win
D
De avonturen van Stan en Pol
den dag
Britsch-Indië
F 250.
F 750.-
NANCY STEELE
wordt vermist!
Spraakverwarring in
D
TOREN VAN BABEL OP
DE VERKEERDE PLAATS
Veel analphabeten
Goldrush
Goud-
S.D.A.P. en Oranje
Romeo en Julia
vm
Een burgemeestersrede
te Zaandam
Het Engelsch is alleen in de groote
steden en onder de welgestelde
bevolking verbreid
en platinavondsten
in Alaska
AANGIFTE MOET. OP STRAFFE VAN VERUES VAN ALLE RECHTEN. GESCHIEDEN UITERLIJK DRIE MAAL VIER EN TWINTIG UUR NA HET ONGEVAL
i De gouden
lever i
s*
WOENSDAG 21 JULI 1937
i.
moest eigenlek
(Nadruk verboden)
Een splinternieuw pakje, dat zü gekocht had, omdat de
Stan en Pol waren zeer tevreden. Ze lieten zich op straat
jongen Ux.h maar niet geregeld in bed kon blijven liggen. Freek
zakken en zochten weer naar nieuwen arbeid?
let
dels geheel donker geworden en de maan scheen thans helder.
o
bij levenslange geneele ongeschiktheid tot werken door
WILLINK
LUC
DOOR
Naar de gelijknamige Fox-fllm
Idioten!
vroeg
DE EENTONIGHEID WORDT GEBROKEN
De
(Wordt vervolgdJ
Ze vertelde Freek dat ze bljj was dat hü nu in 't vervolg
beter zou cppassen en of hü het nu werkelijk meende. Daarop
verklaarde Freekje vol vuur dat hü het heel, heel ernstig meen-
ae. Nu mocht hü naar beneden en daar kreeg hU van moeder..
V
aap. Het zweet stond op zijn voorhoofd van
aandoening Hij walmde klanken en voer voort:
Land mjjner vader.
Laat mjj u naderen....
ladava artomobRit kan ilidilgk
vartallaa, hoavaal kilometer per
uur zijn wegen haalt, maar ilechts
weinige» weten, hoeveel meiar
zw wel aoodlg hebben om met
dia vaart ta rtcppsal
Het begon ermee, dat de oogen van de .pro
fessor" ernstig ziek werden, Danny wist, hoe zijn
Mjjn land, mijn vaderland,
BllJv’ mee door mij in stand.
Elk doe zijn plicht!....
zich sterker voelbaar dan juist in dit land Of-
JJcleel, wordt bekend gemaakt, dat men in
bfl verlies van Md band,
een voet et een oog.
WIJ zijn mr. In t Veld dankbaar root
[oorden. Moge de geest, die daaruit
al zijn geestverwanten doordrln-
einde is gemeenlijk een kogel, welke hun
b!’ een ruzie in een café door het hoofd
wordt gejaagd. Het lijk smijt men eenvou
dig de deur uit. Geen haan kraait er naar.
Tenslotte trekken de meesten van deze
gouddelvers er ook op uit, om te overwin
nen of te sterven....
al even alledaagsch geworden als ministerieele
rondschrljvens. Het altijd eensluidende briefje
kreeg het streotype antwoord, dat, naar de
jongste gegevens van het bureau van den Bur
gerlijken Stand, Pedro Givannezzo nog in leven
was. Dat ging nu al maanden zoo en zou waar
schijnlijk nog heel lang hebben voortgeduurd,
als op zekeren dag niet een simpel telegram,
dat de verschillende universiteiten tegelijker
tijd toegezonden kregen, er een einde aan had
gemaakt. De tekst van dit draadbericht was
kort en zakelijk: .Pedro Glvanezzo overleden.”
Het eerste locaaltje, dat den volgenden mor
gen naar het afgelegen dorpje boemelde, had
een ongewoon groot aantal reizigers, waarvan
de meesten elkaar herkenden en er zich eerst
over verwonderden, dat hun reisdoel hetzelfde
was. Maar toen kwamen de tongen los en de
mogelijke ziekte-oorzaken van Pedro's lever
vormden aanvankelijk een punt van een onuit
sprekelijk geleerd debat, dat allengs heftiger
werd, toen er een de vraag durfde opwerpen
wie nu eigenlijk de grootste aanspraken op die
zonderlinge lever zou kunnen doen gelden. Toen
de gemoederen hun kookpunt beangstigend na
derden, stonden de heeren voor een kleine stich
ting, welke een tehuis voor ouden van dagen
en tevens ziekedverpleging bleek te zijn. Wat
later kwamen ze in het lijkenhuisje, waar Pe
dro Givannezzo’s stoffelijk overschot lag opge
baard, bewaakt door een martialer, politie-agent.
Een kteln mannetje, gehuld in een te ruime
witte Jas, begroette de binnenkomenden min
zaam met een gefluisterd „waarde collega's".
Toen zU hem allen tegelijk over het doel van
hun komst Inlichtten, hief hü zün beide handen
af werend in de hoogte en sprak:
„Waarde collega's. Uit mijn ambts-eedig rap
port zal u blyken, dat de vrachtauto, die een
einde maakte aan het leven van Pedro Givan-
nezzo, in leven postbode, os. zijn leve/ totaal
verpletterde.”
„Van weerszijden," aldus de burgemeester, „zijn
in de laatste jaren de scherpe puntjes er wat
afgegaan. Bij de S-D-AJ». kwam meer begrip
voor de plaats die het Huls van Oranje door
geschiedenis en traditie in het Nederlandsche
volksleven inneemt en bleek men geneigd meer
rekening te houden met het feit dat in onze
huidige staatsinrichting de Koningin recht
heeft op volledige erkenning als hoofd van den
Staat.
Van de andere züde werd deze onfwikke-
kon lokken en tegen zün zin aan het babbelen
kon krügen over de dingen van den dag. Maar
Dr. Floretti was een uitmuntend gevangenis
predikant, die zün métier volkomen onder de
knie had. Hü liep er niet in en bepaalde zich
tot Deuteronomium. zün Riphteren en zün Ruth.
Hü liep al zoolkng mee en hü kende zün in
structies.
Danny kende den gevangenisdienst nu op een
prik. Hü wis, hoe brieven verzonden worden,
hoe Je aan sigaretten komen kan en slapen kunt,
op uren dat je behoort te werken. Hü kreeg de
techniek te pakken, het gecompliceerde samen
stel van uitgeslapen trucs, door heele generaties
van misdadigers in tal loose leege uren moeizaam
uitgedacht en üverig aan opvolgers geleerd. Hü
kende de heele afdeeling E bü haar namen of
bünamen, de cipiers: Rooie, Stille, Watson,
Leelüke. Mutters, Doyle, Ouwe Joe, Grinnik....
En de gedetineerden: Huilebalk, Smithers. Olaf
son, de Gekke, IJzeren Jimmy, Todd. Willy,
Nikker, Jap (dat was een Chinees), Philips, Mr.
Sprigg, Wilkins, Dover, Sammy en de rest.
Hém noemden ze bondig: Mof, Prof en Mof,
samen in één cel. Daar had hü genoegen mee te
nemen, zooals ze éllen genoegen hadden te
nemen met de bajes en wat daar allemaal bü
komt kijken.
Ondanks alle goede maatregelen komt het ook in de grootsteden
tot verkeersstoppingen, zooals hier op -een kruispunt van
straten te Parijs
A I f A 015 <ut blad z^n Ingevolge de verzekenngsvoorwaarden tegen Ï7 7^0 b^ levenslange geneele ongeschiktheid tot werken door p *7Cwf} bij een ongeval met
AI >1 .r. XTLD vJlN1 R Es O ongevallen verzekerd voor een der volgende uitkeerlngen verlies van beide armen, Bblde beenen of belde oogen VV« doodelijken afloop
lingsgang gemakkelük gemaakt, doordat niet
langer de strüd tegen de Soc. Dem. beweging
gevoerd wordt in het teeken van Oranje.
Ik meen, aldus burgemeester In 't Veld, te
mogen aanneóien, dat wü allen deze ontwikke
ling in de verhoudingen met vreugde begroe
ten. Want vormen vrüheid en verdraagzaam
heid niet de grondpülers waarop de demo
cratie steunt?,
Vrüheid en verdraagzaamheid moeten ook
worden gezien als de groote geestelijke goede- den gezondheidstoestand van Pedro Givannezzo
ren. door Willem de Zwüger als erfenis aan informeerden, waren op de gemeente-secretarie
t Nederlandsche volk achtergelaten. Door ver
draagzaamheid te betrachten handelen wü dus
-in zün geest en handhaven wü een van de
edelste Nederlandsche tradities. Het is om deze
redenen dat ook het „roode deel” van Zaandams
gemeentebestuur uw bond met sympathie te
gemoet treedt en u van harte een vruchtbaar
congres toewenscht.”
Het kleine Itallaansche dorpje Montecchlo
Maggiore, aan den straatweg naar Vicenza,
pleegt tezamen met Verona nog steeds de her
innering aan Romeo en Julia levendig te
houden. Op den top van den berg, die het dorp
overheerscht, stonden eens de belde sloten Bella
Guarda en Villa, die uit den tfjd van Della
«e»ia stammen en met de vertelling van de ge
schiedenis der beide ongelukkige geliefden in
verbinding worden gebracht. De sloten zün in
dertijd door de Venetianen, nl. in het Jaar 1814.
verwoest en sindsdien geven nog slechts
ruïnen de plaats aan. waar zü eens stonden
Dank zü de buitengewoon hooge gift van een
burger van Vicenza zullen deze beide sloten
nu weer geheel in hun vroegeren mlddeleeuw-
schen toestand worden opgebouwd. De plannen
zün reeds door de regeering goedgekeurd. Men
zal ook een weg naar den top van den berg
aanleggen en dezen noemen naar Luigi da
Porta, den schrüver van de novelle .Julia", die
van Masuccio de tragische stof overnam, welke
later door Shakespeare onsterfelük werd ge
maakt.
Het
melodie
zün vuisten
klanklooze stem vertelde hü. wat hü van den
Zuid-Afrikaanschen oorlog had gezien, maar
niemand gaf hem een verstandig antwoord.
„Duitscher" was het eenige wederwoord, dat hü
kon krügen.
Ik ben een Ier! zei Danny woedend.
Nou Juist! Nou Juist! riep Wilkins. Dat
is precies hetzelfde! De Ieren leggen het met de
Duitschers aan, „Sinn Fein", hé? Achter Enge-
lands rug om verraden zü de zaak!
Het schuim stond Danny op de lippen.
Bopton heette hjj! zei de dikke man
bovenop de britg.
Wie? vroeg' Danny.
Wel. dien ik vermoord heb. Bopton. Hü
handelde in landbouwwerktuigen.Daar wordt
dik mee verdiend.Er zit een commissie op.
nou!....
Loop naar de hel! zei Danny.
De dagen gingen voorbü. De cipiers herwon
nen hun zelfbeheersching en zwegen weer tot
de gevangenen. Als iemand vroeg, of hü vrü-
willig kon dienstnemen, luidde het antwoord:
Hou je mond dicht!
Hoe verliep die oorlog? Natuurlük zou Amerika
winnen; Amerika zou het eeuwig winnen, niets
kon vergeleken worden met Amerika.... Maar
was Duitschland al verslagen? Ze wisten er
niets van. En de gevangenls-predlkant, die het
zieleheil van deze kooivogels moest verzorgen,
wou principieel niet over deze dingen spreken.
Die bleef bü het Oude en Nieuwe Testament en
verder kwam hü nooit. De listige Wilkins, die
zün cel deelde met Mr. Sprigg, probeerde tel
kens. of hü Zünen Eerwaarde niet uit zün tent
-j--. edro Givannezzo was een man van gewicht,
P* letter! ük zoowel als flguurlük. En dat laat-
A ste was een noodzakelük gevolg van het
eerste.
De toename van Pedro Givannezzo’s lichame-
lüken omvang dateerde van kort na zün trou
wen en zün zilveren huwelüksfeest had hü
lang achter den rug. Büna vatl dag tot dag kón
men hem zien groeien. Als hü met zün zware
posttasch langs de buizen ging, was hü boven
dien iemand, die om zün wereldwüsheid ont
zag Inboezemde. Dan was hü een vraagbaak
voor alle dorpsbewoners, wier verleden en heden
Pedro op zün duimpje kende en wien hü de
toekomst soms durfde vóórspellen. Maar buiten
diensttüd was hü voor niemand te spreken en
- -ftfet hü zich door zün vrouw als een pasgeboren
kind vertroetelen. En zoo kwam het, dat Pedro
Givannezzo overal kon vertellen, dat hü ruim
225 pond woog.
Er was echter den laatsten tüd iets, dat Pe^ro
Givannezzo’s leven minder aangenaam maakte,
zün goed humeur af en toe leelük verstoorde
en, last not least, fnuikend was voor zün eet
lust. De lekkerste happen at hü nu met lange
tanden en tenslotte raakte hij ze heelemaal niet
meer aan.
Tenslotte besloot hü met dat .Jets” naar den
dorpsdokter te gaan. Nahwgezet als deze was,
besloot de dokter Pedro nauwkeurig te onder-
zoeken. En zoo geschiedde. Gestoken in een
lange witte jas, die hem nog kleiner maakte,
betastte de man der wetenschap den enormen
„vleeschkolos”. die uitgestrekt lag op de lange
wit bekleede tafel, welke zekerheidshalve met
schildersschragen was ondersteund. Zün wel
overwogen conclusie was. dat Pedro Givannezzo
volkomen gezond was, alleen met zün lever was
er iets niet in orde. Maar daar was raad voor.
Gewapend met een apotheekbriefje, waarop hü
tevergeefs probeerde te lezen wat er precies
stond, verliet Pedro Givannezzo den dokter. En
vóór hü thuis was een afstand van vüf „mi
nuten gaans wisten alle voorbügangers, dat
Pedro een leverkwaal had. De andere dorps
bewoners wisten het ook denzelfden avond nog.
En allen te zamen werden ze van dag tot dag
nauwkeurig op de hoogte gehouden van het
verloop der ziekte.
Zóó verwonderde er zich eigenlük niemand
over, toen Pedrtf op een ochtend met veel om
haal en niet minder ophef vertelde, dat hü de
volgende week naar de universiteitskliniek van
Milaan wilde gaan, om zich door specialisten te
laten behandelen. 1 Zou wel een bom duiten
kosten, maar dat gesukkel van de laatste weken
e kentering in de sociaal-democra-
tische mentaliteit naar een meer
nationale gezindheid voltrekt zich
snel. Wij wezen reeds op het opmerkelijk
hoofdartikel, waarmede „Het- Volk" een
maand geleden prinses Juliana en prins
Bernhard begroette. Nog opmerkelijker is
de rede, die de soc-democratische burge-
flieester van Zaandam, mr. J. in ’t Veld,
Woensdag j.l. heeft uitgesproken. De Bond
van Chr. Oranjevereenlglngen hield zijn
jaarvergadering in zijn gemeente, en om
het hoofdbestuur van dien Bond op zijn
stadhuis te kunnen ontvangen, had’ de
burgemeester zijn vacantie onderbroken.
Dat een socialistisch burgemeester woor
den van welkom richt tot een bond van
Oranjeklanten noemde mr. In ’t Veld een
verheugend symptoom, omdat daaruit blijkt
een toenemende verdraagzaamheid.
Allen gilden en de cipier maakte zich zoo
goed mogelük verstaanbaar aan twee gevange
nen, die weten wilden, wie tegen wie vocht
Amerika en Frankrük en Engeland en Itallé
tegen Duitschland en Japan! zei hü-
Niet waar. Japan vecht aan ónze zü! riep
een gevangene.
„Onze zü”’.... Niemand hoorde het
Weg met de Duitschers! Jongens, geef ze
er van langs! Slaat ze dood!
Het kabaal nam toe aan kracht
Een neger, met zwemmerige oogen, het vuile
wit van zün oogappels nog weer heelemaal ver
troebeld door tranen, begon met zün heesche
keelstem te zingen:
er zich tusschen werpen. Maarzoo’n hond
kan op stuk van zaken door de glasruit heen-
sprlngen en Danny werd deugdelük tegen ge
houden door de onwrikbare tralies. De gevan
genen waren dieren geworden. Het gecompli-
ceerd-menschelüke was verdwenen. Zü allen
schreeuwden .vrüwel zonder articulatie, zü rea
geerden als kuddedieren, hulpeloos, met enorm
energieverbruik, in toom gehouden door de wan
den van hun hok, vol primaire drift.
Alleen de „professor” lag op zün brits en
stemde niet méé in met de thans reeds voor den
tienden keer aangeheven nationale hymne. Hü
was trouwens een Duitscher en er bestond voor
hem geen speciale reden, om zich te verheu
gen in deze omstandigheden. Danny stond voor
de tralies en kon geen geluid meer geven. Hü
was zün stem kwüt. Hü had gescholden en ge
schreeuwd en op zün machtelooze wüze gepoogd,
de anderen aan het verstand te brengen, dat
oorlog waanzin is. Maar hü had niets anders
-bereikt, dan dat zün buurman van E 660 hem
voor Duitscher uitschold en constateerde, dat
men dus twee Duitschers in één cel had opge
sloten. Wie niet vóór de Geallieerden was. was
tégen hen. Dat kon inderdaad een kind be-
grüpenl’.
Er was weer hoop in de harten der kooi
vogels. Wat deze nieuweling Wilkins al onmid-
dellük beseft had en als een prachtige kans be
schouwde, drong nu. enkele uren later, tot de
overigen door: ze zouden misschien vrüwillig
mogen dienstnemen en naar het front!
Danny had werk te over om iedereen aan te
bassen an uit te schelden. Met zün heesche.
deze wo
spreekt,
gen. Dat zal zeker bijdragen tot een ge
zonde en rustige ontwikkeling van ons
staatkundig leven.
celgenoot ze eiken dag inwreef met stof en vuil
om de genezing tegen te houden. Hü wou en
hü zou naar het hospitaal en hü bereikte zün
doel. Hü had een prachtig praatje tegen den
oogarts. Dr. Bonnie, die de vriendelükste man
was van heel Graham. Hü had buitenlucht
noodig, zei de „professor", hü kwünde weg in de
cel. Dr. Bonnie was het daarmee eens. Welis
waar had zün oogheelkundige studie nog nim
mer buitenlucht aangeraden tegen oogaandoe-
ningen, maar hü was overtuigd van het degene-
reerende, dat de cel bezit en hü erkende, dat
deze gevangene een intellectueel was en dus
dubbel leed onder zün straf. Dus: Sturtn (de
oogarts was de eenige, die de gevangenen steeds
bü hun achternaam aansprak) moest een
baantje in de buitenlucht hebben. En de „pro
fessor" was van meening. dat ook Danny daar
voor in aanmerking kwam. Want dat paste
allemaal in het schema* dat de „professor" zich
had uitgedacht.
Hü wist Dr. Bonnie zóóver te krügen, dat hü
eens een oogonderzoek oplei aan élle gevange
nen teneinde Danny rustig te kunnen obser-
veeren. Danny’s oogen waren pulk. Maar Dr.
Bonnie (die veel te weekhartig was voor de be
trekking, die hü bekleedde) voelde aan.-dat deze
ruige kerel, die zich niet uiten kon, wiens brein
bleef piekeren, zonder ooit tot klaarheid te
komen, enorm moest lüden onder zün straf en
onder zün werk: blaadjes vouwen. Als zoo'n
man nu eens kon tuinieren, dan zou zün lot
veel draaglüker zünl
was meer Jammeren dan zingen.
was onherkenbaar. De neger klemde
aan de tralies als een groote
was ook niet vol te houden en goede gezond
heid is toch maar alles!
Den daaropvolgenden Woensdag was het ver
schenen van den reserve-besteller Luigi een
levende herinnering aan het eiken dag her
haalde .nieuwtje” dat Pedro Givannezzo Woens
dag naar Milaan ging, naar*de kliniek van
prof. Biacchl. Gekleed in zün beste Zondagsche
pak, verscheen Pcdro opgewekt en zelfvoldaan
in de universiteitskliniek. Na een half uur voel
de hü zich minder voldaan; men had hem on-
ophoudelük vragen gesteld over allerlei dingen,
waarvan Pedro zich niet kon indenken, dat ze
ook maar iets met zün lever te maken hadden.
Toen het een uur duurde, was hü bepaald ziek,
maar toen hü tegen den ayond met het locaaltje
naar huis boemelde, glansde zün groot gezicht
van voldoening. Hü. Pedro Givannezzo, was een
man van gewicht
voor de weten
schap. of beter
gezegd zün lever
De professoren
hadden uiterst
lang consult ge- i
houden en hem
toen met veel omhaal van woorden verklaard,
dat hü nog hoogstens een half jaar te leven
had.
p
Dat was een bepaald onaangename mededee-
llng geweest, maar daar wilde Pedro nu niet
aan denken, want hetgeen daarna gezegd was.
was minstens zoo belangrük. De professoren
moesten n.l. erkennen, dat een merkwaardige,
tot dusver onbekende ziekte de lever had aan
getast. een uiterst Interessant probleem, waar
van de oplossing van het grootste belang voor
de wetenschap was. Of Pedro Givannezzo er nu
in wilde toestemmen, dat na zün. dood zün le
ver aan de unlversitelt zou vervallen raison
van eeiKgnmiddellük betaalbare chèque van 300
lire. In «en opgekend helder oogenblik reali
seerde Pedro zich, dat, als de ziekte onbekend
is, ook de afloop moeilijk is te voorspellen. Hü
werd hoopvoller gestemd ten aanzien van den
hem nog resteerenden verblijfsduur op dit on-
dermaansche en incasseerde 300 Lire.
Thuis gekomen, liet zün vrouw zich -van haar
meest practische züde kennen en zoo gebeurde
het. dat Pedro Givannezzo veertien dagen later
weer vervangen werd door Luigl. In het dorp
vertelde iedereen aan iedereen, dat Pedro heel
wat met zün leverkwaal te stellen had. nu was
hü naar de unlversitelt van Padua. Blozender
dan den eersten keer, kwam Pedro 's avonds
thuis en vertelde dat de professoren daar nog
verbaasder waren geweest dan in Milaan. Met
een bedrag van 350 Lire drukten ze hune en
thousiasme over hun aanspraken op Pedro’s bui
tengewone lever uit.
Vroolük en onbezorgd leefde Pedro Givannezzo
langer dan de zes maanden, die de geleerden
van Milaan hem hadden gegeven. Af en toe
nam hü ziekteverlof en bezocht een feeks van
unlversitelt. welke een min of meer belangrijke
som aan hem spendeerden, om de wonderbaar-
lüke lever uit Pedro Givannezzo’s enofme
lichaam te züner tüd rük te kunnen worden.
Beleefde professorale hanenkrabbels, die naar
Alaska kwam onverwachts. In weinige we
ken tijds zijn overal nieuwe nederzettingen
als paddenstoelen uit den grond geschoten.
Alles gaat zpo snel in zijn werk, dat de
autoriteiten de situatie niet meester wor
den. Onder deze omstandigheden kar. er
van een geordend bestuur geen sprake
meer zijn. Overal heerscht gebrek aan de
belangrijkste zaken. Levensmiddelen noch
medicamenten zijn in voldoenden omvang
aanwezig. Dientengevolge valt er in de
door de gouddelvers overstroomde gebieden
een enorme prijsstijging waai te nemen.
Voor een klein broodje moet 1 dollar be
taald worden en desondanks vechten de
menschen om elk stukje. Zij smijten met
geld, in de hoop, dat zij binnenkort de
groote vondst zullen doen, welke hen in
staat zal stellen als millionnair naar de
Vereenigde Staten terug te keeren.
Evenals indertijd, toen omstreeks de
eeuwwisseling goud in Klondyke gevonden
werd, zijn ook thans met den stroom der
gouddelvers talrijke misdadige elementen
naar Alaska gekomen, menschen, die
slechts van den nood en de verblinding
der anderen leven. Zij openen kroegen en
speelholen, waar de mannen, die in het bin
nenland weken lang naar goud en platina
gedolven hebben, van hun vondsten wor
den beroofd. Slechts weinige gouddelvers
zijn standvastig en weerstaan du verleiding.
De meesten van hen gaan ten gronde en
worden in hun vertwijfeling tot moorde
naars, waarmede men korte metten maakt.
In Good News hebben zich in de laatste
weken vele van dergelijke menschelijke tra
gediën afgespeeld. De politie is zoo goed
als geheel machteloos, daar het corps veel
en veel te klein is. Bijna dagelijks komt het
tot schietpartijen, moord, doodslag en be
driegerijen in de speelholen.
De meeste misdaden vinden zelfs onder
de oogen van de politie plaats. Maar wan
neer zij tracht In te grijpen, ziet zij zich
tegenover een overmachtig front geplaatst.
Want hoe merkwaardig het ook moge zijn,
in dergelijke gevallen houden de gouddel
vers den exploitanten der speelgelegenhe-
den, die het tenslotte toch slechts op hun
geld hebben voorzien, de hand steeds boven
het hoofd.
Honderden en honderden menschen, die
al hun geld verloren hebben, ziet men tus
schen de barakken rondsluipen. Sommigen
van hen treuren er opnieuw op uit en zijn
een tweede maal voorzichtiger, maar de
meesten zinken al dieper en dieper en het
mocht het zelfs nog even aantrekken en hü was er erg blü
mee en Jrotséh ook. Nu had hü het op de Juiste waarde leeren Beide vrienden wenkten naar haar om raad te vragen, maar
kennen. “e tnaan scheen hen niet te zien.
Hü kreeg assistentie. Zün buren vingen de
klanken op en stemden mee in. Steeds meer ge
vangenen namen het lied over. Zü zongen
erbarmelük. Zü zongen valsch en heesch en ont
zettend. Méér zü zongen, voor het eerst sinds
hun gevangenschap.
Danny O’Neill voelde zich als door den blik
sem getroffen. Ook hier achtervolgde hem zün
lot. Nu ging Amerika meedoen aan dien waan
zin van den oorlog en nu werden ze allemaal
gek en verlangden niets liever, dan te mogen
crepeeren op het slagveld!
Hü brulde er dwars tegenin:
Stommelingen! Idioten!
Walglük zoet klonk opeens de stem van den
„professor” aan zün oor: Zooals ik straks al
zei: die vent was zóó groot, dat het een schande
moet heeten, dat Ik maar zoo’n bitter beetje geld
uit hem haaldeHü had zoo weinig geld op
zak, die groote kerel!....
Krüg Je er nooit genoeg van om te praten
over den man, dien Je gekraakt heb?
Danny norsch.
Nee! zei de „professor”.
Het lawaai zwol weer aan. Danny moest er
zich Weer mee bemoeien. Hü was precies een
hond voor een gesloten venster, die buiten op
straat twee andere honden met elkaar ziet
vechten. Hü werd heelemaal opgewonden, en wou
Eerst wanneer men met dit feit rekening
houdt, verwondert men zich er niet langer
over, wanneer men In den trein. In het hotel of
elders - Britsch-Indiërs onder elkaar Engelsch
hoort spreken. Ja, er zün zelfs echtelieden, die
zich In deze taal met elkander moeten onder
houden. Verder verwondert het dan ook niet
meer, dat op de deuren van de toiletten op sta
tions en in de steden - bulten de twee Indische
en het Engelsche opschrift steeds nog een man
of een vrouw staat afgebeeld, om te voorko
men, dat er toch nog vergissingen plaats heb
ben. Daarbü komt nog. dat meer dan 90% van
de totale Brltsch-Indische bevolking analpha-
beet is. Als het meest geciviliseerd worden de
Parsen beschouwd, maar deze bevolkingsgroep
omvat slechts 110.000 menschen. Op 1000 Parsen
kunnen er 791 lezen en schrüven. Bü de Hin
does verhouden deze cüfers zich als 1000 84
en bü de Mohammedanen als 1000 64.
Het ligt voor de hand, dat dit buitengewoon
hooge percentage analphabeten en het ontbre
ken van een gemeenschappelüke taal.^die door
allen begrepen wordt, een groote hindernis voor
het streven naar eenheid van de Brltsch-Indi-
sche bevolking Is. Reeds sinds jaren is men
daarom op zoek naar een .lingua franca”, zon
der deze echter tot nog toe gevonden te heb
ben. Ook thans debatteert men weer met groote
heftigheid over dit vraagstuk. Men stelt eener-
züds het Oerdoe voor, dat met Arabische letters
wordt geschreven. Dit voorstel wordt hoofdza-
kelük door de Mohammedanen gesteund, maar
anderen bevelen het Hindi aan, dat met Sans-
krietsche schriftteekens wordt geschreven. Hindi
zal In leder geval van de vele talen wel het
meest verbreid zün. maar zelfs Indien men er de
veel op deze taal gelükende dialecten van het
Bihari en Rajasthani nog bü rekent, zou men
eerst tot 100 mlllioen menschen, dus nog geen
derde deel van de totale Brltsch-Indische be
volking koenen.
Het meest voor de hand liggend zou natuur
lük zün, Engelsch als lingua franca te kiezen,
maar daar verzetten de Brltsch-Indische natio
nalisten zich natuurlük tegen. Toch heeft het
niet aan voorstellen In dezen zin ontbroken.
Want Engelsch Is In de eerste plaats gemakke
lük door den Indiër te leeren en in de tweede
plaats is er overal In het land gelegenheid
Ungelsche lessen te nemen.
Nu verstaat Iedere ontwikkelde Britsch-In-
diër Engelsch en hü spreekt het ook gaarne,
maar desondanks is de kennis van het Engelsch
in Biitach-Indlë toch veel geringer dan men zou
denken. Verbreid is de taal slechts in de groote
steden, onder de welgestelde bevolking. Ook
hier geeft de statistiek Interessante büzonder-
heden. Op de tienduizend Inwoners zün slechts
312 mannen en 38 vrouwen tot lezen en schrü-
Zooals onlangs bekend werd, zijn in ze
kere deelen van Alaska groote goud- en
platinavondsten gedaan. Dit heeft weer tot
gevolg gehad, dat honderden en duizenden
menschen zich naar dit barre land hebben
begeven, om daar hun geluk te beproeven.
De eerste berichten over de nieuwe goud
en platinavondsten In Alaska doken reeds
in het begin van dit jaar in de Vereenigde
Staten op. Dit had tot gevolg, dat velé dui
zenden menschen, die aan de Westkust van
Amerika wonen en er slechts van droomen
op zekeren dag daar boven in Alaska toch
nog het groote geluk te vinden, zich on-
middéllijk opmaakten om zoodra de
scheepvaart in het hooge Noorden weer
mogelijk zou zijn geworden naar het
beloofde land te vertrekken. J
Thans zijn duizenden gouddelvers met de
eerste schepen in Alaska aangekomen. Het
doel van den tocht is de Kuskoqulm-Bajd
met het havenplaatsje Bethel. Vandaar u*t
verstrooien de gelukzoekers zich in alle
richtingen.
Een deel van de gouddelvers vestigde zich
in de kuststreek van Good News, waar in
derdaad platina gevonden is. Andere lieden
trokken langs de oevers van de kleine rivier
de Eek, en nog weer anderen sloegen hun
kamp op in de omgeving van de Baal van
Togiak, waar op het oogenblik zeer veel
goud gevonden wordt.
Het is een enerveerende wedloop met de
kans. Wie het eerst komt, het eerst maalt.
Deze wet zweeft allen gouddelvers van
Alaska als een zwaard van Damocles boven
het hoofd en drijft hen zonder eenige rust
steeds verder en verder....
Wie het zich veroorloven kan, maakt on
der deze omstandigheden gebruik van het.
snelste verkeersmiddel, dat de moderne
techniek ter beschikking stelt. De auto is
bijna onontbeerlijk geworden. En wie daar
toe in staat is, schaft zich een oud vlieg
tuigje aan en vliegt daarmede van het
Noorden naar het Zuiden en van het Oos
ten naar het Westen van Alaska.
De nieuwe bestorming van het goudland^
ven in staat. Het meest verbreid is de kennis
van het Engelsch in woord en schrift onder de
Parsen; op tienduizend Parsen boven de vüf
jaar zün er n.L 5041 tot het lezen en schrüven
van Engelsch in staat. Daarop volgen de Joden
met 2636, de Indische Christenen met 919, de
Jains met 306, de Sikhs met 151, de Boeddhisten
met 119. de Hindoes met 113, de Mohammeda
nen met 99 en de bergstammen met 4 op de
tienduizend.
De Europeaan. die lang in Britsch-Indië
moet verblüven, staat natuurlük voor de las
tige vraag, welke taal hü leeren moet. Men be
veelt hem steeds het leeren van Hindustani, een
verzamelbegrip voor Oerdoe en Hindi, aan.
Maar om deze taal werkelük te kunnen beheer-
schen, is een goede voorkennis van Arabisch en
Perzisch noodzakelük en om deze te verkrügen.
heeft men veel tüd noodig. Men vindt derhalve
buitengewoon weinig Europeanen, die deze taal
in woord en schrift beheerschen. Bovendien kan
men b v. in Zujd-Indië weinig met zün kennis
van deze taal aanvangen en men moet zich de
moeite geven, de daar gebruikelüke dialecten
van het Tamil, Teloegoe of Kanareesch te lee
ren, indien men zün conversatie niet tot den
„boy" beperken wtl.
Het zal dan ook nog wel genilmen tüd duren,
alvorens men de ideale bemiddelende taal in
deze Babylonische taalverwarring van Britsch-
Indië gevonden heeft.
e Toren Van Babel moest eigenlük in
Britsch-Indië gestaan hebben, want ner
gens ter wereld maakt de taalverwarring
fideel wordt bekend gemaakt.
Britsch-Indië 225 uien vindt Daaronder-zullen
natuurlük ook wel alle dialecten begrepen zün.
maar deze behooren tot niet minder dan zes
verschillende taalfamilies. Even bont als de be
volking van Britsch-Indië is ook de taal van ’t
land. De kroon spant hier de provincie Assam,
die ongeveer acht tot negen mlllioen inwoners
heeft. Daarvan spreekt ongeveer 40% Begall,
20% Assameesch en de resteerende 40% onge
veer 98 verschillende dialecten