Wordt
klimaat kouder?
T
De avonturen van Stan en Pol
van den daq
ons
H
F 750.-
F 250.
F 750.-
wordt vermist!
5
NANCY STEELE
naar een nieuwen
IJSTIJD?
AT I F
i*
De Yzer-bedevaart
Stralingsgeheimen
Verliefd, verloofd,
verslagen!
AANGIFTE MOET. OP STRAFFE VAN VERUES VAN ALLE RECHTEN, GESCHIEDEN UITERLIJK DRIE MAAL VIER EN TWINTIG UUR NA HET ONGEVAL
WOENSDAG 4 AUGUSTUS 1937
/ƒ5
ver-
ontdekker
VMKADe-ZAANDAM
DOOR
WILLINK
LUC
Naar de gelUknamige Fox-film
X
Deze begon weer te hullen en wilde niet mee. Maar Pol fluis
terde hem In zijn oor, dat hü zoet moest zijn, want dat de dok
ters hem gauw beter zouden maken, en zijn moeder zou ook
gauw komen. HU streek den jongen over zijn bol, en deze sliep
zoowaar In.
Op gevaar van vertrapt te worden, wrong Pol zich tusschen
de beenen der menschen door, tot hij vlak bü het hoofd van den
jongen stond, onzichtbaar natuurlUk. BU den jongen lag op zUn
knieën een groote man, die den jongen bU zün pols voelde. Pol
fluisterde den jongen wat in het oor. Deze keek verbaasd, want
hU zag natuurlijk niemand. Daarop vertelde Pol hem wie hij
was, en dat hü aan den meneer, die zijn pols voelde, alles moest
vertellen, want dat deze een dokter was, die hem weer beter
zou maken.
bij levenslange geneele ongeschiktheid tot werken door
verlies van belde armen, belde beenen of beide oogen
De onthulling van het IJzer-monument
in Augustus 1930
tXJ verlies van een band,
een voet ef een eo*.
len tegen
uitkeeringen
Hortend en stootend vertelde de jongen nu aan den dokter,
dat hu was aangereden door een auto, die juist den hoek om
kwam toen hü over wilde steken, en dat nu zUn heup en zUn
beenen erge Pün deden en dat hü nu naar zUn moeder wilde,
□et ging natuurlUk niet en er kwam een groote auto, waar twee
mannen uitstapten met een lang bed, waarop zU den jongen
legden.
bü duizendtal
dieren helA^n
genaderd tot het beslissende punt in zUn leven!
Daartoe had hU nameloos veel leed moeten ver
oorzaken en nameloos veel leed moeten onder
gaan. zeventien jaren in den kerker verblüven en
daartoe was hU nog zoojuist in de broeikas door
een schurk neergeschoten.... Alles opdat hü
eindelUk en ten laatste ontwaken zou en het
besef krUgen, dat straf hem toekwam, höè zwaar
die straf ook mocht uitvallen.... En Danny
behoefde zich volstrekt geen illusies te maken,
dat het een milde straf zou zUnl
B <B Ba B x X ongevallen verse Kerel voor een der volgende uivK
XVII
EEN KIND KOMT THUIS!
z
Daar ging een oude, door de wol geverfde mis
dadiger op pad. Een man, die meer dan zeven
tien Jaren lang onder het geboefte had ver
keerd. ook al was hU tegelük met zUn soort ge-
nooten gekooid geweest. Een gangster, die al
de knepen van het vak geleerd had, een uitge
studeerde in Hst en geweld.
HU moest uit de millioenenstad New York (én
kleinen dikken kerel opvisschen, vooropgesteld,
dat deze zich nog In de Stad der Steden bevin
den zou en niet met zUn buit naar elders was
verhuisd. Met zulk een taak heeft reeds zulk
een gespecialiseerde organisatie als de politie Is,
de grootste moeite En hier was enkel en alleen
Danny O'Neill zonder eenlge assistentie aan
dezen arbeid begonnen! En wel op zün eigen
gereide en zoo bijzondere wUze! ZU is ternauwer
nood de beschrUving waard.
Danny wist, dat „Professor” Sturm een man
kende, genaamd Wupperthaler. een cipier, die bü
den opstand in de Oraham-gevangenU veroor
deeld was. omdat hu gemeene zaak gemaakt
had met de muiters. Naar dezen Wupperthaler
ging hU toe, als van ouds: zoo ztUf als een op
gewonden automaat, meer Robot dan mensch
En vroeg hem: Waar ia de „Professor?"
Het was hopeloos. En Michael Steele zweeg.
HU zou geduld moeten oefenen, kl maar geduld
en hopen, dat de nieuwe omgeving, dat tact en
veel toewUdlng het hunne zouden doen.
Inmiddels wrokte Danny op de manier, die
hU reeds lange jaren vergeten was geweest.
ZUn rechtvaardigheidsgevoel was doodelUk be-
leedigd. ZUn Sheila zou de meld moeten spelen
bU dat malle schepsel? De wérkelUke Nancy
Steele zou gecommandeerd moeten worden door
deze ondergeschoven juffrouw, die ze van* Joost
weet wiir hadden opgeduikeld, om Michael
Steele honderdduizend dollar af te zetten? Daar
zat de „Professor” achter, dat was zoo klaai
pls de dag! Die had ergens iemand opge
scharreld, die voor Nancy zou moeten doorgaan
en daar hadden ze nu Michael Steele gelukkig
mee gemaakt!
Maar daar zou hü een stokje voor steken! HU
Het de schobbejakken maar niet ongestoord
vóórtgaan! Dan zou hU wel eens even optre
den en Ingrijpen! HU besefte, dat zulk een avon
tuur heel kwaad voor hemzelf zou afloopen.
Maar dat had hü er voor óver! Dat kwam hem
zelfs toe....
KUk! Hier was nu Daniel O'Neill, de oude
tuchthuisboef, de klnderroover. de man, die altUd
maar gedaan had, wat in zjjn hersens opkwam,
Het verdrinken der paarden heeft ons meer
dan 100 gulden schade berokkend.
Op het feest van St. Scholastics (10 Fe
bruari) 1400 begon het zeer hard te vriezer,
en dat duurde omstreeks 5 weken. Er was op
vele plaatsen gebrek aan hooi en stroo voor
de voeding van het vee, wül de dorre koud*
grond geen verech gras voortbracht. Sommige
arme lieden braken het dak hunner woningen
af en gaven het stroo aan hun vee te eten:
dit gebrek aan gras heen tot aan 1 Mei ge
duurd.
Hevige stormen ontwortelden op St. Mat-
theusdag (21 September) 1464 vele, zware hoo
rnen. vele schepen zün op zee vergaan. Tege
lUk woedde in vele streken de pest, velen zün
toen gestorven, die meenden lang te zullen
leven.
In 1467 hebben onze akkers in den oogsttijd
zware schade geleden van den veelvuldtgen
regen. Daarom werden in de H. Mis dikwerf
gebeden aan God- opgedragen en in het koor
de zeven boetpsalmen gelezen ter verkrUging
van helder weder.”
Tot zoover het verslag van Pater Becker 3.J.
Dit droeve relaas bevestigt de meenlngvvan
hen. die verklaren dat betrekkelUk weinig
verschil op kUmatologisch gebied te consta-
teeren valt tusschen de Middeleeuwen en onzen
tijd.
Dat we dus niet achteruitgaan en geen be-
vriezlngsprooes te wachten hebben; bovendien
zün we door het moderne communicatiever
keer en de vertakkingen van den wereldhan
del gevrijwaard voor de verschrikkelUke gevol
gen welke een natte zomer met vernielden
oogst voor den Middeleeuwer dikwUls had.
W. v. M.
met de vUandlgheid der elementen, van een wed
loop met den dood. Een wedloop naar een denk
beeldig punt: de Pool. Een kleine vlag, geplant,
ergens in de barre UswoestenU-
Toen verscheen er een nieuw»
voor het forum der wereld: Piccard.
HU wilde omhoog in een ballon, tot de ge
bieden in de atmosfeer, waar de lucht zoo UI
is. dat de ademhaling onmogelUk wordt. Ont
zettende gevaren zou hü riskeeren. gevaren
waaraan nog nooit iemand zich had blootge
steld. De wereld sprak over hoogterecordshet
leek een sportprestatie. Doch het gemoedeHjke
geleerdengelaat van den Belgischen professor,
ast den krantenlezer van de fotopagina's der
dagbladen tegemoetbUkte, nam elke gedachte
Het keerpunt in ons leven komt bü den een
later dan bü den ander. En bü Danny, die zoo
ontzag! Uk hard was geweest, kwam het dan
thans Alles wat plaats greep, was de conse
quentie van zUn eigen wandaden. HU had mis
daden begaan, die hüzélf weer in het reine moest
brengen. En in dit vergevorderde stadium zou
hU daar geen licht karwei aan hebben Dus maar
onmlddellUk op pad, geen tUd te verliezen, geen
woord ter verklaring aan Sheila, want zóó was
Danny nu eenmaal niet, hU was niet conver
sabel en ala hU uitging, ging hü uit, ook al had
hU een schotwond vlak naast zün long en moest
hU voor den dokter onbeweeglUk op zUn divan
blUven liggen. Dat deed allemaal niets ter
zake. HU zette zUn hoed op en trok zUn jas
aan en verdween. Punt. Afgeloopen.
y usteloos leeft de mensch op den aardbol,
I Nadat alle werelddeelen ontdekt, de polen
veroverd en de oceanen door de lucht heen
overbrugd zUn, heeft de menschelüke geest zich
gericht op de verovering van de hoogste laag
van den dampkring, die onze aarde omgeeft: de
stratosfeer.
Al deze veroveringen hebben In hooge mate
de belangstelling getrokken van breede lagen
van het groote pubHek.
De verhalen der groote ontdekkingsreizigers
over hun tochten, zU werden ademloos gelezen.
Men hoorde de Ipkstem der woestUn, de dreiging
van het oerwoud, men onderging de machtige
aantrekking van het geheimzinnige onbekende.
En de verhalen der poolreizigers. Ijzeren man
nen, geharde reizigers, voorttrekkend in die witte
wereld en haar verstarrende eenzaamheid, onder
den versteenenden adem van den poolwind. Ver
halen van dreiging en dood, verhalen over een
ontzaglUke worsteling van wat nietige menschen
arold Nonocker kan gesteld worden als
treffend voorbeeld van de verrassende
effecten, welke moderne fUm-romantlek
heeft op de begrippen, de verbeelding, het voor-
stelllngsvermogen omtrent het leven In een
wereldstad voor een onervaren plattelander.
Toevalligerwijs was Harold Nonocker een
Amerikaan; zUn ervaringen zouden niet min
der den film-nonsens veroordeelen. wanneer
Harold een Europeaan of, nog meer bepaald,
een Nederlander geweest was en zelfs niet, wan-
neer'hU zich een argelooaen stedeling had moe
ten noemen.
Een feit is. dat Harold Nonocker door veel
vuldig bioscoopbezoek van de „vlotheid" van
het stadsleven een zóó gunstlgen Indruk kreeg,
dat hU niet langer rusten wilde vóór hu Chica
go ook werkelUk had bezocht.
Harold verkocht zUn boerderij en wat daar
mee annex was. vertrok uit zijn vrije natuur
en landde te Chicago.
HU was niet verrast, hü kende de stad, haar
enorme gebouwen, haar straten en gewoel op
zün duimpjevan de film. Zelfs de lente
miste hU niet: de eerste bloemen bloeiden in
het gras van een stadspark en de orchideeën
pronkten In de étalages der bloemisten; de zon
scheen stralend net nog op de hoogste vensters
van de wolkenkrabberse en de vreugde van het
avontuur blonk in Harold's filmwijze oogen.
In deze benUdenswaardlge lentestemming
stapte Harold een restaurant van een hoofd
straat binnen. Het eten smaakte hem voortref-
felUk en als film-volleerde stedeling begon hü
een praatje op een hooge kruk voor de bar en
nam de fUm-gebrulkelüke cocktails tot zich.
Harold Nonocker zag binnen het half uur het
leven belangrUk rooskleuriger, dan hU het zich
zelfs in zün stoutste overpeinzingen had dur
ven voorstellen. Nu ontdekte hü ook. dat de
jongedame, die hem bediende, een alleraardigst
gezichtje had. Harold stelde voor zichzelf vast,
dat zU beslist één der grootste filmsterren had
kunnen zün. Geleek ze trouwens niet veel op..
Een tiental namen schoten Harold door het
hoofd, maar hU kon toch, dien hü eigenlUk be
doelde. niet vinden.
Harold zette zich in postuur, bestelde nog
een cocktail en toen zün ster hem die bracht,
vroeg hü met een ongeloofelUk trouwhartlgen
oogopslag
„Hellow! Wilt u mUn vrouw worden?"
Het meisje trok enkele rimpels boven haar
wenkbrauwen en zei minzaam, doch scherp:
„Er zün mannen, die geen alcohol verdragen
kunnen. Wilt u niet liever een glas melk drin
ken?”
Harold verklaarde echter zeer nadrukkelUk:
,Jk ben niet dronken en niet klndsch. Ik deed
een vraag en verzoek een antwoord. Willen wU
samen trouwen of niet?"
Dolores Dallnby dacht twee seconden na;
meer heeft een Amerikaanache, die van „recht
by een ongeval met
doodeüjken afloop
Men schrijft ons uit Vlaanderen:
-|-^y e vacantletüd Is weer aangebroken. En
I 1 duizenden jonge menschen zullen er weer
op uit trekken. Ze zullen gaan naar de
geUkte toeristenplaatsen, zooals daar zün: De
Ardennen. Gent en Brugge, De RUn of de Harz.
ZU hebben daarover van hun kennissen veel
mooie dingen gehoord en uit sleur gaan zU daar
ook heen. En zU vergeten heelemaal, dat in
Vlaanderen het stedeke Dlksmulde ligt, en dat
daarbü het groote Vlaamsche IJzergedenkteeken
staat. Naar dien toren trekken eiken derden Zon
dag van Augustus duizenden en nogeens dui
zenden uit alle oorden van de wereld. uit
FrankrUk, Dultschland. Engeland. Amerika.
Scandinavië en natuurlUk ook uit* de twee lan
den die het Vlaamsche volk in taal zoo nabU
zün: uit Nederland en het verre Zuid Afrika.
Want op dezen bewusten Zondag wordt er naar
dat groote IJzergedenkteeken een JaarlUksche
bedevaart gehouden, om te gedenken allen die
In den vreeselUken slag aan den IJzer gevallen
zUn. En de Vlamingen trekken ook op, omdat
zU in dien toren vertolkt zien de hoop op de
herleving van de taal en cultuur van het oude
Vlaanderen.
In 1930, het jaar waarin België op groot-
sche wUze zün onafhankelükheld herdacht, is
het monument IngewUd tot zuil van BelUdenls,
Eerherstel en Internationale Verzoening.
Het was een zeer aangrüpende plechtigheid.
Eerst werd in de open lucht de plechtige H.
Mis opgedragen. terwUl de enorme menschen-
werden
alleen
weerspannlgen caféhouder schromelUk toe, maar
vernielde voorts vrUwel zUn ganschen inventaris.
En hU liet niet af. tot hü eindelUk Hesslenfelder
had ontwrongen. dat de ..Professor’ scheep
gegaan was naar Europa, naar Dultschland, naar
BerlUn, zün vaderstad.
Zoo. Ontkomen dus. Nutteloos alle moeite, alle
geweld, elke kans om het begane kwaad te her
stellen! Zonder Sturm was er niets te beginnen.
Danny voelde zich plotseling doodelUk moe en
het duizelde hem.
De caféhouder, die plat op den grond te mid
den van de scherven zat en hevig uit zUn neus
bloedde, zei let*. Wit vertelde hü? Dat Danny
den „Professor" misschien nog wel van boord zou
kunnen halen, als hU Ópschoot. De .Elbe" zou
leder oogenblik vertrokken....
Dus: taxi race door de volle straten
opwinding al datgene wat ons plotseling
wordt opgelegd bü zulk een mededeelingde
boot lag er nog. de loopbrug was nog niet in
genomen. twee jonge officieren controleerden
nog degenen, die zich aan boord begaven. Danny
drong naar voren. Eén dezer jongelui wou Danny
tegenhouden, maar hU keek hem aan met zUn
grauwe gezicht, zUn blind schUnende oogen en
de zonderlinge verwezen uitdrukking op zUn
gelaat De jongeman schrikte, werd bang en liet
Danny doorgaan. (Slot volgt)
rende een geheele eeuw zoo een noodlottig
jaar heett aanschouwd. Er wordt verhaald, dat
meer dan een derde der menschen toen aan
de pest Is bezweken. De hongersnood was ont
staak doordat het een geheel jaar niet op
hield te regenen, zoodat bUna alle veldvruch
ten bedierven.
Ten jare 1340 heeft zulk een gruwelUke pest
over bijna geheel de aarde geheerscht, dat er
nauwelUks levenden genoeg overbleven om de
dooden te begraven. Deze, in Azië onder de
Indiërs ontstaan, heeft zich tot den laatsten
uithoek der wereld, tot In Engeland, verbreid.
Men beweert dat nauwelUks een tiende ge
deelte der menschen dien peeeel heeft over
leefd.
In het jaar 1389 heerschte een zware pest
te Deventer. Zwolle, Kampen en omstreken,
zoodat dikwerf op één dag in een enkele pa
rochie dezer plaatsen 20 k 30 personen werden
begraven
In het jaar des Heeren 1421 werden deze
plaatsen opnieuw door die ziekte geteisterd,
vooral gedurende de diie zomedfiaandcn.
In 1439 Is op het feest van Maria Bood
schap <26 Maart) op sommige plaatsen een
aardbeving geweest, tn den volgenden zomer
ts er een zeer zware pest gevolgd.
Het jaar 1446 bracht zware onweden: te
Zutfen is de kerktoren door den bliksem in
brand gestoken en zijn eenlge personen door
de verbrijzeling van het dak gewond of ge
dood. Ook In veel andere plaatsen zUn hulzen
afgebrand. Te Zwolle ontstond er op Palm
zondag (10 April) na de H. MIs een paniek
In de kerk, het houtwerk der ramen werd door
den bHksem stukgeslagen.
In den zomer van 1448 is er op vele plaat
sen door de muizen een groote verwoesting
aangericht In den nog te velde sta an den oogst.
Waarom onze leekebroederz (van den Agnie-
tenberg) in opzettelUk gepraven kullen kom
men met water plaatsten, waarin de muizen
illen vielen en verdronken. Deze
Jn ons en onzen buren veel schade
toegebracht' aan de tarwe, gerst, haver, erw
ten en het gras der weilanden. Omstreeks het
begin van September is een zeer zware storm
ontstaan. waarbU de zee landwaarts is door
gebroken en op onze wellanden veel gras heett
bedorven. In dienzelfden storm zUn vele sche
pen op zee met hunne bemanning vergaan.
Evenwel heeft de goede God wederom voor
ons gezorgd; want ten gevolge der overatroo-
mlng hebben onze vlsschers een groote menigte
visch gevangen, voldoende om vele dagenlang
de broeders en de gasten te spUzigen.
In het Jaar 1450 heeft in Holland, in
Utrecht, Amersfoort, Zwolle, Kampen, Deven
ter, Zutfen en vele andere steden en dorpen de
.pestis ingulnaria’’ gewoed, waaraan vele broe-
fiers van het Gemeene Leven, kloosterlingen
en wereldlUke personen zUn overleden.
Een nieuwe, gevaarlUke krankheid is onder
het volk uitgebroken in den zomer van 1453.
Ze ontstond na het feest van St. Joannes den
Dooper (24 Juni) door een gevatte koude op
de keel met pUn In de borst en de lendenen.
Toen werden velen onzer broeders en huis
knechten, die In den oogsttijd vlijtig op het
land werkten, door een keelontsteking zoo sterk
aangetast, dat zU nauwelUks konden spreken
en eten. Want er heerschte *n Noordenwind, die
's nachts teer koud, overdag stormachtig en
droog was, wiens koude velen ziek maakte.
Waarom sommigen als geneesmiddel warme
kleederen aantrokken, en zich van koude spijs
en drank onthielden; waardoor zU met Gods
hulp van de gevatte kou zUn hersteld.
Anderen, die zich meer zorgeloos gedroegen.
zUn door de verkoudheid na twee of drie da
gen tot het uiterste gebracht.
Het Jaar 1454 en de twse volgende jaren
waren zóó regenachtig, dat de oogst voor het
grootste gedeelte verloren ging. WU hebben op
onze hoeve veel schade geleden door de veel
vuldige waterstroomen.
In 1456, den dag na den H. Apostel Jacobus
(26 Juli) is een onzer huisknechten Joannes
Smyt genaamd, met vier zeer goede voor een
hooiwagen gespannen paarden verdronken in
een diepen kuil welke door het regenwater was
gevuld. Want het was toen zeer regenachtig
weer en een groot gedeelte van den oogst is
door den langdurigen regen verloren gegaan.
menigte eerbiedig toehoorde. Daarna
verschUlende toespraken gehouden, niet
door Vlamingen, maar ook door Nederlanders.
Een Vlaamsche voordrachtkunstenaar droeg
voor den „psalm” van Albrecht Roden bach, den
jong gestorven dichter uit Roesselaere. wien de
Vlaamsche zaak zoo na aan het harte lag en
die de Katholieke Vlaamsche Studentenbewe
ging oprichtte.
Toen kwam het groote oogenbllk, dat de lan
ge Vlaamsche wimpels geheschen werden naar
den top van het kruis, dat de zinvolle letters
draagt: A.V.V.—V.V.K.
Alles voor Vlaanderen. Vlaanderen voor Krts-
tus.
Vier bazuinblazers deden naar de vier wind
streken den volkt kond, dat het groote IJzer-
kruis ingehuldigd was.<
TegelUkertUd werd in den toren de groote
Doodenklok gewUd, tot: Nele, het hart van
Vlaanderen Deze plechtigheid verrichtte de
tachtigjarige pastoor van KortrUk, studiemak-
ker van Albrecht Rodenbach, en oudste .Blauw
voet”. De crypte lag bedolven onder de bloe
men. met duldelUk zichtbaar den krans van sim-
pele heidebloemen, eenvoudige hulde voor den
eenvoudigen onbekenden soldaat.
Weet ik het? antwoordde Wuppertlialer. HU
wou daar vermoedelUk nog iets aan toevoegen
van gelUke strekking, maar Danny had hem al
tegen grond geslagen en zUn vuisten Heten
vooreerst niet* af, het was het grofste geweld,
dat zich laat denken.
Tenslotte was Wupperthaler murw en stootte
uit: Misschien bU Morrisson
Danny ging naar Morrisson. Dit bezoek kostte
Morrisson zUn voortanden en Danny zUn knok
kels. Maar het leverde een nieuw adres: Pilger-
schütz. Dit was een mager mUnheertje In een
klkkergroen pok met een pauwblauwe das. Het
mUnheertje was al héél gauw bang voor den
starren Danny en verwees hem naar Otto
Hesalengfelder s kroeg. De dikke waard was niet
zoo gauw uit het veld geslagen als mUnheertje
PUgerschüts. HU was een dikke, sterke Beier en
hU stond zUn mannetje. Maar daarbU had hU
bulten den merkwaardïgen Danny gerekepd. die
ontegenzeglUk verzwakt was door het ziekbed,
waarvan hU zoojuist was opgestaan, maar ge
staald door opgekropte woede, geleld door zUn
wilskracht. zUn berouw en den vurigen wenach.
zUn wandaad weer goed te maken. Daarvan
werd Otto Hesslenfelder het beklsgenswaardig
slachtoffer en deze onbillUkheld behoorde tot
de vele en karakteristieke onrechtvaardigheden
van onzen Danny. Die takelde niet alleen den
aan onverantwoordeUJke recordjagerU en roe-
kelooze waaghalzerU weg.
WU zUn nu eenlge jaren verder. Anderen heb
ben zUn voorbeeld gevolgd, verschillende malen
heeft Piccard zUn tochten herhaald. En nog
voortdurend worden nieuwe tochten onderno
men. Het groote pubHek Is veelal nog niet veel
wUzer geworden en nog steeds blUft de vraag:
wat wil men in de stratosfeer?
Het volgende verklaart daar iets van.
Onze eeuw is de eeuw der straling.
Toen In 1895 Prof. Röntgen de naar hem ge
noemde Röntgenstralen ontdekte, stond de heele
wereld verbaasd. HU had een lichtsoort ge
vonden, die in staat was de voorwerpen te
doordringen. Voor haar waren er geen gehei-
msn. Door 113 cM- dikke planken, door een
Ingebonden boek van 1000 bladzUden ging as
heen, ze doorstraalde het menschelUk lichaam
en Met ons de organen en bet geraamte zien.
Het bleek echter, dat deze stralen door een en
kele millimeters dikke loodp/laat volledig wer
den tegengehouden.
Een Jaar later werden de straten ontdekt,
die door de *E- radioactieve stoffen, zooals ra
dium, werden uitgezonden. De geweldige betre
ken Is van deze stralensoorten voor de mensch-
held moeten wU echter onbesproken laten. Nog
later ontdekten de geleerden een zeer geheim
zinnige straling, waarvan zU den oorsprong
niet konden vaststellen. Deze trok zeer de aan
dacht door haar wonderlUke eigenschappen.
TerwUl Röntgenstralen reeds door een plaat
lood van enkele m m. worden tegengehouden
en radiumstralen door enkele cm lood zeer
worden verzwakt, drongen deze raadselachtige
stralen zelfs nog door een loodlaog van een
meter dik been, zonder zelfs maar de helft
van hun gracht te verliezen!
Men vond, dat de kracht van deze stralen
toeneemt, naarmate men hooger komt. b.v. op
torens en hooge bergtoppen. Daaruit leidde men
af, dat zU uit het wereldruim afkomstig waren
en men gaf ze den naam van kosmische
straling.
Nadat men eerst onbemande ballons bad la
ten opstUgen, die allerlei vernuftlg-gevonden,
zelfregistreerende instrumenten met zich mee
voerden, de stratosfeer in, besloot Piccard ten
slotte zelf waarnemingen te gaan doen over de
kosmische straling in deze hoogere luchtlagen.
Deze stralen zUn niet alleen Interessant voor
een natuurkundige, maar zU hebben beteekenls
voor het practische leven.
Het geweldige doordringingsvermogen deser
stralen wUst er op dat zU veroorzaakt worden
door ontzaglUke krachten.
Zelfs met de meest volmaakte hulpmiddelen
van onze moderne techniek zUn wU niet In staat
zulk een enorme energie op te wekken.
Steenkool, benzine en waterkracht staan tot
aeze geheimzinnige energiebron als blikken
speelgoedautootjes tot *n kolossalen Pullmanhus
Indien wU er dus in slagen deze energiebron
te ontdekken en te beheerschen, dan zou het
aanschUn van onze wereld een verandering
ondergaan, waarvan wU ons geen voorstelling
kunnen maken. H. v. M.
Toch: als hu rechtvaardig was. moest
hU toegeven, dat Nancy vriendelUk zat te
praten, ook al wits haar conversatie mln of meer
affreus en deed ze nu alwéér het verhaal van
h**r tegenzin in goedkoope zitplaatsen in de
"•“scoop, zelfs al ging het om vrUkaartjes. -
T°en hU met haar terugliep naar zUn huls,
m Meiske, vertel die dingen toch niet
aldoor.... We hebben elkaar nu teruggevon
den en dkt is toch het voornaamste!....
Nancy Steele keek naar haar vader op en zei:
.Maar Pa' willen toch allemaal wat hóóren!
roereen vraagt me. of ik het niet knal vind om
nu zoo rUk te zUn en ik kan het toch niet
\Pen. dat ik altUd zoo n Idee over me gehad
dat Ik echt iets bUzonders wa*....I
V
op den man af" houdt, niet noodlg. ZU drukte
Harold's hand en zei: „O. KJ Afrekenen!”
Daarop leverde zU haar consumptlebon in
met het geld, onder aftrek van haar percen
tage. knoopte hoor schortje af en reikte haar
nummer aan den chef over. Harold riep buiten
een taxi aan, Dolores zette haar hoedje op,
nam haar taschje onder den arm en zU reden
naar het dichtst bijzUnde bevolkingsregister.
Voor Harold was er niets ongewoons gebeurd;
alles paste volmaakt in het kader van zUn be
grippen.
BU het bureau van den burgerlUken stand
stapten zU uit en Harold sou den chauffeur be
talen. Daar zag
hU dat hU te
weinig kleingeld j
bU zich had en
om tüdverlies te
voorkomen door
het wisselen van i
bankpapier, zelde
hU tot rijn verloofde: „Lieveling, geef me even
een dollar van je!”
Tot zUn verbazing weigerde Dolores. HU vroeg
haar nog eens hem een dollar te leenen, en Do
lores antwoordde even bellst en kort: .Neen!”
Doortastendheid en snel handelen had Frank
zich voortreffelük in zUn dorpstheater aange
leerd; hU greep dus zonder verder verzoek naar
het taschje van Dolores en rukte 1 haar uit de
hand. OnmlddellUk daarop volgde, zonder eenl
ge aankondiging, een knallende oorvijg als
antwoord. -
Harold maakte een woedende beweging, hief
dreigend een hand op, doch hoorde toen den
chauffeur plotseling tusschen belden komen:
.Nou is 't zeker mooi, niet? Auto-rUden en een
meisje huwen! Daarmee ben je bU mU niet
klaar!**
Vóór Harold deze toespraak filmisch had ge
registreerd. voelde hü een enormen slag op zün
rechterkaak en geen seconde later een stoot,
die zün maag In zün borst omhoog drong.
Harold Nonocker ging onmiddeHük „down”,
het was een feillooae ,Jtnock-out”.
Hü vond zichzelf terug in arrest en juist op
tijd voor een proces-verboal.
Voor den rechter getuigde de chauffeur, dat
Harold straatroof had gepleegd met voorbe
dachten rade en er was geen reddende fllm-
vondst. welke Harold's onschuld overduldelük
aantoonde.
Eerst na vüf dagen werd de verdwenen bruid
gevonden en na tallooze verhooren en informa
ties begon men iets te gelooven van Harold's
goede bedoelingen.
Als een nieuw film-programma. dat ditmaal
een realistisch, ontnuchterend karakter droeg,
werd Harold Nonocker als snelvervoer-spoed-
bestelling naar zün landelUk dorpje terugge
zonden.
eikens wanneer een koele, natte zomer
den oogst van den Overigen landbouwer
bedreigt, de rivieren gevaarhjk doet aan
wassen. en in onzen tjjd vooral de va-
cantieplannen van jong en oud in de war
stuurt hoort men de vraag: wordt het klimaat
van het NoordeHjk halfrond, en meer in tbü-
zonder dat van West-Europa, koeler?
Deze vraag is zeer oud en tot een volledige
oplossing heeft ze het nog niet gebracht. Wel
bestaan er twee geheel tegenstrijdige meenln-
gen daarover. De eerste leert ons dat we inder
daad op weg zün naar een nieuwen üstüd,
waarin het zonnige Frankrijk ongeveer geluk
zal worden aan Groenland, waarin eeuwige
sneeuw en Us de plaats zullen bedekken waar
eenmaal Nederland lag, waarin Ijsberen de on
betwiste beerschappU zullen voeren aan de
eens zoo schoone oevers der Rlvièra.
Om deze ürige theorie van den Untergang
des Abendlandes aannemelük te maken, gaat
men uit van de Middeleeuwen. De aanhangers
verklaren dat het klimaat toen veel warmer
was en wijzen op de grens van sommige cul
tuurplanten, die sedertdien steeds meer naar
het Zuiden is afgedaald. Met name wordt de
wijnstok genoemd. Uit oude rechtsbronnen en
kloosterkronieken blükt dat eenmaal de wün-
cultuur veel Noordelüker bestond dan tegen
woordig. De Blsschop van Utrecht kreeg wün
van zün hoeve te Groningen, vermeldt een
oud oorkondenboek. Nog in de 19de eeuw werd
rond Lier de wündrulf rijp en patei V. Becker
8J. verhaalt dat in 1891 de Paters Krulshec-
ren in Maaseyck nog met goed gevolg miswün
kweekten. Maar terecht stelde deze bekwame
geleerde de vraag of de verdwUnlng der wün-
cultuur in Nederland niet aan andere dan
enkel klimatologische factoren was te wüten.
Hü merkte op: „De groote moeilükheld van
het vervoer in de Middeleeuwen, gepaard aan
den overvloed en de geringe waarde van den
bebouwbaren grond, deed het streven ontstaan
om zooveel mogelük alle voortbrengselen te
telen op eigen bodem; ook al was deze daartoe
minder geschikt. Tegenwoordig daarentegen
heeft de gemakkelükheid van het vervoer
Europa büha in een enkel land herschapen:
en dwingt vanzelf den veel kostbaarderen
bouwgrond te wüden aan die gewassen, welke
de meeste kans van slagen aanbieden. Om de
kosten van den aanvoer van het zout uit
Portugal of Frankrijk Je besparen, verbrandde
men b.v. bü ons tot in de 15de eeuw, massa’s
laagveen en bedierf daarbü uitgestrekte wei
landen, enkel om het weinige in de asch voor
komende zout uit te loogen. Wie zou daar
thans nog aan denken? Bovendien van welke
hoedanigheid was die Noordelük gewonnen
wün? Hoe dikwerf mislukte de oegst?” (.Me
teorologische berichten uit de Middeleeuwen.”
Studiën Deel XXXVI).
Het afnemen van deze omstreden wüncul-
tuur wordt door een tweede groep meteoro
logen geheel anders verklaard en sluit volko
men in hun theorie over de daling der tem
peratuur. Ze zUn van oordeel, dat er tempera
tuurschommelingen van zeer langen duur be
staan, en dat een langzame daling wederom
gevolgd wordt door een even langzame, maar
zekere stüging. Zoodat over een paar eeuwen
wellicht ons klimaat weer ongeveer gelUk is
aan dat van Zuid-België. We zouden reeds
mer het koudste gedeelte der periode heen
rijn, onze „kwakkelwlnters" HJken niet meer
op de ouderwetsche winters, waarover hoog
bejaarden met zooveel verve kunnen vertellen.
Zelfs de term „Ushelllgen" is volgens sommi-
gen van meer Zuidelüken oorsprong; „les saints
de glace" zou de oudste benaming zün. waar
mee alweer wordt aangetoond dat de gure
Meidagen eens veel ZuldeUjker voorkwamen.
Zou men de eersten de voorstanders van
een nieuwen jjstüd de pessimisten onder de
meteorologen kunnen njemen, den tweeden als
optimisten gaarne geloof en vertrouwen schen
ken, er is nog een derde groep, die meent dat
het verschil in temperatuur tusschen vroeger
en nu. vooral wat den zomer betreft, slechts
verbeelding is.
Men had in de Middeleeuwen evengoed last
van te lang aanhoudende regens, die de tem
peratuur alkoelen, het rijpen van vruchten ver
hinderen en zelfs den reeds rijpen oogst zwaar
benadeelen. En de gevolgen van mislukte oogm
eten brdchten toen veel grootcre ellende mee
dan nu, toen waren de verkeersmiddelen zoo ge
brekkig. zoodat een misoogst vaak hongers
nood tot gevolg tw
in bovengenoemde studie heeft pater V.
Becker reeds vele jaren geleden het bewijs
dezer stelling geconstrueerd uit de aanteeke-
ningen over het weer in twee kloosterkronie
ken: uit de kroniek van de ,J3t. Bernards-
ab<Mj” aan de Schelde loopende van 1237 tot
1552, en de kroniek van den St. Agnietenberg
bü Zwolle van 1386 tot 1471. Deze zou samen
gesteld zijn door den beroemden Thomas 8
Kern pis.
Voor hen die meenen dat we in een onge-
lukklgen tüd leven, is de lezing van deze berich
ten een ware opbeuring. Zoo geteisterd als
toen, worden we nu toch niet, de trilogie mis
gewas, hongersnood en pest spookt niet meer
als een schrikbeeld door onze lage landen.
In dit licht beschouwd, heeft de lezing van
onderstaande fragmenten uit de belde kronie
ken dit voordeel, dat we minder ontevreden
worden over de tegenwoordige weersgesteld
heid. De volgende aanhalingen zün uit het
verslag genomen door P. Becker samengesteld.
Het meeste is ontleend aan de Windechelmse
kroniek zooals uit de teksten blükt.
,Jn 1315 heeft zulk een groote hongersnood
en zulk een vreeselUke pest deze streken ge
teisterd, dat de wereld ternauwernood gedu-
De 52 meter hooge toren, met zün sobere 1U-
nen. een waar heidenmonument, was IngewUd.
Iedere rechtgeaarde Vlaming van den armste
tot den rijkste had er zün steentje voor bijge
dragen.
Maar ook dan als men niet aan de Bede
vaart kan meedoen, is het nog ruimschoots de
moeite waard, eens naar Dlksmulde te gaan,
het mooie oude stadje. terwUl de toren ook
nooit iets van zün büzondere beteekenls
Best
Als het stormt en deze toren zün fiere kruis
hoog opricht, naar de donkergrijze lucht met
haar jagende wolken, en Vlaamsche meeuwen
er krUschend omheen vliegen, als de toren daar
stoer en strak oprijst uit de dorre doodenvelden,
dan voelt men de diepe melancholie daarvan,
en dan vraagt men zich af: „Waarom”, aoo-
als men zich altüd afvraagt, wanneer men bü
een slagveld tot bezinning komt.
En als men dan den toren nauwkeuriger be-
kUkt. dan leest men daar op de deur van de
crypte met 30000 dooden. de ontroerende re
gels:
„Hier liggen hun lüken, als zaden in
’t zand,
Hoop op den oogst O Vlaanderland."