeupel op
de kade een dreigende houding begon aan te
nemen. Toen zUn onderzeeër gemeerd was, nam
hU ondey de wapperende oorlogsbanier afscheid
van zUn pannen, liet hen het groot vlaggesa-
Tuut brengen en haalde eerst toen het zwart-
wit-rood binnen, dat geen dienst meer deed,
omdat *Un duikboot buiten dienst gesteld was
dadigersleven voort te zetten. Z'n overwicht op
Rudolf Semper was zóó groot, dat deze zich
genoodzaakt zag zich bU hem aan te sluiten,
te meer. wUl intusschen het vermogen van
Marietta zoo goed als opgeteerd was. Tezamen
ondernamen zU hun rooftochten, naar bUna
alle groote steden van Europa. Doch Semper waa
'n man van 'n vreesachtige natuur, die liefst aoo
weinig mogelUk waagde; alleen ln geval van
geldnood, begaf hü zich op t mlsdadlgerspad.
Langhalm daarentegen drong steeds op nieuwe
inbraken aan. Z'n zueht naar geld was niet
meer te bevredigen en dorst Rudolf Semper zich
te verzetten, dan dreigde Langhalm met ’t ver
leden.
T verliep de tüd. tot Wilhelm Köhler ver
scheen. in wien Langhalm reeds bij de eerst*
ontmoeting Emilio Alvarez herkend had. hetgeen
bovendien nog door diens uitlatingen bevestigd
werd.
Het verdere verloop was. zooals Harvey ver
moed had. Eerst wilde Langhalm Wilhelm
Kohier dooden. Waar echter bleek, dat er voor
hem slechts gevaar kon dreigen, indien Semoer
hem zou verraden, besloot hü dezen uit den weg
te ruimen. De gelegenheid daartoe was gunstig,
wül algemeen Wilhelm Kohier voor den dader
zou worden aangezien.
Toen Langhalm het gestolen geld ging om
wisselen had hü in de hall van het bankgebouw
reeds direct den Londenschen detective her
kend. van dien* achtervolgingen ln het Lon-
densch hotel. Daarom had hü dezen man naar
de eenzaamheid der bosschen gelokt.
Zoowel Marietta al* Langhalm ondergingen
hun gerechte straf.
Wilhelm Köhler en zün zuster Edith he trok ken
weer hun villa „Mon repos", waar Wilhelm
Kohier de rust vond, welke Emlllo AIVaTéz niet
gegund was.
gerustgesteld te hebben, dat de achtbare rente
nier Langhalm slechts bewusteloos was. legiti
meerde hü zich als politieman en verzocht den
mannen tegen “n flinke vergoeding den ge
boeide en den koffer naar slot Hallstein te
dragen.
HU zelf ging voorop.
XVIII
Langhalm, die zich vroeger Fernau genoemd
had en waarschünlük nog onder verschillende
andere namen had geleefd, lag. nog steeds be
wusteloos op den vloer van Rudolf Semper's
studeerkamer, op dezelfde plaats waar hü z'n
slachtoffer vermoord had.
Werner en Robbl waren juist gearriveerd en
Harvey legde hun op fluistertoon uit, hoe hU
er toe gekomen was, Langhalm te verdenken,
hoe hü hem aangetroffen had en ook, hoe de
felle worsteling geëindigd was. Daarna reikte
hU Werner het bewüsmateriaal toë, gevonden in
Langhalm's koffer en overhandigde hem ook
't geld.
Met steeds toenemende verbazing hadden
beiden geluisterd en Werner erkende volmondig:
.Het zou nooit in me opgekomen zün. om
thans in die richting te zoeken. Wat U hier ge
presteerd hebt, was ons niet mogelUk geweest.
Wel ben ik er van overtuigd, dat tenslotte ook
wü ln Langhalm den dader zouden gezien heb
ben, maar dat zou zeker meer tüd ln beslag ge
nomen hebben
„t'ls mü niet om een pluimpje te doen," was
Harvey's antwoord. „Ik wilde U enkel maar
laten zien, dat iedere detective wel eens 'n fout
kan begaan, maar daarom nog niet geheel en
al ongeschikt voor z’n werk ia"
..Waarachtig, waarde collega, ik heb u groot
onrecht aangedaan. Eerlük gezegd, verwachtte
M» Met veal van wg* mU bewPiiiteiliig-vnnr
de Londensche politie maar matig.”
131